BE1020548A3 - Een materiaal en een werkwijze om een materiaal te vervaardigen. - Google Patents

Description

Een materiaal en een werkwijze om een materiaal te vervaardigen.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een meerlagig materiaal en een werkwijze om een meerlagig materiaal te vervaardigen.

Meer in het bijzonder betreft dit een meerlagig materiaal dat tegelijkertijd zacht en flexibel is, maar dat tevens steun geeft, zodat het bijvoorbeeld gebruikt kan worden in matrassen, hoofdkussens, meubelkussens en gelijkaardige artikelen.

Materialen voor gebruik in matrassen, kussens en dergelijke dienen aan een groot aantal eisen te voldoen. Zo dient een dergelijk materiaal de juiste samëndrukbaàrheidskarakteristieken te hebben om een juiste combinatie van zachtheid en steun te géven, maar ook de vochthuishouding is in dergelijke toepassingen van belang.

Immers, tijdens gebruik neemt een matras of kussen transpiratievocht op. Dit vocht dient snel afgevoerd te worden van het contactoppervlak met het lichaam van de gebruiker, om een klam of vochtig, en daardoor oncomfortabel gevoel te vermijden.

Tevens dient dit vocht ook weer aan de omgeving te worden af gegeven, om verzadiging van de matras of het kussen met vocht te voorkomen. Dit zou namelijk onder andere tot gevolg kunnen hebben dat de vochtopname door de matras of het kussen stopt, en dat schimmel- en bacteriegroei in het kussen of de matras bevorderd worden.

De mate waarin vocht afgevoerd kan worden van het oppervlak, en de mate waarin het vocht wederom afgegeven kan worden, aan de omgeving, zijn sterk gerelateerd aan de luchtdoorlaatbaarheid van het materiaal, die op zijn beurt sterk gerelateerd is aan de mate waarin de poriën in het , : materiaal open zijn.

Een bekend materiaal voor de genoemde toepassingen is polyurethaanschuim, oftewel PU schuim, waarbij door variaties tijdens de productie specifieke elastische eigenschappen van het PU schuim verkregen kunnen worden, zodat het geschikt wordt als materiaal voor de genoemde toepassingen, en daarbij acceptabel is, zowel wat betreft samendrukbaarheid als wat betreft luchtdoorlaatbaarheid, " maar op geen van beide gebieden uitmunt.

Een ander bekend materiaal voor de genoemde toepassingen is visco-elastisch schuim. Dit materiaal vervormt onder druk, maar keert slechts met enige vertraging terug naar zijn oorspronkelijke vorm. Dit maakt het materiaal aantrekkelijk voor gebruik in matrassen of kussens, omdat het een heel zacht en comfortabel gevoel geeft met toch een goede ondersteuning, waarbij een verend effect vermeden wordt.

Factoren die het echter onaantrekkelijk maken voor gebruik . in deze toepassingen zijn het feit dat de samendrukbaarheidskarakteristieken sterk temperatuurs-afhankelijk zijn, zodat het comfortgevoel sterk varieert tussen zomer en winter, en het feit dat veel poriën in visco-elastisch schuim gesloten poriën zijn, waardoor dit materiaal een zeer slechte luchtdoorlaatbaarheid heeft, en daardoor dus beperkt vochtopname en -afgave toelaat in een artikel waarin het gebruikt wordt.

Een ander bekend schuim is gereticuleerd schuim. Dit wil zeggen dat dit een eerder netvormig schuim is, waarbij zich geen of vrijwel geen dunne membranen in het schuim bevinden, waardoor het materiaal een zeer goede luchtdoorlaatbaarheid heeft, en dus ook zeer goedé vochtuitwisselingskarakteristieken.

Een dergelijk gereticuleerd schuim.kan bijvoorbeeld gemaakt 1 worden door de cellen van een traditioneel PU schuim te vullen met een explosief gas en dit te laten exploderen, waardoor de wanden van de cellen in het schuim door de warmte en/of de kracht verbranden, breken en/of verwijderd worden.

Het is echter ook mogelijk om op andere manieren gereticuleerde schuimen te verkrijgen.

