BE1025544B1

BE1025544B1 - Oriëntatiesysteem voor drankblikken

Info

Publication number: BE1025544B1
Application number: BE2017/5613A
Authority: BE
Inventors: Robert Gaafar; Maisie Devine; Patrick O'riordan; Hilary Farnsworth; Peter Daily; Doreen Swift; Ralph Cassara; Joseph Toro; Rodney B. Mcgauch
Original assignee: Anheuser-Busch Inbev Nv
Priority date: 2017-09-01
Filing date: 2017-09-01
Publication date: 2019-04-08
Also published as: AR112889A1; US20200270068A1; BE1025544A1; EP3676812A1; WO2019043151A1

Abstract

De onderhavige openbaring verschaft een oriëntatiesysteem voor het oriënteren van een drankblik. Het systeem omvat een draagmiddel voor het horizontaal ontvangen van een drankblik, bevestigd op een steunframe. Het draagmiddel omvat een open ontvangend gedeelte dat zich uitstrekt naar en tussen een bovenste uiteinde-richting en een onderste uiteinde. Het steunframe is voorzien van een mechanisme om een kantelende beweging van het daardoor ondersteunde draagmiddel mogelijk te maken, waardoor het drankblik wordt vrijgegeven. Het systeem omvat verder een detectie-eenheid voor het detecteren van een bovenste gedeelte van een drankblik. Het systeem omvat een bedieningseenheid voor het ontvangen van meetinformatie van de detectie-eenheid en dienovereenkomstig het verschaffen van een verplaatsingsinstructie aan het steunframe zodat het drankblik wordt vrijgegeven in een rechtopstaande positie met de bovenkant omhoog.

Description

TECHNISCH GEBIED [001] De onderhavige openbaring heeft over het algemeen betrekking op een oriëntatiesysteem, en heeft meer specifiek betrekking op een oriëntatiesysteem voor het oriënteren van een horizontaal ontvangen drankblik in een met de bovenkant omhoog gerichte verticale positie.

ACHTERGROND [002] Containers, zoals drankblikken, die vloeibare voedingsmiddel zoals, bijvoorbeeld, water, bier, dranken, enz. bevatten, hebben de laatste tijde bewezen van onschatbare waarde te zijn in een brede waaier aan situaties en vormen momenteel een van de meest verkochte producten wereldwijd.

[003] Vele plaatsen, van industriële tot civiele instellingen, bijvoorbeeld in structuren zoals treinstations, ziekenhuizen, scholen, nachtclubs, dancings, restaurants en verfrissingsservices allerlei, zijn voorzien van een of meer drankserveerstations die diverse ingeblikte dranken bevatten. Dergelijke drankblikken zijn kenmerkend opgeslagen in diverse soorten verkoopautomaten. Deze verkoopautomaten kunnen, door middel van diverse overdrachtmechanismen, de drankblikken op een gepaste manier positioneren in een leveringsgebied, dat toegankelijk is voor de gebruiker om het blik weg te nemen.

[004] Zoals hoger vermeld hadden deze verkoopautomaten veel succes op de markt met betrekking tot het bereiken van hun doelstellingen. Alle belangrijkste momenteel bekende verkoopautomaten vertonen bepaalde beperkingen. De meeste van deze verkoopautomaten verschaffen het drankblik onder invloed van de zwaartekracht. Daarom worden de

-1 drankblikken over het algemeen geleverd in een willekeurige oriëntatie ^²θ¹⁷/56ΐ3 vallen meestal horizontaal op de leveringsplaat.

[005] Sommige verkoopautomaten gebruiken een toepassingsgericht overdrachtmechanisme en brengen de drankblikken over door een over het algemeen horizontaal leveringskanaal in een horizontale oriëntatie. In de huidige wereld van automatisering kan het echter zijn dat de gebruiker de moeite niet wenst te doen om het blik te oriënteren en de blikken gewoon wenst op te nemen en te openen tijdens het uitoefenen van andere taken.

[006] Er werden diverse mechanismen ontwikkeld voor het verschaffen van de functionaliteit van verticale oriëntatie van de drankblikken in het leveringsgebied. Een dergelijk mechanisme is geopenbaard in de US publicatie 3710978. Een dergelijk mechanisme omvat over het algemeen introductie van de drankblikken in het opslagcompartiment van het verkoopautomaat in een verticale oriëntatie. Een dergelijke vereiste verdient geen voorkeur doordat deze het proces van het vullen van het opslagcompartiment vertraagt. Verder moeten er in een dergelijke opstelling steunmechanismen worden gebruikt om de blikken stabiel te houden, wat de interne structuur van het automaat complex en kostelijk maakt en dus geen voorkeur verdient. Sommige andere verkoopautomaten omvatten een grijper voor het opnemen van een blik en het overbrengen ervan naar het leveringsgebied in een verticale oriëntatie.

[007] Geen van de hierboven geopenbaarde automaten levert de drankblikken echter in een richting met de bovenkant omhoog. Het geleverde blik moet nog steeds worden georiënteerd alvorens te worden geopend en gedronken. Instrumenten uit de vorige stand der techniek zijn technisch ook niet

-2compatibel voor opname in verkoopautomaten voor drankblikken die §^²θ¹⁷/56ΐ3 overdracht van correct georiënteerde drankblikken mogelijk zouden maken.

[008] Zoals men uit de bovenstaande beschrijving kan opmaken, is er nog steeds nood aan een verbeterd blikoriëntatiesysteem dat, terwijl het gebruiksvriendelijk en kostenefficiënt is, ook kan worden gebruikt in verkoopautomaten, meer specifiek verkoopautomaten die drankblikken leveren met de bovenkant omhoog georiënteerd, zonder daarbij veranderingen te moeten aanbrengen aan de huidige blikontwerpen.

SAMENVATTING [009] In een aspect van de onderhavige openbaring wordt een oriëntatiesysteem voor het oriënteren van drankblikken verschaft. Het systeem omvat een draagmiddel voor het horizontaal ontvangen van een drankblik, bevestigd op een steunframe. Het draagmiddel omvat een open ontvanggedeelte dat zich uitstrekt naar en tussen een bovenste uiteinde in een proximale richting en een onderste uiteinde in een distale richting. Het steunframe is voorzien van een mechanisme om een kantelende beweging van het daardoor ondersteunde draagmiddel mogelijk te maken, waardoor het drankblik wordt vrijgegeven. Het systeem omvat verder een detectieeenheid voor het detecteren van een bovenste gedeelte van een drankblik. Het systeem omvat een bedieningseenheid voor het ontvangen van meetinformatie van de detectie-eenheid en dienovereenkomstig het verschaffen van een verplaatsingsinstructie aan het steunframe zodat het drankblik wordt vrijgegeven in een rechtopstaande positie met de bovenkant omhoog.

-3 [0010] Het steunframe kan mogelijk ook een rotationele beweging ^BE2017/5613 verschaffen aan het draagmiddel.

