BE1020684A5 - Afzetcontainer en werkwijze voor het vormen van een dergelijke afzetcontainer. - Google Patents

Description

AFZETCONTAINER EN WERKWIJZE VOOR HET VORMEN VAN EEN DERGELIJKE AFZETCONTAINER

Deze uitvinding betreft enerzijds een werkwijze voor het vervaardigen van een afzetcontainer voor transport en opslag van losse goederen. Anderzijds betreft deze uitvinding een afzetcontainer voor transport en opslag van losse goederen, omvattende een bodem, twee zijwanden en minstens een voorwand, waarbij de genoemde container voorzien is van een eerste en tweede langsligger om de container op en af een vrachtwagen te laden.

In deze octrooiaanvraag wordt bedoeld met een afzetcontainer, een container voor het transport en opslag van bulkgoederen. Dergelijke containers bestaan in verschillende vormen, zoals bijvoorbeeld: standaard open containers voor allerlei afvalstoffen, schrootcontainers, puincontainers, containers die voorzien zijn van een hydraulisch deksel, enz.

Afzetcontainers zijn hoofdzakelijk samengesteld uit een bodem, gedragen door dwarsliggers en twee langsliggers (standaard IPN180), een voorwand, twee zijwanden en een achterwand die eventueel uitgevperd is als een deursysteem met één of twee zogenaamde achterdeuren.. Ter versterking worden de zijwanden van de container meestal voorzien van verticaal geplaatste versterkingsprofielen.

De gekende afzetcontainers hebben het grote nadeel dat het productieproces ervan omslachtig is en veel afzonderlijke assemblage stappen telt. Voor de vorming van de gekende containers wordt de bodem gevormd uit een vlakke staalplaat (dikte ± 3 tot 6 mm.) die door zijn lengte (standaard tussen 5000 en 7500 mm.) en breedte (standaard tussen 1800 en 2000 mm.) veelal moeilijk manipuleerbaar is. De onderzijde van de bodem wordt voorzien van twee op lengte gezaagde langsliggers (IPN180) waarvan de voor -en achterzijde afgeschuind werd om de container vlot op een vrachtwagen te kunnen trekken en te vermijden dat de langsligger de grond zou raken ter hoogte van de achterwielen. De al dan niet geplooide zijwanden, voorzien van verticale erop gelaste versterkingsprofielen, worden aan de dwarsliggers gelast, welke dwarsliggers aan de bodemplaat gelast zitten. Vervolgens wordt de voorwand gelast tegen de bodemplaat en worden de geassembleerde deurpanelen (die de achterwand vormen) aan de zijwanden gemonteerd. De container kan verder nog voorzien worden van een optrekhaak, een trapladder en/of haken voor een afdekzeil.

Deze uitvinding heeft nu tot doel een nieuwe werkwijze voor het vormen van een afzetcontainer te verschaffen die toelaat een container sneller te assembleren.

Het doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een werkwijze voor het . vervaardigen van een afzetcontainer voor transport en opslag van losse goederen, waarbij de werkwijze de volgende stappen omvat: aanvoeren van een in een C- of U- vorm geplooide centrale basisplaat voor de vorming van minstens een deel van de bodem van de afzetcontainer; het bevestigen van een eerste geplooid wandelement aan de ene langszijde van de centrale basisplaat voor de vorming van een eerste zijwand en een eerste < langsligger; het bevestigen van een tweede geplooid wandelement aan de tegenoverliggende langszijde van de centrale basisplaat voor de vorming van een tweede zijwand en een tweede langsligger; het bevestigen van een derde wandelement voor de vorming van een voorwand van de afzetcontainer.

Door de container op te bouwen uitgaande van een zogenaamde C- of U- vormige centrale basisplaat zijn er in eerste instantie minder onderdelen vereist. Dit komt hoofdzakelijk doordat er geen afzonderlijke langsliggers meer vereist zijn, de langsliggers worden namelijk gevormd door enerzijds de geplooide langszijden van de basisplaat en een overeenkomstige (gelijkaardige) geplooide langsrand van de wandelementen, tegen elkaar te bevestigen. De centrale basisplaat wordt gevormd door een vlakke plaat in de juiste vorm, C- of U vorm te gaan plooien. Voor meer stevigheid kunnen de geplooide delen verder nog voorzien worden van extra versterkingen.