Dergelijke gereticuleerde schuimen hebben echter over het . algemeen slechte samendrukbaarheidseigenschappeh. Zij zijn in de praktijk te zacht, en worden daardoor bij een lage . belasting al volledig ingedrukt, om breed toepasbaar te zijn in de genoemde toepassingen. :

De huidige uitvinding heeft tot doel aan minstens één van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden, doordat zij voorziet in een meerlagig materiaal dat minimaal een eerste laag en een daaraan verbonden tweede laag omvat, waarbij beide lagen gemaakt zijn uit flexibel schuim en de eerste laag gemaakt is uit een schuim met een „ hogere luchtdoorlaatbaarheid dan het schuim van de tweede laag, en waarbij de tweede laag openingen hèeft die over de volledige dikte van de tweede laag . lopen . om luchtuitwisseling tussen de eerste laag en de tweede laag toe te laten

Op deze manier kan het voordeel van het gunstig elastischmechanische gedrag van een schuim, bijvoorbeeld een visco-elastisch schuim, gecombineerd worden met een goede lucht ; doorlaatbaarheid van éen ander type schuim, om beide goede eigenschappen te geven aan een stuk van het. materiaal.

Zelfs kan, als het materiaal in een oriëntatie gebruikt wordt waarin de openingen zich hoofdzakelijk verticaal uitstrekken, een schoorsteeneffect verkregen worden waarmee de vochtafgifte nog beter wordt.

In een voorkeurdràgende uitvoeringsvorm is de eerste laag gemaakt uit gereticuleerd schuim. Dit geeft een bij uitsték goed resultaat met betrekking tot vochtopname en ·· vochtafgifte. Dit resultaat wordt nog beter als het gereticuleerde schuim hydrofiel is.

In een verdere voorkeurdràgende uitvoeringsvorm is de eerste laag voorzien van uitsparingen die aansluiten op de openingen in de tweede laag.

Dit materiaal heeft als voordeel dat het gemakkelij.k te maken is door middel van een standaard profileermachine, en dat het een nog verbeterd lucht- en vochtdoorlatend. karakter heeft, door de uitsparingen, die, met de openingen samen, voorkeurskanalen voor luchtverplaatsing definieren.

In een verdere voorkeurdragende uitvoeringsvorm lópen de uitsparingen in de eerste laag niet door tot het van de ' tweede laag afgekeerde oppervlak van de eerste laag, waardoor voorkomen wordt dat de uitsparingen aan dit .oppervlak startpunten voor scheurvorming zouden kunnen vormen.

In nog een verdere voorkeurdragende uitvoeringsvorm worden de openingen in de tweede laag breder in de richting weg van de eerste laag.

Dit houdt ook in dat in diezelfde richting de schuimdelen kleiner worden. Hierdoor wordt een zelf-compenserend effect voor temperatuurvariaties verkregen, die zoals geweten immers het mechanisch gedrag van een visco-elastisch schuim sterk veranderen.

Door deze vorm zal namelijk bij een lage temperatuur, wanneer de schuimdelen harder zijn, een deel van de schuimdelen waar deze dun zijn voor de gewenste balans tussen zachtheid en ondersteuning zorgen, terwijl bij een hoge temperatuur de schuimdelen zachter zijn, en dunnere delen vrijwel volledig gecompacteerd zijn waarbij dan een dikker deel van de schuimdelen voor die balans zal zorgen.

In een verdere voorkeurdragende uitvoeringsvorm maken de openingen in de tweede laag tussen 67% en 150% van het volume van het schuim in de tweede laag uit, en bij voorkeur nabij 100%.

Dit heeft voordelen omdat op deze manier uit een drielagig startdeel, twee vellen identiek meerlagig materiaal volgens . ·.

de uitvinding gemaakt kunnen worden, waardoor er tijdens de , productie minder afval gegenereerd wordt.

De uitvinding omvat tevens een matras, een oplegmatras oftewel topper, een hoofdkussen of een meubelkussen dié of dat minimaal één laag van het genoemde materiaal volgens dé " uitvinding omvat, waarbij de laag materiaal zodanig georiënteerd is dat de tweede laag naar binnen gericht is, met andere woorden waarin de tweede laag richting de kern van een dergelijk artikel georiënteerd is, met andere woorden waarin de eerste laag bedoeld is tijdens gebruik het meest nabij het lichaam van de gebruiker te zijn.