[0011] Over het algemeen omvat de verplaatsingsinstructie een kantelbewegingsinstructie voor het kantelen van het uiteinde van het draagmiddel overeenkomstig het bovengedeelte van de drank in een opwaartse richting.

[0012] Het systeem omvat mogelijk een valplatform naast een van het bovenste uiteinde / onderste uiteinde van het draagmiddel zodat het drankblik uit het draagmiddel wordt vrijgegeven om op het valplatform te worden geplaatst.

[0013] De verplaatsingsinstructie omvat verder een roterende beweging voorafgaand aan de kantelbeweging.

[0014] Het steunframe omvat optioneel een automatisch verplaatsingsmiddel voor het verschaffen van een rotationele en / of kantelende beweging aan het draagmiddel.

[0015] Verder optioneel kan het automatische verplaatsingsmiddel worden gekozen uit een of meer van, maar niet beperkt tot, een elektrische zuiger, elektrisch tandwiel, elektrische motor, of dergelijke.

[0016] De detectie-eenheid omvat bij voorkeur een optische sensor en een optische triggereenheid voor het triggeren van de sensor.

[0017] Additioneel omvat het systeem een functioneel bevestigingsmiddel voor bevestiging aan een extern systeem gekozen uit, maar niet beperkt tot, diverse soorten verkoopautomaten, of dergelijke.

-4[0018] Verder omvat, in dergelijke instanties, het systeem een fysiek^BE2017/5613 bevestigingsmiddel voor bevestiging van het systeem op het externe systeem.

[0019] Het functionele bevestigingsmiddel kan mogelijk worden gekozen uit, maar niet beperkt tot, een van USB-kabel, seriële datakabels, en dergelijke.

[0020] Het fysieke bevestigingsmiddel kan mogelijk ook gekozen zijn uit, maar niet beperkt tot, een bevestigingshaak, scharnierbevestiging, en elk ander geschikt bevestigingsmechanisme dat bekend is in het vakgebied.

[0021] Het ontvangende gedeelte van het draagmiddel is bij voorkeur een over het algemeen concaaf gevormd centrumgedeelte dat zich op beide zijden uitstrekt naar zijwanden.

[0022] Verder heeft het ontvangende gedeelte van het draagmiddel bij voorkeur een diameter groter dan een diameter van het drankblik.

[0023] In een ander aspect van de uitvinding is een werkwijze voor het oriënteren van een drankblik geopenbaard. De werkwijze omvat het horizontaal ontvangen van een drankblik op het ontvangende gedeelte van het draagmiddel. De werkwijze omvat verder het ontvangen van een of meer verplaatsingsinstructies aan het steunframe van de bedieningseenheid voor vrijlating van het drankblik in een oriëntatie met de bovenkant omhoog gericht.

[0024] De bedieningseenheid ontvangt mogelijk meetinformatie van de detectie-eenheid voor het genereren van de een of meer verplaatsingsinstructies.

-5[0001] In nog een ander aspect van de onderhavige openbaring is e§i^2017/5613 verkoopautomaat dat gebruik maakt van het oriëntatiesysteem van de onderhavige uitvinding geopenbaard.

[0025] De details van een of meer uitvoeringen zijn weergegeven in de begeleidende tekeningen en onderstaande beschrijving. Andere aspecten, eigenschappen en voordelen van het hierin geopenbaarde onderwerp worden duidelijk uit de beschrijving, de tekeningen en de conclusies.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN [0026] FIG. 1 is een blokdiagram dat een oriëntatiesysteem volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring voorstelt;

[0027] FIG. 2a is een schematische weergave van het oriëntatiesysteem van

FIG. 1 volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

[0028] FIG. 2b is een perspectiefaanzicht van een steunhaak volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

[0029] FIG. 3 is een perspectiefaanzicht van het draagmiddel volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

[0030] FIG. 4 is een schematische weergave van een oriëntatiesysteem volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

[0031] FIG. 5 toont een stroomschema dat de stappen illustreert voor het oriënteren van een drankblik volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring; en

-6[0032] Fig. 6 toont een verkoopautomaat dat een oriëntatiehulpmidc^^2017/5613gebruikt volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING [0002] Zoals vereist is hierin een schematische, louter kenmerkende uitvoeringsvorm van de onderhavige aanvrage geopenbaard; het dient echter vermeld dat de geopenbaarde uitvoeringsvorm louter kenschetsend is voor de onderhavige openbaring, die kan worden uitgevoerd in diverse en / of alternatieve vormen. Specifieke hierin geopenbaarde structurele en functionele details mogen niet worden geïnterpreteerd als zijnde beperkend, maar louter als basis voor de conclusies en als representatieve basis om de ervaren deskundige in het vakgebied te leren de onderhavige openbaring op diverse manieren aan te wenden in nagenoeg elke gepaste gedetailleerde structuur.

[0003] Aspecten, voordelen en/of eigenschappen van de kenschetsende uitvoeringsvorm van de openbaring worden duidelijk met het oog op de volgende gedetailleerde beschrijving, die diverse niet-beperkende uitvoeringsvormen van de uitvinding openbaart. In de beschrijving van kenschetsende uitvoeringsvormen wordt voor de duidelijkheid specifieke terminologie aangewend. De uitvoeringsvormen zijn echter niet bedoeld om beperkt te zijn tot deze specifieke terminologie. Het dient vermeld dat elk specifiek gedeelte alle technische equivalenten omvat die op een gelijkaardige manier werken om een gelijkaardige doelstelling te verwezenlijken.

[0004] Kenschetsende uitvoeringsvormen kunnen worden aangepast voor vele verschillende doeleinden en zijn niet bedoeld als zijnde beperkt tot de hierin

-7 opgenomen specifieke kenschetsende doeleinden. Eenieder die onderlegd is ^^2017/5613het vakgebied zou in staat moeten zijn de louter kenschetsende uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring aan te passen, afhankelijk, bijvoorbeeld, van het beoogde gebruik van de aangepaste uitvoeringsvorm. Bovendien zijn hieronder vermelde voorbeelden en beperkingen die daarmee verband houden bedoeld als zijnde illustratief en niet exclusief. Andere beperkingen van het gerelateerde vakgebied worden duidelijk voor de ervaren deskundige in het vakgebied na het lezen van de volgende specificatie en bestudering van de gerelateerde figuren.

