NL1013665C2 - Hydraulische stabilisator inrichting bestemd voor een verwarmingsinrichting. - Google Patents

Hydraulische stabilisator inrichting bestemd voor een verwarmingsinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1013665C2
NL1013665C2 NL1013665A NL1013665A NL1013665C2 NL 1013665 C2 NL1013665 C2 NL 1013665C2 NL 1013665 A NL1013665 A NL 1013665A NL 1013665 A NL1013665 A NL 1013665A NL 1013665 C2 NL1013665 C2 NL 1013665C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
valve
opening
radiator
hydraulic
pressure
Prior art date
Application number
NL1013665A
Other languages
English (en)
Inventor
Pierre Fridmann
Jacky Leger
Jean Philippe Robin
Original Assignee
Comap
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Comap filed Critical Comap
Application granted granted Critical
Publication of NL1013665C2 publication Critical patent/NL1013665C2/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24DDOMESTIC- OR SPACE-HEATING SYSTEMS, e.g. CENTRAL HEATING SYSTEMS; DOMESTIC HOT-WATER SUPPLY SYSTEMS; ELEMENTS OR COMPONENTS THEREFOR
    • F24D19/00Details
    • F24D19/10Arrangement or mounting of control or safety devices
    • F24D19/1006Arrangement or mounting of control or safety devices for water heating systems
    • F24D19/1009Arrangement or mounting of control or safety devices for water heating systems for central heating
    • F24D19/1015Arrangement or mounting of control or safety devices for water heating systems for central heating using a valve or valves
    • F24D19/1018Radiator valves

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Thermal Sciences (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Temperature-Responsive Valves (AREA)
  • Steam Or Hot-Water Central Heating Systems (AREA)
  • Cyclones (AREA)
  • Transplanting Machines (AREA)
  • Vehicle Body Suspensions (AREA)
  • Heating, Cooling, Or Curing Plastics Or The Like In General (AREA)
  • Control Of Fluid Pressure (AREA)
  • Earth Drilling (AREA)
  • Soil Working Implements (AREA)
  • Domestic Hot-Water Supply Systems And Details Of Heating Systems (AREA)
  • Testing Of Balance (AREA)
  • Forklifts And Lifting Vehicles (AREA)
  • Heat Treatment Of Articles (AREA)
  • Fluid-Pressure Circuits (AREA)
  • Centrifugal Separators (AREA)

