NL1012107C2 - Werkwijze en inrichting voor het spuitgieten van voorwerpen. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het spuitgieten van voorwerpen. Download PDF

Info

Publication number
NL1012107C2
NL1012107C2 NL1012107A NL1012107A NL1012107C2 NL 1012107 C2 NL1012107 C2 NL 1012107C2 NL 1012107 A NL1012107 A NL 1012107A NL 1012107 A NL1012107 A NL 1012107A NL 1012107 C2 NL1012107 C2 NL 1012107C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
mold
injection molding
plastic
injection
movement
Prior art date
Application number
NL1012107A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1012107A1 (nl
Inventor
Rudolf Johannes Gerardus Hoorn
Martinus Henricus Joseph Voets
Original Assignee
Axxicon Moulds Eindhoven Bv
Uni Technologisch I Eindhoven
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Axxicon Moulds Eindhoven Bv, Uni Technologisch I Eindhoven filed Critical Axxicon Moulds Eindhoven Bv
Priority to NL1012107A priority Critical patent/NL1012107C2/nl
Publication of NL1012107A1 publication Critical patent/NL1012107A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1012107C2 publication Critical patent/NL1012107C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C45/00Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor
    • B29C45/17Component parts, details or accessories; Auxiliary operations
    • B29C45/26Moulds
    • B29C45/263Moulds with mould wall parts provided with fine grooves or impressions, e.g. for record discs
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C45/00Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor
    • B29C45/17Component parts, details or accessories; Auxiliary operations
    • B29C45/26Moulds
    • B29C45/2681Moulds with rotatable mould parts
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C45/00Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor
    • B29C45/17Component parts, details or accessories; Auxiliary operations
    • B29C45/46Means for plasticising or homogenising the moulding material or forcing it into the mould
    • B29C45/56Means for plasticising or homogenising the moulding material or forcing it into the mould using mould parts movable during or after injection, e.g. injection-compression moulding
    • B29C45/5605Rotatable mould parts

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Moulds For Moulding Plastics Or The Like (AREA)

