BE1018607A5 - Ventilatie-inrichting. - Google Patents

Ventilatie-inrichting. Download PDF

Info

Publication number
BE1018607A5
BE1018607A5 BE2008/0369A BE200800369A BE1018607A5 BE 1018607 A5 BE1018607 A5 BE 1018607A5 BE 2008/0369 A BE2008/0369 A BE 2008/0369A BE 200800369 A BE200800369 A BE 200800369A BE 1018607 A5 BE1018607 A5 BE 1018607A5
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
control valves
ventilation device
air flow
flow channel
control valve
Prior art date
Application number
BE2008/0369A
Other languages
English (en)
Inventor
Ramses Jacques Pierre Dewachter
Original Assignee
Renson Ventilation Nv
Renson Paul
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Renson Ventilation Nv, Renson Paul filed Critical Renson Ventilation Nv
Priority to BE2008/0369A priority Critical patent/BE1018607A5/nl
Priority to EP09164328.8A priority patent/EP2141424A3/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1018607A5 publication Critical patent/BE1018607A5/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F13/00Details common to, or for air-conditioning, air-humidification, ventilation or use of air currents for screening
    • F24F13/08Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates
    • F24F13/18Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates specially adapted for insertion in flat panels, e.g. in door or window-pane

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Specific Sealing Or Ventilating Devices For Doors And Windows (AREA)
  • Building Environments (AREA)
  • Air-Flow Control Members (AREA)

Abstract

De uitvinding betreft een ventilatie-inrichting (1) voor natuurlijke luchttoevoer of luchtafvoer, omvattende een luchtdoorstroomkanaal (4) met minstens een eerste, een tweede en een derde regelklep (5), (6), (7) in serie roteerbaar of scharnierbaar opgesteld, op een zodanige manier dat bij roteren of scharnieren van deze regelkleppen (5), (6); (7) het luchtdebiet doorheen dit luchtdoorstroomkanaal (4) wordt geregeld. Een dergelijke ventilatie-inrichting (1) heeft een hoge thermische weerstand, een hoge temperatuurfactor en een hoge luchtdichtheid, zodat deze geschikt is voor plaatsing in of op een raam, deur, dakvlak of buitenwand van een passiefhuis gebouw of een gebouw in gebieden met lage buitentemperatuur tijdens het stookseizoen.