Description

Hydraulische stabilisator-inrichting bestemd voor een verwarmingsinrichting
De onderhavige uitvinding betreft een hydraulische stabilisatie-inrichting bestemd voor een verwar-mingsinstallatie. Een dergelijke installatie is uitgerust met een verwarmingsketel of dergelijke, welke het moge-5 lijk maakt om een fluïdum te verwarmen dat door de tussenkomst van pompmiddelen naar de warmte-afgevers, bijvoorbeeld radiatoren, wordt gestuurd door een circuit van hydraulische leidingen. De inrichting volgens de uitvinding garandeert tevens de thermostatische regulatie van 10 een warmte-afgever.
In een verwarmingsinstallatie vindt men behalve de verwarmingsketel, de radiatoren en leidingen, tevens regelbare organen die als doel het garanderen van een goede distributie van warmtedragende vloeistof naar de 15 warmte-afgevers hebben, en hiermee een voldoende debiet garanderen door elk van deze heen. Voor een goed functioneren van de installatie realiseert men de stabilisatie van het verwarmingscircuit. Deze stabilisatie-operatie bestaat uit het instellen van verschillende regel-organen 20 zodat men debieten kan verkrijgen die van tevoren berekend zijn in de gekozen basisvoorwaarden voor het bepalen van de verschillende installatie-uitrustingen welke permanent functioneren. Natuurlijk functioneert een installatie praktisch nooit op permanente basis, maar dit 25 verandert niets aan het belang van het hydraulisch stabi-lisatiesysteem van een circuit. Wanneer de debieten er toe gebracht worden te variëren in het verloop van het functioneren, moet men daarmee rekening houden in het traject van de conceptie, en zonodig, differentiële 30 drukregulatoren, welke parallel of serieel geschakeld zijn, aanbrengen. Dit is dus het domein van de regulatie en niet meer van de hydraulische stabilisatie.
1 0 1 366 5 2
Er bestaan verscheidene stabilisatieinrichtin-gen, ook wel stabilisatie-organen genoemd welke het mogelijk maken om de hydraulische stabilisatie van een verwarmingsinstallatie te realiseren. Deze organen zijn 5 bestemd voor het reguleren van de herverdeling van debie-ten in verschillende takken van distributiecircuits.
Men kende eerst stabilisatie-organen die niet reguleerbaar waren. Het gaat hierbij om diafragma's, dat wil zeggen, gekalibreerde vaste openingen waarvan de 10 diameter voor elk van deze bepaald werd op basis van de kennis van het duo debiet/verlies van lading, welke gecreëerd moesten worden. Het gebruik van dit type orgaan impliceert een complete en minutieuze hydraulische berekening van alle circuits van de installatie om de karak-15 teristieken van elk diafragma precies vast te stellen. In het geval van een rekenfout, is er slechts een oplossing welke bestaat uit het vervangen van het diafragma. Deze oplossing, die in principe niet duur is, wordt dus erg zelden gebruikt.
20 Om in het geval van een berekeningsfout het verwisselen van het stablisatie-orgaan te vermijden, bestaan er de bekende regelbare stabilisatie-organen, bijvoorbeeld onder de naam van regelbare verbindingsstukken of stabilisatie-afsluiters. Deze organen maken het 25 mogelijk om het debiet in een circuit te regelen en deze , daardoor te stabiliseren op basis van voorkennis van het te creëren duo debiet/ladingverlies. Dit impliceert een complete hydraulische berekening van het gehele verwar-mingscircuit. Deze regelbare stabilisatieorganen maken 30 het tevens mogelijk om de instelling gemakkelijk te corrigeren in het geval van een storing of fout.
Deze stabilisatie inrichtingen zijn niet duur en worden veel gebruikt door installateurs. Echter, ze worden zelden op een juiste manier ingesteld door het 35 feit bijvoorbeeld dat de berekening onvoldoende of niet aanwezig is. Een installatie die dusdanig is uitgerust met slecht ingestelde organen, geeft dus een hydraulische onbalans.
1013665 3
Men kent tevens regelbare stabilisatieorganen voorzien van een meetorgaan voor de toevoer. In het algemeen worden deze stabilisatieorganen uitgerust met een druksnoer bestemd voor het meten van de differentiële 5 druk. Deze meting maakt het mogelijk om het fluïdumdebiet door het stabilisatieorgaan heen te bepalen. Met behulp van een elektronische differentiële manometer met microprocessor, kan men snel en gemakkelijk overgaan tot het meten van de differentiële druk en het debiet.
10 Dit type stabilisatieorgaan heeft voor de installateur een zeer aanzienlijk voordeel. Men kan namelijk door berekening de instellingen van het stabilisatieorgaan bepalen zoals voor de instelbare stabilisatieorganen die hierboven beschreven zijn, maar de instel-15 lingen kunnen ook direct uitgevoerd worden in situ enkel op basis van de kennis van het gewenste debiet.
Eigenlijk voldoet het in de meerderheid van de gevallen niet om opeenvolgend elk van de stabilisatieorganen in te stellen om zo het gewenste debiet te verkrij-20 gen. De distributienetwerken zijn namelijk vaak de zetel van hydraulische interferentie. Dit fenomeen maak het noodzakelijk om meerdere instellingen uit te voeren op elk van de stabilisatieorganen door bijvoorbeeld een stapsgewijze benaderingsmethode te gebruiken ofwel door 25 het in elkaar zetten van een specifieke stabilisatie procedure waarvan het goede verloop altijd scherpstelling van een voorafgaand werkplan, met een enorme striktheid qua uitvoering.
Deze instelbare stabilisatieorganen met een 30 meetvoorziening voor het debiet, maken het dus mogelijk om een goed installatie evenwicht te realiseren terwijl de stabilisatie procedure uiterst nauwkeurig wordt uitgevoerd. Deze methode is nogal ingewikkeld in werking te zetten waardoor de installateurs zouden wensen te be-35 schikken over een methode die gewoonweg veel simpeler is.
Tenslotte bestaan er ook debietregelaars. Dergelijke regelaars, geïnstalleerd aan het hoofd van een omgeleid circuit, handhaven het constante debiet wat de iim 36 6 5 4 drukschommelingen die worden voortgebracht in het hoofdcircuit door de actie van terminale regulatoren van de afgifte-organen die in verbinding staan met de andere afgeleide circuits. Men komt zo uit bij het elimineren 5 van de interferenties van het functioneren, veroorzaakt door het andere omgeleide circuit van dezelfde distributie .