Verder zijn, in tegenstelling tot de stand van de techniek, de verschillende onderdelen van de container veel beter handelbaar en lichter, dit komt in grote mate doordat niet meer gewerkt wordt met vlakke onderdelen maar met geplooide elementen. Tevens zijn er door de vernieuwde werkwijze, veel minder werkposten nodig waardoor het aantal manipulaties vermindert en bijgevolg de tijd voor het assembleren van een container verkort. Bovendien kan de centrale basisplaat beschouwd worden als een standaardplaat die gebruikt kan worden voor containers met verschillende zijwandhoogte.

De nieuwe werkwijze maakt het mogelijk een container modulair te gaan opbouwen waarbij de belangrijkste onderdelen, met name de centrale basisplaat, en de zijwanden, reeds vooraf, en eventueel in grote reeksen, gevormd kunnen worden om dan op een later tijdstip en eventueel op een andere plaats geassembleerd te worden.

In een voorkeurdragende werkwijze volgens de uitvinding worden tussen de langszijden van de centrale basisplaat ter versterking een aantal dwarsprofielen gemonteerd. Bij voorkeur worden er per container 9 tot 16 dwarsprofielen gemonteerd. De dwarsprofielen zitten op een zekere tussenafstand van elkaar. Aangezien containers het zwaarst belast worden in het midden en ter hoogte van de achterwand, is in een voorkeurdragende uitvoeringsvorm, de tussenafstand tussen de verschillende dwarsprofielen dewelke gemonteerd zitten ter hoogte van de achterzijde van de basisplaat, kleiner dan deze die gemonteerd zitten ter hoogte van de voorzijde van de basisplaat.

Volgens een bijzondere werkwijze volgens de uitvinding wordt het eerste en/of tweede geplooide wandelement via een boutverbinding met de centrale basisplaat verbonden. Bij een meer voorkeurdragende werkwijze volgens de uitvinding worden het eerste en/of tweede geplooid wandelement onlosmaakbaar met de basisplaat verbonden door het aanbrengen van een lasverbinding via een lasinrichting. Het is evident dat de zijwanden tevens met de basisplaat verbonden kunnen worden door combinatie van bout- en lasverbinding. Bij voorkeur zullen het eerste en tweede wandelement zodanig geplooid worden dat ze elk eveneens een deel van de bodem van de container gaan vormen.

Bij een bijzondere werkwijze volgens de uitvinding worden de zijwanden van de afzetcontainer voorzien van verticale versterkingsprofïelen. Bij voorkeur zijn de versterkingsprofielen U-profielen. Het is echter ook mogelijk deze versterkingsprofielen uit te voeren in de vorm van een zogenaamde obelisk zoals onder meer beschreven in het Belgisch octrooi BE 1016364.

Bij de gekende werkwijze voor het vormen van containers worden de verticale versterkingsprofielen telkens geplaatst ter hoogte van een dwarsprofiel, dit is bij de werkwijze overeenkomstig de uitvinding niet meer noodzakelijk. Overeenkomstig een meer bijzondere werkwijze volgens de uitvinding wordt tussen elk verticaal versterkingsprofiel en de centrale basisplaat, een verstevigingprofiel gemonteerd.

Overeenkomstig een voordelige werkwijze volgens de uitvinding wordt de centrale basisplaat gevormd uit een vlakke plaat die in de gewenste vorm gesneden wordt door een laserinrichting of plasmabrander en vervolgens geplooid wordt op een plooi-inrichting. Bij voorkeur wordt de vlakke plaat via een laserinrichting voorzien van openingen en/of uitsparingen. De openingen en/of uitsparingen laten een vlotte positionering van andere onderdelen van de container toe. Bovendien maken welbepaalde openingen een vlotte pre-assemblage van de container mogelijk. Het snijden van de vlakke plaat in de gewenste vorm en het aanbrengen van de openingen en/of uitsparingen kan eveneens gebeuren m.b.v. een plasmabrander.