Description

VENTILATIE-INRICHTING
Deze uitvinding betreft een ventilatie-inrichting voor natuurlijke luchttoevoer of luchtafvoer omvattende een luchtdoorstroomkanaal waarin een eerste, een tweede en een derde regelklep in serie roteerbaar of scharnierbaar zijn opgesteld, op een zodanige manier dat bij roteren of scharnieren van deze regelkleppen het luchtdebiet doorheen dit luchtdoorstroomkanaal wordt geregeld.
Regelkleppen zijn in serie opgesteld in een luchtdoorstroomkanaal, wanneer deze in een richting van de luchtstroming doorheen dit luchtdoorstroomkanaal achter elkaar opgesteld zijn en elk op zich voorzien zijn om het luchtdoorstroomkanaal af te kunnen sluiten.
Deze uitvinding situeert zich hoofdzakelijk in het kader van het voorzien van een ventilatie-inrichting voor natuurlijke luchttoevoer of luchtafvoer, voorzien voor plaatsing in of op een raam, deur, dakvlak of buitenwand van een gebouw ontworpen volgens het zogenaamde passiefhuis concept of van een gebouw in gebieden met lage tot zeer lage buitentemperatuur tijdens het stookseizoen.
Zogenaamde passiefhuis gebouwen bezitten gewoonlijk een volledig mechanisch ventilatiesysteem voorzien van een warmteterugwineenheid. Op die manier kunnen de energieverliezen via ventilatie beperkt worden bij lage buitentemperaturen. Omwille van de hoge isolatiegraad en de hoge luchtdichtheid van de gebouwschil van dergelijke gebouwen, zijn de warmtewinsten via zonne-instraling, interne warmtelasten, e.a. meestal hoger dan de warmteverliezen via transmissie en ventilatie. Daarom is er een sterke behoefte om de ventilatieverliezen te vergroten via het openen van extra ventilatie-inrichtingen op het ogenblik dat de buitentemperatuur lager is dan de binnentemperatuur. Bestaande ventilatie-inrichtingen voor natuurlijke luchttoevoer of luchtafvoer kunnen hiertoe echter niet ingezet worden. Wanneer de energieverliezen namelijk hoger zijn dan de energiewinsten wil men de warmteverliezen doorheen de gebouwschil zo sterk mogelijk beperken omdat er slechts weinig verwarmingsvermogen aanwezig is en zogenaamde koudebruggen vermijden omwille van de hoge isolatiegraad van de gebouwschil. Ook warmteverliezen via de ventilatie-inrichtingen dienen dan maximaal beperkt te worden. In gesloten stand van de ventilatie-inrichting dient een dergelijke ventilatie-inrichting dan ook een hoge thermische weerstand (of kleine warmtedoorgangscoëfficiënt of U-waarde in W/m2K), een hoge temperatuurfactor f en een hoge luchtdichtheid te bezitten.
Als referentie kan gesteld worden, dat een dergelijke ventilatie-inrichting, bij voorkeur minimum een thermische weerstand en een temperatuurfactor bereikt die behaald wordt met raamprofielen.
Kunststof PVC ramen opgebouwd uit 5 kamers hebben conform de Belgische norm NBN B62-002 maximaal een U-waarde van 1.6 W/(m2K) te hebben. Deze waarde wordt ook gehaald met sterk geïsoleerde aluminium raamprofielen. Conform deze zelfde norm moet een houten raam uit loofhout reeds een dikte hebben van 120 mm om een U-waarde van 1.6 W/(m2K) te behalen.
Conform de NBN B25.002-1 moet in woningen volgens binnenklimaatklasse 2 bij een minimale maandgemiddelde temperatuur van -8°C een temperatuurfactor van minstens 0.61 worden gehaald voor ramen.
Bij voorzien van ventilatie-inrichtingen voor natuurlijke luchttoevoer of luchtafvoer in passiefhuis gebouwen zou men 1 of twee ventilatoren van het aanwezige mechanische ventilatiesysteem uit kunnen schakelen op het moment dat de ventilatie-inrichtingen in gebruik zijn. Dit brengt een niet te verwaarlozen bijkomende energiewinst met zich mee voor dergelijke passiefhuis gebouwen.
Ook bij gebouwen in gebieden met lage tot zeer lage buitentemperatuur tijdens het stookseizoen wenst men ventilatie-inrichtingen met een hoge thermische weerstand, een hoge temperatuurfactor en een hoge luchtdichtheid. Men wenst daar namelijk ventilatie-inrichtingen die toelaten om de ventilatie-inrichting tijdelijk af te sluiten met een minimum aan energieverlies, terwijl tegelijkertijd condensatie of ijsvorming in of op de ventilatie-inrichting wordt vermeden.
Bij bestaande ventilatie-inrichtingen kunnen warmteverliezen echter niet dermate beperkt worden dat deze ingezet kunnen worden in een passiefhuis gebouw, zonder dat men het luchtdoorstroomkanaal ongewenst lang dient te maken. De totale lengte van het luchtdoorstroomkanaal dient namelijk zoveel mogelijk beperkt te blijven, om de materiaalkost beperkt te houden, een plaatsing op beglazing mogelijk te laten, enz.
