NL1010713C1 - Oprolbare dakbedekking. - Google Patents

Description

OPROLBARE DAKBEDEKKING

5 De uitvinding heeft betrekking op een oprolbare dakbedekking, omvattende een flexibele drager en tenminste een eerste bitumineuze laag, waarbij de dakbedek-kingsconstructie tenminste een onder de bitumineuze laag aangebrachte thermisch isolerende laag omvat.

10 Een dergelijke, oprolbare dakbedekking is bekend uit het Nederlands octrooischrift 1003689.

Bij deze, tot de stand van de techniek behorende dakbedekkingsconstructie wordt de thermisch isolerende laag door een combinatie van een van (gebitumineerd) 15 glasvlies een polyester weefsel vervaardigde laag gevormd .

De thermische isolatiewaarde van een dergelijke glasvlieslaag is echter beperkt. Bovendien is deze glasvlieslaag voor gesmolten bitumen doorlaatbaar, zodat bij 20 het verwarmen van de bitumineuze laag het gevaar ontstaat dat de vloeibare bitumen door deze glasvlieslaag heen lekken en het daaronder gebrachte EPS (geëxpandeerd polystyreen) bereiken.

Gezien het feit dat ÉPS een laag smeltpunt 25 heeft, bestaat het gevaar dat de vloeibare bitumen het EPS doet smelten of zelfs doet ontbranden.

Hierbij wordt er op gewezen dat het EPS als hoofdisolatiemateriaal bij het1 afdekken van platte daken gebruikt wordt, en dat voor het waterdicht maken ervan de 30 oprolbare dakbedekking van de soort, waar de uitvinding betrekking op heeft, als eerstë laag aangebracht wordt.

Bovendien heeft de toepassing van glasvlies in oprolbare dakbedekking een kostprijsverhogend effect.

Het doel van de onderhavige uitvinding is het 35 verschaffen van een dergelijke oprolbare dakbedekking, waarbij de tot de stand van de techniek behorende problemen vermeden worden.

1010713 2

Dit doel wordt bereikt, doordat de thermisch isolerende laag een in de drager geïntegreerde luchtlaag omvat.

Het zal duidelijk zijn dat door toepassing van 5 lucht een veel grotere isolatiewaarde verkregen wordt.

Volgens een eerste uitvoeringsvorm omvat de drager een kunststofweefsel, waarop de bitumineuze laag aangebracht is met vrijlating van een luchtlaag in het kunststofweefsel. Een probleem ontstaat bij het aanbren-10 gen van de luchtlaag; er zijn uiteraard maatregelen nodig om de boven de luchtlaag en de onder de luchtlaag gelegen lagen op voldoende afstand van elkaar te houden, opdat een werkelijke luchtlaag ontstaat.

Door de luchtlaag in de drager te integreren 15 worden deze effecten bereikt. Bovendien wordt een voordeel verkregen door het feit dat de in elk geval noodzakelijke drager de funktie van afstandshouder kan vervullen; de drager vervult aldus een dubbele funktie.

Door toepassing van polyester als kunststof-20 weefsel voor de drager wordt een aantrekkelijke uitvoeringsvorm verkregen; polyester paart een lage kostprijs aan de noodzakelijke eigenschappen.

Volgens een andere voorkeursuitvoeringsvorm is boven de bitumineuze lagen een antikleeflaag aangebracht. 25 Deze antikleeflaag heeft het effect dat de dakbedekking gemakkelijk opgerold kan worden zonder vastkleven van de lagen en zonder toepassing van bijvoorbeeld een papier-laag tegen het kleven.

Een eerste mogelijkheid voor toepassing van de 30 antikleeflaag betreft de toepassing van mineraal strooi-materiaal. Dit levert een toepassing met een lage kostprijs op; bovendien heeft het strooimateriaal de funktie van antislip, wanneer de eerste laag dakbedekking eenmaal aangebracht is.

35 Een andere mogelijkheid is de toepassing van een wegbrandfolie. Bij het toevoeren van warmte voor het laten smelten van het bitumineuze materiaal, brandt deze folie weg.

1010713 3

Volgens een andere voorkeursuitvoeringsvorm is onder de isolerende laag een tweede bitumineuze laag aangebracht. Hiermee wordt bereikt dat bij het verwarmen van de bovenste bitumineuze laag er geen gevaar dreigt 5 dat de onderste bitumineuze laag zal smelten, bijvoorbeeld bij randen, waarin de thermisch isolerende laag wellicht onvolkomen zou zijn.

Volgens een andere voorkeursuitvoeringsvorm heeft de tweede bitumineuze laag zodanige eigenschappen, 10 dat deze een daarin aangebrachte opening zoveel mogelijk afsluit. Bij het vastspijkeren of -schroeven van dergelijke materialen worden uiteraard openingen aangebracht, ook in de tweede bitumineuze laag. Lekken van bitumen, afkomstig van de bovenste bitumineuze laag, wordt voorko-15 men door de zelf-afsluitende eigenschap van de tweede bitumineuze laag.

Vervolgens zal de onderhavige uitvinding worden toegelicht aan de hand van bijgaande tekeningen, waarin voorstellen-.

20 figuur l: een perspectivisch aanzicht van een gebouw, waarop een oprolbare dakbedekking volgens de onderhavige uitvinding toegepast kan worden,· en figuur 2: een gedeeltelijk weggebroken, perspectivisch detailaanzicht van het in figuur 1 afgebeelde 25 dak.

Het in figuur 1 afgebeelde gebouw 1 is van een dak 2 voorzien dat meer in detail in figuur 2 weergegeven is. De basis van het dak wordt in essentie gevormd door een bijvoorbeeld van beton vervaardigde dakplaat 3. In 30 plaats beton is het mogelijk andere materialen toe te passen, bijvoorbeeld staal of hout.

