BE1016612A6 - Bestrijdingsmiddel voor algen en mossen. - Google Patents

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een bestrijdingsmiddel tegen groenafzetting, in het bijzonder tegen algen en mossen, dat als actief bestanddeel citroenzuur of een derivaat van citroenzuur, zoals wateroplosbare niet schadelijke zouten bevat, waarbij het bestrijdingsmiddel bestaat uit een waterige oplossing die als actief bestanddeel uitsluitend citroenzuur of een in water oplosbaar derivaat van citroenzuur bevat.

Description

Bestrijdingsmiddel voor algen en mossen

De uitvinding heeft betrekking op een bestrijdingsmiddel tegen groenafzetting, in het bijzonder tegen algen en mossen.

De bestaande bestrijdingsmiddelen voor dergelijke groenafzettingen zijn dikwijls schadelijk voor het milieu en dienen met grote voorzichtigheid gebruikt te worden aangezien deze toxisch zijn voor de mens. Dergelijke bestrijdingsmiddelen bevatten meestal quaternaire ammoniumverbindingen.

De uitvinding wil aan deze nadelen verhelpen door een bestrijdingsmiddel voor te stellen dat zeer veilig is voor personen en nagenoeg onschadelijk voor het milieu.

Tot dit doel wordt het bestrijdingsmiddel gevormd door een waterige oplossing die als actief bestanddeel uitsluitend citroenzuur of een in water oplosbaar derivaat van citroenzuur bevat.

Doelmatig is de concentratie van genoemd actief bestanddeel begrepen tussen 1 gew% en 25 gew%.

Bij voorkeur is de concentratie van genoemd actief bestanddeel hoger dan 3 gew%, meer bepaald hoger dan 4 gew%, en lager dan 20 gew%.

Op een voordelige wijze, bevat het bestrijdingsmiddel nagenoeg 1 tot 3 gew% betaïne, meer bepaald cocoamidopropylbetaine, en in het bijzonder 2 gew% betaine.

Volgens een interessante uitvoeringsvorm van het bestrijdingsmiddel, volgens de uitvinding, bevat dit nagenoeg 0,1 tot 1,0 gew% eucalyptol, in het bijzonder 0,5 gew%.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van het bestrijdingsmiddel, volgens de uitvinding, bevat het 0,2 gew% patent blue, in het bijzonder een natriumverbinding van [4-[alfa-(4-diethyl-aminophyenly)-5-hydroxy-2,4-disulfo-henyl-methylidene]-2,5-cyclohexadien-1 -ylidenejdi ethyl ammonium hydroxide intern zout.

In de hiernavolgende beschrijving worden enkele concrete uitvoeringsvormen en voorbeelden van het bestrijdingsmiddel, volgens de uitvinding, beschreven.

Dit bestrijdingsmiddel laat toe om op een efficiënte manier groenafzettingen zoals algen en mossen van allerhande materialen te verwijderen, zoals van beton, gevelsteen, asbest-cement platen, houten constructies, serreglas, etc. en kan eveneens aangewend worden voor het vernietigen van mos in grasperken.

Het bestrijdingsmiddel bestaat uit een waterige oplossing van citroenzuur, waarbij dit laatste als enig actief bestanddeel optreedt voor de bestrijding van algen en mossen die een groenafzetting vormen. Meer bepaald werden zeer goede resultaten verkregen met een waterige oplossing die 1 tot 25 gew% citroenzuur, meer bepaald 2-hydroxy-l,2,3-propaantricarbonzuur monohydraat, bevat.

Teneinde aldus algen of mossen te verwijderen van een oppervlak, wordt dit bevochtigd met genoemde waterige oplossing. Bij voorkeur wordt het bestrijdingsmiddel door verstuiven aangebracht op het oppervlak.

Nadat men het bestrijdingsmiddel enige tijd heeft laten inwerken op het te behandelen oppervlak, blijkt bij visuele inspectie dat de groenafzetting nagenoeg volledig is verdwenen.

Naast genoemd citroenzuur bevat het bestrijdingsmiddel bij voorkeur op zichzelf bekende niet actieve toevoegstoffen zoals smaakstoffen, kleurstoffen en/of schuimmiddelen.