Bij schuifroosters kan men warmteverliezen onvoldoende beperken, gezien daar steeds minstens één verschuifbare klep ten opzichte van een rooster met ponsingen verschoven dient te kunnen worden. Hierbij wordt tegenwoordig wel isolatie aangebracht tussen de verschuifbare kleppen en het rooster met ponsingen, maar deze isolatie dient zodanig voorzien te zijn dat de kleppen verschuifbaar blijven, zodat steeds aanzienlijke warmteverliezen optreden omwille van beperkte luchtdichtheid. Deze warmteverliezen zijn daarbij relatief gezien ook groter dan bij vergelijkbare ventilatie-inrichtingen, gezien een dergelijk schuifrooster een veel beperkter ventilatiedebiet heeft dan ventilatie-inrichtingen met regelkleppen van vergelijkbare afmetingen en men dus een groter oppervlak aan schuifroosters moet voorzien om een zelfde ventilatiedebiet te bekomen en hierdoor voor een zelfde ventilatiedebiet grotere warmteverliezen optreden.
Ook bij ventilatie-inrichtingen met twee roterende regelkleppen, die deel uitmaken van de omtrek van een holle trommel die roteerbaar in het luchtdoorstroomkanaal van deze ventilatie-inrichting is voorzien (zogenaamde trommelroosters), kunnen warmteverliezen onvoldoende beperkt worden. Tussen de roteerbare trommel en het luchtdoorstroomkanaal kan wel isolatie voorzien worden die er zo goed mogelijk voor zorgt dat het luchtdoorstroomkanaal met behulp van de regelkleppen en deze isolatie kan afgesloten worden, in gesloten stand van de roterende regelkleppen, waarbij deze regelkleppen het luchtdoorstroomkanaal op twee verschillende plaatsen afsluiten. Evenwel dient deze isolatie zodanig voorzien te zijn dat de trommel roteerbaar blijft in het luchtdoorstroomkanaal, zodat een dergelijke ventilatie-inrichting in de praktijk weinig luchtdicht is in gesloten stand.
Met behulp van scharnierbare regelkleppen in het luchtdoorstroomkanaal kan een luchtdoorstroomkanaal beter afgesloten worden. Een groot nadeel van dergelijke ventilatie-inrichtingen is echter dat de stand van dergelijke regelkleppen ongewild verandert bij optreden van windstoten.
In WO 89/02970 is een dergelijke ventilatie-inrichting met een scharnierbare regelklep beschreven, die het luchtdoorstroomkanaal op twee plaatsen kan afsluiten. Op deze manier wordt bij afsluiten van het luchtdoorstroomkanaal een luchtvolume vastgehouden door deze scharnierbare regelklep. Hiermee wordt een enigszins verbeterde thermische weerstand, temperatuurfactor en luchtdichtheid bekomen. Echter, doordat de stand van deze regelklep ongewild kan veranderen bij optreden van plotse windstoten, voldoet deze ventilatie-inrichting niet aan de vooropgestelde doelstellingen.
In DE 299 10 662 is een ventilatie-inrichting beschreven, waarin drie regelkleppen in serie zijn opgesteld op een zodanige manier dat bij roteren en/of scharnieren ervan het luchtdebiet doorheen het luchtdoorstroomkanaal wordt geregeld. Bij afsluiten van het luchtdoorstroomkanaal met behulp van de buitenste regelkleppen kan een luchtvolume vastgehouden worden door deze regelkleppen. Ook hiermee wordt een enigszins verbeterde thermische weerstand, hogere temperatuurfactor en luchtdichtheid bekomen. Zoals echter hierboven gesteld is een groot nadeel hiervan dat de stand van dergelijke regelkleppen ongewild verandert bij optreden van windstoten. Dit brengt niet te verwaarlozen en dus ongewenste warmteverliezen met zich mee.
Het doel van deze uitvinding is dan ook, zoals hierboven gesteld, het voorzien van een ventilatie-inrichting voor natuurlijke luchttoevoer of luchtafvoer, voorzien voor plaatsing in of op een raam, deur, dakvlak of buitenwand van een gebouw ontworpen volgens het zogenaamde passiefhuis concept of van een gebouw in gebieden met lage tot zeer lage buitentemperatuur tijdens het stookseizoen, waarbij deze ventilatie-inrichting een hoge luchtdichtheid heeft, een maximale U-waarde van 1.6 W/(m2K) en een minimale temperatuurfactor van 0.61 bij een minimale maandgemiddelde temperatuur van -8°C.
Dit doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een ventilatie-inrichting voor natuurlijke luchttoevoer of luchtafvoer, omvattende een luchtdoorstroomkanaal waarin een eerste, een tweede en een derde regelklep in serie roteerbaar of scharnierbaar zijn opgesteld, op een zodanige manier dat bij roteren of scharnieren van deze regelkleppen het luchtdebiet doorheen dit luchtdoorstroomkanaal wordt geregeld, waarbij de scharnierende beweging van minstens twee van de regelkleppen onderling mechanisch gekoppeld is.
