BE1028225B1 - Een set profielen voor het opbouwen van een kolom voor het ondersteunen van een overkapping - Google Patents

Abstract

Een set profielen voor het opbouwen van een kolom voor het ondersteunen van een overkapping. De set omvat een kernprofiel waarbij minstens één zijde (71) van het kernprofiel voorzien is van ten minste één aanbrengmiddel (77) en ten minste één afdekprofiel (78) dat bevestigbaar is op een zijde van het kernprofiel door middel van het aanbrengmiddel in die zijde. Elk afdekprofiel vormt, na bevestiging op het kernprofiel, de zichtbare buitenzijde van de kolom. Vandaar is de functionaliteit en zichtbare afwerking van de kolom geheel bepaald door de afdekprofielen, hetgeen de variatie in functionaliteit ten goede komt.

Description

overkapping [0001 Technisch vakgebied

[0002] De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een set profielen voor het opbouwen van een kolom voor het onderstennen van een overkapping. De onderhavige uitvinding beeft ook betrekking op een kolom opgebouwd door een dergelijke set. De onderhavige uitvindmg heeft tevens betrekking op een overkapping omvattende cen dergelijke kolom. 19003] Stand der techniek

[0004] Dergelijke overkappingen worden doorgaans opgesteld om een buiten gelegen plaats af te schermen of juist vrij te maken. Zo worden dergelijke scherminrichtingen vaak opgesteld bij woningen, restaurants, winkels, etc. om een buitenterras of dergelijke af te schermen van zounestralen, neerslag en/of wind of juist om tijdelijk zonnestralen binnen te laten, Deze overkappingen kunnen bijvoorbeeld worden uitgevoerd onder de vorm van luifels, pergola's, veranda's, carports, enz,

[0005] Een dergelijke overkapping omvat typisch een dakkader dat minstens gedeeltelijk ondersteund is door kolommen. Uitzonderlijk kan het dakkader ook ondersteund zijn door cen andere dakconstructie. Het dakkader is algemeen opgebouwd uit meerdere liggers die samengesteld zijn tot één of meerdere kaders waarin een dakinvulling kan worden bevestigd. De liggers zelf zijn vaak een samenstelling van meerdere individuele profielen. Een dergelijk dakkader is typisch ondersteund door vier (of meer) kolommen waartussen cen wandinvulling kan worden voorzien. Eveneens konnen er minder kolommen worden gebruikt in geval het dakkader ondersteund wordt door andere structuren, zoals een muur van een reeds bestaande structuur.

[0006] De dakinvulling kan vast of verplaatsbaar zijn, bijvoorbeeld een openschuifbaar dak. De dakinvulling van een openschuifbaar dak kan bijvoorbeeld bestaan uit een oprolbaar doek of scherm, lamellen die rond hun as roteren, of van segmenten die over elkaar heen kunnen schuiven. De segmenten kunnen panslen zijn die deels gemaakt zijn van (gelaagd) glas of kunststof, zoals PC of PMMA, Afhankelijk van de materiaalkeuze kan de lichtdoorlatendheid en robuustheid van het dak afgestemd worden naar de gewenste toepassing. De wandinvulling kan eveneens vast of verplaatsbaar zijn. Voorbeelden zijn een oprolbaar doek of scherm of beweegbare, Le. verschuifbare of vouwbare, panclen.

[0007] Tevens werden er reeds verschillende soorten kolommen ontwikkeld die naast hun algemene ondersteuningsfunctie ook andere functies omvatten, Zo kunnen de kolommen aangepast zijn om tevens toevoerleidingen naar elektrische apparatuur te voorzien en/of afvoerbuizen voor afvoer van neerslag te omvatten en/of geleidingsprofielen voor een scherm te omvatten. Bij voorkeur dient de kolom alle hierboven beschreven functies te kunnen omvatten en daarbi; tevens naar buiten toe zo esthetisch mogelijk te zijn afgewerkt.

[0008] Een bekend probleem met dergelijke overkappingen is de hoeveelheid maatwerk die en/of het aantal standaard onderdelen dat nodig kan zijn om voldoende variatie te voorzien in de opbouwmogelijkheden van de overkapping. [00091 BE 2013/00778 openbaart een vierkante kolom voor het ondersteunen van een overkapping, De kolom is opgebouwd uit een kernprofiel en vier afwerkingsprofielen die daarop bevestigd zijn door middel van meerdere aanbrengmuddelen voorzien op het kernprofiel. De zichtbare buitenzijde van de kolom is gevormd door een gedeelte van het kernprofiel samen met de afwerkingsprofielen. Eénzelfde kolom is geopenbaard in BE 2014/00015.

[0010] Echter is gebleken dat de kolom geopenbaard in BE 2013/00778 en BE 2014/00015 nog te weinig de mogelijkheid biedt tot een integratie van de vele verschillende types zijwandinvulling die gangbaar zijn bij overkappingen.

[0011] Beschrijving van de uitvinding

[0012] Het is een doel van de onderhavige uitvinding om een set profielen voor het opbouwen van gen kolom voor cen overkapping te voorzien die in meer variaties van de overkapping gebruikt kan worden.

[0013] Dit doel wordt gerealiseerd door dat elk afdekprofiel, na bevestiging op het kernprofiel, de volledige zichtbare buitenzijde van de kolom vormt.

