BE1023997B1 - Bevestigingsmiddel voor het bevestigen van zaken aan een stalen plaat van een constructie. - Google Patents

Bevestigingsmiddel voor het bevestigen van zaken aan een stalen plaat van een constructie. Download PDF

Info

Publication number
BE1023997B1
BE1023997B1 BE2016/5304A BE201605304A BE1023997B1 BE 1023997 B1 BE1023997 B1 BE 1023997B1 BE 2016/5304 A BE2016/5304 A BE 2016/5304A BE 201605304 A BE201605304 A BE 201605304A BE 1023997 B1 BE1023997 B1 BE 1023997B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
fastening means
steel plate
protrusions
fastener
aforementioned
Prior art date
Application number
BE2016/5304A
Other languages
English (en)
Inventor
Georges Lieben
Johan Fierlafijn
Original Assignee
Design By Reduction Bvba
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Design By Reduction Bvba filed Critical Design By Reduction Bvba
Priority to BE2016/5304A priority Critical patent/BE1023997B1/nl
Priority to PCT/IB2017/052376 priority patent/WO2017187342A1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1023997B1 publication Critical patent/BE1023997B1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B2/00Friction-grip releasable fastenings
    • F16B2/20Clips, i.e. with gripping action effected solely by the inherent resistance to deformation of the material of the fastening
    • F16B2/22Clips, i.e. with gripping action effected solely by the inherent resistance to deformation of the material of the fastening of resilient material, e.g. rubbery material
    • F16B2/24Clips, i.e. with gripping action effected solely by the inherent resistance to deformation of the material of the fastening of resilient material, e.g. rubbery material of metal
    • F16B2/241Clips, i.e. with gripping action effected solely by the inherent resistance to deformation of the material of the fastening of resilient material, e.g. rubbery material of metal of sheet metal
    • F16B2/243Clips, i.e. with gripping action effected solely by the inherent resistance to deformation of the material of the fastening of resilient material, e.g. rubbery material of metal of sheet metal internal, i.e. with spreading action

Abstract

Bevestigingsmiddel (32) voor het bevestigen van zaken aan een stalen plaat (3) van een constructie, waarbij het bevestigingsmiddel (32) bedoeld is om vast aan de stalen plaat (3) te worden bevestigd ter vorming van een houvast waaraan voorts de voornoemde zaken aan het constructie kunnen worden bevestigd, met één of meerdere uitsteeksels (44,47,61,72,77) voor het perforeren of doorboren van de stalen plaat (3) en een mechanisme (53) voor het doorboren of perforeren van de stalen plaat (3) met behulp van de voornoemde uitsteeksels (44,47,61,72,77) en voor het verankeren van het ophangmiddel (32) in de stalen plaat (3) met de voornoemde uitsteeksels (44,47,61,72,77).

