NL1010333C2 - Samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel. - Google Patents

Samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel. Download PDF

Info

Publication number
NL1010333C2
NL1010333C2 NL1010333A NL1010333A NL1010333C2 NL 1010333 C2 NL1010333 C2 NL 1010333C2 NL 1010333 A NL1010333 A NL 1010333A NL 1010333 A NL1010333 A NL 1010333A NL 1010333 C2 NL1010333 C2 NL 1010333C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
sealant
circumferential
jacket
circumferential rib
circumferential ribs
Prior art date
Application number
NL1010333A
Other languages
English (en)
Inventor
Hendrikus Ariese
Original Assignee
Artech Rubber B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Family has litigation
First worldwide family litigation filed litigation Critical https://patents.darts-ip.com/?family=19767972&utm_source=google_patent&utm_medium=platform_link&utm_campaign=public_patent_search&patent=NL1010333(C2) "Global patent litigation dataset” by Darts-ip is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Application filed by Artech Rubber B V filed Critical Artech Rubber B V
Priority to NL1010333A priority Critical patent/NL1010333C2/nl
Priority to DK99203324T priority patent/DK0994287T3/da
Priority to AT99203324T priority patent/ATE249598T1/de
Priority to ES99203324T priority patent/ES2207116T3/es
Priority to EP99203324A priority patent/EP0994287B2/en
Priority to DE69911137T priority patent/DE69911137T3/de
Application granted granted Critical
Publication of NL1010333C2 publication Critical patent/NL1010333C2/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L7/00Supporting of pipes or cables inside other pipes or sleeves, e.g. for enabling pipes or cables to be inserted or withdrawn from under roads or railways without interruption of traffic
    • F16L7/02Supporting of pipes or cables inside other pipes or sleeves, e.g. for enabling pipes or cables to be inserted or withdrawn from under roads or railways without interruption of traffic and sealing the pipes or cables inside the other pipes, cables or sleeves
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L17/00Joints with packing adapted to sealing by fluid pressure
    • F16L17/02Joints with packing adapted to sealing by fluid pressure with sealing rings arranged between outer surface of pipe and inner surface of sleeve or socket
    • F16L17/025Joints with packing adapted to sealing by fluid pressure with sealing rings arranged between outer surface of pipe and inner surface of sleeve or socket the sealing rings having radially directed ribs
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L25/00Constructive types of pipe joints not provided for in groups F16L13/00 - F16L23/00 ; Details of pipe joints not otherwise provided for, e.g. electrically conducting or insulating means
    • F16L25/14Joints for pipes of different diameters or cross-section
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L5/00Devices for use where pipes, cables or protective tubing pass through walls or partitions
    • F16L5/02Sealing
    • F16L5/10Sealing by using sealing rings or sleeves only

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • Gasket Seals (AREA)
  • Pens And Brushes (AREA)
  • Laying Of Electric Cables Or Lines Outside (AREA)
  • Discharge Heating (AREA)

