NL1009532C2 - Maaimachine. - Google Patents

Maaimachine. Download PDF

Info

Publication number
NL1009532C2
NL1009532C2 NL1009532A NL1009532A NL1009532C2 NL 1009532 C2 NL1009532 C2 NL 1009532C2 NL 1009532 A NL1009532 A NL 1009532A NL 1009532 A NL1009532 A NL 1009532A NL 1009532 C2 NL1009532 C2 NL 1009532C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
mowing
devices
circle
mower
crop
Prior art date
Application number
NL1009532A
Other languages
English (en)
Inventor
Leonardus Hendrikus Mar Amstel
Jacobus Isaak Van De Walle
Original Assignee
Greenland Geldrop Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Greenland Geldrop Bv filed Critical Greenland Geldrop Bv
Priority to NL1009532A priority Critical patent/NL1009532C2/nl
Priority to DE1999127966 priority patent/DE19927966A1/de
Priority to AT109099A priority patent/AT407326B/de
Application granted granted Critical
Publication of NL1009532C2 publication Critical patent/NL1009532C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D34/00Mowers; Mowing apparatus of harvesters
    • A01D34/01Mowers; Mowing apparatus of harvesters characterised by features relating to the type of cutting apparatus
    • A01D34/412Mowers; Mowing apparatus of harvesters characterised by features relating to the type of cutting apparatus having rotating cutters
    • A01D34/63Mowers; Mowing apparatus of harvesters characterised by features relating to the type of cutting apparatus having rotating cutters having cutters rotating about a vertical axis
    • A01D34/64Mowers; Mowing apparatus of harvesters characterised by features relating to the type of cutting apparatus having rotating cutters having cutters rotating about a vertical axis mounted on a vehicle, e.g. a tractor, or drawn by an animal or a vehicle
    • A01D34/66Mowers; Mowing apparatus of harvesters characterised by features relating to the type of cutting apparatus having rotating cutters having cutters rotating about a vertical axis mounted on a vehicle, e.g. a tractor, or drawn by an animal or a vehicle with two or more cutters

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Harvester Elements (AREA)