Het gebruik van debietregelaars, zoals stabili-satiemiddelen, geeft echter een groot nadeel. Als de 10 regelorganen van met elkaar in verbinding staande afgif-teorganen door het met een regelorgaan voor het debiet uitgeruste circuit, zich min of meer gedeeltelijk gaan sluiten hetgeen noodzakelijkerwijs een vermindering van het debiet met zich mee brengt, gaat het regelorgaan 15 proberen om, door zich te openen, weerstand te bieden tegen deze vermindering. De regelorgaan functioneert dus op een tegenstrijdige manier ten opzichte van de hydraulische ontregelingen stroomafwaarts van de regelorgaan. Het gebruik van deze regelorganen van het debiet is dus 20 niet verenigbaar met bijvoorbeeld die van de thermostaat-kranen, welke tegenwoordig op grote schaal gebruikt worden.
In feite bestaat er geen direct verband tussen dit type materiaal en de hydraulische stabilisatie van de 25 installaties zoals we hierboven is gedefinieerd. Het gebruik van een dergelijk regelorgaan voor het debiet kan beschouwd worden als een noodoplossing voor het tekortkomen van de berekening door een statisch stabilisatie orgaan dat relatief simpel is, door een regulerend appa-30 raat dat mobiele gedeeltes bevat welke als enig doel heeft om de aanvankelijke regulerende actie te vermijden volgens een van de procedures die hierboven genoemd zijn. Het gebruik van deze regelorganen voor de doorvoer is beperkt, want enerzijds is het toepassingsgebied beperkt 35 door de onverenigbaarheid met andere thermostatisch kranen en anderzijds, door investeringskosten die veel hoger zijn dan die van de traditionele oplossingen.
1 n 1 366 F
5
Figuren 1 en 2 geven elk een omgeleid circuit weer van een verwarmingsinstallatie die voorzien is van stabilisatieorganen. Op deze twee figuren, heeft men radiatoren 2 die worden met een warmtedragend fluïdum 5 gevoed door leidingen 4. Figuur 1 toont radiatoren 2 welke voorzien zijn van een traditionele kraaninstallatie terwijl in figuur 2 de radiatoren 2 voorzien zijn van een geïntegreerde kraaninstallatie. Op figuren 1 en 2 heeft men elke keer een hoofd-voedingsleiding 6 en een hoofd-10 terugvoerleiding 8. Het omgeleide circuit is verbonden ter hoogte van een omleiding 10 naar de hoofd-voedingsleiding 6 en ter hoogte van een omleiding 12 naar hoofd-terugvoerleiding 8. Stroomopwaarts van deze omleiding 10 bevindt zich over het algemeen een afsluitklep 16 welke 15 geen voorname stabilisatierol in het circuit heeft.
Stroomafwaarts van elk omgeleid circuit bevindt zich een andere stabilisatie kraan 21. Laatstgenoemde is instelbaar en maakt het mogelijk om het verlies van lading van het omgeleide systeem aan het passen.
20 In figuur 1 wordt elke radiator 2 stroomop waarts van haar voeding voorzien van een thermostatische kraan 18 en van een instelverbindingsstuk 20. De thermostatische kraan 18 maakt het mogelijk de functie van thermostatische regelorgaan van de temperatuur van de 25 ruimte waarin radiator 2 zich bevindt, te garanderen, terwijl het instelverbindingsstuk 20 het mogelijk maakt om de hydraulische stabilisatie te garanderen.
In figuur 2, waarbij de radiatoren een geïntegreerde kraaninstallatie hebben, maakt een hydraulische 30 module 22 de voeding van een radiator 2 waarbij iedere radiator 2 is voorzien van een thermostatische kraan 24, mogelijk. Over het algemeen, herbergt het kastgedeelte van de thermostatische kraan 24 ook een instelverbinding-stuk. Men heeft dus een hydraulische module 22 die de 35 voeding van warmtedragende vloeistof van radiator 2 mogelijk maakt, een thermostatische kraan welke de thermostatische regulatie garandeert en een instelbaar ver-bindingstuk (niet weergegeven) welke tegen de thermosta- 101 366 5 6 tische kraan aanzit om de hydraulische stabilisatie te verzekeren.
Om de hydraulische stabilisatie van deze circuits uit te voeren (figuren 1 en 2) komt men de proble-5 men tegen die hierboven werden aangesneden.
Het octrooischrift EP-0 677 708 beschrijft in principe een verwarmingsinstallatie met warm water welke meerdere radiatoren bevat die onderling hydraulisch met elkaar verbonden zijn in tenminste een lijn. Deze radia-10 toren beschikken elke keer over een ventiel dat het debiet van het fluïdum dat door de radiator heen gaat, stuurt. Om gunstige circulatievoorwaarden te garanderen, worden de ventielen welke verbonden zijn aan de radiato-^ ren, opgebouwd uit reguleerbare differentiële druk, bij 15 voorkeur uitgerust met een instelbare standaardwaarde. Geen enkele concrete uitvoeringsvorm van een dergelijk apparaat wordt in dit document behandeld.
De onderhavige uitvinding heeft dus als doel een automatisch stabilisatie inrichting te verschaffen om 20 de stabilisatie problemen die men nu tegenkomt bij de bestaande stabilisatieorganen, op te lossen.
Hiertoe geeft de uitvinding een hydraulisch stabilisatie-orgaan dat bestemd is voor een verwarmingsinstallatie waarbij het orgaan een eerste gekalibreerde 25 of regelbare toevoeropening bevat, evenals een tweede opening, welke stroomopwaarts gesitueerd is ten opzichte van de eerst opening, en waarbij de opening van de tweede toevoeropening zich stroomopwaarts van de eerste toevoeropening bevindt. Het openen van de tweede toevoeropening 30 wordt geregeld door een klep. De positie van laatstgenoemde wordt bestuurd door middelen die het mogelijk maken dat de terugslagklep verplaatst kan worden afhankelijk van het drukverschil dat bestaat tussen het stroom-opwaartse en stroomafwaartse van de eerste toevoeropening 35 en in welke middelen, die een verplaatsing afhankelijk van de temperatuur van de ruimte waarin het orgaan zich bevindt mogelijk maken, inwerken op een tweede klep, welke ter hoogte van de eerste opening geplaatst is.
.101 3665 7
