NL1015004C1 - Matras. - Google Patents

Matras. Download PDF

Info

Publication number
NL1015004C1
NL1015004C1 NL1015004A NL1015004A NL1015004C1 NL 1015004 C1 NL1015004 C1 NL 1015004C1 NL 1015004 A NL1015004 A NL 1015004A NL 1015004 A NL1015004 A NL 1015004A NL 1015004 C1 NL1015004 C1 NL 1015004C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
layer
mattress
compressible
layers
protrusions
Prior art date
Application number
NL1015004A
Other languages
English (en)
Inventor
Bernd Lambertz
Original Assignee
Eupen Kabelwerk
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Eupen Kabelwerk filed Critical Eupen Kabelwerk
Application granted granted Critical
Publication of NL1015004C1 publication Critical patent/NL1015004C1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47CCHAIRS; SOFAS; BEDS
    • A47C27/00Spring, stuffed or fluid mattresses or cushions specially adapted for chairs, beds or sofas
    • A47C27/14Spring, stuffed or fluid mattresses or cushions specially adapted for chairs, beds or sofas with foamed material inlays
    • A47C27/142Spring, stuffed or fluid mattresses or cushions specially adapted for chairs, beds or sofas with foamed material inlays with projections, depressions or cavities
    • A47C27/144Spring, stuffed or fluid mattresses or cushions specially adapted for chairs, beds or sofas with foamed material inlays with projections, depressions or cavities inside the mattress or cushion
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47CCHAIRS; SOFAS; BEDS
    • A47C27/00Spring, stuffed or fluid mattresses or cushions specially adapted for chairs, beds or sofas
    • A47C27/14Spring, stuffed or fluid mattresses or cushions specially adapted for chairs, beds or sofas with foamed material inlays
    • A47C27/142Spring, stuffed or fluid mattresses or cushions specially adapted for chairs, beds or sofas with foamed material inlays with projections, depressions or cavities
    • A47C27/146Spring, stuffed or fluid mattresses or cushions specially adapted for chairs, beds or sofas with foamed material inlays with projections, depressions or cavities on the outside surface of the mattress or cushion
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47CCHAIRS; SOFAS; BEDS
    • A47C27/00Spring, stuffed or fluid mattresses or cushions specially adapted for chairs, beds or sofas
    • A47C27/14Spring, stuffed or fluid mattresses or cushions specially adapted for chairs, beds or sofas with foamed material inlays
    • A47C27/15Spring, stuffed or fluid mattresses or cushions specially adapted for chairs, beds or sofas with foamed material inlays consisting of two or more layers

Landscapes

  • Mattresses And Other Support Structures For Chairs And Beds (AREA)
  • Laminated Bodies (AREA)

