NL1001302C2 - Noodsleepvoorziening voor vaartuigen. - Google Patents

Noodsleepvoorziening voor vaartuigen. Download PDF

Info

Publication number
NL1001302C2
NL1001302C2 NL1001302A NL1001302A NL1001302C2 NL 1001302 C2 NL1001302 C2 NL 1001302C2 NL 1001302 A NL1001302 A NL 1001302A NL 1001302 A NL1001302 A NL 1001302A NL 1001302 C2 NL1001302 C2 NL 1001302C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
vessel
cable
chain
hook
towing device
Prior art date
Application number
NL1001302A
Other languages
English (en)
Inventor
Markus Van Der Laan
Johannes Lourens Nederlof
Anthony Peter Helwig
Original Assignee
Willem Pot
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Willem Pot filed Critical Willem Pot
Priority to NL1001302A priority Critical patent/NL1001302C2/nl
Priority to PCT/NL1996/000376 priority patent/WO1997011876A1/nl
Priority to AU71471/96A priority patent/AU7147196A/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1001302C2 publication Critical patent/NL1001302C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63BSHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING 
    • B63B21/00Tying-up; Shifting, towing, or pushing equipment; Anchoring
    • B63B21/56Towing or pushing equipment

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Ocean & Marine Engineering (AREA)
  • Emergency Lowering Means (AREA)