Description

Korte aanduiding: Maaimachine.
De uitvinding heeft betrekking op een (naaimachine voorzien van een gestel, tenminste vier naast elkaar gelegen, om assen 5 roteerbare maai-inrichtingen die elk tenminste een mes omvatten, waarvan een uiteinde in bedrijf een maaicirkel beschrijft, waarbij de buitenste maai-inrichtingen tegengesteld roteerbaar zijn en de nabij een buitenste maai-inrichting gelegen binnenste maai-inrichting tegengesteld aan de nabij gelegen buitenste maai-inrichting roteerbaar is.
10 Bij een dergelijke, uit EP-B1-0.132.012 bekende maaimachine worden de buitenste maai-inrichtingen tegengesteld aan elkaar geroteerd en de nabij een buitenste maai-inrichting gelegen binnenste maai-inrichting tegengesteld geroteerd aan die buitenste maai-inrichting. Op deze wijze wordt het afgesneden gewas tussen elk paar van buitenste en 15 binnenste maai-inrichtingen verplaatst en komt in twee stroken op het gemaaide gewas, ook wel stoppel genoemd, te liggen. Om een geheel terrein te maaien wordt de maaimachine meestal spiraal vormig over het terrein verpl aatst. Indien alle maai-inrichtingen van de maaimachine over te maaien gewas worden verplaatst zullen de stroken met afgesneden gewas, ook wel 20 zwaden genoemd, symmetrisch zijn gelegen ten opzichte van een hoofdvlak dat zich dwars op de drager, tussen de beide binnenste maai-inrichtingen uitstrekt. Een dergelijke symmetrische ligging van de zwaden is bijvoorbeeld van belang indien het afgesneden gewas met een andere machine moet worden opgepakt.
25 In de praktijk wordt echter een buitenste maai- inrichting gedeeltelijk over het reeds gemaaide gewas en gedeeltelijk over het nog te maaien gewas verplaatst om te verzekeren dat al het gewas wordt gemaaid. Hierdoor zal echter door deze buitenste maai-inrichting minder gewas worden gemaaid dan door de andere buitenste maai-inrichting ten 30 gevolge waarvan de zwaden niet symmetrisch ten opzichte van het hoofdvlak komen te liggen.
De uitvinding heeft tot doel een maaimachine te verschaffen waarbij symmetrisch gelegen zwaden worden verkregen terwijl een buitenste maai-inrichting gedeeltelijk verplaatsbaar is over reeds 35 gemaaid gewas.
Dit doel wordt bij de maaimachine volgens de uitvinding 1009532 2 bereikt doordat de door het mes van de eerste buitenste maai-inrichting in bedrijf beschreven maaicirkel groter is dan de door het mes van de tweede buitenste maai-inrichting in bedrijf beschreven maaicirkel.
Door de maai-inrichting met de grotere maaicirkel kan 5 meer gewas worden afgesneden dan door de andere buitenste maai-inrichting. Door deze maai-inrichting met de grotere maaicirkel echter gedeeltelijk over reeds gemaaid gewas te verplaatsen zal de werkelijke hoeveelheid gemaaid gewas minder zijn en bij voorkeur gelijk zijn aan de hoeveelheid gewas die door de andere buitenste maai-inrichting wordt afgesneden om 10 op deze wijze symmetrisch gelegen zwaden te verkrijgen. De diameters van de maaicirkels van de beide buitenste maai-inrichtingen kunnen experimenteel of theoretisch worden bepaald om een symmetrische ligging van de zwaden ten opzichte van het hoofdvlak te verkrijgen. Het is uiteraard ook mogelijk om op deze wijze bewust asymmetrisch gelegen zwaden te verkrijgen. 15 Een uitvoeringsvorm van de maaimachine volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de diameter van de maaicirkel van de eerste buitenste maai-inrichting gelijk is aan de diameter van de maaicirkel van de tweede buitenste maai-inrichting vermeerderd met een overlapbreedte die in bedrijf ongeveer gelijk is aan de afstand waarover 20 de eerste buitenste maai-inrichting over reeds gemaaid gewas wordt verplaatst.
Op deze wijze worden door de buitenste maai-inrichtingen gelijke breedten van het gewas gemaaid waarbij de eerste buitenste maai-inrichting met de overlapbreedte over het reeds gemaaide gewas wordt 25 verplaatst.
Een andere uitvoeringsvorm van de maaimachine volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de assen van de maai-inrichtingen onder een hoek staan ten opzichte van de verticaal, waarbij onderste zijden van de maaicirkels van de maai-inrichtingen, die in bedrijf nabij het gewas 30 zijn gelegen, nabij eenzelfde raaklijn zijn gelegen.
Indien de onderste zijde van de maaicirkel s van de maai-inrichtingen op eenzelfde raaklijn zijn gelegen kan met alle maai-inrichtingen gewas tot op eenzelfde hoogte worden afgesneden.
Een verdere uitvoeringsvorm van de maai-inrichting 35 volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de buitenste maai-inrichtingen elk zijn voorzien van een centraal gedeelte, waarbij de 1 0 0 9532 3 afstand tussen de maaicirkel en het centrale gedeelte bij de buitenste maai-inrichtingen nagenoeg gelijk is.
Op deze wijze wordt een nog betere symmetrische ligging van de zwaden verkregen.
5 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de tekening waarin een bovenaanzicht van de maaimachine volgens de uitvinding is weergegeven.
De maaimachine 1 volgens de uitvinding omvat een balkvormige drager 2 waaraan maai-inrichtingen 3-6 roteerbaar zijn 10 opgehangen. De maai-inrichtingen 3-6 zijn elk voorzien van tenminste een mes 7 welke bij rotatie om de rotatieassen 8-11 een maaicirkel 12-15 beschrijft. De langgestrekte drager 2 is met behulp van een verplaatsings-inrichting (niet weergegeven) verplaatsbaar in een door pijl PI aangegeven richting. Tijdens het verplaatsen van de drager 2 in de door pijl PI 15 aangegeven richting worden de messen 7 van de maai-inrichtingen 3-6 geroteerd in respectievelijk de door pijlen P2-P5 aangegeven richtingen waarbij de buitenste maai-inrichtingen 3, 6 tegengesteld aan elkaar roteren en de nabij elke buitenste maai-inrichting 3, 6 gelegen maai-inrichtingen 4, 5 tegengesteld wordt geroteerd aan die maai-inrichting 3, 6. Door het 20 op deze wijze verplaatsen van de drager 2 en het roteren van de maai-inrichtingen 3-6 wordt op het land 16 aanwezig gewas 17 afgesneden en tussen de paren tegengesteld roterende maai-inrichtingen 3, 4 en 5, 6 in zwaden 18, 19 op het land gedeponeerd.
Bij de in de figuur weergegeven maaimachine 1 is de 25 diameter van de maaicirkel 12 van de buitenste maai-inrichting 3 groter dan de diameter van de maaicirkel 15 van de andere buitenste maai-inrichting 6. De buitenste maai-inrichting 3 wordt echter met een overlapbreedte Y verplaatst over reeds gemaaid gewas 20. De diameter Dl van de maaicirkel 12 van de maai-inrichting 3 is zodanig dat de breedte BI 30 waarover de maai-inrichting 3 over te maaien gewas wordt verplaatst gelijk is aan de maaibreedte B4 van de maai-inrichting 6. Dl = Y + BI = Y + B4.
Bij de in de figuur weergegeven maaimachine 1 zijn de maaibreedten B2, B3 van de binnenste maai-inrichtingen 4, 5 gelijk aan de maaibreedte BI, B4 van de buitenste maai-inrichtingen 3, 6. In de 35 praktijk is B2 bijvoorbeeld ongeveer 60 a 70 cm en de overlapbreedte Y ongeveer 5 a 25 cm. Doordat de maaibreedten B1-B4 van alle maai- 1009532 4 inrichtingen 3-6 gelijk is zullen zwaden 18, 19 worden verkregen die symmetrisch zijn gelegen ten opzichte van een hoofdvlak 21 dat zich dwars op de drager 2 en symmetrisch tussen de binnenste maai-inrichtingen 4, 5 uitstrekt.
5 Bij de in de figuur weergegeven maaimachine 1 strekken de rotatieassen 8-11 zich verticaal uit en zijn de maaicirkels 12-15 ongeveer evenwijdig aan het land 17 gelegen. Het is echter ook mogelijk om de rotatieassen 8-11 een hoek met de verticaal te laten insluiten ten gevolge waarvan alleen de naar de transportrichting PI toegekeerde voorste 10 zijden 22 van de maaicirkels 12-15 het land 17 raken. Bij dergelijke schuin opgestelde maai-inrichtingen 3-6 wordt de maai-inrichting 3 met de grotere maaicirkel 12 enigszins naar achteren verplaatst waarbij de rotatieas 8’ zodanig komt te liggen dat de voorste zijden 22 van alle maai-inrichtingen 3-6 op eenzelfde raaklijn met het land 17 zijn gelegen. Dit is uiteraard 15 ook mogelijk bij de in de figuur weergegegeven maaimachine.
Bij de in de figuur weergegeven maaimachine 1 zijn alle maai-inrichtingen 3-6 voorzien van een centraal gedeelte 23 waarvan de diameters bij alle maai-inrichtingen 3-6 gelijk zijn. Het is echter ook mogelijk om de diameters van de centrale gedeeltes 23 zodanig te kiezen 20 dat de afstand tussen de maaicirkel 12-15 en het centrale gedeelte 23 bij alle of alleen de buitenste maai-inrichtingen 3-6 gelijk is.
Het is ook mogelijk om de diameters van de maaicirkels 13, 14 van de binnenste maai-inrichtingen 4, 5 kleiner of groter te kiezen dan bij de in de figuur weergegeven maaimachine 1 waarbij de vorming van 25 de zwaden 18, 19 niet in door pijlen P6, P7 aangegeven richtingen geschiedt, welke richtingen P6, P7 tegengesteld zijn aan de transportrichting PI maar in richtingen geschiedt die onder een hoek staan ten opzichte van de transportrichting PI. Bij gelijke diameters van de maaicirkels 13, 14 zullen de beide richtingen P6, P7 bij de maaimachine volgens de 30 uitvinding wederom symmetrisch zijn gelegen ten opzichte van het hoofdvlak 21.
1009532