Description

Samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel.
De uitvinding heeft betrekking op een afdicht-huls voor de afdichting van ringruimtes die gevormd zijn ter plaatse van de overlap van twee in elkaar reikende, een verschillende diameter bezittende lichamen, zoals 5 bijvoorbeeld twee verschillende buizen. Ook kan hierbij gedacht worden aan de situatie waarin een leiding, zoals een buis of een kabel door een ruimere doorgang in bijvoorbeeld een vloer of wand reikt.
In het geval van twee verschillende, met elkaar 10 in fluidum doorvoerende verbinding staande buizen worden deze doorgaans gebruikt voor transport van water, gas, oliën, vloeibare chemicaliën, etcetera. Een van de buizen kan bijvoorbeeld een huisaansluiting vormen en een kleinere diameter bezitten dan de buis die de hoofdleiding 15 vormt of daarvan een aftakking is.
In tegenstelling tot wat het geval is bij nieuwbouw in een voorheen onbebouwde omgeving -waar men alle ruimte heeft om een huisaansluiting te realiseren-, heeft men bij het maken van huisaansluitingen in bestaande 20 bouwwerken slechts zeer beperkte werkruimte in de grond bij het bouwwerk. Het is bekend om bij dergelijke aansluitingen de dunne (huis-)buis op coaxiale wijze in het eind van de ruimere hoofdbuis te steken en dan pas een uit twee identieke helften bestaande afdichtplug in de gevormde 25 ringruimte te plaatsen. Het maakt daarbij niet uit hoever 10 1 0 33 3 2 de dunne buis in de ruime buis reikt.
Een vergelijkbare situatie is aanwezig in wanden van bouwwerken, in het bijzonder funderingswanden, vloeren maar ook daken, waar middels verloren kunststof buisstuk-5 ken doorgangen worden uitgespaard in het gestorte beton of na het storten ruime doorgangen uitgeboord worden, waarna de (doorgaande) leidingen, zoals buizen voor water of gas, of kabels doorgevoerd kunnen worden. De ringruimte tussen leiding en verloren buisstuk of boorgatwand kan later 10 gedicht worden met de uit twee delen bestaande afdicht-plug.
Een uit twee helften bestaande afdichting danwel plug is ook gemakkelijk te vervangen, wanneer dat nodig mocht zijn.
15 Uit de Nederlandse octrooiaanvrage 78.09260 is een dergelijke samengestelde afdichtplug bekend. Deze plug, die ook op de markt verkrijgbaar is, heeft een mantel met een aan het buitenoppervlak daarvan aangevormde reeks scherpe, vin- of zaagtandvormige, flexibele omtreks-20 profielen, en een aan het binnenoppervlak aangevormde reeks platte, lage omtrekstreden.
De bekende afdichtplug heeft bewezen over het algemeen redelijk te functioneren. Gebleken is echter dat de drukken die de afdichtplug kan weerstaan lager kunnen 25 zijn dan gewenst is in bepaalde toepassingen. Zo kan het voorkomen dat door druk van grondmateriaal de plug te ver in de ringruimte geschoven wordt, waarna de afdichting gebrekkig is. Ook schiet de afdichting tegen doorgang van water van buiten de buizen naar daarbinnen wel eens te-30 kort.
Een doel van de uitvinding is om althans op een van deze punten verbetering te brengen.
Vanuit een aspect verschaft de uitvinding hiertoe een samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel voor de 35 afdichting van de ringvormige ruimte tussen twee elkaar deels overlappende lichamen met wanden van verschillende diameter, zoals twee buizen of een leiding en een wand-
Ifj ; λ i x x
i v i v O
3 doorvoer daarvoor, waarbij het afdichtmiddel een uit twee of meer dezelfde langsdelen samengestelde cilindervormige mantel en een aan een eind daarvan gevormde eindflens omvat, die respectievelijk bestemd zijn om in de ringvor-5 mige ruimte opgenomen te worden en tegen de eindrand van de ruimste buis geplaatst te worden, waarbij de mantel aan haar buitenoppervlak voorzien is van een aantal in axiale richting op afstand van elkaar gelegen eerste omtreksrib-ben, en aan haar binnenoppervlak voorzien is van een 10 aantal in axiale richting op afstand van elkaar gelegen tweede omtreksribben, waarbij aan het ene eind van de mantel, aan de binnenomtrek van de eindflens, een laatste tweede omtreksribbe, welke voorzien is van een, bij voorkeur omlopend axiaal ringvormig, aanligvlak voor aankomst 15 tegen de smalle leiding of buis.
