NL1006618C2 - Inrichting en werkwijze voor het bewaren van goederen. - Google Patents
Inrichting en werkwijze voor het bewaren van goederen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1006618C2 NL1006618C2 NL1006618A NL1006618A NL1006618C2 NL 1006618 C2 NL1006618 C2 NL 1006618C2 NL 1006618 A NL1006618 A NL 1006618A NL 1006618 A NL1006618 A NL 1006618A NL 1006618 C2 NL1006618 C2 NL 1006618C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- user
- storage space
- identification code
- processing means
- storage
- Prior art date
Links
Classifications
-
- G—PHYSICS
- G07—CHECKING-DEVICES
- G07F—COIN-FREED OR LIKE APPARATUS
- G07F5/00—Coin-actuated mechanisms; Interlocks
- G07F5/26—Interlocks, e.g. for locking the doors of compartments other than that to be used
-
- G—PHYSICS
- G07—CHECKING-DEVICES
- G07F—COIN-FREED OR LIKE APPARATUS
- G07F17/00—Coin-freed apparatus for hiring articles; Coin-freed facilities or services
- G07F17/10—Coin-freed apparatus for hiring articles; Coin-freed facilities or services for means for safe-keeping of property, left temporarily, e.g. by fastening the property
- G07F17/12—Coin-freed apparatus for hiring articles; Coin-freed facilities or services for means for safe-keeping of property, left temporarily, e.g. by fastening the property comprising lockable containers, e.g. for accepting clothes to be cleaned
- G07F17/13—Coin-freed apparatus for hiring articles; Coin-freed facilities or services for means for safe-keeping of property, left temporarily, e.g. by fastening the property comprising lockable containers, e.g. for accepting clothes to be cleaned the containers being a postal pick-up locker
Landscapes
- Physics & Mathematics (AREA)
- General Physics & Mathematics (AREA)
- Lock And Its Accessories (AREA)
Description
Inrichting en werkwijze voor het bewaren van goederen.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting omvattende een aantal bewaamiimten, die ieder zijn voorzien van een eigen afsluitmiddel en eigen 5 vergrendeimiddelen voor het vergrendelen van de bewaarruimte, welke inrichting voorts verwerkingsmiddelen en tenminste één centrale bedieningseenheid voor communicatie met een gebruiker omvat, waarbij elke bedieningseenheid is voorzien van invoermiddelen en weergeefmiddelen, en waarbij de verwerkingsmiddelen zijn gekoppeld met de tenminste ene centrale bedieningseenheid en met de vergrendelmid-10 delen voor het besturen daarvan in ofwel een vergrendelde ofwel onvergrendelde toestand, waarbij de vergrendeimiddelen normaal in de vergrendelde toestand worden gehouden, en de verwerkingsmiddelen zijn ingericht voor het opslaan van informatie met betrekking tot het wel of niet bezet zijn van de bewaarruimten.
Een dergelijke inrichting is bekend uit EP-A-0.700.555. De daarin beschreven 15 inrichting bestaat uit diverse bewaarruimten die ieder met een eigen afsluitmiddel, bijvoorbeeld een deur, kunnen worden afgesloten. De inrichting is voorzien van een centrale bedieningseenheid voor communicatie met de gebruikers. De centrale bedieningseenheid is voorzien van een toetsenbord en weergeefmiddelen voor het weergeven van boodschappen aan gebruikers. Bovendien is een centrale munttoevoereen-20 heid aanwezig, zodat een gebruiker geld voor de huur van een bewaarruimte kan betalen.
De sloten van de individuele bewaarruimten in de inrichting volgens de stand van de techniek zijn elektrisch vergrendelbaar en ontgrendelbaar onder besturing van een centrale verwerkingseenheid, die ook met de weergeefmiddelen, het genoemde 25 toetsenbord en de munttoevoereenheid is verbonden. De bekende inrichting werkt als volgt. Indien een gebruiker een bewaarruimte wil huren, begeeft hij zich naar de centrale bedieningseenheid en betaalt hij de gewenste huuiprijs. Daarna voert de gebruiker een code in en selecteert de centrale verwerkingseenheid automatisch een vrije bewaarruimte uit alle onbezette bewaarruimten en geeft deze het nummer 30 daarvan weer op de weergeefmiddelen, zodat de gebruiker weet welke bewaarruimte aan hem is toegewezen. De deur van de bewaarruimte wordt daarna automatisch ontgrendeld. Na zijn bagage in de toegewezen bewaarruimte te hebben gelegd sluit de gebruiker de deur, waarna de deur door de centrale verwerkingseenheid wordt 1006618 2 vergrendeld. Indien de gebruiker later zijn eigendommen wil terughalen, voert hij de code en het bewaarruimtenummer in, waarna de centrale verwerkingseenheid de gehuurde bewaarruimte vrijgeeft door de deur te ontgrendelen.
In een speciale uitvoeringsvorm van de uit EP-A-0.700.555 bekende inrichting 5 kan de gebruiker een voorkeur voor een specifieke groep bewaarruimten uit alle bewaarruimten aan de inrichting kenbaar maken. De gebruiker kan bijvoorbeeld een voorkeur voor kleine of grote, hoge of lage, of gekoelde of diep-gevroren bewaarruimten opgeven. Het werkingsprincipe van de bekende inrichting blijft echter, dat de klant niet beslist, maar de centrale computer. Binnen de opgegeven voorkeur 10 kiest de computer één bewaarruimte uit alle onbezette bewaarruimten voor de klant. Aldus wordt de kans op succesvolle inbraak bij de bekende inrichting zo klein mogelijk gehouden. Een gebruiker krijgt via het beeldscherm immers altijd slechts kennis omtrent één vrije bewaarruimte en weet dus nooit hoeveel, en welke bewaarruimten niet bezet zijn.
