NL1011374C1 - Verbindingsstuk. - Google Patents

Verbindingsstuk. Download PDF

Info

Publication number
NL1011374C1
NL1011374C1 NL1011374A NL1011374A NL1011374C1 NL 1011374 C1 NL1011374 C1 NL 1011374C1 NL 1011374 A NL1011374 A NL 1011374A NL 1011374 A NL1011374 A NL 1011374A NL 1011374 C1 NL1011374 C1 NL 1011374C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
connecting piece
wedge
screw spindle
nut
shaped member
Prior art date
Application number
NL1011374A
Other languages
English (en)
Inventor
Gertrudis Maria Gerardus Gier
Adrianus Matheus Cl Doornmalen
Original Assignee
Verachtert A P Metaalfab
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Verachtert A P Metaalfab filed Critical Verachtert A P Metaalfab
Priority to NL1011374A priority Critical patent/NL1011374C1/nl
Priority to EP00200283A priority patent/EP1048790B1/en
Priority to AT00200283T priority patent/ATE536446T1/de
Priority to US09/504,762 priority patent/US6302611B1/en
Priority to JP2000041656A priority patent/JP4201950B2/ja
Application granted granted Critical
Publication of NL1011374C1 publication Critical patent/NL1011374C1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02FDREDGING; SOIL-SHIFTING
    • E02F3/00Dredgers; Soil-shifting machines
    • E02F3/04Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
    • E02F3/28Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven with digging tools mounted on a dipper- or bucket-arm, i.e. there is either one arm or a pair of arms, e.g. dippers, buckets
    • E02F3/36Component parts
    • E02F3/3604Devices to connect tools to arms, booms or the like
    • E02F3/3609Devices to connect tools to arms, booms or the like of the quick acting type, e.g. controlled from the operator seat
    • E02F3/3613Devices to connect tools to arms, booms or the like of the quick acting type, e.g. controlled from the operator seat with means for absorbing any play therebetween
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02FDREDGING; SOIL-SHIFTING
    • E02F3/00Dredgers; Soil-shifting machines
    • E02F3/04Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
    • E02F3/28Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven with digging tools mounted on a dipper- or bucket-arm, i.e. there is either one arm or a pair of arms, e.g. dippers, buckets
    • E02F3/36Component parts
    • E02F3/3604Devices to connect tools to arms, booms or the like
    • E02F3/3609Devices to connect tools to arms, booms or the like of the quick acting type, e.g. controlled from the operator seat
    • E02F3/3627Devices to connect tools to arms, booms or the like of the quick acting type, e.g. controlled from the operator seat with a hook and a longitudinal locking element
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02FDREDGING; SOIL-SHIFTING
    • E02F3/00Dredgers; Soil-shifting machines
    • E02F3/04Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
    • E02F3/28Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven with digging tools mounted on a dipper- or bucket-arm, i.e. there is either one arm or a pair of arms, e.g. dippers, buckets
    • E02F3/36Component parts
    • E02F3/3604Devices to connect tools to arms, booms or the like
    • E02F3/3609Devices to connect tools to arms, booms or the like of the quick acting type, e.g. controlled from the operator seat
    • E02F3/364Devices to connect tools to arms, booms or the like of the quick acting type, e.g. controlled from the operator seat using wedges
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02FDREDGING; SOIL-SHIFTING
    • E02F3/00Dredgers; Soil-shifting machines
    • E02F3/04Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
    • E02F3/28Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven with digging tools mounted on a dipper- or bucket-arm, i.e. there is either one arm or a pair of arms, e.g. dippers, buckets
    • E02F3/36Component parts
    • E02F3/3604Devices to connect tools to arms, booms or the like
    • E02F3/3609Devices to connect tools to arms, booms or the like of the quick acting type, e.g. controlled from the operator seat
    • E02F3/3668Devices to connect tools to arms, booms or the like of the quick acting type, e.g. controlled from the operator seat where engagement is effected by a mechanical lever or handle
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02FDREDGING; SOIL-SHIFTING
    • E02F3/00Dredgers; Soil-shifting machines
    • E02F3/04Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
    • E02F3/28Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven with digging tools mounted on a dipper- or bucket-arm, i.e. there is either one arm or a pair of arms, e.g. dippers, buckets
    • E02F3/36Component parts
    • E02F3/3604Devices to connect tools to arms, booms or the like
    • E02F3/3609Devices to connect tools to arms, booms or the like of the quick acting type, e.g. controlled from the operator seat
    • E02F3/3672Devices to connect tools to arms, booms or the like of the quick acting type, e.g. controlled from the operator seat where disengagement is effected by a mechanical lever or handle
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T403/00Joints and connections
    • Y10T403/32Articulated members
    • Y10T403/32254Lockable at fixed position
    • Y10T403/32467Telescoping members
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T403/00Joints and connections
    • Y10T403/32Articulated members
    • Y10T403/32254Lockable at fixed position
    • Y10T403/32467Telescoping members
    • Y10T403/32475Telescoping members having detent
    • Y10T403/32483Spring biased