De laatste tweede omtreksribbe vormt met het aanligvlak een stabiele extra afdichting van enige lengte voor een fluidumlek langs de smalle leiding naar de buitenzijde van de flens en zorgt voorts voor vroegtijdige 2 0 kering van (grond) vocht dat zich voor de eindflens bevindt. Voorts zorgt deze tweede omtreksribbe voor stabilisatie van de eindflens in een radiaal vlak beschouwd.
Opgemerkt wordt dat uit de Nederlandse octrooiaanvrage 75.00337 een aansluitmof voor het verbinden van 25 een closetpot met een valpijp voor waterspoeling bekend is, waarbij de mof aan de flenszijde voorzien is van een relatief slappe, naar binnen reikende, dunne ring, die door ombuiging afsluitend aan moet komen te liggen tegen de valpijp.
30 Bij voorkeur is de laatste tweede omtreksribbe in hoofdzaak vormvast.
Bij voorkeur is het eindvlak van de eindflens daarbij enigszins kegelvormig aflopend naar de buitenrand gevormd, zodat in het geval van een vertikale opstelling 35 geen vochtophoping kan plaatsvinden bij de overgang tussen eindflens en daardoorheen reikende leiding.
Bij voorkeur bezit de laatste tweede omtreksrib- ίΟ 1 0 3 5 3 4 be een naar het andere eind gericht schuin vlak.
De stabiliteit wordt verder verbeterd indien de mantel tussen de flens en de daarvoor gelegen eerste omtreksribbe een grotere dikte heeft dan tussen de overige 5 eerste omtreksribben.
Vanuit een ander aspect verschaft de uitvinding een afdichtmiddel van de in de aanhef genoemde soort, dat gemakkelijker in te voeren is in de ringruimte. Hiertoe is er in voorzien, dat het andere eind van de mantel verjongd 10 is ten opzichte van de rest van de mantel en in hoofdzaak cilindrisch is. Door de verjonging is het zogenoemde andere eind soepeler dan de rest van de mantel. Bovendien wordt geen materiaal gebruikt waar dat niet nodig is.
Bij voorkeur strekt het verjongde gedeelte zich 15 hierbij uit van het andere eind tot aan de eerstvolgende eerste omtreksribbe.
De invoering van het afdichtmiddel wordt verbeterd indien de het dichtstbij het andere eind van de mantel gelegen primaire eerste omtreksribbe reikt tot een 20 lager radiaal niveau ten opzichte van de hartlijn van de cilindrische mantel dan de daaropvolgende secundaire eerste omtreksribben.
De invoering van het afdichtmiddel wordt verder verbeterd indien de het dichtstbij het andere eind van de 25 mantel gelegen tweede omtreksribbe op een afstand van dat andere eind gelegen is die groter is dan de het dichtstbij het andere eind gelegen eerste omtreksribbe. Hierdoor kan het relatief flexibele eindgedeelte door enige kanteling in het axiale vlak tegen de binnenbuis gedwongen worden, 30 hetgeen een schuine invoering mogelijk maakt.
Bij voorkeur ligt de genoemde tweede omtreksribbe radiaal althans nagenoeg in lijn met de tegenover de secundaire eerste omtreksribbe.
Vanuit een verder aspect verschaft de uitvinding 35 een afdichtmiddel van de in aanhef genoemde soort, dat ter plaatse van de omtreksribben een verbeterde afdichting realiseert. Hiertoe wordt er in voorzien, dat de eerste 'l C ) j ; -3 5 omtreksribben gevormd zijn met een eerste, naar het andere manteleind gekeerd axiaal ringvlak, een tweede, naar het ene eind gekeerd axiaal ringvlak en een deze met elkaar verbindend radiaal buitenvlak, waarbij het tweede ringvlak 5 radiaal buiten het eerste ringvlak reikt. Aldus vormt iedere eerste omtreksribbe een soort van flexibele radiale flens, die na buiging tegen de invoerrichting in met het radiale buitenvlak afdichtend geklemd is tegen het bin-nenoppervlak van de ruimste buis.
10 Bij voorkeur omvat hierbij het radiale buiten vlak een schuin naar het andere eind gekeerd gedeelte, dat na de genoemde buiging aanligt tegen het binnenoppervlak van de ruimste buis. De afdichting wordt hierbij verbeterd indien het radiale buitenvlak in axiale doorsnede een in 15 hoofdzaak convexe vorm bezit.