15 Een nadeel van deze bekende inrichting is, dat onder sommige omstandigheden de klant onvoldoende keuzevrijheid heeft. Vaak wil een klant zowel een keuze kunnen maken uit de opties links/rechts als boven/midden, enz., bijvoorbeeld omdat de klant klein is en zich naar een positie links van het bedieningspaneel wil begeven. Een dergelijke klant wil dan zowel "links" als "onder" kunnen kiezen. Voorts is het 20 voorstelbaar, dat opeenvolgende klanten twee bewaarruimten vlak bij elkaar willen kiezen en niet overgeleverd willen zijn aan de automatische keuze van de inrichting die hen ver van elkaar af gelegen bewaarruimten kan toewijzen.
Naast de inrichting uit EP-A-0.700.555 zijn er andere inrichtingen bekend, waarin een bedieningseenheid de noodzakelijke stuursignalen voor deurtjes van 25 bewaarruimten verschaft. Voorbeelden daarvan zijn EP-A-0.065.605 en EP-A- 0.334.726, waarbij met signaleringslampjes bij de bewaarruimten aangegeven wordt of de betreffende bewaarruimte bezet is of niet. Voor deze inrichtingen geldt als nadeel, dat de indicatie bij de bewaarruimte een nauwkeurig overzicht geeft van ruimten waarin bagage ligt opgeslagen. Dit maakt het kwaadwiIIenden wel erg ge-30 makkelijk om een bezette bewaarruimte open te breken. Tevens zal bij deze inrichtingen de gebruiker kast-voor-kast op zoek moeten naar een beschikbare bewaarruimte, hetgeen een zoektocht kan opleveren als bijna alle bewaarruimten bezet zijn.
3
Uit de Europese octrooiaanvrage EP-A-0.766.212 is een inrichting met bewaarruimten bekend, waarmee het in principe mogelijk is om de gebruiker slechts een selectie van alle onbezette bewaarruimten te tonen. Daartoe is bij iedere bewaar-ruimte een indicatielampje aangebracht, dat bijvoorbeeld groen, knipperend rood en 5 rood kan branden. De groene toestand geeft dan aan, dat de betreffende bewaar-ruimte niet alleen vrij is maar ook beschikbaar is, dat wil zeggen dat de deur daarvan weliswaar gesloten is, maar ontgrendeld is en dus door een gebruiker vrijelijk kan worden geopend om zijn goederen in de bewaarruimte op te bergen. Als een indicatielampje rood brandt geeft dat aan, dat de betreffende bewaarruimte niet 10 beschikbaar is voor gebruik. Dit hoeft nog niet in te houden, dat de betreffende bewaarruimte bezet is, dat wil zeggen goederen bevat. Dit is gedaan met het oog op diefstalbeveiliging. Immers, iemand die een bewaarruimte met een rood brandend indicatielampje probeert open te breken is er nog niet zeker van, dat de betreffende bewaarruimte inderdaad goederen bevat. In de uit EP-A-0.766.212 bekende inrich-15 ting kunnen dus meerdere deuren ontgrendeld zijn. Het vergrendelen van de deuren vindt plaats, nadat een gebruiker zijn goederen in de bewaarruimte heeft geplaatst en, bijvoorbeeld via een speciale bedieningsknop bij de bewaarruimte, aan de centrale computer kenbaar heeft gemaakt, dat de deur van de bewaarruimte kan worden vergrendeld. Dan vindt een voorlopige vergrendeling plaats, die pas definitief wordt, 20 als de gebruiker bij de centrale bedieningseenheid voorafbepaalde handelingen heeft verricht, bijvoorbeeld het betalen van geld voor de huur van de bewaarruimte. Normaal gesproken, zullen er dus meerdere deuren ontgrendeld zijn. Daarom is het bij de uit EP-A-0.766.212 bekende inrichting mogelijk dat iemand bij alle bewaarruimten, waarvan het indicatielampje aangeeft dat de deur ontgrendeld is, de handeling 25 verricht om de deuren daarvan voorlopig te vergrendelen. Het voorlopig vergrendelen kan bijvoorbeeld drie minuten per deur zijn. Het gevolg daarvan is, dat het mogelijk is, dat iemand de toegang tot alle bewaarruimten, die in principe beschikbaar voor gebruik waren, gedurende drie minuten onmogelijk maakt. Dit is een ongewenste situatie. Bovendien is het in sommige situaties gewenst, dat gebruikers 30 alle handelingen bij de centrale bedieningseenheid uitvoeren, die alleen de deur van slechts één beschikbare bewaarruimte ontgrendelt.
Derhalve is een doelstelling van de onderhavige uitvinding om een inrichting te verschaffen, waarbij op een centrale plaats een gebruiker zelf een directe keuze 1006618 4 kan maken voor een onbezette bewaarruimte, waarbij een overzicht van beschikbare bewaarruimten wordt gepresenteerd, dat in elk geval niet alle onbezette bewaarruim-ten bevat.