Description

Bevestigingsmiddel voor het bevestigen van zaken aan een stalen plaat van een constructie.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een bevestigingsmiddel voor het bevestigen van zaken aan een stalen plaat van een constructie.
Meer bepaald heeft de huidige uitvinding betrekking op zulk ophangmiddel dat verder bedoeld is om vast aan de stalen plaat te worden bevestigd ter vorming van een houvast waaraan de voornoemde zaken aan het plaatstalen dak kunnen worden bevestigd of worden opgehangen.
Zonder de uitvinding hiertoe beperken heeft de uitvinding in het bijzonder betrekking op een bevestigingsmiddel onder de vorm van een ophangmiddel voor het hangend bevestigen van zaken aan een stalen plaat van een plaatstalen dak.
Zulke plaatstalen daken gevormd uit stalen platen worden typisch toegepast in grotere hangars, stallen, industriële gebouwen en zo meer en de stalen platen die hiervoor gebruikt worden zijn doorgaans geprofileerd en hebben vaak een profiel met een gegolfd, puntig of trapeziumvormig patroon, doch andere profielen kunnen even goed worden toegepast.
De zaken die aan zulk plaatstalen dak worden opgehangen, kunnen van allerlei aard zijn en kunnen bijvoorbeeld leidingen voor gas, elektriciteit, water, verwarming of ventilatie zijn, kunnen armaturen voor verlichting, airconditioningsapparaten of dergelijke meer zijn, of kunnen andere structurele elementen zijn, bijvoorbeeld voor het realiseren van een vals plafond op een zekere afstand onder het staalplaten dak en zo meer.
De uitvinding is uiteraard niet beperkt tot de voornoemde toepassingen en voorbeelden.
Zo is het mogelijk een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding toe te passen bij verticale stalen wanden of vlieren bestaande uit stalen platen in combinatie met andere materialen, zoals uit een combinatie van staalplaat en beton.
Er zijn reeds bevestigingsmiddelen of ophangmiddelen bekend die voor dit doeleinde worden gebruikt, doch deze bekende bevestigingsmiddelen of ophangmiddelen vertonen een aantal nadelen.
Zo zijn er de bekende ophangmiddelen in de vorm van een V-vormige beugel die voorzien is van gaten, ook bekend als V-hanger, en die zijdelings aan een lager gelegen gedeelte van een geprofileerde staalplaat worden bevestigd.
Een nadeel van deze ophangmiddelen onder de vorm van een V-hanger is dat het bevestigen ervan veel bijkomend gereedschap vergt en erg tijdrovend is.
Immers, voor het bevestigen van zulke bekende V-hanger dienen achtereenvolgens in de zijdelingse gedeelten van de stalen plaat ter plaatse van het betreffende lager gelegen gedeelte gaten te worden geboord, dient een bout doorheen de gaten in de V-hanger en doorheen de geboorde gaten worden aangebracht en dient deze bout te worden vastgezet door middel van een moer.
Het uitvoeren van deze handelingen is allesbehalve praktisch, aangezien ze dienen te gebeuren in moeilijk bereikbare plaatsen.
Vaak is het bovendien zo dat vele V-hangers nodig zijn voor het ophangen van de betreffende zaken aan het plaatstalen dak, zoals bijvoorbeeld leidingen, verlichting of dergelijke meer, zodat deze tijdrovende handelingen vele moeten herhaald worden.
Nog een nadeel van zulk bekend ophangmiddel in de vorm van een V-hanger is dat het redelijk veel plaats inneemt en dat er noodzakelijkerwijze een zekere ruimte wordt gelaten tussen het betreffende plaatstalen dak en de op te hangen zaken, wat niet in alle gevallen wenselijk is.
Nog een ander nadeel van dit bekend soort bevestigingsmiddelen in de vorm van ophangmiddelen is dat de wijze waarop ze in de stalen plaat bevestigd worden niet optimaal is voor het opvangen van de verticale krachten ten gevolge van de zwaartekracht die op de stalen plaat worden uitgevoerd door het gewicht van de zaken, zoals verlichting en zo meer, die nadien aan de ophangmiddelen worden opgehangen.
Een ander bekend soort bevestigingsmiddelen of ophangmiddelen dat thans gebruikt wordt voor het betreffende doel zijn de zogenaamde tuimelpluggen of tuimelmoeren.
Deze bevestigingsmiddelen of ophangmiddelen worden hoofdzakelijk gevormd door een bout met moer waaraan een kantelbaar of scharnierend gedeelte is voorzien dat beweegbaar is tussen een ingetrokken stand waarin het nauw aansluit bij de vorm van de bout en een uitgevouwen stand waarbij het beweegbaar gedeelte zich radiaal uitstrekt vanaf de bout, doorgaans dwars op de bout.
In de ingetrokken stand van het beweegbaar gedeelte kan aldus zulke tuimelplug of tuimelmoer in een gat worden ingebracht dat vooraf in de stalen plaat is geboord en door het beweegbaar gedeelte in de uitgevouwen stand te brengen kan voorts de tuimelplug of tuimelmoer stevig worden bevestigd in de stalen plaat bijvoorbeeld door het aandraaien van een moer.
Zulke manier van werken is noodzakelijk, omdat de bovenzijde van de stalen dakplaat voor de monteur niet bereikbaar is.
De nadelen van deze laatste bekende bevestigingsmiddelen of ophangmiddelen zijn van dezelfde aard als bij de hiervoor besproken bekende bevestigingsmiddelen of ophangmiddelen, namelijk dat het bevestigen ervan ingewikkeld en tijdrovend is, veel middelen vergt voor het boren van gaten en aanschroeven van bouten en in sommige gevallen geen goede oplossing aanreikt voor het opvangen van de verticale krachten uitgeoefend op de stalen dakplaten door het gewicht van aan zulk bevestigingsmiddel of ophangmiddel bevestigde of opgehangen zaken.
Bijkomend heeft zulk bekend bevestigingsmiddel of ophangmiddel in de vorm van een tuimelplug of tuimelmoer het nadeel dat het enkel geschikt is om te worden bevestigd in gedeelten van de stalen plaat die vlak of nagenoeg vlak zijn en die zich horizontaal of nagenoeg horizontaal uitstrekken, zodat er niet zonder meer vrij kan beslist worden op welke positie zulk bekend bevestigingsmiddel in de stalen plaat wordt aangebracht.
Dit hindert uiteraard sterk de mogelijkheden tijdens het uitvoeren van werken.
Dit maakt het gebruik ervan bij geprofileerde stalen platen des te onaantrekkelijker.
De huidige uitvinding heeft dan ook als doel een oplossing te bieden aan één of meer van de voornoemde en/of andere problemen.
Meer bepaald heeft de uitvinding als doel een bevestigingsmiddel of ophangmiddel dat op zeer efficiënte en snelle manier kan worden bevestigd aan een stalen plaat.
Nog een doel van de uitvinding bestaat erin een bevestigingsmiddel of ophangmiddel aan te reiken dat op een zeer stabiele manier aan een stalen plaat van een constructie zoals een plaatstalen dak kan worden bevestigd, zodat er optimaal gebruik kan gemaakt worden van de sterkte van de constructie, bijvoorbeeld het dak, om aan de constructie opgehangen of bevestigde zaken te kunnen dragen.