[0014] Door het gebruik van afdekprofielen voor het vormen van de buitenzijde van de kolom betekent dit meteen dat het kernprofiel geen onderdeel meer vormt van de buitenzijde van de kolom. Met andere woorden, de functionaliteit en zichtbare afwerking van de kolom is geheel bepaald door de afdekproficien. Dit biedt cen grotere vrijheid qua functionaliteit en afwerking ten opzichte van de kolom bekend uit BE 2013/00778 waar het kernprofiel tevens een deel van de buitenzijde vormt. Het is nu bijvoorbeeld mogelijk om de buitenafmeting van de kolom te veranderen door enkel de afdekprofielen te variëren hetgeen bij de bekende kolom niet mogelijk is. Het dient duidelijk te zijn dat meerdere afdekprofielen samen één buitenzijde van de kolom kunnen vormen. Cruciaal daarbij is dat er geen zichtbare naden zijn tussen de meerdere afdekprofielen die samen één van de buitenzijden van de kolom.

[0015] In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is genoemd ten minste één afdekprofiel voorzien van een buitenwand met een buitenste zijde en een binnenste zijde en van ten minste één bevestigingsmiddel, in het bijzonder een pin, dat geconfigureerd is om samen te werken met genoemd aanbrengmiddel voor het verbinden van het afdekprofiel en het kernprofiel en van een aïstandshouder tussen de binnenste zijde en genoemd bevestigingsmiddel. Een dergelijke afstandshouder laat toe om de buitenomtrek van de kolom te variëren.

[0016] In een voordelige uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is de afstandshouder gevormd door cen wand die zich uitstrekt tussen de binnenste zijde van de buitenwand tot genoemd bevestigingsmiddel en een vooraf bepaalde lengte heeft. Deze wand laat tos om de lengte van de afstandshouder nauwkeuring te bepalen.

[0017] In een verder voordelige uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is de wand voorzien van een aanslag die voorzien is om aan te slaan tegen de zijde van het kernprofiel. Deze aanslag verbetert de plaatsing van de afwerkingsprofielen.

[0018] In een alternatieve uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is genoemd ten minste één aldekprofiel voorzien van cen buitenwand met cen buitenste zijde en een binnenste zijde en van ten minste één bevestigingsmiddel, in het bijzonder een pin, dat geconfigureerd is om samen te werken met genoemd aanbrengmiddel voor het verbinden van het afdekprofiel en het kernprofiel, waarbij genoemd bevestigingsmiddel direct bevestigd 1s op de binnenste zijde van de buitenwand. Het afwezig zijn van cen afstandshouder laat toe om de dwarsdoorsnede van de kolom te minimaliseren om zo de bruikbare ruimte onder de overkapping te maximaliseren.

(0019! In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding omvat genoemd aanbrengmiddel cen aanbrengsleuf, welke aanbrengsieuf bij voorkeur een vrouwelijk pinverbindingsmiddel omvat. Een sleuf is voordelig aangezien dit te produceren is tijdens het extrusieproces waarmee het kernprofiel typisch wordt vervaardigd.

[0020] In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding vertoont het kernprofiel cen rotaticsymmetrie van orde drie en bij voorkeur vier of hoger. Door cen dergelijke rotatiesymmetrie kan het kernprofiel opgesteld worden in de overkapping onafhankelijk van de richting en is de draagkracht en sterkte ook dezelfde in minstens drie, bij voorkeur minstens vier richtingen hetgeen voordelig is omdat er in een overkapping typisch maximaal vier liggers worden bevestigd aan één kolom. Typische voorbeelden zijn kernprofielen met een hoofdzakelijk driehoekige, vierkante, zeshoekige, cirkelvormige, etc, doorsnede.

[0021] In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is het kernprofiel voorzien van ten minste vier aanbrengmiddelen en dat de set ten minste vier van genoemde afdekprofielen omvat, waarbij de vier afdekprofielen, na te zijn aangebracht op het kernprofiel, nagenoeg een rechthoek, in het bijzonder een vierkant, vormen. Op deze manier is het mogelijk om het gehele kernprofiel aan het zicht te onttrekken door gebruik te maken van vier afdekprofielen die typisch samen een rechthoek zuilen vormen. Een rechthoek is voordelig aangezien cen typische overkapping gebruik gemaakt wordt van rechthoekige structuren.

[0022] In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is elke zijde van het kernprofiel voorzien van ten minste twee één aanbrengmiddelen. Het gebruik van twee aanbrengmiddelen is voordelig gezien het gebruik van twee afzonderlijke bevestigingen tussen twee profielen minder speling toelaat in de onderlinge positionering, welke speling aanleiding kan geven tot een afwijkende positionering, in het bijzonder door windlasten en/of neerslaglasten.

(0023! In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding omvat de set ten minste twee onderling verschillende afdekprofielen die bedoeld zijn om op een verschillende zijde van het kernprofiel aangebracht te worden. Op deze manier is het mogelijk om verschillende functionaliteit te voorzien op verschillende wanden van de kolom in overeenstemming met de gewenste zijwandinvulling van de overkapping. Bij voorkeur is een eerste afdekprofiel voorzien van cen afstandshouder tussen de binnenste zijde en genoemd bevestigingsmiddel, waarbij voor cen tweede afdekprofiel genoemd bevestigingsmiddel direct bevestigd is op de binnenste zijde van de buitenwand. Op deze manier kan er ruimte worden voorzien voor het plaatsen van een zijwandinvulling van de overkapping die zich over cen buitenhoek van de kolom uitstrekt.

(0024! In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is genoemd ten minste één afdekprofiel gevormd door een afwerkingsprofiel dat samenwerkt met een wandgeleidingsprofiel. Dit laat toe om de uiteinde van de schermgeleider die dienst kan doen als wandinvulling van de overkapping te mtegreren in de kolom zodat deze uiteinden niet zichtbaar zijn van buitenaf.

[0025] In een voordelige uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is het wandgeleidingsprofiel voorzien van cen achterwand waaruit zich een aftakking uitstrekt, waarbij de achterwand en de aftakking samen steunen tegen het kernprofiel. Het gebruik van twee wanden voor de positionering op het kernprofiel is voordelig aangezien nu gebruik kan gemaakt worden van een hoek van het kernprofiel voor de positionering van het wandgeleidingsprofiel.