Description

Werkwijze en inrichting voor het spuitgieten van voorwerpen.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het met kunststof spuitgieten van voorwerpen, omvattende het volgens een eerste 5 bewegingsrichting naar elkaar toe bewegen van eerste en tweede spuitgietmatrijsdelen waartussen een vormholte begrensd wordt, waarbij tenminste het eerste matrijsdeel een van textuur voorzien oppervlaktedeel omvat, waarbij het spiegelbeeld van die textuur de textuur van dat voorwerp vormt, het in die vormholte spuiten van een kunststof, waarbij tijdens het inspuiten de kunststof tussen die matrijsdelen in een eerste 10 stroomrichting beweegt, en na het ten minste gedeeltelijk af koelen van die kunststof uit elkaar bewegen.
Een dergelijke werkwijze is bekend uit de Japanse aanvrage publicatie NO.62249717. Daarbij wordt een hoogfrequente trilling gebruikt om hars de holte van een matrijs vollediger te laten uitvullen. Deze werkwijze wordt in het bijzonder 15 toegepast voor schijfvormige digitale informatiedragers.
Aan dergelijke optische informatiedragers, maar ook aan andere voorwerpen die met behulp van spuitgieten vervaardigd worden, worden steeds hogere eisen met betrekking tot de nauwkeurigheid gesteld. Optische informatiedragers krijgen een steeds hogere informatiedichtheid. Dit betekent dat de verhogingen, respectievelijk 20 verlagingen of pits steeds minder uitgesproken karakters zijn dat wil zeggen minder hoog uitgevoerd worden geringere breedte krijgen terwijl de lengte daarvan steeds kleiner wordt. Anderzijds dienen dergelijke pits nog steeds goed of steeds beter leesbaar te zijn met laserbundels. Dat wil zeggen hogere eisen worden gesteld aan de afronding van de pit ten opzichte van de omgeving die steeds rechthoekiger plaats moet 25 vinden. Fouten bij het uitlezen worden steeds minder acceptabel. Bij geluids- en videotoepassingen kan door interpolatie door de uitleesapparatuur bij het ontbreken van een signaal of het niet goed leesbaar zijn daarvan een voor de gebruiker nauwelijks te onderscheiden acceptabel resultaat verkregen worden. Indien echter dergelijke optische informatiedragers gebruikt worden voor het opslaan van databestanden zijn dergelijke 30 fouten niet acceptabel. De grotere informatiedichtheid vertaalt zich niet alleen in het kleiner worden van de pits maar eveneens in het boven elkaar aanbrengen van verschillende lagen.
1012 10 7 2
Dergelijke optische informatiedragers worden vervaardigd door het spuiten van een kunststof tegen een origineel of stamper. Met de huidige technieken is het mogelijk de steeds kleiner wordende reliëfverschillen in een dergelijke stamper aan te brengen 5 maar een probleem vormt de vulling van de verschillende holten of de omstroming voor de verhogingen in de stamper welke later de data vormen. Voor het goed vullen van dergelijke holten, respectievelijk omstromen van verhogingen is tijd nodig terwijl er anderzijds naar gestreefd wordt de cyclustijd zoveel mogelijk te verkorten. Door verbeteringen van de gebruikte kunststoffen, in het algemeen polycarbonaat, kan in 10 verbeterde vulling, respectievelijk omstroming voorzien worden. Echter is de miniaturisering van de pits sneller gegaan waardoor verbetering van de kunststoffen geen oplossing voor alle problemen vormt. Bovendien kunnen de kunststoffen dun vloeibaarder gemaakt worden door met hogere temperaturen bij het inspuiten te werken. Echter bestaat daardoor duidelijk het gevaar van degeneratie van de kunststof 15 en het is in ieder geval nodig temperatuur in de matrijsdelen beter te beheersen waardoor het kanalenstelsel waardoor koelvloeistoffen circuleren verder verbeterd moet worden.
Ondanks aanzienlijke vooruitgang op dit gebied wordt het steeds moeilijker aan de steeds hogere eisen gesteld door de fabrikanten van informatiedragers te voldoen.
20 Gestreefd wordt bijvoorbeeld de harde schijf in computers te vervangen door een optische informatiedrager die dan met een hoog toerental dient te draaien en waarbij nauwkeurige geleiding van de laserbundel in de betreffende baan noodzakelijk is.
