BE1028224B1 - Een overkapping - Google Patents

Een overkapping Download PDF

Info

Publication number
BE1028224B1
BE1028224B1 BE20205264A BE202005264A BE1028224B1 BE 1028224 B1 BE1028224 B1 BE 1028224B1 BE 20205264 A BE20205264 A BE 20205264A BE 202005264 A BE202005264 A BE 202005264A BE 1028224 B1 BE1028224 B1 BE 1028224B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
canopy
roof
canopy according
connecting element
corner
Prior art date
Application number
BE20205264A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1028224A1 (nl
Inventor
Pieter Brabant
Stijn Colpaert
Frene Joost De
Rycke Thomas De
Meulemeester Lennart De
Kristof Lemiegre
Original Assignee
Renson Sunprotection Screens
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to BE20205264A priority Critical patent/BE1028224B1/nl
Application filed by Renson Sunprotection Screens filed Critical Renson Sunprotection Screens
Priority to EP21727216.0A priority patent/EP4139531B1/en
Priority to PCT/IB2021/053280 priority patent/WO2021214677A1/en
Priority to US17/919,838 priority patent/US20230193631A1/en
Priority to CA3175587A priority patent/CA3175587A1/en
Priority to EP21727540.3A priority patent/EP4139536A1/en
Priority to AU2021260177A priority patent/AU2021260177A1/en
Priority to PCT/IB2021/053273 priority patent/WO2021214671A1/en
Priority to JP2022563168A priority patent/JP2023522899A/ja
Publication of BE1028224A1 publication Critical patent/BE1028224A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1028224B1 publication Critical patent/BE1028224B1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D13/00Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
    • E04D13/04Roof drainage; Drainage fittings in flat roofs, balconies or the like
    • E04D13/064Gutters
    • E04D13/0643Gutter corners
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D13/00Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
    • E04D13/04Roof drainage; Drainage fittings in flat roofs, balconies or the like
    • E04D13/08Down pipes; Special clamping means therefor
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F10/00Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04BGENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
    • E04B1/00Constructions in general; Structures which are not restricted either to walls, e.g. partitions, or floors or ceilings or roofs
    • E04B1/0046Loggias
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D13/00Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
    • E04D13/04Roof drainage; Drainage fittings in flat roofs, balconies or the like
    • E04D13/08Down pipes; Special clamping means therefor
    • E04D2013/0893Down pipes; Special clamping means therefor incorporated in building structure

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Building Awnings And Sunshades (AREA)
  • Supports For Plants (AREA)
  • Acyclic And Carbocyclic Compounds In Medicinal Compositions (AREA)
  • Medicines That Contain Protein Lipid Enzymes And Other Medicines (AREA)
  • Transition And Organic Metals Composition Catalysts For Addition Polymerization (AREA)

Abstract

Een overkapping opgebouwd uit een steunpilaar (70) voorzien van een holte voor het afvoeren van op de overkapping invallende neerslag richting een grondoppervlak en ten minste twee liggers (3, 4) die elk voorzien zijn van een inwendige goot voor het afvoeren van op de overkapping invallende neerslag naar een kops uiteinde van de ligger. Op het kops uiteinde van de liggers is een kopschot (60) bevestigd. Een hoekverbindingselement (43) is vast bevestigd aan de steunpilaar en aan de kopschotten. Door de hoekverbinding te vormen met een hoekverbindingselement verhoogt de stevigheid van de hoekverbinding, hetgeen resulteert in een overkapping die hogere lasten aankan.