[0005] De onderhavige aanvrage openbaart een oriëntatiesysteem voor gebruik bij de oriëntering van drankblikken die vloeistoffen bevatten, zoals koude dranken, bier, wijn, mineraalwater enz., in een toestand die klaar is om te worden geopend, d.w.z. georiënteerd in een positie met de bovenkant omhoog gericht en die kan worden opgenomen en geopend door een consument. Het systeem kan over het algemeen worden gebruikt voor het oriënteren van elk type drankblikken, ongeacht hun koolzuurgehalte, alcoholgehalte, viscositeitsniveau, bijvoorbeeld in bedrijfsrestaurants, schoolcantines, enz. Het is duidelijk dat uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding kunnen worden aangewend in combinatie met drankblikken van verschillende types, ongeacht hun grootte, vorm en materialen, die gebruikt worden in de drankindustrie. Het dient ook vermeld dat, zoals gebruikt in deze specificatie en de bijgevoegde conclusies, de enkelvoudige vormen “een” “de” en “het” meervoudige referenties omvatten, tenzij de context duidelijk anders uitwijst. Dus, bijvoorbeeld, de term “een opening” is bedoeld om te verwijzen naar een enkele opening of een combinatie van openingen, “een aandrijfmiddel” is bedoeld om te verwijzen naar een of meer aandrijfmiddelen, of een combinatie daarvan.

-8[0006] FIG. 1 toont een blokdiagram dat de basiscomponenten van het systeePi^^201775613van de onderhavige openbaring weergeeft. Zoals geïllustreerd in FIG. 1 verschaft de onderhavige openbaring een oriëntatiesysteem 100 voor het oriënteren van een drankblik [niet weergegeven]. Het systeem 100 omvat een draagmiddel 110 voor het ontvangen van een drankblik, over het algemeen in een willekeurige horizontale oriëntatie. Het systeem 100 omvat verder een steunframe 120 voor het vasthouden van het draagmiddel. Het steunframe 120 omvat een aandrijfmechanisme 150 dat is aangepast om een kantelende beweging en, optioneel, een roterende beweging te verschaffen aan het draagmiddel 110 dat daardoor wordt ondersteund. Het systeem 100 omvat verder een detectieeenheid 130 voor het bepalen van een oriëntatie van het drankblik dat op het draagmiddel 110 is geplaatst. Bovendien omvat het systeem 100 een bedieningseenheid 140 die verbonden is met de detectie-eenheid 130, en met het steunframe 120 voor het verschaffen van een of meer verplaatsingsinstructies aan het steunframe 120. In werking ontvangt de bedieningseenheid meetinformatie van de detectie-eenheid en verzendt een of meer verplaatsingsinstructies voor het aandrijfmechanisme 150 van het steunframe 120.

[0007] FIG. 1 toont schematisch de opstelling van de basiscomponenten van het verkoopautomaat 100 van de onderhavige openbaring. Bij de constructie van commerciële functionele eenheden kunnen secundaire componenten zoals draden, leidingen, koppelingen, connectoren, steunstructuur en andere functionele componenten bekend bij eenieder die is onderlegd in het vakgebied van thermodynamica en meer specifiek de verkoopautomaattechnologie worden opgenomen in het oriëntatiesysteem 100. Dergelijke commerciële opstellingen

-9zijn in de onderhavige uitvinding opgenomen zolang de hierin geopenbaard^2017/5613 structurele componenten en opstellingen aanwezig zijn.

[0008] Met verwijzing naar FIG. 2A is een oriëntatiesysteem 200, over het algemeen voorgesteld door een cijfer 200 voor het oriënteren van een over het algemeen cilindervormig drankblik 290 met een bovenoppervlak 291 en een onderoppervlak 292 geïllustreerd volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring. Hoewel de vorm van het drankblik 290 uitsluitend voor kenschetsende doeleinden cilindervormig is voor, dient het duidelijk te zijn dat het drankblik 290 elke vorm of grootte kan hebben, inclusief de radius en de hoogte die geschikt zijn voor het bevatten van de inhoud ervan. Verder kunnen de vorm en de grootte, inclusief de radius en de hoogte van het oriëntatiesysteem 200, gevarieerd worden afhankelijk van de ontwerpbeperkingen en vereisten voor de toepassing ervan, zoals verder zal worden besproken.

[0009] Het oriëntatiesysteem 200 omvat een draagmiddel 210 [zoals geïllustreerd in Fig. 3] met een over het algemeen open vierhoekige vorm met een open ontvangend gedeelte 215 voor horizontale ontvangst van het drankblik 290. Het ontvangende gedeelte 215 strekt zich over het algemeen uit naar en tussen een eerste zijwand 211, een tweede zijwand 212, een open bovenste uiteinde 213 en een open onderste uiteinde 214. De eerste zijwand 211 en de tweede zijwand 212 zijn over het algemeen gevormd om een comfortabele afgifte van het drankblik 290 door de open uiteinden 213, 214 van het draagmiddel 210 mogelijk te maken. De eerste zijwand 211 kan een lipgedeelte 216 omvatten dat zich uitstrekt over het open ontvangende gedeelte 215 om de mogelijkheid van een vrije val van het drankblik 290 tijdens de vrijgave daarvan te voorkomen.

-10[0010] In sommige uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding kan ^2017/5613 ontvangende gedeelte 215 een over het algemeen concave vorm hebben voor het comfortabel ontvangen van het drankblik 290. In dergelijke uitvoeringsvormen is een diameter van het ontvangende gedeelte 215 groter dan een diameter van het drankblik 290.

[0011] Het oriëntatiesysteem 200 omvat verder een steunframe 220 voor stevig en beweegbaar vasthouden van het draagmiddel 210 door een of meer verbindingsmechanismen zoals een op een schroef gebaseerde bevestigingsschroef of elk ander geschikt mechanisme dat bekend is in het vakgebied. Het steunframe 220 omvat een over het algemeen gesloten behuizing 221 met een bovenoppervlak 221a, onderoppervlak 221b en vier laterale zijden 221c die een binnenste gedeelte 221d daarin definiëren. In sommige uitvoeringsvormen, zoals geïllustreerd in Fig. 2b, kan de steunbehuizing 221 de vorm hebben van een steunhaak 221 met een bovenoppervlak 221a.

[0012] De behuizing 221 omvat een aandrijfmechanisme 250 dat daarin geplaatst is. Het aandrijfmechanisme 250 omvat een aandrijfmiddel 251, en een of meer draagmiddel-aandrijfcomponenten 252 die zich uit de behuizing 221 uitstrekken door een of meer openingen [niet weergegeven] in het bovenoppervlak 221. De draagmiddel-aandrijfcomponenten 252 zijn dus verbonden met het aandrijfmiddel 251 aan het ene uiteinde en met het draagmiddel 210 aan het andere uiteinde.