Description

Noodsleepvoorziening voor vaartuigen
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een noodsleep-5 voorziening voor vaartuigen, omvattende een op het te slepen vaartuig aangebrachte ketting, die zodanig met het vaartuig verbonden is en een zodanige lengte heeft, dat het vrije uiteinde zich voorbij de buitenbegrenzing van het vaartuig kan uitstrekken. Deze ketting wordt in de techniek met 'chafing chain' aangeduid.
10 Na een aantal recente ongelukken op zee met in het bijzonder olie tankers zijn de laatste tijd steeds strengere veiligheidseisen gesteld. Deze betreffen onder andere de mogelijkheden om een onbestuurbaar schip te kunnen verbinden met een sleper onder moeilijke omstandigheden.
15 Een thans veel gebruikte werkwijze om een dergelijke verbinding op zware zee tot stand te brengen, is het vanaf een sleper schieten van een lijn naar het dek van het te slepen vaartuig. Daar wordt deze lijn aan een lier bevestigd en wordt met behulp van de lier via een draagkabel een sleepkabel overgebracht en bevestigd aan het betref-20 fende schip. Daarbij is het wel noodzakelijk dat zowel een werkende lier als een bedienende persoon op het in nood verkerende schip aanwezig zijn.
Het is inherent aan een noodsituatie dat niet aan deze voorwaarden voldaan wordt.
25 Om deze problemen weg te nemen zijn verschillende voorstellen ge daan.
Een eerste voorstel is het permanent aanbrengen van een sterke sleepkabel aan boord van het mogelijkerwijs te slepen vaartuig. Nadat de sleepboot een schietlijn naar het vaartuig overgebracht heeft, 30 wordt deze lijn verbonden met de sleepkabel en vervolgens naar de sleepboot getrokken. Daarmee worden de problemen die bestonden door de afwezigheid van een goed functionerende lier weggenomen.
Het is echter nog steeds noodzakelijk dat aan dek van het in nood verkerende schip een persoon aanwezig is, die in staat is de noodza-35 kelijke handelingen te verrichten.
Een eenvoudig te bedienen systeem is de hierboven beschreven sleepkabel te bevestigen aan een lichtere lijn en deze lijn vanaf het in nood verkerende systeem naar de sleper te schieten. Deze bediening is weliswaar bijzonder eenvoudig maar wordt door de bemanning van de 40 sleepboot niet altijd als veilig ondervonden. Nog steeds is een per- 1001302.
2 soon op het in nood verkende vaartuig noodzakelijk terwijl de inrichting waarmee de draagkabel verschoten dient te worden regelmatig onderhouden moet worden. Bovendien is de energie voor het wegschieten van een dergelijke kabel niet steeds aanwezig op het in nood verke-5 rende schip.
Het doel van de onderhavige uitvinding is in een verbeterde inrichting te voorzien die de hierboven beschreven nadelen niet heeft.
D.w.z. dat het niet langer noodzakelijk moet zijn om afhankelijk te zijn van het functioneren van een onderhoud vergende inrichting aan 10 boord van het te slepen vaartuig alsmede van zich daarop bevindend personeel. Bovendien dient de noodsleepvoorziening volgens de uitvinding zodanig te zijn uitgevoerd dat indien niet dadelijk met succes verbinding tussen de twee vaartuigen verwezenlijkt kan worden een verdere poging eenvoudig te herhalen is. Dit geldt niet wanneer de 15 kabel vanaf het dek van het in nood verkerende vaartuig verschoten dient te worden en een dergelijk afschieten geen succes heeft omdat normaliter slechts eenmaal geschoten kan worden.
Dit doel wordt bij een hierboven beschreven noodsleepvoorziening verwezenlijkt doordat met het vrije einde van die ketting een kabel-20 orgaan is verbonden, dat anderzijds gekoppeld is met op het vaartuig aangebrachte vangmiddelen, welke vangmiddelen omvatten een losneembaar op het vaartuig aangebracht vangorgaan, dat met het kabelorgaan verbonden is.
De uitvinding is gebaseerd op het inzicht dat het mogelijk is op 25 het te slepen vaartuig vangmiddelen aan te brengen welke met behulp van een uitwendig daarin aangebrachte kabel verplaatst kunnen worden. Deze vangmiddelen kunnen bijvoorbeeld met behulp van een breekpen aan het te slepen vaartuig aangebracht zijn. De kabel die in de vangmiddelen geplaatst dient te worden, kan van de sleper afkomstig zijn en 30 bijvoorbeeld door schieten naar het te slepen vaartuig gebracht wor den. Mocht een eerste poging falen dan zijn verdere pogingen met verdere kabels mogelijk. Op het slepende vaartuig is altijd energie aanwezig om een dergelijk afschieten mogelijk te maken. De vangmiddelen zijn in gebruik geheel autonoom, d.w.z. dat het niet noodzakelijk is 35 dat bedienend personeel aanwezig is op het te slepen vaartuig. Boven dien zijn deze zo goed als onderhoudsvrij en bijzonder eenvoudig uit te voeren. Daardoor is het mogelijk met verlaging van de kosten de veiligheid van het te slepen vaartuig te vergroten.