Description

Een overkapping
[0001] Technisch vakgebied
[0002] De onderhavige ultvinding heeft betrekking op een overkapping. [00031 Stand der techniek
[0004] Dergelijke overkappingen worden doorgaans opgesteld om een buiten gelegen plaats af te schermen of juist vrij te maken. Zo worden dergelijke scherminrichtingen vaak opgesteld bij woningen, restaurants, winkels, etc. om een buitenterras of dergelijke af tc schermen van zonnestralen, neerslag en/of wind of juist om tijdelijk zonnestralen binnen te laten. Deze overkappingen kunnen bijvoorbeeld worden uitgevoerd onder de vorm van luifels, pergola’s, veranda's, carports, enz.
[0005] Een dergelijke overkapping omvat typisch een dakkader dat minstens gedeeltelijk ondersteund is door kolommen. Uitzonderlijk kan het dakkader ook ondersteund zijn door een andere dakconstructie. Het dakkader is algemeen opgebouwd uit meerdere liggers die samengesteld zijn tot één of meerdere kaders waarin een dakinvuiling kan worden bevestigd. De liggers zelf zijn vaak een samenstelling van meerdere individuele profielen. Een dergelijk dakkader is typisch ondersteund door vier (of meer) kolommen waartussen cen wandinvulling kan worden voorzien. Eveneens kunnen er minder kolommen worden gebruikt in geval het dakkader ondersteund wordt door andere structuren, zoals een muur van een reeds bestaande structuur.
[0006] De dakinvulling kan vast of verplaatsbaar zijn, bijvoorbeeld een openschuifbaar dak. De dakinvulling van een openschuifbaar dak kan bijvoorbeeld bestaan uit een oprolbaar doek of scherm, lamellen die rond hun as roteren, of van segmenten die over elkaar heen kunnen schuiven. De segmenten kunnen panelen zijn die deels gemaakt zijn van (gelaagd) glas of kunststof, zoals PC of PMMA. Afhankelijk van de materiaalkeuze kan de lichtdoorlatendheid en robuustheid van het dak afgestemd worden naar de gewenste toepassing. De wandinvulling kan eveneens vast of verplaatsbaar zijn, Voorbeelden zijn cen oprolbaar doek of scherm of beweegbare, Le. verschuifbare of vouwbare, panelen.
[6007] Tevens werden er reeds verschillende soorten kolommen ontwikkeld die naast hun algemene ondersteuningsfunctie ook andere functies omvatten. Zo kunnen de kolommen aangepast zijn om tevens toevoerleidingen naar elektrische apparatuur te voorzien en/of afvoerbuizen voor afvoer van neerslag te omvatten en/of geleidmgsprofielen voor een scherm te omvatten. Bij voorkeur dient de kolom alle hierboven beschreven functies te kunnen omvatten en daarbij tevens naar buiten toe zo esthetisch mogelijk te zijn afgewerkt.
[0008] BE 2014/00015 openbaart een overkapping opgebouwd uit kolommen en liggers. In het bijzonder omvat de overkapping een steunpilaar voorzien van een holte voor het afvoeren van op de overkapping invallende neerslag richting cen grondoppervlak en ten minste twee liggers die elk voorzien zijn van een inwendige goot voor het afvoeren van op de overkapping invallende neerslag naar een kops ulteinde van de ligger. Voor de verbinding van de liggers aan de steunpilaar wordt gebruik gemaakt van kopschotten. In het bijzonder is er per ligger een kopschot voorzien dat de verbinding vormt tussen elke ligger en de steunpilaar, Concreet omvat het integraal gevormde kopschot een bovenste deel dat door middel van schroeven wordt vastgezet op een kops uiteinde van de ligger, in het bijzonder door de schroeven vast te schroeven in daartoe voorziene schroefkanalen in de liggers. Vanuit het bovenste deel strekt zich neerwaarts een shift uit die aangebracht is in de holte van de steunpilaar.
[0009] Echter is gebleken dat de overkapping geopenbaard in BE 2014/00015 in bepaalde weersomstandigheden, bijvoorbeeld bij een overmaat van wind en/of neerslag, kan bezwijken onder de hoge lasten.
[0010] Beschrijving van de uitvinding
[0011] Het is cen doel van de onderhavige uitvinding om een overkapping te voorzien die hogere lasten aankan.
[0012] Dit doel wordt gercaliseerd door dat de overkapping verder cen hockverbindingselement omvat dat vast bevestigd is aan de steunpilaar en aan de kopschotten op het kops uiteinde van de liggers.
[0013] Het hoekverbindingselement is zowel vast bevestigd aan de steunpilaar als aan de liggers, namelijk via tussenkomst van de kopschotten, en doet dienst als constructief element van de hoekverbinding. Di in tegenstelling tot de overkapping geopenbaard in BE 2014/00015 waarbij de hoekverbinding gevormd is door de kopschotten zelf ais constructief elementen. Door de hoekverbinding te vormen met een hoekverbindingselement in plaats van door meerdere afzonderlijke kopschotten, namelijk één per ligger, verhoogt de stevigheid van de hoekverbinding, hetgeen resulteert in een overkapping die hogere lasten aankan.
[0014] In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is het hoekverbindingselement voorzien van ten minste één doorgang, bij voorkeur ten minste twee doorgangen, waarbij elke doorgang cen goot van cen ligger in verbinding stelt met de holte van de steunpilaar. Hierdoor 15 het mogelijk om op de overkapping invallende neerslag af te voeren naar cen grondoppervlak via de liggers en de steunpilaar zonder nood aan extern zichtbare afvoerbuizen.
[0015] In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is het hoekverbindingselement voorzien van een veelheid aan steunbenen die zich uitstrekken richting de steunpilaar, waarbij genoemde ten minste twee doorgangen voorzien zijn tussen de steunbenen. De steunbenen vormen een eenvoudige manier om het hoogteverschil te overbruggen tussen de verbinding van het hoekverbindingselement aan de liggers en de verbinding van het hoek verbindingselement aan de steunkolom met daarbij doorgangen open te laten voor waterafvoer. Dit hoogteverschil is typisch aanwezig zodat de inwendige goot van de ligger in verbinding kan staan met de steunkolom, [00161 In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is het hoekverbindingselement voorzien van cen veelheid aan steunbenen die zich uitstrekken richting de steunpilaar, waarbij genoemde steunbenen vast bevestigd zijn aan de steunpilaar, in het bijzonder door bevestigingsmiddelen zoals bouten. Het gebruik van de steunbenen voor bevestiging aan de steunpilaar is voordelig aangezien de steunbenen dan een dubbele functie uitvoeren, namelijk bevestiging en het hoogteverschil overbruggen zoals reeds hierboven beschreven.
[0017] In cen uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is het hockverbindingselement voorzien van minstens twee zijwanden, waarbij elk kopschot bevestigd is tegen een zijwand van het hoekverbindingselement. Typisch zal elk hoekverbindingselement een aantal zijden hebben dat minstens gelijk is aan het aantal liggers dat verbonden dient te worden zodat de verschillende verbindingen aan de liggers geen invloed hebben op elkaar, Verder is de wand-tegen-wand bevestiging tussen de kopschotten en het hoekverbindingselement voordelig omdat dit resulteert in een maximaal contactoppervlak om drukkrachten, bijvoorbeeld door zijdelingse windlasten, door te geven.
[0018] In een voordelige uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is elk kopschot voorzien van ten minste één boutopening en dat het hoekverbindingsclement voorzien is van cen overeenkomstige boutopening in elke zijwand, welke boutopeningen geconfigureerd zijn voor het bevestigen van cen kopschot op het hoekverbindingselement.
[0019] In een voordelige uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is elk kopschot voorzien van ten minste één haak die geconfigureerd is om vast te haken op een bovenste uiteinde van elke zijwand van het hoek verbindingselement voor het bevestigen van een kopschot op het eerste deel.
[0020] Deze voordelige uitvoeringsvormen laten toe om de kopschotten op verschillende manieren of op meerdere manieren tegelijkertijd te bevestigen aan het hoek verbindingselement. De haken zijn gemakkelijk in gebruik en kunnen bijvoorbeeld gebruikt worden tijdens de installatic om de liggers cerst vast te haken en daarna, zonder deze dus te moeten ondersteunen, vast te bevestigen met de bouten.
[0021] In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is elk kopschot voorzien is van een fuit dat aanslmt op genoemde goot. De tuit kan dienen voor het overbruggen van de afstand tussen de ligger en de holte in de kolom.
