NL1010748C2 - Transportsysteem, transportkanaal voor een dergelijk transportsysteem, alsmede werkwijze voor het transporteren van velvormige voorwerpen. - Google Patents

Description

Transportsysteem, transportkanaal voor een dergelijk transportsysteem, alsmede werkwijze voor het transporteren van velvormige voorwerpen

De uitvinding heeft betrekking op een transportsysteem voor velvormige voorwerpen, zoals bijvoorbeeld bankbiljetten, voorzien van ten minste een transportkanaal en middelen voor het opwekken van een luchtstroom in het transportka-5 naai, op een voor het transportsysteem bestemd transportkanaal, alsmede op een werkwijze voor het transporteren van velvormige voorwerpen.

Degelijke transportsystemen zijn in verschillende uitvoeringsvormen bekend. Bij de bekende transportsystemen, 10 die gewoonlijk met buisposttransportsystemen worden aangeduid, worden de te transporteren velvormige voorwerpen in een zogenaamde patroon geplaatst, waarin zij door het transportkanaal worden vervoerd. Hoewel hiermee een betrouwbaar transport van de voorwerpen door het transportsysteem mogelijk is, 15 zijn de bekende transportsystemen minder flexibel in gebruik. Bij geautomatiseerde systemen zijn bijvoorbeeld relatief complexe installaties nodig om de velvormige voorwerpen in een patroon te plaatsen. Bij niet-geautomatiseerde systemen moeten de gebruikers verschillende handelingen verrichten om de 20 voorwerpen in de patroon te plaatsen respectievelijk daar uit te nemen.

De uitvinding beoogt een transportsysteem van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, waarbij het gebruik van patronen kan worden vermeden.

25 Hiertoe heeft het transportsysteem volgens de uit vinding het kenmerk, dat het transportkanaal een in hoofdzaak rechthoekige dwarsdoorsnede heeft, waarbij de tegenover el- 1 o 1 07 4 8 Λ 2 kaar liggende binnenwanden met de grootste afmeting zijn voorzien van middelen die de in het transportkanaal opgewekte luchtstroom nabij de binnenwanden zodanig beïnvloeden dat nabij elk van deze binnenwanden een van de betreffende binnen-5 wand afgerichte luchtstroming ontstaat.

Op deze wijze wordt een transportsysteem verkregen, waarbij de voorwerpen niet meer in een patroon of dergelijke behoeven te worden geplaatst, waardoor het transportsysteem voor uiteenlopende toepassing geschikt is en bovendien bij-10 zonder gebruiksvriendelijk is. Door de vormgeving van de bin-ï nenwanden van het transportkanaal wordt verhinderd dat de voorwerpen als het ware naar de binnenwanden worden toegezogen en daar blijven kleven.

Volgens een gunstige uitvoeringsvorm van de uitvin-15 ding omvatten de genoemde middelen ten opzichte van de bijbehorende binnenwand uitstekende elementen, welke elementen bijvoorbeeld gedeeltelijk bolvormig zijn uitgevoerd.

De uitvinding verschaft voorts een transportkanaal bestemd voor het beschreven transportsysteem volgens de uit-20 vinding.

In een belangrijke toepassing van het transportsysteem volgens de uitvinding is het transportkanaal aangebracht tussen een gelduitgifteautomaat en een centrale kluis of dergelijke. Op deze wijze wordt bereikt dat in de gelduitgifte-25 automaat geen of slechts een kleine geldvoorraad aanwezig behoeft te zijn, zodat het geen zin heeft de automaat te kraken. Bovendien kan het niet meer voorkomen dat de gelduitgifteautomaat leeg raakt.