[0026] In een meer voordelige uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is de aftakking aan zijn uiteinde voorzien van een positioneringsnmuddel dat geconfigureerd is om aan te grijpen in een inkeping voorzien op het kernprofiel. Een dergelijke bijkomende haakverbinding verbetert de plaatsing van de profielen ten opzichte van elkaar.

[0027] In een voordelige uitvoermgsvorm van de onderhavige uitvinding is het wandgeleidingsprofiel voorzien van een geleidingskamer die toegankelijk is via een opening aan de buitenzijde van het afdekprofiel, welke opening gevormd is tussen het wandgeleidingsprofiel 5 en het afwerkingsprofiel.

[0028] De hierboven beschreven voordelen worden tevens bereikt met een kolom die opgebouwd is door middel van de hierboven beschreven set profielen.

[0029] De hierboven beschreven voordelen worden tevens bereikt met een overkapping die de hierboven beschreven kolom omvat.

[0030] Korte beschrijving van de tekeningen

[0031] De uitvinding zal hierna verder in detail worden verklaard aan de hand van de volgende beschrijving en van de bijgevoegde tekeningen.

[9032] Figuur 1 toont een schematisch beeld van cen overkapping volgens de uitvinding.

[0033] Figuren 2A tot 2] tonen alternatieve uitvoeringen van de overkapping met verschillende wandinvullingen. (0034! Figuren 3A tot 31 tonen elk een doorsnede doorheen alternatieve uitvoering van een kolom met verschillende functionaliteit voor wandinvullingen.

[0035] Uitvoeringsvormen van de uitvinding

[0036] De onderhavige uitvinding zal hierna beschreven worden aan de hand van welbepaalde uitvoeringsvormen en onder verwijzing naar bepaalde tekeningen, doch de uitvinding is daar met toe beperkt en wordt enkel gedefinieerd door de conclusies. De hier weergegeven tekeningen zijn enkel schematische weergaven en zijn met beperkend. In de tekeningen kannen de afmetingen van bepaalde onderdelen vergroot zijn weergegeven, wat betekent dat de onderdelen in kwestie dus niet op schaal zijn weergegeven, en dit enkel voor illustratieve doeleinden. De afmetingen en de relatieve afmetingen komen niet noodzakelijkerwijze overeen met de werkelijke praktijkuitvoeringen van de uitvinding.

[9037] Daarenboven worden termen zoals “eerste”, “tweede”, “derde”, en dergelijke in de beschrijving en in de conclusies gebruikt om cen onderscheid te maken tussen gelijkaardige elementen en niet noodzakelijkerwijze om een sequentiële of chronologische volgorde aan te geven. De termen in kwestie zijn onderling verwisselbaar in de daarvoor geschikte omstandigheden, en de uitvoeringsvormen van de uitvinding kunnen in andere volgorden werken dan deze die hier worden beschreven of geïllustreerd.

[0038] De term “omvattende” en afgeleide termen, zoals die gebruikt worden in de conclusies, moet of moeten niet geïnterpreteerd worden als beperkt zijnde tot de middelen die telkens daarna vermeld worden; de term sluit andere elementen of stappen niet uit. De term moet geïnterpreteerd worden als een specificatie van de vermelde eigenschappen, gebele getallen, stappen, of componenten waarnaar wordt verwezen, zonder dat evenwel de aanwezigheid of het toevoegen wordt uitgesloten van cen of meer bijkomende eigenschappen, gehele getallen, stappen, of componenten, of groepen daarvan. De reikwijdte van een uitdrukking zoals “een inrichting omvattende de middelen A en B” is dan ook niet enkel beperkt tot inrichtingen die zuiver bestaan uit componenten À en B. Wat er daarentegen bedoeld wordt, is dat, voor wat betreft de onderhavige uitvinding, de enige relevante componenten A en B zijn.

[0039] De term “nagenoeg” omvat variaties van +/- 10% of minder, bij voorkeur +/-5% of minder, meer bij voorkeur +/-1% of minder, en meer nog bij voorkeur +/-0.1% of minder, van de gespecificeerde toestand, in zo ver de variaties van toepassing zijn om te functioneren in de bekend gemaakte uitvinding. Het dient te worden verstaan dat de term “nagenoeg A” bedoeld is om ook “A” te omvatten.

[0040] Figuur 1 illustreert een overkapping 1 voor een grondoppervlak, bijvoorbeeld een terras of tum, De overkapping omvat cen veclheid aan kolommen 2 die verschillende liggers 3, 4, 5 ondersteunen. De kolommen en liggers vormen samen kaders waaraan wandimvullingen 6 en/of dakbedekkingen 7 kunnen worden bevestigd zoals hierna beschreven, De overkapping | omvat drie types Hggers 3, 4, 5, namelijk: - een ligger 3 die aan de buitenzijde van de overkapping 1 dienst doet als externe pivotbalk 3; - een ligger 4 die centraal in de overkapping | dienst doet als centrale pivotbaik 4: en - een ligger 5 die dienst doet als spanbalk 5. Het zal ook worden geapprecieerd dat de liggers 3, 4, 5 aan andere structuren, bijvoorbeeld een muur of gevel, kunnen worden bevestigd in plaats van uitsluitend steunend op kolommen 2 zoals getoond in figuur |. Op een dergelijke manier kan de overkapping | algemeen ingezet worden voor het afschermen van een buitenruimte, alsook voor een binnenruimte.