Het is het doel van de onderhavige aanvrage de vulling van de kleine vormholten en de overgang tussen vormholte en overig deel van de optische informatiedrager te 25 verbeteren. Vanzelfsprekend gaat dit eveneens in het omgekeerde geval waarin de optische structuur bestaat uit holten die in een vlak gebied (land) gemaakt moeten worden. In het dergelijk geval is het essentieel dat de omtreksbegrenzing van een dergelijke holte bijzonder scherp is terwijl de holte voldoende diep is, dat wil zeggen dat het overeenkomstige uitsteeksel op de stamper in voldoende mate omspoten wordt. 30 Dit doel wordt bij een hierboven beschreven werkwijze verwezenlijkt doordat die tweede bewegingsrichting in hoofdzaak loodrecht op die eerste stroomrichting staat en cirkelvormig is.
Bij het spuiten van optische informatiedragers maar ook bij vele andere fOt 2 107 3 voorwerpen met name voorwerpen die verhoudingsgewijs plat zijn, vindt stroming van kunststof volgens dat platte vlak plaats vanaf een of meer aanspuitopeningen. Indien tijdens het vullen van de vormholte de kunststof hindernissen tegenkomt, zoals de hierboven beschreven uitsteeksels of holten, welke vanaf het inspuitpunt een hindernis 5 voor de kunststof vormen zal de oriëntatie van de moleculen in het algemeen gericht worden in de stroomrichting van de kunststof. Om tot een scherpere afbaking tussen uitsparing en overig deel van het voorwerp te komen is het van belang de moleculen te heroriënteren en deze heroriëntatie kan met behulp van de beweging volgens de uitvinding verwezenlijkt worden. Bij optische informatiedragers die cirkelvormig 10 uitgevoerd zijn en voor het uitlezen een rotatie dienen uit te voeren is het van voordeel indien de richting van de moleculen van de kunststof nabij de informatiepunten zoals pits of uitsparingen ten minste gedeeltelijk overeenkomt met een dergelijke rotatierichting tijdens het uitlezen (en/of registreren). Bij de tot nu toe gebruikte spuitgiettechnieken was door de wijze van aanspuiting oriëntatie van de moleculen juist 15 loodrecht op deze uitleesrichting georiënteerd radiaal waardoor beperkingen bestonden met betrekking tot de definitie van een dergelijke pit of uitsparing. Begrepen zal worden dat dit vooral de "schaduwzijde" gezien in stromingsrichting van de kunststof betreft. Begrepen zal worden dat die tweede bewegingsrichting mede afhankelijk is van het gebruik van het met spuitgieten te vervaardigen voorwerp. Indien het een optische 20 informatiedrager betreft, die zoals hierboven beschreven een roterende beweging dient uit te voeren is die tweede bewegingsrichting in hoofdzaak loodrecht op die (radiale) stroomrichting van de kunststof staat. De tweede bewegingsrichting is ringvormig en meer in het bijzonder cirkelvormig. Dat wil zeggen de matrijsdelen maken ten opzichte van de langshartlijn daarvan een hoekverdraaiing ten opzichte van elkaar. Een 25 dergelijke verdraaiing kan eenmalig heen en weer zijn maar het is ook mogelijk een hoogfrequente trilling toe te passen als tweede beweging. Een dergelijke rotatie kan zeer gering zijn. Als voorbeeld wordt een waarde van 0,005° genoemd.
Deze tweede beweging kan vanaf het moment dat de kunststof in de matrijs gespoten wordt, uitgevoerd worden. Het is wel noodzakelijk dat de verplaatsing 30 gerealiseerd wordt, terwijl de kunststof nog deformeerbaar is, dat wil zeggen boven de glasovergangstemperatuur van de betreffende kunststof. Indien na het inbrengen van de kunststof na verdichten (praegen) plaatsvindt, heeft het de voorkeur tijdens deze napersbeweging de tweede beweging uit te voeren.
101210? 4
Volgens een van voordeel zijnde uitvoering van de uitvinding wijkt de tweede bewegingsrichting, dat wil zeggen de richting waarin de rotatie tussen het van textuur voorziene oppervlaktedeel en het andere matrijsdeel ten opzichte van elkaar bewogen worden, af van de stroomrichting van de ingespoten kunststof.