Testen bij de octrooihouder op de bestaande containers, meer bepaald een zogenaamde eindige elementen analyse, hebben uitgewezen dat er bij beladen container, grote krachten optreden in de hoeken. Deze krachten kunnen opgevangen worden door extra versterkingen in de hoeken aan te brengen, extra versterkingen zorgen echter voor extra gewicht en een verhoging van de kostprijs. Een ander onderwerp van deze uitvinding betreft daarom een container voor het transport en opslag van losse goederen te verschaffen die sterker is op de kritieke punten en dit zonder gewichtstoename of een verhoging van de kosten.

Het doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een afzetcontainer voor transport en opslag van losse goederen, omvattende een bodem, twee zijwanden en een voorwand, waarbij de genoemde container voorzien is van een eerste en tweede langsligger om de container op en af een vrachtwagen te laden, waarbij elke langsligger samengesteld is uit twee delen, en waarbij de langsliggers vervaardigd zijn uit een deel van de bodem en een deel van de zijwand. Bij voorkeur is elke langsligger samengesteld uit twee verschillende onderdelen van de container.

Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm van de afzetcontainer overeenkomstig de uitvinding wordt de bodem minstens gedeeltelijk gevormd door een C- of U-vormige centrale basisplaat, waarbij het ene deel van elke langsligger gevormd wordt door een langszijde van de centrale basisplaat, terwijl het andere deel van elke langsligger gevormd wordt door een geplooide langsrand van de zijwand van de container. Bij voorkeur wordt de eerste langsligger gevormd door de ene langszijde van de centrale basisplaat en een geplooide langsrand van de eerste zijwand, en wordt de tweede langsligger gevormd door de tegenoverliggende langszijde van de centrale basisplaat en een geplooide langsrand van de tweede zijwand

Door af te stappen van het gegeven dat de bodem van een container gevormd is uit een vloerplaat die aan zijn onderzijde voorzien is van dwarsliggers gemonteerd op twee langsliggers maar gebruik te maken van een C- of U-vormige basisplaat, wordt het mogelijk de verdeling van de verticaal geplaatste versterkingsprofielen los te koppelen van het aantal dwarsliggers die de bodem ondersteunen waardoor het mogelijk wordt om de kritieke punten, dit zijn de punten waar de container in beladen toestand het zwaarst belast wordt, met name in de omgeving van de hoeken en ter hoogte van de achterzijde van de container, extra te gaan versterken. Een bijkomend voordeel is dat de sterkte van het I-profiel (de langsliggers) gevormd door de samenstelling van de langszijden van de centrale basisplaat en de geplooide langsrand van de wandelementen, een betere sterkte/gewichtsverhouding heeft. Verder zorgt de nieuw gevormde langsligger voor een langsondersteuning van de bodem van de container.

In een voorkeursuitvoering van de afzetcontainer volgens de uitvinding zijn de genoemde zijwanden voorzien van verticale versterkingsprofielen, en is tussen elk versterkingsprofiel en de centrale basisplaat een verstevigingprofiel is gemonteerd. Bij een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de centrale basisplaat een aantal dwarsprofielen en is het verstevigingprofiel vervaardigd uit een ander materiaal dan het materiaal waaruit het dwarsprofiel is vervaardigd.

In een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm van de afzetcontainer volgens de uitvinding heeft de genoemde afzetcontainer een nuttige inhoud gelegen tussen 8 en 40 m3.

Om de eigenschappen van deze uitvinding verder te verduidelijken en om bijkomende voordelen en bijzonderheden ervan aan te duiden volgt nu een meer gedetailleerde beschrijving van de werkwijze voor het vormen van een afzetcontainer volgens de uitvinding. Het weze duidelijk dat niets in de hierna volgende beschrijving kan geïnterpreteerd worden als een beperking van de in de conclusies opgeëiste bescherming voor deze uitvinding.

