BE1030174A1

BE1030174A1 - Scherminrichting

Info

Publication number: BE1030174A1
Application number: BE20225012A
Authority: BE
Inventors: Luc Valcke
Original assignee: Valcke En Zoon
Priority date: 2022-01-12
Filing date: 2022-01-12
Publication date: 2023-08-04
Also published as: BE1030174B1

Abstract

Deze uitvinding betreft een scherminrichting (1) met een kader (2) waarin één of meerdere afschermende elementen (5) zijn opgenomen en een draagconstructie, die meerdere palen (3) omvat, ter ondersteuning van het kader (2), waarbij elke paal (3): - een basisprofiel (10) omvat, dat vast is opgesteld in de scherminrichting (1), en voorzien is om minstens twee aangrenzende zijwanden (15, 16, 41) van de paal (3) te vormen en dat dubbelwandig is uitgevoerd om de dragende functie van de paal (3) op zich te nemen; en - een sluitprofiel (11) omvat, dat voorzien is om minstens één bijkomende aangrenzende zijwand (17, 18) van de paal (3) te vormen, dat losmaakbaar bevestigbaar is aan het basisprofiel (10), om samen met het basisprofiel (10) een holte (19) in de paal (3) af te bakenen.

Description

SCHERMINRICHTING

Deze uitvinding betreft een scherminrichting omvattende een kader waarin één of meerdere afschermende elementen zijn opgenomen en een draagconstructie, die meerdere palen omvat, ter ondersteuning van het kader, waarbij de palen een dragende functie hebben en elke paal een hoofdzakelijk rechthoekige dwarsdoorsnede heeft en hiertoe: - een basisprofiel omvat, dat vast is opgesteld in de scherminrichting en voorzien is om minstens twee aangrenzende zijwanden van de paal te vormen; en - een sluitprofiel omvat, dat voorzien is om minstens één bijkomende aangrenzende zijwand van de paal te vormen en dat losmaakbaar bevestigbaar is aan het basisprofiel, om samen met het basisprofiel een holte in de paal af te bakenen.

Een dergelijke scherminrichting is bijvoorbeeld beschreven en afgebeeld in

BE 1 019 767 A3. De haaks op elkaar staande benen van het basisprofiel dienen daarbij versterkt te worden met minstens één losmaakbaar versterkingselement dat deze benen met elkaar bevindt. Door dergelijke versterkingselementen te voorzien, wordt een betere toegang tot de holte in de paal verzekerd voor het hierin aanbrengen van nutsvoorzieningen, zoals afwateringsbuizen en/of bekabeling, enz. Echter, deze versterkingselementen vormen nog steeds hindernissen voor het aanbrengen van dergelijke nutsvoorzieningen.

Het doel van deze uitvinding is te voorzien in een verbeterde versie van een dergelijke scherminrichting.

Dit doel wordt bereikt door te voorzien in een dergelijke scherminrichting waarbij elk basisprofiel dubbelwandig is uitgevoerd en de dragende functie van de betreffende paal op zich neemt.

Door het basisprofiel nu dubbelwandig uit te voeren, zodat dit basisprofiel de dragende functie van de betreffende paal op zich kan nemen, zijn geen verdere versterkingselementen nodig die in de holte van de paal de benen van het basisprofiel dienen te verbinden om de dragende functie van deze paal te verzekeren. Op deze manier is de holte binnen de paal maximaal benutbaar voor nutsvoorzieningen. Er dienen ook geen dergelijke versterkingselementen verwijderd te worden, zoals wel nog het geval was in de scherminrichting uit BE 1 019 767 A3 om dergelijke nutsvoorzieningen bereikbaar te maken voor herstellingen of vervanging. Enkel het sluitprofiel dient hiertoe verwijderd te worden, dat niet bijdraagt aan de dragende functie van de paal. Het basisprofiel zorgt voor de nodige sterkte van de paal. Het sluitprofiel kan eventueel de stabiliteit helpen verzekeren, maar draagt niet bij aan de sterkte van de paal. Hierdoor kan dit sluitprofiel zonder enig gevaar naar sterkte van de constructie toe verwijderd worden om toegang te bieden tot de holte in de paal.

De draagconstructie wordt hierdoor niet verzwakt. Wanneer het basisprofiel drie zijwanden van de paal vormt en het sluitprofiel één zijwand, kan bij een sterke paal toch een relatief grote opening vrijgemaakt worden. Wanneer het basisprofiel twee zijwanden van de paal vormt en het sluitprofiel eveneens twee zijwanden van de paal vormt, kan nog steeds een voldoende sterke paal uitgewerkt worden, waarin bij verwijdering van het sluitprofiel twee zijwanden vrij gemaakt kunnen worden, om maximaal toegang tot de holte in de paal te verzekeren.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat elke zijwand van het basisprofiel een buitenwand, een binnenwand en tussenschotten, die zich tussen de buitenwand en de binnenwand uitstrekken om het basisprofiel dubbelwandig uit te voeren.