[0013] Het aandrijfmechanisme 250, het aandrijfmiddel 251 en de draagmiddelaandrijfcomponent 252 kunnen gekozen zijn uit elke combinatie die bekend is in het vakgebied en die geschikt is voor het selectief verschaffen van een beweging zoals kantelbeweging, rotationele beweging, hefbeweging, en dergelijke, aan het

-11 draagmiddel 210 dat op het steunframe 220 is geplaatst. Bijvoorbeeld, ^^2017/5613sommige uitvoeringsvormen kan het aandrijfmiddel 251 een elektrische motor zijn en kan de draagmiddel-aandrijfcomponent 252 een of meer schachten zijn voor het verschaffen van beweging aan het draagmiddel 210. Verder kan, in dergelijke uitvoeringsvormen, de draagmiddel-aandrijfcomponent 252 worden gekozen als een combinatie van diverse mogelijke componenten, zoals droge lagers, schachtriemen, en hef- en / of rotatiestaven, magneetstaven, en dergelijke. Het aandrijfmechanisme 250 kan, in dergelijke uitvoeringsvormen, in staat zijn te werken in verschillende modi zoals, bijvoorbeeld, het verschaffen van een kantelbeweging in een modus, een rotatiebeweging in een tweede modus en een hefbeweging in een derde modus, en dergelijke.

[0014] Het oriëntatiesysteem 200 omvat verder een detectie-eenheid met een of meer sensoren (niet weergegeven) voor het bepalen van de oriëntatie van het drankblik 290 teneinde het bovenoppervlak 291 daarvan te detecteren. De een of meer sensoren detecteren over het algemeen het bovenoppervlak 291 op basis van een verschil in een diepte van het bovenoppervlak 291 en het onderoppervlak 292. De detectie-eenheid kan elke combinatie van sensoren, en gerelateerde componenten, omvatten die bekend zijn in het vakgebied en geschikt zijn voor het detecteren van het bovenoppervlak 291 van het drankblik 290. In sommige uitvoeringsvormen omvat de detectie-eenheid een of meer optische sensor- en overeenkomstige optische trigger-eenheden. In dergelijke uitvoeringsvormen bepaalt, wanneer getriggerd door de optische trigger-eenheid, de optische sensor de diepte die aanwezig is aan beide eindoppervlakken van het drankblik 290 om het bovenoppervlak 291 ervan te detecteren. In sommige andere uitvoeringsvormen omvat de detectie-eenheid een of meer

- 12aanraaksensoren die de eindoppervlakken van de drankblikken 290 fysiek m^^2017/5613 elkaar in contact brengen teneinde het bovenoppervlak 291 daarvan te detecteren.

[0015] Het oriëntatiesysteem 200 van de onderhavige openbaring kan verder een bedieningseenheid [140] omvatten voor bedienen van de operaties van het oriëntatiesysteem zoals geïllustreerd in FIG. 1. Het dient vermeld dat de bedieningseenheid 140 een computerapparaat kan zijn, inclusief kenmerkende componenten zoals een weergave-eenheid, een centrale verwerkingseenheid (CPU), willekeurig toegankelijk lees/schrijfgeheugen (RAM), enkel uitleesbaar geheugen (ROM), ten minste een opgeslagen programma, beeldschermuitlezingen, en ten minste een invoereenheid. De bedieningseenheid 140 is verbonden met de detectie-eenheid en het steunframe 220 aan zijn aandrijfmechanisme 250. Over het algemeen is de bedieningseenheid 140 aangepast voor het ontvangen van operationele invoeren van de detectieeenheid en het verschaffen van verplaatsingsinstructies aan het aandrijfmechanisme 250. In sommige uitvoeringsvormen is de bedieningseenheid 140 met het aandrijfmechanisme 250 verbonden door een of meer automatische relaisschakelaars [niet weergegeven], elke relais aangepast voor het verschaffen van een specifiek type beweging aan het draagmiddel 210 door de draagmiddel-aandrijfcomponent 252. Bijvoorbeeld, een eerste relaisschakelaar dient voor het verschaffen van de kantelbeweging aan het draagmiddel 210, een tweede relaisschakelaar is aangepast om een rotatiebeweging te verschaffen aan het draagmiddel 210, en een derde relaisschakelaar is aangepast om een hefbeweging te verschaffen aan het draagmiddel 210, enz. In dergelijke uitvoeringsvormen bepaalt, na het ontvangen

-13van de meetinformatie van de detectie-eenheid, de verwerkingseenheid van §^2017/5613 bedieningseenheid 140 het type van beweging dat nodig is om het blik 290 in een oriëntatie met de bovenkant omhoog vrij te geven en verstuurt de verplaatsingsinstructie dientengevolge naar het aandrijfmechanisme 250 van het steunframe 220.

[0016] De CPU, RAM, ROM, en het programma werken samen om de ontvangen invoeren te evalueren en het koelproces te regelen. De CPU en RAM kunnen speciaal voor deze uitvinding geproduceerd worden, of kunnen bij voorkeur gebruik maken van de voorradige items die beschikbaar zijn op het moment van productie. De ROM kan ook speciaal ontworpen zijn voor deze uitvinding en kan programmainstructies omvatten. PROMs, EPROMs, EEPROMs of dergelijke verdienen echter de voorkeur, maken een selectieve programmering mogelijk en kunnen worden aangebracht om zelfs ter plaatse te worden geprogrammeerd. De RAM wordt bij voorkeur gebruikt voor het tijdelijk opslaan van operator- en systeeminvoeren, maar kan ook worden gebruikt voor het opslaan van programmeringsinstructies die supplementair zijn aan het programma of de programma’s die opgeslagen zijn in de ROM. Op basis van de programmeringsinstructies van de ROM of andere geheugenbron en de ontvangen invoeren verzendt de CPU uitvoeren naar het weergavepaneel, evenals naar uitvoeren die diverse componenten van het systeem 200 regelen.

[0017] Het oriëntatiesysteem 200 omvat verder een energievoorzieningseenheid [niet weergegeven] voor het verschaffen van elektrische stroom aan de diverse componenten daarvan. De energievoorzieningseenheid 140 is over het algemeen verbonden met de bedieningseenheid 140, de detectie-eenheid en met het

- 14aandrijfmechanisme 250 om elektrische energie te verschaffen aan divert^2017/5613 componenten zoals aandrijfmiddelen 252, draagmiddel-aandrijfmiddelen 251, sensoren, weergave-eenheden, invoereenheden, en andere sub-componenten daarvan.

[0018] De energievoorzieningseenheid kan via een stroomkabel [niet weergegeven] verbonden zijn met een stopcontact. Alternatief kan de stroomkabel eindigen in een connector zoals een mannelijke stekker, een vrouwelijke stekker, krokodilklemmen, een banaanstekker, batterijconnectoren, batterij-adapters, stroomadapters en andere gelijkaardige hulpmiddelen om het oriëntatiesysteem 200 met een mobiele stroombron te verbinden. De mobiele stroombron kan een zijn van, maar niet beperkt tot, een draagbare batterij, zonnepaneel, generator, enz. In sommige uitvoeringsvormen kan de energievoorzieningseenheid een additionele geïntegreerde stroombron, zoals alkalinebatterijen, of een herlaadbare batterij zoals een lithium-ion- of een nikkelcadmiumbatterij, of dergelijke, omvatten. De stroombron kan verwijderbaar en / of vervangbaar in de energievoorzieningseenheid zijn.