Een dergelijk artikel verkrijgt, dankzij het materiaal volgens de uitvinding, een goede combinatie van comfort en ondersteuning voor de gebruiker, en tevens een góede vochthuishouding.

Verder betreft de uitvinding een werkwijze om een meerfagig materiaal te vervaardigen die de volgende stappen omvat: het samenstellen van een meerlagige samengestelde flexibele laag uit minimaal drie lagen aan elkaar verbonden flexibel schuim; het doorsnijden van de middelste van de drie lagenter vorming van twee gescheiden lagen van het materiaal, waarbij de snede die aangebracht wordt hoofdzakelijk door de middelste van de drie lagen loopt en tevens plaatselijk doorloopt tot in elk van de buitenste van de drie lagen.

Via deze werkwijze zijn op een gemakkelijke manier zeer specifieke gelaagde producten te maken.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm gebeurt het doorsnijden van de middelste laag van de drie lagen in een profileermachine onder gelijktijdige vervorming van de samengestelde laag, waarbij de positie en vorm van de snede geregeld worden door de diktes van de lagen en de instellingen van de profileermachine.

Een dergelijke profileermachine is een bekende machine in het vakgebied van schuimbewerking, en staat ook wel bekend als 'convoluting machine'. Dit is een machine die door middel van geprofileerde rollen een schuimlaag plaatselijk variabel indrukt, waarna deze laag in ingedrukte toestand : wordt doorgesneden ter vorming van twee geprofileerde schuimlagen. Door de variabele indrukking, die eên regelmatig patroon vertoont over het oppervlak, wordt een — profilering met een complementair patroon verkregen op de schuimlagen. Een dergelijke machine wordt bijvoorbeeld beschreven in US 4603445.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm worden de drie lagen zo gekozen dat de twee buitenste van de drie lagen een luchtdoorlaatbaarheid hebben die groter is dan de luchtdoorlaatbaarheid van de middelste van deze drie lagen, zodat een materiaal verkregen wordt dat voldoet aan de eisen voor een materiaal volgens de uitvinding, zoals bovenstaand beschreven.

In een verdere voorkeurdragende uitvoeringsvorm is de middelste laag gemaakt uit visco-elastisch schuim en de buitenste lagen uit gereticuleerd schuim. '

Dit geeft een optimaal gedrag, zowel elastisch-mechanisch als wat betreft vochthuishouding.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een materiaal volgens de uitvinding, een werkwijze om dit te vervaardigen en een matras volgens de uitvinding beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin :

Figuur 1 schematisch en in perspectief een stuk . materiaal volgens de uitvinding weergeeft; figuur 2 het stuk materiaal van figuur 1 in doorsnede volgens lijn II-II weergeeft; figuur 3 een werkwijze weergeeft om het materiaal van figuren 1 en 2 te vervaardigen; figuur 4 een variant van een materiaal volgens de uitvinding weergeeft in doorsnede; figuur 5 een andere variant van een materiaal volgens, de werkwijze in perspectief weergeeft; figuur 6 een matras waarin het materiaal van figuur 4 gebruikt wordt toont; en figuren 7 en 8 varianten van een matras waarin het materiaal van figuur 4 gebruikt wordt, tonen.

Het in figuren 1 en 2 weergegeven materiaal 1 bestaat in dit voorbeeld uit drie lagen, te weten een eerste laag 2, een tweede laag 3, en een derde laag 4, waarbij de tweede laag 3 zich tussen beide andere lagen bevindt.

De eerste laag 2 is een continu doorlopende laag met uitsparingen 5, die niet doorlopen tot het oppervlak 6 van deze eerste laag 2 dat van de tweede laag 3 is afgekeerd. De eerste laag is. gemaakt van een gereticuleerd polyurethaan schuim.

Zoals vooral duidelijk wordt uit figuur 2, die een doorsnede door de tweede laag 3 in de richting van de eerste laag 2 toont, is de tweede laag 3 een doorlopende laag die gevormd wordt door schuimdelen 7 en tussen deze schuimdelen 7 liggende openingen 8 die over de volledige dikte D van de tweede laag 3 lopen. De schuimdelen 7 worden in de richting van de eerste laag 2 naar de derde laag 4 dunner, en de openingen 8 worden in deze richting overeenkomend.groter. De tweede laag 3 is gemaakt uit een visco-elastisch polyuretaanschuim

De derde laag 4 is een discontinue laag bestaande uit schuimkapjes 9 die uit hetzelfde schuim als de eerste laag 1 zijn gemaakt en die zich op de schuimdelen 7 bevinden.