[0022] In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvindimg omvat de overkapping verder een afvoer, waarbij de afvoer aan zijn bovenzijde voorzien is van ten minste één inbrengholte die gepositioneerd is in genoemde doorgang. Bij voorkeur wordt genoemde tuit ten minste gedeeltelijk ontvangen in genoemde inbrengholte. Indien nodig kan de inbrengholte ook deels of geheel de afstand tussen de ligger en de holte in de kolom overbruggen, Echter, bij voorkeur, zijn de inbrengholtes bedoeld om cen overeenkomstige tuit ten minste gedeeltelijk te ontvangen. Dit algemeen voor het vermijden van lekken in de afvoer die zich uitstrekt doorheen verschillende elementen,
[0023] In een voordelige uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding omvat de overkapping verder een afvoer, waarbij de afvoer cen neerwaartse buis omvat gepositioneerd binnenin de holte van de steunpilaar. Op deze manier wordt het risico op lekker verder verlaagd ten opzichte van de situatie waarbij de afvoer uitgeeft op de holte zelf.
[0024] In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding heeft het hoekverbindingselement een nagenoeg balkvormig deel met vier zijwanden, waarbij, vanuit de hoekpunten tussen de zijwanden, zich telkens een steunbeen uitstrekt vanaf het balkvormig deel richting de steunpilaar.
Het balkvormig deel is voordelig aangezien éénzelfde hoekverbindingselement dan kan gebruikt worden voor zowel een hoekverbinding tussen twee, drie, als vier liggers. De steunbenen hebben dezelfde voordelen zoals reeds hierboven beschreven.
[0025] In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is het hoekverbindingselement integraal gevormd. Een integraal gevormd hoekverbindingselement heeft de voorkeur gezien de hogere stevigheid en het beperken van het montagewerk ten opzichte van een hoekverbindimgselement dat uit meerdere stukken bestaat.
[0026] Korte beschrijving van de tekeningen
[0027] De uitvinding zal hierna verder in detail worden verklaard aan de hand van de volgende beschrijving en van de bijgevoegde tekeningen.
[0028] Figuur 1 toont een schematisch beeld van een overkapping volgens de uitvinding.
[0029] Figuur 2 toont een uitvoering van de overkapping met een wandinvulling.
[0030] Figuur 3 toont ecn doorsnede doorhcen de externe pivotbalk van de overkapping van figuur
2. (0031! Figuur 4 toont een doorsnede doorheen de kolom van de overkapping van figuur 2.
[0032] Figuur 5 toont een perspecticfaanzicht van de pivotbalk van figuur 3 met daarop een 5 Kopschot bevestigd.
[0033] Figuren 6A en 6B tonen cen perspectiefaanzicht van het kopschot van figuur 5.
[0034] Figuur 7 toont een perspectiefaanzicht van de kolom van de overkapping van figuur 2.
[0035] Figuur 8 toont een perspectiefaanzicht van de hoekverbinding van twee liggers met een ondersteunende kolom.
[0036] Figuren 9A en 9B tonen meer details omtrent een spanstuk voor de verbinding tussen een ligger en de kolom in de overkapping van figuur 2. (0037! Figuur 10 toont éénzelfde perspectiefaanzicht als figuur S waarbij de liggers zijn weggenomen en waar een waterafvoer is toegevoegd.
[0038] Figuur 11 toont een perspectiefaanzicht van de waterafvoer van figuur 10.
[0039] Uitvoeringsvormen van de uitvinding
[0040] De onderhavige uitvinding zal hierna beschreven worden aan de hand van welbepaalde uitvocringsvormen en onder verwijzing naar bepaalde tekeningen, doch de uitvinding is daar niet toe beperkt en wordt enkel gedefinieerd door de conclusies. De hier weergegeven tekeningen zijn enkel schematische weergaven en zijn niet beperkend. In de tekeningen kunnen de afmetingen van bepaalde onderdelen vergroot zijn weergegeven, wat betekent dat de onderdelen in kwestie dus niet op schaal zijn weergegeven, en dit enkel voor illustratieve doeleinden. De afmetingen en de relatieve afmetingen komen niet noodzakelijkerwijze overeen met de werkelijke praktijkuitvoeringen van de uitvinding.
[0041] Daarenboven worden termen zoals “eerste”, “tweede”, “derde”, en dergelijke in de beschrijving en in de conclusies gebruikt om een onderscheid te maken tussen gelijkaardige elementen en niet noodzakelijkerwijze om een sequentiële of chronologische volgorde aan te geven. De termen in kwestie zijn onderling verwisselbaar in de daarvoor geschikte omstandigheden, en de uitvoeringsvormen van de uitvinding kunnen in andere volgorden werken dan deze die hier worden beschreven of geïllustreerd.
[0042] De term “omvattende” en afgeleide termen, zoals die gebruikt worden in de conclusies, moet of moeten niet geïnterpreteerd worden als beperkt zijnde tot de middelen die telkens daarna vermeld worden; de term sluit andere elementen of stappen niet uit. De term moet geïnterpreteerd worden als een specificatie van de vermelde eigenschappen, gehele getallen, stappen, of componenten waarnaar wordt verwezen, zonder dat evenwel de aanwezigheid of het toevoegen wordt uitgesioten van een of meer bijkomende eigenschappen, gehele getallen, stappen, of componenten, of groepen daarvan. De reikwijdte van een oúdrokking zoals “een mrichting omvattende de middelen À en B” is dan ook niet enkel beperkt tot inrichtingen die zuiver bestaan uit componenten A en B. Wat er daarentegen bedoeld wordt, is dat, voor wat betreft de onderhavige uitvinding, de enige relevante componenten A en B zijn.
[0043] Met betrekking tot figuur 3 zal elke verwijzing naar cen oriëntatie van de liggers geïnterpreteerd worden met referentie tot de stand bij montage in de overkapping. Op die manier is sprake van vier oriëntaties, namelijk boven, onder, buiten en binnen. Daarbij verwijst “boven” naar het gedeelte van de ligger dat georiënteerd is of zal zijn richting het bovenvlak (de hemel, eg. de open lucht), “onder” naar het gedeelte van de ligger dat georiënteerd is of zal zijn richting het grondvlak (de aarde, e.g. de terrasvloer), “buiten” naar het gedeelte van de ligger dat georiënteerd is of zal zijn weg het dak, Le. weg van de dakinvulling (Le. de linkerzijde in figuur 3) en “binnen” naar het gedeelte van de ligger dat georiënteerd is of zal zijn naar de binnenzijde van het dak, Le. gericht naar de dakinvulling (Le. de rechterzijde in figuur 3).
[0044] De term “nagenoeg” omvat variaties van +/- 10% of minder, bij voorkeur +/-5% of minder, meer bij voorkeur +/-1% of minder, en meer nog bij voorkeur +/-0.1% of minder, van de gespecificeerde toestand, in zo ver de variaties van toepassing zijn om te functioneren in de bekend gemaakte uitvinding. Het dient te worden verstaan dat de term “nagenoeg A” bedoeld is om ook “A” te omvatten.
[0045] Figuur 1 illustreert een overkapping | voor cen grondoppervlak, bijvoorbeeld een terras of tuin. De overkapping omvat een veelheid aan kolommen 2 die verschillende liggers 3, 4, 5 ondersteunen. De kolommen en liggers vormen samen kaders waaraan wandinvullingen 6 en/of dakbedekkingen 7 kunnen worden bevestigd zoals hierna beschreven. De overkapping | omvat drie types liggers 3, 4, 5, namelijk: - een ligger 3 die aan de buitenzijde van de overkapping 1 dienst doet als externe pivotbalk 3; - een ligger 4 die centraal in de overkapping 1 dienst doet als centrale pivotbalk 4; 38 en - een ligger 5 die dienst doet als spanbalk 5. Het zal ook worden geapprecieerd dat de liggers 3, 4, 5 aan andere structuren, bijvoorbeeld een muur of gevel, kunnen worden bevestigd in plaats van uitsluitend steunend op kolommen 2 zoals getoond in figuur |. Op een dergelijke manier kan de overkapping 1 algemeen ingezet worden voor het afschermen van cen buitenruimte, alsook voor een binnenruimte.
[0046] Figuur 2 toont een overkapping 1 met een wandinvulling 6. De overkapping 1 heeft vier steunkolommen 2 die een kader, ook dakkader genoemd, ondersteunen. Het kader is gevormd uit twee externe pivotbalken 3 en twee spanbalken 5 waartussen een dakbedekking 7 is voorzien.
[0047] In de getoonde uitvoering wordt de dakbedekking 7 gevormd door lamellen die aan hun kopse uiteinden draaibaar bevestigd zijn aan pivotbalken 3. De lamellen zijn draaibaar tussen cen open stand en een gesloten stand. In de open stand bevindt er zich een tussenruimte tussen de lamellen waardoorheen bijvoorbeeld lucht de onderliggende ruimte kan binnengebracht worden of deze onderliggende ruimte kan verlaten. In de gesloten stand vormen de lamellen een gesloten afdak waarmee de onderliggende ruimte kan afgeschermd worden van bijvoorbeeld wind en/of neerslag, zoals regen, hagel of sneeuw. Naar afvoer van neerslag toe zijn de lamellen typisch schuin aflopend opgesteld naar één van beide pivotbalken 3 toe.