Hiertoe betreft de huidige uitvinding een bevestigingsmiddel van het voornoemde type, waarbij het bevestigingsmiddel voorts minstens voorzien is van: - één of meerdere uitsteeksels voor het perforeren, ponsen of doorboren van de stalen plaat; en, - een mechanisme voor het perforeren, ponsen of doorboren van de stalen plaat met behulp van het voornoemde uitsteeksel of de voornoemde uitsteeksels en voor het verankeren van het bevestigingsmiddel in de stalen plaat met het voornoemde uitsteeksel of de voornoemde uitsteeksels.
Een groot voordeel van zulk bevestigingsmiddel volgens de uitvinding is dat het voorzien is van uitsteeksels die in het bevestigingsmiddel zijn geïntegreerd en waarmee een stalen plaat van een staalplaten dak kan worden doorboord, geperforeerd of worden geponst, evenals van een mechanisme dat zulks mogelijks maakt.
Het is de bedoeling dat het voornoemde mechanisme handmatig of met bijkomende middelen kan worden geactiveerd.
Bovendien zijn de uitsteeksels zodanig dat ze toelaten het bevestigingsmiddel of ophangmiddel rechtstreeks te verankeren in de betreffende stalen plaat.
Aldus kan een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding direct, zonder bijkomende middelen aan een staalplaten dak worden vastgemaakt.
Hierdoor wordt een enorme tijdsbesparing tijdens het monteren gerealiseerd, waardoor uiteraard ook de kosten die gepaard gaan met het ophangen van zaken aan een plaatstalen dak sterk worden gereduceerd.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding is het bevestigingsmiddel aan twee uiteinden voorzien van een voornoemd uitsteeksel en laat het mechanisme toe de afstand tussen de uiteinden van het ophangmiddel te wijzigen teneinde gelijktijdig een doorboring of perforatie van een stalen plaat te kunnen verwezenlijken ter plaatse van beide uiteinden, zodanig dat het bevestigingsmiddel in de stalen plaat kan worden gefixeerd doordat het aan beide uiteinden met de betreffende uitsteeksels doorheen de stalen plaat steekt.
Een groot voordeel van deze uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding is dat in één beweging een verankering van het bevestigingsmiddel in een stalen plaat van de constructie wordt bekomen en dit op twee plaatsen in de betreffende stalen plaat die op een zekere afstand van elkaar zijn gelegen, meer bepaald ter plaatse van de betreffende uiteinden van het bevestigingsmiddel.
Door een juiste keuze van de plaats waar het bevestigingsmiddel wordt bevestigd, kan aldus een zeer stabiele bevestiging van het bevestigingsmiddel in zulke stalen plaat van de constructie, bijvoorbeeld van een plaatstalen dak, worden verwezenlijkt. Dit zal verderop in de tekst aan de hand van de figuren nog meer in detail worden verduidelijkt.
Nog een voorkeurdragend kenmerk van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding bestaat erin het mechanisme bijkomend zodanig uit te voeren dat voor het doorboren, perforeren of ponsen van een stalen plaat aan de beide uiteinden van het bevestigingsmiddel met behulp van het mechanisme de afstand tussen beide uiteinden wordt vergroot.
Hierbij kan het bevestigingsmiddel aldus met de uiteinden worden ingeklemd tussen twee gedeelten van een geprofileerde stalen plaat die elk een wand vormen aan weerszijden van een hol gedeelte, kanaal of gleuf gevormd in de geprofileerde stalen plaat.
Een groot voordeel van deze uitvoeringsvorm van een ophangmiddel volgens de uitvinding is dat het bevestigingsmiddel probleemloos kan ingeklemd worden in zulk hol gedeelte, kanaal of gleuf van de stalen plaat, waardoor er veel plaats gewonnen wordt.
Bovendien laat zulke uitvoeringsvorm toe het bevestigingsmiddel te bevestigen tot tegen de bovenste gedeelten van het plaatstalen dak, waarbij een inklemming kan worden gerealiseerd in de hoeken van het hol gedeelte, het kanaal of de gleuf, wat een zeer stabiele bevestiging oplevert.
Als alternatief kan in een andere uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding het mechanisme bijkomend zodanig worden uitgevoerd dat voor het doorboren, perforeren of ponsen van de stalen plaat aan de beide uiteinden van het bevestigingsmiddel met behulp van het mechanisme de afstand tussen beide uiteinden wordt verkleind.
Aldus kan het bevestigingsmiddel met de beide uiteinden ingrijpen in een geprofileerde stalen plaat, meer bepaald in twee gedeelten van de geprofileerde stalen plaat die elk een wand vormen aan een zijde van een bol gedeelte, uitstulping of verhevenheid gevormd in de geprofileerde stalen plaat.
Zulke uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding laat dus toe het bevestigingsmiddel over een bol gedeelte, uitstulping, bult of verhevenheid van een geprofileerde stalen plaat aan te brengen.
Door gebruik te maken van beide laatst voornoemde uitvoeringsvormen van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding kunnen bijgevolg gelijk waar aan een geprofileerde stalen platen van een constructie, zoals bijvoorbeeld een plaatstalen , bevestigingsmiddelen volgens de uitvinding worden bevestigd en dit zonder enig bijkomend hulpmiddel te moeten gebruiken.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen van bevestigingsmiddelen volgens de uitvinding beschreven, met verwijzing naar bijgaande figuren, waarin: figuur 1 een doorsnede weergeeft doorheen een plaatstalen dak; figuur 2 een doorsnede weergeeft doorheen een bekend ophangmiddel in de vorm van een V-hanger; figuur 3 op grotere schaal het gebruik van de ν'- hanger uit figuur 2 in een plaatstalen dak zoals weergegeven in figuur 1 illustreert; figuren 4 en 5 doorsneden weergeven van een ander bekend ophangmiddel in de vorm van een tuimelplug, respectievelijk in een ingetrokken en uitgevouwen toestand; figuur 6 in doorsnede en op kleinere schaal de toepassing van de tuimelplug uit figuren 4 en 5 weergeeft in een dak zoals weergegeven in figuur 1; figuur 7 in zijaanzicht een eerste uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding weergeeft in een eerste stand; figuren 8 en 9 in perspectief zichten weergeven op het bevestigingsmiddel volgens de uitvinding uit figuur 7, respectievelijk op de bovenzijde ervan volgens pijl F8 en op de onderzijde ervan volgens pijl F9; figuur 10 in zijaanzicht het bevestigingsmiddel volgens de uitvinding uit figuur 7 weergeeft in een tweede stand; figuren 11 en 12 in perspectief zichten weergeven op het bevestigingsmiddel volgens de uitvinding zoals weergegeven in figuur 10, respectievelijk op de bovenzijde ervan volgens pijl Fll en op de onderzijde ervan volgens pijl F12; figuren 13 en 14 in doorsnede de toepassing van de eerste uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding illustreren gebruikt als ophangmiddel in een plaatstalen dak zoals weergeven is in figuur 1; figuur 15 in perspectief en schematisch een tweede uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding weergeeft; figuur 16 een onderaanzicht volgens pijl F16 weergeeft op het bevestigingsmiddel uit figuur 15; figuren 17 en 18 in doorsnede nog twee andere mogelijke uitvoeringsvormen van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding weergegeven, toegepast in een dak zoals weergegeven in figuur 1; figuren 19 en 20 in doorsnede nog een andere uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding weergeven, respectievelijk vóór de verankering ervan en na de verankering ervan in een dak; en, figuur 21 nog een andere mogelijke uitvoeringsvormen van een bevestigingsmiddel volgens de uitvinding weergeeft, opnieuw toegepast in een dak zoals weergegeven in figuur 1.
