BE1024060B1 - Werkwijze en inregelinrichting voor het automatisch inregelen van een paneelinrichting - Google Patents

Abstract

Deze uitvinding betreft een werkwijze en een inregelinrichting (3) voor het automatisch inregelen van een paneelinrichting (1), omvattende een paneel (2) dat beweegbaar is opgesteld tussen een eerste uiterste paneelstand en een tweede uiterste paneelstand, aandrijfmiddelen (4) voor het aandrijven van dit paneel (2) en deze inregelinrichting (3), waarbij met behulp van de inregelinrichting (3) automatisch de eerste uiterste paneelstand en de tweede uiterste paneelstand bepaald wordt, met behulp van de inregelinrichting (3) minstens één parameter van het paneel (2), die een maat is voor de massa van het paneel (2), bepaald wordt en de maximale gewenste snelheid en/of de maximale gewenste versnelling en/of de maximale gewenste vertraging van het paneel (2) bepaald wordt in functie van deze parameter.

Description

WERKWIJZE EN INREGELINRICHTING VOOR HET AUTOMATISCH INREGELEN VAN EEN PANEELINRICHTING

Deze uitvinding betreft een werkwijze voor het automatisch inregelen van een paneelinrichting omvattende een paneel dat beweegbaar is opgesteld tussen een eerste uiterste paneelstand en een tweede uiterste paneelstand, aandrijfmiddelen voor het aandrijven van dit paneel en inregelmiddelen voor het automatisch inregelen van de paneelinrichting, waarbij met behulp van de inregelmiddelen automatisch de eerste uiterste paneelstand en de tweede uiterste paneelstand bepaald wordt.

Daarnaast betreft deze uitvinding een inregelinrichting voor het automatisch inregelen van een paneelinrichting, met een paneel dat beweegbaar is opgesteld tussen een eerste uiterste paneelstand en een tweede uiterste paneelstand, waarbij deze inregelinrichting middelen omvat voor het bepalen van de eerste uiterste stand en de tweede uiterste stand.

De panelen zijn hierbij typisch beweegbaar tussen een eerste uiterste paneelstand waarbij een paneelopening in een wand vrijgemaakt wordt (de paneelinrichting is dan geopend) en een tweede uiterste paneelstand waarbij deze paneelopening in de wand afgesloten wordt (de paneelinrichting is dan gesloten). Typisch is een dergelijke paneelinrichting een deurinrichting met een deurblad als paneel. Een dergelijke paneelinrichting kan echter bijvoorbeeld ook een zonneweringsinrichting zijn met een zonneweringspaneel als paneel. Een dergelijk zonneweringspaneel kan daarbij bijvoorbeeld als een lamellenrooster uitgewerkt zijn.

Bij bestaande paneelinrichtingen met automatisch aandrijfbare panelen is het vaak moeilijk om het openen en sluiten van deze panelen op een vloeiende manier te laten gebeuren. Het kan hier typisch gaan om schuifpanelen, maar even goed om draaipanelen. Heel vaak wenst men bij dergelijke paneelinrichtingen met hetzelfde deurbeslag verschillende soorten panelen op te kunnen hangen, dit bijvoorbeeld om verschillende formaten van deuropeningen af te kunnen sluiten, zonder dat hiertoe telkens ander deurbeslag uitgewerkt dient te worden of bijvoorbeeld waar men bij zelfde formaten van deuropeningen andere materialen en/of afwerkingen voor deze panelen wenst te gebruiken. Verschillende soorten panelen hebben echter afwijkende massa’s, waardoor een goede afstelling van de aandrijving voor één van deze panelen bij een ander type paneel juist voor een bruuske overgang bij openen of sluiten van dit paneel zorgt. Steeds vaker hebben de inregelsystemen voor dergelijke paneelinrichtingen dan ook verschillende standen, die elk voor een range aan panelen met een massa binnen een bepaalde range zijn bedoeld. Een dergelijke instelling kan echter nooit voor alle panelen optimaal afgeregeld worden.

Het doel van deze uitvinding is dan ook te voorzien in een werkwijze en een inregelinrichting waarmee de automatische inregeling van een paneelinrichting nog beter afgestemd kan worden op verschillende soorten panelen.