[0048] De lamellen zijn typisch vervaardigd uit een rigide materiaal. Dit kan bijvoorbeeld aluminium zijn. Aluminium heeft veel voordelen als materiaal, het is namelijk tegelijk robuust en licht, goed bestand tegen slechte weersomstandigheden en vereist weinig onderhoud. Andere materialen zijn echter ook geschikt en de voor- of nadelen ervan zijn verondersteld gekend te zijn door de vakman. Een lamel kan met behulp van verschillende technieken geproduceerd worden afhankelijk van het materiaal, waaronder extruderen, frezen, zetten, gieten, lassen, enzovoort. De gepaste productietechniek wordt verondersteld gekend te zijn door de vakman. Bij voorkeur worden de lamellen vervaardigd door middel van een extrusieproces. Eventueel kunnen opvulelementen uit bijvoorbeeld polycarbonaat, glas, hout, enz. gebruikt worden om de holle lamellen ten minste gedeeltelijk op te vullen, bijvoorbeeld om een ander uitzicht van de lamel te bekomen.
[0049] In cen uitvoering kunnen de lamellen daarnaast, in hun open stand, eventucel verschuifbaar in de overkapping 1 voorzien zijn, dit om de regelopties qua lichtinval, stralingswarmte en ventilatie verder te vergroten,
[0050] Meer algemeen is de dakbedekking 7 vast opgesteld of verplaatsbaar. Een verplaatsbare dakbedekking omvat, bijvoorbeeld, kantelbare en/of verschuifbare lamellen (zoals hierboven beschreven) en/of op- en afrolbare schermen en/of verschuifbare panelen. De individuele elementen van de verplaatsbare dakbedekking 7 vormen in hun gesloten stand een nagenoeg waterdicht dak waarmee de onderliggende ruimte kan afgeschermd worden van bijvoorbeeld wind en/of neerslag, zoals regen, hagel of sneeuw. Deze dakbedekking 7 wordt typisch afgewaterd naar de pivotbalken 3, 4 en van daaruit direct of via de spanbalken 5 naar de kolommen 2. Door verschuiven en/of roteren van lamellen en/of de panelen en/of door oprollen van een scherm kan de dakbedekking 7 minstens gedeeltelijk geopend en/of gesloten worden om zo lichtinval, stralingswarmte, ventilatie, neerslag, etc. naar de ruimte onder de dakbedekking 7 toe naar keuze te kunnen bepalen.
[0051] Wandinvullingen 6 zijn typisch bedoeld om openingen onder de overkapping 1 tussen de kolommen 2 af te schermen. De wandinvullingen 6 kunnen vast opgesteld of verplaatsbaar zijn. Verplaatsbare zijwanden omvatten, bijvoorbeeld, op- en afrolbare schermen en/of wandelementen die verschuifbaar opgesteld zijn ten opzichte van elkaar, etc. Vast opgestelde zijwanden kunnen vervaardigd worden uit verschillende materialen, zoals kunststof, glas, metaal, textiel, hout, etc. Combinaties van verschillende wandinvullingen 6 zijn eveneens mogelijk.
[0052] Figuur 2 illustreert een wandinvulling in de vorm van een op- en afrolbaar scherm 6. Het scherm 6 strekt zich uit tussen twee aangrenzende kolommen 2 en is afrolbaar vanuit de externe pivotbalk 3. Het scherm 6 doet voornamelijk dienst als wind- en/of zonnescherm.
[0053] Algemeen zijn de ligger 3, 4, 5 opgebouwd uit één of meerdere profielen zoals hierna beschreven. De profielen zijn typisch vervaardigd uit een rigide materiaal. Dit kan bijvoorbeeld aluminium zijn. Aluminium hoeft veel voordelen als proficlmateriaal, het is namelijk tegelijk robuust en licht, goed bestand tegen slechte weersomstandigheden en vereist weinig onderhoud. Andere materialen zijn echter ook geschikt en de voor- of nadelen ervan zijn verondersteld gekend te zijn door de vakman. Een profiel kan met behulp van verschillende technieken geproduceerd worden afhankelijk van het materiaal, waaronder extruderen, frezen, zetten, gieten, lassen, enzovoort, waarbij extruderen de voorkeur draagt. De gepaste productetechniek wordt verondersteld gekend te zijn door de vakman.
[0054] Algemeen zijn de liggers 3, 4, 5 van de overkapping | hol uitgevoerd zoals blijkt uit figuur
3. De liggers 3, 4, 5 zijn samengesteld uit een veelheid aan profielen. Hierna wordt summier ingegaan op de verschillende profielen van de liggers en hun onderlinge verbinding, Het spreekt voor zich dat meerdere varianten voor zowel samenstelling van de liggers als de onderlinge verbinding van de profielen denkbaar zijn alsook dat de specifieke vormgeving van de profielen kan verschillen, Daarenboven is het ook mogelijk dat de functionaliteit van verschillende profielen wordt gecombineerd in éénzelfde integraal vervaardigd profiel, bijvoorbeeld is het mogelijk om het basisprofiel 12 met het extern gootprofiel 13 samen te vormen als een integraal gevormd kernprofiel.
(0055! Voor het vormen van de liggers 3, 4, 5 worden de profielen op een specifieke manier met elkaar verbonden. Algemeen wordt gebruik gemaakt van pinverbindingen en/of haakverbindingen. In een pinverbinding is typisch een elastisch element {niet getoond} aanwezig in een vrouwelijk element, bijvoorbeeld een sleufelement, waarin een mannelijk element, bijvoorbeeld cen pin, aangrijpt. Vandaar omvat een pinverbinding in zijn algemeenheid een elastisch in elkaar aangrijpend mannelijk on vrouwelijk clement hiertoe kan een bijkomend elastisch clement worden voorzien, maar dif is niet noodzakelijk het geval. De elasticiteit kan ook voortkomen uit de vormgeving van de mannelijke en vrouwelijke elementen. In een haakverbindingen is typisch sprake van twee elementen met een zodanige vormgeving dat deze in elkaar haken. Hierbij is er geen sprake van een elastisch element en wordt de verbinding uit eikaar gehaald door de elementen in de correcte richting van elkaar weg te bewegen.
[0056] Daarenboven wordt, algemeen, per verbinding van twee profielen met elkaar, gebruik gemaakt van twec afzonderlijke verbindingen. Dit bevordert de stevigheid van de verbinding, maar draagt voornamelijk toe aan de correcte onderlinge positionering van de profielen. Het is namelijk zo dat, indien sicchts één verbinding wordt gebruikt voor twee profielen, er meer speling is van de onderlinge positionering, hetgeen aanleiding kan geven tot een afwijkende positionering, in het bijzonder door windlasten en/of neerslaglasten.
[0057] Figuur 3 toont een doorsnede doorheen de externe pivotbalk 3 van de overkapping van figuur 2. De externe pivotbalk 3 is bedoeld om aan de buitenzijde van de overkapping | te worden geplaatst en dient te voorzien in waterafvoer van op de overkapping invallende neerslag. In bet bijzonder kan deze neerslag bijvoorbeeld zijn opgevangen door een lamellendak 7 dat neerslag afvoert naar deze pivotbalk 3. De dakinvalhng 7 voert de neerslag af naar de pivotbalk 3 waar deze wordt opgevangen in de externe goot 28. Tussen de externe goot 28 en de holte 27 is de tussenwand 211 aanwezig die voorzien is van één of meerdere openingen, bijvoorbeeld cen reeks perforaties, zodanig dat de neerslag van de externe goot 28 naar de holte 27 wordt afgeleid. Vandaar dat ook de bodem van de externe goot 28 bij voorkeur hellend afloopt naar de holte 27 toe. De holte 27 doet dienst als interne goot voor de doorvoer van neerslag van één of meerdere hierop aansluitende pivotbalken 3 naar een kolom 2 waarlangs deze neerslag de overkapping | kan verlaten zoals hierna beschreven.
[0058] De pivotbalk 3 is opgebouwd uit cen aantal profielen, namelijk een basisprofiel 12, een dubbel gootprofiel 13, een voorkap 14, een dekselprofiel 15, een verbindingsprofiel 16 en cen afsluitprofiei 19. Een schermholte 25 is gevormd door het basisprofiel 12, het dubbel gootprofiel 13 en de voorkap 14. De schermholte 25 is bedoeld voor het houden van een op- en afrolbaar scherm 6 dat dienst doet als zijwand van de overkapping 1 zoals getoond in figuur 2. Het dekselprofie] 15 dient voor het afsluiten van een technische ruimte 26 in de externe pivotbalk 3. Deze technische ruimte 26 kan dienen voor het huizen van aandrijfmiddelen voor het kantelen van lamellen van de dakbedekking 7 en/of bekabeling voor bijvoorbeeld verlichting, enz. De voorkap 14 en het dekselprofiel 15 zijn beide afneembaar. Daardoor zijn de schermholte 25 en de technische ruimte 26 toegankelijk zodanig dat aanpassingen, regelingen en/of herstellingen kunnen worden uitgevoerd indien nodig.
(0059! De voorkap 14 vormt typisch de buitenzijde van de externe pivotbalk 3 en is bevestigd aan het basisprofiel 12 door tussenkomst van cen verbindingsprofiel 16, In de getoonde uitvoeringsvormen is de voorkap 14 verder voorzien van een verstevigingsribbe 41 en een sleuf 42, De verstevigingsribbe 41 draagt bij aan de stijfheid van de voorkap 14 en is nuttig voor het bekomen van de vereiste weerstand bij grotere belastingen, in het bijzonder bij het overbruggen van relatief grote lengtes, De sleuf 42 is voorzien voor het hierin aanbrengen van cen houder (niet getoond) die dienst doet als aanslag voor het scherm 6 bij het oprollen daarvan. Alternatief kan de sleuf 42 of een andere wand dienst doen als dergelijke schermrolaanslag.