Tenslotte betreft de uitvinding een werkwijze voor 30 het transporteren van velvormige voorwerpen door een transportkanaal, waarbij in het transportkanaal een luchtstroom wordt opgewekt. Volgens de uitvinding wordt het voorwerp rechtstreeks in een transportkanaal met in hoofdzaak rechthoekige dwarsdoorsnede geplaatst, waarvan de tegenover elkaar - r. - ' " ’ 3 o ‘ v > ^ 3 liggende binnenwanden met de grootste afmeting zijn voorzien van middelen die de in het transportkanaal opgewekte luchtstroom nabij de binnenwanden zodanig beïnvloeden dat nabij elk van deze binnenwanden een van de betreffende binnenwand 5 afgerichte luchtstroming wordt opgewekt.

De uitvinding wordt hierna nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin een uitvoeringsvoorbeeld van het transportsysteem volgens de uitvinding sterk schematisch is weergegeven.

10 Fig. 1 geeft sterk schematisch een uitvoeringsvorm van het transportsysteem volgens de uitvinding weer.

De Fig. 2-4 tonen in bovenaanzicht van de binnenwand, in langsdoorsnede en dwarsdoorsnede verschillende uitvoeringsvormen van het transportkanaal volgens de uitvinding. 15 Fig. 5A en 5B tonen dwarsdoorsneden van alternatie ve uitvoeringsvormen van het transportkanaal volgens de uitvinding.

In de tekening is een transportsysteem voor velvor-mige voorwerpen weergegeven, waarmee bijvoorbeeld bankbiljet-20 ten kunnen worden getransporteerd. Het transportsysteem is voorzien van een in fig. 2 meer in detail weergegeven transportkanaal 1 met é'èn ingangszijde of ingangsstation 2 en een uitgangszijde of uitgangsstation 3. Op de uitgangszijde is een pomp 4 aangesloten, die door het creëren van een onder-25 druk aan de uitgangszijde 3 een luchtstroom in het transportkanaal 1 opwekt.

Bij het beschreven transportsysteem kunnen de te transporteren bankbiljetten zonder enig hulpmiddel rechtstreeks via een aan de ingangszijde 2 aanwezige toegang, die 30 niet in detail is weergegeven, in het transportkanaal 1 worden geplaatst, waarbij het transport door het kanaal plaatsvindt doordat de bankbiljetten vrij vliegend door de in het transportkanaal 1 opgewekte luchtstroom worden meegenomen.

Bij het beschreven transportsysteem wordt voorkomen dat de 4 bankbiljetten naar de binnenwanden van het transportkanaal 1 worden toe gezogen en daar blijven steken door een speciale vormgeving van de binnenwanden van het transportkanaal, zoals hierna nader zal worden toegelicht.

5 Het transportkanaal 1 is in fig. 2A-2C in een bo venaanzicht van een binnenwand, in langsdoorsnede en in dwarsdoorsnede weergegeven. Zoals uit fig. 2C blijkt, heeft het transportkanaal een in hoofdzaak rechthoekige dwarsdoorsnede, waarbij de tegenover elkaar liggende binnenwanden 5 10 met de grootste afmeting zijn voorzien van middelen, die de in het transportkanaal 1 opgewekte luchtstroom nabij de binnenwanden zodanig beïnvloeden dat nabij elk van deze binnenwanden een van de betreffende binnenwand 5 afgerichte luchtstroming ontstaat. Deze middelen zijn bij het uitvoerings-15 voorbeeld volgens fig. 2 uitgevoerd als ten opzichte van de binnenwand 5 uitstekende elementen 6 die in dit geval in hoofdzaak enigszins bolvormig zijn. Deze bolvormige elementen 6 verstoren de langs de binnenwanden 5 stromende lucht, zodat ter plaatse van de elementen wervelingen ontstaan, die resul-20 teren in een luchtstroming nabij de binnenwanden die netto van de betreffende binnenwand is afgericht. De bankbiljetten kunnen hierdoor niet aan de binnenwand 5 vastkleven.

Bij het in fig. 2 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld zijn de elementen 6 in een zodanig patroon aangebracht, dat 25 de elementen in opeenvolgende rijen in de langsrichting van het transportkanaal 1 versprongen ten opzichte van elkaar zijn aangebracht. Bij deze uitvoeringsvorm is de tussenafstand tussen de elementen 6 in de langsrichting ongeveer gelijk aan de diameter van een element in het vlak van de bin-30 nenwand 5. De tussenafstand tussen de elementen 6 in dwars-richting is zodanig dat de elementen van de opeenvolgende rijen gedeeltelijk in eikaars verlengende liggen, zodat elke in langsrichting lopende lijn een element van elke rij snijdt.