Dit doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een werkwijze voor het automatisch inregelen van een paneelinrichting omvattende een paneel dat beweegbaar is opgesteld tussen een eerste uiterste paneelstand en een tweede uiterste paneelstand, aandrijfmiddelen voor het aandrijven van dit paneel en een inregelinrichting voor het automatisch inregelen van de paneelinrichting, waarbij met behulp van de inregelinrichting automatisch de eerste uiterste paneelstand en de tweede uiterste paneelstand bepaald wordt, waarbij met behulp van de inregelinrichting minstens één parameter van het paneel, die een maat is voor de massa van het paneel, bepaald wordt en waarbij de maximaal gewenste snelheid en/of de maximaal gewenste versnelling en/of de maximaal gewenste vertraging van het paneel bepaald wordt in functie van deze parameter. De wenswaarden kunnen bepaald worden door o.a. gebruikscomfort, aanvaardbare belasting van de motor/sturing zodat het paneel nog een vloeiende beweging maakt, veiligheidsnormering, ...

Het automatisch bepalen van de uiterste paneelstanden van het paneel van een paneelinrichting is reeds algemeen gekend, zodat in deze aanvraag hier niet verder op ingegaan wordt.

Wanneer een maat voor de massa van het paneel nu niet meer handmatig ingesteld dient te worden door het afstellen van de inregelinrichting voor een bepaalde range aan panelen, maar een parameter, die een maat voor de massa van het paneel is, automatisch bepaald kan worden, kan de paneelinrichting veel gerichter en nauwkeuriger ingesteld worden om zo dit specifieke paneel op een vloeiende manier te kunnen openen en sluiten. De genoemde massa kan hierbij zowel de statische als de dynamische massa van het paneel betreffen.

Wanneer het paneel aangedreven wordt met behulp van een motor als aandrijfmiddelen, kan als maat voor deze massa bijvoorbeeld de stroom of het vermogen of het toerental van de motor bepaald worden. De inregelinrichting kan de genoemde parameter in dat geval bepalen op basis van de stroom, of het vermogen of het toerental van deze motor.

Bij voorkeur wordt bij het automatisch inregelen van de paneelinrichting dan na het automatisch bepalen van de eerste uiterste paneelstand en de tweede uiterste paneelstand, het paneel met behulp van de aandrijfmiddelen met een constante snelheid van de ene uiterste paneelstand naar de andere uiterste paneelstand verplaatst en wordt hierbij de parameter dan bepaald door de opgenomen stroom te meten tijdens het verplaatsen van het paneel tussen deze uiterste paneelstanden. Hierbij kan de paneelinrichting ofwel gesloten worden door het paneel te verplaatsen van de eerste uiterste paneelstand naar de tweede uiterste paneelstand, ofwel juist geopend worden door het paneel te verplaatsen van de tweede uiterste paneelstand naar de eerste uiterste paneelstand.

Bij voorkeur wordt het paneel echter in beide richtingen tussen de uiterste paneelstanden verplaatst, waarbij de stroom gemeten wordt om de genoemde parameter te bepalen, omdat het stroomverbruik tussen de beide richtingen kan afwijken. Na het met een constante snelheid verplaatsen van het paneel van de ene uiterste paneelstand naar de andere uiterste paneelstand, wordt het paneel in dat geval dan met behulp van de aandrijfmiddelen ook terug met een constante snelheid van de andere uiterste paneelstand naar de ene uiterste paneelstand verplaatst waarbij de parameter bepaald wordt door de opgenomen stroom te meten tijdens het verplaatsen van het paneel tussen de uiterste paneelstanden.

Het doel van deze uitvinding wordt ook bereikt door te voorzien in een werkwijze voor het automatisch aansturen van een paneelinrichting omvattende een paneel dat beweegbaar is opgesteld tussen een eerste uiterste paneelstand en een tweede uiterste paneelstand, aandrijfmiddelen voor het aandrijven van dit paneel en een inregelinrichting voor het automatisch inregelen van deze paneelinrichting, waarbij de paneelinrichting eerst automatisch ingeregeld wordt met behulp van een beschreven werkwijze volgens deze uitvinding voor het automatisch inregelen van een paneelinrichting en waarbij het paneel daarna met behulp van de aandrijfmiddelen aangedreven wordt in functie van de met behulp van de inregelinrichting bepaalde parameter.

Het inregelen van de paneelinrichting kan daarbij éénmalig gebeuren, typisch bij het installeren van de paneelinrichting, waarna het paneel tijdens gebruik steeds in functie van deze bepaalde parameter kan aangedreven worden. Het inregelen kan eventueel ook herhaald worden, bijvoorbeeld wanneer de paneelinrichting onderhoud vereist. Het is echter normaal niet gewenst om de paneelinrichting in te regelen telkens deze aangestuurd wordt.