Volgens de uitvinding zijn de eerste en tweede opening concentrisch, waarbij de tweede opening zich aan de binnenkant van de eerste opening bevindt.
Deze uitvoeringsvorm maakt het mogelijk om een 5 compact lichaam te realiseren dat alle benodigde functies kan hergroeperen om zowel een thermostatische instelbaar-heid als een hydraulische stabilisatie te kunnen garanderen.
In een uitvoeringsvorm werken de middelen, 10 welke een verplaatsing mogelijk maken afhankelijk van de temperatuur van de ruimte waarin het orgaan zich bevindt, in op het geheel dat een ventiel vormt ter hoogte van de eerste toevoeropening en waarbinnen een membraan is aangebracht dat verbonden is met een klep welke inwerkt 15 op de tweede toevoeropening waarbij de openingen die voorzien zijn in het geheel, een ventiel vormen om de communicatie van een kant van het membraan met de druk die stroomafwaarts regeert bij de eerste opening, tot stand te brengen.
20 In deze uitvoeringsvorm werkt een compensa- tieveer op een gunstige wijze in op het membraan.
De middelen die een verplaatsing afhankelijk van de temperatuur van de ruimte mogelijk maken en in welke zich een orgaan bevindt dat op een voordelige wijze 25 een thermostatische kop bevat, dat van het type is zoals bestaat in een kraaninstallatie. Door reeds bestaande componenten op deze manier te gebruiken, is het mogelijk de fabricatie van een stabilisatieorgaan te optimaliseren.
30 Het orgaan volgens de uitvinding is bij voor keur in een geheel lichaam gemonteerd.
De onderhavige uitvinding betreft tevens een hydraulische module die bestemd is voor het voeden van een warmtedragende vloeistof door middel van een warm-35 te-afgever, bijvoorbeeld een radiator, welke gekarakteriseerd wordt doordat het een stabilisatie orgaan bevat zoals hierboven beschreven. Een dergelijke module is voornamelijk bestemd voor een radiator waarin een kraan- 1n 1 366 5 8 installatie geïntegreerd is. Deze module ontvangt voe-dingsleidingen en retour-voedingsleidingen met een warm-tedragend fluïdum, en door de tussenkomst van soepele leidingen die een algemeen orgaan genaamd harnas vormen, 5 zenden deze het warmtedragende fluïdum naar de ingang van de radiator en verzamelt de warmtedragende fluïdum bij het verlaten van deze.
In een hydraulische module volgens de uitvinding, kan het stabilisatie orgaan zich stroomopwaarts of 10 stroomafwaarts van de warmte-afgever bevinden.
In ieder geval, zal de uitvinding goed begrepen worden met behulp van de omschrijving die volgt, in referentie aan de bijgevoegde schematische tekening, ^ welke als voorbeeld verscheidene -niet beperkende- uit- 15 voeringsvormen weergeeft van een automatisch hydraulisch stabilisatie orgaan volgens de uitvinding.
Figuren 1 en 2 tonen circuits welke omgeleid worden door een verwarmingsinstallatie welke uitgerust is met automatische hydraulische stabilisatieorganen op de 20 traditionele manier.
Figuur 3 geeft twee omgeleide circuits weer welke voorzien zijn van stabilisatieorganen volgens de uitvinding, en
Figuur 4 tot 6 zijn schematische doorsneden 25 voor drie uitvoeringsvormen van een stabilisatieorgaan gemonteerd in een geheel lichaam.
Figuren 1 en 2 zijn reeds omschreven in de inleiding van de aanwezige octrooiaanvrage. Figuur 3 toont twee circuits welke omgeleid worden door een ver-30 warmingscircuit. Zoals voor de omgeleide circuits van figuren 1 en 2 kent men een hoofdleiding voor de voeding 6 en een hoofdleiding voor het retour 8. Elk omgeleid circuit bevat tevens twee radiatoren 1 en 2, die parallel gemonteerd zijn. Het gaat hierbij elke keer om radiatoren 35 met geïntegreerde kranen. Deze radiatoren 2 worden gevoed met een warmtedragend fluïdum door middel van leidingen 4. Een hydraulische module 26 maakt de voeding van een radiator 2 met een warmtedragend fluïdum mogelijk. Deze 1013666 9 integreert een hydraulisch stabilisatie orgaan volgens de uitvinding. Op figuur 3, is de hydraulische module in welke het stabilisatieorgaan geïntegreerd is, in verhouding tot de radiator 2 in een lage positie geplaatst.
5 Elke andere positie van het stabilisatie orgaan in verhouding tot de radiator kan tevens passend zijn.
Elk omgeleid circuit bevat bovendien bij de kop en bij de voet steeds een isolatie-ventiel 16. Op deze manier is het mogelijk om totaal hydraulisch een omgeleid 10 circuit van de rest van het verwarmingscircuit te isoleren. Dit is soms nodig bij een interventie van bijvoorbeeld een radiator.
Figuur 4 toont schematisch en in doorsnee een eerste uitvoeringsvorm van een hydraulisch stabilisatie 15 orgaan volgens de uitvinding. Deze laatste geeft een lichaam 28 weer welke een fluïdumingang 30 en een flu-idumuitgang 32 weergeeft. Dit stabilisatievoorwerp is geplaatst in de hydraulische module die zich stroomopwaarts van de radiator 2 bevindt. Zo wordt het warmtedra-20 gend fluïdum door de uitgang 32 van het orgaan naar de radiator toe gericht, en doorkruist deze Men kan ook beogen het orgaan stroomafwaarts van radiator 2 te plaatsen. In dat geval, heeft de vloeistof die binnenkomt bij de ingang 30 in het orgaan volgens de uitvinding de 25 radiator 2 al doorkruist (zie figuren 5 en 6).
Tussen de ingang 30 en de uitgang 32, geeft het orgaan een eerste instelbare opening 34 weer en een tweede opening 36,waarvan het openen en het sluiten gereguleerd worden door een terugslagklep 38.
30 Klep 38 heeft een hoofd 40 en een steel 42. Het hoofd 40 is bestemd voor het dóen openen en sluiten van de tweede opening 36. De vorm hiervan is aangepast aan de vorm van het rustgedeelte dat ter hoogte van de tweede opening 36 geplaatst is.
35 Terwijl het warmtedragend fluïdum ter hoogte van de eerste opening 34 het hydraulisch stabilisatieorgaan volgens de uitvinding doorkruist, doet zich een ladingverlies voor dat zich vertaalt naar een val van de I 0 1 3 R R c 10 druk. Zo krijgt men, voordat de eerste toevoeropening 34 een vloeistofdruk PI bestuurt, deze toevoeropening 34 hierna een druk P2 regeert. Zo verkrijgt men het verschil PI > P2. Stroomafwaarts van de tweede opening 36 regeert 5 een druk P3, die zelf kleiner is dan de druk P2, rekening gehouden met de val van de druk (ladingverlies) veroorzaakt door de tweede opening 36 en de terugslagklep 38 hiermee samenvoegt/in verbinding brengt.