Claims (6)

1. Maaimachine voorzien van een gestel, tenminste vier naast elkaar gelegen, om assen roteerbare maai-inrichtingen die elk 5 tenminste een mes omvatten, waarvan een uiteinde in bedrijf een maaicirkel beschrijft, waarbij de buitenste maai-inrichtingen tegengesteld roteerbaar zijn en de nabij een buitenste maai-inrichting gelegen binnenste maalinrichting tegengesteld aan de nabij gelegen buitenste maai-inrichting roteerbaar is, met het kenmerk, dat de door het mes van de eerste buitenste 10 maai-inrichting in bedrijf beschreven maaicirkel groter is dan de door het mes van de tweede buitenste maai-inrichting in bedrijf beschreven maaicirkel.
2. Maaimachine volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de diameter van de maaicirkel van de eerste buitenste maai-inrichting 15 gelijk is aan de diameter van de maaicirkel van de tweede buitenste maai-inrichting vermeerderd met een overlapbreedte die in bedrijf ongeveer gelijk is aan de afstand waarover de eerste buitenste maai-inrichting over reeds gemaaid gewas wordt verplaatst.
3. Maaimachine volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, 20 dat de assen van de maai-inrichtingen onder een hoek staan ten opzichte van de verticaal, waarbij onderste zijden van de maaicirkels van de maai-inrichtingen, die in bedrijf nabij het gewas zijn gelegen, nabij eenzelfde raaklijn zijn gelegen.
4. Maaimachine volgens een der voorgaande conclusies, met 25 het kenmerk, dat de buitenste maai-inrichtingen elk zijn voorzien van een centraal gedeelte, waarbij de afstand tussen de maaicirkel en het centrale gedeelte bij de buitenste maai-inrichtingen nagenoeg gelijk is.
5. Maaimachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de diameters van de maaicirkels van de binnenste maai- 30 inrichtingen paarsgewijs aan elkaar gelijk zijn.
6. Maaimachine volgens conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de diameters van de maaicirkels van de binnenste maai-inrichtingen kleiner of gelijk zijn aan de diameter van de maaicirkel van de tweede buitenste maai-inrichting. 1009532
NL1009532A 1998-07-01 1998-07-01 Maaimachine. NL1009532C2 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1009532A NL1009532C2 (nl) 1998-07-01 1998-07-01 Maaimachine.
DE1999127966 DE19927966A1 (de) 1998-07-01 1999-06-18 Mähmaschine
AT109099A AT407326B (de) 1998-07-01 1999-06-21 Mähmaschine