[0060] De pivotbalk 3 omvat tevens een ruimte 32 tussen het dekselprofiel 15 en een gedeelte van het basisprofiel 12. Het dubbel gootprofiel 13 is tevens voorzien van ruimten 29, 30 die worden afgesloten met behulp van het hoofdzakelijk U-vormige afslaitprofiel 19.
[0061] Verder is de externe pivotbalk 3 nog voorzien van schroefkanalen 115, 116, 117, 208, 219, 220 voor het met behulp van schroeven of bouten op een uiteinde van deze ligger 3 vastschroeven van een kopschot ten behoeve van het verbinden van de ligger met een kolom van de overkapping
1. Schroefkanaal 115 is voorzien aan de onderzijde van het basisprofiel 12; schroefkanaal 116 is voorzien centraal in het basisprofiel 12 in de schermhoite 25; schroefkanaal 117 18 voorzien aan de bovenzijde van het basisprofiei 12 in de technische ruimte 26; schroefkanaal 208 is voorzien op het bovenste buitenste hoekpunt van de inwendige goot 27; en de schroefkanalen 219, 220 zijn voorzien onder de inwendige goot 27 aan weerszijden daarvan. Natuurlijk zijn meer of minder schroefkanalen tevens mogelijk en/of kan de plaatsing daarvan verschillen.
[0062] De overkapping | van figuur 2 omvat tevens twee spanbalken 5. Een doorsnede daarvan wordt niet getoond aangezien deze vrij gelijkaardig is aan degene van de pivotbalk 3 met als voornaamste verschil het niet aanwezig zijn van een externe goot 28. In de spanbalk 5 zijn tevens schroefkanalen voorzien voor het met behulp van schroeven of bouten op cen uiteinde van deze ligger 5 vastschroeven van een kopschot ten behoeve van het verbinden van de ligger met een kolom van de overkapping 1. Bij voorkeur hebben de schroefkanalen van de spanbalk 5 éénzelfde positionering als bij de pivotbalk 3.
[0063] Een doorsnede doorheen cen kolom 2 van de overkapping 1 is getoond in figuur 4. De kolom 2 omvat een integraal gevormd kerndeel (algemeen aangeduid met referentiecijfer 70). In het bijzonder is het kerndeel 70 gevormd door een profiel van hetzelfde of gelijkaardig type als de profielen van de liggers 3, À, 5. Het profiel 70 is typisch vervaardigd uit cen rigide materiaal. Dit kan bijvoorbeeld aluminium zijn. Aluminium heeft veel voordelen als profielmateriaal, het is namelijk tegelijk robuust en licht, goed best, zoals staal, inox, hout, kunststof, etc, zijn echter ook geschikt en de voor- of nadelen ervan zijn verondersteld gekend te zijn door de vakman. Een profiel kan met behulp van verschillende tcchnieken geproduceerd worden afhankelijk van het materiaal, waaronder extruderen, frezen, zetten, gieten, lassen, enzovoort, waarbij extruderen de voorkeur draagt. De gepaste productietechniek wordt verondersteld gekend te zijn door de vakman. Bij voorkeur is het profiel 70 geëxtrudeerd uit aluminium.
[0064] Het profiel 70 doet dienst als steunpilaar voor de overkapping 1. In het bijzonder, wordt nagenoeg het gehele gewicht van de liggers 3, 4, 5 en de daarmee verbonden elementen, zoals de zijwanden 6 of de dakbedekking 7, gedragen door de steunpilaar 70.
[0065] Het kernprofiel 70 heeft een nagenoeg vierkante vorm in de getoonde uitvoeringen. Vandaar heeft elk kernprofiel 70 vier zijwanden 71 met elk een buitenzijde 72 en een binnenzijde
73. Elke buttenzijde 73 is voorzien van twee aanbrengmiddelen 77, in het bijzonder aanbrengsleuven, bij voorkeur vrouwelijke pinverbindingsmiddelen. Deze sieuven 77 dienen voor de bevestiging van afwcrkingsprofielen 78 door middel van cen overeenkomstig verbindingsmiddel 79, bij voorkeur een pin. Het dient duidelijk te zijn dat de pinverbinding 79 slechts één voorbeeld is van een manier om de afwerkingsprofielen 78 te bevestigen op het kernprofiel 70 en dat andere manieren bekend zijn bij de vakman. Het dient ook duidelijk te zijn dat de sleuven 77 niet noodzakelijk doorlopend dienen te zijn, alhoewel dit de voorkeur draagt gezien het kerndeel 70 bij voorkeur door middel van een exfrusieproces vervaardigd is. De sleuven 77 zijn symmetrisch gepositioneerd ten opzichte van het midden van een zijwand 71 waardoor de bevestigingspunten van cen afwerkingsprofiel 78 aan de zijwand 71 tevens symmetrisch zijn, hetgeen voordelig is.
[0066] Alhoewel het gebruik van twee aanbrengmiddelen 77 per zijwand 71 de voorkeur verdient, gezien het gebruik van twee afzonderlijke bevestigingen tussen twee profielen nunder speling toelaat in de onderlinge positionering, welke speling aanleiding kan geven tot een afwijkende positionering, in bet bijzonder door windlasten en/of neerslaglasten, is een verbinding met slechts één aanbrengmiddel per zijwand ook mogelijk. Anderzijds kunnen ook meer dan twee aanbrengmiddelen voorzien worden per zijwand.
[9067] Het dient duidelijk te zijn dat het kernprofiel 70 zoals hierboven beschreven niet beperkt is tot een nagenoeg vierkante vorm. Eveneens kunnen de vier zijwanden 71 in een andere geometrische vorm, bijvoorbeeld een rechthoek of parallellogram, zijn opgesteld. Daarenboven is het ook mogelijk om meer of minder zijwanden 71 te voorzien per kernprofiel 70, in het bijzonder zijn drie-, zes- of achtkantige kernprofielen 70 tevens mogelijk. Verder kan het kernprofiel 70 ook ellipsvormig, in het bijzonder cirkelvormig, zijn, waarbij het gewenst aantal aanbrengsleuven dan is voorzien in de ene continue zijwand die het kernprofiel 70 omvat. (0068! De kolom 2 is verder voorzien van vier afwerkingsprofieien 78, namelijk één op elke zijwand 71, Elk afwerkingsproficl 78 is voorzien van een vlakke buitenwand 81 waarvan de buitenzijde 83 het visueel uitzicht bepaalt van de kolom 2. Met andere woorden, het afwerkingsprofiel 78 onttrekt het kernprofiel 70 aan het zicht in de opgebouwde overkapping |. Verder is elk afwerkingsprofiel 78 voorzien van pinnen 79, namelijk één pin per aanbrengsleuf 77. De pinnen 79 zijn verbonden met de buitenwand &1 door middel van wanden 82 die dienst doen als afstandshonder. In het bijzonder bepaalt de lengte van de wanden 82 de afstand D tussen de buitenzijde 72 van een wand 71 en de binnenzijde 84 van de buitenwand 81. Door het voorzien van afstandshouders 82 worden tevens holtes 85 gemaakt, Eén of meerdere van deze boltes 85 kunnen gebruikt worden voor het integreren van elektrische leidingen die dienen voor de aandrijving van de wandinvulling 6, de dakinvuiling 7 en/of andere elektrisch aangedreven
[0069] De verbinding van de steunpilaar 70 met de liggers 3, 4, 5 zal worden beschreven onder verwijzing naar figuren 5 tot 11,
[0070] Figuur 5 toont de verbinding van een kopschot 60 met het uiteinde van de externe pivotbalk 3 van figuur 3. Voor die verbinding zijn de liggers 3, 5 voorzien van schroefkanalen 115, 116, 117, 208, 219, 220 die voor elke ligger op dezelfde plaats zijn voorzien, Op die manier kan éénzelfde kopschot 60 worden verbonden met elke uitvoering van externe pivotbalk 3 en spanbalk 5.
Alternatief is het natuurlijk ook mogelijk om verschillende kopschotten 60 te voorzien voor verschillende liggers 3, 4, 5 indien de plaatsing van de schroefkanalen varieert. (0071! Het kopschot 60 voor gebruik met de liggers 3, 5 is in meer detail getoond in figuren 6A en 6B. Figuur 6A toont de achterzijde van het kopschot 60, Le. de kant die weg gericht is van de liggers na bevestiging. Figuur 6B toont de voorzijde van het kopschot 60, Le. de kant die naar de liggers gericht is na bevestiging.
[0072] In het kopschot zijn er zes openingen 62 voorzien die qua positionering overeenstemmen met de schroefkanalen 115, 116, 117, 208, 219, 220. Dit laat toe om door middel van zes bouten 61 die doorheen openingen 62 steken het kopschot 60 vast te bevestigen aan de liggers 3, 5. Het dient duidelijk te zijn dat meer of minder openingen en schroefkanalen kunnen worden gebruikt indien gewenst. Alhoewel het ook mogelijk is om de schroefkanalen te voorzien in het kopschot en de bouten vanuit de liggers op het kopschot te schroeven, verdient de getoonde uitvoering de voorkeur, Het kopschot is namelijk compacter, in het bijzonder dunner, uit te voeren indien er geen lange schroefkanalen aanwezig dienen te zijn.
[0073] Zoals getoond in figuur 6A is het kopschot 60 aan zijn achterzijde voorzien van vier openingen 64 en twee haken 65. Deze vormen elk een alternatieve manier om het kopschot 60 te bevestigen aan de kolom 2 zoals hierna in meer detail beschreven.