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Pivots And Pivotal Connections (AREA)
  • Shovels (AREA)
  • Transmission Devices (AREA)
  • Jib Cranes (AREA)

Description

Korte aanduiding: Verbindingsstuk.
De uitvinding heeft betrekking op een verbindingsstuk dat zowel met de giek van een graafmachine als met een met een giek 5 verbonden verstelci1inder scharnierend te verbinden is en bestemd is voor het aankoppel van een werktuig, zoals bijvoorbeeld een graafbak, aan het uiteinde van de giek, waarbij met het verbindingsstuk een verbindingswig is gekoppeld waarin een tweetal zich loodrecht op de lengterichting van de wig uitstrekkende en in het verbindingsstuk 10 geleide pennen zijn bevestigd, terwijl met het verbindingsstuk een verstelorgaan is verbonden met behulp waarvan de verbindingswig over een bepaalde afstand evenwijdig aan de lengterichting van de pennen ten opzichte van het verbindingsstuk verplaatsbaar is.
Een dergelijk verbindingsstuk is bekend uit het Europese 15 octrooi 0 521 560. Bij deze bekende constructie is met het ver bindingsstuk een hydraulische verstelcilinder verbonden voor het verplaatsen van de verbindingswig. Op zich voldoet deze bekende constructie goed, maar in sommige gevallen is het gewenst een verbindingsstuk te hebben, waarbij de verbindingswig met behulp van 20 mechanische middelen verstelbaar is, bijvoorbeeld bij toepassing van het verbindingsstuk bij een kraan of dergelijke, die niet voorzien is van middelen met behulp waarvan de hydraulische verstelcilinder kan worden bediend.
Volgens de uitvinding is nu het verbindingsstuk voorzien 25 van een schroefspindel, die om zijn hartlijn draaibaar en in zijn lengterichting onverschuifbaar in de verbindingswig gelegerd is en die is geschroefd in een met het verbindingsstuk verbonden moervormig orgaan, dat ten opzichte van het verbindingsstuk in de lengterichting van de schroefspil verend beweegbaar is.
30 Op deze wijze is een verbindingsstuk te realiseren, met behulp waarvan de verbindingswig met behulp van de schroefspil vast te zetten is, terwijl door de verende opstelling van het moervormig orgaan ook na langer bedrijf een goede klemming van de verbindingswig zal worden gehandhaafd.
35 Daarbij blijven de verschillende onderdelen, zoals de verbindingswig en dergelijke met het verbindingsstuk verbonden, indien 101 13 7 4 2 het verbindingsstuk van het werktuig is losgekoppeld, zodat geen gevaar bestaat van het verloren gaan van onderdelen.
Een verder voordeel van de constructie volgens de uitvinding is, dat eenzelfde verbindingsstuk kan worden gebruikt voor 5 zowel de uitvoering met een hydraulische verstelcilinder zoals beschreven in het Europese octrooi 0 521 560 als voor de uitvoering met de schroefspil. Dit is niet alleen fabricagetechnisch van voordeel, maar geeft de gebruiker later de mogelijkheid om, indien gewenst, de uitvoering van het verbindingsstuk op eenvoudige wijze te veranderen.