[0041] Figuren ZA tot 2J tonen overkappingen 1 met alternatieve wandinvullingen 6. De getoonde overkappingen I hebben gemeenschappelijk dat vier steunkolommen 2 zijn voorzien die cen kader, ook dakkader genoemd, ondersteunen. Het kader is gevormd uit twee externe pivotbalken

3 en twee spanbalken 5 waartussen een dakbedekking 7 is voorzien,

[0042] In de getoonde uitvoeringen wordt de dakbedekking 7 gevormd door lamellen die aan hun kopse uiteinden draaibaar bevestigd zijn aan pivotbalken 3. De lamellen zijn draaibaar tussen een open stand en een gesloten stand. In de open stand bevindt er zich een tussenruimte tossen de lamellen waardoorheen bijvoorbeeld lucht de onderliggende ruimte kan binnengebracht worden of deze onderliggende ruimte kan verlaten. In de gesloten stand vormen de lamellen een gesloten afdak waarmee de onderliggende ruimte kan afgeschermd worden van bijvoorbeeld wind en/of neerslag, zoals regen, hagel of sneeuw. Naar afvoer van neerslag toe zijn de lamellen typisch schuim aflopend opgesteld naar één van beide pivotbalken 3 toe.

[0043] De lamellen zijn typisch vervaardigd uit een rigide materiaal. Dit kan bijvoorbeeld aluminium zijn. Aluminium heeft veel voordelen als materiaal, het is namelijk tegelijk robuust en licht, goed bestand tegen slechte weersomstandigheden en vereist weinig onderhoud. Andere materialen zijn echter ook geschikt en de voor- of nadelen ervan zijn verondersteld gekend te zijn door de vakman. Een lamel kan met behulp van verschillende technieken geproduceerd worden afhankelijk van het materiaal, waaronder extruderen, frezen, zetten, gieten, lassen, enzovoort. De gepaste productietechniek wordt verondersteld gekend te zijn door de vakman. Bij voorkeur worden de lamellen vervaardigd door middel van een extrusieproces. Eventueel kunnen opvulelementen uit bijvoorbeeld polycarbonaat, glas, hout, enz. gebruikt worden om de holle lamellen ten minste gedeeltelijk op te vullen, bijvoorbeeld om een ander uitzicht van de lamel te bekomen.

[0044] In een uitvoering kunnen de lameilen daarnaast, in hun open stand, eventueel verschuifbaar in de overkappmg 1 voorzien zijn, dit om de regelopties qua lichtinval, stralingswarmte en ventilatie verder te vergroten.

[0045] Meer algemeen is de dakbedekking 7 vast opgesteld of verplaatsbaar. Een verplaatsbare dakbedekking omvat, bijvoorbeeld, kantelbare en/of verschuifbare lamellen (zoals hierboven beschreven) en/of op- en afrolbare schermen en/of verschuifbare panelen. De individucle elementen van de verplaatsbare dakbedekking 7 vormen in hun gesloten stand een nagenoeg waterdicht dak waarmee de onderliggende ruimte kan afgeschermd worden van bijvoorbeeld wind en/of neerslag, zoals regen, hagel of sneeuw. Deze dakbedekking 7 wordt typisch afgewaterd naar de pivotbalken 3, À en van daaruit direct of via de spanbalken 5 naar de kolommen 2. Door verschuiven en/of roteren van lamellen en/of de panelen en/of door oprollen van een scherm kan de dakbedekking 7 minstens gedeeltelijk geopend en/of gesloten worden om zo lichtinval,

stralingswarmte, ventilatie, ncersiag, etc. naar de ruimte onder de dakbedekking 7 toe naar keuze te kunnen bepalen.

(0046! Wandinvullingen 6 zijn typisch bedoeld om openingen onder de overkapping | tussen de kolommen 2 af te schermen, De wandinvullingen 6 kunnen vast opgesteld of verplaatsbaar zijn. Verplaatsbare zijwanden omvatten, bijvoorbeeld, op- en afrolbare schermen en/of wandelementen die verschuifbaar opgesteld zijn ten opzichte van elkaar, etc. Vast opgestelde zijwanden kunnen vervaardigd worden uit verschillende materialen, zoals kunststof, glas, metaal, textiel, hout, etc. Combinaties van verschillende wandinvullingen 6 zijn eveneens mogelijk. [00471 Figuur 2A illustreert een wandinvulling in de vorm van een op- en afrolbaar scherm 6a. Het scherm Ga strekt zich uit tussen twee aangrenzende kolommen 2 en is afrolbaar vanuit de externe pivothalk 3. Het scherm 6a doet voornamelijk dienst als wind- en/of zonnescherm. (0048! Figuur 2B illustreert een wandinvulling in de vorm van verschuifbare wandpanelen 6b. In de getoond uitvoering zijn aan weerszijden van de wand, drie panelen 6b voorzien. De panelen 6b zijn paarsgewijs (namelijk één aan weerszijden) verschuifbaar in een daartoe voorziene rail in de externe pivotbalk 3. Op de grond is ook geleiding 99 voorzien voor de wandpanelen 6b, maar deze geleiding 99 is optioneel. Figuur 2C illustreert de overkapping 1 van figuur 2B met de wandpanelen 6b in hun gesloten toestand. De wandpanelen 6b zijn doorzichtig en bij voorkeur uit glas vervaardigd. Natuurlijk zijn niet-doorzichtige wandpanelen 6b ook mogelijk. Hun fanctie is voornamelijk wind- cn waterbescherming, maar afhankelijk van hun materiaal is bescherming tegen zon ook mogelijk. Een combinatie van de wandinvullingen van figuren 2A tot 2C is getoond in figuur 2D. Daar is een dubbele wandinvulling voorzien die enerzijds een op- en afrolbaar scherm 6a omvat en anderzijds verschuifbare wandpanelen 6b (in dit geval vier panclen 6b aan weerszijden).