De vangmiddelen kunnen alle in de stand der techniek bekende con-40 structies omvatten voor het opvangen van een schietlijn van een ander 1001302.
3 vaartuig, zoals een sleper. Volgens een van voordeel zijnde uitvoering van de uitvinding omvatten deze vangmiddelen een vanglijn, die zich uitstrekt tussen een op het vaartuig aanwezige mast of andere verhoging en een lager punt van het vaartuig, zoals het dek. Daarbij 5 is de onderzijde van de vanglijn bij voorkeur voorzien van het vang- orgaan. Doelmatigerwijze is een en ander zodanig aangebracht dat de vanglijn zich naar beneden naar de voorsteven van het vaartuig uitstrekt waar zich tevens de kettingopslag bevindt waarmee het vangor-gaan via een kabelorgaan verbonden is.
10 Het vangorgaan kan alle in de stand der techniek bekende construc ties omvatten, maar bestaat bij voorkeur uit een vanghaak. Deze vanghaak kan, zoals hierboven aangegeven is, met een breekpen of met klemmiddelen aan het vaartuig bevestigd zijn, zodat bij het uitoefenen van een wat grotere kracht, zoals door een schietkabel afkomstig 15 van een sleper, deze uit zijn positie losschiet. Een dergelijke ver binding kan geheel onderhoudsvrij uitgevoerd worden.
Het is mogelijk met behulp van deze vanghaak een sleepkabel over te brengen naar de sleepboot, welke sleepkabel bevestigd is aan de ketting. Een dergelijke sleepkabel is echter verhoudingsgewijs lang en 20 vereist daardoor een aanzienlijke opslag. Bovendien is regelmatige inspectie van dergelijke sleepkabels noodzakelijk. Tevens is de investering verhoudingsgewijs hoog omdat een dergelijke kabel in praktijk tijdens normaal bedrijf nooit gebruikt zal worden.
Om minder afhankelijk te zijn van de kwaliteit van een sleepkabel 25 afkomstig van het te slepen vaartuig wordt volgens een alternatieve uitvoering van de uitvinding voorgesteld dat het kabelorgaan dat overgebracht wordt naar het sleepvaartuig een draagkabelsamenstel omvat waarmee een van de sleper afkomstige sleepkabel rondgevierd wordt. Dit kan een gebruikelijke constructie omvatten, zodat een dub-30 bele sleepkabel met de ketting van het te slepen vaartuig verbonden wordt. Dit heeft echter als nadeel dat de lus die contact met de laatste schalm van de ketting, aan bijzonder hoge (wrijvingskrachten) onderhevig is.
Om dit probleem te vermijden, wordt een bijzondere van de sleper 35 afkomstige sleepkabel voorgesteld, die bestaat uit een rond te vieren sleepkabelsamenstel. Dit uit twee kabels bestaande samenstel bevat enerzijds een kabel voor het rondvieren, die aan het punteinde van een haak bevestigd is. Anderzijds omvat deze de eigenlijke sleepkabel die met de eigenlijke haak verbonden is. Op deze wijze kan in een 40 haakverbinding tussen de laatste schalm van de ketting en de sleepka- 100130; 4 bel voorzien worden, waardoor het doorslijpprobleem weggenomen is.
De uitvinding zal hieronder aan de hand van de in de tekeningen afgeheelde uitvoeringsvoorbeelden nader verduidelijkt worden. Daarbij tonen: 5 Fig. 1 schematisch in zijaanzicht het tot stand komen van een ver binding tussen een sleper en een te slepen vaartuig;
Fig. 2 een detail van het tot stand komen van de verbinding tussen de bovengenoemde vaartuigen;
Fig. 3 een detail van het bovenaanzicht van het te slepen vaartuig; 10 Fig. 4a en 4b verschillende stadia van het overbrengen van een sleepkabel van het gesleepte vaartuig naar de sleper;
Fig. 5a-5e schematisch het overbrengen van een sleepkabel van een sleper naar het te slepen vaartuig in een eerste uitvoering; en
Fig. 6a en 6b een tweede uitvoering van de constructie volgens fig. 15 5.
In fig. 1 is een te slepen vaartuig, zoals een tanker, in zijn geheel met 1 aangegeven. Dit in nood verkerende schip dient gesleept te worden door een sleper 2. Daartoe is op het achterdek van de sleper een inrichting (niet afgebeeld) aanwezig voor het wegschieten van 20 schietlijnen 3 aan het vrije uiteinde verzwaard met een gewicht 15.