De eerste klep 38 wordt bestuurd door het 10 drukverschil P2-P1 dat overeenkomt met het ladingverlies ter hoogte van de eerste opening 34. Men heeft een membraan 46 welke enerzijds ondergeschikt is aan de stroom-opwaartse druk PI en.anderzijds aan de stroomafwaartse druk P2 en een compensatieveer 56. Op figuur 4 maakt een 15 kanaal 52 het mogelijk om de ingang 30 in verbinding te brengen met de ingang 30 in drukcommunicatie met een kant van het membraan 46 (hier de bovenkant tegengesteld aan klep 38) De andere kant van het membraan 46 staat in communicatie met de ruimte die zich tussen de twee ope-20 ningen 34 en 36 bevindt en bevindt zich dus ondergeschikt aan de druk PI en het kanaal 52 maakt het mogelijk om de ander kant van het membraan 46 met de druk die tussen de twee openingen 34 en 36 regeert, dat wil zeggen de druk P2.
25 In deze drie uitvoeringsvormen, zijn de eerste 34 en tweede opening 36 concentrisch, waarbij de eerste opening zich aan de buitenkant bevindt en de tweede aan de binnenkant. Een kamer, welke begrensd wordt door een wand 64 boven de rustgedeeltes 34 en 36, bevat een mobiel 30 geheel 66 welke een klep vormt met betrekking tot de eerste opening 34. Dit mobiele geheel 66 bevat het membraan 46, de compensatieveer 56, en de klep 38 die met het hoofd tegen het regelbare rustgedeelte van het debiet 36 aan zit. Het kanaal 52 wordt gevormd door de ruimte 35 welke zich uitstrekt tussen wand 64 en het geheel 66. In het geheel 66 zijn openingen aangebracht om de twee kanten van het membraan 46 met elkaar in communicatie te brengen met betrekking tot de stroomopwaartse en stroom- 1013665 11 afwaartse druk. Tevens is een compensatieveer 68 aangebracht ter hoogte van het mobiele geheel 66. De wand 64 bevat een opening 70 welke doorkruist wordt door een regelbare steel 72 welke een thermostatische kop verbindt 5 die niet vertegenwoordigd is in het mobiele geheel 66.
Een leiding en isolatie 74 zijn aangebracht ter hoogte van de opening 70. De thermostatische kop is bekend bij de ambachtsman, omdat het bijvoorbeeld om een thermostatische kop gaat zoals die gebruikt wordt op radiatoren.
10 De eerste opening 34, welke ingesteld wordt door de thermostatische kop en de tweede door het drukverschil tussen de stroomopwaartse en stroomafwaartse druk van de eerste toevoeropening, noemt men in het vervolg het thermostatische rustgedeelte van de eerste 15 toevoeropening en het tweede rustgedeelte van de regulatie voor het debiet.
Dit hydraulische stabilisatie orgaan volgens de uitvinding is bijvoorbeeld in lage positie ten opzichte van een radiator 2 geplaatst (figuur 3). Op deze plaats 20 is de temperatuur representatief voor de temperatuur van de ruimte en wordt niet te veel beïnvloed door de warmte die uitgestraald word door radiator 2. Om een instelling voor de waarden van de thermostatische kop mogelijk te maken, is een veer 58 weergegeven op figuur 3, verbonden 25 met de thermostatische kop waarbij deze zich uitstrekt tot aan de bovenkant van de radiator 2. Deze veer 58 is op de buitenkant welke tegenover de thermostatische kop ligt, voorzien van een commando knop 60. De veer 58 kan of achter de radiator langs gaan, tussen deze laatste en 30 een muur waartegen deze zich bevindt, of door de radiator 2 heengaan.
In figuur 4 is het regelbare rustgedeelte voor het debiet 36 gerealiseerd op de top van een schoorsteen 76 welke naar de binnenkant van het mobiele geheel 66 toe 35 uitsteekt. De vloeistof komt van de linkerkant binnen en circuleert zoals aangegeven wordt door de pijlen.
De druk PI stroomopwaarts van het orgaan heerst ter hoogte van de ingang 30, in het kanaal 52 en boven 1013665 12 (in de richting zoals weergegeven op figuur 4) het membraan 46, en op dezelfde manier gaat druk P2 stroomafwaarts .Vanuit dit gegeven, is de compensatie veer 56 voorbijgegaan aan de andere kant van het membraan 46, met 5 betrekking tot de uitvoeringsvorm van figuur 4.
De op figuur 6 getoonde variant ligt heel dichtbij die van figuur 5. Het verschil ligt ter hoogte van de klep 38 welke in verbinding staat met het regelbare rustgedeelte voor het debiet 36. Eigenlijk is in de 10 uitvoeringsvorm op figuur 5, deze klep 38 op beide kanten ondergeschikt aan de druk die ter hoogte van de aankomst van de vloeistof in het stabilisatieorgaan bestaat. Op figuur 6 is de klep 38 in evenwicht gebracht door de druk die stroomafwaarts heerst van het stabilisatieorgaan. Om 15 dit te realiseren, glijdt het in een schoorsteen 78 die op de top een opening 80 weergeeft welke een kant van de klep 38 bij de ingangsdruk en een opening 82 met elkaar verbindt op de basis een kant van de klep 38 bij de uitgangsdruk van het stabilisatieorgaan.
20 Voor de drie uitvoeringsvormen op de figuren 4 tot 6, is het functioneren als volgt. Men veronderstelt dat het warmtedragend fluïdum wordt meegenomen naar de ingang 30 door bijvoorbeeld, een niet weergegeven pomp.
Indien de temperatuur in de ruimte niet va-25 rieert en het depot dat gegeven is aan de thermostatische kop niet gewijzigd is, functioneert het orgaan volgens de uitvinding als een regelorgaan voor het debiet. In feite, als de druk PI stijgt, zal het debiet door het orgaan heen ook de neiging hebben om te stijgen. Deze druk PI 30 wordt echter vervoerd naar een kant van het membraan 46 (bovenkant voor figuur 4 en binnenkant voor de figuren 5 en 6). Dit membraan heeft dus de neiging, onder het effect van een grotere druk PI, om zich naar beneden toe te verplaatsen 9 (met verwijzing naar figuur 4) of naar 35 boven (met verwijzing naar figuren 5 en 6). Deze beweging van het membraan heeft de neiging om de tweede opening 36 te doen sluiten door de tussenkomst van de klep 38. Hierdoor wordt het debiet door het orgaan volgens de