[0049] Een volgend type wandinvulling is getoond in figuren 2E en 2F. De wandinvulling omvat opvouwbare wandpanelen 6c. De wandpanelen 6c zijn opvouwbaar naar de kolom 2. Figuur ZF illustreert de overkapping 1 van figuur ZE met de wandpanelen 6c in hun gesloten toestand, Om de gehele wand tussen de kolommen 2 af te dekken zijn bijkomende wandpanelen 6c nodig. De wandpanelen 6c zijn doorzichtig en bij voorkeur uit glas vervaardigd. Eveneens zijn niet- doorzichtige wandpanelen 6c ook mogelijk. Huon functie is voornamelijk wind- en waterbescherming, maar afhankelijk van hun materiaal is bescherming tegen zon ook mogelijk. Fénzelfde type wandinvulling, Le. opvouwbare wandpanelen 6c, is ook getoond in figuur 26. Echter, in dit geval bevinden de panelen 6c zich onder de externe pivotbalk 3, terwijl, in de uitvoering van figuren 2E en ZF, de panelen 6c, in hun gesloten toestand, de externe pivotbalk 3 nagenoeg geheel bedekken.

[0050] Figuren 2H tot 2J illustreren vaste wandinvullingen ód. Het kenmerkende aan de vaste wandinvulling Gd is dat het mogelijk is om deze aan de buitenzijde van een kolom 2 ononderbroken te laten doorlopen. Met andere woorden, de kolom 2 kan aan het zicht worden onttrokken zoals in figour 2H. De vaste wandinvulling 6d kan eveneens geheel doorzichtig zijn zoals in figuur 21 of deels doorzichtig zoals in figuur 25. De functie van een vaste wandinvulling is afhankelijk van het type en omvat, in het algemeen, zowel wind-, water- alsook zonnebescherming.

[9051] Een aantal alternatieve uitvoeringen van de kolommen 2 wordt hieronder beschreven onder verwijzing naar figuren 3A tot 31 dic cen dwarsdoorsnede tonen doorheen de kolom 2. De kolom 2 omvat een integraal gevormd kerndeel (algemeen aangeduid met referentiecijfer 70). Het profiel 70 is typisch vervaardigd uit cen rigide materiaal. Dit kan bijvoorbeeld aluminium zijn. Aluminium heeft veel voordelen als profielmateriaal, het is namelijk tegelijk robuust en licht, goed best, zoals staal, inox, hout, kunststof, etc., zijn echter ook geschikt en de voor- of nadelen ervan zijn verondersteld gekend tc zijn door de vakman, Een profiel kan met behulp van verschillende technieken geproduceerd worden afhankelijk van het materiaal, waaronder extruderen, frezen, zetten, gieten, lassen, enzovoort, waarbij extruderen de voorkeur draagt. De gepaste productietechniek wordt verondersteld gekend te zijn door de vakman.

[0052] Het profiel 70 doet dienst als steunpilaar voor de overkapping 1. In het bijzonder, wordt nagenoeg het gehele gewicht van de liggers 3, 4, 5 en de daarmee verbonden elementen, zoals de zijwanden 6 of de dakbedekking 7, gedragen door de steunpilaar 70.

[0053] Het kernprofiel 70 heeft een nagenoeg vierkante vorm in de getoonde uitvoeringen. Vandaar heeft elk kernprofiel 70 vier zijwanden 71 met elk een buitenzijde 72 en een binnenzijde

73. Elke buttenzijde 73 is voorzien van twee aanbrengmiddelen 77, in het bijzonder aanbrengsleuven, bij voorkeur vrouwelijke pinverbindingsmiddelen. Deze sieuven 77 dienen voor de bevestiging van afwcrkingsprofielen 78 door middel van cen overeenkomstig verbindingsmiddel 79, bij voorkeur een pin. Algemeen wordt gebruik gemaakt van een pinverbinding waar typisch cen elastisch clement (niet getoond) aanwezig is in cen vrouwelijk element, bijvoorbeeld een sleufelement, waarin een mannelijk element, bijvoorbeeld een pin, aangrijpt. Vandaar omvat een pinverbinding in zijn algemeenheid een elastisch in elkaar aangrijpend mannelijk en vrouwelijk element hiertoe kan een bijkomend elastisch element worden voorzien, maar dit is niet noodzakelijk het geval. De clasticiteit kan ook voortkomen uit de vormgeving van de mannelijke en vrouwelijke elementen.

(0054! Het dient duidelijk te zijn dat de pinverbinding 79 slechts één voorbeeld is van een manier om de afwerkingsproficlen 78 te bevestigen op het kernprofiei 70 en dat andere manieren bekend zijn bij de vakman. Het dient ook duidelijk te zijn dat de sleuven 77 niet noodzakelijk doorlopend dienen te zijn, alhoewel dit de voorkeur draagt gezien het kerndeel 70 bij voorkeur door middel van een extrusieproces vervaardigd is. De sleuven 77 zijn symmetrisch gepositioneerd ten opzichte van het midden van cen zijwand 71 waardoor de bevestigingspunten van een afwerkingsprofiel 78 aan de zijwand 71 tevens symmetrisch zijn, hetgeen voordelig is.

[0055] Alhoewel het gebruik van twee aanbrengmiddelen 77 per zijwand 71 de voorkeur verdient, gezien het gebruik van twee afzonderlijke bevestigingen tossen twee profielen minder speling toelaat in de onderlinge positionering, welke speling aanleiding kan geven tot een afwijkende positionering, in het bijzonder door windlasten en/of neerslaglasten, is een verbinding met slechts één aanbrengmiddel per zijwand ook mogelijk. Anderzijds kunnen ook meer dan twee aanbrengmiddelen voorzien worden per zijwand.