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1009532A NL1009532C2 (nl) 1998-07-01 1998-07-01 Maaimachine.
NL1009532 1998-07-01

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1009532C2 true NL1009532C2 (nl) 2000-01-07

Family

ID=19767404

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1009532A NL1009532C2 (nl) 1998-07-01 1998-07-01 Maaimachine.

Country Status (3)

Country Link
AT (1) AT407326B (nl)
DE (1) DE19927966A1 (nl)
NL (1) NL1009532C2 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2830167B1 (fr) * 2001-10-03 2004-07-30 Kuhn Sa Machine agricole, notamment du type faucheuse rotative, comportant un dispositif de coupe ameliore

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2524348A1 (de) * 1975-06-02 1976-12-16 Niemeyer Soehne H Maehmaschine
EP0132012A1 (de) * 1983-07-16 1985-01-23 Petrus Wilhelmus Zweegers Mähmaschine
NL8601789A (nl) * 1985-07-23 1987-02-16 Lely Nv C Van Der Maaimachine.
NL8601559A (nl) * 1986-06-17 1988-01-18 Bernardus Petrus Antonius Zwee Maaimachine.
DE9405847U1 (de) * 1994-04-08 1994-08-04 Maschinenfabriken Bernard Krone Gmbh, 48480 Spelle Landwirtschaftliche Erntemaschine

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2524348A1 (de) * 1975-06-02 1976-12-16 Niemeyer Soehne H Maehmaschine
EP0132012A1 (de) * 1983-07-16 1985-01-23 Petrus Wilhelmus Zweegers Mähmaschine
EP0132012B1 (de) 1983-07-16 1987-01-21 Petrus Wilhelmus Zweegers Mähmaschine
NL8601789A (nl) * 1985-07-23 1987-02-16 Lely Nv C Van Der Maaimachine.
NL8601559A (nl) * 1986-06-17 1988-01-18 Bernardus Petrus Antonius Zwee Maaimachine.
DE9405847U1 (de) * 1994-04-08 1994-08-04 Maschinenfabriken Bernard Krone Gmbh, 48480 Spelle Landwirtschaftliche Erntemaschine

Also Published As

Publication number Publication date
ATA109099A (de) 2000-07-15
DE19927966A1 (de) 2000-02-03
AT407326B (de) 2001-02-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6138444A (en) Ground clearing brush cutter and mulcher with a rigid height adjustment mechanism
EP0061818B1 (en) Mowing device
US6508050B1 (en) Device for harvesting agricultural, stalk-like material
CA2313579C (en) Self-propelled mowing vehicle and conveyor
US4218865A (en) Agricultural machines
US4601162A (en) Rotary mowing attachment for a tractor and the like
CA2323948C (en) Mowing implement
US4304088A (en) Rotary mower with end-to-end connected blade-carrier supports
NL193967C (nl) Machine voor het zijwaarts verplaatsen van op de grond liggend gewas.
EP0558437B1 (en) Mower for grass crops
NL1009532C2 (nl) Maaimachine.
US7877974B2 (en) Floating swathgate
EP0439991A1 (en) A side discharger for a windrower
US7624561B2 (en) Windrow merger lift mechanism
US4478027A (en) Mower-conditioner
BE1025043A1 (nl) Strooisysteem voor een oogstmachine voor landbouwtoepassingen met een heen- en weergaande deflector
EP0558436B1 (en) Mower for harvesting grass crops
US4700535A (en) Drum-type windrowing machine
JP3814685B2 (ja) 改良された切断装置を備えた農業機械、特に回転式草刈り機
NL9100993A (nl) Machine voor het verwerken van halmachtige gewassen.
US3457714A (en) Mowing apparatus with rotary cutters
US3902305A (en) Impact mower with conforming reel
NL8501837A (nl) Maaiinrichting.
USRE25379E (en) Multiple cutter power mower
NL1009224C2 (nl) Inrichting voor het zijwaarts verplaatsen van op de grond liggend gewas.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20030201