5 Volgens een verdere van voordeel zijnde uitvoering van de hierboven beschreven werkwijze wordt de vormholte voor het volledig dichtlopen en indien nadrukken toegepast wordt voor het nadrukken, afgesloten ten opzichte van de omgeving en zoveel mogelijk geëvacueerd. Dit kan plaatsvinden met behulp van een pomp en een eventueel aangebrachte vacuümbron. Daardoor wordt het uitlopen van de kunststof 10 vanaf het inspuitpunt verder bevorderd.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een spuitgietinrichting omvattende ten minste een vast matrijsdeel en een ten opzichte daarvan in een eerste richting beweegbaar matrijsdeel, tussen welke matrijsdelen een vormholte begrensd wordt, waarbij tenminste een van die matrijsdelen een van textuur voorzien oppervlaktedeel 15 omvat, waarbij het spiegelbeeld van die textuur de textuur van dat spuitgieten voorwerp omvat en waarbij een van die matrijsdelen van een kunststoftoevoer is voorzien, waarbij dat dat van textuur voorziene oppervlak en dat andere matrijsdeel in een richting in hoofdzaak loodrecht op die eerste bewegingsrichting ten opzichte van elkaar verplaatsbaar zijn en dat aandrijfmiddelen aanwezig zijn voor die verplaatsing, waarbij 20 dat oppervlaktedeel en dat matrijsdeel ten opzichte van elkaar roteerbaar zijn in een vlak in hoofdzaak loodrecht op de sluitrichting van die matrijsdelen.
Zoals hierboven aangegeven, is het mogelijk dat de vormholte door een afzonderlijk deel, de zogenaamde stamper begrensd wordt. In een dergelijk geval is het van belang dat de stamper de verplaatsing uitvoert ten opzichte van het tegenover 25 liggende deel van de vormholte. Indien de stamper deze draaiing op enigerlei wijze onafhankelijk van het matrijsdeel waarin deze geplaatst is, uitvoert, dan is het van belang dat tussen de stamper en het betreffende matrijsdeel een lagering aanwezig is. Dit kan een fluïdumlager zijn, maar eveneens is het mogelijk met behulp van een coating, zoals een teflon coating, tussen de stamper en het betreffende matrijsdeel in 30 een lager te voorzien. Daarmee kan de axiale druk opgenomen worden tijdens de rotatiebeweging.
Dergelijke mogelijkheden worden in de conclusies met "axiale lagermiddelen" aangegeven.
101 2 1 07 5
De hierboven beschreven aandrijfiniddelen kunnen elk in de stand der techniek bekende constructie omvatten. Als voorkeur worden piëzo-elektrische elementen gebruikt. Dit zijn verhoudingsgewijs kleine elementen die gemakkelijk in het betreffende matrijsdeel ingebouwd kunnen worden en met behulp van elektrische 5 stroom bijzonder snel gestuurd kunnen worden en een bijzonder grote kracht opwekken. Daarbij is de verplaatsing verhoudingsgewijs klein maar dit is voor het beoogde gebruik niet relevant. Immers behoeft draaiing die met de werkwijze volgens de uitvinding beoogd wordt slechts in de ordegrootte van een of meer moleculen te zijn. Het is echter ook mogelijk om als aandrijfmiddel andere elektrische of hydraulische 10 aandrijfiniddelen toe te passen. Eveneens is het mogelijk de aandrijfiniddelen via een mechanische koppeling door de sluit/openingsbeweging van de matrijsdelen te sturen. Dat wil zeggen tijdens de sluitbeweging wordt met behulp van een wigconstructie of dergelijke rotatie van de matrijsdelen ten opzichte van elkaar opgewekt. Het tijdstip waarop de tweede beweging plaatsvindt is afhankelijk van de wijze waarop het 15 inspuiten en eventueel napersen van de kunststof plaatsvinden. In ieder geval zal duidelijk zijn dat heroriëntatie van moleculen uitsluitend mogelijk is die deze zich ten minste nog in enigszins vloeibare toestand bevinden. In alle gevallen is het noodzakelijk dat sturing van de aandrijfiniddelen op gecoördineerde wijze met de sluitbeweging van de matrijs plaatsvindt. Bij de hierboven beschreven piëzo-elektrische 20 elementen is een en ander bijzonder eenvoudig te verwezenlijken door koppeling met de reeds aanwezige sturing. Bij hydraulische aandrijfiniddelen en andere aandrijfiniddelen zijn verdere maatregelen nodig om in koppeling met de reeds aanwezige sturing te voorzien.