Bij voorkeur wordt bij een dergelijke werkwijze volgens deze uitvinding voor het automatisch aansturen van een paneelinrichting, het paneel tussen de eerste uiterste stand en de tweede uiterste stand aangestuurd volgens een snelheidsprofiel, dat bepaald wordt in functie van de bepaalde parameter, waarbij in een eerste fase startend van de eerste uiterste stand tot een eerste tussenstand, de snelheid toeneemt, in een tweede fase, startend van de eerste tussenstand tot een tweede tussenstand de snelheid constant blijft en in een derde fase, startend van de tweede tussenstand tot de tweede uiterste stand, de snelheid afneemt.

Voorkeurdragend is daarbij dan in de tweede fase, de snelheid gelijk aan de tijdens het inregelen bepaalde maximale gewenste snelheid. Verder voorkeurdragend neemt dan in de eerste fase, de snelheid toe volgens de tijdens het inregelen bepaalde maximale gewenste versnelling. Nog verder voorkeurdragend neemt daarbij in de derde fase, de snelheid af volgens de tijdens het inregelen bepaalde maximale gewenste vertraging.

Het bovengenoemde doel van deze uitvinding wordt daarnaast ook bereikt door te voorzien in een inregelinrichting voor het automatisch inregelen van een paneelinrichting, met een paneel dat beweegbaar is opgesteld tussen een eerste uiterste paneelstand en een tweede uiterste paneelstand, waarbij deze inregelinrichting middelen omvat voor het bepalen van de eerste uiterste stand en de tweede uiterste stand, en waarbij de inregelinrichting middelen omvat voor het bepalen van minstens één parameter van het paneel, die een maat is voor de massa van het paneel.

Middelen voor het bepalen van de eerste uiterste stand en de tweede uiterste stand zijn reeds algemeen gekend, zodat in deze aanvraag hier niet verder op ingegaan wordt.

Wanneer een maat voor de massa van het paneelblad nu niet meer handmatig ingesteld dient te worden door het afstellen van de inregelinrichting voor een bepaalde range aan panelen, maar een parameter, die een maat voor de massa van het paneel is, automatisch bepaald kan worden met deze inregelinrichting, kan de paneelinrichting veel gerichter en nauwkeuriger ingesteld worden om zo dit specifieke paneel op een vloeiende manier te kunnen openen en sluiten. De genoemde massa kan hierbij zowel de statische als de dynamische massa van het paneel betreffen.

Wanneer de paneelinrichting daarbij dan aandrijfmiddelen omvat voor het aandrijven van het paneel, die een motor omvatten, dan omvatten de genoemde middelen voor het bepalen van de parameter bij voorkeur middelen voor het bepalen van de stroom of het vermogen of het toerental van deze motor en het bepalen van de parameter in functie van deze bepaalde stroom of dit bepaalde vermogen of dit bepaalde toerental.

Het doel van deze uitvinding wordt tenslotte ook bereikt door te voorzien in een paneelinrichting omvattende een paneel dat beweegbaar is opgesteld tussen een eerste uiterste paneelstand en een tweede uiterste paneelstand, aandrijfmiddelen voor het aandrijven van dit paneel en een inregelinrichting volgens deze uitvinding zoals hierboven beschreven.

Een dergelijke paneelinrichting kan daarbij dan meer specifiek uitgevoerd zijn als een schuifdeurinrichting.

Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van een voorkeurdragende paneelinrichting met inregelinrichting volgens deze uitvinding en werkwijze volgens deze uitvinding. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden van deze uitvinding aan te duiden, en kan dus niet geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.

In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij in - Figuur 1 schematisch een schuifdeurinrichting volgens deze uitvinding is voorgesteld in open stand; - Figuur 2 schematisch de schuifdeurinrichting uit figuur 1 is voorgesteld in gesloten stand.

De afgebeelde paneelinrichting (1) is een schuifdeurinrichting (1) met een verschuifbaar deurblad (2). Analoog kan ook een paneelinrichting (1) uitgewerkt worden met een verdraaibaar paneel in plaats van een verschuifbaar paneel (2). Het zal voor een vakman duidelijk zijn hoe analoog ook paneelinrichtingen (1) volgens deze uitvinding met meerdere panelen (2) uitgewerkt kunnen worden.