[0019] In sommige uitvoeringsvormen kan het oriëntatiesysteem 200 een of meer functionele bevestigingsmiddelen [niet weergegeven] omvatten voor aansluiting van het systeem op het externe systeem, zoals een verkoopautomaat, en dergelijke. Voorbeelden van de functionele bevestigingsmiddelen omvatten, maar zijn niet beperkt tot, USB-kabel, seriële datakabel, en dergelijke.

[0020] Verder kan het oriëntatiesysteem 200 een of meer fysieke bevestigingsmiddelen [niet weergegeven] omvatten voor aansluiting van het systeem 200 op het externe systeem, zoals op componenten van het

- 15verkoopautomaat, bevestigingsoppervlakken, en dergelijke. Voorbeelden van §£2017/5613 fysieke bevestigingsmiddelen omvatten, maar zijn niet beperkt tot, een bevestigingshaak, scharnierbevestiging, en dergelijke.

[0021] Het draagmiddel 210 en de behuizing 222 van het steunframe 220 kunnen bij voorkeur vervaardigd zijn uit een materiaal gekozen uit een van, maar niet beperkt tot, thermisch uithardende polymeren die wenselijke slijtage- en aanvaardbare vervormingskenmerken vertonen. De te verkiezen thermisch uithardende polymeren kunnen gekozen zijn uit een van, maar niet beperkt tot, de groep bestaande uit polyoxymethyleen (POM), acrylonitril butadieenstyreen (ABS), nylon 6, nylon 6-6, polyamiden (PA), polybutyleen tereftalaat (PBT), polycarbonaten (PC), polyetheretherketon (PEEK), polyetherketon (PEK), polyethyleen tereftalaat, (PET), polyimiden, polyfenyleensulfide (PPS), polyfenyleenoxide (PPO), polysulfon (PSU), en polytetrafluoro-ethyleen (PTFE / Teflon).

[0022] Het draagmiddel 210 en de behuizing 222 van het steunframe 220 kunnen eventueel ook vervaardigd zijn uit een hard materiaal zoals staal met een coating van een materiaal gekozen uit, maar niet beperkt tot, thermisch uithardende polymeren zoals polyoxymethyleen (POM), acrylonitril butadieenstyreen (ABS), nylon 6, nylon 6-6, polyamiden (PA), polybutyleen tereftalaat (PBT), polycarbonaten (PC), polyetheretherketon (PEEK), polyetherketon (PEK), polyethyleen tereftalaat, (PET), polyimiden, polyphenyleensulfide (PPS), polyfenyleenoxide (PPO), polysulfon (PSU), en polytetrafluoro-ethyleen (PTFE / Teflon) of thermisch uithardende harsen geselecteerd uit de groep bestaande uit, maar niet beperkt tot: Polyureum, bis-maleïmiden, epoxy, fenoli, melamine

-16formaldehyde, polyester, polymide, polyurethaan, ureum-formaldehyde, epoxy §£²θ¹⁷/56ΐ3 novo lac [0023] In sommige uitvoeringsvormen omvat het oriëntatiesysteem een valplatform [niet weergegeven] aangepast voor het ontvangen van het georiënteerde drankblik 290 dat geplaatst is in een vrijgaverichting [een richting distaai / proximaal van het draagmiddel]. In dergelijke instanties kan de bedieningseenheid 140 geconfigureerd zijn voor het verschaffen van de verplaatsingsinstructies aan het aandrijfmechanisme 250 zodat het drankblik 290 wordt vrijgegeven in de richting van het valplatform in de positie met de bovenkant omhoog gericht. Dienovereenkomstig is, in dergelijke gevallen, op het ogenblik van vrijgave het bovenoppervlak 291 van het drankblik 290 is altijd aanwezig aan het uiteinde van het draagmiddel 210 tegenover het uiteinde aan de vrijgaverichting. Daarom geeft, als de detectie-eenheid bepaalt dat het bovenoppervlak 291 van blik 290 naar de vrijgaverichting is gericht, de bedieningseenheid 140 aan het aandrijfmechanisme 250 de opdracht om het draagmiddel 210 te roteren onder een hoek van 180 graden, waardoor het bovenoppervlak 291 naar het uiteinden tegenover de vrijgaverichting wordt verplaatst. Daarna geeft de bedieningseenheid 140 het aandrijfmechanisme 250 de opdracht om een kantelbeweging aan te brengen zodat het uiteinde van het draagmiddel tegenover de vrijgaverichting omhoog wordt verplaatst waardoor het drankblik 290 op het valplatform wordt vrijgegeven in een oriëntatie met de bovenkant omhoog gericht.

[0024] Fig. 4 illustreert een kenschetsend oriëntatiesysteem 400 dat kan worden gebruikt voor het op een gepaste manier detecteren en veranderen van de

- 17oriëntatie van het drankblik 290. Het oriëntatiesysteem 400 omvat een bovenst^201775613ontvangend gedeelte 410 ondersteund op een steunhaak 420. Het systeem omvat verder een detectie-eenheid 430 met een optische sensor 432 en optische triggereenheid 434. Het systeem omvat verder een bedieningseenheid [niet weergegeven] met de detectie-eenheid 430 en met een aandrijfmechanisme 450 verbonden door een of meer schakelaars 460. Het aandrijfmechanisme 450 omvat een elektrische motor 451 die gebruikt wordt als aandrijfmiddel en een combinatie van een droge lager 452a en een staafmagneet 452b, gebruikt als draagmiddel-aandrijfmiddel. Verder omvat het systeem 400 diverse commercieel functionele eenheden, secundaire componenten zoals draden, leidingen, koppelingen, connectoren, steunstructuur en andere functionele componenten die bekend zijn bij eenieder die is onderlegd in het vakgebied van thermodynamica en meer specifiek de verkoopautomaattechnologie.

[0025] Fig. 6, met verwijzing naar Figurenl tot en met 4, is een stroomschema dat een werkwijze 600 illustreert voor het oriënteren van een drankblik 290 door middel van het oriëntatiesysteem 200 van de onderhavige openbaring. De werkwijze begint bij stap 602 en gaat verder naar stap 604 waar een drankblik 290 wordt ontvangen op het draagmiddel 210 van het oriëntatiesysteem 200. Het drankblik 290 kan worden ontvangen vanuit elk bevestigd systeem, zoals, bijvoorbeeld, een verkoopautomaat, of vanuit elk leveringskanaal dat de drankblikken in een willekeurige horizontale oriëntatie levert. Daarna gaat de werkwijze 600 verder naar stap 606 waar de detectie-eenheid de oriëntatie van het drankblik 290 bepaalt om het bovenoppervlak 291 daarvan te detecteren. In stap 608 verzendt de detectie-eenheid de meetinformatie naar de bedieningseenheid 140 die op zijn beurt de verplaatsingsinstructie verzendt naar

-18het aandrijfmechanisme 250 van het steunframe 220 in stap 510. Over hd^2017/5613algemeen omvatten de verplaatsingsinstructies een kantelbeweging door het uiteinde van het draagmiddel 210, aanwezig in de richting van het bovenoppervlak 291 van het drankblik 290, zoals gedetecteerd door de detectieeenheid, op te tillen. In de uitvoeringsvormen, die het valplatform omvatten voor het ontvangen van het georiënteerde drankblik 290, op het ogenblik van vrijgave, is het bovenoppervlak 291 van het drankblik 290 echter altijd aanwezig aan het uiteinde van het draagmiddel 210 tegenover de richting van de vrijgaverichting.

