NL1003511C2

NL1003511C2 - Systeem voor het op afstand bewaken van voertuigen.

Info

Publication number: NL1003511C2
Application number: NL1003511A
Authority: NL
Inventors: Rudiger Standaert
Original assignee: Rudiger Standaert
Priority date: 1995-12-04
Filing date: 1996-07-04
Publication date: 1997-06-06
Also published as: DE69610223D1; WO1997020714A1; DE69610223T2; EP0869885B1; GR3034928T3; PT869885E; DK0869885T3; ATE196122T1; EP0869885A1; ES2149510T3

Description

Systeem voor het op afstand bewaken van voertuigen

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een systeem voor het op afstand bewaken van voertuigen, omvattende in elk te bewaken voertuig een alarmsysteem, een bestuurbaar daarmee verbonden zender, een ontvanger en 5 een signaalgevend met de zender verbonden navigatiesysteem, alsmede een centraal ontvangststation, dat middelen vertoont voor het althans in geval van alarm opvragen van een door het navigatiesysteem van elk van de voertuigen bepaalde positie. Een dergelijk systeem is bekend uit het 10 Amerikaanse octrooischrift 5,223,844.

Het komt momenteel nog steeds op grote schaal voor dat voertuigen ontvreemd of opengebroken en leeggeroofd worden. Dit is met name het gevolg van een afnemende sociale controle in de samenleving als geheel, en van een 15 door budgettaire eisen bepaald tekort aan toezichthoudend personeel, met name politie. Het openbreken en leegroven of zelfs geheel ontvreemden van voertuigen vormt derhalve voor de verzekeringsmaatschappijen een aanzienlijke schadepost. Derhalve wordt veel onderzoek gedaan naar moge-20 lijkheden om dergelijke gebeurtenissen te voorkomen.

Voertuigen in een wat hogere prijsklasse zijn bijvoorbeeld nagenoeg standaard uitgerust met tenminste elektronische startblokkeringssystemen, die bijvoorbeeld kunnen werken met een codesleutel of een door de gebruiker in te voeren 25 pincode. Daarnaast worden op toenemende schaal alarmsystemen in voertuigen geïnstalleerd, waardoor een alarmsignaal wordt afgegeven wanneer getracht wordt in het voertuig in te breken.

Een nadeel van de bekende systemen is dat als 30 gevolg van de hierboven aangehaalde afgenomen sociale controle een crimineel in het algemeen door het gewone publiek niet gestoord zal worden in zijn werkzaamheden, zelfs wanneer een alarmsignaal klinkt. Daarnaast zijn de 1 0 0 3 5 1 1 la meeste alarmsystemen en startblokkeringssystemen voor een geoefende crimineel relatief eenvoudig uit te schakelen, waarna het voertuig verder onbewaakt is, en dus eenvoudig ontvreemd of leeggehaald kan worden. Bovendien is een 5 voertuig dat ontvreemd wordt op het moment dat het alarmsysteem uitgeschakeld is niet zonder meer als gestolen voertuig herkenbaar.

Derhalve wordt in het genoemde oudere Amerikaanse octrooischrift een systeem voorgesteld waarmee voertui-10 gen op afstand bewaakt kunnen worden, zodanig dat in geval van inbraak in het voertuig op zeer korte termijn de bevoegde instanties gewaarschuwd kunnen worden, terwijl het voertuig bij ontvreemding als gestolen voertuig kenbaar gemaakt wordt, en bovendien eenvoudig terug te vinden 15 is. Dit systeem bestaat uit een in het voertuig ingebouwd alarm, dat is verbonden met een eveneens in het voertuig aanwezige zender/ontvanger in de vorm van een GSM-telefoon. Het systeem omvat verder een voertuignavigatiesys-teem, bijvoorbeeld op basis van GPS. Het systeem omvat 20 verder een centrale meldkamer. Wanneer nu het alarmsysteem van één van de bewaakte voertuigen geactiveerd wordt als gevolg van een inbraak in het voertuig of een poging tot het ontvreemden daarvan wordt direct door de GSM-telefoon een signaal afgegeven aan een meldkamer, waardoor meteen 25 actie ondernomen kan worden. Naast het alarmsignaal wordt ook de positie van het voertuig, die door de GPS-ontvanger bepaald is, naar de meldkamer gezonden. Zo bestaat de kans dat de crimineel, of tenminste het voertuig nog achterhaald kan worden.

30 Het bekende systeem heeft het nadeel dat dit voor een alarmsysteem relatief complex en kostbaar is. De uitvinding beoogt nu dit bekende systeem met eenvoudige maatregelen zodanig aan te passen, dat de gebruiksmogelijkheden daarvan sterk uitgebreid worden. Volgens de 35 uitvinding wordt dit bereikt doordat de positie-opvraag- middelen periodiek werkzaam zijn. Door de positie van alle voertuigen niet slechts in geval van alarm, maar ook 100 * K 1 1 2 tijdens normaal bedrijf regelmatig door te geven aan de meldkamer kan het alarmsysteem daarnaast fungeren als een logistiek bewakingssysteem.

