NL1013144C1

NL1013144C1 - Rollenbaan voor het transport van voorwerpen, zoals dozen en dergelijke.

Info

Publication number: NL1013144C1
Application number: NL1013144A
Authority: NL
Inventors: Gerardus Johannes Maria Uitert
Original assignee: Speciaalmachf Van Uitert B V
Priority date: 1999-09-27
Filing date: 1999-09-27
Publication date: 2001-03-29

Description

Rollenbaan voor het transport van voorwerpen, zoals dozen en dergelijke.

De uitvinding heeft betrekking op een rollenbaan voor het transport van voorwerpen, zoals dozen, kratten en der-5 gelijke, welke rollenbaan een frame omvat voor het draaibaar ondersteunen van transportrollen en middelen aanwezig zijn voor het aandrijven van de transportrollen.

Bij bekende rollenbanen doet zich het bezwaar voor dat, wanneer de voorwerpen bij het einde van de rollenbaan 10 niet direkt kunnen worden afgevoerd, de voorwerpen tegen elkaar aan worden gedrukt en de transportrollen onder de voorwerpen door blijven draaien. Hierdoor kan beschadiging van de voorwerpen optreden. Ook zal het aandrijven van de transportrollen in een dergelijke situatie meer energie 15 vereisen door de wrijving die optreedt tussen de transportrollen en de voorwerpen.

Getracht is wel deze bezwaren op te heffen door secties van de rollenbanen in en uit te schakelen. Dit vereist echter besturings-componenten die de kosten van de rollen-20 baan verhogen en de kans op storingen met zich brengen.

De uitvinding beoogt nu deze bezwaren op te heffen en verschaft daartoe een rollenbaan, die daardoor is gekenmerkt, dat de assen van de rollen nabij de einden 21 jn voorzien van vrij draaiend er op aangebrachte oplegringen, 25 die worden ondersteund door in het frame aangebrachte uitsparingen waarvan de lengte, gezien in de transport-richting, groter is dan de diameter van de oplegringen en waarvan de hoogte toeneemt in de richting waarin de voorwerpen wor-den getransporteerd, en de transportrollen 30 worden aangedreven door een er onder aangebrachte eindloze aandrijfband, die door middel van aandrukrollen tegen de transportrollen wordt aangedrukt.

Bij normaal transport van voorwerpen zullen deze zich op enige afstand van elkaar op de rollenbaan bevinden. 35 Daarbij liggen de oplegringen van de transportrollen in het laagste deel van de uitsparingen. Wanneer nu de voorwerpen niet snel genoeg van het einde van de rollenbaan worden verwijderd en tegen elkaar aan komen te liggen zal de 1013144 2 rotatie van de transportrollen worden tegengewerkt. De aandrijfband blijft echter in beweging en zal de betreffende transportrollen tegen de transport-richting in trachten te verplaatsen. Daarbij zullen de oplegringen van een 5 transportrol in de zijdelingse uitsparingen omhoog worden bewogen waardoor de transportrol nagenoeg vrij van de aandrijfband zal komen te liggen. Hierdoor zal de aandrijf-kracht, die de aandrijfband normaal op de transportrol uitoefent, voor een aanmerkelijk deel worden opgeheven.

10 De kracht waarmee de voorwerpen tegen elkaar aan wor den gedrukt zal dus afnemen en het door de inrichting opgenomen vermogen zal geringer worden. Ook zal de kans op beschadiging van de voorwerpen worden verkleind.

Wanneer de voorwerpen het einde van de rollenbaan 15 kunnen verlaten zullen de rollen weer snel gaan draaien en zullen de voorwerpen snel in beweging komen.

Volgens een verdere uitwerking van de uitvinding kunnen de uitsparingen in het frame naar boven toe open zijn. Hierdoor wordt het voordeel bereikt, dat het verwisselen 20 van de transportrollen snel plaats kan vinden.