101 36 6 F
13 uitvinding verminderd. De stijging van het debiet gecreëerd door de stijging van de druk P, wordt dus overstegen door de vermindering van het debiet welke veroorzaakt wordt door het sluiten van de klep 38.
5 Nu, in het geval dat de drukniveaus nagenoeg constant blijven, de temperatuur in de ruimte waarin de standaardtemperatuur van het depot varieert, werkt de thermostatische kop op de commando veer 72 in. Dit doet dus de opening ter hoogte van de eerste toevoeropening 34 10 wijzigen. Terwijl de temperatuur stijgt, heeft het geheel 66 de neiging om de eerste opening 34 te sluiten, hiermee een daling van het debiet het warmtedragend fluïdum veroorzakend. Daarentegen, terwijl de temperatuur daalt, werkt de thermostatische kop in op het geheel 66 in de 15 zin van het openen van de toegangsopening 34. Zo kan het debiet van warmtedragende vloeistof door het orgaan volgens de uitvinding heen, toenemen. De grootste kwantiteit van de warmtedragende vloeistof die radiator 2 doorkruist, maakt het mogelijk de ruimte te verwarmen en 20 zo terug te gaan naar de standaard temperatuur welke geregeld wordt in de thermostatische kop.
Echter, inwerkend op het geheel 66, varieert het openen van de toegangsopening 34 en wordt het lading-verlies ter hoogte van deze toegangsopening gewijzigd, 25 wat een actie met zich meebrengt op de eerste klep 68; met constante druk maar met een variabele of standaard temperatuur en de thermostatische kop inwerkt op het geheel 66. Als de temperatuur stijgt, opent de toegangsopening 34 zich, blijft de druk PI constant terwijl die 30 van P2 stijgt. De eerste klep 38 opent zich dus ook, wat een groter debiet mogelijk maakt. Daarentegen, als de temperatuur omlaag gaat, sluit de eerste toegangsopening 34 zich, blijft de druk PI constant, vermindert de druk P2 en sluit de klep 38 zich ook. Het debiet door het 35 orgaan heen is dan verminderd.
Terwijl in een verwarmingsinstallatie elke warmte-afgever van de installatie voorzien is van een hydraulisch stabilisatie orgaan volgens de uitvinding,
n 1 366 F
14 worden de hydraulische stabilisatie en de thermostatische regelbaarheid automatisch gegarandeerd. Wat betreft de hydraulische stabilisatie, zullen de organen volgens de uitvinding het gekozen debiet met de gegeven instructie-5 waarden handhaven. Om preciezer te zijn, zal elk orgaan volgens de uitvinding het debiet handhaven tussen de hoogte- en laagte limietwaarden in, welke gedefinieerd worden door haar proportionele band.
Als de installatie eenmaal uitgevoerd is, 10 voldoet het om de het instructie van de binnentemperatuur te regelen waarvoor het orgaan volgens de uitvinding operationeel is. Op deze manier is het orgaan bestemd voor het vervangen van de traditionele thermostatische , kraan door aan het orgaan een toegevoegde functie toe te 15 voegen, te weten de hydraulische stabilisatie.
Voor het instellen van de radiatoren, met de stabilisatieorganen van de buitenkant, men een tempera-tuurval van de warmtedragende vloeistof tussen de ingang en de uitgang van de warmte-afgever. Met deze tempera-20 tuurval, calculeert men de benodigde toevoer van warmtedragende vloeistof in de warmte-afgever.
Met een stabilisatie orgaan volgens de uitvinding, gaat het instellen van een radiator op een andere manier. Uiteindelijk veroorzaakt men de toevoer die in de 25 warmte-afgever circuleert en heeft men een variabele temperatuurval tussen de ingang en de uitgang van de radiator. Wel te verstaan, voorziet men het voordoen van temperatuurvallen die zich bevinden binnen een acceptabel gamma, zoals bijvoorbeeld een interval tussen de 5 tot 20 3 0 graden.
Het orgaan volgens de uitvinding maakt de regulerende acties van de toevoer en temperatuur verenigbaar, wat niet het geval is met de bestaande materialen. Eigenlijk wordt in de inleiding van de onderhavige oc-35 trooiaanvrage uitgelegd waarom in de stand van de techniek, de regelorganen voor het debiet verenigbaar zijn met een verwarmingsinstallatie welke voorzien is van thermostatische kranen. Door deze twee elementen, te 1n13RR r 15 weten de regelorgaan voor het debiet en de thermostatische kraan, op een originele manier te combineren, maakt de uitvinding het mogelijk om zowel een automatische hydraulische stabilisatie als een thermostatische 5 regulatie te realiseren.
Zoals voor zich spreekt, beperkt de uitvinding zich niet tot de uitvoeringsvormen welke schematisch weergegeven zijn op de tekeningen; integendeel; alle varianten in het kader van de conclusies die hierna 10 volgen worden hierdoor behelsd.
Zo wordt bijvoorbeeld de verplaatsing van een of meerdere kleppen bestuurd door een membraan en/of een thermostatische kop. Het is zeker te overwegen om een of meerdere kleppen te beïnvloeden met behulp van een elek-15 trische motor die elektronisch bestuurd word. Het is ook te overwegen om het drukverschil, dat heerst aan weerskanten van de eerste toevoeropening van het orgaan volgens de uitvinding, te meten en om een tweede temperatuur sonde te nemen die de temperatuur van de ruimte kan 20 meten. Deze maatregelen worden dan getransformeerd in elektrische signalen en, na behandeling door een elektronische kast, wordt een bevelsignaal gestuurd naar een elektrische motor die de positie van de klep corresponderend maakt om de opening van deze te kunnen bepalen.
25 Een stabilisatie orgaan volgens de uitvinding kan geïntegreerd worden in een hydraulische module welke zich geïntegreerd in een radiator bevindt. Het kan ook geplaatst worden op een radiator in welke het kraansys-teem niet geïntegreerd is. Dit orgaan zou bijvoorbeeld op 30 de plaats van een thermostatische kraan op een traditionele radiator geplaatst kunnen worden.
Het schema van figuur 3, dat een gedeelte van een verwarmingscircuit toont, heeft de kwalificatie geheel indicatief te zijn. Iedere andere configuratie van 35 een verwarmingscircuit kan tevens uitgerust worden met hydraulische stabilisatieorganen volgens de uitvinding.
1013665