Daartoe heeft een inrichting van de bij de aanvang genoemde soort het ken-5 merk, dat de verwerkingsmiddelen voorts zijn ingericht voor: het weergeven op de weergeefmiddelen van een aantal n onbezette bewaarruimten, waarbij n > 1 en n kleiner is dan het totale aantal onbezette bewaarruimten; ontvangen van een door de gebruiker ingevoerd selectiesignaal, dat correspondeert met één voorafbepaalde bewaarruimte; en 10 - het ontgrendelen van de bij het selectiesignaal behorende bewaarruimte.
Aldus kan een gebruiker met een dergelijke inrichting zelf een door hem gewenste bewaarruimte kiezen, terwijl de gebruiker niet van alle bewaarruimten de exacte bedrijfstoestand, dat wil zeggen bezet of niet-bezet, te weten komt. Daarmee wordt dus tegelijkertijd de kans op succesvolle inbraak gereduceerd. Doordat de 15 gebruiker op centraal plaatsbare weergeefmiddelen met één oogopslag de keuzemogelijkheden krijgt gepresenteerd, wordt het bedieningsgemak vergroot.
Bij voorkeur heeft de inrichting volgens de uitvinding het kenmerk, dat de verwerkingsmiddelen zijn ingericht om op de weergeefmiddelen een op de werkelijke opstelling van de bewaarruimten gelijkende afbeelding weer te geven, waarbij 20 voor de gebruiker selecteerbare bewaarruimten onderscheidbaar van niet voor de gebruiker selecteerbare bewaarruimten worden weergegeven.
Met een dergelijke weergave op de weergeefmiddelen is de bediening voor iedereen eenvoudig. Bovendien kan de bediening dan snel plaatsvinden, omdat er geen grote hoeveelheden tekst hoeven te worden gelezen. De weergeefmiddelen 25 kunnen bijvoorbeeld een touch screen zijn, waarop de gebruiker, bijvoorbeeld met zijn vinger, de door hem gewenste bewaarruimte direct kan aanwijzen, waarna de elektronische verwerking automatisch plaatsvindt.
De verwerkingsmiddelen kunnen voorts zijn voorzien van middelen voor het opslaan van een combinatie van een bewaarruimte-identificatiecode, behorende bij de 30 door de gebruiker geselecteerde bewaarruimte, en een persoonlijke identificatiecode, behorende bij de gebruiker.
In een dergelijke inrichting kunnen de verwerkingsmiddelen zijn ingericht voor het ontvangen van de combinatie van de bewaarruimte-identificatiecode en de per- 1006618 5 soonlijke identificatiecode, nadat de gebruiker deze heeft ingevoerd. Het invoeren van de bewaarruimte-identificatiecode zal in het algemeen gebeuren via een toetsenbord. Het invoeren van de persoonlijke identificatiecode kan eveneens via een toetsenbord plaatsvinden, maar ook via een drager, zoals een kaart met magneetstrip.
5 Verder kan een identificatiecode bestaan uit een weergave van een vingerafdruk, van een iris van een oog, van een hand, enz., die met daartoe geschikte, op zich zelf bekende middelen wordt ingevoerd.
Als alternatief kunnen in een dergelijke inrichting echter de verwerkingsmidde-len zijn voorzien van een random-generator voor het genereren van de persoonlijke 10 identificatiecode, nadat de bewaarruimte-identificatiecode is opgeslagen. In zo’n inrichting kunnen de verwerkingsmiddelen zijn ingericht voor het laten opslaan van de persoonlijke identificatiecode en de bewaarruimte-identificatiecode op een drager, waarbij de tenminste ene bedieningseenheid is voorzien van een eenheid om deze drager aan de gebruiker te verschaffen, een dergelijke drager kan bijvoorbeeld de 15 vorm hebben van een plastic kaartje met de afmetingen van een credit card. Ook andere typen dragers zijn echter mogelijk.
In een andere uitvoeringsvorm heeft de inrichting volgens de uitvinding het kenmerk, dat de verwerkingsmiddelen een of meer lokale verdeelstations en een of meer meestereenheden omvatten die onderling zijn verbonden via een netwerk, 20 waarbij de verdeelstations ieder met een voorafbepaald aantal vergrendelmiddelen zijn verbonden, en de meestereenheden ieder met een geselecteerde centrale bedieningseenheid zijn verbonden.
Voorts heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het bewaren van goederen in een inrichting omvattende een aantal bewaarruimten, die ieder zijn 25 voorzien van een eigen afsluitmiddel en eigen vergrendelmiddelen voor het vergrendelen van de bewaarruimte, welke inrichting voorts verwerkingsmiddelen en tenminste één centrale bedieningseenheid voor communicatie met een gebruiker omvat, waarbij elke bedieningseenheid is voorzien van invoermiddelen en weergeefmidde-len, en waarbij de verwerkingsmiddelen zijn gekoppeld met de tenminste ene cen-30 trale bedieningseenheid en met de vergrendelmiddelen voor het besturen daarvan in ofwel een vergrendelde ofwel onvergrendelde toestand, waarbij de vergrendelmiddelen normaal in de vergrendelde toestand worden gehouden, en de verwerkingsmiddelen zijn ingericht voor het opslaan van informatie met betrekking tot het wel of niet 100661 8 ! 6 bezet zijn van de bewaarruimten met het kenmerk, dat de werkwijze de volgende stappen omvat: het weergeven op de weergeefmiddelen van een aantal n onbezette bewaarruimten, waarbij n> 1 en n kleiner is dan het totale aantal onbezette bewaarruimten; 5 - het ontvangen van een door de gebruiker ingevoerd selectiesignaal, dat corres pondeert met één voorafbepaalde bewaarruimte; en het ontgrendelen van de bij het selectiesignaal behorende bewaarruimte.