Description

Matras.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een matras die is vervaardigd uit een compressibel materiaal.
Er zijn uit een compressibel en elastisch materiaal vervaardigde matrassen bekend die zijn voorzien van een bodem 5 die is uitgerust met een reeks uitsteeksels, waarvan de vrije uiteinden op een afstand van elkaar liggen en tussen welke dalen zijn gevormd.
Deze matrassen zijn in het algemeen zodanig uit een enkel materiaal vervaardigd, dat alle uitsteeksels eenzelfde 10 hardheid of compressieweerstand bezitten (zie b.v. het US-A-4.686.724) .
Studies hebben aangetoond, dat het de voorkeur geniet om in een matras zones met verschillende hardheid te bezitten teneinde aan de matras toe te staan om zich beter aan de mense-15 lijke anatomie aan te passen.
Teneinde te pogen om een matras te verkrijgen die zich beter aan de menselijke anatomie aanpast, wordt door het document US-A-4.620.337 een matras voorgesteld die is vervaardigd uit één materiaal, doch waarvan de hoogte van de uitsteeksels 20 en diepte van de dalen variëren. De totale dikte van de matras varieert. De variaties van de compressieweerstand van een dergelijke matras worden beperkt door de hoogte van de uitsteeksels en de diepte van de dalen.
Onderwerp van de onderhavige uitvinding vormt een ma-25 tras met zones die zijn voorzien van verschillende karakteristieken (b.v. compressieweerstand) , zelfs wanneer de hoogte van de uitsteeksels of de diepte van de dalen constant blijven.
De matras volgens de uitvinding bestaat uit een matras welke ^Ls voorzien van een bodem die is uitgerust met een reeks 1015004 2 uitsteeksels, waarvan de vrije uiteinden op een afstand van elkaar liggen en tussen welke dalen zijn gevormd. Deze matras bezit het kenmerk, dat ten minste één uitsteeksel is voorzien van ten minste twee op elkaar geplaatste lagen, te weten een com-5 pressibele en elastische laag grenzend aan de bodem van de matras en een compressibele en elastische laag grenzend aan het vrije uiteinde, welke aan de bodem van de matras grenzende laag ten minste één eigenschap bezit die verschilt van die van de aan het uiteinde grenzende laag.
10 Op gunstige wijze geldt, dat ten minste één uitsteek sel is voorzien van ten minste drie op elkaar geplaatste lagen, te weten een eerste compressibele en elastische laag grenzend aan de bodem van de matras, een tweede compressibele en elastische laag grenzend aan het vrije uiteinde, en een derde com-15 pressibele en elastische laag die is gelegen tussen de genoende eerste en tweede lagen, welke derde laag is voorzien van ten minste één eigenschap of karakteristiek die verschilt van die van de eerste en tweede laag.
Als verschillende eigenschap of karakteristiek beoog: 20 men, dat de derde laag een schuimlaag is met open cellen terwijl de eerste en tweede laag lagen met gesloten cellen zijn, of omgekeerd; en/of dat de derde laag is voorzien van cellen met een diameter die verschilt van die van de cellen van de eerste en tweede laag; en/of dat de derde laag is voorzien van 25 een warmteoverdrachtcoëfficiënt en/of een trillingsdempingsco-efficiënt (geluid, etc.) en/of een elasticiteit en/of een ab-· sorptiemate en/of een golfreflectie (warmte, radiogolven, geluid, etc.) die verschilt van die van de eerste en tweede laag en/of compressiekarakteristieken die verschillen van die van de 30 eerste en tweede laag.
Op gunstige wijze geldt, dat de matras is voorzien van een reeks uitsteeksels met elk ten minste drie op elkaar geplaatste lagen, te weten een eerste compressibele en elastische laag grenzend aan de bodem van de matras, een tweede compressi-35 bele en elastische laag grenzend aan het vrije uiteinde, en een 1015004 3 derde compressibele en elastische laag die is gelegen tussen de genoemde eerste en tweede laag, welke derde laag is voorzien van een eigenschap of karakteristiek die verschilt van die van de eerste en tweede laag, bij voorkeur compressibiliteitskarak-5 teristieken die verschillen van die van de eerste en tweede laag.
Bij voorkeur geldt, dat de matras is voorzien van een reeks uitsteeksels met elk ten minste drie op elkaar geplaatste lagen, te weten een eerste compressibele en elastische laag 10 grenzend aan de bodem van de matras, een tweede compressibele en elastische laag grenzend aan het vrije uiteinde, en een derde compressibele en elastische laag die is gelegen tussen de genoemde eerste en tweede laag, welke derde laag is voorzien van een gemiddelde dikte, en compressibiliteitskarakteristieken 15 bezit die verschillen van die van de eerste en tweede laag, waarbij de gemiddelde dikte van de derde laag van ten minste één van de uitsteeksels verschilt van de gemiddelde dikte van ten minste een ander uitsteeksel.
Bijvoorbeeld bezit de derde laag een hardheid of com-20 pressieweerstand die veel groter is dan die van de eerste en tweede laag. In dit geval is het, door de dikte van de genoemde derde laag voor elk der uitsteeksels aan te passen, mogelijk om uitsteeksels te verkrijgen met verschillende hardheidskarakte-ristieken.