10 Om een snel vastklemmen van de verbindingsspie met behulp van de schroefspindel te kunnen bewerkstelligen zal men de schroef-spindel bij voorkeur van een schroefdraad met vrij grote spoed voorzien. Dit kan echter, in het bijzonder indien bijvoorbeeld het werktuig, dat met behulp van het verbindingsstuk met de giek van de 15 graafmachine gekoppeld is, door een trilorgaan wordt gevormd tot een loswerken van de schroefspindel leiden. Om dit te voorkomen is een borgorgaan aangebracht, met behulp waarvan de schroefspindel tegen draaiing te borgen is. Bij voorkeur is dit borgorgaan aangebracht op de verbindingswig, zodat het borgorgaan goed toegankelijk is.
20 De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van een in bijgaande figuren weergegeven uitvoeringsvorm van de constructie volgens de uitvinding.
Figuur 1 toont schematisch een doorsnede over een deel van het koppelstuk met verbindingswig in de stand, die de verschillende 25 onderdelen bij op een werktuig vastgeklemde stand zullen innemen.
Figuur 2 toont een overeenkomend aanzicht met de verschillende onderdelen in een stand, waarin de verbindingswig van een werktuig is losgekoppeld.
Figuur 3 toont een doorsnede over figuur 1 gezien volgens 30 de lijn III-III in figuur 1.
Figuur 4 toont een doorsnede over figuur 3 gezien volgens de lijn IV-IV in figuur 3.
Figuur 5 toont een doorsnede over figuur 1 gezien volgens de lijn V-V in figuur 1.
35 Figuur 6 toont een aanzicht op figuur 2 gezien volgens de pijl VI in figuur 2.
101 137 4 3
De uitvoering en het gebruik van een verbindingsstuk, dat aan het uiteinde van de giek van een graafmachine of dergelijke te koppelen is met het oog op het snel aankoppelen van een werktuig, zoals een graafbak of dergelijke, aan het uiteinde van de giek is 5 uitvoering beschreven in het bovengenoemde Europese octrooi 0 521 560, waarvan de inhoud geacht wordt hier door deze verwijzing te zijn opgenomen, zodat het niet noodzakelijk zal zijn hierop uitvoerig in te gaan.
Het verbindingsstuk 1 omvat een tweetal zich in hoofdzaak 10 evenwijdig aan elkaar uitstrekkende min of meer plaatvormige delen 2 en 3, die onderling zijn verbonden door een verbindingsrug 4. In het hart van deze verbindingsrug is een gat 5 gevormd waardoorheen zich een schroefspindel 6 uitstrekt. Deze schroefspindel 6 strekt zich uit door een bus 7, die is bevestigd aan een plaat 8, die ter hoogte van 15 het gat 5 aan de verbindingsrug 4 is bevestigd met behulp van bouten 9. Met een uiteinde is de schroefspindel 6 draaibaar gelegerd in een gat, dat is aangebracht in het midden van een verbindingswig 10.
Aan de van de verbindingsrug 4 afgekeerde zijde van de verbindingswig is de schroefspindel 6 voorzien van een plaatvormig 20 deel 11 en een daarbuiten uitstekend de vorm van een boutkop bezittend deel 12.
Het plaatvormige deel 11 ligt onder tussenschakeling van een glijplaat 13 aan tegen een zijkant van de verbindingswig 10. Aan de van het plaatvormige deel afgekeerde zijde van de verbindingswig 10 25 is op de schroefspindel 6 met behulp van bouten 14 een borgring 15 bevestigd, terwijl tussen deze borgring en het zijvlak van de verbindingswig een glijring 16 is aangebracht.
Het zal duidelijk zijn, dat op deze wijze de schroefspindel 6 draaibaar in de verbindingswig is gelegerd en ten opzichte van de 30 verbindingswig tegen verschuiving in zijn lengterichting is geborgd.