Door de beweging van minstens twee regelkleppen onderling mechanisch te koppelen, reduceert men het risico op onverwachte veranderingen van de stand van de regelkleppen sterk.
In gesloten toestand kunnen tussen deze in serie geplaatste regelkleppen minstens twee luchtvolumes gecreëerd worden die afgeschermd zijn van de binnen- en buitenlucht. De luchtbeweging in deze luchtvolumes is minimaal, waardoor de thermische weerstand aanzienlijk verhoogd wordt.
Bij minstens één scharnierende regelklep, kan deze op de gekende manieren, zoals bijvoorbeeld met behulp van een elastisch deel aan het uiteinde van deze regelklep in gesloten stand uiterst goed aansluiten op het luchtdoorstroomkanaal, waardoor, samen met de andere regelkleppen, een bijzonder hoge luchtdichtheid van de volledige ventilatie-inrichting wordt bekomen.
Voorziet men twee roterende regelkleppen, die deel uitmaken van de omtrek van een holle trommel die roteerbaar in het luchtdoorstroomkanaal van deze ventilatie-inrichting is voorzien (zogenaamde trommelroosters), dan kan men als derde regelklep ofwel een scharnierende regelklep voorzien die voor een hoge luchtdichtheid in gesloten stand kan zorgen, ofwel als derde regelklep een roterende regelklep voorzien die samen met een vierde roterende regelklep deel uitmaakt van een tweede holle trommel die roteerbaar in het luchtdoorstroomkanaal is voorzien. Met twee trommels worden zo drie luchtvolumes afgeschermd van de binnen- en buitenlucht, waardoor de thermische weerstand nog verder verhoogd wordt, maar waardoor ook nog een betere luchtdichtheid van de ventilatie-inrichting tussen de binnen- en de buitenlucht bekomen wordt.
Uiteraard kunnen naast de eerste, de tweede en de derde regelklep nog verdere regelkleppen in serie met deze regelkleppen in het luchtdoorstroomkanaal voorzien worden. Verdere regelkleppen zullen echter slechts kleinere winsten naar thermische weerstand, temperatuurfactor en luchtdichtheid toe met zich meebrengen.
Bij voorkeur is de beweging van de genoemde minstens twee regelkleppen bij een dergelijke ventilatie-inrichting volgens de uitvinding zodanig onderling mechanisch gekoppeld, dat bij scharnieren of roteren van één van beide regelkleppen in een eerste richting ten opzichte van het luchtdoorstroomkanaal de andere van beide regelkleppen in de tegenovergestelde richting van deze eerste richting ten opzichte van het luchtdoorstroomkanaal scharniert of roteert.
Met een dergelijke koppeling ontstaan bij een drukverschil over de ventilatie-inrichting tegengestelde krachten, namelijk enerzijds een kracht die één van beide regelkleppen wil openen en anderzijds een kracht die de andere van beide regelkleppen wil sluiten. Dankzij de koppeling van de beweging van beide regelkleppen, heffen beide optredende krachten elkaar (nagenoeg) op, waardoor het geheel van beide regelkleppen stabiliseert. De stand van deze regelkleppen zal dan ook (nagenoeg) niet ongewild veranderen bij optreden van windstoten.
Bij een specifieke uitvoeringsvorm van een dergelijke ventilatie-inrichting is de beweging van de genoemde minstens twee regelkleppen onderling mechanisch gekoppeld met behulp van een stangenmechanisme.
Alternatief, of aanvullend op de koppeling met behulp van een stangenmechanisme, kan de beweging van deze genoemde twee regelkleppen onderling mechanisch gekoppeld worden met behulp van een trommel.
Bij koppeling met behulp van een trommel kan bij een verdere specifieke uitvoeringsvorm de beweging van de genoemde minstens twee regelkleppen ook onderling mechanisch gekoppeld worden doordat de twee regelkleppen deel uitmaken van de omtrek van een holle trommel die roteerbaar in het ventilatiekanaal is opgesteld. Deze specifieke uitvoeringsvorm stemt dan overeen met de hierboven reeds aangebaalde specifieke uitvoeringsvorm waarbij een zogenaamde trommelrooster van één of meerdere bijkomende regelkleppen is voorzien.
Nog meer voorkeurdragend is bij een ventilatie-inrichting volgens deze uitvinding de beweging van de eerste, de tweede en de derde regelklep onderling mechanisch gekoppeld.
Bij een verdere voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een ventilatie-inrichting volgens deze uitvinding zijn minstens twee van de regelkleppen identiek aan elkaar uitgevoerd. Dit geeft, bij regelkleppen die geen deel uitmaken van een trommel productietechnisch een groot voordeel doordat door produceren van één type regelklep meerdere regelkleppen uit deze ventilatie-inrichting voorzien kunnen worden. Bij gekoppelde regelkleppen waarop bij windstoten tegengestelde krachten inwerken, is het ook eenvoudiger de ventilatie-inrichting verder zo te ontwerpen dat deze tegengestelde krachten elkaar quasi volledig kunnen opheffen.