Voorkeursuitvoeringen van het bewakingssysteem 5 volgens de uitvinding vormen de materie van de volgconclu-sies 2 tot 6.

De uitvinding betreft ook een samenstel van een alarmsysteem, een zender, een ontvanger en een navigatiesysteem in een voertuig als bedoeld voor toepassing in 10 een bewakingssysteem als hiervoor beschreven. Ook betreft de uitvinding een voertuig dat uitgerust is met een dergelijk samenstel. Tenslotte heeft de uitvinding nog betrekking op een centraal ontvangststation voor toepassing in een bewakingssysteem van de hiervoor beschreven soort.

15 De uitvinding wordt nu toegelicht aan de hand van een voorbeeld, waarbij verwezen wordt naar de bij gevoegde tekening, waarin: fig. l een schematisch overzicht is van de samenstellende delen van een bewakingssysteem volgens de 20 uitvinding, en fig. 2 een schematisch blokdiagram is van een in een voertuig aangebracht samenstel van componenten die onderdeel vormen van het bewakingssyteem volgens de uitvinding .

25 Een systeem 1 voor het op afstand bewaken van een aantal voertuigen 2 is gebaseerd op de aanwezigheid van een centraal ontvangststation of meldkamer 5, van waaruit de verschillende voertuigen 2 bewaakt worden. Daartoe is elk voertuig 2 voorzien van tenminste een 30 alarmsysteem 3 en een bestuurbaar daarmee verbonden zender 4. Elk voertuig is verder voorzien van een signaalgevend met de zender 4 verbonden navigatiesysteem 6, bijvoorbeeld een GPS-ontvanger. Daarnaast zal elk voertuig naast een zender 4 ook beschikken over een ontvanger 7, die tenmin-35 ste met het alarmsysteem 3 verbonden is. De zender 4 en ontvanger 7 kunnen daarbij geïntegreerd zijn in een mobiele telefoon 9. De verschillende componenten zijn met 1003511 3 elkaar verbonden via een centrale interface 12.

Het bewakingssysteem werkt nu als volgt. Wanneer een voertuig 2 wordt geparkeerd, zal het worden afgesloten en zal het alarmsysteem 3 worden geactiveerd. Dit alarm-5 systeem 3 omvat bijvoorbeeld een startonderbreker 19, een glasbreukmelder 20 en een in het inwendige van het voertuig aangebrachte ultrasoon-sensor 21. Ook andere modules kunnen aanwezig zijn, gericht op het bewaken van andere delen van het voertuig. Zodra getracht wordt in het voer-10 tuig in te breken of het voertuig te ontvreemden, zal het alarmsysteem 3 een alarmsignaal afgeven, dat door de zender 4 verzonden wordt. Dit door de zender verzonden signaal 15 wordt via eventuele steunzenders 16 doorgeleid naar het centrale ontvangststation 5.

15 Tegelijk met het alarmsignaal wordt ook de positie van het voertuig 2 doorgezonden naar het centraal ontvangststation 5. Deze positie wordt door het voertuig-navigatiesysteem bepaald, waarbij in het getoonde voorbeeld als voertuignavigatiesysteem een GPS-systeem voor-20 zien is. Daarbij wordt gebruik gemaakt van door een aantal satellieten 13 uitgezonden signalen 14, die de positie van het voertuig 2 met een nauwkeurigheid van enkele tientallen meters bepalen. Deze nauwkeurigheid is voor dit doel ruim voldoende. In het centraal ontvangststation 5 kan een 25 operator 17 op zijn computerbeeldscherm 18 het alarmsignaal zichtbaar maken, en kan daarbij ook de positie van het voertuig 2 dat het alarmsignaal uitzendt op de kaart laten zien. In het centraal ontvangststation 5 is daartoe een computer aanwezig (hier niet getoond) waarin de beno-30 digde kaartgegevens gedigitaliseerd opgeslagen zijn, en waarin verder programmatuur opgenomen is voor het verwerken en weergeven van de binnengekomen alarmsignalen. Het ontvreemde voertuig 2 kan verder op deze wijze constant gevolgd worden, zodat bijvoorbeeld ook de politie naar het 35 voertuig geleid kan worden.

Vanuit het centraal ontvangststation 5 kan via de mobiele telefoon 9 met het voertuig 2 gecommuniceerd 1003511 4 worden. In geval van ontvreemding van het voertuig 2, wanneer de crimineel erin geslaagd is het alarmsysteem 3 van het voertuig uit te schakelen, kan dit bijvoorbeeld door een commando vanuit de centrale meldkamer 5 op af-5 stand weer gedeeltelijk ingeschakeld worden. Ook kan vanuit de centrale meldkamer 5 een signaalbron in het voertuig zelf geactiveerd worden, zoals bijvoorbeeld een derde remlicht waarin het woord "GESTOLEN" oplicht of iets dergelijks. Daarnaast is het ook mogelijk om bijvoorbeeld 10 in het voertuig 2 een minicamera te installeren, waarvan de beelden eveneens door de mobiele telefoon 9 naar een centrale meldkamer 5 gezonden worden. Op deze wijze kan de identiteit van de crimineel eenvoudig vastgesteld worden.