In een bijzondere uitvoeringsvorm omvat de scherminrichting één of meerdere wandafschermelementen en zijn de palen voorzien van schermgeleiders voor het geleiden van laterale zijden van de wandafschermelementen.

Elke schermgeleider omvat daarbij bij voorkeur een eerste zijwand, die gevormd wordt door het basisprofiel van de corresponderende paal en een tweede zijwand, die gevormd wordt door het sluitprofiel van de corresponderende paal.

Meer specifiek kunnen de één of meerdere wandafschermelementen in een dergelijke uitvoeringsvorm een op een schermrol op- en afrolbaar scherm omvatten. In de eerste zijwand van het basisprofiel is dan bij voorkeur een opening in de buitenwand voorzien voor het hierin aanbrengen van de schermrol met het scherm. De binnenwand van de eerste zijwand is dan bij voorkeur voorzien van bevestigingsmiddelen voor het roteerbaar hieraan bevestigen van de schermrol.

Het basisprofiel en het sluitprofiel van een paal van een scherminrichting volgens deze uitvinding zijn bij voorkeur onderling bevestigbaar met behulp van een klikverbinding. Een dergelijke klikverbinding is een verbinding waarmee een dergelijk sluitprofiel éénvoudig losmaakbaar bevestigbaar kan voorzien worden.

Een genoemde schermgeleider omvat bij voorkeur ook een achterwand. Een genoemde klikverbinding is daarbij dan bij voorkeur voorzien ter hoogte van de achterwand van een dergelijke schermgeleider. Zo kan de verbinding tussen het basisprofiel en het sluitprofiel op een esthetische manier aan het oog onttrokken worden door de tweede zijwand van de schermgeleider. Nog meer voorkeurdragend maakt deze achterwand daarbij deel uit van het basisprofiel en is de klikverbinding voorzien ter hoogte van de aansluiting van de achterwand op de tweede zijwand van de schermgeleider.

Een scherminrichting volgens deze uitvinding omvat bij voorkeur vier genoemde palen, waartussen balken zijn bevestigd, die samen het kader vormen. De basisprofielen van de vier palen nemen daarbij bij voorkeur de dragende functie op zich ter ondersteuning van het kader.

Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van enkele voorkeurdragende scherminrichtingen volgens deze uitvinding. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden van deze uitvinding aan te duiden, en kan dus niet geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.

In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij in - Figuur 1 een uitvoeringsvorm van een scherminrichting volgens deze uitvinding in perspectief is afgebeeld; - Figuur 2 een paal van een scherminrichting volgens deze uitvinding met een deel van een hierin aangebracht op- en afrolbaar scherm in dwarsdoorsnede is afgebeeld; - Figuur 3 een deel van het basisprofiel van een paal van een scherminrichting volgens deze uitvinding afzonderlijk in perspectief is afgebeeld, vanaf de binnenzijde gezien; - Figuur 4 het deel van het basisprofiel uit figuur 3 in perspectief is afgebeeld, vanaf de buitenzijde gezien; - Figuur 5 een deel van een scherminrichting volgens deze uitvinding in perspectief is afgebeeld ter hoogte van de aansluiting van een paal op enkele balken, met de paal en een balk opengewerkt, en een schermrol in gedemonteerde toestand; - Figuur 6 een deel van een scherminrichting volgens deze uitvinding in perspectief is afgebeeld ter hoogte van de aansluiting van een paal op enkele balken, met de paal en de balken opengewerkt en een schermrol in gemonteerde toestand - Figuur 7 een alternatieve uitvoeringsvorm van een paal van een scherminrichting volgens deze uitvinding in dwarsdoorsnede is afgebeeld; - Figuur 8 de paal uit figuur 7 in dwarsdoorsnede is afgebeeld, met afwerkingsprofielen aangebracht in de schermgeleiders.

De in de figuren afgebeelde scherminrichting (1) omvat vier palen (3) waartussen balken (4) zijn aangebracht, die samen een kader (2) vormen. In het kader (2) zijn lamellen (5) evenwijdig aan elkaar opgesteld.