Om de ventilatie-inrichting eenvoudig te kunnen reinigen en onderhouden is verder bij voorkeur minstens één van de regelkleppen losmaakbaar opgesteld.
Een verdere specifieke uitvoeringsvorm van een ventilatie-inrichting volgens deze uitvinding is voorzien van een actuator waarmee de beweging van de regelkleppen aanstuurbaar is.
Om het luchtdebiet doorheen de ventilatie-inrichting automatisch aan te passen in functie van het drukverschil tussen de ingang en de uitgang van het luchtdoorstroomkanaal is bij een ventilatie-inrichting volgens deze uitvinding verder bij voorkeur een vierde regelklep in serie met de eerste, de tweede en de derde regelklep opgesteld, zodanig dat bij roteren en/of schanieren van deze eerste, tweede, derde en vierde regelklep het luchtdebiet doorheen het luchtdoorstroomkanaal wordt geregeld, waarbij deze vierde regelklep een zelfregelende klep is.
Een dergelijke zelfregelende klep is een klep die het luchtdebiet doorheen een ventilatie-inrichting automatisch kan aanpassen, zonder aangestuurd te worden met behulp van een sensor of een motor.
Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een ventilatie-inrichting volgens deze uitvinding. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden van deze uitvoeringsvorm aan te duiden, en kan dus geenszins geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.
In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij in figuur 1 een uitvoeringsvorm van een ventilatie-inrichting volgens deze uitvinding in dwarsdoorsnede is weergegeven, waarbij de eerste, tweede en derde regelklep elk in de stand staan waarbij ze het ventilatiekanaal afsluiten; figuur 2 de uitvoeringsvorm van een ventilatie-inrichting uit figuur 1 in dwarsdoorsnede is weergegeven, waarbij de eerste, tweede en derde regelklep elk in de stand staan waarbij ze een maximaal luchtdebiet doorheen het ventilatiekanaal toelaten; figuur 3 het werkingsprincipe van de gekoppelde eerste en tweede regelkleppen schematisch is weergegeven; figuur 4 een alternatief werkingsprincipe voor gekoppelde eerste en tweede regelkleppen schematisch is weergegeven.
De ventilatie-inrichting (1) zoals afgebeeld in de figuren 1 en 2 is een ventilatie-inrichting (1) voor natuurlijke luchttoevoer van buitenaf (3) naar een binnenruimte (2) of voor luchtafvoer vanuit de binnenruimte (2) naar buiten (3). In figuur 2 geeft de gepuntstreepte pijl de richting van luchttoevoer doorheen het luchtdoorstroomkanaal (4) van deze ventilatie-inrichting (1) aan.
Deze ventilatie-inrichting (1) omvat verder een eerste, een tweede, een derde en een vierde regelklep (5), (6), (7), (8) die in serie roteerbaar of schamierbaar zijn opgesteld, op een zodanige manier dat bij roteren of scharnieren van deze regelkleppen (5), (6), (7), (8) het luchtdebiet doorheen het luchtdoorstroomkanaal (4) van de ventilatie-inrichting (1) wordt geregeld.
De eerste en de tweede van deze regelkleppen (5), (6) zijn hierbij zodanig onderling mechanisch gekoppeld, dat bij scharnieren of roteren van één van beide regelkleppen (5) in een eerste richting ten opzichte van het luchtdoorstroomkanaal (4) de andere van beide regelkleppen (6) in de tegenovergestelde richting van deze eerste richting ten opzichte van het luchtdoorstroomkanaal (4) scharniert of roteert.
De beweging van deze eerste en tweede regelkleppen (5), (6) kan bijvoorbeeld onderling mechanisch gekoppeld worden, door deze regelkleppen (5), (6) ter hoogte van een kopschot van deze ventilatie-inrichting roterend te verbinden met een trommel, die op zijn beurt roteerbaar opgesteld is ter hoogte van dit kopschot.
Andere mechanische koppelmechanismen zijn denkbaar. Dergelijke koppelmechanismen zijn voor een vakman uitwerkbaar en werden hierbij niet afgebeeld.
In figuur 3 is het werkingsprincipe van deze gekoppelde regelkleppen (5), (6) schematisch voorgesteld. In gepuntstreepte lijn zijn de regelkleppen (5), (6) uit de uitvoeringsvorm van een ventilatie-inrichting volgens deze uitvinding (1) uit de figuren 1 en 2 weergegeven. De volle lijn stelt regelkleppen (5’), (6’) voor die in de tegenovergestelde richting openen en sluiten. In figuur 4 zijn verdere mogelijke opstellingen van dergelijke gekoppelde regelkleppen (5”), (6”) en (5’”), (6”’) weergegeven. Telkens stelt de streeplijn de corresponderende regelklep in gesloten stand voor, terwijl de pijl bij deze regelklep de richting van openen ervan aangeeft.
