BE861661A

BE861661A - Positief bevolen brandscherm

Info

Publication number: BE861661A
Application number: BE2056507A
Authority: BE
Original assignee: Jonckheere Gilbert R
Priority date: 1977-12-09
Filing date: 1977-12-09
Publication date: 1978-06-09

Description


  "Positief bevolen brandscherm"  <EMI ID=1.1> 

  
met andere woorden een scherm of gordijn dat aangebracht wordt in een schouwburg of dergelijke om, in geval van brand, de

  
 <EMI ID=2.1> 

  
ruimte achter het podium.

  
Zulk brandscherm dat in een stevige metaalkonstruktie dient verwezenlijkt te worden en aldus een relatief groot gewicht vertoont, wordt in de tot op heden bekende uitvoeringen steeds opgehangen aan een hefinrichting, takel of dergelijke die voorzien is van een remmekanisme om het scherm in zijn bovenste stand te houden waarbij zulk scherm, in het algemeen aan ieder uiteinde, voorzien is van tegengewichten die het vallen van het scherm, wanneer de voornoemde remmen worden gelost, enigszins moeten afremmen en waarbij tevens middelen zijn voorzien die, wanneer het brandscherm nagenoeg in de onderste stand is gekomen, de verdere val van het scherm verder afremmen.

   Deze laatste middelen worden meestal gevormd door met lucht gevulde cilinders die voorzien zijn van een kleine uitlaatopening en waarbij de zuiger van deze cilinders door het vallend scherm, meer speciaal op het einde van de beweging van het vallend scherm, wordt bevolen met het doel de in de cilinders aanwezige lucht langs de voornoemde kleine opening eruit te drijven en aldus een remmende werking uit te oefenen op het scherm.

  
Het is duidelijk dat men op deze wijze niet alleen een relatief kostelijke konstruktie verkrijgt doch tevens een konstruktie die zodanig is dat éénmaal de voornoemde remmen losgemaakt, het scherm naar beneden komt zodat, wanneer het scherm terug boven moet gehaald worden dit slechts kan geschieden door de voornoemde takel, hefinrichting of dergelijke terug aan te drijven, waarna de voornoemde remmen terug in werkstand worden gebracht.

  
Het is duidelijk dat dit een bewerking is die, bijzonder in panieksituaties, vrij veel tijd kan vergen.

  
De huidige uitvinding heeft dan ook betrekking op zulk brandscherm dat positief wordt aangedreven zowel in de dalende beweging als in de stijgende beweging ervan, waarbij dit brandscherm in om het even welke stand kan gehouden worden en waarbij de zeer eenvoudige doch uitermate doeltreffende konstruktie eenvoudig en zeer bedrijfszeker kan verwezenlijkt worden, enerzijds, terwijl de veiligheid van de ophanging maximaal is, anderzijds.

  
Dit brandscherm bestaat tot dit doel in de kombinatie van een eigenlijk scherm; twee kabels waaraan dit scherm is opgehangen en een hydraulische drukcilinder die tussen de voornoemde kabels en een vaste konstruktie is opgesteld ten einde het scherm in de hoge stand, respektievelijk de lage stand, te kunnen brengen.

  
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, twee voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een positief bevolen brandscherm volgens de uitvinding met verwijzing naar de bijgaande tekeningen waarin :
figuur 1 een vooraanzicht weergeeft van een positief bevolen brandscherm volgens de uitvinding, waarbij dit scherm zich in de hoogste stand bevindt; figuur 2 een zicht is volgens pijl F2 in figuur l; figuur 3 een doorsnede weergeeft volgens lijn III-III <EMI ID=3.1>  figuur 4 een zicht is gelijkaardig aan dit van figuur 1 doch voor het brandscherm in de omlaaggelaten stand; figuur 5 een schematische doorsnede weergeeft van de hydraulische aandrijfcilinder met aansluitingen; figuur 6 een zicht is gelijkaardig aan dit van figuur 1. doch voor een uitvoeringsvariante;

   figuur 7 een zicht is volgens pijl F7 in'figuur 6; figuur 8 een doorsnede weergeeft volgens lijn VIII-VIII in figuur 6.

  
In de figuren 1 tot 5 is een brandscherm 1 weergegeven dat in hoofdzaak gevormd wordt door geprofileerde panelen 2 in plaatijzer die gevat zijn in een randkonstruktie 3 ten einde

  
 <EMI ID=4.1> 

  
zelf gesteund is in een geschikt geraamte 8 en vervolgens over

  
 <EMI ID=5.1> 

  
op een as 10 die, door middel van een geschikte U-vormige steun
11, bevestigd is op het vrij uiteinde van de zuigerstang 12

  
van een hydraulische drukcilinder 13, waarvan het lichaam op geschikte wijze bevestigd is bijvoorbeeld eveneens met het voor-

  
 <EMI ID=6.1> 

  
kregen wordt door het huis van de voornoemde drukcilinder 13 te verbinden met dwarsliggers 14 en 15 van het voornoemd geraamte 8.