In het in de verbindingswig gelegen gedeelte van de schroefspil is een L-vormige doortocht 17 aangebracht, die in verbinding staat met een in het deel 12 opgenomen smeernippel met het oog op het toevoeren van vet aan de boring in de verbindingswig 10 waarin 35 de schroefspindel 6 draaibaar is gelegerd.
101 1374 4
Aan de van de verbindingswig 10 afgekeerde zijde van de aan het verbindingsstuk 1 vastgezette plaat 8 is de schroefspindel geschroefd in een moervormig orgaan 18. Dit moervormig orgaan is evenwijdig aan de lengterichting van de schroefspil verschuifbaar op 5 pennen 19, die aan een uiteinde zijn voorzien van schroefdraad en met dit van schroefdraad voorziene einde zijn geschroefd in van schroefdraad voorziene gaten in de plaat 8. Aan hun van de plaat 8 afgekeerde einden zijn de pennen voorzien van koppen 20, die verhinderen dat het moervormige orgaan 18 van de pennen 19 kan afschuiven.
10 Tussen het moervormige orgaan 18 en de plaat 8 zijn de schroefspil 6 omgevende schotelveren 21 geplaatst.
Aan de van de schotelveren 21 afgekeerde zijde is aan het moervormige orgaan een bus 22 bevestigd, die aan de van het moer vormige orgaan afgekeerde einde is afgesloten. Deze bus omgeeft het 15 buiten het moervormige orgaan uitstekende uiteinde van de schroefspindel 6 en zal bij voorkeur met vet zijn gevuld. Op deze wijze is dit buiten het moervormig orgaan uitstekende uiteinde van de schroefspindel tegen vervuiling beschermd, terwijl hij tevens door het in de bus aanwezige vet zal worden gesmeerd.
20 Het deel van de schroefspindel, dat zich tussen de gedeelde borgring 15 en de plaat 8 uitstrekt is omgeven door een uit rubber of dergelijk veerkrachtig materiaal vervaardigde balg 23, zodat ook dat gedeelte van de schroefspil tegen vervuiling zal zijn beschermd.
Aan de verbindingswig 10 zijn verder een tweetal zich 25 evenwijdig aan elkaar uitstrekkende geleidingspennen 24 bevestigd met behulp van bouten 25. Aan de van de verbindingswig 18 afgekeerde uiteinden van de geleidingspennen 24 zijn ringen 26 bevestigd met behulp van bouten 26’.
De geleidingspennen 24 strekken zich uit door in de 30 verbindingsrug 4 aangebrachte gaten 27 en daarop aansluitende in de verbindingsrug 4 uitgespaarde kamers 28. De buitendiameters van de ringen 26 zijn zodanig, dat deze wel in de kamers 28 beweegbaar zijn, maar niet door de gaten 27 kunnen bewegen zoals in het bijzonder duidelijk zal zijn uit figuur 2.
35 In deze figuur 2 is de stand weergegeven, die de ver bindingswig ten opzichte van het koppelstuk aanneemt voorafgaand aan 1011374 5 het aankoppelen van een werktuig. In deze stand is met behulp van de schroefspindel 6 de verbindingswig 10 zo ver mogelijk van het verbindingsstuk 1 op afstand geplaatst en kan het verbindingsstuk, zoals ook beschreven in bovengenoemd Europees octrooi 0 521 560, met een 5 werktuig worden gekoppeld. Vervolgens zal voor het vastzetten van het verbindingsstuk 1 aan het werktuig de schroefspindel 6 met behulp van een op het moervormig orgaan 12 geplaatste sleutel worden verdraaid om de verbindingswig 10 in de richting van het verbindingsstuk 1 te verplaatsen en daarbij de uiteinden van de verbindingswig in 10 ingrijping te brengen in overeenkomstige op het aan te koppelen werktuig aangebrachte uitsparingen.