(0056! Zoals getoond in figuur 6A zijn de wanden 71 aan hun buitenzijde ook voorzien van een aantal inkepingen 80, 31. In het bijzonder is cr centraal cen inkeping 80 voorzien. Verder is clke zijwand 71 nabij een hoekpunt daarvan voorzien van een eerste inkeping 31 meest nabij een aanbrengsleuf 77.

[0057] Het dient duidelijk te zijn dat het kernprofiel 70 zoals hierboven beschreven niet beperkt is tot een nagenoeg vierkante vorm. Eveneens kunnen de vier zijwanden 71 in een andere geometrische vorm, bijvoorbeeld cen rechthoek of parallellogram, zijn opgesteld. Daarenboven is het ook mogelijk om meer of minder zijwanden 71 te voorzien per kernprofiel 70, in het bijzonder zijn drie-, zes- of achtkantige kemprofielen 70 tevens mogelijk. Verder kan bet kernprofiel 70 ook ellipsvormig, in het bijzonder cirkelvormig, zijn, waarbij het gewenst aantal aanbrengsleuven dan is voorzien in de ene continue zijwand die het kernprofiel 70 omvat, [00581 De functionaliteit van de kolom 2 wordt uitsluitend bepaald door de afwerkingsprofielen 78, Met andere woorden, voor elke kolom 2 is het kernprofiel 70 identiek zoals ook blijkt uit figuren 3A tot 31. Elk afwerkingsprofiel 78 vormt de volledige zichtbare buitenzijde van de kolom

2. Hiermee wordt bedoeld dat, bijvoorbeeld voor een kolom met cen vierkante doorsnede, elk van de vier buitenwanden gevormd is door een afwerkingsprofiel (of een combinatie van afwerkingsprofielen) zonder dat daarbij een zichtbare naad aanwezig is op die buitenwand. Er kunnen daarentegen wel naden zichtbaar zijn tussen de afwerkingsprofielen die verschillende buitenzijden vormen, Le. naden in een hoekpunt van de kolom.

(0059! Algemeen wordt bedoeld om profielen met éénzelfde plaatsing en functionaliteit, maar met cen afwijkende vormgeving aan te duiden met hetzelfde referentiecijfer door gebruik van één of meerdere accenttekens, bv. afwerkingsprofiel 78, 78’ in figuren 3A en 3E. Algemeen wordt bedoeld om profielen met éénzelfde plaatsing maar met een gewijzigde vorm als gevolg van een gewijzigde functionaliteit van de ligger aan te duiden met hetzelfde referentiecijfer door gebruik van letters, bv. afwerkingsprofiel 78, 78a in figuren 3A en 3B.

[0060] Figuur 3A illustreert een eerste vormgeving van een kolom 2 voor gebruik in een overkapping 1 zonder een wandinvulling. De kolom 2 is voorzien van vier afwerkingsprolielen 78, namelijk één op elke zijwand 71. Elk afwerkingsprofiel 78 is voorzien van een vlakke buitenwand SI waarvan de buitenzijde 83 het visueel uitzicht bepaalt van de kolom 2. Met andere woorden, het afwerkingsprofiel 78 onttrekt het kernprofiel 70 aan het zicht in de opgebouwde overkapping 1. Verder is eik afwerkingsprolfiel 78 voorzien van pinnen 79, namelijk één pin per aanbrengsleuf 77. De pinnen 79 zijn verbonden met de buitenwand 81 door middel van wanden 82 die dienst doen als afstandshouder. In het bijzonder bepaalt de lengte van de wanden 82 de afstand (Dl zoals aangeduid in figuur 3A en D2 zoals aangeduid in figuur 3B) tussen de buitenzijde 72 van een wand 71 en de binnenzijde 84 van de buitenwand 81. Het dient duidelijk te zijn dat de afstandshouder 82 cender welke lengte kan hebben en/of dat de afstandshouder 82 niet aanwezig dient te zijn (m.a.w. een lengte 0 heeft) zoals getoond in figuur 3B. Door het voorzien van afstandshouders 82 worden tevens holtes 85 gemaakt. Eén of meerdere van deze holtes 85 kunnen gebruikt worden voor het integreren van elektrische leidingen die dienen voor de aandrijving van de wandinvulling 6, de dakinvulling 7 en/of andere elektrisch aangedreven elementen aanwezig in de overkapping |.

[0061] Figuur 3B illustreert een tweede vormgeving van een kolom 2 voor gebruik met een vaste wandinvulling 6d die langsheen een hoekpunt van de overkapping 1 doorloopt en zo ten minste een gedeeltelijke invulling vormt van twee zijwanden (zie figuren ZH tot 2). De kolom 2 is vandaar geschikt om samen te worden gebruikt met de externe pivotbalk 3 van figuren 3B en/of 3D en/of met een spanbalk 5 met een dergelijke functionaliteit.

[0062] Het voornaamste verschil met de kolom van figuur 6A is dat voor twee zijwanden 71 gebruik is gemaakt van cen afwerkingsprofiel 78a zonder afstandshouders 82. Vandaar bevindt de buitenzijde 83 van het afwerkingsprofiel 78a zich dichter bij de wand 71 dan de buitenzijde 83 van het afwerkingsprofiel 78. Op con dergelijke manier is het mogelijk om cen vaste zijwand 6d te voorzien onder de ligger 3, 5 van de overkapping 1 die langsheen een kolom 2 doorloopt. In het geval de vaste zijwand 6d niet doorzichtig is, kunnen de afwerkingsprofielen 78a tussen de zijwand 6d en het kernprofiel 70 ook worden achterwege gelaten gezien deze toch niet zichtbaar zijn.