In deze beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen waarbij : figuur 1: een perspectiefvoorstelling is van een afzetcontainer volgens deze uitvinding; figuur 2: een voorstelling is van een vlakke plaat waaruit de centrale basisplaat gevormd wordt; figuur 3: een perspectiefvoorstelling van een C-vormige centrale basisplaat; figuur 4:. een voorstelling is van de in figuur 3 voorgestelde basisplaat voorzien van op afstand van elkaar geplaatste dwarsliggers; figuur 5: een perspectiejvoorstelling is van een wandelement dat zodanig gevormd (geplooid) is dat het zowel een deel van de bodem vormt als één van de zijwanden van de container; figuur 6: een voorstelling is van een wandelement voorzien van verstevigingsprofielen; figuur 7: een detailvoorstelling is van een verstevigingsprofiel; figuur 8: een voorstelling is van een wandelement voorzien van verstevigingsprofielen en zich vertikaal uitstrekkende versterkingsprofielen; figuur 9: een voorstelling is van een container opgebouwd uit een centrale basisplaat en twee wandelementen, in geassembleerde toestand; figuur 10: een onderaanzicht is van de in figuur 1 afgebeelde afzetcontainer, waarop de eerste en tweede langsligger zichtbaar zijn.

De afzetcontainer (1) overeenkomstig de uitvinding en zoals afgebeeld in figuur 1, omvat de volgende onderdelen: een bodem, een eerste zijwand (4) gevormd door een eerste wandelement (3), een tweede zijwand (6) gevormd door een tweede wandelement (5), een voor (7) - en een achterwand (8) waarbij de achterwand (8) opgebouwd is uit twee openklapbare achterdeuren. De container (1) kan verder nog voorzien worden van een optrekhaak, een trapladder en/of haken voor een afdekzeil.

De container (1) is geschikt voor transport en opslag van losse goederen. Om een container op en af een vrachtwagen te laden is deze voorzien van twee langsliggers. Bij de gekende containers zijn deze langsliggers op lengte gezaagde en afgeschuinde I-profielen (IPN180) die op de reeds gemonteerde dwarsprofielen bevestigd worden.

Het bijzondere van deze uitvinding ligt hem in het feit dat er geen afzonderlijke I-profielen meer vereist zijn, maar dat de langsliggers (16 en 17) gevormd worden door het samenvoegen van twee verschillende delen waaruit de container is opgebouwd. Dit wordt mogelijk door af te stappen van het idee om een container te gaan opbouwen uitgaande van een vlakke vloerplaat, maar te vertrekken met een zogenaamde centrale basisplaat (2). Deze basisplaat (2) wordt gevormd uit een vlakke staalplaat (13) (dikte ± 3 tot 6 mm.) (zie bijv. fig. 2) die in eerste instantie via een laserinrichting (bijv. via een gekende industriële laser van 100 Watt) of plasmabrander in de gewenste vorm gesneden wordt. De vlakke plaat wordt tevens via de laserinrichting (of plasmabrander) voorzien van openingen en/of uitsparingen. Deze openingen en/of uitsparingen maken het mogelijk om de andere onderdelen (bijv. de zijwanden) bij de verdere opbouw van de container (1) vlot en correct te gaan positioneren. Bovendien maken welbepaalde openingen een vlotte pre-assemblage van de container mogelijk.

Nadat de noodzakelijke openingen en/of uitsparingen zijn aangebracht wordt de staalplaat m.b.v. een plooi-inrichting tot een basisplaat (2) in de juiste vorm geplooid, met name een C- of U vorm. Op figuur 2 geven de stippellijnen aan waar de plooien komen. Het is evident dat equivalente vormgevingen, waarbij de plaat bijvoorbeeld extra plooibewerkingen ondergaat, eveneens binnen de beschermingsomvang van deze uitvinding vallen.