Afdichting tegen het buitenoppervlak van de dunste buis wordt verbeterd indien althans enige van de tweede omtreksribben een convex radiaal binnenvlak vormen.
Bij voorkeur is het afdichtmiddel volgens de 20 uitvinding vervaardigd van een synthetisch rubber, waaronder gas- en waterafdichtende rubbers, zoals EPDM, olie-bestendige rubbers, brandvertragende rubbers, tegen koude of warme temperaturen bestand zijnde rubbers en/of tegen chemicaliën bestand zijnde rubbers, met een Shore-A hard-25 heid van ongeveer 70 graden of meer om goede stevigheid en duurzaamheid te bezitten.
Vanuit een ander aspect verschaft de uitvinding een samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel voor de afdichting van de ringvormige ruimte tussen twee elkaar 30 deels overlappende lichamen met wanden van verschillende diameter, zoals twee buizen of een leiding en een wand-doorvoer daarvoor, waarbij het afdichtmiddel een uit twee of meer dezelfde langsdelen samengestelde cilindervormige mantel en een aan een eind daarvan gevormde eindflens 35 omvat, die respectievelijk bestemd zijn om in de ringvormige ruimte opgenomen te worden en tegen de eindrand van de ruimste buis geplaatst te worden, waarbij de mantel aan 10 19*33 6 haar buitenoppervlak voorzien is van een aantal in axiale richting op afstand van elkaar gelegen eerste omtreksribben, en aan haar binnenoppervlak voorzien is van een aantal in axiale richting op afstand van elkaar gelegen 5 tweede omtreksribben, waarbij aan het ene eind van de mantel, aan de binnenomtrek van de eindflens, een laatste tweede omtreksribbe gevormd is, die in hoofdzaak vormvast is. Bij voorkeur vormt de laatste tweede omtreksribbe daarbij een axiaal aanligvlak voor aanligging tegen de 10 smaale buis of leiding, waardoor de lekweglengte alsmede de stabiliteit optimaal wordt.
Vanuit een ander aspect voorziet de uitvinding in een samenstel van twee lichamen met wanden van verschillende diameter die op coaxiale wijze in elkaar reiken 15 om een af te dichten ringruimte te bepalen, zoals twee buizen met verschillende diameter of een leiding en een wanddoorvoer daarvoor, waarbij de ringruimte afgedicht is middels een afdichtmiddel volgens de uitvinding, waarbij de buitendiameter van de eerste omtreksribben en de bin-20 nendiameter van de tweede omtreksribben zodanig afgestemd is op de buitendiameter van de kleinste buis of leiding en de binnendiameter van de grootste buis danwel wanddoorvoer, dat de omtreksribben door indrukking afdichtend geklemd zijn tegen de betreffende wand van de grootste 25 buis of doorvoer.
De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van een in de bijgevoegde figuren getoonde voorbeeld-uitvoering van een afdichting volgens de uitvinding. Getoond wordt in: 30 Figuur 1 een zijaanzicht op een samenstellende helft van een uit twee identieke langsdelen bestaande afdichting volgens de uitvinding; en
Figuur 2 een langsdoorsnede door een samenstel van twee elkaar overlappende buizen met een afdichting 35 gevormd door twee langsdelen volgens figuur 1.
De helft 4' van cilindervormige afdichting of afdichtlichaam 4 is vervaardigd van EPDM met een Shore-A
10 1 0 3 3 3 7 hardheid van 75 graden. De afdichtinghelft 4' omvat een mantel(helft) 5 met een inwendige uitwendige hoofddiameter van Dl (in dit voorbeeld: 34 mm) en met aan het ene eind een radiaal buitenwaarts reikende eindflens 6 met buiten-5 diameter D2 (in dit voorbeeld: 61 mm) en met aan het andere eind een verdund eindgedeelte 15, dat een diameter bezit van D3 (in dit voorbeeld: 45 mm) , die iets kleiner is dan diameter D4 (in dit voorbeeld: 48 mm) van de rest van de mantel 5.
10 Het eindgedeelte 15 gaat aan de buitenzijde over in een primaire eerste omtreksribbe 7a, die een -op de tekening gezien- naar links gericht radiaal ringvlak 9a bezit, alsmede een naar rechts gericht radiaal ringvlak 10, waarbij het ringvlak 9a via schuin oplopend ringvlak 15 11 en convex ringvlak 12 overgaat in radiaal ringvlak 10.