Daarbij zullen de schotelveren 21, die in de in figuur 2 weergegeven stand van de verschillende onderdelen de plaat 8 en het moervormige orgaan 18 zo ver mogelijk uit elkaar hebben gedrukt, 15 worden aangedrukt.
Door toepassing van deze veren zal nadat de verbindingswig 10 eenmaal op het aan te koppelen werktuig is vastgeklemd en het werktuig in bedrijf wordt genomen een goede aanklemming van de verbindingswig 10 worden gehandhaafd, ook indien de verbindingswig zich 20 tijdens bedrijf nog enigszins "zet" in de in het werktuig aangebrachte uitsparingen waarin de uiteinden van de verbindingswig zijn gelegen.
Om tijdens bedrijf een verdraaien van de schroefspindel 6 te voorkomen is een borgorgaan 30 aangebracht, dat is voorzien van een boutkop 31 en een daarop aansluitende schacht, die een op de kop 31 25 aansluitend schachtdeel 32 omvat en verder is voorzien van een tweetal van schroefdraad voorziene delen 33 en 34, die onderling zijn verbonden door een schachtdeel 35 waarvan de uitwendige diameter kleiner is dan die van de schroefdraaddelen 33 en 34. Het borgorgaan 30 is aangebracht in een in de wig 10 aangebrachte boring 36 welke slechts 30 over een deel van zijn lengte is voorzien van inwendige schroefdraad.
Voor samenwerking met het borgorgaan 30 zijn in de buitenomtrek van het plaatvormige deel uitsparingen 37 gevormd.
In de in figuur 2 weergegeven stand van het borgorgaan is het van schroefdraad voorziene gedeelte 33 van het borgorgaan uit het 35 gat 36 uitgeschroefd, terwijl het van schroefdraad voorziene gedeelte 34 van het borgorgaan 30 nog onder het van inwendige schroefdraad 101 137 4 6 voorziene deel van het gat 36 dus in het niet van schroefdraad voorziene deel van dit gat 36 is gelegen. Het niet van schroefdraad voorziene deel van het gat 36 heeft daarbij een grotere diameter dan het van schroefdraad voorziene deel van het gat 36. In deze stand van 5 het borgorgaan kan de schroefspindel 6 worden verdraaid. Voor het borgen van de schroefspindel 6 tegen verdraaiing zal het van schroefdraad voorziene gedeelte 33 van het borgorgaan 30 in het gat 36 worden geschroefd waarbij het schachtgedeelte 32, dat een grotere uitwendige diameter heeft dan het van schroefdraad voorziene gedeelte 33, in een 10 van de uitsparingen 37 in het plaatvormige deel 11 zal komen te liggen voor het borgen van de schroefspindel 6 tegen verdraaiing.
Door de bovenbeschreven opbouw van het borgorgaan 30 met een tweetal op afstand van elkaar gelegen van schroefdraad voorziene gedeelten 33 en 34 wordt verhinderd, dat het borgorgaan 30 gemakkelijk 15 verloren gaat indien dit borgorgaan wordt los gedraaid om verdraaien van de schroefspindel 6 toe te staan. Nadat immers het van schroefdraad voorziene gedeelte 33 uit het gat 36 is geschroefd zal men om het borgorgaan 30 geheel te verwijderen eerst het van schroefdraad voorziene gedeelte 34 in ingrijping moeten brengen met het van 20 inwendige schroefdraad voorziene gedeelte van het gat 36.
10U374