25 Volgens een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm geldt, dat de uitsteeksels in hoofdzaak een gelijke hoogte bezitten.
Volgens een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm geldt, dat de uitsteeksels een in hoofdzaak identieke vorm be-30 zitten en op in hoofdzaak uniforme wijze ten opzichte van de bodem zijn verdeeld. In het bijzonder bezitten de tussen de uitsteeksels gelegen dalen een vorm die correspondeert met die van de uitsteeksels, zodanig dat de uitsteeksels van een matras kunnen worden aangebracht in de dalen van een andere matras.
1015004 4
Volgens een mogelijke uitvoeringsvorm geldt, dat de eerste laag en de tweede laag zijn vervaardigd uit een materiaal met een gelijke elasticiteit of compressibiliteit. Bijvoorbeeld bezitten de genoemde eerste en tweede lagen een geringere 5 hardheid dan die van de derde laag. In dit geval zijn de vrije uiteinden van de uitsteeksels soepel en kunnen ze op correcte wijze de vorm van het lichaam aannemen.
Volgens een speciale uitvoeringsvorm geldt, dat deze: is voorzien van zones met een verschillende compressieweer-10 stand.
Alhoewel de lagen van de uitsteeksels onderling kunren worden verbonden door elk type verbinding of bevestiging (door naaien, door lassen, door vastklikken, etc.), geldt bij voorkeur, dat de lagen van de uitsteeksels onderling zijn verbonden 15 door lijmpunten of door een lijmlaag.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een matras volgens een der voorgaande conclusies, waarbij men ten minste drie compressibele schuimlagen samenvoegt ter vorming van ten minste een gedeelte van esn 20 schuimdrager met een eerste bodemvlak en een tweede bodemvlat tegenover het genoemde eerste vlak, waarbij een eerste schuimlaag naar het genoemde eerste vlak is toegekeerd, terwijl een tweede schuimlaag naar het genoemde tweede vlak is toegekeeri, waarbij de tussen de genoemde eerste en tweede lagen gelegen 25 derde laag is voorzien van ten minste één eigenschap die verschilt van die van de eerste en tweede laag, bij voorkeur coin-pressibiliteitskarakteristieken die verschillen van die van Ie eerste en tweede laag, en waarbij men voor ten minste een deel van het de genoemde drie lagen bevattende gedeelte de schuim-30 drager doorsnijdt ter vorming van ten minste een matras met uitsteeksels, waarvan de vrije uiteinden op een afstand van al-kaar liggen en tussen welke dalen zijn gevormd, welke uitsteeksels zijn voorzien van ten minste twee op elkaar geplaatste Lagen, te weten een compressibele en elastische laag grenzend aan 35 de bodem van de matras en een compressibele en elastische laag 1015004 5 grenzend aan het vrije uiteinde, welke aan de bodem van de matras grenzende laag is voorzien van ten minste één eigenschap die verschilt van die van de aan het uiteinde grenzende laag.
Op gunstige wijze omvatten de genoemde uitsteeksels 5 ten minste drie aparte gedeeltes, te weten een eerste gedeelte dat is vervaardigd in de genoemde eerste laag, een tweede gedeelte dat is vervaardigd in de genoemde twee laag en een derde gedeelte dat is vervaardigd in de genoemde derde laag.
Op gunstige wijze geldt, dat men de drager doorsnijdt 10 voor het vormen van twee matrassen die elk uitsteeksels bezitten, waarvan de vrije uiteinden op een afstand van elkaar liggen en tussen welke dalen zijn gevormd, welke uitsteeksels zijn voorzien van ten minste drie aparte delen, 'te weten een eerste deel dat is gevormd in de genoemde eerste laag, een tweede deel 15 dat is gevormd in de genoemde tweede laag en een derde deel dat is gevormd in de genoemde derde laag.
Volgens een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm geldt, dat de derde laag ten minste gedeeltelijk de eerste laag bedekt en dat de tweede laag ten minste gedeeltelijk de derde 20 laag bedekt.
Op gunstige wijze geldt, dat men de genoemde eerste, tweede en derde laag onderling door lijmen verbindt.
Bij voorkeur geldt, dat men een vlak van de eerste laag zodanig bewerkt, dat de genoemde laag ten minste twee ge-25 deeltes met verschillende dikte bezit, en dat men een vlak van de tweede laag zodanig bewerkt, dat de genoemde laag ten minste twee gedeeltes met verschillende dikte bezit, en dat men de twee tegenover elkaar gelegen vlakken van de derde laag zodanig bewerkt, dat de genoemde laag ten minste twee gedeeltes met 30 verschillende dikte bezit, waarbij de dikte van de gedeeltes van de derde laag zodanig zijn, dat de dikte van de drie op elkaar geplaatste lagen in hoofdzaak constant blijft.
Volgens een bij zonderheid van een uitvoeringsvorm van de werkwijze geldt, dat de eerste laag en de tweede laag in 1015004 6 hoofdzaak identieke compressibiliteitskarakteristieken bezit -ten.
Bijzonderheden en details van de uitvinding zullen blijken uit de volgende gedetailleerde beschrijving van de 5 voorkeur genietende uitvoeringsvormen, waarbij wordt verwezen naar de bijgevoegde tekeningen.