Aan boord van het vaartuig 1 bevindt zich een mast 6. Tussen het uiteinde van mast 6 en de voorsteven van het vaartuig strekt zich naar beneden naar het dek 7 toe een vanglijn 5 uit. Deze vanglijn 5 kan elke in de stand der techniek bekende lijn omvatten en zal bij-25 voorbeeld 10-30 mm dik zijn. Van belang is dat deze verhoudingsgewijs een glad oppervlak heeft, d.w.z. een lage wrijvingsweerstand. Deze kan bijvoorbeeld vervaardigd zijn uit een synthetische kabel. De hoek van de vanglijn 5 ten opzichte van het dek kan 45° zijn, maar begrepen dient te worden dat een breed bereik van hoeken mogelijk is.
30 Aan de onderzijde van vanglijn 5 bevindt zich een vanghaak 4. Deze is via een breekpen 14 verbonden aan de voorsteven van het schip, zoals blijkt uit fig. 2.
Vanghaak 4 is verbonden met een kabel 16. De wijze van verbinden varieert alnaargelang de uitvoeringsvorm van de uitvinding.
35 Uit fig. 1 en 2 blijkt dat indien een schietlijn 3 naar het voordek van het te slepen vaartuig 1 wordt geschoten deze langs vanglijn 4 naar beneden beweegt om in de vanghaak 4 uit te komen. Indien vervolgens kracht uitgeoefend wordt op kabel 3 zal breekpen 14 of elk ander aanwezig fixatiemiddel niet langer werkzaam zijn, zodat de haak 4 los 40 komt van het vaartuig, zoals in fig. 2 gestippeld is afgebeeld. I n 1 0 ü 1 3 0 £ « 5 fig. 3 is de altijd op het voordek van eeri vaartuig aanwezige hulp-sleepketting 10 afgebeeld. Deze is getoond in een opslag. Bovendien is deze verbonden met een kabelorgaan, dat alnaargelang de uitvoering volgens fig. 4 of 5 en 6 kan variëren.
5 In fig. 4a en b is een eerste variant getoond. Bij deze uitvoering is de vanghaak 4 verbonden met een enkele draagkabel 16. Deze maakt het verhoudingsgewijs gemakkelijk overbrengen van de vanghaak met behulp van schietlijn 3 naar de sleper mogelijk. Met draagkabel 16 is een zwaardere sleepkabel 17 verbonden, zoals blijkt uit fig. 4b. Deze 10 sleepkabel 17 is anderzijds verbonden met de hierboven beschreven ketting 10. Na het inhalen van de draagkabel 16 op de sleper kan vervolgens de sleepkabel binnengebracht worden. De lengte van ketting 10 is zodanig, dat deze altijd door de boeg van het te slepen vaartuig naar buiten zal steken, zodat wrijven van de sleepkabel 17 langs het 15 te slepen vaartuig uitgesloten is. Dit blijkt duidelijk uit fig. 4b.
Omdat de constructie volgens fig. 4 de aanwezigheid van een kostbare en enigszins onderhoudsgevoelige sleepkabel aan dek van het te slepen vaartuig vereist, worden de volgende varianten voorgesteld, waarbij dit niet langer noodzakelijk is: 20 In fig. 5a-e wordt een constructie afgebeeld waarbij met de vang haak 4 een draagkabelsamenstel verbonden is bestaande uit de kabels 8 en 9. Nadat de vanghaak aan boord van de sleper 2 getrokken is, ontstaat daarmee de mogelijkheid tot rondvieren. Aan boord van de sleper bevindt zich een sleepkabel 12, die met kabel 8 verbonden wordt en 25 door trekken aan kabel 9 door de laatste kettingschalm van de ketting op het te slepen vaartuig bewogen wordt.
Met deze constructie is de aanwezigheid van een niet gebruikte sleepkabel op het te slepen vaartuig niet langer noodzakelijk.
Om de slijtage die bij het slepen kan optreden tussen de laatste 30 schalm van de ketting van het te slepen vaartuig en de sleepkabel zoveel mogelijk te beperken is in fig. 6 een verdere variant van het stelsel volgens fig. 5 afgebeeld.
Uitgaande van de positie getoond in fig. 5d wordt vervolgens met het uiteinde van kabel 9 het einde van een haak 13 verbonden. Deze 35 haak 13 is anderzijds bevestigd aan een sleepkabel 12. Door de hier getoonde constructie grijpt de haak 13 in de laatste kettingschalm.
Zowel op haak 13 als op haak 4 kunnen borgmiddelen aanwezig zijn om deze na het aangrijpen van de betreffende ketting resp. kabel niet losneembaar daarmee te vergrendelen.
40 Hoewel de uitvinding hierboven aan de hand van een voorkeursuitvoe- 1 0 t ? 6 ring beschreven is, dient begrepen te worden dat daaraan talrijke wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder buiten het bereik van de onderhavige aanvrage te geraken.
Zo is het mogelijk de wijze van bevestigen van de vanghaak aan het 5 vaartuig met klemsystemen of andere losbreekbare systemen uit te voe ren. Bovendien kan de ketting op elke plaats van het schip, zoals de achtersteven, aangebracht worden en kan het tot stand komen van een verbinding met een vaartuig ook dienen voor het overbrengen van goederen, personen of energie.
10 1001302.