De gevormde basisplaat (2) (zie o.a. figuur 3) heeft twee langszijden (8 en 9) en is C-of U-vormig uitgevoerd. Verder kunnen de overgeplooide lippen voorzien worden van extra versterkingen, bijvoorbeeld door een bijkomend profiel erop te lassen. De basisplaat (2) zal het centrale deel van de bodem van de afzetcontainer (1) vormen. De buitenzijden van de bodem worden gevormd door telkens een deel van het aansluitende wandelement (3 of 5). Ter versterking worden, zoals blijkt uit figuur 4, in de ruimte tussen beide langszijden (8; 9) van de basisplaat (2) een aantal dwarsprofielen (10) gemonteerd. Bij voorkeur worden er per container 9 tot 16 dwarsprofielen (10) gemonteerd. De dwarsprofielen (10) zitten op een zekere tussenafstand van elkaar. Aangezien containers het zwaars belast worden ter hoogte van hun achterwand (14), is de tussenafstand tussen de verschillende dwarsprofielen (10) dewelke gemonteerd zitten ter hoogte van de achterzijde van de basisplaat (2), kleiner dan deze die gemonteerde zitten ter hoogte van de voorzijde van de basisplaat (2).

Aan beide langszijden (8, 9) van de centrale basisplaat (2) wordt zoals getoond op figuur 9, een geplooid wandelement (3, 5) bevestigd. De bevestiging kan gebeuren via een bout/moer verbinding (bouten worden aangebracht in de reeds voorziene openingen) en/of een lasverbinding. De zijde (langsrand) van het wandelement (3, 5) die tegen de basisplaat (2) bevestigd zal worden is voorzien van een aantal plooien zodat deze langsrand een gelijkaardige vorm heeft als de betreffende langszijde van de basisplaat (2). Wanneer nu beide wandelementen (3,5) tegen de basisplaat bevestigd worden, zullen respectievelijk een eerste (16) en tweede (17) langsligger gevormd worden. De langsliggers zijn duidelijk zichtbaar op figuur 10 en hebben bij voorkeur een I-vorm.

Ieder wandelement (3, 5) is vervaardigd uit een vlakke staalplaat die op een plooi-inrichting in de gewenste vorm wordt geplooid. Figuur 5 is een voorstelling van een mogelijke uitvoeringsvorm van een wandelement (3,5). Het afgebeelde wandelement omvat een verticaal opstaande deel (18) die in de afgewerkte container de zijwand (4, 6) zal vormen, en een horizontaal deel (20) die een buitenzijde van de bodem zal vormen. Tussen het verticale (18) en horizontale (20) deel, zit een afschuining (19). De afschuining (19) zal ervoor zorgen dat tijdens het gebruik van de afgewerkte container geen of toch bijna geen aarde of andere producten, blijven kleven, zodat roestvorming door vochtophoping wordt vermeden.

Ter versteviging worden, zoals blijkt uit figuur 6, de wandelementen (3, 5) voorzien van een aantal verstevigingsprofielen (12). Deze verstevigingsprofielen (12) (zie figuur 7) worden tegen de onderzijde van het genoemde horizontale deel (20) van de wandelementen (3, 5) gelast. De verstevigingsprofielen (12) zijn vervaardigd uit staal, maar kunnen in functie van de omstandigheden eveneens uit een ander materiaal, zoals bijvoorbeeld een hoogwaardiger staalsoort zoals bijv. S355JR, vervaardigd zijn. Veelal zal geopteerd worden om de verstevigingsprofielen, door de keuze van een geschikt materiaal of een geschikte vorm, sterker te maken dan de dwarsprofielen (10), dit omdat een container vooral in (ter hoogte van) de hoeken sterker moet zijn. Verder worden de verticaal opstaande delen (18) (in principe de zijwanden van de container), zoals blijkt uit figuur 8, voorzien van verticale versterkingsprofielen (11), in de vorm van U-profielen (het is evident dat andere vormen eveneens mogelijk zijn).

Eens de beide wandelementen (3, 5) aan de basisplaat (2) bevestigd zitten, wordt de container (1) verder afgewerkt door enerzijds het aanbrengen van de voorwand en anderzijds het aanbrengen van achterdeuren, die de achterwand (14) van de container (1) zullen vormen.