[0074] Aan de onderzijde is het kopschot 60 voorzien van tuitvormig deel 63 die aansluit op de centrale goat 27 van de liggers 3, 5. Op die manier kan neerslag verzameld in de inwendige goot 27 deze verlaten via tuit 63. De externe goot 28 is aan zijn kops uiteinde voorzien van een afsluiting {niet getoond} opdat de neerslag verzameld in de externe goot 28 niet anders kan dan naar de inwendige goot 27 stromen. Aan de onderste wand van het kopschot 60 is tevens een uitsparing 66 voorzien waarin een spanstuk 34 kan worden geplaatst zoals verder beschreven onder verwijzing naar figuren 9A en 9B.
[0075] Figuur 6B illustreert tevens de voorziening van een aantal houders aan de voorzijde van het kopschot. In het bijzonder is er een kabelgoot 67 voorzien waarin een elektriciteitskabel kan worden voorzien. De kabelgoot 67 geeft uit op een elektronica-houder 68 waarin de nodige elektronica kan worden geplaatst, bijvoorbeeld voor de aandrijving van het scherm 6, Langsheen de elektronica-houder 68 is een schermhouder 69 aanwezig waarin sen uiteinde van de schermrol kan worden geplaatst.
[0076] Figuur 7 illustreert kernprofiel 70 waarop een kroon 43 vast is bevestigd. In bet bijzonder is het kernprofie! 70 aan zijn bovenzijde voorzien van vier openingen 74 (zie figuur 4) die geschikt zijn voor het ontvangen van bouten of schroeven 44. Overeenkomstig is de kroon 43 voorzien van vier benen 520, in het bijzonder één been 520 per hoekpunt van de kroon 43. Tussen de benen 520 zijn openingen voorzien 521 voorzien die dienst doen als doorgang voor neerslagafvoer. In het bijzonder, zoals verder beschreven, past het tuitgedeelte 63 van een kopschot 60 en/of een uiteinde 48 van de waterafvoer 46 in de doorgang 521. De benen 520 zijn hol uitgevoerd zodat de bouten 44 doorheen de benen 520 kunnen worden geschroefd op het profiel 70 om toe te laten toe de kroon 71 direct te bevestigen op het profiel 70 zoals getoond in figuur 19. Door deze bevestiging vormen het profiel 70 en de kroon 43 samen de kem 76 van de kolom 2 zoals aangeduid in figuur
8. Het is deze kern 76 die dienst doet als constructief element, in het bijzonder als steun voor de liggers 3, 5. Het dient duidelijk te zijn dat andere verbindingsmiddelen ook mogelijk zijn om de benen 520 vast te bevestigen aan de bovenzijde van de steunpilaar 70, zoals het gebruik van een langwerpige staaf en deze vastzetten door één of meerdere transverse pinnen of door de onderdelen aan elkaar te lassen. Een draadstang kan ook worden gebruikt als verbindingsmiddel, waarbij deze bijvoorbeeld vast is voorzien op de bovenzijde van het profiel 70 en waar de benen 520 worden over geschoven. (0077! De kroon 43 dient voor de bevestiging van de liggers 3, 5 aan de kolom 2. Daartoe is de kroon 43 voorzien van openingen 45 waarin de bouten worden geschroefd om het kopschot 60 vast te verbinden met de kroon 43. Alternatief {of bijkomstig) kan de bovenzijde van de kroon 43 gebruikt worden om de haken 65 op te plaatsen voor het vastmaken van het kopschot 60 aan de bovenzijde van de kroon 43. De haken 65 zijn gemakkelijk in gebruik en kunnen bijvoorbeeld gebruikt worden tijdens de installatie om de liggers 3, 5 eerst vast te haken en daarna, zonder deze dus te moeten ondersteunen, vast te bevestigen met de bouten 66. De bevestiging met bouten 66 is steviger en draagt de voorkeur. In de praktijk worden beide verbindingen tegelijkertijd gebruikt. Op die manier vormen de kopschotien 60 samen met de kroon 43 eigenlijk cen hoekverbinding tussen de liggers 3, 5 en de steunpilaar 70.
[0078] Alhoewel deze hoekverbinding integraal vervaardigd zou kunnen worden, Le. één integraal element dat de functionaliteit van de kopschotten en de kroon combineer, draagt het de voorkeur om cen opdeling te maken tussen de kroon 43 en de kopschotten 60. Ten eerste maakt dit mogelijk om de vormgeving van de kopschotten 60 te wijzigen in functie van de ligger 3, 4, 5 (bijvoorbeeld het andere kopschot nodig voor een centrale pivotbalk 4} en toch gebruik te maken van slechts één kroon 43. Verder is een dergelijke geïntegreerde hoekverbinding heel moeilijk om te plaatsen indien drie of vier liggers samenkomen op éénzelfde steunpilaar 70.
[0079] Het voornaamste voordeel aan de opbouw van kolom 2 is dat de krachten door de liggers 3, 4, 5, bijvoorbeeld door hun gewicht of door windbelasting op een zijwand die vasthangt aan de liggers 3, 4, 5, direct worden doorgegeven aan de kern 76, in het bijzonder aan de kroon 43 daarvan. Met andere woorden, alhoewel de kopschotten 60 zich tussen de liggers 3, 4, 5 en de kroon 43 bevinden, dienen deze niet langer als draagelement om direct de krachten over te dragen naar de steunpilaar 70 dat de onderzijde van de kolom 2 vormt.
[0080] Voor het verder verstevigen van de verbinding tussen de liggers 3, 4, 5 en de kern 76 van de kolom 2 kan gebruik gemaakt worden van cen spanstuk 4 zoals getoond in figuren 9A en 9B. Het spanstuk 34 is aan zijn ene zijde voorzien van twee verbindingsmiddelen, in het bijzonder pinnen 38, die passen in de aanbrengsleuven 77 voorzien op de zijwanden 71 van het kernprofiel
70. Aan de tegenoverliggende zijde is het spanstuk 34 voorzien van cen verbindingsmiddel, in het bijzonder een tand 40, die aangrijpt in de uitsparing 66 voorzien aan de onderzijde van het kopschot
60. Door dit spanstuk 34 aan te brengen is er cen bijkomende verbinding tussen de liggers 3, 4, 5 en de steunpilaar 70 van de kolom 2.
[0081] Figuren 10 en 11 illustreren de neerslagafvoer van de hggers 3, À, 5 naar de kolom 2. Het kernprofiel 70 is hol uitgevoerd (zie figuur 4) hetgeen toelaat om een afvoer 46 voor neerslag te voorzien, Deze holte 75 kan ook gebruikt worden voor het integreren van elektrische leidingen. Alhoewel daarvoor bij voorkeur de holte 85 tussen profiel 70 en de afwerkingsprofielen 78 wordt benut gezien deze na montage gemakkelijker toegankelijk zijn.
[0082] De getoonde afvoer 46 is uitgevoerd als een verzamelkom die aan de bovenzijde twee inbrengholtes 47 omvat gevormd door uiteinden 48 (zie figuur 11). De tuit 63 van een kopschot 60 wordt aangebracht in een overeenkomstige inbrengholte 47. De getoonde afvoer 46 is voorzien voor de koppeling van twee liggers 3, 4 in een hoek die ondersteund is door een kolom 2. Centraal in de afvoer 46 is een neerwaartse buis 49 voorzien zodat de aangevoerde neerslag naar de onderzijde van de kolom 2 kan worden afgeleid waar deze de kolom 2 kan verlaten via een opening (niet getoond).
[0083] Gezien de veelheid aan mogelijke hoekverbindingen tossen de liggers 3, 4, 5 van de overkapping {zic figuur 1) zijn er cen veelheid aan verschillende afvoeren 46 mogelijk. Dit kan gaan van een eenvoudige hoekafvoer zoals getoond in figuren 10 en 11 tot een centrale afvoer waarop vier liggers uitgeven tot een doorvoer van de ene ligger naar de andere waarbij er geen neerwaartse buis 49 aanwezig is. Eventueel kan ook de neerwaartse buis 49 achterwege worden gelaten zodat neerslag doorheen de holte 75 van het kernprofiel 70 stroomt.
[0084] In een uitvoermgsvorm wordt de overkapping 1 opgebouwd door het uitvoeren van de volgende stappen. In een eerste fase worden de kopschotten 60 op de liggers 3, 5 bevestigd. In het bijzonder op het basisprofiel 12 en het gootprofiel 13. In deze fase wordt tevens de kroon 43 op de steunpilaar 70 geplaatst zodat de kern 76 van de kolom gevormd is. Daarna worden de Kopschotten 60 (met daarop reeds een deel van de liggers 3, 5) gehaakt, via haken 65, op de kern 76, in het bijzonder op de kroon 43. Aangezien de voorkap 14 nog niet geplaatst 15 op de ligger 3, 5 is het nu mogelijk om bouten te plaatsen doorheen openingen 64 in het kopschot 60 om dit vast te schroeven op de kroon 43 via openingen 45 daarin. In de volgende fase kan de schermrol worden geplaatst in de liggers 3, 5 en/of een ander type wandinvulling en/of andere interne componenten zoals de dakbedekking 7, het spanstuk 34, etc, Na het aanbrengen van alle interne componenten worden typisch de voorkap 14 en/of het dekselprofiel 15 en/of het afsluitprofiel 19 geplaatst ter afwerking.
[0085] Alhoewel bepaalde aspecten van de onderhavige uitvindmg zijn beschreven met betrekking tot specifieke uitvoeringsvormen, is het duidelijk dat deze aspecten in andere vormen kunnen worden geïmplementeerd binnen de beschermingsomvang zoals bepaald door de conclusies,