10063} Figuur 3C illustreert een derde vormgeving van een kolom 2 voor gebruik met een vaste wandinvulling 6d waarbij de kolom 2 zich in een zijwand van de overkapping 1 bevindt, maar geen hoekpant is. In een dergelijke uitvoering is slechts vereist dat er aan één zijde, namelijk de naar buiten gerichte zijde van de kolom 2, ruimte is voor de vaste zijwand 6d. Vandaar is er één afwerkingsprofiel 78a voorzien zonder afstandshouders 82. Eveneens kan dit afwerkingsprofiel, indien de zijwand 6d niet doorzichtig is, ook achterwege gelaten worden,

[0064] Figaur 3D illostreert cen vierde vormgeving van cen kolom 2 waarbij geen enkel van de afwerkingsprofielen 78a voorzien is van een afstandshouder 82. Deze uitvoering heeft als voordeel dat de ruimte ingenomen door een kolom 2 geminimaliseerd wordt zodat de beschikbare ruimte onder de overkapping 1 maximaal is.

[0065] Figuur 3E illustreert con vijfde vormgeving van een kolom 2 voor gebruik met cen scherm Ga als zijwandinvuliing voor één van de zijwanden (zie figuur 2A). Drie van de zijwanden 71 zijn afgedekt door middel van het standaard afwerkingsprofiel 78’. De resterende zijwand 71 is voorzien van een alternatief afwerkingsproliel 78b dat samenwerkt met een wandhouderprofiel

86.

[0066] Het wandgeleidingsprofiel 86 omvat een geleidingskamer 87 dat voorzien is van een opening 95 in zijn naar buiten gerichte wand 94. Het scherm 6a (niet getoond) strekt zich uit doorheen deze opening 95 in zijn gesloten toestand. De geleidingskamer 87 is begrensd door een achterwand 88 waaruit een aftakking 96 zich uitstrekt weg van de geleidingskamer 87, welke aftakking 96 aan zijn uiteinde voorzien is een positioneringsmiddel, in het bijzonder een haak 89, die aangrijpt in inkeping 31. De aftakking 96 vormt een nagenoeg rechte hoek met de achterwand 88, welke hoek stcunt tegen cen hoekpunt van het kernprofiel 70. Een twcede positioneringsmiddel, in het bijzonder een pin 90, is voorzien op een aftakking 97 die zich in het verlengde uitstrekt van de achterwand 88. De pin 90 wordt ontvangen in een aanbrengsleuf 77. Door het gebruik van deze positioneringsmiddelen 77, 31, 89, 90 wordt het wandgeleidingsprofiel 86 correct gepositioneerd op het kernprofiel 77.

[0067] De geleidingskamer 87 is verder begrensd door twee zijwanden 91, 92. De ene zijwand 91 strekt zich uit vanaf de achterwand SS tot de naar buiten gerichte wand 94. De andere zijwand 92 strekt zich uit vanaf de achterwand 88 tot tegen de binnenzijde 84 van de buitenwand Sl en is voorzien van cen verbindingsmiddel 93, in het bijzonder een vrouwelijk pinverbindingselement, voor het ontvangen van pin 79 van het afwerkingsprofiel 7Sb. Merk op dat het afwerkingsprofiel 78b zowel een pin 79 heeft met een afstandshouder 82 als een pin 79 zonder afstandshouder. De pin 79 zonder afstandshouder dient voor de bevestiging aan het verbindingsmiddel 93 voorzien op het wandgeleidingsprofiel 86.

[0068] Figuur 3F illustreert sen zesde vormgeving van een kolom 2 voor gebruik met een scherm Ga als zijwandinvulling voor twee van de zijwanden zodanig dat de schermen 6a cen hoek vormen. Twee van de zijwanden 71 zijn afgedekt door middel van het standaard afwerkingsprofiel 78’. De resterende zijwanden 71 is voorzien van het alternatief afwerkingsprofiel 78b dat samenwerkt met het wandhouderprofiel 86. (0069! Figuur 3G illustreert een zevende vormgeving van een kolom 2 voor gebruik met een vaste wand 6d als zijwandinvulling, welke vaste wand 6d zich over de hoek uitstrekt zoals getoond in figuur ZH. In de getoonde uitvoering zijn twee zijwanden 71 van de kern 70 niet voorzien van een afwerkingsproficl en zijn de twee buitenzijden 71 afgedekt met cen alternatief afwerkingsprofiel 78d dat een kanteel-vorm heeft om het gewenste esthetische uitzicht te bekomen.

[0070] De kanteclafwerkingsprofielen 78d zijn evencens bevestigd op de kern 70 door gebruik te maken van de aanbrengsleuven 77 waarin pinnen 79 zijn geplaatst. De pinnen 79 zijn op de naar binnen gerichte zijde 84 van de kanteelafwerking 78d aangebracht met daartussen een afstandshouder 82 zodanig dat er zich een afstand D3 bevindt tussen een naar binnen gerichte zijde 84 en de naar buiten gerichte zijde 72 van de kern 70. Tevens is een aanslag 9 voorzien op de afstandshouder 82 die aanslaat tegen de kern 70. Deze aanslag 82 verbetert de plaatsing van de kanteelafwerkingsprofielen 7Sd in het bijzonder door de afstand D3 nauwkeurig te handhaven in vergelijking met cen afwerkingsprofiel 78d zonder deze aanslag.

[0071] Figuur 3H illustreert een achtste vormgeving van een kolom 2 voor gebruik met een gecombineerde zijwandinvulling, in het bijzonder cen scherm 6a als zijwandinvulling voor één van de zijwanden en vaste kanteelwand 6d voor een andere zijwand. Vandaar is één zijwand 71 voorzien van cen kanteelafwerkingsprofiel 78d, één zijwand 71 is vrij van afwerking, één zijwand is voorzien van de standaardafwerking 78’ (deze kan ook worden gebruikt op de vrije wand) en de resterende zijwand 71 is voorzien van het alternatief afwerkingsprofiel 78b dat samenwerkt met het wandhouderprofiel 86.