De omtreksribbe 7a bezit een diameter D5 (in dit voorbeeld: 55 mm) . Achter de omtreksribbe 7a is een reeks in hoofdzaak identieke omtreksribben 7 aangevormd aan de mantel 5, welke omtreksribben op gelijke afstanden van 2 0 elkaar gelegen zijn en een diameter D6 (in dit voorbeeld: 57 mm) bezitten die iets groter is dan D5.
De meest rechtse omtreksribbe 7b heeft een relatief smal radiaal ringvlak 10b, dat eindigt in verdikt mantelgedeelte 13 met diameter D7 (enigszins groter dan 25 D4, in dit voorbeeld: 51 mm), dat de omtreksribbe 7b verbindt met eindflens 6.
De omtreksribben 7a, 7, 7b bezitten een dikte van ongeveer 4 mm en reiken respectievelijk 4 en 5 mm van de mantel 5 naar buiten. Zij zijn zodanig flexibel, dat 30 enige buiging in de richting T mogelijk is.
Aan de binnenomtrek van de mantel zijn convexe omtreksribben 8 aangevormd, die een binnendiameter D8 bezitten. De meest linkse omtreksribbe 8 ligt op een afstand S2 (in dit voorbeeld: 10 mm) van het linker uit-35 einde van de mantel 5 en in hetzelfde radiale gebied als de een na meest linkse omtreksribbe 7. De meest linkse omtreksribbe 7a ligt op een afstand SI van het linker ^ 4 ïi 3 % 8 uiteinde van de mantel 5, die ongeveer twee maal S2 bedraagt (in dit voorbeeld: 5 mm).
Tenslotte is aan het binnenvlak van de mantel 5 ter plaatse van het rechter uiteinde een bijzondere om-5 treksribbe 8a aangevormd, die een schuin oplopend ringvlak 14 bezit en een omlopend axiaal (dat wil zeggen zich in axiale richting uitstrekkend, zoals weeregeven) ringvormig aanligvlak 16, dat eindigt in het radiale eindvlak 17 van de eindflens 6. De omtreksribbe 8a is door het materiaal 10 en zijn breedte danwel zijn lage hoogte in hoofdzaak vormvast, dat wil zeggen stijf tegen verbuiging in axiale richting van de leiding waar de ribbe 8a tegen aan komt te liggen, zodat het aanligvlak 16 strak en vlak tegen het buitenoppervlak van de buis 3 aan komt te liggen.
15 In figuur 2 zijn twee afdichtinghelf ten 4(a) aangebracht in de tussen coaxiaal in elkaar grijpende buiseinden 2 en 3 gevormde ringruimte 18 om afdichtsamen-stel 1 te vormen. De binnendiameter Dll van buis 2 en de buitendiameter D10 van buis 3 zijn respectievelijk kleiner 20 dan D5 en groter dan D8. Voorts is D2 ongeveer gelijk aan de buitendiameter D9 van de buis 2. Bij plaatsing zijn de buizen 2 en 3 reeds op de in figuur 2 weergegeven plaats. De afdichtinghelften 4 kunnen gemakkelijk van rechts naar links worden ingevoerd in de ringruimte 18, welke hande-25 ling vergemakkelijkt wordt door verjongd eindgedeelte 15 en verlaagde omtreksribbe 7a.
Tijdens het inschuiven van de afdichtinghelften 4 zullen de omtreksribben 7a, 7 en 7b door contact met het binnenoppervlak van de ruimste buis 2 naar achter gebogen 30 worden, en met hun oppervlakken 11 daartegen aan gedrukt worden. Dit wordt versterkt door de aanwezigheid van de omtreksribben 8. Wanneer de afdichtinghelften 4 zover ingevoerd zijn, dat de eindflens 6 tegen de eindrand van de buis 2 aankomt, zal de afdichting 4 niet alleen lekwe-35 gen A en B afgedicht hebben, maar is door de omtreksribbe 8a met tegen de buis 3 gedrukt aanligvlak 16 en door het de eindflens 6 tegen de buiseindrand houdend verdikt 10 1 0 3 3 3 9 gedeelte 13 eveneens een lekweg langs C en D vergaand voorkomen.
Doordat het eindvlak 17 van de eindflens 6 kegelvormig afloopt naar buiten toe, zal in het geval de 5 buizen 2 en 3 vertikaal opgesteld zijn geen vocht blijven staan op het eindvlak en via weg C langs het buitenoppervlak van buis 3 naar beneden dringen.
Begrepen zal worden dat de buis 3 ook een (dikker) kabel kan zijn, en dat in plaats van buis 2 een 10 doorgang in een wand (muur, vloer, dak) gevormd kan zijn, waardoorheen de (dan doorlopende) leiding 3 reikt.
Gebleken is dat met de afdichting volgens de uitvinding onder gelijke omstandigheden als met de bekende plug veel hogere drukken weerstaan kunnen worden.
?.'5