Bij een drukverschil over het luchtdoorstroomkanaal (4) van links naar rechts of omgekeerd, zal telkens op de ene van beide regelkleppen een kracht uitgeoefend worden die deze ene regelklep wil sluiten, terwijl op de andere van beide regelkleppen een kracht uitgeoefend wordt die deze andere regelklep wil openen. Doordat de beweging van beide regelkleppen (5), (6) onderling mechanisch gekoppeld is, heffen deze tegengestelde krachten elkaar op en stabiliseren deze regelkleppen (5), (6) elkaar.
In de uitvoeringsvorm van een ventilatie-inrichting (1) die in de figuren 1 en 2 werd afgebeeld, is de beweging van de derde regelklep (7) verder ook mechanisch gekoppeld met de beweging van deze eerste en tweede regelkleppen (5), (6). Koppelmechanismen die hiervoor in aanmerking komen werden hierbij evenmin afgebeeld. De beweging van deze derde regelklep (7) zou bijvoorbeeld mechanisch gekoppeld kunnen worden met de beweging van deze eerste en tweede regelkleppen (5), (6) door deze derde regelklep (7) met behulp van een stangenmechanisme te verbinden met de trommel waaraan de eerste en tweede regelkleppen (5), (6) roteerbaar bevestigd zijn. Ook dit stangenmechanisme kan ter hoogte van een kopschot van de ventiiatie-inrichting (1) in deze ventilatie-inrichting (1) ingewerkt worden. Andere mogelijke uitwerkingen van de mechanische koppeling van deze drie kleppen (5), (6), (7) zijn denkbaar.
Deze eerste, tweede en derde regelkleppen (5), (6), (7), zijn verder met behulp van klemmen (9) scharnierbaar en losmaakbaar ten opzichte van het luchtdoorstroomkanaal (4) opgesteld. Om deze losmaakbaar in de ventilatie-inrichting (1) te voorzien, bijvoorbeeld voor het eenvoudig onderhouden en/of reinigen van de ventilatie-inrichting (1), dienen deze (5), (6), (7) dan verder losmaakbaar verbonden te zijn met de koppelmechanismen die deze regelkleppen (5), (6), (7) onderling verbinden.
De vierde regelklep (8) die scharnierbaar en/of roteerbaar en/of plooibaar in het luchtdoorstroomkanaal (4) is opgesteld, is een zelfregelende klep die het luchtdebiet doorheen de ventilatie-inrichting (1) automatisch (d.i. zonder aansturing met behulp van een sensor of motor) kan aanpassen op basis van het drukverschil over het luchtdoorstroomkanaal (4). Deze vierde regelklep (8) zou evengoed roteerbaar of plooibaar in het luchtdoorstroomkanaal (4) opgesteld kunnen worden. Een combinatie van scharnierbare, roteerbare of plooibare opstelling is eveneens mogelijk. Dergelijke zelfregelende kleppen (8) zijn reeds gekend uit de stand van de techniek.
Verder is de ventilatie-inrichting (1) uit figuur 1 en 2 voorzien van een uitneembaar muggengaas (10), voorzien om het binnenkomen van ongewenste insecten in de ruimte (2) te vermijden.
Testen met de afgebeelde ventilatie-inrichting (1) uit figuur 1 en 2, waarbij de profielen (11) in PVC werden uitgevoerd, de buitenkap (12) in aluminium werd uitgevoerd, de eerste en tweede regelkleppen (5), (6) in PVC werden uitgevoerd en de derde regelklep (7) in aluminium werd uitgevoerd tonen aan dat deze ventilatie-inrichting bij een temperatuurverschil van 20°C tussen de binnenruimte (2) en de buitenruimte (3) een U-waarde van 1,5 W/(m2K) heeft en een temperatuurfactor van 0,65.
Een vergelijkbare ventilatie-inrichting (1), waarbij de derde regelklep (7) wordt weggelaten, resulteerde in een U-waarde van 1,7 W/(m2K).
Standaard ventilatieroosters uitgerust met één regelklep hebben een U-waarde van minimaal 3.0 W/(m2K) en een temperatuurfactor kleiner dan 0.6.
Omwille van de 3 afsluitmogelijkheden met de eerste, tweede en derde regelklep (5), (6), (7), is de luchtdichtheid van deze ventilatie-inrichting (1) ook heel wat beter dan een gangbare ventilatie-inrichting (1).
De hierboven meegegeven uitvoering van de ventilatie-inrichting (1) vormt geen beperking. Een veelheid aan materialen, vormgevingen, enz. komt in aanmerking om ventilatie-inrichtingen (1) volgens deze uitvinding te vervaardigen. De profielen (11) zouden bijvoorbeeld evengoed vervaardigd kunnen worden uit gedeeltelijk omhullende aluminium profieldelen waartussen isolatiemateriaal is aangebracht. De eerste en tweede regelkleppen (5), (6) kunnen bijvoorbeeld volledig uit PU uitgevoerd worden waar deze bestand moeten zijn voor temperaturen tot -40°C.