Het is echter ook mogelijk dat een spuitgietmachine zodanig uitgevoerd wordt dat 25 (reeds bestaande) gebruikelijke matrijsdelen daarop ingespannen worden en dat de draaibeweging met het bijbehorend mechanisme zich uitsluitend in de spuitgietinrichting bevindt. Daardoor kunnen bestaande matrijzen ook het voordeel van de onderhavige uitvinding verkrijgen. De uitvinding heeft eveneens betrekking op twee of meer spuitgietmatiijzen die als samenstel vervaardigd worden en de bijzondere 30 eigenschappen hebben zoals hierboven beschreven dat wil zeggen ten opzichte van elkaar draaibaar in de spuitgietinrichting aangebracht kunnen worden.
Met de uitvinding wordt een wezenlijk verbeterde vulling van de vormholte verkregen en met name worden scherpe gedefinieerde uitsteeksels en uitsparingen 1012107 ♦ 6 verkregen welke bijvoorbeeld bij optische informatiedragers van belang zijn.
De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van een in de tekening afgebeeld uitvoeringsvoorbeeld verduidelijkt worden. Daarbij toont:
Fig. 1 schematisch en in doorsnede een spuitgietinrichting tijdens de 5 sluitbeweging van de matrijsdelen;
Fig. 2 een deel van de spuitgietinrichting volgens fig. 1 de afstand a vlak voor het sluiten;
Fig. 3 de matrijsdelen in gesloten toestand;
Fig. 4 de spuitgietinrichting volgens de uitvinding op het moment van de 10 onderlinge beweging van de matrijsdelen; en
Fig. 5 zeer schematisch een mogelijke uitvoering van een matrijsdeel voor het uitvoeren van de draaibeweging volgens de uitvinding.
In de figuren is zeer schematisch een deel van een spuitgietinrichting voor het vervaardigen van optische informatiedragers weergegeven. Begrepen moet worden dat 15 de uitvinding niet beperkt is tot optische informatiedragers terwijl bovendien de tekeningen zeer summier zijn. Zo zijn koelkanalen voor het beheersen van de temperatuur tijdens het spuitgieten en andere voor de spuitgietinrichting wezenlijke constructie-elementen niet getoond. Deze zijn niet van belang voor het begrip van de onderhavige uitvinding.
20 In fig. 1 is met 1 de spuitgietinrichting volgens de uitvinding weergegeven. Deze bestaat uit een frame 2 waarop een vast matrijsdeel 3 aangebracht is alsmede een beweegbaar matrijsdeel 4. Matrijsdeel 4 is verplaatsbaar door middel van een plunjer 5 opgenomen in een cilinder 6. Deze constructie is hydraulisch en wordt met behulp van sturing 12 beheerst Met behulp van pijl 13 is de openings- respectievelijk 25 sluitbeweging aangegeven.
Met 7 is de kunststofitoevoer aangegeven aan het vaste matrijsdeel. Deze kunststof afkomstig uit reservoir 8. Een bedieningsplunjer eventueel een afsluitklep en dergelijke zijn vanwege de duidelijkheid niet aangegeven. Van belang is het dat de kunststofitoevoer uitmondt nabij de vormholte in het vaste matrijsdeel.
30 Het beweegbare matrijsdeel 4 is op enigerlei wijze voorzien van een opname voor het ontvangen van de "stamper" 9. Deze is voorzien van het negatief van het te vormen voorwerp. In het inwendige van plunjer 5 is een verplaatsbare ponspen 10 aanwezig die na het vormen van het kunststofvoorwerp in het hart daarvan een gat ponst. Nadere 1012107 7 details van deze pen alsmede de aandrijving daarvan zijn niet getoond. Voor details wordt verwezen naar het Europese octrooi 0.177.991 BI van aanvraagster.
Het beweegbare matrijsdeel 4 wordt met behulp van geleiding 11 geleid. Het beweegbare matrijsdeel 4 is van een omtreksring 23 voorzien welke verplaatsbaar in 5 een kamer 24 aangebracht is die aangesloten is op een persluchttoevoer 25. Deze omtreksring 23 kan op afdichtende wijze samenwerken met het tegenoverliggende oppervlak van het vaste matrijsdeel 3. Binnen omtreksring 23 (in gesloten toestand) is een omtreksgroef 29 aangebracht die verbonden is met kanaal 26 welke op zijn beurt verbonden is met vacuümbron 27 aangesloten op een vacuümpomp 28.