Claims (8)

1. Verbindingsstuk, dat zowel met de giek van een graafmachine als met een met de giek verbonden verstelcilinder scharnierend te 5 verbinden is en bestemd is voor het aankoppelen van een werktuig, zoals bijvoorbeeld een graafbak, aan het uiteinde van de giek, waarbij met het verbindingsstuk een verbindingswig is gekoppeld waaraan een tweetal zich loodrecht op de lengterichting van de wig uitstrekkende en in het verbindingsstuk geleide pennen zijn bevestigd, terwijl met 10 het verbindingsstuk een verstelorgaan is verbonden met behulp waarvan de verbindingswig over een bepaalde afstand evenwijdig aan de lengterichting van de pennen ten opzichte van het verbindingsstuk verplaatsbaar is, met het kenmerk, dat het verbindingsstuk is voorzien van een schroefspindel, die om zijn hartlijn draaibaar en in zijn lengte-15 richting onverschuifbaar in de verbindingswig gelegerd is en die is geschroefd in een met het verbindingsstuk verbonden moervormig orgaan, dat ten opzichte van het verbindingsstuk in de lengterichting van de schroefspil verend beweegbaar is.
2. Verbindingsstuk volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat 20 de schroefspindel is omgeven door enige schotelveren, die liggen opgesloten tussen het moervormige orgaan en een deel van het verbindingsstuk.
3. Verbindingsstuk volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat aan de van de verbindingswig afgekeerde zijde van het moervormige 25 orgaan met het moervormige orgaan een de schroefspindel omgevende bus is verbonden.
4. Verbindingsstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een tussen de verbindingswig en het moervormige orgaan gelegen deel van de schroefspindel is omgeven door een uit 30 veerkrachtig materiaal bestaande balg.
5. Verbindingsstuk volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een borgorgaan is aangebracht met behulp waarvan de schroefspil tegen draaiing te borgen is.
6. Verbindingsstuk volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat 35 het borgorgaan is aangebracht op de verbindingswig. 10113 7 4
7. Verbindingsstuk volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het borgorgaan is voorzien van een schacht, welke een van schroefdraad voorzien gedeelte omvat, dat geschroefd is in een in de verbindingswig aangebracht, inwendige schroefdraad bezittend gat en een schacht- 5 gedeelte, dat een grotere diameter heeft dan het van schroefdraad voorziene gedeelte en dat te plaatsen is in een van de aan de buitenomtrek van een met de schroefspindel verbonden plaatvormig deel aangebrachte uitsparingen.
8. Verbindingsstuk volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat 10 de schacht van het borgorgaan is voorzien van tweetal op afstand van elkaar gelegen van schroefdraad voorziene gedeelten, terwijl het in de verbindingswig aangebrachte gat slechts over een deel van zijn lengte van schroefdraad is voorzien. 1 0 1 137 4
NL1011374A 1999-02-23 1999-02-23 Verbindingsstuk. NL1011374C1 (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1011374A NL1011374C1 (nl) 1999-02-23 1999-02-23 Verbindingsstuk.
EP00200283A EP1048790B1 (en) 1999-02-23 2000-01-27 Tool coupler
AT00200283T ATE536446T1 (de) 1999-02-23 2000-01-27 Werkzeugkuppler
US09/504,762 US6302611B1 (en) 1999-02-23 2000-02-15 Connecting piece
JP2000041656A JP4201950B2 (ja) 1999-02-23 2000-02-18 結合片

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1011374 1999-02-23
NL1011374A NL1011374C1 (nl) 1999-02-23 1999-02-23 Verbindingsstuk.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1011374C1 true NL1011374C1 (nl) 2000-08-24

Family

ID=19768709

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1011374A NL1011374C1 (nl) 1999-02-23 1999-02-23 Verbindingsstuk.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US6302611B1 (nl)
EP (1) EP1048790B1 (nl)
JP (1) JP4201950B2 (nl)
AT (1) ATE536446T1 (nl)
NL (1) NL1011374C1 (nl)

Families Citing this family (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6305106B1 (en) * 2001-02-23 2001-10-23 Mclellan Robin S. Apparatus for releasably coupling an attachment to an excavator
US7984575B2 (en) 2007-07-05 2011-07-26 Caterpillar Inc. Quick coupler assembly
US20090145274A1 (en) * 2007-12-06 2009-06-11 Caterpillar Inc. Demolition shears
US8469623B2 (en) * 2009-04-01 2013-06-25 Caterpillar Work Tools B.V. Quick coupling device
US8974137B2 (en) 2011-12-22 2015-03-10 Caterpillar Inc. Quick coupler
US8869437B2 (en) 2012-05-30 2014-10-28 Caterpillar Inc. Quick coupler
US8684623B2 (en) 2012-05-30 2014-04-01 Caterpillar Inc. Tool coupler having anti-release mechanism
US9217235B2 (en) 2012-05-30 2015-12-22 Caterpillar Inc. Tool coupler system having multiple pressure sources
EP2781660B1 (en) 2013-03-21 2018-04-18 Caterpillar Global Mining LLC Hydraulic actuator
US9228314B2 (en) 2013-05-08 2016-01-05 Caterpillar Inc. Quick coupler hydraulic control system
CN111271138B (zh) * 2020-02-24 2022-02-22 中国航发沈阳发动机研究所 一种堵孔结构及其驱动工具