Daarom geeft, als het bovenoppervlak 291 van blik 290 naar de vrijgaverichting is gericht, de bedieningseenheid 140 aan het aandrijfmechanisme 250 de opdracht om het draagmiddel 210 te roteren onder een hoek van 180 graden, waardoor het bovenoppervlak 291 naar het uiteinden tegenover de vrijgaverichting wordt verplaatst. Daarna geeft de bedieningseenheid het aandrijfmechanisme 250 de opdracht om een kantelbeweging aan te brengen zodat het uiteinde tegenover de vrijgaverichting omhoog wordt verplaatst waardoor het drankblik 290 in stap 512 op het valplatform wordt vrijgegeven in een oriëntatie met de bovenkant omhoog gericht.

INDUSTRIËLE TOEPASBAARHEID [0026] De onderhavige openbaring heeft betrekking op een oriëntatiesysteem 200 voor het oriënteren van een drankblik dat vloeistof bevat, zoals bier, wijn, cider, zwaardere likeur (bv., gedistilleerde drank, geestrijke drank, likeur, zwaardere alcohol, enz.), frisdrank (bv., cola, limonade, pop, tonic, seltzer), icetea, koolzuurhoudend water en andere types van koolzuurhoudende / nietkoolzuurhoudende dranken. Het oriëntatiesysteem 200 is, terwijl het

-19kostenefficiënt en draag baar is, zeer snel en gemakkelijk te bedienen doê^^2017/5613 eindgebruikers, of door kleinhandelaars in diverse winkels, cafés enz. voor het oriënteren van drankblikken van om het even welke vorm, grootte of elke variëteit van configuraties, in een toestand die klaar is om te worden geopend.

[0027] Het is duidelijk dar de verwezenlijking van een dergelijk oriëntatiesysteem de eindgebruiker in staat stelt de drankblikken veilig op te nemen en veilig te openen. Terwijl het oriëntatiesysteem van de onderhavige openbaring dienst kan doen als onafhankelijke zelfstandige eenheid, kan het ook worden geïntegreerd in diverse verkoopautomaten die bekend zijn in het vakgebied, waardoor de consument klaar om te openen drankblikken uit het verkoopautomaat kunnen krijgen.

[0028] Fig. 5 illustreert een kenschetsend verkoopautomaat 500 dat het oriëntatiesysteem van de onderhavige openbaring aanwendt. Het verkoopautomaat 500 omvat een hoofdbehuizing 510 met een over het algemeen vierhoekige vorm met een bovenste gedeelte 501, onderste gedeelte 502, voorste gedeelte 503 en een achterste gedeelte 504 die zich uitstrekken tussen een eerste zijde 505 en een tweede zijde 506 en een binnenruimte 507 in de hoofdbehuizing 510 definiëren. De hoofdbehuizing 510 omvat een leveringsgleuf 512 en een betaal interface 514 geconfigureerd op het bovenste gedeelte 501 daarvan.

[0029] De leveringsgleuf 512 is over het algemeen een openingsgleuf in de hoofdbehuizing 510 verbonden met een buisvormige structuur 513 die zich uitstrekt in de binnenruimte 507 van de hoofdbehuizing 510 en is aangepast voor het ontvangen van het drankblik 300 dat is opgeslagen in het verkoopautomaat

-20500. De betaal interface 514 is een interface geconfigureerd voor het aannem§i^2017/5613 van betaling door middel van een veelheid aan bekende mechanismen.

[0030] Het binnenste gedeelte 507 van de hoofdbehuizing 510 omvat een koelcompartiment 520 voor het bewaren van drankblikken 300 in een gekoelde toestand en een overdracht- subsysteem 530 voor het overdragen van het drankblik 300 vanuit het koelcompartiment 520 naar de leveringsgleuf 512 door de buisvormige structuur 513.

[0031] Het koelcompartiment 520 omvat een bovenste compartiment 521 voor het opslaan van de veelheid aan drankblikken 300 afgescheiden van een basiskoeleenheid 551 door een over het algemeen hellende plaat 552 dat zich uitstrekt naar een koelkastdeur 553 van het koelcompartiment 520. De basiskoeleenheid 551 kan elke conventionele bekende koeleenheid zijn die bekend is in het vakgebied en die geschikt is om te worden gebruikt met de verkoopautomaten.

[0032] Het bovenste compartiment omvat een veelheid aan kolommen 522 die elk in staat zijn tot het opslaan van een stapel 523 drankblikken 300 en die een vrijgavedeur hebben 524 in een onderste gedeelte Cl daarvan. Het compartiment 521 omvat verder een motorsamenstel (290) voor het vrijmaken (openen) / vergrendelen (sluiten) van de vrijgavedeur 524.

[0033] Het koelcompartiment 220 omvat verder een deuropeningsmechanisme

554 voor het openen van de koeldeur 553 zodat slechts één drankblik 300 uit het koelcompartiment kan worden verdeeld naar het overdracht-subsysteem 530 aan een ontvangststation 532 daarvan.

-21 [0034] Het overdracht-subsysteem 530 zoals eerder geopenbaard ontvangt e§i^2017/5613 drankblik 300 aan het ontvangststation 532. Het ontvangststation 532 is over het algemeen een doorvoer-gevormde open behuizing met een diameter die aangepast is voor het comfortabel ontvangen van het drankblik 300.

[0035] Het overdracht-subsysteem 530 omvat verder een liftstation 534 dat is aangepast voor het overbrengen van het drankblik 300 dat werd ontvangen aan het ontvangststation 532. Het liftstation 534 is verder aangepast voor het overbrengen van het drankblik 300 naar de leveringsgleuf 512. Het liftstation 534 omvat een basisliftplatform 561 dat op een onbuigzame manier is bevestigd een aan achterste lift-plaat 562, en een liftschacht 563 verbonden met de leveringsgleuf 512 door de buisvormige structuur 513. Het liftplatform 561 is aangepast voor het ontvangen van het drankblik 300 en het overbrengen ervan naar de leveringsgleuf 512 waardoor het blik 300 toegankelijk wordt voor de consument.