In deze tekeningen toont: figuur 1 een perspectivisch aanzicht van een matras volgens de uitvinding;
10 - figuren 2 en 3 doorsnedes volgens de lijnen II-II en III-III
van de matras,- figuur 4 een doorsnede door een drager voor het doorsnijden daarvan; figuur 5 een aanzicht van de drager volgens figuur 4, na liet 15 doorsnijden en het opnieuw op elkaar plaatsen van de matrassen; en figuur 6 een perspectivisch aanzicht van de drager van figuur 4 die op speciale wijze is doorgesneden.
Figuur 1 is een perspectivisch aanzicht van een de 20 voorkeur genietende matras volgens de uitvinding.
Deze matras 1 is voorzien van een bodem 2 die is uit -gerust met een reeks uitsteeksels 3 (in hoofdzaak met tapse of pyramidale vorm) waarvan de vrije uiteinden 4 op een afstand van elkaar liggen en tussen welke dalen 5 zijn gevormd. De bo-25 dem kan eventueel gaten of perforaties 6 bezitten om een eventuele ventilatie van de dalen 5 in de nabijheid van hun boden 50 toe te staan. Dergelijke perforaties kunnen worden gerealiseerd met behulp van stangen 7, zoals toegelicht in het document US-A-4.686.724. De uitsteeksels en de dalen bezitten con-30 plementaire vormen, zodanig dat de uitsteeksels van een eerste matras passen in de dalen van een tweede matras. De uitsteeksels 3 zijn op homogene en uniforme wijze over de bodem 2 verdeeld en bezitten elk een gelijke hoogte H die correspondeert met de diepte van de dalen.
1 0 15 00 4 7
Zoals is weergegeven in de figuren 2 en 3, zijn de uitsteeksels 3 voorzien van drie aparte lagen, te weten: - een eerste laag van op elastische wijze compressibel schuim 31, grenzend aan de bodem 2, 5 - een tweede laag van op elastische wijze compressibel schuim 32, grenzend aan de toppen 4 van de uitsteeksels, en - een derde laag van op elastische wijze compressibel schuim 33, gelegen tussen de genoemde lagen 31 en 32.
De derde laag 33 is vervaardigd uit een materiaal met 10 een grotere hardheid of compressieweerstand dan het materiaal dat wordt gebruikt voor de lagen 31 en 32. De laag 33 vertoont derhalve compressibiliteitskarakteristieken die verschillen van die van de lagen 31 en 32. Door de grotere hardheid of compressieweerstand (per dikte-eenheid en per oppervlakte-eenheid) van 15 de derde laag ten opzichte van de lagen 31 en 32 begrijpt men, dat de noodzakelijke druk om de dikte van de laag 33 met x% te comprimeren groter is dan die welke noodzakelijk is om de dikte van de laag 31 of 32 met x% te comprimeren. Op gunstige wijze is de druk die noodzakelijk is om de dikte van de laag 33 met 20 x% te comprimeren ten minste tweemaal groter dan die welke noodzakelijk is om de dikte van de laag 31 of 32 met x% te comprimeren, bij voorkeur drie tot tien maal groter dan de druk die noodzakelijk is om de dikte van de laag 31 of 32 met x% te comprimeren.
25 In figuur 2 varieert de dikte van de derde laag 33 op in hoofdzaak continue wijze. Dit is hetzelfde voor de lagen 31 en 32 teneinde te waarborgen, dat de totale hoogte H van de uitsteeksels constant blijft. Het uitsteeksel 3B bezit een laag 33, waarvan de gemiddelde dikte groter is dan die van de laag 30 33 van het uitsteeksel 3A. Het uitsteeksel 3B bezit tevens een compressieweerstand die groter is dan die van het uitsteeksel 3A.
De lagen 31 en 32 zijn bij voorkeur vervaardigd uit hetzelfde materiaal, dat wil zeggen een materiaal dat een ge-35 lijke compressieweerstand per dikte-eenheid en per oppervlakte- 1015004 8 eenheid vertoont. Met andere woorden correspondeert de kracht die noodzakelijk is om een kubus van 1 cm3 van het materiaal van de laag 31 met x% te comprimeren in hoofdzaak met de kré.cht die noodzakelijk is om een kubus van 1 cm3 van het materiaal 5 van de laag 32 met x% te comprimeren.
De variatie van de dikte van de laag 33 in de uitsteeksels 3A, 3B staat toe om uitsteeksels te verkrijgen di€ een hardheidvariatie vertonen. Voor de uitsteeksels 3A, 3B bezit de rechter zijde 35 een grotere hardheid dan de linkerzijde 10 36. Dit staat geleidelijkere modificaties van de hardheid tce, dat wil zeggen een overgang vanaf een zeer stijve zone naar een minder stijve zone zonder een abrupte verandering of zonder een abrupte variatie van de hardheid.
In het in figuur 3 weergegeven gedeelte van de matras 15 1 blijft de dikte van de laag 33 in hoofdzaak constant. De tit- steeksels 3 van de genoemde zone bezitten derhalve een gelijke hardheid.
Voor het vervaardigen van de matras volgens figuur 1 bereidt men een drager 50 met drie schuimlagen, te weten eer 20 onderste schuimlaag 51 met een eerste hardheid, een bovenste laag 52 met een hardheid die bij voorkeur in hoofdzaak gelijk is aan die van de laag 51, en een laag 53 die is gelegen tussen de lagen 51 en 52 en een veel grotere hardheid vertoont dan die van de lagen 51 en 52. De noodzakelijke druk om de dikte van de 25 lagen 53 met x% te comprimeren is bijvoorbeeld ten minste tweemaal groter dan die welke noodzakelijk is om de dikte van de laag 51 of 52 met x% te comprimeren, bij voorkeur drie tot tien maal groter dan de druk die noodzakelijk is om de dikte van de laag 51 of 52 met x% te comprimeren.