Vanwege de relatief gesloten celstructuur van het visco-elastisch schuim waarvan de tweede laag 3 gemaakt is, en de zeer open celstructuur van het gereticuleerde schuim waarvan de andere twee lagen 2,4 gemaakt zijn, heeft het schuim van eerste laag 2 een veel hogere luchtdoorlaatbaarheid dan het schuim van de tweede laag 3.

Het materiaal 1 kan vervaardigd worden op de volgende ...

wij ze:

Eerst wordt een drielagige flexibele samengestelde laag 10 vervaardigd door een flexibele middenlaag 11 visco-elastisch schuim tussen twee flexibele buitenlagen 12 gereticuleerd schuim te lijmen.

Vervolgens wordt deze samengestelde laag 10 door een profileermachine, oftewel 'convoluting machine', geleid.

Een dergelijke machine omvat twee rollen 13 met regelmatig geplaatste uitsteeksels 14, waartussen de samengestelde laag 10 geleid wordt.

Door de uitsteeksels 14 wordt de samengestelde laag 10. plaatselijk samengedrukt en tegelijkertijd voortbewogen in de richting van pijl P. Terwijl de samengesteldë laag 10 zich nog in samengedrukte toestand bevindt, wordt deze door een mes 15 doorgesneden.

De instellingen van de profileermachine, zoals bijvoorbeeld de geometrie van de uitsteeksels 14', de afstand tussen de rollen 13 onderling en tussen de rollen 13 en het mes 15, worden zodanig gekozen dat de snede die het mes 15 aanbrengt dwars door de middenlaag 11 loopt, en tevens plaatselijk, daar waar de vervorming van de samengestelde laag 10 door de uitsteeksels 14 het grootst is, doorloopt tot in de buitenlagen 12. Deze instellingen zijn vanzelfsprekend afhankelijk van de dikte van de middenlaag 11 en de buitenlagen 12.

In dit voorbeeld, maar niet noodzakelijk, is de samengestelde laag 10 symmetrisch en bevind het mes 15 zich op gelijke afstand van iedere rol 13, zodat een symmetrische snede wordt gemaakt, en als gevolg hiervan twee identieke stukken materiaal 1 verkregen.worden.

Andere instellingen en andere samengestelde lagen 10 zijn vanzelfsprekend ook mogelijk en zullen tot varianten leiden.

De alternatieve uitvoeringsvorm van het materiaal 1 zoals getoond in figuur 4 verschilt van de bovenstaand beschreven uitvoeringsvorm van figuren 1 en 2 doordat deze slechts uit twee lagen bestaat, te weten een eerste laag 2 en één tweede laag 3.

Deze alternatieve uitvoeringsvorm kan worden vervaardigd door opeenvolgend aan de bovenbeschreven werkwijze de. schuimkapjes 9 en eventueel een deel van de schuimdelen 7 te verwijderen, bijvoorbeeld door deze af te snijden,

De alternatieve uitvoeringsvorm van het materiaal 1 zoals ‘ getoond in figuur 5 verschilt van de bovenstaand beschreven uitvoeringsvorm van figuren 1 en 2 doordat in dit geval de openingen 8 kanaalvormige openingen 16 zijn.

Deze uitvoeringsvorm kan worden gemaakt door de samengestelde laag 10 door een contoursni jmachine te leiden, waarbij de instellingen van de contoursnijmachine zodanig zijn dat een snede heen en weer gaat door de middenlaag 11, en hierbij ook door gedeeltes van de buitenlagen 12.

Een dergelijke contoursni jmachine is. bekend in het vakgebied van de schuimbewerking, en omvat een lintmes waarvan de oriëntatie gevarieerd kan worden, om op die manier de juiste contouren te snijden.