[0072] Figuur 31 illustreert een negende vormgeving van cen kolom 2 die zich in een zijwand van de overkapping 1 bevindt, maar geen hoekpunt is. De binnenzijde van de kolom 2 is afgewerkt met de standaardafwerking 78’ die ook kan worden gebruikt op de vrije wanden 71. De naar buiten gerichte zijwand van de kern is afgewerkt met een vaste zijwandinvulling ód gevormd door afwerkingsprofiel 78e. Dit afwerkingsprofiel is gelijkaardig aan het kanteelafwerkingsprofiel 78d maar heeft een gewijzigd uitzicht. Het afwerkingsprofiel 78e maakt eveneens gebruik van pinnen 79 voor de bevestiging in de aanbrengsleuven 77.

[0073] Alhoewel bepaalde aspecten van de onderhavige uitvinding zijn beschreven met betrekking tot specifieke uitvoeringsvormen, is het duidelijk dat deze aspecten in andere vormen kunnen worden geïmplementeerd binnen de beschermingsomvang zoals bepaald door de conclusies,

Claims (17)

1. Conclusies 1 Een set profielen voor het opbouwen van een kolom (2) voor het ondersteunen van cen overkapping (1), waarbij de set omvat: - een kernprofiel (70) waarbij minstens één zijde (71) van het kernprofiel voorzien is van ten minste één aanbrengmiddel (77); en - ten minste één afdekprofiel (78) dat bevestigbaar is op een zijde van het kernprofiel door middel van het aanbrengmiddel in die zijde, daardoor gekenmerkt dat elk afdekprofiel, na bevestiging op het kernprofiel, de volledige zichtbare buitenzijde van de kolom vormt.
2. 2. De set volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat genoemd ten minste Sen afdekprofiel voorzien is van een buitenwand (81) met cen buitenste zijde (83) en cen binnenste zijde (84) en van ten minste één bevestigingsmiddel (79) dat geconfigureerd is om samen te werken met genoemd aanbrengmiddel voor het verbinden van het afdekprofiel en het kernprofiel.
3. 3. De set volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat genoemd ten minste één afdekprofiel voorzien is van een afstandshouder (82) tussen de binnenste zijde (83) en genoemd bevestigingsmiddel (79).
4. 4. De set volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat de afstandshouder (82) gevormd is door een wand die zich uitstrekt tussen de binnenste zijde (84) van de buitenwand (S1) tot genoemd bevestigingsmiddel (79) en cen vooraf bepaalde lengte (D1; D2; D3) heeft.
5. 5. De set volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de wand voorzien is van een aanslag (9) die voorzien is om aan te slaan tegen de zijde (7 1} van het kernprofiel (70).
6. 6. De set volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat genoemd bevestigingsmiddel (79) direct bevestigd is op de binnenste zijde (84) van de buitenwand (81).
7. 7. De set volgens één van de conclusies 2 tot 6, daardoor gekenmerkt dat genoemd bevestigingsmiddel (79) een pin omvat.
8. 8. De set volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat genoemd aanbrengmiddel (77) een aanbrengsleuf omvat, welke aanbrengsleuf bij voorkeur een vrouwelijk pinverbindingsmiddel omvat.
9. 9. De set volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het kernprofiel (70) een rotatiesymmetrie van orde drie, bij voorkeur vier of hoger, vertoont,
10. 10. De set volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het kernprofiel (70) voorzien is van ten minste vier aanbrengmiddelen (77) en dat de set ten minste vier van genoemde afdekprofielen (78) omvat, waarbij de vier afdekprofielen, na te zijn aangebracht op het kernprofiel, nagenoeg een rechthoek vormen.
11. 11. De set volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat clke zijde (71) van het kernprofiel voorzien is van ten minste twee aanbrengmiddelen (77).
12. 12. De set volgens één van de voorgaande conciusies, daardoor gekenmerkt dat de set ten minste twee onderling verschillende afdekprofielen (78, 78’, 78a, 78c, 78d, 78€) omvat, dic bedoeld zijn om op een verschillende zijde van het kernprofiel aangebracht te worden.
13. 13. De set volgens conclusie 12, daardoor gekenmerkt dat een eerste afdekprofiel (78) van genoemde ten minste twee onderling verschillende afdekprofielen voorzien is van een afstandshouder (82) tussen de binnensie zijde en genoemd bevestigingsmiddel (79), waarbij voor een tweede afdekprofiel (78a) van genoemde ten minste twee onderling verschillende afdekprofielen genoemd bevestigingsmiddel (79) direct bevestigd is op de binnenste zijde (84) van de buitenwand (81).
14. 14, De set volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat genoemd ten minste één afdekprofiel gevormd is door een afwerkingsprofiel (78b) dat samenwerkt met gen wandgeleidingsprofiel (86).
15. 15. De set volgens conclusie 14, daardoor gekenmerkt dat het wandgeleidingsprofiel voorzien is van een achterwand (88) waaruit zich een aftakking (96) uitstrekt, waarbij de achterwand (88) en de aftakking (96) samen steunen tegen het kernprofiel (70).
16. 16. De set volgens conclusie 15, daardoer gekenmerkt dat de aftakking (96) aan zijn uiteinde voorzien is van cen positoneringsmmddel (89) dat geconfigureerd is om aan te grijpen in een inkeping (31) voorzien op het kernprofiel (70).
17. 17. Een kolom (2), daardoor gekenmerkt dat de kolom is opgebouwd uit een set volgens één van de voorgaande conclusies, 18, Een overkapping (1), daardoor gekenmerkt dat de overkapping een kolom (2) omvat volgens conclusie 17.