Claims (10)

1. Ventilatie-inrichting (1) voor natuurlijke luchttoevoer of luchtafvoer, omvattende een luchtdoorstroomkanaal (4) waarin een eerste, een tweede en een derde regelklep (5), (6), (7) in serie roteerbaar of schamierbaar zijn opgesteld, op een zodanige manier dat bij roteren of scharnieren van deze regelkleppen (5), (6) het luchtdebiet doorheen dit luchtdoorstroomkanaal (4) wordt geregeld, met het kenmerk dat de scharnierende of roterende beweging van minstens twee van de regelkleppen (5), (6) onderling mechanisch gekoppeld is.
2. Ventilatie-inrichting (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de beweging van de genoemde minstens twee regelkleppen (5), (6) zodanig onderling mechanisch gekoppeld is, dat bij scharnieren of roteren van één van beide regelkleppen (5) in een eerste richting ten opzichte van het luchtdoorstroomkanaal (4) de andere van beide regelkleppen (6) in de tegenovergestelde richting van deze eerste richting ten opzichte van het luchtdoorstroomkanaal (4) scharniert of roteert.
3. Ventilatie-inrichting (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de beweging van de genoemde minstens twee regelkleppen (5), (6) onderling mechanisch gekoppeld is met behulp van een stangenmechanisme.
4. Ventilatie-inrichting (1) volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk dat de beweging van de genoemde minstens twee regelkleppen (5), (6) onderling mechanisch gekoppeld is met behulp van een trommel.
5. Ventilatie-inrichting (1) volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de beweging van de genoemde minstens twee regelkleppen (5), (6) onderling mechanisch gekoppeld is doordat de twee regelkleppen (5), (6) deel uitmaken van de omtrek van een holle trommel die roteerbaar in het ventilatiekanaal (4) is opgesteld.
6. Ventilatie-inrichting (1) volgens één van de conclusies 1 tot en met 5, met het kenmerk dat de beweging van de eerste, de tweede en de derde regelklep (5), (6), (7) onderling mechanisch gekoppeld is.
7. Ventilatie-inrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat minstens twee van de regelkleppen (5), (6), (7) identiek aan elkaar zijn uitgevoerd.
8. Ventilatie-inrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat minstens één van de regelkleppen (5), (6), (7) losmaakbaar is opgesteld.
9. Ventilatie-inrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat deze voorzien is van een actuator waarmee de beweging van de regelkleppen (5), (6), (7) aanstuurbaar is.
10. Ventilatie-inrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat minstens een vierde regelklep (8) in serie met de eerste, de tweede en de derde regelklep (5), (6), (7) is opgesteld, zodanig dat bij roteren en/of schanieren van deze eerste, tweede, derde en vierde regelklep (5), (6), (7), (8) het luchtdebiet doorheen het luchtdoorstroomkanaal (4) geregeld wordt, waarbij deze vierde regelklep (8) een zelfregelende klep is.
BE2008/0369A 2008-07-02 2008-07-02 Ventilatie-inrichting. BE1018607A5 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2008/0369A BE1018607A5 (nl) 2008-07-02 2008-07-02 Ventilatie-inrichting.
EP09164328.8A EP2141424A3 (en) 2008-07-02 2009-07-01 ventilation device