30 De lagen 51, 52 en 53 zijn onderling door middel var.
lijm verbonden.
De totale dikte E van de drager is in hoofdzaak constant. De dikte van de lagen 51, 52 en 53 varieert echter. Aldus bezit bijvoorbeeld de laag 53 een dikteprofiel << e >> in 35 de langsrichting met vanaf een zijrand naar de tegenovergelegen 1015004 9 zijrand een zone met afnemende dikte el, een zone met toenemende dikte e2, een zone met constante dikte e3, een zone met af-nemende dikte e4 en een zone met toenemende dikte e5. De lagen 51 en 52 bezitten bij voorkeur in de langsrichting een in 5 hoofdzaak identiek dikteprofiel.
De drager 50 wordt vervolgens doorgesneden, bijvoorbeeld door middel van een snijmachine met geprofileerde rollen tussen welke het schuim wordt gecomprimeerd, terwijl het profiel van de rollen wordt gevolgd (b.v. de snijmachine D 11 van 10 Fecken-Kirfel GmbH & Co., Aken, Duitsland).
Tijdens de passage van de drager 50 in een dergelijke snijmachine worden twee complementaire matrassen IA, 1B gevormd. De matras IA bezit een bodem 2 die is gerealiseerd in de laag 51, welke bodem een reeks uitsteeksels draagt die zijn ge-15 realiseerd in de lagen 51, 52 en 53. In feite is het vrije uiteinde van de uitsteeksels 3 van de matras IA gerealiseerd in de laag 52. De matras 1B bezit wat zichzelf betreft een bodem 2 die is gerealiseerd in de laag 52, welke bodem een reeks uitsteeksels 3 draagt die zijn gerealiseerd in de lagen 51, 52 en 20 53. In feite is het vrije uiteinde van de uitsteeksels van de matras 1B gerealiseerd in de laag 52.
Door het wijzigen van het profiel van de compressie-rollen van de snijmachine is het mogelijk om een matras te verkrijgen met een sinusoidaal profiel (figuur 6) of een zigzag-25 profiel. In dit geval vertonen de uitsteeksels een lijnvormig vrij uiteinde. De uiteindelijn van een uitsteeksel ligt op een afstand van de uiteindelijn van een ander uitsteeksel.
In de weergegeven uitvoeringsvormen bezitten de matrassen drie op elkaar geplaatste lagen. Het is duidelijk, dat 30 de matrassen, of ten minste een gedeelte daarvan, meer dan drie lagen kunnen bezitten, bijvoorbeeld vier, vijf, zes lagen, ja zelfs meer. In dit geval bezitten de of ten minste sommige van de uitsteeksels van de matrassen bijvoorbeeld vier, vijf, zes en zelfs meer op elkaar geplaatste lagen. Het is duidelijk, dat 35 de matras volgens de uitvinding zones kan bezitten die zijn sa- 1015004 10 mengesteld uit een enkele laag of uit twee op elkaar geplaatste lagen. Volgens mogelijke varianten kan een of een aantal der zones van de matrassen niet geprofileerd zijn voor het verschaffen van uitsteeksels waarvan de uiteindes op afstand van 5 elkaar zijn gelegen.
In de weergegeven uitvoeringsvormen is de derde laac 33 van de uitsteeksels vervaardigd uit een materiaal met com-pressibiliteitskarakteristieken die verschillen van die van ie lagen 31 en 32. De derde laag 33 zou een andere karakteristisk 10 of verschillende eigenschap kunnen bezitten dan die van de lagen 31 en 32. Bijvoorbeeld zou de laag 33 een schuimlaag kunnen zijn met open cellen, terwijl de lagen 31 en 32 lagen zijn mat gesloten cellen, of omgekeerd en/of een laag met een warmte-overdrachtcoëfficiênt of een trillingsdempingscoëfficiënt (ga-15 luid etc.) die verschilt van die van de lagen 31 en 32; en/oE een absorptie- of reflectiemate voor golven (warmte, radiogoL-ven, geluid, etc.) die verschilt van die van de lagen 31 en 12.
De lagen van de matrassen kunnen vervaardigd worden uit talrijke materialen, zoals een polymeer materiaal of een al 20 dan niet vervlechte copolymeer, een thermoplastisch materiaal., etc. De lagen kunnen diverse toevoegingen bezitten, zoals pigmenten, antistatische middelen, warmtevasthoudmiddelen, etc.
Bij wijze van voorbeeld zijn de lagen van de matras volgens de uitvinding gerealiseerd uit polyurethaan en/of polyether, even-25 tueel gemengd met polyolefines of andere polymeren of copolyme-ren.
De matras volgens de uitvinding kan worden gebruikt om dienst te doen als kussen, strandmatras, bedmatras, maar kan tevens worden gebruikt om schokken te dempen (b.v. in helmen, 30 in plafonds of voertuigdaken of doorgangen, in transportkosten) , voor het dempen van trillingen (akoestische trillingen, mechanische trillingen), etc.
Om een bijzonder esthetisch aspect te verschaffen aan de matras zijn de lagen (31, 32, 33) van de matras bij voorkeur 35 vervaardigd uit gekleurde materialen, bijvoorbeeld bezit de 1 0 15 00 4 11 laag 33 een kleur die verschilt van die van de lagen 31 en 32. Deze kleurverschillen kunnen tevens worden gebruikt om aan de gebruiker de zones aan te duiden, waarin de matras verschillende of speciale eigenschappen bezit, of voor het kenmerken van 5 de matras (cijfer, letter, reelameuiting, etc.).
1015004