Het materiaal 1 van figuur 5 kan, met of zonder het complementaire materiaal 1 dat tijdens een dergelijke snijbewerking gevormd wordt, en dat. in figuur 5 niet is weergegeven, nogmaals door de contoursnijmachine geleid : worden, in een richting haaks op de richting waarin het de eerste maal bewerkt is, zodat tevens kanalen haaks op de kanaalvormige openingen 16 ontstaan, welke zich alleen in de middenlaag 11, of tevens in de buitenlagen 12, kunnen ·'.

bevinden.

De in figuur 6 in doorsnede getoonde matras 17 bestaat hoofdzakelijk uit twee lagen materiaal 1 volgens de uitvinding, waarbij de tweede laag 3 naar binnen georiënteerd is.

Wanneer een persoon op een dergelijke matras 17 gaat liggen, zal de eerste laag 2 gemakkelijk siamengedrukt worden en een zacht gevoel geven, terwijl de tweede laag zijn visco-elastisch gedrag zal vertonen en de persoon een ondersteuning zal geven die aangepast is aan de druk die ter plaatse wordt uitgeoefend.

Dankzij de openingen 8 die doorlopen van de eerste laag 2, . .

waarvan het materiaal een goed luchtdoorlatend vermogen heeft, doorheen de tweede laag 3, waarvan het materiaal dat niet heeft, kan de matras 17 enerzijds vocht opnemen dat door de gebruiker wordt geproduceerd tijdens het gebruik van de matras 17, en anderzijds dat vocht wederom afgeven λ via andere openingen 8 dan waarop de persoon ligt of wanneer de matras 17 niet gebruikt wordt.

Hierdoor worden problemen met vochtophoping in de matras 17 en onvoldoende absorptie van vocht voorkomen.

In varianten, zoals getoond in figuren 7 en 8, wordt tussen de twee lagèn materiaal 1 volgens de uitvinding een ' steunlaag 18 uit gereticuleerd schuim gelegd. Deze dient er . hoofdzakelijk voor om enige flexibiliteit te hebben met betrekking tot het precies op elkaar plaatsen van de . schuimdelen 7, zodat het vervaardigen van een dergelijke matras 17 gemakkelijker wordt.

Dit laat tevens toe, zoals specifiek getoond in figuur 8, dat de schuimdelen 7 van een laag van het materiaal 1 geplaatst worden op de openingen 8 in de andere laag materiaal 1.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een dergelijke werkwijze, materiaal en matras of ander artikel met het materiaal kunnen volgens verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

··-/ ·. ‘ ' ; * r · - '· :..i

Claims (21)

1. Meerlagig materiaal (1) dat minimaal een eerste laag (2) en een daaraan verbonden tweede laag (3) omvat, waarbij beide lagen (2,3) gemaakt zijn uit flexibel schuim en de eerste laag (2) gemaakt is uit een schuim met een hogere luchtdoorlaatbaarheid dan het schuim van de tweede laag (3) , en waarbij de tweede laag (3) openingen (8) heeft die over de volledige dikte van de tweede laag (3) lopen om > luchtuitwisseling tussen de eerste laag en de tweede laag toe te laten.

2. Materiaal (1) volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de eerste en/of de tweede laag (2,3) gemaakt zijn uit polyurethaanschuim.

3. Materiaal (1) volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de eerste laag (2) gemaakt is uit gereticuleerd schuim.

4. Materiaal volgens één van de voorgaande conclusies, ' daardoor gekenmerkt dat de tweede laag (3) gemaakt is uit visco-elastisch schuim.

5. Materiaal volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de eerste laag (2) voorzien is van uitsparingen (5) die aansluiten op de openingen (8) in de tweede laag (3).

6. Materiaal (1) volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat de uitsparingen (5) in de eerste laag (2) niet doorlopen tot het van de tweede laag (3) afgekeerde oppervlak (6) van de eerste laag (2) .

7. Materiaal (1) volgens één van de voorgaande conclusies, * daardoor gekenmerkt dat de openingen (8) in de tweede laag (3) verbreden in de richting weg van de eerste laag (2).. , ;

8. Materiaal (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de openingen (8) in de tweede laag (3) tussen 67% en 150% van het volume van het schuim in de tweede laag (3) uitmaken.