  
 <EMI ID=7.1> 

  
en is tenslotte vast bevestigd met bijvoorbeeld het voornoemd geraamte 8, meer speciaal met een dwarsligger 16 die tot dit doel is voorzien.

  
De kabel 5 passeert op zijn beurt over een loopwiel 17 dat vrij draaibaar is aangebracht op een as 18 die geschikt bevestigd is in het voornoemd geraamte 8 en is vervolgens aangebracht over een loopwiel 19 dat vrij draaibaar bevestigd is op een as 20 en waarbij deze laatste bevestigd is in een steun

  
 <EMI ID=8.1> 

  
De kabel 5 passeert, nadat hij rond het loopwiel 19 is gepasseerd, over een derde loopwiel 23 dat naast het voornoemde  <EMI ID=9.1> 

  
steun 11 aangebrachte as 10. Vervolgens is de kabel 5 tenslotte eveneens bevestigd met de voornoemde dwarsligger 16.

  
Het is duidelijk dat men op deze wijze verkrijgt dat door het intrekken van de hydraulische cilinder 13 de loopwielen

  
 <EMI ID=10.1> 

  
brandscherm gekontroleerd zal zakken om op ieder geschikt ogenblik tegengehouden te kunnen worden en waarbij, wanneer het brandscherm in een bepaalde stand is gekomen, dit laatste op eenvoudige wijze terug opwaarts kan verplaatst worden door de loop-

  
 <EMI ID=11.1> 

  
In figuur 5 is op schematische wijze nog weergegeven

  
dat de hydraulische drukcilinder 13 bij voorkeur zal voorzien worden van een bufferinrichting, die in dit geval eenvoudig wordt gevormd door het uiteinde van de zuiger 24 van de hydraulische drukcilinder 13 te voorzien van bijvoorbeeld een konisch uiteinde 25 dat kan samenwerken met een konische uitholling 26

  
in de bodem van het lichaam van de hydraulische cilinder 13.

  
Het is duidelijk dat men hierdoor verkrijgt dat, wanneer <EMI ID=12.1>  steeksel 25 van de zuiger 24 in de konische uitholling 26 dringt, waardoor de olie die in deze konische uitholling 26 aanwezig

  
is tussen de wanden van de delen 25 en 26 naar achter wordt geperst wat een afremming in de daalsnelheid van het scherm als gevolg heeft zodat deze laatste zeer zacht op de grond terecht komt.

  
In figuur 5 is nog schematisch aangeduid dat, om het brandscherm omlaag te laten, via een zogenaamde gepiloteerde

  
 <EMI ID=13.1> 

  
als gevolg heeft dat de zuiger, enerzijds, wordt verplaatst terwijl, anderzijds, de olie die zich vóór de zuiger bevindt, via de gepiloteerde terugslagklep wordt afgevoerd. 

  
 <EMI ID=14.1> 

  
Omgekeerd, om het brandscherm terug opwaarts te Bewegen volstaat het olie vóór de zuiger 24 te brengen en de olie achter de zuiger de verwijderen. De gepilotéerde terugslagklep heeft als hoofdzakelijk doel erin te voorzien dat, wanneer de cilinder niet meer gestuurd wordt, iedere verdere beweging van het brandscherm belet wordt.

  
Met de hydraulische drukcilinder 13 staat eveneens een valklep 28 in verbinding die zelf via een leiding 29 uitgeeft in een niet getoond oliereservoir en waarbij in de leiding 29 een normaal gesloten klep 30 is aangebracht. Ook deze klep 28 zorgt ervoor dat wanneer zich bijvoorbeeld in de leiding 29 een breuk zou voordoen, de klep 28 sluit ingevolge een te grote doorstroomsnelheid van de olie waardoor ook langs deze zijde het ongewild neerkomen van het brandscherm, bij geval van breuk van een leiding, wordt vermeden.