Claims (9)

1. Hydraulisch stabilisatie orgaan bestemd voor een verwarmingsinstallatie bevattend een eerste gekalibreerde of instelbare toevoeropening (34), evenals een tweede opening (36) die zich stroomafwaarts bevindt van 5 de eerste toevoeropening(34) waarbij het openen van de tweede toegangsopening (36) gereguleerd wordt door een klep (38) waarvan de positie bestuurd wordt door middelen = (46,56), welke de verplaatsing van de klep ter hoogte van het drukverschil (Pl-2) bestaande tussen het stroomop-10 waartse en stroomafwaartse van de eerste toegangsopening (34) mogelijk maken, waarbij ze een verplaatsing uit - kunnen voeren afhankelijk van de temperatuur van de - ruimte waarin het orgaan zich bevindt waarbij het orgaan over een tweede klep(62) ter hoogte van de eerste toe- 15 voeropening (34) , geplaatst is en gekenmerkt doordat de eerste en tweede toegangsopening concentrisch zijn, waarbij de tweede toegangsopening zich aan de binnenkant van de eerste toegangsopening bevindt.
2. Stabilisatie orgaan volgens conclusie 1, met 20 het kenmerk dat de middelen een verplaatsing mogelijk maken die afhankelijk is van de temperatuur van de ruimte waarin het orgaan zich bevindt waarbij het orgaan inwerkt op een geheel (66) dat een klep (38) vormt ter hoogte van de eerste toegangsopening (34) en aan de binnenkant van 25 welke een membraan (46) gemonteerd is welke in verbinding staat met een klep (38) die inwerkt op de tweede toegangsopening (36), waarbij de openingen voorzien zijn in het geheel (66) en hiermee een klepafsluiter vormen om de communicatie met een kant van het membraan (46) tot stand 30 te brengen samen met de druk die stroomopwaarts van de eerste toegangsopening (34) heerst en de andere kant van het membraan (46) met de druk die heerst stroomafwaarts van de eerste toegangsopening (34) heerst 1 0 1 366 F
3. Stabilisatie orgaan volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat een compensatieveer (56) op het membraan (46) in werkt.
4. Stabilisatieorgaan volgens een van de con-5 clusies 1 tot 3, gekenmerkt doordat de middelen een verplaatsing afhankelijk van de temperatuur van de ruimte in welke zich het orgaan bevindt mogelijk maken, waarbij deze een thermostatische kop bevat, van het type dat in een thermostatische kraan bestaat.
5. Orgaan volgens een van de conclusies l t/m 4, gekenmerkt doordat het gemonteerd is in een enkel lichaam (28).
6. Hydraulische module (26) bestemd voor het voeden van een warmte-afgever met een warmtedragend 15 fluïdum, bijvoorbeeld een radiator (2), en voor het verzamelen van het fluïdum die de warmte-afgever verlaat, gekenmerkt doordat het een stabilisatieorgaan bevat volgens een van de conclusies 1 t/m 5.
7. Radiator (2) gekenmerkt doordat deze is 20 uitgerust met een stabilisatieorgaan volgens een van de conclusies 1 t/m 5.
8. Radiator (2), gekenmerkt doordat deze is uitgerust met een hydraulische module (26) volgens conclusie 6.
9. Radiator (2) volgens conclusie 8, gekenmerkt doordat de hydraulische module geïntegreerd is in de radiator. 1013665
NL1013665A 1998-11-25 1999-11-24 Hydraulische stabilisator inrichting bestemd voor een verwarmingsinrichting. NL1013665C2 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
FR9815007A FR2786257B1 (fr) 1998-11-25 1998-11-25 Dispositif d'equilibrage hydraulique destine a une installation de chauffage
FR9815007 1998-11-25