Smaakstoffen worden toegevoegd teneinde het bestrijdingsmiddel een onaantrekkelijke smaak te geven voor personen en dieren. Dergelijke smaakstof bestaat, op een voordelige wijze, uit nagenoeg 0,0005 gew% bitrex, meer bepaald denatonium benzoaat.

Verder bevat het bestrijdingsmiddel een geurmiddel teneinde ervoor te zorgen dat dit een aangename en frisse geur verspreidt. Een dergelijk geurmiddel bestaat bijvoorbeeld uit eucalyptol, meer bepaald l,3,3-trimethyl-2-oxabicyclo [2,2,2] octaan, waarvan 0,1 tot 1,0 gewichtspercent wordt toegevoegd. Bij voorkeur bevat het bestrijdingsmiddel, volgens de uitvinding, 0,5 gew% eucalyptol.

Om ervoor te zorgen dat het bestrijdingsmiddel in zekere mate aan het oppervlak van de te behandelen constructie hecht, in het bijzonder wanneer het een verticaal oppervlak betreft, wordt een schuimmiddel toegevoegd. Dit schuimmiddel bestaat bijvoorbeeld uit betaine, meer bepaald cocoamidopropylbetaine, en wordt toegevoegd aan genoemde waterige oplossing in een hoeveelheid van 1 tot 3 gewichtspercent, bijvoorbeeld 2 gew%.

Als kleurstof wordt bijvoorbeeld 0,02 gew% zogenaamd Patent Blue V El31 toegevoegd aan genoemde waterige oplossing van citroenzuur. De chemische benaming van deze kleurstof luidt: natriumverbinding van [4-[alfa-(4-diethyl-aminophyenly)-5-hydroxy-2,4-disulfo-henyl-methylidene]-2,5-cyclohexadien-l-ylidenejdiethyl ammonium hydroxide intern zout.

Hieronder worden de resultaten gegeven van experimenten met enkele specifieke samenstellingen van het bestrijdingsmiddel volgens de uitvinding. Voor deze experimenten werden bestrijdingsmiddelen, volgens de uitvinding, aangemaakt die gedemineraliseerd water bevatten met 0,2 %o patent blue V E131, 0,0005 gew% denatonium benzoaat, 2 gew% cocoamidopropylbetaine, 0,5 gew% eucalyptol en respectievelijk 3 gew%, 10 gew% en 19 gew% citroenzuur.

Het bestrijdingsmiddel werd in deze experimenten met behulp van een spuitbus op het te behandelen oppervlak aangebracht totdat dit visueel volledig was bevochtigd.

Teneinde de effectiviteit van het bestrijdingsmiddel na te gaan wordt de aanwezigheid van materie van biologische oorsprong bepaald door de aanwezigheid van adenosine trifosfaat (ATP) te meten door middel van bioluminescentie. ATP is een stof die voorkomt in alle materie van biologische oorsprong, terwijl bioluminescentie een biologische reactie is waarbij licht geproduceerd wordt. De hoeveelheid licht dat geproduceerd wordt stemt aldus overeen met de hoeveelheid biologisch materiaal dat aanwezig is.

Voor het meten van de hoeveelheid biologisch materiaal wordt gebruik gemaakt van een zogenaamde HYLiTE-ATP meting. Aldus wordt op het te testen oppervlak van een materiaal een zone van 5 cm op 5 cm bemonsterd met een ATP-vrij wattenstaafje. Dit wattenstaafje wordt dan uitgespoeld in een bevochtigingsmiddel waardoor de opgenomen cellen meer permeabel worden en ATP wordt vrijgesteld. Vervolgens wordt dit ATP in contact gebracht met een luciferine/luciferase enzymencomplex waarbij een reactie optreedt en licht wordt uitgezonden. De hoeveelheid licht die aldus wordt geproduceerd wordt gemeten met behulp van een luminometer en uitgedrukt in relatieve lichteenheden (‘Relative Light Units’ of RLU). De aldus verkregen waarde staat in rechtstreeks verband met de hoeveelheid biologisch materiaal dat werd opgenomen met het wattenstaafje van het bemonsterde oppervlak.

De gebruikte luminometer kan tot 100 000 relatieve lichteenheden (RLU) meten en geeft bij hogere waarden de vermelding “overload” aan.