In figuur 1 is in doorsnede een typische dakconstructie 1 weergegeven die een plaatstalen dak 2 bevat, gevormd uit geprofileerde stalen platen 3 met een profiel in de vorm van opeenvolgende trapeziumvormige gedeelten 4.
Het plaatstalen dak rust op een onderliggende, ondersteunende structuur die niet is weergegeven in de figuur en die bijvoorbeeld bestaat uit balken en muren en dergelijke meer.
Bovenop het plaatstalen dak 2 is in dit geval een dampscherm 5 voorzien, waarop een laag bestaande uit warmte isolerend isolatiemateriaal 6 is aangebracht.
De dakconstructie 1 is verder afgewerkt met een waterdichte afdeklaag 7, die bijvoorbeeld vervaardigd is uit een PVC-membraan en bitumineuze dakbekleding of een synthetisch rubber of dergelijke meer.
Het plaatstalen dak 2 is vanaf de onderzijde 8 bereikbaar en bevat door zijn trapeziumvormig profiel langwerpige, holle gedeelten of kanalen 9 die zich parallel aan elkaar uitstrekken over het oppervlak van het plaatstalen dak 2.
Deze kanalen 9 zijn van elkaar gescheiden door tussenliggende, langwerpige en buitvormige gedeelten, uitstulpingen of verhevenheden 10.
Deze uitstulpingen 10 zijn neerwaarts gericht en kunnen als uitstulping 10 beschouwd worden, in de zin dat ze zich tot op een zekere verticale afstand H, overeenkomstig de hoogte H van de trapeziumvormige gedeelten 4, van de bodem 11 van de kanalen 9 uitstrekken.
Uiteraard vormt een bodem 11 van een kanaal 9 aan de bovenzijde 12 van het plaatstalen dak 2 een uitstulping 10.
In figuur 2 is een bekend bevestigingsmiddel of ophangmiddel 13 weergegeven in de vorm van een V-hanger.
De V-hanger heeft een vlakke bodem 14 waarin een gat 15 is voorzien, waarbij in he verlengde van het gat 15 een moer 16 met inwendige schroefdraad op de bodem 14 is vastgemaakt.
Vanaf de bodem 14 strekken zich schuin twee vleugels 17 en 18 uit die aan hun uiteinden 19 en 20 voorzien zijn van een gat 21.
De hoek A gevormd tussen de bodem 14 en de vleugels 17 en 18 van de V-hanger 13 stemt overeen met de hoek B gevormd tussen de bodem 11 en de zijwanden 22 van de uitstulpingen 10 van de trapeziumvormige gedeelten 4 in het staalplaten dak 2.
In figuur 3 is geïllustreerd hoe de V-hanger 13 is aangebracht over een uitstulping 10 van het plaatstalen dak 2 en hoe het aan de stalen platen 3 van het plaatstalen dak 2 is bevestigd.
Hiertoe werden in de zijwanden 22 van de uitstulping 10 gaten 23 geboord en een bout of stiftbout 24 werd gemonteerd door de gaten 21 en 23, waarna de V-hanger tegen de zijwanden 22 van de uitstulping 10 van het plaatstalen dak 2 kan worden vastgeschroefd met behulp van moeren 25.
Voorst is doorheen het gat 15 in de bodem 14 van de V-hanger 13 een bout of draadstang 26 geschroefd in de moer 16 en deze bout of draadstang 2 6 kan verder gebruikt worden voor het ophangen van zaken zoals een verlichtingsarmatuur en dergelijke meer.
Het is duidelijk deze handelingen omslachtig zijn, veel tijd vergen en moeilijk uit te voeren zijn in de beperkte ruimte die beschikbaar is in een kanaal 9.
Bovendien strekt de V-hanger 13 zich uit tot ver onder het staalplaten dak 2 wat in sommige gevallen niet gewenst is.
In de figuren 4 en 5 is nog een bekend bevestigingsmiddel of ophangmiddel 27 weergegeven, ditmaal in de vorm van een tuimelplug 27.
Zulke tuimelplug 27 is in essentie een bout 28 die aan de bovenzijde voorzien is van een kantelbaar gedeelte 29 dat kan kantelen tussen een ingevouwen stand, waarbij het kantelbaar gedeelte 29 nauw aansluit bij de bout 28, welke ingevouwen stand is weergegeven in figuur 4, en een uitgevouwen stand, waarbij het kantelbaar gedeelte 29 zich uitstrekt dwars op de bout 28, welke stand is weergegeven in figuur 5.
Zulke tuimelplug 27 kan gebruikt worden als een ophangmiddel 27 in een plaatstalen dak 2, wat geïllustreerd is in figuur 6.
Hiertoe wordt in een uitstulping 10 van de geprofileerde platen 3 een gat 30 geboord en wordt de tuimelplug in de ingevouwen toestand doorheen het gat 30 aangebracht, waarna door het kantelen van het kantelbaar gedeelte 29 een houvast kan worden verwezenlijkt op het plaatstalen dak 2 door het aanschroeven van een moer 31.
De nadelen van dit bekend bevestigingsmiddel of ophangmiddel 27 zijn uitvoerig besproken in de inleiding.
In de figuren 7 tot 12 is een eerste uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel of ophangingmiddel 32 volgens de uitvinding weergegeven.
Het bevestigingsmiddel 32 bevat in dit geval twee scharnierende gedeelten, meer bepaald een eerste scharnierend gedeelte 33 en een tweede scharnierend gedeelte 34, die scharnierend met elkaar zijn verbonden door middel van een scharnier 35.
De scharnierende gedeelten 33 en 34 hebben een U-vormig profiel 36 en zijn gevormd door twee parallelle zijwanden 37 die verbonden zijn door middel van een tussenliggend gedeelte 38.
De zijwanden 37 van het eerste scharnierend gedeelte 33 zijn nabij een eerste uiteinde 39 voorzien van een ovaal tuimelgat 40 waarin telkens een pen 41 van het scharnier 35 is aangebracht.
Aan het andere uiteinde 42 van het eerste scharnierend gedeelte 33, meer bepaald aan de hoeken 43 van de zijwanden 37 nabij het tussenliggend gedeelte 38 is het eerste scharnierend gedeelte 33 telkens voorzien van een uitsteeksel 44 dat bedoeld is voor het perforeren van een stalen plaat 3.
De pennen 41 maken deel uit van het tweede scharnierend gedeelte 34.
De pennen 41 zijn aangebracht nabij een eerste uiteinde 45 van het tweede scharnierend gedeelte 34 en ze strekken zich uit dwars op de zijwanden 37 ervan.
De zijwanden 37 van het tweede scharnierend gedeelte 34 passen tussen de zijwanden 37 van het eerste scharnierend gedeelte 33 en aldus is het tweede scharnierend gedeelte 34 gedeeltelijk omhuld door het eerste scharnierend gedeelte 33.
Aan het eerste uiteinde 45 van het tweede scharnierend gedeelte 34, meer bepaald aan de hoeken 46 van zijwanden 37 ervan die het verst zijn gelegen van het tussenliggend gedeelte 38, zijn opnieuw twee uitsteeksels 47 voorzien die bedoeld zijn voor het perforeren van een stalen plaat 3.
De uitsteeksels 44 en 47 zijn gelijkvormig en ze zijn uitgevoerd met een scherpe punt 48 die enigszins uitsteekt boven de betreffende zijranden 49 aan de zijwanden 37 en de uiteinden 39 en 45.