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1013665C2 true NL1013665C2 (nl) 2000-05-30

Family

ID=9533310

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1013665A NL1013665C2 (nl) 1998-11-25 1999-11-24 Hydraulische stabilisator inrichting bestemd voor een verwarmingsinrichting.

Country Status (15)

Country Link
US (1) US6394361B1 (nl)
EP (1) EP1133662B1 (nl)
JP (1) JP2002530624A (nl)
KR (1) KR100729349B1 (nl)
CN (1) CN1161565C (nl)
AT (1) ATE229160T1 (nl)
AU (1) AU1279100A (nl)
BE (1) BE1012415A3 (nl)
CA (1) CA2352112C (nl)
DE (2) DE69904360T3 (nl)
FR (1) FR2786257B1 (nl)
GB (1) GB2344163B (nl)
NL (1) NL1013665C2 (nl)
PL (2) PL348726A1 (nl)
WO (1) WO2000031475A1 (nl)

Families Citing this family (19)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DK174076B1 (da) 2000-01-21 2002-05-21 Flowcon Int As Reguleringsindsats til anbringelse i ventiler og ventilenhed
DE10057416A1 (de) * 2000-11-20 2002-05-29 Albert Bauer Zentralheizung für zu beheizende Räume
DE10114157A1 (de) 2001-03-22 2002-09-26 Deutsche Telekom Ag Verfahren zur rechnergestützten Erzeugung von öffentlichen Schlüsseln zur Verschlüsselung von Nachrichten und Vorrichtung zur Durchführung des Verfahrens
BR0209183A (pt) * 2001-04-27 2006-02-07 Gen Motors Corp Sistema de aquecimento de parada temporária para uma locomotiva
DE10121539B4 (de) * 2001-05-03 2007-03-22 Deutsche Telekom Ag Druckregler für Thermostatventile in Warmwasser-Heizungsanlagen
DE10210436A1 (de) * 2002-03-09 2003-10-02 Michael Licht Verfahren und Vorrichtung zur zerstörungsfreien spektroskopischen Bestimmung von Analytkonzentrationen
DE10256035B3 (de) * 2002-11-30 2004-09-09 Danfoss A/S Wärmetauscher-Ventilanordnung, insbesondere Heizkörper-Ventilanordnung
DE10256021B4 (de) * 2002-11-30 2010-02-04 Danfoss A/S Wärmetauscher-Ventilanordnung, insbesondere Heizkörper-Ventilanordnung
US7458520B2 (en) * 2005-04-19 2008-12-02 Masco Corporation Of Indiana Electronic proportioning valve
GB0603233D0 (en) * 2006-02-17 2006-03-29 Heat Energy And Associated Tec A method and apparatus for commissioning a central heating system
GB2452043C2 (en) * 2007-08-21 2023-07-26 Chalmor Ltd Thermostatic control device
FR2931226B1 (fr) * 2008-05-19 2013-08-16 Acome Soc Coop Production Procede et systeme de controle d'un circuit hydraulique a plusieurs boucles d'echange de chaleur
US8109289B2 (en) * 2008-12-16 2012-02-07 Honeywell International Inc. System and method for decentralized balancing of hydronic networks
US20130256423A1 (en) * 2011-11-18 2013-10-03 Richard G. Lord Heating System Including A Refrigerant Boiler
US9534795B2 (en) * 2012-10-05 2017-01-03 Schneider Electric Buildings, Llc Advanced valve actuator with remote location flow reset
EP3165831A1 (en) * 2015-11-04 2017-05-10 E.ON Sverige AB A district thermal energy distribution system
WO2017076866A1 (en) * 2015-11-04 2017-05-11 E.On Sverige Ab A local thermal energy consumer assembly and a local thermal energy generator assembly for a district thermal energy distibution system
US10578318B2 (en) * 2016-09-01 2020-03-03 Computime Ltd. Single thermostat with multiple thermostatic radiator valve controllers
CN111561574A (zh) * 2020-05-19 2020-08-21 福建省海洋阀门科技有限公司 双调节温控阀门

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3840177A (en) * 1973-08-13 1974-10-08 Fluidtech Corp Fluidically-controlled air-conditioning system
US4025041A (en) * 1973-11-01 1977-05-24 Robertshaw Controls Company Safety valve
US4089461A (en) * 1976-07-06 1978-05-16 Braukmann Armaturen A.G. Thermostatic radiator valve
DE2755464A1 (de) * 1977-12-13 1979-06-21 Daimler Benz Ag Thermostatisches regelventil
US4410133A (en) * 1981-02-16 1983-10-18 Toyota Jidosha Kabushiki Kaisha Two way fluid switchover valve with crossover protection
US4535931A (en) * 1983-09-14 1985-08-20 Kenneth W. Scott Energy conserving water heater control system
GB2184208A (en) * 1985-12-16 1987-06-17 Polyventions Fluid flow control valve
FR2651554B1 (fr) * 1989-09-07 1992-04-24 Bourgin Alain Dispositif a soupape(s) de securite, fusible, immerge, suppleant l'organe thermostat defaillant dans un moteur.
US5018665A (en) * 1990-02-13 1991-05-28 Hale Fire Pump Company Thermal relief valve
AT401571B (de) * 1994-04-12 1996-10-25 Landis & Gyr Tech Innovat Warmwasserheizung mit einer differenzdruckregelung

Also Published As

Publication number Publication date
BE1012415A3 (fr) 2000-10-03
CN1328630A (zh) 2001-12-26
GB2344163B (en) 2003-05-21
AU1279100A (en) 2000-06-13
CA2352112A1 (fr) 2000-06-02
CA2352112C (fr) 2007-10-09
CN1161565C (zh) 2004-08-11
DE69904360D1 (de) 2003-01-16
GB2344163A (en) 2000-05-31
FR2786257B1 (fr) 2001-01-12
EP1133662A1 (fr) 2001-09-19
ATE229160T1 (de) 2002-12-15
JP2002530624A (ja) 2002-09-17
US6394361B1 (en) 2002-05-28
FR2786257A1 (fr) 2000-05-26
DE19956819A1 (de) 2000-05-31
KR100729349B1 (ko) 2007-06-15
DE69904360T3 (de) 2009-10-01
PL336735A1 (en) 2000-06-05
WO2000031475A1 (fr) 2000-06-02
PL192078B1 (pl) 2006-08-31
KR20010080552A (ko) 2001-08-22
EP1133662B1 (fr) 2003-05-02
GB9927611D0 (en) 2000-01-19
PL348726A1 (en) 2002-06-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1013665C2 (nl) Hydraulische stabilisator inrichting bestemd voor een verwarmingsinrichting.
US4077567A (en) Pneumatic temperature reset differential pressure controller
US6418956B1 (en) Pressure controller
JP2007532851A5 (nl)
US2367038A (en) Control apparatus for fuel burning appliances
US2006035A (en) Water heater control
US2291731A (en) Pressure regulating system
KR101010937B1 (ko) 바닥 난방 온도조절 시스템
US3997107A (en) Servo modulating regulating control system
US3058664A (en) Air conditioning control apparatus having temperature and pressure control
US3147797A (en) Heating and cooling air conditioning system
US3223105A (en) Pneumatic control apparatus
US3796368A (en) Diaphragm operated flow control device
GB2295034A (en) Instantaneous water heater
US2705017A (en) Counterbalanced fluid-relay mechanism
US4061266A (en) Environmental air distribution control system powered by system pressure
US2210646A (en) Steam pressure control
US1975937A (en) Method of and apparatus for regulating the viscosity of liquids
US1813401A (en) Temperature regulator
JPH09287798A (ja) 空調機ユニット及び該ユニットを組み込んだ空調システム
US542733A (en) Heat-regulating apparatus
US2186680A (en) Vacuum heating system
US5392739A (en) Steam-raising system
US1928737A (en) Temperature regulation
EP4357683A1 (en) System and related method for calibrating the balancing pressure of a thermo-hydraulic system

Legal Events

Date Code Title Description
PD2A A request for search or an international type search has been filed
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20040601