9. Matras (17) die minimaal één laag materiaal (1) volgèns één van de voorgaande conclusies omvat, waarbij de laag materiaal (1) zodanig georiënteerd is dat de tweede laag (3) naar binnen gericht is.

10. Matras volgens conclusie 9, daardoor gekenmerkt dat . deze twee lagen materiaal (1) volgens één van de conclusies 1 tot 9 omvat, waarbij beide lagen materiaal (1) met hun tweede laag (3) naar elkaar toegekeerd zijn, en waarbij zich tussen beide een laag (18) gereticuleerd schuim bevindt.

11. Oplegmatras of topper die minimaal één laag materiaal (1) volgens één van de conclusies 1 tot 9 omvat, waarbij de laag materiaal (1) zodanig georiënteerd is dat de tweede laag (3) naar binnen gericht is.

12. Hoofdkussen dat minimaal één laäg materiaal (1) volgens één van de conclusies 1 tot 9 omvat, waarbij de laag materiaal (1) zodanig georiënteerd is dat de tweede laag (3) naar binnen gericht is.

13. Meubelkussen dat minimaal één laag materiaal (1) volgens één van de conclusies 1 tot 9 omvat, waarbij de laag materiaal (1) zodanig georiënteerd is dat de tweede laag (3) naar binnen gericht is.

14. Werkwijze om een meerlagig materiaal (1) te vervaardigen, daardoor gekenmerkt dat deze de volgende stappen omvat: het samenstellen van een meerlagige samengestelde flexibele laag (10) uit minimaal drie lägen . : (11, 12) aan elkaar verbonden flexibel schuim; het doorsnijden van de middelste laag (11) van de drie lagen <.· (11, 12) ter vorming van twee gescheiden delen van het .. ..... meerlagig materiaal (1), waarbij de snede die aangebracht wordt hoofdzakelijk door de middelste laag (11) van de drie lagen (11, 12) loopt en tevens plaatselijk doorloopt tot in elk van de buitenste lagen (12) van de drie lagen (11,12)

15. Werkwijze volgens conclusie 14, daardoor gekenmerkt dat het doorsnijden van de middelste laag (11) van dé drie ' lagen (11, 12) gebeurt in een profileermachine onder gelijktijdige vervorming van de samengestelde laag -(10):, waarbij de positie en vorm van de snede geregeld worden door de diktes van de lagen (11, 12) en de instellingen van de profileermachine.

16. Werkwijze volgens conclusie 15, daardoor gekenmerkt dat de profileermachine twee geprofileerde rollen (13) heeft om een laag flexibel schuim plaatsafhankelijk samen te drukken door het tüssen de rollen te leiden, waarbij de instellingen van de profileermachine de geometrie van de profilering van de rollen (13) en de afstand van de rollen (13) tot elkaar omvatten.

17. Werkwijze volgens conclusie 14, daardoor gekenmerkt dat het doorsnijden van de middelste laag (11) van de drie lagen (11, 12) gebeurt in een contoursnijmachine waarbij de positie en vorm van de snede geregeld worden door dé instellingen van de contoursnijmachine.

18. Werkwijze volgens conclusie 17, daardoor gekenmerkt dat de samengestelde laag 10 achtereenvolgens in twee niet- ; J· ' gelijke richtingen door de contoursnijmachine geleid wordt.

19.- Werkwijze volgens één van de conclusies 13 tot 18, daardoor gekenmerkt dat de middelste laag (11) en/of de buitenste lagen (12) van de drie lagen (11, 12) gemaakt zijn uit polyurethaanschuim.

19. Werkwijze volgens één van de conclusies 14 tot 18, daardoor gekenmerkt dat de twee buitenste lagen (12) van de drie lagen (11, 12) een luchtdoorlaatbaarheid hebben die groter is dan de luchtdoorlaatbaarheid van de middelste laag (11) van deze drie lagen (11, 12).

20. Werkwijze volgens één van de conclusies 13 tot 19, daardoor gekenmerkt dat de buitenste lagen (12) van de drie lagen (11, 12) gemaakt zijn uit gereticuleerd schuim.

21. Werkwijze volgens één van de conclusies 13 tot 20, daardoor gekenmerkt dat de middelste laag (11) van de drie lagen (11, 12) gemaakt is uit visco-elastisch schuim. ......··· ....... _.. ..