In de afgebeelde deurinrichting (1) is het verschuifbare deurblad (2) beweegbaar tussen een eerste uiterste deurstand, zoals afgebeeld in figuur 1, waarbij een deuropening (6) in een wand (5) wordt vrijgemaakt, en een tweede uiterste deurstand, zoals afgebeeld in figuur 2, waarbij deze deuropening (6) in de wand (5) wordt afgesloten.

Het verschuifbare deurblad (2) kan hiertoe bijvoorbeeld met behulp van loopwagens verschuifbaar in een draagprofiel opgehangen zijn. Verschillende soorten deurbeslag zijn hiervoor gekend, zodat hier niet verder op ingegaan wordt.

De afgebeelde deurinrichting (1) omvat een motor (4) voor het aandrijven van de schuifbeweging van dit verschuifbare deurblad (2) en een inregelinrichting (3) voor het automatisch inregelen van de deurinrichting (1). De inregelinrichting (3) omvat middelen voor het bepalen van de uiterste deurstanden en middelen voor het bepalen van de massa van het deurblad (2) op basis van metingen van de stroom & tacho van de motor (4).

Om de deurinrichting (1) in te regelen, wordt met behulp van de inregelinrichting (3) eerst, zoals gekend, automatisch de eerste uiterste deurstand en de tweede uiterste deurstand van het schuifdeurblad (2) bepaald.

Daarna wordt het schuifdeurblad (2) met een constante snelheid aangedreven door de motor (4) en hierbij verplaatst van de eerste uiterste deurstand naar de tweede uiterste deurstand. Tijdens deze verplaatsing wordt de stroom gemeten die door de motor (4) wordt opgenomen. Op basis van deze stroom wordt dan de massa van het deurblad (2) berekend. In functie van deze massa wordt een maximale gewenste snelheid voor het deurblad bepaald, een maximale gewenste versnelling en een maximale gewenste vertraging.

Na inregelen van de deurinrichting (1) kan het deurblad (2) bijvoorbeeld bij openen van de deurinrichting (1) aangedreven worden volgens een snelheidsprofiel, waarbij in een eerste fase, startend van de eerste uiterste stand tot een eerste tussenstand, de snelheid toeneemt volgens de tijdens het inregelen bepaalde maximale gewenste versnelling, in een tweede fase, startend van de eerste tussenstand tot een tweede tussenstand, de snelheid constant blijft en in een derde fase, startend van de tweede tussenstand tot de tweede uiterste stand, de snelheid afneemt.

Bij sluiten van de deurinrichting (1) kan het deurblad (2) analoog aangedreven worden volgens een snelheidsprofiel, waarbij in een eerste fase, startend van de tweede uiterste stand tot een eerste tussenstand, de snelheid toeneemt volgens de tijdens het inregelen bepaalde maximale gewenste versnelling, in een tweede fase, startend van de eerste tussenstand tot een tweede tussenstand, de snelheid constant blijft en in een derde fase, startend van de tweede tussenstand tot de eerste uiterste stand, de snelheid afneemt. Het is echter ook mogelijk om het snelheidsprofiel bij sluiten van de deurinrichting (1) te laten afwijken van het snelheidsprofiel bij openen van de deurinrichting (1), door hiervoor een andere maximale gewenste versnelling, een andere maximale gewenste snelheid en een andere maximale gewenste vertraging te bepalen.

Naast de genoemde fases en tussenstanden kunnen uiteraard nog verdere fases en tussenstanden ingelast worden. Naar veiligheid toe kunnen bijvoorbeeld meerdere zones elk met een bepaalde maximale snelheid voorzien worden.

Claims (13)