De afzetcontainers (1) overeenkomstig deze uitvinding hebben standaard de volgende afmetingen: breedte: 1,8 - 2,4 m; hoogte: 1 - 2,4 m en een lengte variërend tussen 5 en 7 meter. In functie van de gekozen lengtes, is de nuttige inhoud van de afzetcontainer (1) volgens de uitvinding gelegen tussen 8 en 40 m3.

Claims (13)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een afzetcontainer (1) voor transport en opslag van losse goederen, met het kenmerk dat de werkwijze de volgende stappen omvat: - aanvoeren van een in een C- of U- vorm geplooide centrale basisplaat (2) voor de vorming van minstens een deel van de bodem van de afzetcontainer (i); - het bevestigen van een eerste geplooid wandelement (3) aan de ene langszijde (8) van de centrale basisplaat (2) voor de vorming van een eerste zijwand (4) en een eerste langsligger; - het bevestigen van een tweede geplooid wandelement (5) aan de tegenoverliggende langszijde (9) van de centrale basisplaat (2) voor de vorming van een tweede zijwand (6) en een tweede langsligger; - het bevestigen van een derde wandelement voor de vorming van een voorwand (7) van de afzetcontainer.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat tussen de langszijden (8, 9) van de centrale basisplaat (2) ter versterking een aantal dwarsprofielen (10) gemonteerd worden.

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat het eerste (3) en/of tweede (5) geplooid wandelement via een boutverbinding met de centrale basisplaat (2) verbonden wordt.

4. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het eerste (3) en/of tweede (5) geplooid wandelement onlosmaakbaar met de basisplaat (2) verbonden worden door het aanbrengen van een lasverbinding via een lasinrichting.

5. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de zijwanden (4, 6) van de afzetcontainer (1) voorzien worden van verticale versterkingsprofielen (11).

6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk dat tussen de verticale versterkingsprofielen (11) en de centrale basisplaat (2), een verstevigingprofiel (12) gemonteerd wordt.

7. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de centrale basisplaat (2) gevormd wordt uit een vlakke plaat (13) die in de gewenste vorm gesneden wordt door een laserinrichting of plasmabrander en vervolgens geplooid wordt op een plooi-inrichting.

8. Werkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk dat de vlakke plaat (13) via een laserinrichting voorzien wordt van openingen en/of uitsparingen.

9. Afzetcontainer (1) voor transport en opslag van losse goederen, omvattende een bodem, twee zijwanden (4, 6) en een voorwand (7), waarbij de genoemde container (1) voorzien is van een eerste en tweede langsligger om de container (1) op en af een vrachtwagen te laden, met het kenmerk dat elke langsligger samengesteld is uit twee delen, waarbij de langsliggers vervaardigd zijn uit een deel van de bodem en een deel van de zijwand.

10. Afzetcontainer (1) volgens conclusie 9, met het kenmerk dat de bodem minstens gedeeltelijk gevormd wordt door een C- of U-vormige centrale basisplaat (2), en dat het ene deel van elke langsligger gevormd wordt door een langszijde (8, 9) van de centrale basisplaat en het andere deel van elke langsligger gevormd wordt door een geplooide langsrand (15) van de zijwand van de container (1).

11. Afzetcontainer (1) volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk dat de genoemde zijwanden (4, 6) voorzien zijn van verticale versterkingsprofielen (11) , en dat tussen elk versterkingsprofiel (11) en de centrale basisplaat (2) een verstevigingprofiel (12) is gemonteerd.

12. Afzetcontainer (1) volgens conclusie 11, met het kenmerk dat de centrale basisplaat een aantal dwarsprofielen (10) omvat en dat het verstevigingprofiel (12) is vervaardigd uit een ander materiaal dan het materiaal waaruit de dwarsprofielen (10) zijn vervaardigd.

13. Afzetcontainer (1) voor transport en opslag van losse goederen volgens één van de conclusies 9 t/m 12, met het kenmerk dat de genoemde afzetcontainer (1) een nuttige inhoud heeft gelegen tussen 8 en 40 m3.