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE200800369 2008-07-02
BE2008/0369A BE1018607A5 (nl) 2008-07-02 2008-07-02 Ventilatie-inrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1018607A5 true BE1018607A5 (nl) 2011-05-03

Family

ID=40383669

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2008/0369A BE1018607A5 (nl) 2008-07-02 2008-07-02 Ventilatie-inrichting.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP2141424A3 (nl)
BE (1) BE1018607A5 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2995879A1 (en) 2014-09-11 2016-03-16 Renson Ventilation NV Ventilation grille

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN110259194B (zh) * 2019-06-11 2024-04-30 深圳市熠瑞康科技有限公司 可调温式建筑
RU192882U1 (ru) * 2019-08-08 2019-10-04 Андрей Юрьевич Баннов Вентиляционный клапан приточной вентиляции

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1708163A1 (de) * 1967-07-25 1971-05-27 Artur Foerster Verdeckt eingebauter Verschluss fuer Fenster,Tueren u. dgl. unter gleichzeitiger Verwendung als Lueftungsklappen
EP0032447A1 (en) * 1980-01-10 1981-07-22 Ulric Keith Gerry Means for controlling the flow of fluids through apertures and passages
WO1989002970A1 (en) * 1987-09-30 1989-04-06 Erwin Swazinna French sash
DE29910662U1 (de) * 1999-06-21 2000-11-23 Siegenia Frank Kg Lüftungsvorrichtung

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DK9500282U4 (da) * 1995-07-28 1996-10-28 Varde Staldventilation I S Vægventil til luftskifte i stalde og fabrikker.
JPH09310561A (ja) * 1996-05-21 1997-12-02 Nippon Electric Glass Co Ltd ルーバー
NL1025600C2 (nl) * 2004-02-27 2005-08-30 Renson Ventilation N V Inrichting voor het regelen van het luchtdebiet in een ventilatie-inrichting.

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1708163A1 (de) * 1967-07-25 1971-05-27 Artur Foerster Verdeckt eingebauter Verschluss fuer Fenster,Tueren u. dgl. unter gleichzeitiger Verwendung als Lueftungsklappen
EP0032447A1 (en) * 1980-01-10 1981-07-22 Ulric Keith Gerry Means for controlling the flow of fluids through apertures and passages
WO1989002970A1 (en) * 1987-09-30 1989-04-06 Erwin Swazinna French sash
DE29910662U1 (de) * 1999-06-21 2000-11-23 Siegenia Frank Kg Lüftungsvorrichtung

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2995879A1 (en) 2014-09-11 2016-03-16 Renson Ventilation NV Ventilation grille

Also Published As

Publication number Publication date
EP2141424A3 (en) 2013-08-14
EP2141424A2 (en) 2010-01-06

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US11781762B1 (en) Air cooling system for building structures with attic
US8726586B1 (en) Energy-efficient building structure having a dynamic thermal enclosure
CA3052156C (en) Fenestration assembly and building service control with the same
US10458667B2 (en) Air ventilation system
JP6403043B2 (ja) 住宅内温度制御装置
US20090272037A1 (en) Jalousie window with insulating louvers
BE1018607A5 (nl) Ventilatie-inrichting.
NL2006400C2 (nl) Gebouw met verbeterd ventilatiesysteem alsmede ventilatie-inrichting daarvoor.
US11802698B2 (en) Systems and methods for controlling and adjusting volume of fresh air intake in a building structure
CN101812957B (zh) 隔音通风窗
WO2012169888A1 (en) Window construction for a building
JP4735451B2 (ja) 通風建物
KR101650811B1 (ko) 리노베이션 건물의 에너지절약 외피통풍구조
US10184685B1 (en) Air ventilating unit
JP6839009B2 (ja) 換気装置及び建具
KR100662657B1 (ko) 미세 조절이 가능한 환기 창문
EP2995879B1 (en) Ventilation grille
KR101122584B1 (ko) 환기기능을 구비하는 창호시스템
US20160123621A1 (en) Fully Close Vent Device for Heating and Air Conditioning System
US10663194B2 (en) Modular solar air heater
KR101590723B1 (ko) 수직통풍이 가능한 데크플레이트구조
JP6524528B2 (ja) 自然換気構造
JP7448897B2 (ja) 換気システム
JP2020070965A (ja) 熱交換形換気装置
CN202509957U (zh) 窗玻一体门窗

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20180731