1. CONCLUSIES

   1. Werkwijze voor het automatisch inregelen van een paneelinrichting (1) omvattende een paneel (2) dat beweegbaar is opgesteld tussen een eerste uiterste paneelstand en een tweede uiterste paneelstand, aandrijfmiddelen (4) voor het aandrijven van dit paneel (2) en een inregelinrichting (3) voor het automatisch inregelen van de paneelinrichting (1), waarbij met behulp van de inregelinrichting (3) automatisch de eerste uiterste paneelstand en de tweede uiterste paneelstand bepaald wordt, met het kenmerk dat met behulp van de inregelinrichting (3) minstens één parameter van het paneel (2), die een maat is voor de massa van het paneel (2), bepaald wordt en dat de maximale gewenste snelheid en/of de maximale gewenste versnelling en/of de maximale gewenste vertraging van het paneel (2) bepaald wordt in functie van deze parameter.
2. 2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de aandrijfmiddelen (4) een motor (4) omvatten en dat de inregelinrichting (1) de parameter bepaalt op basis van de stroom of het vermogen of het toerental van deze motor (4).
3. 3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk dat na het automatisch bepalen van de eerste uiterste paneelstand en de tweede uiterste paneelstand, het paneel (2) met behulp van de aandrijfmiddelen (4) met een constante snelheid van de ene uiterste paneelstand naar de andere uiterste paneelstand wordt verplaatst en dat hierbij de parameter bepaald wordt door de opgenomen stroom te meten tijdens het verplaatsen van het paneel (2) tussen deze uiterste paneelstanden.
4. 4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk dat na het met een constante snelheid verplaatsen van het paneel (2) van de ene uiterste paneelstand naar de andere uiterste paneelstand, het paneel (2) met behulp van de aandrijfmiddelen (4) met een constante snelheid van de andere uiterste paneelstand naar de ene uiterste paneelstand wordt verplaatst en dat hierbij de parameter bepaald wordt door de opgenomen stroom te meten tijdens het verplaatsen van het paneel (2) tussen deze uiterste paneelstanden.
5. 5. Werkwijze voor het automatisch aansturen van een paneelinrichting (1) omvattende een paneel (2) dat beweegbaar is opgesteld tussen een eerste uiterste paneelstand en een tweede uiterste paneelstand, aandrijfmiddelen (4) voor het aandrijven van dit paneel (2) en een inregelinrichting (3) voor het automatisch inregelen van deze paneelinrichting (1), met het kenmerk dat de paneelinrichting (1) automatisch ingeregeld wordt met behulp van een werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies en dat het paneel (2) met behulp van de aandrijfmiddelen (4) aangedreven wordt in functie van de met behulp van de inregelinrichting (3) bepaalde parameter.
6. 6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk dat het paneel (2) tussen de eerste uiterste stand en de tweede uiterste stand aangedreven wordt volgens een snelheidsprofiel, dat bepaald wordt in functie van de bepaalde parameter, waarbij in een eerste fase startend van de eerste uiterste stand tot een eerste tussenstand, de snelheid toeneemt, in een tweede fase, startend van de eerste tussenstand tot een tweede tussenstand de snelheid constant blijft en in een derde fase, startend van de tweede tussenstand tot de tweede uiterste stand, de snelheid afneemt.
7. 7. Werkwijze volgens conclusie 6, met het kenmerk dat in de tweede fase, de snelheid gelijk is aan de tijdens het inregelen bepaalde maximale gewenste snelheid.
8. 8. Werkwijze volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk dat in de eerste fase, de snelheid toeneemt volgens de tijdens het inregelen bepaalde maximale gewenste versnelling.
9. 9. Werkwijze volgens één van de conclusies 6 tot 8, met het kenmerk dat in de derde fase, de snelheid afneemt volgens de tijdens het inregelen bepaalde maximale gewenste vertraging.
10. 10. Inregelinrichting (3) voor het automatisch inregelen van een paneelinrichting (1), met een paneel (2) dat beweegbaar is opgesteld tussen een eerste uiterste paneelstand en een tweede uiterste paneelstand, waarbij deze inregelinrichting (3) middelen omvat voor het bepalen van de eerste uiterste stand en de tweede uiterste stand, met het kenmerk dat de inregelinrichting (3) middelen omvat voor het bepalen van minstens één parameter van het paneel (2), die een maat is voor de massa van het paneel (2).
11. 11. Inregelinrichting (3) volgens conclusie 10, met het kenmerk dat de paneelinrichting (1) aandrijfmiddelen (4) omvat voor het aandrijven van het paneel (2), die een motor (4) omvatten en dat de middelen voor het bepalen van de parameter middelen omvatten voor het bepalen van de stroom of het vermogen of het toerental van deze motor (4) en het bepalen van de parameter in functie van deze bepaalde stroom of dit bepaalde vermogen of dit bepaalde toerental.
12. 12. Paneelinrichting (1) omvattende een paneel (2) dat beweegbaar is opgesteld tussen een eerste uiterste paneelstand en een tweede uiterste paneelstand, aandrijfmiddelen (4) voor het aandrijven van dit paneel (2) en een inregelinrichting (3) voor het automatisch inregelen van de paneelinrichting (1), met het kenmerk dat de inregelinrichting (3) uitgevoerd is als een inregelinrichting (3) volgens conclusie 10 of 11.
13. 13. Paneelinrichting (1), met het kenmerk dat deze paneelinrichting (1) uitgevoerd is als een schuifpaneelinrichting (1).