Claims (8)

1. Noodsleepvoorziening voor vaartuigen, omvattende een op het te slepen vaartuig (1 ) aangebrachte ketting (10), die zodanig met het 5 vaartuig verbonden is en een zodanige lengte heeft, dat het vrije uiteinde zich voorbij de buitenbegrenzing van het vaartuig kan uitstrekken, met het kenmerk, dat met het vrije einde van die ketting een kabelorgaan is verbonden, dat anderzijds gekoppeld is met op het vaartuig aangebrachte vangmiddelen (4,5), welke vangmiddelen omvatten 10 een losneembaar op het vaartuig aangebracht vangorgaan, dat met het kabelorgaan verbonden is.
2. Noodsleepvoorziening volgens conclusie 1, waarbij die vangmiddelen omvatten ten minste een vanglijn (5), die zich uitstrekt tussen een mast (6) of ander hoger liggend deel van het vaartuig en het dek 15 (7) daarvan, waarbij aan de onderzijde het vangorgaan is aangebracht.
3. Noodsleepvoorziening volgens conclusie 2, waarbij de vanglijn zich naar boven uitstrekkend vanaf de kettingopslag is aangebracht.
4. Noodsleepvoorziening volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het vangorgaan een vanghaak omvat.
5. Noodsleepvoorziening volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de vanghaak met een breekpen aan het vaartuig bevestigd is.
6. Noodsleepvoorziening volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het kabelorgaan een draagkabelsamenstel omvat.
7. Noodsleepvoorziening volgens conclusie 6, waarbij het draagka- 25 belsamenstel (7) twee parallelle onderling verbonden rond vierbare kabels (8,9) omvat.
8. Noodsleepvoorziening omvattende een met de ketting (10) te koppelen sleepkabelsamenstel, omvattende twee parallelle door de ketting te trekken kabels (9,12), waarbij een kabel omvat een draagkabel (9), 30 die verbonden is met het haakeinde van een haak (13), welke haak an derzijds is verbonden met de andere kabel (12), die uitgevoerd is als sleepkabel. 1001302.
NL1001302A 1995-09-27 1995-09-27 Noodsleepvoorziening voor vaartuigen. NL1001302C2 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1001302A NL1001302C2 (nl) 1995-09-27 1995-09-27 Noodsleepvoorziening voor vaartuigen.
PCT/NL1996/000376 WO1997011876A1 (nl) 1995-09-27 1996-09-27 Noodsleepvoorziening voor vaartuigen
AU71471/96A AU7147196A (en) 1995-09-27 1996-09-27 Emergency towing device for vessels

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1001302A NL1001302C2 (nl) 1995-09-27 1995-09-27 Noodsleepvoorziening voor vaartuigen.
NL1001302 1995-09-27

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1001302C2 true NL1001302C2 (nl) 1997-03-28

Family

ID=19761640

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1001302A NL1001302C2 (nl) 1995-09-27 1995-09-27 Noodsleepvoorziening voor vaartuigen.

Country Status (3)

Country Link
AU (1) AU7147196A (nl)
NL (1) NL1001302C2 (nl)
WO (1) WO1997011876A1 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN111867931A (zh) * 2017-11-20 2020-10-30 斯维特泽尔公司 拖船
US11591047B2 (en) 2017-11-20 2023-02-28 Svitzer A/S Tugboat