Het gedeelte 50 van het tweede scharnierend gedeelte 34 dat zich uitstrekt tussen het scharnier 35 en het tweede uiteinde 51 ervan heeft een lengte L die ietwat kleiner is dan de lengte L' waarmee het gedeelte 52 van het eerste scharnierend gedeelte 33 zich uitstrekt tussen het scharnier 35 en het tweede uiteinde 42 ervan.
Door een rotatie van de scharnierende gedeelten 33 en 34 naar elkaar toe volgens de pijlen weergegeven in figuur 7, kan op deze manier het overeenkomstige gedeelte 50 van het tweede scharnierend gedeelte 33 tussen de zijwanden 37 van het gedeelte 52 van het eerste scharnieren gedeelte 34 worden gebracht zonder dat het met zijn tweede uiteinde 52 buiten de contouren van het eerste scharnierend gedeelte 34 uitsteekt.
Dit is meer in detail weergegeven in figuur 10.
Het tweede scharnierend gedeelte 33 strekt zich uit met een lengte M tussen het scharnier 35 en het eerste uiteinde 45 ervan, welke lengte M ietwat groter is dan de lengte M' waarmee het eerste scharnierend gedeelte 33 zich uitstrekt tussen het scharnier 35 en het eerste uiteinde 39 ervan.
Door een voornoemde rotatie van de scharnierende gedeelten 33 en 34 naar elkaar toe volgens de pijlen weergegeven in figuur 7, wordt het gedeelte van het tweede scharnierend gedeelte 33 met lengte in het verlengde van het eerste scharnierend gedeelte 33 gebracht, waarbij de uitsteeksels 47 uit dit eerste scharnierend gedeelte 33 uitsteken, wat opnieuw is weergegeven in figuur 10.
De lengtes L en L' zijn substantieel groter dan de lengtes M en M' , zodat de overeenkomstige gedeelten 50 en 52 van het eerste en tweede scharnierend gedeelte 33 en 34 hefboomsarmen 50 en 52 vormen.
Aldus kan een relatief kleine kracht uitgeoefend aan de tweede uiteinden 42 en 50 omgezet worden in een relatief grote kracht aan de eerste uiteinden 39 en 45, zodat de uitsteeksels 44 en 47 met relatief groot gemak doorheen een stalen plaat 3 kunnen worden gedrukt.
De scharnierende gedeelten 33 en 34 met het scharnier 35 en de hefbooms armen 50 en 52 vormt op deze manier een mechanisme 53 voor het doorboren van stalen plaat 3 met behulp van de uitsteeksels 44 en 47.
Het bevestigingsmiddel 32 volgens de uitvinding is verder voorzien van blokkeringsmiddelen 54 die bedoeld zijn voor het blokkeren van het mechanisme 53 nadat het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 is bevestigd door perforatie van een stalen plaat 3 met behulp van de uitsteeksels 44 en 47.
Bij voorkeur kunnen deze blokkeringsmiddelen 54 gedeblokkeerd worden, bijvoorbeeld om het terug losmaken van het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 mogelijk te maken.
In de eerste uitvoeringsvorm weergegeven in de figuren 7 tot 12 worden de blokkeringsmiddelen 54 gevormd door naar binnen gerichte lippen die gedeeltelijk uit de zijwanden 37 van het eerste scharnierend gedeelte 34 zijn geponst.
Tijdens het naar elkaar roteren van de scharnierende gedeelten 33 en 34 drukken de zijwanden 37 van het tweede scharnierende gedeelte 34 de lippen 54 tijdelijk in de zijwanden 37 van het eerste scharnierend gedeelte 33 en zodra beide scharnierende gedeelten 33 en 34 in eikaars verlengde zijn gebracht, in een stand zoals is weergegeven in de figuren 10 tot 12, klikken de lippen 54 terug naar binnen en is het tweede scharnierende gedeelte 34 geblokkeerd in het eerste scharnierend gedeelte 33, zodat een rotatie van de scharnierende gedeelten 33 en 34 uit elkaar rond het scharnier 35 wordt verhinderd.
Een bevestigingsmiddel 32 volgens de uitvinding is bij voorkeur bijkomend nog voorzien van gaten 55 voor het aankoppelen van andere elementen, zoals bijvoorbeeld voor het ophangen van zaken die aan een staalplaten dak 2 moeten worden opgehangen of van verbindingselementen voor het aaneenkoppelen van meerdere zulke aan een plaatstalen dak 2 bevestigde bevestigingsmiddelen 32.
In de figuren 13 en 14 is geïllustreerd hoe zulke eerste uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 volgens de uitvinding in een staalplaten dak 2 kan worden bevestigd.
Het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 is aangebracht tegen een bodem 11 van een kanaal 9 in het plaatstalen dak 2, waarbij het tussenliggend gedeelte 38 van het eerste scharnierend gedeelte 33 naar de bodem 11 is gericht.
Het eerste scharnierend gedeelte 33 en het tweede scharnierend gedeelte 34 zijn in een stand gebracht, zoals in de figuren 7 tot 9 is weergegeven, onder een hoek C ten opzichte van elkaar.
Hierbij steunen de uitsteeksels 44 en 47 tegen de zijwanden 22 van het kanaal 9, meer bepaald in de hoeken 56 tussen deze zijwanden 22 en de bodem 11.
Deze stand is weergegeven in figuur 13.
Door een rotatie van de scharnierende gedeelten 33 en 34 naar elkaar toe, volgens de pijlen weergeven in figuur 13, waarbij de hefboomsarmen 50 en 52 naar elkaar worden gebracht, bekomt men een stand weergegeven in figuur 14, waarbij de scharnierende gedeelten 33 en 34 met mekaar zijn uitgelijnd.
Het is duidelijk dat de afstand P tussen de uiteinden 44 en 47 in een niet uitgelijnde stand van de scharnierende gedeelten 33 en 34, zoals is weergegeven in de figuren 7 tot 10 en 13, kleiner is dan de afstand P' tussen de uiteinden 44 en 47 in de uitgelijnde stand ervan, zoals is weergegeven in de figuren 10 tot 12 en 14.
De hefboom gevormd door het mechanisme 53 maakt dat de uitsteeksels 44 en 47 met redelijk gemak gelijktijdig tijdens de voornoemde rotatie de zijwanden 22 van de stalen plaat 3 kunnen doorboren.
Aldus wordt het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 verankerd in de stalen plaat 3 door middel van de uitsteeksels 44 en 47.
Met andere woorden wordt, tijdens het bevestigen van het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 aan het plaatstalen dak 2, in dit geval de afstand P tussen de uiteinden 44 en 47 vergroot door het mechanisme 53.
Dit is inderdaad handig bij gevallen waarbij het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 dient te worden bevestigd in een kanaal 9 tussen twee zijwanden 22.
In de figuren 15 tot 20 zijn andere uitvoeringsvormen van een bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 volgens de uitvinding weergegeven waarbij dit tevens het geval is.
Volgens de uitvinding is het echter niet uitgesloten een mechanisme 53 toe te passen met scharnierende gedeelten 33 en 34 waarbij een verkleining van de tussenafstand tussen de uiteinden met uitsteeksels 44 en 47 resulteert in een inklemming in een stalen plaat 3.
Een tweede uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 volgens de uitvinding is zeer schematisch geïllustreerd in de figuren 15 en 16.
In deze tweede uitvoeringsvorm is het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 voorzien van verschuifbare gedeelten 57 en 58 die heen en weer beweegbaar zijn in het ophangmiddel 32, dat hoofdzakelijk is uitgevoerd als een U-vormig profiel 59.