^ f * ’ β ·*< i 5

Voorts is de hoogte van de elementen 6 bij het uit-voeringsvoorbeeld volgens fig. 2 circa 2 mm ten opzichte van de bijbehorende binnenwand 5. De hoogte van het kanaal bedraagt bij dit uitvoeringsvoorbeeld circa 30 mm. Andere hoog-5 ten van de elementen 6 ten opzichte van de binnenwand 5 zijn ook mogelijk. Deze hoogte kan bijvoorbeeld variëren van 2-10% van de hoogte van het transportkanaal 1. De breedte van het transportkanaal 1 is bij voorkeur groter dan de grootste breedte van de te transporteren velvormige voorwerpen.

10 Zoals in fig. 3A-3C is weergegeven, kunnen elemen ten 6 met een kleinere diameter worden toegepast en kunnen de elementen onafhankelijk van de diameter met een kleinere tussenafstand tussen de elementen zijn aangebracht, terwijl ook de beide andere tegenover elkaar liggende binnenwanden 7 met 15 dezelfde of anders gevormde elementen 6 kunnen zijn uitge-voerd. Zoals in fig. 4A-4C is weergegeven, kunnen de elementen 6 ook een andere vorm hebben. Volgens fig. 4 zijn de elementen in bovenaanzicht enigszins ellipsvormig.

Hoewel de elementen 6 bij de beschreven varianten 20 van het transportkanaal in de langsrichting van het kanaal een gelijkmatig toenemende respectievelijk afnemende hoogte hebben, kunnen deë'gewenst ook steilere hellingen in de elementen aan de stroomopwaarts of stroomafwaarts gelegen zijde worden toegepast.

25 Bij het in fig. 1 weergegeven transportsysteem is zowel aan de ingangszijde 2 als aan de uitgangszijde 3 een schematisch aangeduide detector 8 respectievelijk 9 aangebracht, die de ingevoerde respectievelijk uitgaande bankbiljetten kan detecteren. Hoewel de detectoren in fig. 1 als af-30 zonderlijke eenheden zijn aangeduid, kunnen zij deel zijn van het ingangsstation 2 resp. het uitgangsstation 3. De detectoren 8, 9 zijn aangesloten op een centrale besturingseenheid 10, zodat deze besturingseenheid 10 het aantal ingevoerde bankbiljetten kan vergelijken met het aantal uitgaande bank- Ί ü , .

6 biljetten en bij eventuele verschillen een falen van het transportsysteem of frauderen kan signaleren. De detector 8 en/of 9 kan desgewenst zodanig zijn uitgevoerd dat tevens de waarde van de bankbiljetten wordt gesignaleerd aan de bestu-5 ringseenheid 10. Hiermee wordt de beveiliging van het transportsysteem verder verbeterd.

Het beschreven transportsysteem heeft het voordeel, dat de bankbiljetten direct in het transportkanaal 1 kunnen worden geplaatst. Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm 10 worden de bankbiljetten in elk geval aan de ingangszijde 1 door een hier aangebrachte inrichting gevouwen, bij voorkeur alleen in het middendeel van de breedte van het bankbiljet.

De bankbiljetten worden dan gevouwen in het transportkanaal geplaatst met de vouwlijn voorlopend in de transportrichting. 15 Het is ook mogelijk de bankbiljetten met de vouwlijn achterlopend in het transportkanaal te plattsen. Door in gevouwen toestand transporteren neemt de transportsnelheid van de ^ bankbiljetten aanzienlijk toe. Afhankelijk van het transport systeem kan aan de uitgangszijde 3 een inrichting voor het 20 ontvouwen van de bankbiljetten zijn aangebracht.