[0036] Het liftstation 534 kan functioneel worden verbonden met het ontvangststation 532 door een oriëntatiestation 536. Het oriëntatiestation 536 ontvangt het drankblik 300 van het ontvangststation 532, oriënteert en plaatst het op het liftplatform 561 in een bovenste opwaartse richting. Het overdrachtsubsysteem 530 omvat verder een overdrachtmechanisme 539 voor het overdragen van het drankblik 300 vanuit het ontvangststation 532. Het overdrachtmechanisme 539 kan elk geschikt bekend overdrachtmechanisme zijn dat bekend is in het vakgebied.

[0037] Het oriëntatiestation kan elk bekend mechanisme zijn dat kan worden gebruikt om op een gepaste manier de oriëntatie van het drankblik 300 te

-22detecteren en te veranderen. In een bepaalde voorkeursuitvoeringsvorm van §^2017/5613 onderhavige uitvinding omvat het oriëntatiestation 536 het oriëntatiesysteem 400 zoals vermeld in Fig. 1 van de onderhavige openbaring.

[0038] Het overdracht-subsysteem omvat verder een openingsmechanisme 580 voor het openen van het drankblik 300 dat werd ontvangen op het platform 561 terwijl het wordt overgedragen van de basispositie B1 naar de bovenste positie T1. Het openingsmechanisme 580 kan elk geschikt mechanisme zijn dat bekend is voor het openen van een treklipje 592 van de drankblikken 290. In een voorkeursuitvoeringsvorm zoals geïllustreerd in Fig. 5 omvat het openingsmechanisme 580 een treklip-oriënterend mechanisme 581 voor het oriënteren van het treklipje 592 van het blik 590 geplaatst op het liftplatform 561 in een vooraf bepaalde richting. Het openingsmechanisme 580 omvat verder een of meer openergedeelten 582 voor het opentrekken van de georiënteerde treklipjes 302 terwijl het platform 261 is verticaal omhoog beweegt om het blik 300 in de leveringsgleuf 512 te leveren.

[0039] Het verkoopautomaat 500 kan verder een bedieningseenheid [niet weergegeven] omvatten voor het beheren van de operaties van het verkoopautomaat 500. Het dient vermeld dat de bedieningseenheid 140 een computerapparaat kan zijn, inclusief kenmerkende componenten zoals een weergave-eenheid, een centrale verwerkingseenheid (CPU), willekeurig toegankelijk lees/schrijfgeheugen (RAM), enkel uitleesbaar geheugen (ROM), ten minste een opgeslagen programma, display-uitlezingen, en ten minste een invoereenheid. De bedieningseenheid is verbonden met een koelcompartiment 520 en overdracht-subsysteem 530 van het verkoopautomaat 500.

-23[0040] Het verkoopautomaat 500 omvat verder een stroomtoevoereenheid [nfê^^2017/5613weergegeven] voor het verschaffen van elektrische stroom aan de diverse componenten daarvan. De stroomtoevoereenheid verbindt over het algemeen de bedieningseenheid, de koeleenheid 520 en het overdracht-subsysteem 530 om elektrische energie te verschaffen aan diverse componenten zoals motoren, sensoren, weergave-eenheden, invoereenheden, en andere sub-componenten daarvan.

[0041] In werking verstuurt, wanneer het verkoopautomaat 500 een uitreikaanvraag voor een drankblik 300 ontvangt van een consument, de bedieningseenheid een instructie naar het koelcompartiment 520 en het overdracht-subsysteem 530 voor het uitreiken van het drankblik 300. Als reactie op de instructie ontvangen van de bedieningseenheid geeft het koelcompartiment 520 een blik 300 vrij dat wordt uitgereikt vanuit het bovenste compartiment 551 in het ontvangststation 532 van het overdracht-subsysteem 530 dat vervolgens eerst wordt georiënteerd in het oriëntatiestation 536 en op het liftplatform 561 geplaatst dat verticaal wordt bewogen naar de leveringsgleuf 512, waar onderweg de klauwpunt 226 van het openingshulpmiddel 200 wordt gekoppeld aan het treklipje 314 en eraan trekt om zodoende het drankblik 300 te openen. Daarna beweegt het liftplatform 561 door de buisvormige structuur 513 en stopt op de leveringsgleuf 512, waardoor het geopende drankblik 300 toegankelijk is voor de consument.

[0042] Hoewel het oriëntatiesysteem 200 is beschreven voor het oriënteren van drankblikken met een over het algemeen cilindrische vorm, is het voor eenieder die is onderlegd in het vakgebied duidelijk dat het oriëntatiesysteem 200 kan

-24worden gebruikt voor het openen van drankblikken van het type omvattende e§£^2017/5613 hol containerlichaam met verschillende vormen zoals een rechthoekige dwarsdoorsnede, of dergelijke.

[0043] Met verwijzing naar Fig. 6 is methodologie volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van het geclaimde onderwerp geïllustreerd. Terwijl, ter vereenvoudiging van de verklaring, de methodologie is weergegeven en beschreven als een reeks handelingen, dient het duidelijk en erkend te zijn dat het geclaimde onderwerp niet beperkt is door de volgorde van handelingen, omdat sommige kunnen voorkomen in verschillende volgorden en/of gelijktijdig met andere handelingen dan die hierin weergegeven en beschreven. Bijvoorbeeld, eenieder die onderlegd is in het vakgebied begrijpt en erkent dat een methodologie eventueel zou kunnen worden voorgesteld als een reeks onderling gerelateerde toestanden of gebeurtenissen, zoals in een toestandsdiagram. Bovendien zijn mogelijk niet alle geïllustreerde handelingen vereist om een methodologie uit te voeren volgens het geclaimde onderwerp. Additioneel dient het ook duidelijk te zijn dat de hieronder en doorheen deze specificatie beschreven methodologieën kunnen worden bewaard op een productieartikel om transport en overdracht van dergelijke methodologieën naar computers te vergemakkelijken. De term productieartikel, zoals hierin gebruikt, is bedoeld om een computerprogramma te omvatten dat toegankelijk is vanuit elk computerleesbaar apparaat, drager of media.

[0044] Doorheen de specificaties van de onderhavige openbaring betekent de term omvattende inclusief maar niet noodzakelijk de uitsluiting van andere elementen of stappen. Met andere woorden, de term omvattende wijst op een

-25open lijst. Verder worden alle directionele verwijzingen (zoals, maar niet bepei^S^2017/5613tot, bovenste, onderste, binnenste, buitenste, omhoog, omlaag, naar binnen, naar buiten, rechts, links, naar rechts, naar links, binnen, buiten, bovenkant, bodem, boven, onder, verticaal, horizontaal, met de wijzers van de klok mee, en tegen de wijzers van de klok in, lineair, axiaal en/of radiaal, of elke andere directionele en/of gelijkaardige referentie) alleen gebruikt voor identificatiedoeleinden om de illustratieve uitvoeringsvormen van de onderhavige openbaring voor de lezer gemakkelijker begrijpbaar te maken, en vormen geen beperkingen, meer specifiek wat de positie, oriëntatie of gebruik betreft, tenzij specifiek vermeld in de conclusies. Bovendien zijn alle directionele verwijzingen bij benadering en mogen niet worden geïnterpreteerd als zijnde exact, maar eerder als een beschrijving van een algemene indicator voor een oriëntatie bij benadering.