Een dergelijke werkwijze wordt uitgevoerd op het moment, dat een gebruiker voor de eerste keer bij de inrichting komt om een bewaarruimte te verkrijgen voor 10 het opslaan van zijn goederen.
Verdere werkwijzen volgens de uitvinding zijn gedefinieerd door van de onafhankelijke werkwijzeconclusie afhankelijke volgconclusies.
De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van enkele tekeningen, waarin uitvoeringsvoorbeelden daarvan zijn weergegeven. Zij zijn alleen 15 bedoeld voor illustratieve doeleinden en niet ter beperking van de uitvindings-gedachte, die alleen wordt gedefinieerd door de conclusies.
Figuur 1 toont een inrichting voorzien van diverse bewaarruimten ingericht volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding;
Figuur 2 toont een blokschema van een elektronische schakeling voor bestu-20 ring van de in figuur 1 getoonde inrichting;
Figuur 3a tot en met 3c tonen delen van een slot en een bewaarruimte met vergrendel/ontgrendelmiddelen in diverse toestanden daarvan;
Figuur 4 toont een beeldschermpresentatie voor het kiezen van een bewaarruimte door de gebruiker; 25 Figuur 5 toont een stroomdiagram ter toelichting op de werking van een voor keursuitvoering van de inrichting;
Figuur 6 toont een blokschema van een alternatieve elektronische schakeling.
De inrichting 1 volgens de uitvinding kan betrekking hebben op een opstelling van diverse, in rijen en kolommen gerangschikte bagagekluizen, zoals getoond in 30 figuur 1. Aan de hand daarvan zal de uitvinding hieronder nader worden toegelicht, maar het dient te worden begrepen, dat de uitvinding niet daartoe is beperkt. De uitvinding heeft evenzeer betrekking op bijvoorbeeld met deuren afsluitbare fietsenstallingen, autostallingen, drive-in motels, enz.., kortom op die inrichtingen die 100661 8 7 diverse, met individuele afsluitmiddelen afsluitbare bewaarruimten omvatten die ieder individueel door een gebruiker kunnen worden bezet, bijvoorbeeld door het huren daarvan.
Dergelijke afsluitmiddelen kunnen de vorm van een deur hebben, maar ook 5 van een hefboom, een verrijdbaar hek of een paal die in de grond kan worden verzonken, enz.
In figuur 1 is iedere bewaarruimte 9 voorzien van een deur 2, die met een handvat 6 kan worden geopend en gesloten door een gebruiker. Elke bewaarruimte 9 is uitgerust met een elektrisch bedienbaar slot 17 (figuur 3a) waarmee een centrale 10 verwerkingseenheid 22 (figuur 2) de deur 2 kan vergrendelen/ontgrendelen.
Iedere bewaarruimte 9 is voorzien van een nummer 3, dat op of naast de betreffende deur 2 kan zijn aangebracht. Het zal duidelijk zijn dat het niet strikt noodzakelijk is om nummers 3 te gebruiken. In plaats van nummers kunnen, speciaal met het oog op kinderen, bijvoorbeeld stripfiguren of letters worden gebruikt. 15 Kortom elke vorm van identificatie van de bewaarruimten is mogelijk, zelfs verschillende kleuren.
Midden tussen de diverse bewaarruimten bevindt zich een centrale bedienings-eenheid 10 met een toetsenbord 5, een beeldscherm 4, naar keuze een munttoevoer-eenheid 8 en naar keuze een eenheid 11 voor het verschaffen van en/of uitlezen van 20 een drager (niet getoond), bijvoorbeeld een plastic kaart voorzien van een magneetstrip of een elektronische chip. De munttoevoereenheid 8 kan worden vervangen door middelen voor elektronisch betalen. Als ander alternatief kan de munttoevoereenheid 8 achterwege blijven, namelijk als de inrichting niet is ingericht voor het betaald verhuren van de bewaarruimten 9, maar alleen voor het bezetten daarvan. 25 Dit is bijvoorbeeld het geval als de inrichting is voorzien van diverse postbussen, waarbij niet voor ieder gebruik een huursom moet worden betaald, maar bijvoorbeeld een maandelijkse huursom.
Onder de centrale bedieningseenheid 10 is een deur 7 voorzien, waarmee bedieningspersoneel toegang tot de elektronica van de inrichting kan krijgen.
30 De eenheid 11 voor het verschaffen van en/of uitlezen van een drager kan achterwege blijven, als de inrichting alleen werkt met identificatiecodes die door de gebruikers worden ingevoerd. De gebruikers kunnen bijvoorbeeld zelf hun identificatiecode samenstellen en met het toetsenbord 5 invoeren, zoals hieronder nog zal 10 O Pp i o δ worden toegelicht. Voor het samenstellen van een dergelijke identificatiecode kunnen de toetsen van het toetsenbord 5 naar wens zijn voorzien van cijfers en/of letters, of iedere andere geschikte code. De door de gebruiker samen te stellen code kan bestaan uit bijvoorbeeld 4 eenheden (bijvoorbeeld letters), maar elk ander aantal kan 5 naar wens worden toegepast.