Een eerste experiment werd uitgevoerd met het bestrijdingsmiddel, volgens de uitvinding, door dit toe te passen op een verticale muur die uit gebakken gevelsteen is vervaardigd en waarop een duidelijke groenafzetting aanwezig is. De resultaten van dit experiment zijn weergegeven in tabel 1.

Aldus werd voor de onbehandelde delen van de muur systematisch een “overload” waarde gemeten, wat erop duidt dat een grote hoeveelheid biologisch materiaal aanwezig is op de muur.

De delen van de muur die bevochtigd werden met het bestrijdingsmiddel, volgens de uitvinding, vertonen een relatief lage RLU-waarde wat erop wijst dat de hoeveelheid biologisch materiaal dat aanwezig is op de muur is afgenomen.

Het meten van de hoeveelheid biologisch materiaal volgens de methode zoals hierboven beschreven, gebeurde op verschillende tijdstippen. Een eerste meting werd gedaan korte tijd na het aanbrengen van het bestrijdingsmiddel, een tweede meting werd vervolgens een dag later gedaan. Een derde meting gebeurde alleen voor het oppervlak van de muur dat werd behandeld met een oplossing die 19 gew% citroenzuur bevatte. Deze laatste meting gebeurde na een regenbui en negen dagen na het behandelen van het oppervlak.

Zoals uit de meetresultaten uit tabel 1 blijkt, werd een grote hoeveelheid materiaal van biologische oorsprong verwijderd door het behandelen van de muur met het bestrijdingsmiddel, volgens de uitvinding. De regenbui die plaatsvond, zorgde voor het wegspoelen van het materiaal van biologische oorsprong op het behandelde oppervlak zodat hiervoor RLU-waarden werden gemeten die tussen 4.200 en 30.000 liggen. Voor het niet behandelde oppervlak werd daarentegen geen evolutie vastgesteld in de hoeveelheid groenafzetting.

Bij visuele inspectie, werd nagenoeg geen groenafzetting meer waargenomen op de behandelde oppervlakken.

Bij een tweede experiment werd het bestrijdingsmiddel volgens de uitvinding, verdeeld over een deel van het oppervlak van een verticaal geplaatste glasplaat, meer bepaald serreglas. De resultaten van de betreffende ATP-metingen zijn weergegeven in tabel 2. Hieruit blijkt dat na het aanbrengen van het bestrijdingsmiddel, dit enige tijd diende in te werken voordat een meetbaar resultaat werd verkregen. Bij een meting één dag na het aanbrengen van het bestrijdingsmiddel op de glasplaat, is de groenafzetting nagenoeg volledig verwijderd.

Na negen dagen en na regenval werd een nieuwe meting uitgevoerd van het oppervlak dat met een oplossing die 19 gew% citroenzuur bevat werd behandeld. De hierbij gemeten waarden liggen tussen 14.000 en 18.000 RLU, wat erop wijst dat het materiaal van biologische oorsprong grotendeels werd verwijderd. Ook na visuele inspectie, blijkt dat het bestrijdingsmiddel, volgens de uitvinding, zorgt voor de verwijdering van de aanwezige groenafzetting.

Voor een derde experiment werd het horizontale oppervlak van een houten balk bevochtigd met het bestrijdingsmiddel volgens de uitvinding.

Op het onbehandelde hout werd bij meting van de hoeveelheid ATP, een waarde tussen 79.000 en 90.000 RLU vastgesteld. Na behandeling met het bestrijdingsmiddel, volgens de uitvinding, daalde deze waarde naar 30.000 tot 61.000 RLU in functie van de gebruikte concentratie aan citroenzuur zoals blijkt uit de resultaten weergegeven in tabel 3.

Bij bovenstaande experimenten werd visueel een aanzienlijke vermindering of nagenoeg een volledige verwijdering van de aanwezige groenafzetting vastgesteld nadat het betreffende oppervlak werd bevochtigd met het bestrijdingsmiddel volgens de uitvinding.

Een behandeling met het bestrijdingsmiddel volgens de uitvinding werd eveneens uitgevoerd voor oppervlakken van andere materialen waarop een groenafzetting aanwezig was.