In geval van transport van gevouwen bankbiljetten kunnen de biljetten individueel of in een ineengeschoven stapel door het transportkanaal worden getransporteerd.

In fig. 5A is nog een dwarsdoorsnede van een uit-25 voeringsvorm weergegeven, waarbij de overgangen 11 tussen de zijwanden 5 en 7 niet-haaks zijn uitgevoerd. In dit geval zijn deze overgangen 11 als een afronding uitgevoerd zodanig dat de korte zijwanden in doorsnede in hoofdzaak halfcirkelvormig zijn uitgevoerd. Het is echter ook mogelijk an-30 dere niet-haakse overgangen toe te passen, bijvoorbeeld rechte overgangen die een hoek van bijvoorbeeld 45° met beide binnenwanden insluiten, zoals is weergegeven in fig. 5B.

Het zal duidelijk zijn dat het transportsysteem het belangrijke voordeel heeft, dat de bankbiljetten zonder enig i· 7 hulpmiddel als het ware "vrij vliegend" door het transportka-naal 1 kunnen worden getransporteerd. Dit heeft het voordeel dat meerdere bankbiljetten gelijktijdig in een stroom van biljetten door het transportkanaal kunnen worden getranspor-5 teerd. Het transportsysteem kan bijzonder eenvoudig zijn uitgevoerd en op uiteenlopende terreinen worden toegepast.

Een gunstige toepassing is bijvoorbeeld als transportsysteem tussen één of meer gelduitgifteautomaten en een centrale kluis of dergelijke, waarbij de kluis en de gelduit-10 gifteautomaat zelfs in verschillende gebouwen kunnen zijn gelegen. In de gelduitgifteautomaat behoeft geen of slechts een geringe geldvoorraad aanwezig te zijn, waardoor het risico van forceren van de gelduitgifteautomaat aanzienlijk afneemt. Bovendien kan zich niet meer de situatie voordoen dat de au-15 tomaat wegens ontbreken van voldoende bankbiljetten buiten werking moet worden gesteld. Bij toepassing van de beschreven detectoren is een goede beveiliging van het systeem gewaarborgd.

Het beschreven transportsysteem kan op uiteenlopen-20 de terreinen worden toegepast. Als gunstige voorbeelden kunnen worden genoemd toepassingen in bankfilialen, winkelbedrijven en dergelijke. Het systeem kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het transporteren van biljetten van een kluis naar een balie en omgekeerd of van een kassa naar een cen-25 traal geldverzamelpunt. Bij dergelijke toepassingen wordt eveneens het voordeel bereikt dat op de niet of nauwelijks beveiligde plaatsen waar direct contact tussen het personeel en cliënten mogelijk is, geen of slechts een geringe hoeveelheid bankbiljetten aanwezig behoeft te zijn. Het beschreven 30 transportsysteem is voorts geschikt voor het verzorgen van het transport tussen een ingave-station in de buitenmuur van een gebouw en een kluis in het gebouw of voor het verzorgen van het transport tussen twee gebouwen.

1010748 i 8

Hoewel bij het beschreven uitvoeringsvoorbeeld bankbiljetten als te transporteren voorwerpen zijn genoemd, zal duidelijk zijn dat ook andere velvormige voorwerpen, zoals waardepapieren en dergelijke met het beschreven systeem 5 op doelmatige wijze kunnen worden getransporteerd.

De uitvinding is niet beperkt tot de in het voorgaande beschreven uitvoeringsvoorbeelden, die binnen het kader der conclusies op verschillende manieren kunnen worden gevarieerd.

10 i - * V i ·. - i

Claims (16)

1. Transportsysteem voor velvormige voorwerpen, zoals bijvoorbeeld bankbiljetten, voorzien van ten minste een transportkanaal en middelen voor het opwekken van een luchtstroom in het transportkanaal, met het kenmerk, dat het 5 transportkanaal een in hoofdzaak rechthoekige dwarsdoorsnede heeft, waarbij de tegenover elkaar liggende binnenwanden met de grootste afmeting zijn voorzien van middelen die de in het transportkanaal opgewekte luchtstroom nabij de binnenwanden zodanig beïnvloeden dat nabij elk van deze binnenwanden een 10 van de betreffende binnenwand afgerichte luchtstroming ontstaat.