De inrichting kan echter ook werken met identificatiecodes die op een drager zijn opgeslagen, bijvoorbeeld een kaart met magneetstrip. Een dergelijke drager wordt dan door een instantie aan de gebruiker verschaft, die veelal niet eens zijn eigen identificatiecode zal kennen en dus voor identificatie zijn drager moet kunnen 10 tonen. Het invoeren van de op de drager aanwezige identificatiecode gebeurt dan via de eenheid 11 voor het uitlezen van de drager. De verwerkingsmiddelen 22 kunnen zijn ingericht voor het controleren van de geldigheid van de identificatiecode. Naar wens kunnen de verwerkingsmiddelen zijn gekoppeld met een buiten de inrichting, bijvoorbeeld op afstand gelegen, autorisatie-inrichting waarmee zij, bijvoorbeeld via 15 het telefoonnet, contact kunnen leggen voor het controleren van de geldigheid van een identificatiecode. Een dergelijke autorisatie-inrichting kan dan verder zijn ingericht voor leden-administratie, toegangscontrole tot een ruimte, e.d.
Als verder alternatief kan de inrichting zijn voorzien van middelen die bijvoorbeeld een hand, een vingerafdruk, een iris, enz. van de gebruiker herkennen en een 20 daarmee overeenkomstig signaal voor opslag in het geheugen genereren.
Indien de inrichting werkt met een door de inrichting zelf te verschaffen drager, genereert de inrichting met behulp van een random-generator voor iedere gebruiker een individuele identificatiecode, die wordt opgeslagen op geschikte opslag-middelen op de drager, bijvoorbeeld een magneetstrip of een halfgeleidergeheugen.
25 Figuur 2 toont een blokschema van een elektronische schakeling van de inrich ting. Een centrale verwerkingseenheid 22 is elektrisch verbonden met het beeldscherm 4, het toetsenbord 5, de eenheid 11 voor het verschaffen van en/of uitlezen van, van identificatiecodes voorziene dragers en de elektronisch bestuurbare sloten 17 van de bewaarruimten 9.
30 Figuur 3a tot en met 3c tonen delen van het slot 17 en een bewaarruimte 9.
Figuur 3a toont een elektronisch slot 17, dat bestaat uit een sluitpen 14 met een veer 15, waarbij de sluitpen 14 kan bewegen in een spoel 16. De sluitpen 14 kan door de centrale verwerkingseenheid 22 door bekrachtiging van de spoel 16 uitgesto- 1006618 9 ten dan wel aangetrokken worden.
Figuur 3b toont in perspectief aanzicht een deur 2 gezien vanuit de binnenkant van een bewaarruimte 9. De deur 2 is voorzien van een elektronisch slot 17 waarvan de sluitpen 14 is uitgestoten. In de wand 18 van de bewaarruimte 9 is een gleuf 19 5 aangebracht. De sluitpen 14 valt in een gleuf 19, zodat de deur 2 vergrendeld is. De deur 2 kan scharnieren om één of meerdere scharnieren 20. Een deurveer 21 is aanwezig om de deur 2 dicht te laten vallen, nadat deze door een gebruiker geopend is. De centrale verwerkingseenheid 22 kan de deur 2 dan vergrendelen.
Figuur 3c toont de binnenzijde van de deur 2 in de toestand dat een gebruiker 10 de deur 2 kan openen. De sluitpen 14 is in de spoel 16 geschoven na een "openen" -signaal van de centrale verwerkingseenheid 22.
Aan de hand van figuur 5 zal de werking van de inrichting nader worden toegelicht.
Op het beeldscherm 4 van de bedieningseenheid 10 wordt de gebruiker ge-15 vraagd om geld in te werpen en/of om een drager met code aan te bieden aan eenheid 11 voor het uitlezen van de drager (stap 501). Het beeldscherm 4 kan verschillende betalingsmogelijkheden weergeven, waarbij het te betalen bedrag bijvoorbeeld afhangt van de verwachte huurtijd, de grootte van de bewaarruimte 9, enz. De betaalstap kan als alternatief ook plaatsvinden op het moment dat de gebruiker zijn 20 bagage komt ophalen, omdat dan bekend is hoelang de bagage opgeslagen is geweest.
Als de gebruiker geld inwerpt, wordt hij in staat gesteld om een bewaarruimte 9 te huren (stap 502). In stap 503 vraagt de bedieningseenheid 10 de gebruiker vervolgens om een Persoonlijk Identificatie Nummer (PIN) in te voeren, dat hij naar 25 eigen keuze mag samen stellen. Een dergelijk PIN kan bijvoorbeeld bestaan uit vier cijfers of letters, of dergelijke. De gebruiker kan dit met het toetsenbord 5 invoeren. Bij het gebruik van de drager, zal de informatie van die drager als PIN gebruikt kunnen worden. Het is echter ook mogelijk dat de informatie van de drager gecombineerd wordt met een door de gebruiker in te voeren PIN.
30 Na het invoeren van de PIN wordt op het scherm 4 een overzicht geboden van beschikbare bewaarruimten 9 (stap 504). Figuur 4 geeft een mogelijke presentatievorm van de beschikbare bewaarruimten 9 op het scherm 4. Er is hier gekozen voor een grafische presentatie van de bewaarruimte in overeenstemming met de werke- 1006618 10 lijke opstelling, zodat de gebruiker direct een overzicht heeft, waar zich de beschikbare bewaarruimten bevinden. De gebruiker kan een voor hem gunstig gelegen bewaarruimte kiezen. Om de keuze voor de gebruiker nog eenvoudiger te maken, kunnen de bewaarruimten gegroepeerd worden. Vervolgens kunnen bewaarruimten 5 in groepen aangeboden worden en kan de gebruiker een bewaarruimte uit een van de groepen kiezen. Groepen kunnen bijvoorbeeld zijn grote/kleine bewaarruimten, boven/onder-bewaarruimten, links/rechtsgelegen, enz.