Claims (17)

1. Matras, vervaardigd uit een compressibel en elastisch materiaal, welke matras is voorzien van een bodem (2) die is uitgerust met een reeks uitsteeksels (3), waarvan de vrije uiteinden (4) op een afstand van elkaar liggen en tussen welke 5 dalen (5) zijn gevormd, met het kenmerk, dat ten minste één uitsteeksel is voorzien van ten minste twee op elkaar geplaatste lagen (32, 33), te weten een compressibele en elastische laag (33) grenzend aan de bodem (2) van de matras en een compressibele en elastische laag (32) grenzend aan het vrije ui:- 10 einde (4), welke aan de bodem (2) van de matras grenzende laag (33) ten minste één eigenschap bezit die verschilt van die van de aan het uiteinde (4) grenzende laag (32).
2. Matras volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat ten minste één uitsteeksel (3) is voorzien van ten minste drie 15 op elkaar geplaatste lagen (31, 32, 33), te weten een eerste compressibele en elastische laag (31) grenzend aan de bodem (2) van de matras, een tweede compressibele en elastische laag (32) grenzend aan het vrije uiteinde (4) , en een derde compressibele en elastische laag (33) die is gelegen tussen de genoemde ee::- 20 ste en tweede laag (31, 32), welke derde laag (33) is voorzien van ten minste één eigenschap die verschilt van die van de eerste en tweede laag (31, 32).
3. Matras volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat deze is voorzien van een reeks uitsteeksels (3) met elk ten 25 minste drie op elkaar geplaatste lagen (31, 32, 33), te weten een eerste compressibele en elastische laag (31) grenzend aan de bodem (2) van de matras, een tweede compressibele en elastische laag (32) grenzend aan het vrije uiteinde (4), en een dsr-de compressibele en elastische laag (33) die is gelegen tussnn 30 de genoemde eerste en tweede laag (31, 32), welke derde laag (33) is voorzien van ten minste één eigenschap die verschilt van die van de eerste en tweede laag (31, 32). 1015004
4. Matras volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat de genoemde derde laag (33) is voorzien van compressibili-teitskarakteristieken die verschillen van die van de eerste en tweede laag (31, 32).
5. Matras volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat deze is voorzien van een reeks uitsteeksels (3) met elk ten minste drie op elkaar geplaatste lagen (31, 32, 33), te weten een eerste compressibele en elastische laag (31) grenzend aan de bodem (2) van de matras, een tweede compressibele en elasti-10 sche laag (32) grenzend aan het vrije uiteinde, en een derde compressibele en elastische laag (33) die is gelegen tussen de genoemde eerste en tweede laag (31, 32), welke derde laag (33) is voorzien van een gemiddelde dikte, en compressibiliteitska-rakteristieken bezit die verschillen van die van de eerste en 15 tweede laag (31, 32) , waarbij de gemiddelde dikte van de derde laag (33) van ten minste één (3A) van de uitsteeksels verschilt van de gemiddelde dikte van ten minste een ander uitsteeksel (3B) .
6. Matras volgens een der conclusies 1 tot 5, met het 20 kenmerk, dat de uitsteeksels (3) in hoofdzaak een gelijke hoogte (H) bezitten.
7. Matras volgens een der conclusies 1 tot 6, met het kenmerk, dat de uitsteeksels (3) een in hoofdzaak identieke vorm bezitten en op in hoofdzaak uniforme wijze ten opzichte 25 van de bodem (2) zijn verdeeld.
8. Matras volgens een der conclusies 2 tot 7, met het kenmerk, dat de eerste laag (31) en de tweede laag (32) zijn vervaardigd uit een materiaal met een gelijke elasticiteit en/of compressibiliteit.
9. Matras volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat deze is voorzien van zones met een verschillende compressieweerstand.
10. Matras volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat.de lagen (31, 32, 33) van de uitsteeksels on-35 derling zijn verbonden door lijmpunten of door een lijmlaag. 1015004