Claims (15)

Conclusies
1. Een overkapping (1) omvattende: - een steunpilaar (70) die voorzien is van een holte (75) voor het afvoeren van op de overkapping invallende neerslag richting een grondoppervlak; - ten minste twee liggers (3, À, 5) die elk voorzien zijn van een inwendige goot (27) voor het afvoeren van op de overkapping invallende neerslag naar cen kops uiteinde van de ligger; en - een kopschot (60) dat vast bevestigd is op het kops uiteinde van genoemde ten minste twee liggers, daardoor gekenmerkt dat de overkapping verder een hoek verbindingselement (43) omvat dat vast bevestigd is aan de steunpilaar en aan de kopschetten op het kops uiteinde van de liggers.
2. De overkapping volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het hoekverbindingselement voorzien is van ten minste één doorgang (521), waarbij elke doorgang een goot van een ligger in verbinding stelt met de holte van de steunpilaar.
3. De overkapping volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat het hoekverbindingsclement voorzien is van cen veelheid aan steunbenen (520) die zich uitstrekken richting de steunpilaar (70).
4. De overkapping volgens conclusie 3 indien afbankelijk van conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat genoemde ten minste twee doorgangen voorzien zijn tussen de steunbenen.
5. De overkapping volgens conclusie 3 of 4, daardoor gekenmerkt dat genoemde steunbenen vast bevestigd zijn aan de steunpilaar, in het bijzonder door middel van bevestigingsmiddelen zoals bouten.
6. De overkapping volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het hoekverbindingselement voorzien is van minstens twee zijwanden, waarbij elk kopschot (60) bevestigd is tegen een zijwand van het hoekverbindingselement.
7. De overkapping volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat clk kopschot (60) voorzien is van ten minste één boutopening (64) en dat het hoekverbindingselement voorzien 18 van een overeenkomstige boutopening (45) in elke zijwand, welke boutopeningen (45, 64) geconfigureerd zijn voor het bevestigen van een kopschot op het hoekverbindingselement.
8. De overkapping volgens conclusie 6 of 7, daardoor gekenmerkt dat elk kopschot (60) voorzien is van ten minste één haak (65) die geconfigureerd is om vast te haken op een bovenste uiteinde van elke zijwand van het hoek verbindingselement voor bet bevestigen van een kopschot op het eerste deel.
9. De overkapping volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat IO elk kopschot voorzien is van een tuit (63) dat aansluit op genoemde goot (27).
10. De overkapping volgens één van de voorgaande conclusies, daardoer gekenmerkt dat de overkapping verder een afvoer (46) omvat,
11 De overkapping volgens conclusie 10 indien afhankelijk van conclusie 2, daardeer gekenmerkt dat de afvoer aan zijn bovenzijde voorzien is van ten minste één inbrengholte (47) die gepositioneerd is in genoemde doorgang (521).
12, De overkapping volgens conclusie 11 indien afhankelijk van conclusie 9, daardeer gekenmerkt dat genoemde tuit (63) ten minste gedeeltelijk ontvangen wordt in genoemde inbrenghalte (47).
13. De overkapping volgens één van de conclusies 10 tot 12, daardoor gekenmerkt dat de afvoer cen neerwaartse buis (49) omvat gepositioneerd binnenin de holte van de steunpilaar (70).
14. De overkapping volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het hoekverbindingselement een nagenoeg balkvormig deel heeft met vier zijwanden, waarbij, vanuit de hoekpunten tussen de zijwanden, zich telkens cen steunbeen uitstrekt vanaf het balkvormig deel richting de steunpilaar (70).
15. De overkapping volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het hoekverbindingselement integraal gevormd is.
BE20205264A 2020-04-21 2020-04-21 Een overkapping BE1028224B1 (nl)