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4067467A (en) * 1975-04-14 1978-01-10 International Harvester Company Quick coupler device
NL170447C (nl) * 1979-06-01 1984-03-16 Bofors Nederland Inrichting voor het koppelen van een gereedschap aan een giek met behulp van een tussenstuk en een koppelstuk.
CH661305A5 (de) * 1983-09-15 1987-07-15 Stury Fredi Ag Bagger mit einer einrichtung zum wahlweisen befestigen des baggerloeffels am baggerausleger.
NL9101150A (nl) * 1991-07-02 1993-02-01 Verachtert Bv Koppelstuk.
US5179794A (en) * 1991-12-26 1993-01-19 Ballinger Jon C Semi-automatic coupling apparatus
EP0654106A1 (en) * 1993-06-15 1995-05-24 Caterpillar Inc. A coupling device for a work implement
NL1003097C2 (nl) * 1996-05-13 1997-11-18 Den Heuvel Werkendam B V Van Koppelstuk voor het koppelen van een werktuig, zoals een graafbak, aan een giek van een graafmachine of dergelijke.
US5890871A (en) * 1997-12-10 1999-04-06 Caterpillar Inc. Latching mechanism for a quick coupler

Also Published As

Publication number Publication date
EP1048790A2 (en) 2000-11-02
US6302611B1 (en) 2001-10-16
JP2000273895A (ja) 2000-10-03
ATE536446T1 (de) 2011-12-15
EP1048790B1 (en) 2011-12-07
JP4201950B2 (ja) 2008-12-24
EP1048790A3 (en) 2000-12-06

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1011374C1 (nl) Verbindingsstuk.
US4813163A (en) Alignment fitting for attaching implements to a backhoe
DE102006023420A1 (de) Schnellwechselvorrichtung
JP2010540848A (ja) 作業車両用の玉継手
DE102006012639A1 (de) Arbeitswerkzeugkupplungseinrichtung für eine Maschine
US7293377B2 (en) Wear pad for an extendable linkage
DE202013004195U1 (de) Verlängerungsbefestigungssystem zum Befestigen einer Glättbodenverlängerung an einer Glättbohle
JPS59500524A (ja) 迅速作動取付装置
CN113338373B (zh) 快速更换器
DE202019101747U1 (de) Schnellwechsler für Baumaschinenwerkzeuge
CA2938091A1 (en) Pullback system for drilling tool
EP3851404B1 (de) Ladekranwechsler
EP3730697B1 (de) Adapter für ein schnellwechselsystem und schnellwechselsystem mit einem solchen adapter
US6533528B2 (en) Support frame for front attached implements of an operating machine and associated locating pins
EP1702116A2 (de) Schnellwechselsystem zur wahlweisen verbindung verschiedener arbeitsgeräte mit einem kranstiel
EP3829950B1 (de) Belaghalter für eine bremsbelaghalterung eines schienenfahrzeugs und bremsbelaghalterung
DE10219970A1 (de) Gelenkanordnung für Kabeldurchführung
AT508185B1 (de) Verdrehsicherer bolzen
JP2002537504A (ja) 急速継手組立体
LU500452B1 (de) Schwenkvorrichtung für ein Anbaugerät eines Baggers
JP3242851U (ja) エクステンションアーム
JP3269800B2 (ja) 連結ピン挿入用治具とその治具を用いた連結ピン挿入方法
DE202011108526U1 (de) Dreh-/Schwenkantrieb für Baggeranbauwerkzeuge mit Schnellwechsler
EP3770330B1 (de) Schnellwechsler
DE202023104401U1 (de) Lenkervorbau

Legal Events

Date Code Title Description
VD2 Discontinued due to expiration of the term of protection

Effective date: 20050223