  
De uitvoering volgens de figuren 6 tot 8 is gelijkaardig als deze beschreven aan de hand van de figuren 1 tot 5, met dit eenvoudig verschil dat de hydraulische drukcilinder merke-

  
 <EMI ID=15.1> 

  
wanneer men plaatsgebrek heeft, waarbij in dit geval, om de nodige hoogteverplaatsing van het scherm 1 te kunnen verkrijgen, de kabels 4 en 5 meerdere malen lusvormig zijn teruggevoerd. Inderdaad is de kabel 4 in dit geval over een loopwiel 6 gevoerd dat op een as 7 is bevestigd, waarna deze kabel over een loopwiel 9 wordt gevoerd dat op een as 10 is aangebracht en

  
 <EMI ID=16.1> 

  
een tweede loopwiel 32 op de as 10 en vervolgens is verbonden met de voornoemde dwarsligger 16, terwijl de kabel 5 passeert over het loopwiel 17 dat op de as 18 is aangebracht, vervolgens over het loopwiel 19 dat op de as 20 is aangebracht en verder passeert over een derde loopwiel 33 op de as 10, een derde

Claims

� <EMI ID=17.1>

en vervolgens is bevestigd met de voornoemde dwarsligger 16.

Het is duidelijk dat de huidige uitvinding geenszins beperkt is tot de als voorbeeld beschreven en in de bijgaande tekeningen weergegeven uitvoering.

EISEN.

1.- Positief bevolen brandscherm, met het kenmerk dat het bestaat in de kombinatie van een eigenlijk scherm; twee kabels waaraan dit scherm is opgehangen en een hydraulische drukcilinder die tussen de voornoemde kabels en een vaste konstruktie is opgesteld ten einde het scherm in de hoge stand, respektievelijk de lage stand, te kunnen brengen.

2.- Positief bevolen brandscherm volgens eis 1, met het kenmerk dat de voornoemde hydraulische cilinder op een plaats, gelegen boven de hoogste stand van het brandscherm, horizontaal is opgesteld.

3.- Positief bevolen brandscherm volgens eis 1 of 2, met het kenmerk dat het lichaam van de drukcilinder bevestigd is met een vaste konstruktie terwijl het vrij uiteinde van de zuigerstang voorzien is van een steun waarin vrij draaibaar twee eerste loopwielen zijn aangebracht voor de twee voornoemde kabels.

<EMI ID=18.1>

1 tot 3, met het kenmerk dat op een horizontale denkbeeldige lijn, getrokken doorheen de voornoemde drukcilinder, en boven iedere voornoemde kabel een voor de betrokken kabel bedoeld tweede loopwiel is voorzien, waarbij deze tweede loopwielen ieder vrij draaibaar op een met de voornoemde vaste konstruktie bevestigde as zijn aangebracht.

5.- Positief bevolen brandscherm volgens één der voorgaande eisen, met het kenmerk dat de eerste kabel eerst over het betrokken tweede loopwiel wordt gevoerd, vervolgens over het betrokken eerste loopwiel om daarna, teruggevoerd te worden in de richting van het voornoemd tweede loopwiel om uiteindelijk bevestigd te zijn met de vaste konstruktie ter plaatse van het lichaam van de drukcilinder.

6.- Positief bevolen brandscherm volgens één der voorgaande eisen, met het kenmerk dat de tweede kabel eerst over het betrokken tweede loopwiel wordt aangebracht, vervolgens naar het ander uiteinde van de inrichting wordt gevoerd en aldaar over een derde loopwiel wordt teruggevoerd naar het voornoemd eerste loopwiel om daarna nogmaals teruggevoerd te worden in de richting van het voornoemd derde loopwiel om uiteindelijk bevestigd te zijn met de vaste konstruktie ter plaatse van het lichaam van de drukcilinder.

7.- Positief bevolen brandscherm volgens eis 6, met het kenmerk dat het derde loopwiel vrij draaibaar is aangebracht op een as die bevestigd is met de voornoemde vaste konstruktie.

8.- Positief bevolen brandscherm volgens één der voorgaande eisen, met het kenmerk dat de hydraulische cilinder een lengte heeft die gelijk is aan ongeveer de hoogte van het brandscherm, respektievelijk ongeveer de verplaatsingsafstand van het brandscherm.

9.- Positief bevolen brandscherm volgens één der eisen

1 tot 7, met het kenmerk dat de hydraulische drukcilinder een lengte vertoont die kleiner is dan de hoogte van het brandscherm, respektievelijk de verplaatsingsafstand van het brandscherm, waarbij ter plaatse van één der tweede loopwielen en ter plaatse van de eerste loopwielen twee of meer loopwielen zijn bijgeplaatst en waarbij de voornoemde kabels tussen deze drie of meer tweede loopwielen en vier of meer eerste loopwielen tweeof meermalen zijn rondgevoerd.

<EMI ID=19.1>

gaande eisen, met het kenmerk dat in de hydraulische cilinder 1

<EMI ID=20.1>

voorafgaand beschreven en weergegeven in de bijgaande tekeningen.