De lamellen (5) kunnen daarbij kantelbaar en/of verschuifbaar voorzien zijn. In een gesloten stand kunnen deze lamellen (5) dan samen een afdak vormen om hiermee bijvoorbeeld een terras te overkappen en af te schermen van zon en/of neerslag. In een open stand kunnen de lamellen (5) zonlicht doorlaten. 5 In plaats van lamellen (5) kunnen ook alternatieve dakafschermelementen (5) voorzien worden in een scherminrichting (1) volgens de uitvinding. Zo zou bijvoorbeeld een vaste dakbedekking of een op- en afrolbaar scherm of een opvouwbaar scherm voorzien kunnen worden in een dergelijk kader (2).

In de afgebeelde uitvoeringsvorm is het kader (2) ondersteund door vier palen (3).

Alternatief zou dit kader (2) bijvoorbeeld ook aan één zijde bevestigd kunnen worden aan een muur en aan de tegenovergestelde zijde ondersteund kunnen worden door dergelijke palen (3). Verder alternatief kunnen bij grotere overkappingen ook meer dan twee palen (3) aan één zijde van de scherminrichting (1) opgesteld worden, zodat het kader (2) bijvoorbeeld door 6 palen (3) ondersteund kan worden.

De palen (3) omvatten elk een basisprofiel (10) en een sluitprofiel (11).

Het basisprofiel (10) is telkens vast opgesteld in de scherminrichting (1).

Dit basisprofiel (10) heeft in de eerste afgebeelde uitvoeringsvorm (zie figuren 2-4) een hoofdzakelijk L-vormige dwarsdoorsnede en in de tweede afgebeelde uitvoeringsvorm (zie figuren 7-8) een hoofdzakelijk U-vormige dwarsdoorsnede. De aangrenzende benen (15, 16, 41) staan daarbij nagenoeg onder een rechte hoek ten opzichte van elkaar. In de afgebeelde uitvoeringsvormen is het basisprofiel (10) nagenoeg spiegelsymmetrisch opgebouwd. Een eerste been (15) van dit basisprofiel (10) vormt daarbij een eerste zijwand (15) van de paal (3), terwijl een tweede been (16) van dit basisprofiel (10) een aangrenzende tweede zijwand (16) van de paal (3) vormt. In de tweede afgebeelde uitvoeringsvorm vormt een derde been (41) van het basisprofiel (10) een aangrenzende derde zijwand (41) van de paal (3). Het basisprofiel (10) is telkens dubbelwandig uitgevoerd. De benen (15, 16, 41) van het basisprofiel (10) omvatten daartoe in de afgebeelde uitvoeringsvormen een buitenwand (12), een binnenwand (13) en tussenschotten (14) die de buitenwand (12) met de binnenwand (13) verbinden.

Het sluitprofiel (11) heeft in de eerste afgebeelde uitvoeringsvorm (zie figuur 2) eveneens een hoofdzakelijk L-vormige dwarsdoorsnede. De benen (17, 18) staan daarbij onder een nagenoeg rechte hoek ten opzichte van elkaar. Voorkeurdragend is deze hoek daarbij iets kleiner dan 90°. In deze uitvoeringsvorm is het sluitprofiel (11) nagenoeg spiegelsymmetrisch opgebouwd. In de tweede afgebeelde uitvoeringsvorm (zie figuren 7-8) omvat het sluitprofiel (11) een enkel been (18). Het sluitprofiel (11) is telkens losmaakbaar bevestigbaar aan het basisprofiel (10). Het sluitprofiel (11) is hiertoe telkens met behulp van meerdere klikverbindingen (26, 27) bevestigbaar aan het basisprofiel (10). Alternatief zou het sluitprofiel (11) bijvoorbeeld via schuiven aan het basisprofiel (10) bevestigbaar voorzien kunnen worden. De vorm van de verbindende delen zijn zodanig dat het sluitprofiel (11) bevestigbaar en demonteerbaar is zonder vervorming of schade. Voorkeurdragend wordt hierbij een spanningsverbinding tussen het basisprofiel (10) en het sluitprofiel (11) gerealiseerd. In bevestigde toestand kan een eerste been (17) van dit sluitprofiel (11) daarbij een derde zijwand (17) van de paal (3) vormen, terwijl een (tweede) been (18) van het sluitprofiel (11) steeds een aangrenzende vierde zijwand (18) van de paal (3) vormt.

Elke paal (3) heeft zo een hoofdzakelijk rechthoekige dwarsdoorsnede die in de afgebeelde uitvoeringsvormen nagenoeg vierkant is. Elke paal (3) is telkens hol uitgevoerd, waarbij het basisprofiel (10) en het sluitprofiel (11) samen de holte (19) in de paal (3) afschermen. Deze holte (19) is geschikt voor het hierin aanbrengen van niet afgebeelde nutsvoorzieningen, zoals afwateringsbuizen en/of bekabeling, enz.