Zo werd onder andere vastgesteld dat door het bevochtigen van de groenafzetting op een asbestcement-plaat met het bestrijdingsmiddel dat 19 gew% citroenzuur bevat, het meten van de hoeveelheid ATP een waarde geeft tussen 3.500 tot 7.100 RLU. Deze laatste meting werd uitgevoerd negen dagen nadat het bestrijdingsmiddel werd aangebracht en na regenval.

In het algemeen kan aangenomen worden dat het bestrijdingsproduct, volgens de uitvinding, ervoor zorgt dat biologisch materiaal, zoals algen en/of mossen, wordt losgemaakt en verwijderd van het behandelde oppervlak. Voor bepaalde poreuze materialen, bevordert regenval of besproeiing met water de verwijdering van de groenafzetting.

De uitvinding is natuurlijk niet beperkt tot de hierboven gegeven voorbeelden en toepassingen van het bestrijdingsmiddel. Zo kan het bestrijdingsmiddel, volgens de uitvinding, bijvoorbeeld toegepast worden voor de bestrijding van mossen in grasperken wanneer dit 3 à 4 gew% citroenzuur bevat.

Verder kan dit bestrijdingsmiddel, volgens de uitvinding, derivaten van citroenzuur bevatten zoals zouten van citroenzuur, bijvoorbeeld natriumcitraat.

Ook is het uiteraard mogelijk om bijkomende additieven aan het bestrijdingsmiddel toe te voegen zonder dat dit de werking ervan in het gedrang brengt. Allerhande kleur-, geur- of smaakstoffen kunnen bijvoorbeeld worden toegevoegd. Door bepaalde producten toe te voegen die de oppervlaktespanning van het bestrijdingsmiddel verlagen wordt bijvoorbeeld een verbeterde bevochtiging van het te behandelen oppervlak verkregen.

Claims (9)

1. Bestrijdingsmiddel tegen groenafzetting, in het bijzonder tegen algen en mossen, dat als actief bestanddeel citroenzuur of een derivaat van citroenzuur, zoals wateroplosbare niet schadelijke zouten bevat, daardoor gekenmerkt dat het bestaat uit een waterige oplossing die als actief bestanddeel uitsluitend citroenzuur of een in water oplosbaar derivaat van citroenzuur bevat.

2. Bestrijdingsmiddel volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de concentratie van genoemd actiefbestanddeel begrepen is tussen 1 gew% en 25 gew%.

3. Bestrijdingsmiddel volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de concentratie van genoemd actiefbestanddeel begrepen is tussen 3 gew% en 20 gew%.

4. Bestrijdingsmiddel volgens één van de conclusies 1 tot 3, daardoor gekenmerkt dat het op zichzelf bekende niet actieve toevoegstoffen bevat gekozen uit de groep gevormd door smaakstoffen, kleurstoffen, schuimmiddelen.

5. Bestrijdingsmiddel volgens één van de conclusies 1 tot 4, daardoor gekenmerkt dat het nagenoeg 0,1 tot 1,0 gew% eucalyptol bevat, in het bijzonder 0,5 gew%.

6. Bestrijdingsmiddel volgens één van de conclusies 1 tot 5, daardoor gekenmerkt dat het nagenoeg 1 tot 3 gew% betaïne, meer bepaald cocoamidopropylbetaine, bevat en in het bijzonder 2 gew% betaine bevat.

7. Bestrijdingsmiddel volgens één van de conclusies 1 tot 6, daardoor gekenmerkt dat het nagenoeg 0,0005 gew% bitrex bevat, meer bepaald denatonium benzoaat.

8. Bestrijdingsmiddel volgens één van de conclusies 1 tot 7, daardoor gekenmerkt dat 0,2 gew%o patent blue bevat, in het bijzonder een natriumverbinding van [4-[alfa-(4-diethyl-aminophyenly)-5-hydroxy-2,4-disulfo-henyl-methylidene]-2,5-cyclohexadien-1 -ylidene]diethyl ammonium hydroxide intern zout.

9. Bestrijdingsmiddel volgens één van de conclusies 1 tot 8, daardoor gekenmerkt dat genoemd citroenzuur gevormd wordt door 2-hydroxy-1,2,3-propaantricarbonzuur monohydraat.