11. Werkwijze voor· het vervaardigen van een matras volgens een der voorgaande conclusies, waarbij men ten minste drie compressibele schuimlagen (51, 52, 53) samenvoegt ter \or-ming van ten minste een gedeelte van een schuimdrager (50) met 5 een eerste bodemvlak (2) en een tweede bodemvlak (2) tegenover het genoemde eerste vlak, waarbij een eerste schuimlaag (51) naar het genoemde eerste vlak is toegekeerd, terwijl een tweede schuimlaag (52) naar het genoemde tweede vlak is toegekeerd, waarbij de tussen de genoemde eerste en tweede laag (51, 52) 10 gelegen derde laag (53) is voorzien van ten minste één eiger-schap die verschilt van die van de eerste en tweede laag (51, 52), bij voorkeur compressibiliteitskarakteristieken die velschillen van die van de eerste en tweede laag (51, 52), en waarbij men voor ten minste een deel van het de genoemde drie 15 lagen (51, 52, 53) bevattende gedeelte de schuimdrager (50) doorsnijdt ter vorming van ten minste een matras met uitsteeksels (3), waarvan de vrije uiteinden (4) op een afstand van elkaar liggen en tussen welke dalen (5) zijn gevormd, welke uitsteeksels (3) zijn voorzien van ten minste twee op elkaar ge-20 plaatste lagen (32, 33), te weten een compressibele en elastische laag (33) grenzend aan de bodem (2) van de matras en een compressibele en elastische laag (32) grenzend aan het vrije uiteinde (4), welke aan de bodem (2) van de matras grenzende laag (33) is voorzien van ten minste één eigenschap die ver-25 schilt van die van de aan het uiteinde (4) grenzende laag (32).
12. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat men de schuimdrager (50) doorsnijdt voor het vormen van ten minste één matras met uitsteeksels (3), waarvan de vrije uiteinden (4) op een afstand van elkaar liggen en tussen welke ia- 30 len (5) zijn gevormd, welke uitsteeksels (3) ten minste drie afzonderlijke delen bevatten, te weten een eerste deel dat in de genoemde eerste laag (51) is gevormd, een tweede deel dat in de genoemde tweede laag (52) is gevormd en een derde deel dat in de genoemde derde laag (53) is gevormd. 1015004
13. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat men de drager doorsnijdt voor het vormen van twee matrassen die elk uitsteeksels (3) bezitten, waarvan de vrije uiteinden (4) op een afstand van elkaar liggen en tussen welke dalen (5) 5 zijn gevormd, welke uitsteeksels (3) zijn voorzien van ten minste drie aparte delen, te weten een eerste deel dat is gevormd in de genoemde eerste laag (51), een tweede deel dat is gevormd in de genoemde tweede laag (52) en een derde deel dat is gevormd in de genoemde derde laag (53).
14. Werkwijze volgens conclusie 12 of 13, met het ken merk, dat de derde laag (53) ten minste gedeeltelijk de eerste laag (51) bedekt en dat de tweede laag (52) ten minste gedeeltelijk de derde laag (53) bedekt.
15. Werkwijze volgens een der conclusies 12 tot 14, 15 met het kenmerk, dat men de genoemde eerste, tweede en derde lagen (51, 52, 53) onderling door lijmen verbindt.
16. Werkwijze volgens een der conclusies 12 tot 15, met het kenmerk, dat men een vlak van de eerste laag (51) zodanig bewerkt, dat de genoemde laag (51) ten minste twee gedeel- 20 tes met verschillende dikte bezit, en dat men een vlak van de tweede laag (52) zodanig bewerkt, dat de genoemde laag (52) ten minste twee gedeeltes met verschillende dikte bezit, en dat men de twee tegenover elkaar gelegen vlakken van de derde laag (53) zodanig bewerkt dat de genoemde laag (53) ten minste twee ge- 25 deeltes met verschillende dikte bezit, waarbij de dikte van de gedeeltes van de derde laag zodanig is, dat de dikte van de drie op elkaar geplaatste lagen (51, 52, 53) in hoofdzaak constant blijft.
17. Werkwijze volgens een der conclusies 12 tot 16, 30 met het kenmerk, dat de eerste laag (51) en de tweede laag (52) in hoofdzaak identieke compressibiliteitskarakteristieken bezitten. 1015004
NL1015004A 1999-11-10 2000-04-21 Matras. NL1015004C1 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
ES9902831 1999-11-10
ES9902831U ES1044531Y (es) 1999-11-10 1999-11-10 Colchon.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1015004C1 true NL1015004C1 (nl) 2001-05-11