Bij de presentatie op het scherm 4 van beschikbare bewaarruimten worden niet alle onbezette bewaarruimten weergegeven. Een gedeelte van de onbezette bewaar-10 ruimten zal als niet beschikbaar worden gepresenteerd of helemaal niet worden aangeboden. Dit neemt voor potentiële dieven de zekerheid weg, dat in de niet beschikbare bewaarruimten altijd bagage aanwezig is. Op deze manier is keuzevrijheid voor de gebruiker verschaft, die niet het nadeel heeft, dat ten gevolge van deze keuzevrijheid meteen duidelijk wordt in welke bewaarruimten bagage aanwezig is.
15 Dit geeft een extra veiligheid voor de in bewaring gegeven bagage.
Als de gebruiker zijn bewaarruimte 9 uitgekozen heeft, zendt de centrale verwerkingseenheid 22 een stuursignaal naar het slot 17 om de deur 2 te ontgrendelen (stap 505). Hierbij is het mogelijk dat per bewaarruimte 9 een vertragingstijd in ogenschouw genomen wordt, die overeenkomt met de tijd die nodig is om van de 20 bedieningseenheid 10 naar te bewaarruimte 9 te gaan. De gebruiker legt zijn bagage in de bewaarruimte 9 (stap 506) en sluit vervolgens de deur 2, waarbij de veer 21 er voor zorgt, dat de deur goed gesloten is. De deur 2 wordt dan vergrendeld door het slot 17, dat daartoe door de verwerkingsmiddelen 22 wordt aangestuurd (stap 515).
Wordt in stap 501 geen geld ingeworpen, maar kiest de gebruiker er voor om 25 een bewaarruimte 9 te openen (stap 507), dan wordt vervolgens de vraag gesteld “tussentijds openen”: of “huur beëindigen” (stap 508). Daarna wordt gevraagd om het nummer 3 van de bewaarruimte 9 in te voeren (stap 509). De centrale verwerkingseenheid 22 kijkt nu of de opgegeven bewaarruimte 9 verhuurd is en vraagt de gebruiker zijn PIN-code in te voeren (stap 510). Is de code juist dan wordt de deur 2 30 van de betreffende bewaarruimte 9 ontgrendeld. Heeft de gebruiker in stap 508 “tussentijd openen” gekozen, dan blijft de bewaarruimte 9 in het bezit van deze gebruiker (stap 513). Heeft de gebruiker “huur beëindigen” gekozen, dan wordt de bewaarruimte 9 opgenomen in een lijst van onbezette bewaarruimten (stap 514). Uit
1006618 I
11 deze lijst selecteert de centrale verwerkingseenheid later weer te geven beschikbare be waar ruim ten.
Het zal duidelijk zijn, dat de uitvinding niet is beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen.
5 De presentatievormen op het scherm 4 waarin de bewaarruimten aangeboden worden kunnen divers zijn. De keuze van een grafische weergave is slechts illustratief. Als alternatief kunnen ook lijsten met beschikbare bewaarruimten aangeboden worden, al dan niet voorzien van categorieën. Ook is het mogelijk een grafische weergave te ondersteunen met een “touch-screen” (aanwijsscherm), zodat een ge-10 bruiker bijvoorbeeld eenvoudig met zijn vinger een beschikbare bewaarruimte kan kiezen.
Voorts is de inrichting zodanig ingericht, dat bedieningspersoneel met een geschikte code en/of sleutel elke gewenste bewaarruimte kan openen, indien daartoe aanleiding bestaat.
15 Figuur 6 toont een alternatieve schakeling voor de in figuur 2 getoonde scha keling. De schakeling van figuur 6 heeft betrekking op een netwerk-configuratie, waarbij de centrale verwerkingseenheid 22 uit figuur 2 is gesplitst in één of meer meestereenheden 24 en diverse lokale verdeelstations 23, die onderling zijn verbonden via een netwerk 25. In figuur 6 is de situatie getoond waarin twee meester-20 eenheden 24 zijn toegepast, maar de uitvinding is niet tot een dergelijk aantal beperkt. Ieder van de meestereenheden 24 is gekoppeld met een eigen toetsenbord 5, een beeldscherm 4 en, naar wens, een eenheid 11 voor het verschaffen en/of uitlezen van een drager.
Elk lokaal verdeelstation 23 bestuurt bijvoorbeeld achtenveertig bewaarruimten 25 9 en communiceert alleen met een van de meestereenheden 24 via netwerk 25 als de betreffende meestereenheid 24 daarom vraagt. Ieder van de lokale verdeelstations 23 werkt geheel zelfstandig en ontvangt alleen de noodzakelijke opdrachten van een van de meestereenheden 24. Door diverse meestereenheden 24 met bijbehorend beeldscherm 4, toetsenbord 5 en eenheid 11 voor het verschaffen en/of uitlezen van een 30 drager te voorzien kan een gebruiker zelf kiezen bij welk toetsenbord 5 hij de noodzakelijke handelingen voor opslaan of ophalen van goederen komt verrichten. Dit voorkomt wachtrijen.
De centrale verwerkingseenheid 22 (figuur 2) en de meestereenheden 24 en 1006618 12 lokale verdeelstations 23 zijn bij voorkeur door software gestuurde computers, maar zij kunnen ook zijn geconstrueerd met analoge of digitale schakelingen.