Families Citing this family (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1009938C1 (nl) 1998-08-25 2000-02-29 Imc Group B V Noodsleepvoorziening voor vaartuigen.
NO985595L (no) * 1998-11-30 2000-05-31 Otto M Helgesen Anordning ved store skip, eksempelvis tankbÕter, for Õ muliggjøre eller lette opprettelse av minst én slepetrosseforbindelse mellom skipet og én taubÕt
ES2245528B1 (es) * 2002-07-26 2007-03-16 Sar Remolcadores, S.L Sistema automatico de recogida y manipulacion de sirga para enganche entre remolcador y buque remolcado.
KR101818518B1 (ko) * 2011-02-16 2018-01-16 대우조선해양 주식회사 유체 이송 장치
US10189546B2 (en) 2016-06-17 2019-01-29 Alaska Maritime Prevention And Response Network Emergency ship arrest system and method
GB2568535B (en) * 2017-11-20 2020-12-02 Svitzer As Line handling system for coupling together lines on a tugboat
FI128398B (en) * 2018-03-29 2020-04-30 Rolls Royce Oy Ab Reprocessing system, special vessels, use of the reprocessing system and guide post
DE102021111952A1 (de) 2021-05-07 2022-11-10 Macgregor Germany Gmbh & Co. Kg System und Verfahren

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL7806357A (nl) * 1978-06-12 1979-12-14 Zantvoort Willem Ing Constructie voor het vastmaken van een schip aan een sleepboot.
DE4329557A1 (de) * 1993-09-02 1995-03-09 Richard Walter Meynell Verfahren und Einrichtung zum Anbringen einer Schlepptrosse an einem havarierten Schiff
WO1995013958A1 (en) * 1993-11-18 1995-05-26 Rapp Bomek A/S Rescue system for mounting on a vessel

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL7806357A (nl) * 1978-06-12 1979-12-14 Zantvoort Willem Ing Constructie voor het vastmaken van een schip aan een sleepboot.
DE4329557A1 (de) * 1993-09-02 1995-03-09 Richard Walter Meynell Verfahren und Einrichtung zum Anbringen einer Schlepptrosse an einem havarierten Schiff
WO1995013958A1 (en) * 1993-11-18 1995-05-26 Rapp Bomek A/S Rescue system for mounting on a vessel

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN111867931A (zh) * 2017-11-20 2020-10-30 斯维特泽尔公司 拖船
US11591047B2 (en) 2017-11-20 2023-02-28 Svitzer A/S Tugboat
US11702173B2 (en) 2017-11-20 2023-07-18 Svitzer A/S Tugboat

Also Published As

Publication number Publication date
AU7147196A (en) 1997-04-17
WO1997011876A1 (nl) 1997-04-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7156036B2 (en) Launch and recovery system
US4124181A (en) Helicopter external load pickup system
NL1001302C2 (nl) Noodsleepvoorziening voor vaartuigen.
US10933953B2 (en) Emergency ship arrest system and method
NL192034C (nl) Vaartuig voorzien van een aanslaginrichting voor het vasthouden van een lijn.
NL1009938C1 (nl) Noodsleepvoorziening voor vaartuigen.
NL1010650C1 (nl) Automatisch verbindingssysteem voor vaartuigen.
NL9302289A (nl) Werkwijze voor het in de scheepvaart manipuleren van een verbindingselement.
US4242978A (en) Hook assembly for retrieving the chain bridle component of broken marine vessel towing lines
EP0045556A2 (en) An anchor rack
US5241920A (en) Hook assembly for broken tow line retrieval and emergency marine towing
US5529010A (en) Transom link method and apparatus
US4041888A (en) Push tug-barge thrust transmittal means
GB2279619A (en) Method of and apparatus for capturing floating objects
US3993014A (en) Articulated push tug-barge thrust transmittal means
JPS60157983A (ja) ボ−ト着水装置
Soles et al. Emergency vessel attachment and towing system (EVATS™): Development and testing of a standalone system for improved safety, reliability, and versatility of towline securement to disabled oceangoing vessels
US2912954A (en) Device for mooring boats
NO141710B (no) Markeringsboeye.
SU874454A1 (ru) Буксирное устройство
House Ship Handling: Manoeuvring and Mooring Operations
US20120183384A1 (en) Marine debris grapple device and method
CA1149237A (en) Hook assembly for retrieving the chain bridle components of broken marine vessel towing lines
WO2002030735A1 (en) Automatic mooring hook
SU1082676A1 (ru) Швартовное устройство дл совместной сто нки судов

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20040401