Zoals thans gebruikelijk is, wordt op deze basislaag 3 een isolerende laag 4 van EPS (geëxpandeerd polystyreen) aangebracht. De uitvinding maakt het moge-35 lijk dat niet-gecacheerd EPS toegepast wordt, hetgeen van belang is in verband met de lage kostprijs. Op deze EPS-laag 4 wordt een laag dakbedekking volgens de onderhavige uitvinding toegepast, welke met in figuur 2 met 5 weerge- 1010718 4 geven is. De laag 5 volgens de uitvinding omvat in essentie een van polyesterweefsel vervaardigde drager 6, waarin de isolerende luchtlaag geïntegreerd is. Dit betekent dat het polyesterweefsel een luchtig weefsel met 5 een geringe dichtheid moet zijn.

Hier bovenop is een eerste bitumenlaag 7 aangebracht, welke dient voor het hierop vastbranden van de waterdichte toplaag.

Om de luchtlaag binnen de polyesterdrager 6 te 10 handhaven is de eerste bitumenlaag 7 zodanig aangebracht, dat deze slechts aan de bovenzijde van de polyesterdrager 6 gehecht is, maar zich niet of nauwelijks tot in drager uitstrekt, zodat voldoende volume beschikbaar is voor het handhaven van de isolerende laag. Aan de bovenzijde van 15 deze eerste bitumenlaag 7 is een laag van mineraal strooimateriaal, bijvoorbeeld zand, leislag of kalk aangebracht. Enerzijds dient dit materiaal voor het voorkomen van het aan elkaar hechten van de lagen, wanneer het materiaal opgerold wordt, terwijl, wanneer het 20 is aangebracht, het materiaal het slipgevaar van de bitumenlaag vermindert.

Onder de polyesterdrager 6 is een tweede bitumenlaag 9 aangebracht, welke een afdichtende funktie heeft. Deze afdichtende funktie wordt bijvoorbeeld ge-25 bruikt, wanneer door spijkers, pennen, schroeven, andere zich door de EPS-laag en de dakbedekkingslaag 5 heen J uitstrekkende bevestigingsmiddelen gebruikt worden.

Hiertoe wordt in de dakbedekkingslaag een gat gevormd, waarbij, om de waterdichtheid te waarborgen, het gat zo 30 goed mogelijk afgesloten moet worden rondom de pen of rondom de andere bevestigingsmiddelen. Hierbij vervult de tweede bitumenlaag een afsluitende funktie.

Verder draagt de tweede bitumenlaag zorg voor het opvangen van gesmolten bitumen van de eerste bitumen-35 laag, wanneer deze ondanks de hierboven beschreven maatregelen toch nog door de polyesterdrager heen zou druppelen .

1010713 5

Ten slotte is onder de tweede bitumenlaag 9 een absorberende laag 10 aangebracht, welke tevens een isola-tiefunktie heeft. Deze laag wordt gevormd door wederom mineraal strooimateriaal, bijvoorbeeld leislag, waarbij 5 het strooimateriaal iets grover moet zijn, omdat ook hier het van belang is dat een isolerende luchtlaag gehandhaafd wordt. Deze luchtlaag leidt tot een verdere beveiliging tegen warmteoverdracht bij het vastbranden, en heeft bovendien een absorberende funktie, wanneer de 10 tweede bitumenlaag zou smelten of van de eerste bitumenlaag 7 afkomstige bitumen door de tweede bitumenlaag heen zou komen.

Hierbij is het van bijzonder belang dat het EPS niet smelt of ontbrandt, aangezien dit zeer grote schade 15 tot gevolg zou hebben.

Het zou duidelijk zijn dat diverse wijzigingen aan de hiervoor gestelde uitvoeringsvorm aangebracht kunnen worden, zonder van de beschermingsomvang van de bijbehorende conclusies af te wijken.

20 1010713

Claims (10)

1. Oprolbare dakbedekking, omvattende een 5 flexibele drager en tenminste een eerste bitumineuze laag, waarbij de dakbedekking tenminste een onder de eerste bitumineuze laag aangebrachte thermisch isolerende laag omvat, met het kenmerk, dat de thermisch isolerende laag een in de drager geïntegreerde luchtlaag omvat.

2. Oprolbare dakbedekking volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de drager een kunststofweefsel omvat, waarop de eerste bitumineuze laag met vrijlating van een luchtlaag in het kunststofweefsel aangebracht is.

3. Oprolbare drager volgens conclusie 2, met 15 het kenmerk, dat het kunststofweefsel polyester omvat.

4. Oprolbare dakbedekking volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat boven de bitumineuze laag ^ een antikleeflaag aangebracht is.

5. Oprolbare dakbedekking volgens conclusie 4, 20 met het kenmerk, dat de antikleeflaag mineraal strooima- teriaal omvat.

6. Oprolbare dakbedekking volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de antikleeflaag een wegbrandfolie omvat.

7. Oprolbare dakbedekking volgens een van de voorafgaande conclusies,met het kenmerk, dat onder de isolerende laag een tweede bitumineuze laag aangebracht is.

8. Oprolbare dakbedekking volgens conclusie 7, 30 met het kenmerk, dat de tweede bitumineuze laag een daarin aangebrachte opening zelf-afsluitende eigenschappen heeft.

9. Oprolbare dakbedekking volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk, dat onder de tweede bitumineuze 35 laag een tweede isolatielaag aangebracht is.

10. Oprolbare dakbedekking volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de tweede isolatielaag gekozen is 1010713 vanwege de eigenschappen voor het opnemen van gesmolten bitumen. ll. Oprolbare dakbedekking volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat de tweede isolatielaag een 5 grofkorrelig mineraal omvat. 1010713