Een uiteinde 60 van elk verschuifbaar gedeelte 57 en 58 is voorzien van meerdere uitsteeksels 61 in de vorm van een reeks tanden 61.
Voorts is het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 voorzien van een mechanisme 53 met een verdraaibaar element 62, dat is weergegeven in figuur 16, waarbij door het verdraaien van dat element 62 volgens een draaizin weergegeven in figuur 16 de uiteinden 60 van de verschuifbare gedeelten 57 en 58 van elkaar weg worden bewogen.
In dit geval is het mechanisme 53 dus zodanig dat door het verdraaien van het verdraaibaar element 62 de verschuifbare gedeelten 57 en 58 uit elkaar bewegen dit voor het doorboren van een stalen plaat 3 door het vergroten van de afstand P tussen de uiteinden 60, wat typisch toepasselijk voor het doorboren van zijwanden 22 aanliggende aan een kanaal 9 in een plaatstalen dak 2.
In andere uitvoeringsvormen kan er evenwel voor gezorgd worden dat het mechanisme 53 zodanig is dat door een verdraaiing van een verdraaibaar element 62 de uiteinden 60 naar elkaar toe worden bewogen, met de bedoeling door zulke beweging een stalen plaat 3 te kunnen doorboren, bijvoorbeeld ter plaatse van de zijwanden 22 van een uitstulping 10.
In figuur 16 is het verdraaibaar element 62 weergegeven als een elliptisch element 62 dat centraal voorzien is van een as 63 waarrond het kan roteren, bijvoorbeeld door het door middel van een sleutel 64 met zeskant kop 65 aan te draaien.
Het is echter duidelijk dat deze figuren 16 en 17 slechts het principe weergeeft dat kan worden toegepast en geenszins moet worden beschouwd als een realistische versie van een bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 volgens de uitvinding.
In figuur 17 is een derde uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 volgens de uitvinding weergegeven dat vergelijkbaar is met de eerste uitvoeringsvorm in dat het tevens een mechanisme 53 bevat dat voorzien is van twee scharnierende gedeelten 33 en 34 met uitsteeksels 44 en 47, die verdraaibaar met elkaar zijn verbonden door middel van een scharnier 35.
Het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 is in dit geval echter bedoeld om te worden bevestigd in een kanaal 9 van een plaatstalen dak 2 ter hoogte van de hoeken 66 gevormd tussen de zijwanden 22 en de uitstulping 10.
De lengte Q van de scharnierende delen 33 en 34 is hiertoe ietwat groter dan de helft van de lengte R ter plaatste van deze hoeken 66, zodat in de initiële stand de scharnierende gedeelten 33 zich uitstrekken onder een kleine hoek E ten opzichte van elkaar, nagenoeg in eikaars verlengde.
Door een verticale kracht F uit te oefenen op de scharnierende gedeelten 33 en 34 ter plaatste van het scharnier 35 kunnen de scharnierende gedeelten 33 en eikaars verlengde worden gebracht, waarbij aldus de uitsteeksels 44 en 47 in de stalen plaat 3 gedrukt worden.
Het mechanisme 53 kan voor het uitoefenen van zulke kracht F voorzien zijn van bijkomende middelen, doch dit hoeft volgens de uitvinding niet noodzakelijk het geval te zijn.
In figuur 18 is een vierde uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 volgens de uitvinding weergegeven, dat analoog is aan de derde uitvoeringsvorm.
De scharnierende gedeelten 33 en 34 zijn voorzien van een bijkomende arm 67 die kan reiken tot in een nabijgelegen kanaal 9 van het staalplaten dak 2.
Op deze armen 67 zijn tevens uitsteeksels 68 voorzien tijdens het bevestigen van het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 steun vinden in de zijwanden 22 van de nabijgelegen kanalen 9.
Het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 volgens deze vierde uitvoeringsvorm laat toe een verankering te verwezenlijken van de uitsteeksels 44 en 47 in de zijwanden 22 van het kanaal 9 waarin het is aangebracht, meer bepaald op een zekere afstand van de hoeken 66 en 56.
In figuren 19 en 20 is een vijfde uitvoeringsvorm van een bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 volgens de uitvinding weergegeven, waarbij het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 ditmaal is voorzien van een bladveer 69 die aan elk van haar uiteinden 70 en 71 is voorzien van één of meerdere uitsteeksels 72 voor het doorboren van stalen plaat 3.
De bladveer 69 is beweegbaar tussen een meer gekromde stand, die is weergegeven in figuur 19, en een minder gekromde of rechte stand, die in figuur 20 is weergegeven.
Het mechanisme 53 bevat voorts middelen, die verder niet in detail zijn weergegeven, voor het uitoefenen van een kracht F op de bladveer 69 en die de bladveer 69 doet bewegen vanuit de meer gekromde stand naar een minder gekromde of rechte stand.
Bij deze beweging wordt de afstand U tussen de uiteinden 70 en 71 van de bladveer 69 vergroot tot de afstand U', waardoor opnieuw het effect wordt bekomen dat de uitsteeksels 72 in de zijwanden 22 kunnen worden geduwd voor het doorboren ervan en voor het verankeren van het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 in het staalplaten dak 2 .
Tot slot is in figuur 21 nog een zesde uitvoeringvorm van een bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 volgens de uitvinding weergegeven waarbij het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 in dit geval een V-vormige hanger 73 is, die twee vleugels 74 en 75 bevat waarvan de uiteinden 7 6 relatief beweegbaar zijn ten opzichte van elkaar.
Elke vleugel 74 en 75 is voorzien van één of meerdere uitsteeksels 77 die naar elkaar zijn gericht.
De vleugels 74 en 75 van het V-vormige bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 kunnen naar elkaar toe worden bewogen door het aanschroeven van een moer 7 8 op een bout 7 9 die de beide vleugels 74 en 75 met elkaar verbindt.
Aldus kan opnieuw een doorboring worden bekomen van de stalen plaat 3 met de uitsteeksels 77, waarbij het mechanisme 53 gevormd door de beweegbare of vervormbare vleugels 74 en 75 en de bout 79 en moeren 78, zodanig is dat voor het doorboren van de staalplaat 3 de afstand V tussen de beide 76 uiteinden wordt verkleind in plaats van vergroot zoals het geval was bij de voorgaande uitvoeringsvormen.
Aldus kan het bevestigingsmiddel of ophangmiddel 32 met de beide uiteinden 76 in de stalen plaat 3 ingrijpen, meer bepaald in twee gedeelten van de geprofileerde staalplaat 3 die elk een wand 22 vormen aan een zijde van een uitstulping 10 van de geprofileerde staalplaat 3.
Uiteraard kunnen vele andere uitvoeringsvormen worden bedacht die het principe van de uitvinding toepassen en bijvoorbeeld kunnen hier vermelde kenmerken naar believen worden gecombineerd.
De uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en aan de hand van de figuren geïllustreerde uitvoeringsvormen van een bevestigingsmiddel 32 volgens de uitvinding, doch zulke bevestigingsmiddelen 32 kunnen op andere manieren worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (14)