[0045] Evenzo dienen samenvoegingsreferenties (zoals, maar niet beperkt tot, bevestigd, gekoppeld, verbonden, opgenomen, en dergelijke en hun afleidingen) ruim te worden geïnterpreteerd en kunnen intermediaire elementen tussen een verbinding van segmenten en relatieve beweging tussen segmenten omvatten. Zo betekenen samenvoegingsreferenties niet noodzakelijk dat twee segmenten rechtstreeks aan elkaar verbonden zijn en zich in een vaste verhouding ten opzichte van elkaar bevinden.

[0046] In sommige gevallen zijn componenten beschreven met verwijzing naar uiteinden met een specifiek kenmerk en/of die verbonden zijn met een ander gedeelte. Elke ervaren deskundige in het vakgebied zal erkennen dat de onderhavige openbaring niet beperkt is tot componenten die onmiddellijk na hun verbindingspunten met andere onderdelen stoppen. De term uiteinde dient dus

-26ruim te worden geïnterpreteerd, op een manier die gebieden grenzend aaP^^2017/5613achterwaarts, voorwaarts of, of op een andere wijze nabij het einde van een specifiek segment, verbinding, component, gedeelte, element of dergelijke omvat. Additioneel mogen alle numerieke termen, zoals, maar niet beperkt tot, “tweede”, “tweede”, “derde”, “vierde”, of andere normale en/of numerieke termen, alleen worden geïnterpreteerd als identificatoren, zodat de diverse uitvoeringsvormen, variaties en/of wijzigingen van de onderhavige openbaring gemakkelijker door de lezer kunnen worden begrepen, en vormen mogelijk geen beperkingen, meer specifiek wat de volgorde, of voorkeur, van elke uitvoeringsvorm, variatie en/of wijziging ten opzichte van, of boven, een andere uitvoeringsvorm, variatie en/of wijziging betreft.

[0047] Zoals duidelijk is voor eenieder die onderlegd is in het vakgebied kan de onderhavige uitvinding gemakkelijk worden geproduceerd in andere specifieke vormen zonder af te wijken van de essentiële kenmerken ervan. De onderhavige uitvoeringsvormen dienen daarom te worden beschouwd als zijnde louter illustratief en niet als zijnde beperkend, waarbij de doelstelling van de uitvinding wordt aangegeven door de conclusies in de plaats van door de bovenstaande beschrijving, en alle veranderingen die ermee gepaard gaan zijn dus ook bedoeld om daarin te worden opgenomen. Er zijn diverse variaties, modificaties, addities en verbeteringen mogelijk. Meer algemeen werden uitvoeringsvormen volgens de onderhavige openbaring beschreven in de context van voorkeursuitvoeringsvormen. Functionaliteiten kunnen op een andere manier gescheiden of gecombineerd worden in procedures in diverse uitvoeringsvormen of van de openbaring of beschreven met verschillende terminologie. Deze en andere variaties, modificaties, addities of verbeteringen kunnen binnen de

-27doelstelling van de openbaring vallen zoals gedefinieerd in de bijgevoeg§^^2017/5613 conclusies.

Claims

Conclusies

Ik/Wij claimen:

1. Systeem voor het oriënteren van een drankblik, het systeem omvattende:

een draagmiddel voor het opnemen van een drankblik, het draagmiddel omvattende een open ontvangstgedeelte dat zich uitstrekt tussen een bovenste uiteinde en een onderste uiteinde;

een detectie-eenheid voor het detecteren van een bovenoppervlak van het drankblik ontvangen op het draagmiddel;

een steunframe voor het vasthouden van het draagmiddel, waarbij het steunframe een kantelende beweging kan verschaffen aan het draagmiddel;

een bedieningseenheid aangepast voor het ontvangen van meetinformatie van de sensor en dienovereenkomstig het verschaffen van een verplaatsingsinstructie aan het steunframe;

waarbij, wanneer een drankblik is ontvangen op het draagmiddel, de bedieningseenheid de verplaatsingsinstructie verzendt naar het steunframe om het drankblik in een positie met de bovenkant omhoog gericht af te geven.
2. Systeem volgens conclusie 1, waarbij de verplaatsingsinstructie een kantelinstructie omvat voor het kantelen van het uiteinde van het draagmiddel dat overeenkomt met het bovenoppervlak van het drankblik, in een opwaartse richting.
3. Systeem volgens conclusie 1, waarbij het steunframe verder een rotationele beweging kan verschaffen aan het draagmiddel.

-30BE2017/5613
4. Systeem volgens conclusie 1, verder omvattende een valplatform naar een vrijgave-uiteinde van het draagmiddel zodat wanneer het drankblik uit het draagmiddel wordt vrijgegeven, het op het valplatform wordt geplaatst.
5. Systeem volgens conclusie 1 en 4, waarbij de verplaatsingsinstructie een rotatieinstructie omvat zodat het bovenste gedeelte van het blik wordt verplaatst naar een uiteinde weg van het valplatform, waarbij verder de kantelinstructie het kantelen omvat van het uiteinde weg van het valplatform in een opwaartse richting.
6. Systeem volgens conclusie 1, waarbij het steunframe aandrijfmiddelen omvat voor het verschaffen van een rotationele en / of kantelende beweging aan het draagmiddel.
7. Systeem volgens conclusie 6, waarbij het aandrijfmiddel is gekozen uit een of meer, maar niet beperkt tot, een elektrische zuiger, tandwiel, elektrische motor, of dergelijke.
8. Systeem volgens conclusie 1, waarbij het systeem een functioneel bevestigingsmiddel omvat voor bevestiging aan een extern systeem gekozen uit, maar niet beperkt tot, diverse soorten verkoopautomaten, of dergelijke.
9. Systeem volgens conclusie 1, waarbij het ontvangende gedeelte een over het algemeen concaaf open basisgedeelte is met een diameter groter dan de diameter van het drankblik.

-31BE2017/5613
10. Drankblik-verkoopautomaat omvattende een systeem volgens een der bovenstaande conclusies.

5
11 .Werkwijze voor het oriënteren van een drankblik door middel van het systeem van de bovenstaande conclusies, de werkwijze omvattende de stap van:

het ontvangen van een drankblik op het ontvangende gedeelte van het draagmiddel;

het verkrijgen van de verplaatsingsinstructies van de bedieningseenheid

10 waardoor het drankblik wordt afgegeven in een richting met de bovenkant omhoog.
12. Werkwijze volgens conclusie 11, waarbij de stap van het verkrijgen van verplaatsingsinstructie het ontvangen van meetinformatie van de detectie-

15 eenheid omvat.
13. Werkwijze volgens conclusie 11, waarbij het drankblik wordt vrijgegeven op het valplatform.