10 In fig. 2 is eerste deel van de sluitbeweging van de matrijs weergegeven. Tussen de matrijsdelen 3 en 4 bestaat een afstand a van 0,6 mm. Door het opbrengen van perslucht door leiding 25 is omtreksring 23 naar buiten bewogen en sluit afdichtend af op het vaste matrijsdeel 3. Door het aanschakelen van een niet afgebeelde klep in kanaal 26 is verbinding met vacuümbron 27 tot stand gebracht zodat de vormholte ten 15 minste gedeeltelijk geëvacueerd wordt. Door leiding 7 wordt kunststof toegevoerd en deze verspreid zich in radiale richting over de stamper 9.
Afgezien van het evacueren van de vormholte is een en ander in overeenstemming met hetgeen bekend is in de stand der techniek. Het verlagen van de luchtdruk binnen de vormholte is een maatregel volgens de uitvinding en deze 20 maatregel kan eveneens afzonderlijk van de hierna te beschrijven maatregel van onderlinge verplaatsing van de matrijsdelen in een tweede bewegingsrichting uitgevoerd worden.
In fig. 3 is de toestand volgens de stand der techniek getoond. De matrijs is volledig gesloten. In het traject tussen fig. 2 en 3 vindt zogenaamd nadrukken of 25 praegen plaats waarbij het kunststofmateriaal verdicht wordt en in de oppervlaktecontour van de stamper gedreven wordt. Daardoor ontstaat een voorwerp 14 dat op enigerlei in de stand der techniek bekende wijze na het openlopen van de matrijsdelen verwijderd kan worden.
In fig. 4 is de toestand afgebeeld die ligt tussen fig. 2 en 3 en welke de uitvinding 30 omvat. Daarbij is de afstand b tussen de beide matrijsdelen ongeveer 0,2 mm. De hierboven beschreven evacueermiddelen zijn al werkzaam maar het is niet absoluut noodzakelijk dat deze aanwezig zijn. In deze toestand waarbij de kunststof met behulp van het inspuitmondstuk volledig ingebracht is worden de beide matrijsdelen ten M012 10 7 8 opzichte van elkaar verdraaid. Dit is met behulp van pijl 15 aangegeven. Deze verdraaiing kan over een verhoudingsgewijs kleine hoek plaatsvinden bijvoorbeeld een hoek kleiner dan 1° en meer in het bijzonder ongeveer 0,005°. Daardoor zal heroriëntatie van ten minste een deel van de moleculen plaatsvinden waardoor een 5 betere definitie of begrenzing van het gespoten voorwerp ontstaat, dat wil zeggen de stampervorm wordt nauwkeuriger gevolgd De rotatie volgens pijl 15 kan een eenmalige heenbeweging zijn, kan een heen-weerbeweging zijn maar kan ook een hoogfrequente trilling omvatten.
In fig. 5 is zeer schematisch een voorbeeld getoond van een constructie om de 10 rotatie uit te voeren. Daarin is het tweede matrijsdeel 4 afgebeeld opgebouwd uit een stationair buitendeel 18 dat vanzelfsprekend in de richting van pijl 13 kan bewegen maar niet kan roteren door bevestiging aan geleiding 11. Een draaibaar binnendeel 17 is aanwezig en delen 17 en 18 zijn door middel van bruggen 19 met elkaar verbonden.
Met behulp van piëzo-elektrisch element 20 die met behulp van leidingen 21 met 15 sturing 12 verbonden zijn kan onderlinge rotatie van de delen ten opzichte van elkaar verwezenlijkt worden. Het is echter gezien de kleine hoekverdraaiing goed mogelijk een en ander star uit te voeren. Door de verschillende bewegingstoleranties die aanwezig zijn in het systeem kan een dergelijk kleine hoekverdraaiing binnen de betreffende toleranties uitgevoerd worden. Immers zoals hierboven aangegeven is in 20 principe een hoekverdraaiing van een molecuullengte voldoende om tot gedeeltelijke heroriëntatie van een molecuul te komen.
Begrepen zal worden dat omvang van de hoekverdraaiing niet alleen afhankelijk is van de lengte van de moleculen maar eveneens afhankelijk van de afmetingen van het betreffende uitsteeksel of uitsparing. Indien een hoogfrequente trilling gebruikt 25 wordt kan deze enkele kHz bedragen. Het moment dat op de draaiing plaatsvindt dient in ieder geval te liggen voor het moment van volledige stolling van de kunststof.
Uit het bovenstaande zal begrepen worden dat vele varianten mogelijk zijn ten opzichte van de basisgedachte van de uitvinding, en deze. worden geacht binnen bereik van de bijgaande conclusies te liggen.
1012107