Door de aanwezigheid van een netwerk-configuratie is het ook mogelijk om de installatie te verbinden met andere automatiseringstoepassingen waaronder bijvoor-5 beeld ledenadministratie, toegangscontrolesystemen, enz.
1006618
Claims (16)
1. Inrichting omvattende een aantal bewaarruimten (9), die ieder zijn voorzien van een eigen afsluitmiddel (2) en eigen vergrendelmiddelen (17) voor het vergren- 5 delen van de bewaarruimte (9), welke inrichting voorts verwerkingsmiddelen (22; 23, 24) en tenminste één centrale bedieningseenheid (10) voor communicatie met een gebruiker omvat, waarbij elke bedieningseenheid (10) is voorzien van invoermid-delen (5) en weergeefmiddelen (4), en waarbij de verwerkingsmiddelen (22; 23, 24) zijn gekoppeld met de tenminste ene centrale bedieningseenheid (10) en met de 10 vergrendelmiddelen (17) voor het besturen daarvan in ofwel een vergrendelde ofwel onvergrendelde toestand, waarbij de vergrendelmiddelen (17) normaal in de vergrendelde toestand worden gehouden, en de verwerkingsmiddelen (22; 23, 24) zijn ingericht voer het opslaan van informatie met betrekking tot het wel of niet bezet zijn van de bewaarruimten (9) met het kenmerk, dat de verwerkingsmiddelen voorts zijn 15 ingericht voor: het weergeven op de weergeefmiddelen (4) van een aantal n onbezette bewaarruimten (9), waarbij n> 1 en n kleiner is dan het totale aantal onbezette bewaarruimten (9); ontvangen van een door de gebruiker ingevoerd selectiesignaal, dat correspon-20 deert met één voorafbepaalde bewaarruimte; en het ontgrendelen van de bij het selectiesignaal behorende bewaarruimte (9).
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de verwerkingsmiddelen (22; 23, 24) zijn ingericht om op de weergeefmiddelen (4) een op de werkelijke 25 opstelling van de bewaarruimten gelijkende afbeelding weer te geven, waarbij voor de gebruiker selecteerbare bewaarruimten onderscheidbaar van niet voor de gebruiker selecteerbare bewaarruimten worden weergegeven.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de verwerkings-30 middelen (22; 23, 24) voorts zijn voorzien van middelen voor het opslaan van een combinatie van een bewaarruimte-identificatiecode, behorende bij de door de gebruiker geselecteerde bewaarruimte (9), en een persoonlijke identificatiecode, behorende bij de gebruiker. 1006618
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de verwerkingsmidde-len (22; 23, 24) zijn ingericht voor het ontvangen van de combinatie van de bewaar-ruimte-identificatiecode en de persoonlijke identificatiecode, nadat de gebruiker deze heeft ingevoerd. 5
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat deze is voorzien van middelen (11) voor het uitlezen van de identificatiecode van een drager.
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de verwerkingsmidde- 10 len (22; 23, 24) zijn gekoppeld met autorisatiemiddelen voor het authoriseren van de uit de drager uitgelezen identificatiecode.
7. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de verwerkingsmidde-len (22; 23, 24) zijn voorzien van een random-generator voor het genereren van de 15 persoonlijke identificatiecode, nadat de bewaarruimte-identificatiecode is opgeslagen.
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de verwerkingsmidde-len (22; 23, 24) zijn ingericht voor het laten opslaan van de persoonlijke identificatiecode en de bewaarruimte-identificatiecode op een drager en de tenminste ene 20 bedieningseenheid (10) is voorzien van een eenheid (11) om deze drager aan de gebruiker te verschaffen.
9. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de tenminste ene bedieningseenheid (10) tevens is voorzien van middelen (8) voor 25 het voldoen van een huursom voor de geselecteerde bewaarruimte (9).
10. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de verwerkingsmiddelen een of meer lokale verdeelstations (23) en een of meer meestereenheden (24) omvatten die onderling zijn verbonden via een netwerk (25), 30 waarbij de verdeelstations (23) ieder met een voorafbepaald aantal vergrendelmidde-len (17) zijn verbonden, en de meestereenheden (24) ieder met een geselecteerde centrale bedieningseenheid (10) zijn verbonden. 1006618
11. Werkwijze voor het bewaren van goederen in een inrichting omvattende een aantal bewaarruimten (9), die ieder zijn voorzien van een eigen afsluitmiddel (2) en eigen vergrendelmiddelen (17) voor het vergrendelen van de bewaarruimte (9), welke inrichting voorts verwerkingsmiddelen (22; 23, 24) en tenminste één centrale 5 bedieningseenheid (10) voor communicatie met een gebruiker omvat, waarbij elke bedieningseenheid (10) is voorzien van invoermiddelen (5) en weergeefmiddelen (4), en waarbij de verwerkingsmiddelen (22; 23, 24) zijn gekoppeld met de tenminste ene centrale bedieningseenheid (10) en met de vergrendelmiddelen (17) voor het besturen daarvan in ofwel een vergrendelde ofwel onvergrendelde toestand, waarbij 10 de vergrendelmiddelen (17) normaal in de vergrendelde toestand worden gehouden, en de verwerkingsmiddelen (22; 23, 24) zijn ingericht voor het opslaan van informatie met betrekking tot het wel of niet bezet zijn van de bewaarruimten (9) met het kenmerk, dat de werkwijze de volgende stappen omvat: het weergeven op de weergeefmiddelen (4) van een aantal n onbezette bewaar- 15 ruimten (9), waarbij n> 1 en n kleiner is dan het totale aantal onbezette bewaarruim-ten (9); het ontvangen van een door de gebruiker ingevoerd selectiesignaal, dat correspondeert met één voorafbepaalde bewaarruimte; en het ontgrendelen van de bij het selectiesignaal behorende bewaarruimte (9). 20
12. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat op de weergeefmiddelen (4) een op de werkelijke opstelling van de bewaarruimten gelijkende afbeelding wordt weergegeven, waarbij voor de gebruiker selecteerbare bewaarruimten onderscheidbaar van niet voor de gebruiker selecteerbare bewaarruimten worden 25 weergegeven.