  1. Conclusies
    1. Bevestigingsmiddel (32) voor het bevestigen van zaken aan een stalen plaat (3) van een constructie zoals een plaatstalen dak (2), een verticale wand of dergelijke, waarbij het bevestigingsmiddel (32) bedoeld is om vast aan de stalen plaat (3) te worden bevestigd ter vorming van een houvast waaraan voorts de voornoemde zaken aan de constructie kunnen worden opgehangen, daardoor gekenmerkt dat het bevestigingsmiddel (32) minstens voorzien is van: - één of meerdere uitsteeksels (44,47,61,72,77) voor het perforeren, ponsen of doorboren van de stalen plaat (3); en, - een mechanisme (53) voor het perforeren, ponsen of doorboren van de stalen plaat (3) met behulp van het voornoemde uitsteeksel of de voornoemde uitsteeksels (44.47.61.72.77) en voor het verankeren van het ophangmiddel (32) in de stalen plaat (3) met het voornoemde uitsteeksel of de voornoemde uitsteeksels (44.47.61.72.77) .
  2. 2. Bevestigingsmiddel (32) volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het bevestigingsmiddel (32) aan twee uiteinden (42,45,60,70,71,76) voorzien is van een voornoemd uitsteeksel (44,47,61,72,77) en dat het mechanisme (53) toelaat de afstand (P,P',U,U',V) tussen de uiteinden (42,45,60,70,71,76) van het bevestigingsmiddel (32) te wijzigen teneinde gelijktijdig een doorboring of perforatie van een stalen plaat (3) te kunnen verwezenlijken ter plaatse van beide uiteinden (42,45,60,70,71,76), zodanig dat het bevestigingsmiddel in de stalen plaat (3) kan worden gefixeerd doordat het aan beide uiteinden (42,45,60,70,71,76) met de betreffende uitsteeksels (44,47,61,72,77) doorheen de stalen plaat (3) steekt.
  3. 3. Bevestigingsmiddel (32) volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat het mechanisme (53) zodanig is dat voor het doorboren of perforeren van een stalen plaat (3) aan de beide uiteinden (42,45, 60, 70, 71) van het bevestigingsmiddel (32) met behulp van het mechanisme (53) de afstand (P,P',U,U') tussen beide uiteinden (42.45.60.70.71) wordt vergroot, waarbij aldus het bevestigingsmiddel (32) met de uiteinden (42.45.60.70.71) kan worden ingeklemd tussen twee gedeelten (22) van een geprofileerde stalen plaat (3) die elk een wand (22) vormen aan weerszijden van een hol gedeelte, kanaal (9) of gleuf gevormd in de geprofileerde stalen plaat (3) .
  4. 4. Bevestigingsmiddel (32) volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat het mechanisme (53) zodanig is dat voor het doorboren of perforeren van een stalen plaat (3) aan de beide uiteinden (76) van het bevestigingsmiddel (32) met behulp van het mechanisme (53) de afstand (V) tussen beide uiteinden (76) wordt verkleind, waarbij aldus het bevestigingsmiddel (32) met de beide uiteinden (76) in een stalen plaat (3) kan ingrijpen, meer bepaald in twee gedeelten (22) van een geprofileerde stalen plaat (3) die elk een wand (22) vormen aan een zijde van een bol gedeelte, uitstulping (10) of verhevenheid gevormd van de geprofileerde stalen plaat (3).
  5. 5. Bevestigingsmiddel (32) volgens conclusie 3 of 4, daardoor gekenmerkt dat het bevestigingsmiddel (32) twee scharnierende gedeelten (33,34) bevat die scharnierend met elkaar zijn verbonden door middel van een scharnier (35), waarbij aan één uiteinde (39,45) van elk gedeelte (33,34) één of meerdere van de voornoemde uitsteeksels (44,47) zijn voorzien, en waarbij de afstand (P,P') tussen de betreffende uiteinden (44,47) wordt vergroot dan wel verkleind overeenkomstig het betreffende geval door een rotatiebeweging omheen het scharnier (35) van de twee gedeelten (33,34) naar elkaar toe.
  6. 6. Bevestigingsmiddel (32) volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat één van de scharnierende gedeelten (33) is voorzien van een ovaal tuimelgat (40) waarin een pen (41) van het scharnier (35) is aangebracht.
  7. 7. Bevestigingsmiddel (32) volgens één of meerdere van de conclusies 2 tot 6, daardoor gekenmerkt dat het bevestigingsmiddel (32) voorzien is van een mechanisme (53) met een verdraaibaar element (62), waarbij door het verdraaien van dat element (62) de uiteinden (60) van het ophangmiddel (32) die voorzien zijn van uitsteeksels (61) naar of van elkaar weg worden bewogen naargelang het geval.
  8. 8. Bevestigingsmiddel (32) volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat het bevestigingsmiddel (32) voorzien is van verschuifbare gedeelten (57,58) die heen en weer beweegbaar zijn in het bevestigingsmiddel (32), waarbij een uiteinde (60) van elk verschuifbaar gedeelte (57,58) is voorzien van de voornoemde uitsteeksels (61) en waarbij het mechanisme (53) zodanig is dat door het verdraaien van het verdraaibaar element (62) de verschuifbare gedeelten (57,58) uit elkaar bewegen dan wel naar elkaar toe bewegen naargelang het geval.
  9. 9. Bevestigingsmiddel (32) volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat het bevestigingsmiddel (32) een ν'-vormige hanger (73) is, die gevormd wordt uit twee vleugels (74,75) waarvan de uiteinden (76) relatief beweegbaar zijn ten opzichte van elkaar, waarbij elke vleugel (74,75) is voorzien van één of meerdere voornoemde uitsteeksels (77) en waarbij de vleugels (74,75) van het V-vormige bevestigingsmiddel (32) naar elkaar toe kunnen worden bewogen door het aanschroeven van een moer (78) op een bout (79) die de beide vleugels (74,75) met elkaar verbindt.
  10. 10. Bevestigingsmiddel (32) volgens één of meerdere van de conclusies 2 tot 9, daardoor gekenmerkt dat het bevestigingsmiddel (32) is voorzien van een bladveer (69) die aan elk van haar uiteinden (70) is voorzien van één of meerdere voornoemde uitsteeksels (72), waarbij de bladveer (69) beweegbaar is tussen een meer gekromde stand en een minder gekromde of rechte stand en waarbij het mechanisme (53) middelen bevat voor het uitoefenen van een kracht (F) op de bladveer (69) die de bladveer (69) doet bewegen vanuit de meer gekromde stand naar een minder gekromde of rechte stand.
  11. 11. Bevestigingsmiddel (32) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het voorzien is van blokkeringsmiddelen (54) voor het blokkeren van het mechanisme (53) nadat het bevestigingsmiddel (32) is bevestigd door perforatie van de stalen plaat (3) met behulp van de uitsteeksels (44,47,61,72,77).
  12. 12. Bevestigingsmiddel (32) volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat de blokkeringsmiddelen (54) kunnen gedeblokkeerd worden.
  13. 13. Bevestigingsmiddel (32) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het bevestigingsmiddel (32) bijkomend is voorzien van verbindingselementen voor het aaneenkoppelen van meerdere zulke aan een plaatstalen dak (2) bevestigde bevestigingsmiddelen (32).
  14. 14. Bevestigingsmiddel (32) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het bevestigingsmiddel (32) voorzien is van gaten (55) voor het aankoppelen van andere elementen.
BE2016/5304A 2016-04-29 2016-04-29 Bevestigingsmiddel voor het bevestigen van zaken aan een stalen plaat van een constructie. BE1023997B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2016/5304A BE1023997B1 (nl) 2016-04-29 2016-04-29 Bevestigingsmiddel voor het bevestigen van zaken aan een stalen plaat van een constructie.
PCT/IB2017/052376 WO2017187342A1 (en) 2016-04-29 2017-04-25 Fastener for securing items to the steel plate of a construction