2. Transportsysteem volgens conclusie 1, waarbij de beide andere binnenwanden van het transportkanaal eveneens zijn voorzien van middelen die de in het transportkanaal op- 15 gewekte luchtstroom nabij de binnenwanden zodanig beïnvloeden dat nabij elk van deze binnenwanden een van de betreffende binnenwand afgerichte luchtstroming ontstaat.

3. Transportsysteem volgens conclusie 1 of 2, waarbij de genoemde middelen ten opzichte van de bijbehorende 20 binnenwand uitstekende elementen omvatten, welke elementen bijvoorbeeld gedeeltelijk bolvormig zijn uitgevoerd.

4. Transportsysteem volgens conclusie 3, waarbij de hoogte van de elementen ten opzichte van de binnenwanden met de grootste afmeting 2-10 % van de hoogte van het trans- 25 portkanaal bedraagt.

5. Transportsysteem volgens conclusie 3 of 4, waarbij de elementen in een willekeurig patroon over de bijbehorende binnenwand zijn verdeeld.

6. Transportsysteem volgens conclusie 3 of 4, 30 waarbij de elementen in de langsrichting van het transportka- naai in onderling versprongen rijen over de bijbehorende binnenwand zijn verdeeld.

7. Transportsysteem volgens één der conclusies 3-6, waarbij de elementen van tegenover elkaar liggende binnen- 5 wanden althans nagenoeg recht tegenover elkaar liggen.

8. Transportsysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de overgangen van de op elkaar aansluitende binnenwanden niet-haaks zijn uitgevoerd, bijvoorbeeld zijn afgerond of afgeschuind. ‘10

9. Transportsysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij aan de ingangszijde van het transportka-naal een inrichting voor het vouwen van de velvormige voorwerpen is aangebracht, die de gevouwen voorwerpen in het transportkanaal kan plaatsen.

10. Transportsysteem volgens conclusie 9, waarbij aan de uitgangszijde van het transportkanaal een inrichting voor het ontvouwen van de velvormige voorwerpen is aangebracht.

11. Transportsysteem volgens één der voorgaande 20 conclusies, waarbij zowel aan de ingangs- als aan de uitgangszijde van het transportkanaal middelen zijn aangebracht voor het tellen van ingaande resp. uitgaande voorwerpen.

12. Transportsysteem volgens één der voorgaande conclusies, in het bijzonder voor het transporteren van bank- 25 biljetten, waarbij aan de ingangszijde en/of aan de uitgangszijde van het transportkanaal middelen zijn aangebracht voor het detecteren van de waarde van de bankbiljetten.

13. Transportkanaal, bestemd voor een transportsysteem volgens één der voorgaande conclusies.

14. Werkwijze voor het transporteren van velvormige voorwerpen door een transportkanaal, waarbij in het transportkanaal een luchtstroom wordt opgewekt, met het kenmerk, dat het voorwerp rechtstreeks in een transportkanaal met in hoofdzaak rechthoekige dwarsdoorsnede wordt geplaatst, waar- ' $ van de tegenover elkaar liggende binnenwanden met de grootste afmeting zijn voorzien van middelen die de in het transport-kanaal opgewekte luchtstroom nabij de binnenwanden zodanig beïnvloeden dat nabij elk van deze binnenwanden een van de 5 betreffende binnenwand afgerichte luchtstroming wordt opgewekt .

15. Werkwijze volgens conclusie 14, waarbij het voorwerp aan de ingangszijde van het transportkanaal eerst wordt gevouwen, waarbij het voorwerp gevouwen in het transit) portkanaal wordt geplaatst.

16. Werkwijze volgens conclusie 14 of 15, waarbij de voorwerpen in een stroom van voorwerpen door het transportkanaal worden getransporteerd. 1 01 07 4 81¾