13. Werkwijze volgens conclusie 11 of 12 gekenmerkt door het opslaan van een combinatie van een bewaarruimte-identificatiecode, behorende bij de door de gebruiker geselecteerde bewaarruimte (9), en een persoonlijke identificatiecode, 30 behorende bij de gebruiker.
14. Werkwijze volgens conclusie 13 gekenmerkt door het ontvangen van de combinatie van de bewaarruimte-identificatiecode en de persoonlijke identificatie- 1 0 0 1 p. code, nadat de gebruiker deze heeft ingevoerd.
15. Werkwijze volgens conclusie 14 gekenmerkt door het genereren van de persoonlijke identificatiecode met een random-generator, nadat de bewaarruimte- 5 identificatiecode is opgeslagen.
16. Werkwijze volgens conclusie 15 gekenmerkt door het laten opslaan van de persoonlijke identificatiecode en de bewaarruimte-identificatiecode op een drager en het verschaffen van deze drager aan de gebruiker. 1006618
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1006618A NL1006618C2 (nl) | 1997-07-18 | 1997-07-18 | Inrichting en werkwijze voor het bewaren van goederen. |
AU76286/98A AU698451C (en) | 1997-07-18 | 1998-07-17 | Device and method for storing goods |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1006618A NL1006618C2 (nl) | 1997-07-18 | 1997-07-18 | Inrichting en werkwijze voor het bewaren van goederen. |
NL1006618 | 1997-07-18 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1006618C2 true NL1006618C2 (nl) | 1999-01-19 |
Family
ID=19765380
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1006618A NL1006618C2 (nl) | 1997-07-18 | 1997-07-18 | Inrichting en werkwijze voor het bewaren van goederen. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL1006618C2 (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1014482C2 (nl) | 2000-02-24 | 2001-09-07 | Pin Lock Internat B V | Inrichting en werkwijze voor tijdelijke opslag van elektronisch bestelde goederen. |
Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0334726A1 (fr) * | 1988-03-21 | 1989-09-27 | Mors | Système de rangement à casiers adjacents commandés par un dispositif à microprocesseur |
EP0766212A1 (de) * | 1995-09-26 | 1997-04-02 | WTL Products B.V. | Vorrichtung und Verfahren zum Verwahren von Gütern |
-
1997
- 1997-07-18 NL NL1006618A patent/NL1006618C2/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0334726A1 (fr) * | 1988-03-21 | 1989-09-27 | Mors | Système de rangement à casiers adjacents commandés par un dispositif à microprocesseur |
EP0766212A1 (de) * | 1995-09-26 | 1997-04-02 | WTL Products B.V. | Vorrichtung und Verfahren zum Verwahren von Gütern |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1014482C2 (nl) | 2000-02-24 | 2001-09-07 | Pin Lock Internat B V | Inrichting en werkwijze voor tijdelijke opslag van elektronisch bestelde goederen. |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
AU698451B2 (en) | 1998-10-29 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4204635A (en) | Locker installation with a central control unit | |
US7366681B2 (en) | System, method, and computer program for managing storage distribution of money tills | |
US5126732A (en) | Storage system with adjacent bins controlled by a microprocessor device | |
US4512453A (en) | Vendor accountability system | |
US7693603B2 (en) | Pharmaceutical dispensing system with coordinate guidance | |
US8386347B2 (en) | System and method for tracking the return of loaned or rented items | |
US6724303B2 (en) | Method and apparatus for monitoring a safe | |
US4866661A (en) | Computer controlled rental and sale system and method for a supermarket and the like | |
US20060090909A1 (en) | System, method, and computer program for managing storage and distribution of money tills or other items | |
KR101083784B1 (ko) | 이동단말기를 이용한 물품보관함 관리 시스템 및 그 방법 | |
NL1006618C2 (nl) | Inrichting en werkwijze voor het bewaren van goederen. | |
JP4855750B2 (ja) | 貸しロッカーシステム | |
US20080217352A1 (en) | Apparatus and methods for distribution of media | |
BE1007051A3 (nl) | Inrichting voor het electronisch besturen van een veelvoud van sloten. | |
NL1001297C2 (nl) | Inrichting en werkwijze voor het bewaren van goederen. | |
JP2516190B2 (ja) | 共同ロッカ―装置 | |
US4523285A (en) | Vendor controller | |
EP0442349A1 (en) | Minibar system | |
EP0704826A2 (en) | Arrangement and method for utilizing a lockable space | |
NL1014482C2 (nl) | Inrichting en werkwijze voor tijdelijke opslag van elektronisch bestelde goederen. | |
JP2826732B2 (ja) | ロッカー | |
JP4855751B2 (ja) | 貸しロッカーシステム | |
JPS6046233B2 (ja) | 鍵及び錠前の管理装置 | |
CA1263167A (en) | Electronic robot key dispenser | |
DE4117636A1 (de) | Anlage fuer mobile kommunikationsgeraete |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20110201 |