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2016/5304A BE1023997B1 (nl) 2016-04-29 2016-04-29 Bevestigingsmiddel voor het bevestigen van zaken aan een stalen plaat van een constructie.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1023997B1 true BE1023997B1 (nl) 2017-10-25

Family

ID=56888857

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2016/5304A BE1023997B1 (nl) 2016-04-29 2016-04-29 Bevestigingsmiddel voor het bevestigen van zaken aan een stalen plaat van een constructie.

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE1023997B1 (nl)
WO (1) WO2017187342A1 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20240044142A1 (en) * 2022-08-04 2024-02-08 Tate Access Floors, Inc. Pre-assembled decking panel and strut assembly for data center ceilings and roofs

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2001726A (en) * 1977-07-28 1979-02-07 Ritter W Securing perforable sheet material
GB2325257A (en) * 1997-05-15 1998-11-18 Glynwed Consumer & Constructio Floor / ceiling suspension arrangement

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2001726A (en) * 1977-07-28 1979-02-07 Ritter W Securing perforable sheet material
GB2325257A (en) * 1997-05-15 1998-11-18 Glynwed Consumer & Constructio Floor / ceiling suspension arrangement

Also Published As

Publication number Publication date
WO2017187342A1 (en) 2017-11-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US9470360B2 (en) Mounting brace assembly for mounting an electrical box
AU2001217881B2 (en) Threaded anchor for poured concrete metal deck floors and wood frame floors
US5303894A (en) Electrical fixture hanger
AU2014224082B2 (en) Bracket assembly and method
AU2001217881A1 (en) Threaded anchor for poured concrete metal deck floors and wood frame floors
DE102008028108A1 (de) Vorrichtung zum Verbinden einer Profilschiene mit einem anderen Bauteil
JP6133441B2 (ja) 外周トリム用クリップ
MXPA06013100A (es) Placa de suspension para fijarse al techo.
BE1023997B1 (nl) Bevestigingsmiddel voor het bevestigen van zaken aan een stalen plaat van een constructie.
CH702997A1 (de) Klemme.
EP1201841B1 (de) Direktabhänger für C-Schienen
DE102008027324B4 (de) Befestigungssystem für Leuchten
BE1025660B1 (nl) Bevestigingsmiddelen voor het bevestigen van zaken aan een dragend element en werkwijze waarbij zulke bevestigingsmiddelen worden toegepast
US2250160A (en) Fastener
CN110268170A (zh) 具有增强保持强度的金属通道锚定件
US20090039226A1 (en) Support hanger
CN210658906U (zh) 一种吊件
JP4486988B2 (ja) 吊り下げ支持具
DE102017108117A1 (de) Aufhängevorrichtung zur Aufhängung eines Möbels an einer Wand und Verwendung einer solchen Aufhängevorrichtung
EP3225761A1 (de) Aufhänge-system und elemente
US1776092A (en) Adjustable supporting means
DE202012008732U1 (de) Vorrichtung zum Befestigen eines Vorhanges, einer Gardine oder eines Rollos an den Seitenwandungen einer Fenster-, Tür- oder Wandnische
LT5484B (lt) Kabė stogo dangos dalims tvirtinti
EP0638694B1 (de) Abhängeranker für Doppel T-Träger
DE10052730A1 (de) Abhänger für C-Profilschienen

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20171025

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20190430