Claims (21)

1. Samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel voor de afdichting van de ringvormige ruimte tussen twee elkaar deels overlappende lichamen met wanden van ver-5 schillende diameter, zoals twee buizen of een leiding en een wanddoorvoer daarvoor, waarbij het afdichtmiddel een uit twee of meer dezelfde langsdelen samengestelde cilindervormige mantel en een aan een eind daarvan gevormde eindflens omvat, die respectievelijk bestemd zijn om in de 10 ringvormige ruimte opgenomen te worden en tegen de eind-rand van de ruimste buis geplaatst te worden, waarbij de mantel aan haar buitenoppervlak voorzien is van een aantal in axiale richting op afstand van elkaar gelegen eerste omtreksribben, en aan haar binnenoppervlak voorzien is van 15 een aantal in axiale richting op afstand van elkaar gelegen tweede omtreksribben, waarbij aan het ene eind van de mantel, aan de binnenomtrek van de eindflens, een laatste tweede omtreksribbe gevormd is, welke voorzien is van een, bij voorkeur omlopend axiaal ringvormig, aanligvlak voor 20 aankomst tegen de smalle leiding of buis.
2. Afdichtmiddel volgens conclusie 1, waarbij de laatste tweede omtreksribbe in hoofdzaak vormvast is.
3. Afdichtmiddel volgens conclusie 1 of 2, waarbij de laatste tweede omtreksribbe een grootste radia- 25 le hoogte bezit in het eindvlak van de flens.
4. Afdichtmiddel volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij de laatste tweede omtreksribbe een naar het andere eind gericht schuin zoekvlak bezit.
5. Afdichtmiddel volgens een der conclusies 1-4, 30 waarbij het eindvlak van de eindflens enigszins kegelvormig aflopend naar de buitenrand gevormd is.
6. Afdichtmiddel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de mantel tussen de flens en de daar- 10 1 0 3 3 3 voor gelegen eerste omtreksribbe een grotere dikte heeft dan tussen de overige eerste omtreksribben.
7. Afdichtmiddel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het andere eind van de mantel verjongd 5 is ten opzichte van de rest van de mantel en in hoofdzaak cilindrisch is.
8. Afdichtmiddel volgens conclusie 7, waarbij het verjongde gedeelte zich uitstrekt van het andere eind tot aan de eerstvolgende eerste omtreksribbe.
9. Afdichtmiddel volgens conclusie 7 of 8, waarbij de het dichtstbij het andere eind van de mantel gelegen primaire eerste omtreksribbe reikt tot een lager radiaal niveau ten opzichte van de hartlijn van de cilindrische mantel dan de daaropvolgende secundaire eerste 15 omtreksribben.
10. Afdichtmiddel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de het dichtstbij het andere eind van de mantel gelegen tweede omtreksribbe op een afstand van dat andere eind gelegen is die groter is dan de het 20 dichtstbij het andere eind gelegen eerste omtreksribbe.
11. Afdichtmiddel volgens conclusie 10, waarbij de genoemde tweede omtreksribbe radiaal althans nagenoeg in lijn ligt met de tegenover de secundaire eerste omtreksribbe .
12. Afdichtmiddel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de eerste omtreksribben gevormd zijn met een eerste, naar het andere manteleind gekeerd axiaal ringvlak, een tweede, naar het ene eind gekeerd axiaal ringvlak en een deze met elkaar verbindend radiaal 30 buitenvlak, waarbij het tweede ringvlak radiaal buiten het eerste ringvlak reikt.
13. Afdichtmiddel volgens conclusie 12, waarbij het radiale buitenvlak een schuin naar het andere eind gekeerd gedeelte omvat.
14. Afdichtmiddel volgens conclusie 12 of 13, waarbij het radiale buitenvlak in axiale doorsnede een in hoofdzaak convexe vorm bezit. ΊΟ 1 0 i 3 3
15. Afdichtmiddel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij althans enige van de tweede omtreks-ribben een convex radiaal binnenvlak vormen.
16. Afdichtmiddel volgens een der voorgaande 5 conclusies, vervaardigd van een synthetisch rubber met een Shore-A hardheid van ongeveer 70 graden of meer.
17. Samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel voor de afdichting van de ringvormige ruimte tussen twee elkaar deels overlappende lichamen met wanden van ver- 10 schillende diameter, zoals twee buizen of een leiding en een wanddoorvoer daarvoor, waarbij het afdichtmiddel een uit twee of meer dezelfde langsdelen samengestelde cilindervormige mantel en een aan een eind daarvan gevormde eindflens omvat, die respectievelijk bestemd zijn om in de 15 ringvormige ruimte opgenomen te worden en tegen de eind-rand van de ruimste buis geplaatst te worden, waarbij de mantel aan haar buitenoppervlak voorzien is van een aantal in axiale richting op afstand van elkaar gelegen eerste omtreksribben, en aan haar binnenoppervlak voorzien is van 20 een aantal in axiale richting op afstand van elkaar gelegen tweede omtreksribben, waarbij aan het ene eind van de mantel, aan de binnenomtrek van de eindflens, een laatste tweede omtreksribbe gevormd is, die in hoofdzaak vormvast is.
18. Afdichtmiddel volgens conclusie 17, waarbij de laatste tweede omtreksribbe voorzien van een aanligvlak voor aankomst tegen de smalle leiding of buis.
19. Samenstel van twee lichamen met wanden van verschillende diameter die op coaxiale wijze in elkaar 3 0 reiken om een af te dichten ringruimte te bepalen, zoals twee buizen met verschillende diameter of een leiding en een wanddoorvoer daarvoor, waarbij de ringruimte afgedicht is middels een afdichtmiddel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de buitendiameter van de eerste om-35 treksribben en de binnendiameter van de tweede omtreksribben zodanig afgestemd is op de buitendiameter van de kleinste buis of leiding en de binnendiameter van de ίθ i o 33 3 grootste buis danwel wanddoorvoer, dat de omtreksribben door indrukking afdichtend geklemd zijn tegen de betreffende wand van de grootste buis of doorvoer.
20. Afdichtmiddel, omvattend een of meer van de 5 in de beschrijving omschreven en/of in de tekeningen weergegeven kenmerkende maatregelen.
21. Samenstel, omvattend een of meer van de in de beschrijving omschreven en/of in de tekeningen weergegeven kenmerkende maatregelen. -o-o-o-o-o-o-o-o- AF/KP Ί 6 1 ^ ^
NL1010333A 1998-10-16 1998-10-16 Samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel. NL1010333C2 (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1010333A NL1010333C2 (nl) 1998-10-16 1998-10-16 Samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel.
DK99203324T DK0994287T3 (da) 1998-10-16 1999-10-13 Sammensat hylsterformet tætningsmiddel
AT99203324T ATE249598T1 (de) 1998-10-16 1999-10-13 Zusammengesetzte, hülsenförmige dichtungsvorrichtung
ES99203324T ES2207116T3 (es) 1998-10-16 1999-10-13 Dispositivo de estanqueidad compuesto en forma de manguito.
EP99203324A EP0994287B2 (en) 1998-10-16 1999-10-13 Composite sleeve-shaped sealing means
DE69911137T DE69911137T3 (de) 1998-10-16 1999-10-13 Zusammengesetzte, hülsenförmige Dichtungsvorrichtung