Claims (13)

1. Werkwijze voor het met kunststof spuitgieten van voorwerpen, omvattende het volgens een eerste bewegingsrichting naar elkaar toe bewegen van eerste en tweede 5 spuitgietmatrijsdelen waartussen een vormholte begrensd wordt, waarbij tenminste het eerste matrijsdeel een van textuur voorzien oppervlaktedeel omvat, waarbij het spiegelbeeld van die textuur de textuur van dat voorwerp vormt, het in die vormholte spuiten van een kunststof, waarbij tijdens het inspuiten de kunststof tussen die matrijsdelen in een eerste stroomrichting beweegt, en na het ten minste gedeeltelijk 10 afkoelen van die kunststof uit elkaar bewegen van die matrijsdelen gevolgd door het verwijderen van het zo gevormde voorwerp, waarbij, dat tijdens of direct na het inbrengen van die kunststof, het tweede matrijsdeel en dat oppervlaktedeel ten opzichte van elkaar bewogen worden in een tweede bewegingsrichting in een vlak in hoofdzaak loodrecht op die eerste bewegingsrichting, met het kenmerk dat die tweede 15 bewegingsrichting in hoofdzaak loodrecht op die eerste stroomrichting staat en cirkelvormig is.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij die tweede beweging uitgevoerd wordt indien de temperatuur van de kunststof in die vormholte boven de 20 glasovergangstemperatuur ligt.
3. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij die tweede beweging een hoogfrequente trillingsbeweging is.
4. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het naar elkaar toe bewegen van die twee matrijsdelen omvat een eerste stap waarbij die vormholte ten opzichte van de omgeving afgedicht wordt en een tweede stap waarbij die vormholte geëvacueerd wordt.
5. Werkwijze volgens conclusie 4, waarbij die tweede stap het verbinden met een vacuümbron omvat. 1012 1 0 7 % «
6. Spuitgietinrichting omvattende ten minste een vast matrijsdeel en een ten opzichte daarvan in een eerste richting beweegbaar matrijsdeel, tussen welke matrijsdelen een vormholte begrensd wordt, waarbij tenminste een van die matrijsdelen een van textuur voorzien oppervlaktedeel omvat, waarbij het spiegelbeeld van die textuur de textuur 5 van dat spuitgieten voorwerp omvat en waarbij een van die matrijsdelen van een kunststofloevoer is voorzien, waarbij dat dat van textuur voorziene oppervlak en dat andere matrijsdeel in een richting in hoofdzaak loodrecht op die eerste bewegingsrichting ten opzichte van elkaar verplaatsbaar zijn en dat aandrijfiniddelen aanwezig zijn voor die verplaatsing, met het kenmerk dat dat oppervlaktedeel en dat 10 matrijsdeel ten opzichte van elkaar roteerbaar zijn in een vlak in hoofdzaak loodrecht op de sluitrichting van die matrijsdelen.
7. Spuitgietinrichting volgens conclusie 6, waarbij dat van textuur voorziene oppervlaktedeel een stamper (9) omvat. 15
8. Spuitgietinrichting volgens een van de conclusies 6 of 7, waarbij die aandrijfiniddelen (piëzo) elektrische elementen omvatten.
9. Spuitgietinrichting volgens een van de conclusies 6-8, waarbij die aandrijfiniddelen 20 door de sluit/openingsbeweging van die matrijsdelen gestuurde aandrijfiniddelen omvat.
10. Spuitgietinrichting volgens een van de conclusies 6-9, waarbij een matrijsdeel (4) voorzien is van met dat andere matrijsdeel (3) samenwerkende afdichtmiddelen (23), 25 welke afdichtmiddelen zodanig aangebracht zijn, dat voor het dichtlopen van de vormholte, die vormholte ten opzichte van de omgeving afgedicht is, waarbij in de vormholte een vacuümleiding (26) is aangebracht verbonden met een vacuümbron (27).
11. Spuitgietinrichting volgens een van de conclusies 6-10, waarbij die 30 spuitgietinrichting uitgevoerd is voor het vervaardigen van cirkel vormige optische informatiedragers.
12. Uitgietmatrijssamenstel volgens een van de conclusies 6-11, in combinatie met I1Q1 2 1 o 7 conclusie 10, waarbij tussen de stamper en het aangrenzende matrijsdeel axiale lagermiddelen zijn aangebracht.
13. Spuitgietmatrijssamenstel, omvattende ten minste twee matrijsdelen volgens een 5 van de conclusies 6-12. ******** 1012107
NL1012107A 1999-05-19 1999-05-19 Werkwijze en inrichting voor het spuitgieten van voorwerpen. NL1012107C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1012107A NL1012107C2 (nl) 1999-05-19 1999-05-19 Werkwijze en inrichting voor het spuitgieten van voorwerpen.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1012107 1999-05-19
NL1012107A NL1012107C2 (nl) 1999-05-19 1999-05-19 Werkwijze en inrichting voor het spuitgieten van voorwerpen.