Priority Applications (9)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20205264A BE1028224B1 (nl) 2020-04-21 2020-04-21 Een overkapping
PCT/IB2021/053280 WO2021214677A1 (en) 2020-04-21 2021-04-21 Terrace canopy
US17/919,838 US20230193631A1 (en) 2020-04-21 2021-04-21 Terrace canopy
CA3175587A CA3175587A1 (en) 2020-04-21 2021-04-21 Terrace canopy
EP21727216.0A EP4139531B1 (en) 2020-04-21 2021-04-21 Terrace canopy
EP21727540.3A EP4139536A1 (en) 2020-04-21 2021-04-21 Terrace canopy
AU2021260177A AU2021260177A1 (en) 2020-04-21 2021-04-21 Terrace canopy
PCT/IB2021/053273 WO2021214671A1 (en) 2020-04-21 2021-04-21 Terrace canopy
JP2022563168A JP2023522899A (ja) 2020-04-21 2021-04-21 テラスキャノピー

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20205264A BE1028224B1 (nl) 2020-04-21 2020-04-21 Een overkapping

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1028224A1 BE1028224A1 (nl) 2021-11-19
BE1028224B1 true BE1028224B1 (nl) 2021-11-23

Family

ID=70470722

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20205264A BE1028224B1 (nl) 2020-04-21 2020-04-21 Een overkapping

Country Status (7)

Country Link
US (1) US20230193631A1 (nl)
EP (1) EP4139531B1 (nl)
JP (1) JP2023522899A (nl)
AU (1) AU2021260177A1 (nl)
BE (1) BE1028224B1 (nl)
CA (1) CA3175587A1 (nl)
WO (1) WO2021214671A1 (nl)

Families Citing this family (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1029489B1 (nl) 2021-06-10 2023-01-16 Renson Sunprotection Screens Een terrasoverkapping
BE1031330B1 (nl) * 2023-02-09 2024-09-16 Brustor Overkapping met zonnescherm
BE1031332B1 (nl) * 2023-02-09 2024-09-16 Brustor Overkapping met zonnescherm.
PL131281U1 (pl) * 2023-03-03 2024-09-09 Alu System Plus J.J.M.Kucharscy Spółka Jawna Słup nośny konstrukcji ogrodowej
PL131284U1 (pl) * 2023-03-03 2024-09-09 Alu System Plus J.J.M.Kucharscy Spółka Jawna Słup nośny konstrukcji ogrodowej
PL131289U1 (pl) * 2023-03-03 2024-09-09 Alu System Plus J.J.M.Kucharscy Spółka Jawna Belkorynna konstrukcji ogrodowej
PL131283U1 (pl) * 2023-03-03 2024-09-09 Alu System Plus J.J.M.Kucharscy Spółka Jawna Słup nośny konstrukcji ogrodowej
PL131282U1 (pl) * 2023-03-03 2024-09-09 Alu System Plus J.J.M.Kucharscy Spółka Jawna Słup nośny konstrukcji ogrodowej

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP3135837A1 (en) * 2014-01-10 2017-03-01 Renson Sunprotection-Screens NV Screen device
EP3587697A1 (en) * 2018-06-22 2020-01-01 Pratic F.LLI Orioli SpA Covering apparatus and corresponding installation method

Family Cites Families (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2970676A (en) * 1958-01-27 1961-02-07 Olin Mathieson Framework construction
US4100703A (en) * 1977-02-22 1978-07-18 Sickler Raymond W Awning assembly
US20130291438A1 (en) * 2012-05-01 2013-11-07 C. Scott Selzer Louvered Roof Apparatus And Control System
US9422715B1 (en) * 2012-05-01 2016-08-23 C. Scott Selzer Louvered roof apparatus and control system
US20140175240A1 (en) * 2012-11-15 2014-06-26 C. Scott Selzer Bracket for louvered roof systems
BE1023135B1 (nl) * 2015-05-28 2016-11-29 Renson Sunprotection Screens Nv. Scherminrichting
DE102016214254A1 (de) * 2016-08-02 2018-02-08 Octanorm-Vertriebs-GmbH für Bauelemente Verbinder
USD850363S1 (en) * 2018-03-05 2019-06-04 Sunpower Corporation Solar panel support
CN108302104B (zh) * 2018-02-09 2024-04-09 宁波积家创意家居设计有限公司 一种用于连接方管的膨胀扣
US11149438B2 (en) * 2018-04-30 2021-10-19 Sundance Louvered Roofs Llc Louvered panel assembly
CN110145166A (zh) * 2019-05-21 2019-08-20 浙江同心力机电科技有限公司 一种百叶雨棚
US11326349B2 (en) * 2020-01-15 2022-05-10 Jackson Design & Remodeling, Inc. Louvered patio cover
US11686101B2 (en) * 2021-01-27 2023-06-27 Yu Yang Industrial Co., Ltd. Electric awning structure
DE212021000244U1 (de) * 2021-04-09 2022-08-25 Linhai Meiyang Parasol Industry Co., Ltd. Lamellenvordach mit einer versteckten Antriebsstruktur zum Öffnen und Schließen von Lamellen
US11725390B2 (en) * 2021-04-30 2023-08-15 Jackson Design & Remodeling, Inc. Louvered patio cover control system
US11795698B2 (en) * 2021-10-20 2023-10-24 Jackson Design & Remodeling Panel coupling and rotation system

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP3135837A1 (en) * 2014-01-10 2017-03-01 Renson Sunprotection-Screens NV Screen device
EP3587697A1 (en) * 2018-06-22 2020-01-01 Pratic F.LLI Orioli SpA Covering apparatus and corresponding installation method

Also Published As

Publication number Publication date
EP4139531B1 (en) 2024-05-15
AU2021260177A8 (en) 2022-12-15
US20230193631A1 (en) 2023-06-22
BE1028224A1 (nl) 2021-11-19
JP2023522899A (ja) 2023-06-01
WO2021214671A1 (en) 2021-10-28
EP4139531A1 (en) 2023-03-01
AU2021260177A1 (en) 2022-11-17
CA3175587A1 (en) 2021-10-28
EP4139531C0 (en) 2024-05-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1028224B1 (nl) Een overkapping
BE1021793B1 (nl) Scherminrichting
NL2008069C2 (nl) Zonwering.
BE1028223B1 (nl) Een ligger voor een overkapping
WO2021214677A1 (en) Terrace canopy
BE1029716B1 (nl) Een terrasoverkapping en werkwijze voor het vervaardigen daarvan
BE1028225B1 (nl) Een set profielen voor het opbouwen van een kolom voor het ondersteunen van een overkapping
BE1029489B1 (nl) Een terrasoverkapping
BE1028221B1 (nl) Een set profielen voor het opbouwen van een overkapping
RU123043U1 (ru) Самоочищающийся навес от снега и наледи
US20230392408A1 (en) Roof construction for a canopy, kit of parts for assembling the roof construction, and method for placing a ledstrip in the roof construction
WO2021133182A1 (en) Moveable awning screen intended for protection from the sun

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20211123