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1010333 1998-10-16
NL1010333A NL1010333C2 (nl) 1998-10-16 1998-10-16 Samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1010333C2 true NL1010333C2 (nl) 2000-04-18

Family

ID=19767972

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1010333A NL1010333C2 (nl) 1998-10-16 1998-10-16 Samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel.

Country Status (6)

Country Link
EP (1) EP0994287B2 (nl)
AT (1) ATE249598T1 (nl)
DE (1) DE69911137T3 (nl)
DK (1) DK0994287T3 (nl)
ES (1) ES2207116T3 (nl)
NL (1) NL1010333C2 (nl)

Families Citing this family (19)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1016749C2 (nl) * 2000-11-30 2002-05-31 Beele Eng Bv Afdichtsysteem.
DE20103785U1 (de) * 2001-03-05 2001-08-09 Dts Pro Sys Gmbh Dichtungsmanschette
NL1023688C2 (nl) * 2003-06-18 2004-12-21 Beele Eng Bv Systeem voor het afdichten van een ruimte tussen een binnenwand van een buisvormige opening en tenminste een althans voor een deel in de opening opgenomen buis of leiding waarvan de as in hoofdzaak evenwijdig is aan de as van de opening.
DE202006012463U1 (de) * 2006-08-12 2007-12-27 Rehau Ag + Co. Abdeckungsvorrichtung
DE202006012464U1 (de) * 2006-08-12 2007-12-27 Rehau Ag + Co. Abdeckungsvorrichtung
GB0706259D0 (en) * 2007-03-30 2007-05-09 Thermomax Ltd Solar collector
EP2372208B1 (en) * 2010-03-25 2013-05-29 Tenaris Connections Limited Threaded joint with elastomeric seal flange
GB2503880B (en) * 2012-07-09 2019-03-13 Polypipe Ltd Insert for pipes
WO2014146662A1 (en) * 2013-03-22 2014-09-25 Ngi A/S Coupling and use
JP6454853B2 (ja) * 2013-11-30 2019-01-23 丸一株式会社 配管用継手及び配管用継手を用いた配管の施工方法
CH710028A1 (de) * 2014-08-27 2016-02-29 Brugg Rohr Ag Holding Gehäuseanordnung für eine Rohrverbindung sowie Verfahren und Dichtung zum Schutz von Rohrverbindungen.
DE102014119584B3 (de) * 2014-12-23 2016-05-19 Wedi Gmbh Dichteinsatz für einen Wasserablauf
DE102014119582B4 (de) * 2014-12-23 2016-10-27 Wedi Gmbh Dichteinsatz für einen Wasserablauf
US20170081937A1 (en) * 2015-09-23 2017-03-23 Weatherford Technology Holdings, Llc Downhole seal
ES2954125T3 (es) 2017-03-02 2023-11-20 Hauff Technik Gmbh & Co Kg Uso de un sistema de sellado a compresión para insertar en una abertura
CN107697464B (zh) * 2017-08-22 2019-07-23 武汉船用机械有限责任公司 一种轴管与双油管的防护装置及方法
US11906099B2 (en) * 2018-03-21 2024-02-20 Phoenix Environmental, Inc. Seal on the interstice of double-walled fiberglass pipe
CN108488380A (zh) * 2018-04-27 2018-09-04 北京洛科瀚科技有限公司 一种双硬度波纹式橡胶密封圈
DE102019110322A1 (de) 2019-04-18 2020-10-22 Wedi Gmbh Ablaufvorrichtung mit einem Adapter zum Anschluss an eine Rohrleitung