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1012107A1 NL1012107A1 (nl) 2000-11-21
NL1012107C2 true NL1012107C2 (nl) 2000-11-23

Family

ID=19769221

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1012107A NL1012107C2 (nl) 1999-05-19 1999-05-19 Werkwijze en inrichting voor het spuitgieten van voorwerpen.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1012107C2 (nl)

Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1052890A (nl) * 1900-01-01
EP0090077A2 (en) * 1982-03-29 1983-10-05 International Business Machines Corporation A process for forming a polymer of high mechanical properties
EP0177991A2 (en) 1984-09-07 1986-04-16 Nagron GIM Precision Tooling B.V. Injection mould with insert piece and injection moulding unit for same
JPS62246708A (ja) * 1986-04-09 1987-10-27 Daicel Chem Ind Ltd 光デイスク用プラスチツク基板の射出成形法
JPS62249717A (ja) * 1986-04-24 1987-10-30 Daicel Chem Ind Ltd 光デイスク基板の成形方法
JPS6395920A (ja) * 1986-10-14 1988-04-26 Fuji Electric Co Ltd 樹脂板の射出成形方法
EP0348129A2 (en) * 1988-06-21 1989-12-27 Hisashi Kojima Injection moulding method using surge pressure
JPH05342644A (ja) * 1992-06-05 1993-12-24 Fujitsu Ltd 光ディスク媒体用基板の製造装置および製造方法

Patent Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1052890A (nl) * 1900-01-01
EP0090077A2 (en) * 1982-03-29 1983-10-05 International Business Machines Corporation A process for forming a polymer of high mechanical properties
EP0177991A2 (en) 1984-09-07 1986-04-16 Nagron GIM Precision Tooling B.V. Injection mould with insert piece and injection moulding unit for same
JPS62246708A (ja) * 1986-04-09 1987-10-27 Daicel Chem Ind Ltd 光デイスク用プラスチツク基板の射出成形法
JPS62249717A (ja) * 1986-04-24 1987-10-30 Daicel Chem Ind Ltd 光デイスク基板の成形方法
JPS6395920A (ja) * 1986-10-14 1988-04-26 Fuji Electric Co Ltd 樹脂板の射出成形方法
EP0348129A2 (en) * 1988-06-21 1989-12-27 Hisashi Kojima Injection moulding method using surge pressure
JPH05342644A (ja) * 1992-06-05 1993-12-24 Fujitsu Ltd 光ディスク媒体用基板の製造装置および製造方法

Non-Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 12, no. 120 (M - 685) 14 April 1988 (1988-04-14) *
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 12, no. 121 (M - 686) 15 April 1988 (1988-04-15) *
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 12, no. 332 (M - 738) 8 September 1988 (1988-09-08) *
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 18, no. 184 (P - 1719) 29 March 1994 (1994-03-29) *

Also Published As

Publication number Publication date
NL1012107A1 (nl) 2000-11-21

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4715804A (en) Metal mold for resin molding
US7128562B2 (en) Molding die apparatus and molding method
JP4093584B2 (ja) 内表面に薄膜を有する中空成形品の成形方法および成形装置
NL1012107C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het spuitgieten van voorwerpen.
WO1998019846A9 (en) Apparatus for and method of injection molding
EP0936966A1 (en) Apparatus for and method of injection molding
EP1882575A1 (en) Disc-molding mold, method for manufacturing the same, and mold part
NL1012256C2 (nl) Doseeropening voor een spuitgietmatrijs.
JP4136023B2 (ja) 光ディスク成形装置
EP2159033B1 (en) Disk molding mold, outer peripheral ring, disk substrate, and method of molding disk substrate
JP2630606B2 (ja) 光ディスク等用成型装置
JP2004174714A (ja) 樹脂成形方法、樹脂成形用金型、樹脂成形品及び樹脂成形機
NL1024670C2 (nl) Werkwijze, spuitgietmal, spuitgietinrichting voor het spuitgieten van onderling verschillende spuitgietproducten, alsmede een inrichting voor het vervaardigen van DVD en een spuitgietproduct met de werkwijze.
JPH01278322A (ja) ディスク射出成形用金型
JP2002011763A (ja) 射出成形用金型装置
JP3759174B2 (ja) ディスク基板成形用の金型装置
JP2009113227A (ja) プラスチック成形品の製造方法、プラスチック成形装置及びプラスチック成形品
US7101171B2 (en) Molding die for disc substrate
US5997276A (en) Optical disc manufacturing apparatus
JP2975862B2 (ja) ディスクの製造装置
JP3574667B2 (ja) ディスク基板の形成方法
JPS6245809B2 (nl)
JP3077411B2 (ja) 薄肉基板の樹脂成形方法及び樹脂成形金型
JP2003053785A (ja) 射出成形装置
JP2001225360A (ja) ディスク基板の成形装置及び成形方法

Legal Events

Date Code Title Description
AD1B A search report has been drawn up
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20071201