Het bewakingssysteem 1 kan verder gecombineerd 15 zijn met een in het voertuig aanwezige coderings- en decoderingsinstallatie 8. Op deze wijze kan de gegevensuitwisseling tussen het voertuig 2 en de centrale meldkamer 5 gecodeerd plaatshebben, waardoor derden deze gegevens niet kunnen ontcijferen. De coderings- en decode-20 ringsmiddelen 8 kunnen bijvoorbeeld onderdeel vormen van een modem 10, dat verbonden is met de telefoon 9. Met behulp van dit modem 10 kunnen daarnaast de gebruikelijke kantoorapparaten als fax en PC geschikt gemaakt worden voor toepassing in het voertuig 2.

25 Volgens de uitvinding is voorzien dat de compu ter in de centrale meldkamer 5 de voertuigen 2 met enige regelmaat "ondervraagt" over hun positie. Op deze wijze kan een vloot voertuigen 2 bewaakt worden, hetgeen bijvoorbeeld van belang kan zijn voor koeriersbedrijven, 30 bewakingsbedrijven, bedrijven met ambulante onderhoudsmedewerkers en dergelijke. Deze ondervraging van het voer-tuignavigatiesysteem 6 door de computer van de centrale ontvangsteenheid 5 kan zoals gezegd periodiek plaatshebben onder besturing van de computer in de centrale meldkamer 35 5, maar kan ook handmatig uitgevoerd worden. Daarbij kunnen de posities van alle ondervraagde voertuigen 2 weergegeven worden op het beeldscherm van de operator 17.

1003511 5

Op dezelfde wijze kunnen gegevens vanuit de centrale meldkamer 5 worden doorgegeven aan het voertuignavigatie-systeem 6. Zo kan het navigatiesysteem 6 gevoed worden met routegegevens, waardoor het bewakingssysteem dus ook als 5 routeplannings- en besturingssysteem kan fungeren.

Het hiervoor beschreven bewakingssysteem maakt het mogelijk op eenvoudige wijze vanaf een centrale loka-tie een groot aantal voertuigen te bewaken en te volgen, zowel in geval van ontvreemden daarvan als tijdens normaal 10 gebruik.

1003511

Claims

6

1. Systeem (1) voor het op afstand bewaken van voertuigen (2), omvattende in elk te bewaken voertuig (2) een alarmsysteem (3), een bestuurbaar daarmee verbonden zender (4), een ontvanger (7) en een signaalgevend met de 5 zender (4) verbonden navigatiesysteem (6), alsmede een centraal ontvangststation (5), dat middelen vertoont voor het althans in geval van alarm opvragen van een door het navigatiesysteem (6) van elk van de voertuigen (2) bepaalde positie, met het kenmerk, dat de positie-opvraagmidde-10 len periodiek werkzaam zijn.

2. Bewakingssysteem (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de positie-opvraagmiddelen verder handmatig inschakelbaar zijn.

3. Bewakingssysteem (1) volgens conclusie l of 15 2, met het kenmerk, dat het centrale ontvangststation (5) ingericht is voor het aan het navigatiesysteem (6) van elk van de voertuigen (2) doorgeven van routegegevens.

4 Bewakingssysteem (1) volgens één der voorgaande conclusies, gekenmerkt door met de zender (4) en de 20 ontvanger (7) samenwerkende coderings- en decoderingsmid-delen (8).

5. Bewakingssysteem (1) volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de zender (4) en de ontvanger (7) geïntegreerd zijn in een mobiele telefoon (9), en de coderings- 25 en decoderingsmiddelen (8) opgenomen zijn in een met de mobiele telefoon (9) verbonden modem (10).

6. Bewakingssysteem (1) volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het alarmsysteem (3) op afstand bestuurbaar is, en het centraal ontvangst- 30 station (5) middelen omvat voor het genereren en naar de ontvanger (7) zenden van een besturingssignaal voor het alarmsysteem (3).

7. Samenstel (11) van een alarmsysteem (3), een zender (4), een ontvanger (7) en een navigatiesysteem (6) 35 in een voertuig (2), kennelijk bedoeld voor toepassing in 1003511 7 een bewakingssysteem (1) volgens één der voorgaande conclusies .

8. Samenstel (11) volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het alarmsysteem (3), de zender (4), de 5 ontvanger (7) en het voertuignavigatiesysteem (6) met elkaar verbonden zijn onder tussenkomst van een centrale interface (12).

9. Samenstel (11) volgens conclusie 8, gekenmerkt door een met de centrale interface (12) verbonden 10 modem (10).

10. Voertuig (2), voorzien van een samenstel (11) volgens één der conclusies 7 tot 9.

11. Centraal ontvangststation (5), kennelijk bedoeld voor toepassing in een bewakingssysteem (1) vol- 15 gens één der conclusies 1 tot 6. 1003511