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1059749A (en) * 1964-05-28 1967-02-22 Bibby Foundry Ltd Pipe seal
GB1083451A (en) * 1963-03-11 1967-09-13 Allied Ironfounders Ltd A sealing member and a pipe joint incorporating the same
NL7500337A (nl) * 1975-01-10 1976-07-13 Kleinhof Ferd Aansluitmof voor het verbinden van een closetpot met een valpijp voor de waterspoeling.
NL7809260A (nl) 1978-09-12 1980-03-14 Pidou Bv Afdichtorgaan .
EP0139337A2 (en) * 1983-10-19 1985-05-02 Pidou B.V. Multi-part sealing system

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE851287C (de) 1944-02-22 1952-10-02 Pfister & Langhanss Elastischer Dichtungskoerper fuer Rohrverbindungen u. dgl.
DE1475807A1 (de) 1965-08-19 1969-09-18 Ruehle Dipl Ing Alfred Verbindungs- und Dichtungselement fuer Rohrverbindungen
BE794441A (fr) 1972-01-25 1973-05-16 Wunderlich Heinz Dispositif pour l'ancrage de sorties de tuyauteries dans les murs
DE2203370A1 (de) 1972-01-25 1973-08-02 Heinz Wunderlich Vorrichtung zum verankern von rohrleitungsaustritten in der wand
DE8519523U1 (de) 1985-07-05 1985-08-29 Rasmussen Gmbh, 6457 Maintal Steckkupplung
US4915422A (en) 1989-01-06 1990-04-10 The American Brass & Iron Foundry Pipe coupling
AT392915B (de) 1990-03-28 1991-07-10 Chemiefaser Lenzing Ag Verfahren zum abtrennen von wasser aus einer verduennten waesserigen loesung von n-methylmorpholin-n-oxid, n-methylmorpholin und/oder morpholin
JP3212445B2 (ja) 1994-05-25 2001-09-25 ブラザー工業株式会社 テープカセット

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1083451A (en) * 1963-03-11 1967-09-13 Allied Ironfounders Ltd A sealing member and a pipe joint incorporating the same
GB1059749A (en) * 1964-05-28 1967-02-22 Bibby Foundry Ltd Pipe seal
NL7500337A (nl) * 1975-01-10 1976-07-13 Kleinhof Ferd Aansluitmof voor het verbinden van een closetpot met een valpijp voor de waterspoeling.
NL7809260A (nl) 1978-09-12 1980-03-14 Pidou Bv Afdichtorgaan .
FR2436323A1 (fr) * 1978-09-12 1980-04-11 Pidou Bv Manchettes d'etancheite pour raccorder de facon etanche deux tuyaux superposes et disposes coaxialement
EP0139337A2 (en) * 1983-10-19 1985-05-02 Pidou B.V. Multi-part sealing system

Also Published As

Publication number Publication date
DE69911137T3 (de) 2011-07-21
EP0994287A1 (en) 2000-04-19
ATE249598T1 (de) 2003-09-15
EP0994287B1 (en) 2003-09-10
DE69911137T2 (de) 2004-07-08
DK0994287T3 (da) 2004-01-05
EP0994287B2 (en) 2011-01-26
DE69911137D1 (de) 2003-10-16
ES2207116T3 (es) 2004-05-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1010333C2 (nl) Samengesteld hulsvormig afdichtingsmiddel.
US4702502A (en) Gasket for making joints in corrugated plastic pipe
EP0871834B1 (en) Interlocked restraint for a plastic pipe joining system
US5463187A (en) Flexible multi-duct conduit assembly
US20100244441A1 (en) Method and apparatus for preventing overinsertion in plastic pipe systems
US20080018017A1 (en) Modified transition angle in belled pipe
US3325195A (en) Coupling and sealing structures
US6352288B1 (en) Thrust and torque resistant pipe joint
US5362112A (en) Pipe joint construction and coupling therefor
EP1033518B1 (en) Pipe coupling
WO2006136794A1 (en) Improvements in or relating to pipelines and method of installation thereof
FI90794B (fi) Putkiliitos
FI91992B (fi) Sujutusputki
KR20100071161A (ko) 이중벽관용 일체형 소켓
US5730474A (en) Pipe joint and pipe for use therewith
WO1998031961A1 (en) Concrete pipes and methods for the manufacture thereof
CA2094864C (en) Lining of sewers and the like
FI83984B (fi) Tryckledning.
GB2247060A (en) A roll-in sealing gland construction for use in pipe joints
JP2652336B2 (ja) 管路用漏水補修伸縮可撓継手
JP7393256B2 (ja) インバート付き六角形セグメント及び六角形セグメントの接合構造
EP0439313B1 (en) Pipe joints and couplings and parts thereof
US1938229A (en) Concrete pipe joint
JP2000059972A (ja) マンホール継手とその接続構造
KR200343031Y1 (ko) 택지개발에 따른 세미 쉴드 공법에 적용되는 추진관이음장치

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20171101