Het basisprofiel (10) en het sluitprofiel (11) kunnen bijvoorbeeld vervaardigd worden via extrusie uit bijvoorbeeld aluminium.

In figuur 1 zijn geen zijwanden voorzien in de scherminrichting (1). Een dergelijke scherminrichting (1) kan echter aan één of meerdere zijden voorzien worden van zijwanden, die al dan niet verplaatsbaar zijn tussen een gesloten stand, waarbij ze een corresponderende zijde afschermen en een open stand, waarbij ze de corresponderende zijde vrij laten.

In de figuren 2-6 is zo afgebeeld hoe een dergelijke scherminrichting (1) bijvoorbeeld voorzien kan worden van een op een schermrol (8) op- en afrolbaar scherm (6). Dit scherm (6) is aan een eerste uiteinde bevestigd aan de schermrol (8) en aan zijn tegenovergestelde uiteinde bevestigd aan een onderlat (7).

Alternatief of aanvullend zouden ook andere wandafschermelementen voorzien kunnen worden, zoals bijvoorbeeld een schuifdeur.

Om de afgebeelde uitvoeringsvormen te voorzien van een dergelijke schermrol (8) met een hierop op- en afrolbaar scherm (6), is in de eerste zijwand (15) van het basisprofiel (10) in de buitenwand (12) een opening (30) voorzien voor het hierin aanbrengen van een uiteinde van de schermrol (8) met het scherm (6) en in de binnenwand (13) een holte (31) en schroefgaten (37) ter bevestiging van een ashouder (32) voor het hierin roteerbaar bevestigen van de as (9) van de schermrol (8). Deze opening (30), holte (31) en schroefgaten (36, 37) kunnen bijvoorbeeld door boren en/of frezen voorzien worden. De ashouder (32) kan daarbij aan deze binnenwand (13) bevestigd worden met behulp van schroeven (38) die in corresponderende schroefgaten (37) aangebracht worden.

Een op deze manier aan de paal (3) bevestigde schermrol (8) kan daarbij aangebracht worden in een hiertoe voorziene holte (34) in een balk (4) van de scherminrichting (1) die aan deze paal (3) bevestigd is. Deze balk (4) kan hiertoe opgebouwd zijn uit een basisprofiel (33) dat voor de sterkte van de balk (4) zorgt en een sluitprofiel (35) waarmee de holte (34) in de balk (4) kan afgeschermd worden. Tussen het basisprofiel (33) en het sluitprofiel (35) strekt zich dan aan de onderzijde van de balk (4) een sleufvormige opening uit, voor het hier doorheen op- en afrollen van het scherm (6).

Aan het basisprofiel (10) kan bijkomend een drukplaat (28) bevestigd worden voor het bevestigen van de balk (4) aan de paal (3) met behulp van schroeven (29) in corresponderende schroefgaten (36), zoals te zien is in de figuren 2 en 5-6. Deze drukplaat (28) is daarbij bij voorkeur plaatvormig uitgevoerd om maximaal aan te sluiten tegen de binnenwand (13) van het basisprofiel (10). Deze drukplaat (28) is niet vereist voor de sterkte van de paal (3), maar enkel voorzien voor de bevestiging van schroeven (38, 29), dit om de spreiding van het drukvlak van de schroeven (38, 29) te vergroten. Deze drukplaat (28) strekt zich bij voorkeur enkel ter hoogte van de corresponderende balk (4) uit.

In de tweede afgebeelde uitvoeringsvorm is analoog nog een bijkomende drukplaat (43) bevestigd voor het in het verlengde van de eerste balk (4) bevestigen van een tweede balk aan dezelfde paal (3).

Analoog kunnen ook voor andere nutsvoorzieningen openingen in de buitenwand (12) en/of de binnenwand (13) voorzien worden, waarbij erop gelet dient te worden dat het basisprofiel (10) de draagfunctie van de corresponderende paal (3) op zich kan blijven nemen. Zo kunnen bijvoorbeeld openingen voorzien worden voor bedrading en/of openingen voor afwateringsbuizen, enz. Waar nodig kunnen ook analoog verdere drukplaten voorzien worden om drukvlakken van corresponderende schroeven te vergroten.