Verder zullen de oplegringen zijn voorzien van een flensrand. Hierdoor worden de transportrollen zijdelings opgesloten zodat zij de juiste stand blijven innemen.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van 25 de tekening waarin:

Fig. 1 schematisch een zijaanzicht toont van een uitvoeringsvorm van een rollenbaan volgens de uitvinding;

Fig. 2 schematisch een detail toont van fig. 1 op grotere schaal; en 30 Fig. 3 schematisch een dwarsdoorsnede toont volgens de lijn III-III van fig. 1 op grotere schaal.

De in de tekening getoonde rollenbaan omvat een frame 1 voor het draaibaar ondersteunen van transportrollen 2.

De assen 3 van de transportrollen 2 zijn daartoe nabij de 35 einden voorzien van vrij draaiend er op aangebrachte oplegringen 4, voorzien van flenzen 5. De oplegringen 5 bevinden zich in uitsparingen 6, die zich van boven af uitstrekken in de zijbalken 7 van het frame 1.

Zoals in het bijzonder blijkt uit figuur 2 hebben de 1013144 3 uitsparingen 6 een lengte L die, gezien in de transport-richting V, groter is dan de diameter D van de oplegring 5. terwijl de hoogte H ervan toeneemt in de richting V, waarin de voorwerpen 11 worden getransporteerd.

5 De transportrollen 2 worden aangedreven door middel van een eindloze aandrijf band 8, die zich uitstrekt over omkeerrollen 9, waarvan ten minste de ene motorisch wordt aangedreven in de richting van de pijl M. De aandrijfband 8 wordt verplaatst in de richting R en door instelbare aan-10 drukrollen 10 tegen de transportrollen 2 aangedrukt zodat ook deze aandrukrollen draaien in de richting M. De middelen voor het instellen van de aandrukrollen 10 kunnen van bekend type zijn en zijn daarom niet nader beschreven.

Bij normaal transport van voorwerpen 11 bevinden deze 15 zich op enige afstand van elkaar. De oplegringen 5 bevinden zich dan in de stand als getoond in figuur 2. Wanneer nu de voorwerpen 11 niet snel genoeg van de rollenbaan worden verwijderd en tegen elkaar aan komen te liggen, zoals getoond in figuur 1, zal de rotatie van de transportrollen 2, 20 als aangegeven met de pijl P, worden tegengewerkt. De aandrijf band 8 blijft echter bewegen in de richting R en zal de as 3 van de betreffende transportrollen 2 in de richting S trachten te verplaatsen. Daarbij zullen de oplegringen 4 van een transportrol 2 in de zijdelingse uitsparingen 6 25 omhoog worden bewogen waardoor de wrijving tussen de transportrol 2 en de aandrijfband 8 zal verminderen en de transportrol nagenoeg tot stilstand zal komen.

Het zal duidelijk zijn, dat slechts een enkele mogelijke uitvoeringsvorm van een rollenbaan volgens de 30 uitvinding in de tekening is weergegeven en hierboven beschreven en dat vele wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder buiten de uitvindings-gedachte te vallen, zoals deze in bijgaande conclusies is aangegeven.

conclusies

1 01 Q 1 AA

Claims

1. Rollenbaan voor het transport van voorwerpen (11), zoals dozen, kratten en dergelijke, welke rollenbaan een frame (1) omvat voor het draaibaar ondersteunen van trans- 5 portrollen (2) en middelen (8,9,10) aanwezig zijn voor het aandrijven van de transportrollen, met het kenmerk, dat de assen (3) van de rollen (2) nabij de einden zijn voorzien van vrij draaiend er op aangebrachte oplegringen (4), die worden ondersteund door in het frame (1) aangebrachte 10 uitsparingen (6) waarvan de lengte (L), gezien in de trans-port-richting (V), groter is dan de diameter (D) van de oplegringen (4) en waarvan de hoogte (H) toeneemt in de richting waarin de voorwerpen worden getransporteerd, en de transportrollen (2) worden aangedreven door een er onder 15 aangebrachte eindloze aandrijfband (8), die door middel van aandrukrollen (10) tegen de transportrollen (2) wordt aangedrukt.

2. Rollenbaan volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de uitsparingen (6) in het frame (1) naar boven toe open 20 zijn.

3. Rollenbaan volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de oplegringen (4) zijn voorzien van een flensrand (5). 1013144