Family

ID=8311047

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1015004A NL1015004C1 (nl) 1999-11-10 2000-04-21 Matras.

Country Status (5)

Country Link
BE (1) BE1013460A6 (nl)
DE (1) DE20017581U1 (nl)
ES (1) ES1044531Y (nl)
FR (1) FR2800592B3 (nl)
NL (1) NL1015004C1 (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
MD3586C2 (ro) * 2006-12-22 2008-12-31 Василий АРАБАДЖИ Saltea ortopedică pentru pat
MD3951C2 (ro) * 2009-02-11 2010-03-31 Василий АРАБАДЖИ Saltea ortopedică pentru pat
BE1020548A3 (nl) 2012-02-29 2013-12-03 Imhold Nv Een materiaal en een werkwijze om een materiaal te vervaardigen.
US11122910B2 (en) * 2012-10-22 2021-09-21 Dreamwell, Ltd. Multi-layered convoluted foam layer
US20220095806A1 (en) * 2020-08-28 2022-03-31 Avocado Green Brands, LLC Multiple zone layered mattress

Also Published As

Publication number Publication date
DE20017581U1 (de) 2000-12-21
ES1044531U (es) 2000-05-01
FR2800592A3 (fr) 2001-05-11
ES1044531Y (es) 2001-04-01
FR2800592B3 (fr) 2001-10-19
BE1013460A6 (fr) 2002-02-05

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CA2922187C (en) Cushioning structures for body parts
EP0109841B1 (en) Mattress for supporting the human body
US5639145A (en) Portable cushion
US7140126B2 (en) Gel insoles with lower heel and toe recesses having thin spring walls
JP5015921B2 (ja) 改良された枕、マットレス等
US5152023A (en) Cellular cushion having sealed cells
US5640737A (en) Multi-component sponge
US8117709B2 (en) Buffing system including load absorbing fixture with multiple compression load deflection and replaceable working face
US5360653A (en) Encapsulated foam pad
CN109219346B (zh) 宠物用床
FR2956962A1 (fr) Nouvel oreiller ergonomique et ses utilisations en literie
EP0129589A1 (en) CONSTANT FORCE CUSHION.
NL8200401A (nl) Lichaamsondersteuning.
WO1995022922A1 (en) Cushion, mattress or analogous element and resilient elements for use therein
GB1559851A (en) Mattress or pad to support the human body
JP6886362B2 (ja) マットレス構造体
NL1015004C1 (nl) Matras.
US20150217534A1 (en) Method of fusing a foam material to an elastomeric gel material and product thereof
BE1010041A3 (nl) Elastisch verend element en verende steun voorzien van dergelijke elastisch verende elementen.
JP2001161759A5 (nl)
WO2012018104A1 (ja) マットレス
AU726072B2 (en) Three dimensional shoe vamp air cushion
EP1123668B1 (en) Arch support for open or closed shoes
JPS6010450Y2 (ja) 四層構造の布団材料
JP2600606Y2 (ja) 積層シート

Legal Events

Date Code Title Description
VD2 Lapsed due to expiration of the term of protection

Effective date: 20060421