In de afgebeelde uitvoeringsvormen zijn de palen (3) telkens voorzien van schermgeleiders (20) voor het hierin geleiden van de laterale zijden van een dergelijk scherm (6), zoals afgebeeld in figuur 2. Een eerste zijwand (21) en een achterwand (23) van elke schermgeleider (20) worden telkens gevormd door het basisprofiel (10). Een tweede zijwand (22) wordt telkens gevormd door het sluitprofiel (11). Ter hoogte van de aansluiting van de achterwand (23) op de tweede zijwand (22) zijn klikmiddelen (26, 27) voorzien voor het realiseren van een corresponderende klikverbinding (26, 27) tussen het basisprofiel (10) en het sluitprofiel (11). Deze klikverbinding (26, 27) wordt zo aan het oog onttrokken door de tweede zijwand (22). Aan de uiteinden van de zijwanden (21, 22) van de schermgeleiders (20) weg van de achterwand (23) zijn kragen (24, 25) voorzien, voor het hierachter aangrijpen van verende elementen (40) van een geleidingsprofiel (39) waarin een verdikte laterale zijde van het scherm (6) geleidend is opgenomen.

Dergelijke palen (3) kunnen ook voorzien worden in scherminrichtingen (1) waarin geen dergelijk scherm (6) geleidend in een schermgeleider (20) aangebracht wordt.

Het is dan mogelijk om in deze schermgeleider (20) een afwerkingsprofiel (42) te klikken, zoals te zien is in figuur 8, dit om esthetische redenen en om vuilophoping in een dergelijke schermgeleider (20) te vermijden.

Claims

CONCLUSIES

1. Scherminrichting (1) omvattende een kader (2) waarin één of meerdere dakafschermelementen (5) zijn opgenomen en een draagconstructie, die meerdere palen (3) omvat, ter ondersteuning van het kader (2), waarbij de palen (3) een dragende functie hebben en elke paal (3) een hoofdzakelijk rechthoekige dwarsdoorsnede heeft en hiertoe: — een basisprofiel (10) omvat, dat vast is opgesteld in de scherminrichting (1) en voorzien is om minstens twee aangrenzende zijwanden (15, 16, 41) van de paal (3) te vormen; en — een sluitprofiel (11) omvat, dat voorzien is om minstens één bijkomende aangrenzende zijwand (17, 18) van de paal (3) te vormen en dat losmaakbaar bevestigbaar is aan het basisprofiel (10-, om samen met het basisprofiel (10) een holte (19) in de paal (3) af te bakenen; met het kenmerk dat elk basisprofiel (10) dubbelwandig is uitgevoerd en de dragende functie van de betreffende paal (3) op zich neemt.

2. Scherminrichting (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat elke zijwand (15, 16, 41) van het basisprofiel (10) een buitenwand (12) omvat, een binnenwand (13) omvat en tussenschotten (14) omvat, die zich tussen de buitenwand (12) en de binnenwand (13) uitstrekken om het basisprofiel (10) dubbelwandig uit te voeren.

3. Scherminrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de scherminrichting (1) één of meerdere wandafschermelementen (6) omvat en dat de palen (3) voorzien zijn van schermgeleiders (20) voor het geleiden van laterale zijden van de wandafschermelementen (6).

4. Scherminrichting (1) volgens conclusie 3, met het kenmerk dat elke schermgeleider (20) een eerste zijwand (21) omvat, die gevormd wordt door het basisprofiel (10) van de corresponderende paal (3) en een tweede zijwand (22) omvat, die gevormd wordt door het sluitprofiel (11) van de corresponderende paal (3).

5. Scherminrichting (1) volgens conclusies 2 en 3 of 4, met het kenmerk dat de één of meerdere wandafschermelementen (6) een op een schermrol (8) op- en afrolbaar scherm (6) omvatten en dat in een eerste zijwand (15) van het basisprofiel (10) een opening (30) in de buitenwand (12) is voorzien voor het hierin aanbrengen van de schermrol (8) met het scherm (6) en dat de binnenwand (13) van de eerste zijwand (15) voorzien is van bevestigingsmiddelen (31) voor het roteerbaar hieraan bevestigen van de schermrol (8).

6. Scherminrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het basisprofiel (10) en het sluitprofiel (11) onderling bevestigbaar zijn met behulp van een klikverbinding (26, 27).

7. Scherminrichting (1) volgens conclusie 6 en conclusie 4, met het kenmerk dat elke schermgeleider (20) een achterwand (23) omvat en dat de klikverbinding (26, 27) voorzien is ter hoogte van de achterwand (23).

8. Scherminrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de scherminrichting (1) vier genoemde palen (3) omvat, waartussen balken (4) zijn bevestigd, die samen het kader (2) vormen en waarbij de basisprofielen (10) van de vier palen (3) de dragende functie op zich nemen ter ondersteuning van het kader (2).