BE1014216A3 - Afrastering. - Google Patents

Abstract

De uitvinding betreft een afrastering bestaande uit palen en tussen de palen aangebrachte panelen, waarbij de palen en de panelen voorzien zijn van speciale , met elkaar samenwerkende verbindingsorganen voor het vastmaken van een paneel tussen twee op elkaar volgende panelen. Dank zij de speciale vormgeveing van de verbindingsorganen kan men nu op een vlugge en eenvoudige wijze een paneel vastmaken tussen twee op elkaar volgende palen.

Description

   <Desc/Clms Page number 1> 
 



   AFRASTERING 
De uitvinding heeft betrekking op een afrastering bestaande uit palen en tussen de palen aangebrachte panelen, waarbij de palen en de panelen voorzien zijn van met elkaar samenwerkende verbindings- organen voor het vastmaken van een paneel tussen twee op elkaar volgende palen. 



  Het vastmaken van een paneel aan of tussen twee op elkaar volgende palen is een tijdrovende en omslachtige bewerking, waardoor de kostpnjs van de te plaatsen afrastering nadelig wordt   be. (nvfoed.   Dit is in het bijzonder geval wanneer er een groot aantal verbindingsorganen nodig zijn om een dergelijk paneel vast te maken. 



  De uitvinding heeft tot doel het hierboven genoemde nadeel op te heffen en een afrastering te verschaffen, waarbij het plaatsen en het verwijderen van een paneel tussen twee op elkaar volgende palen op een eenvoudige en snelle wijze kan worden uitgevoerd. 



  Hiertoe stelt de uitvinding bij een afrastering van het in de aanhef genoemde type voor, dat de samenwerkende verbindingsorganen bestaan uit op de twee op elkaar volgende palen twee aan twee vastgemaakte steunorganen en op de twee zijwanden van het daartussen geplaatste paneel twee aan twee vastgemaakte kokers voor het daarin aanbrengen van de twee aan twee vastgemaakte steunorganen, waarbij de steunorganen een nagenoeg rechthoekvormige dwarsdoorsnede vertonen en de twee bovenste kokers voorzien zijn van een onderste gleuf en de twee onderste kokers voorzien zijn van een achterste gleuf, waarbij de breedte van de 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 gleuven telkens groter is dan de breedte van de rechthoekvormige dwarsdoorsnede van de daarbijbehorende steunorganen. 



   Bij een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is de afrastering gekenmerkt doordat de dwarsdoorsnede van de kokers nagenoeg vierkantig is, waarbij de binnenzijde van elke koker nagenoeg overeenstemt met de lengte van de rechthoekige dwarsdoorsnede van het daarbijbehorende steunorgaan. 



  Dank zij deze speciale vormgeving van de verbindingsmiddelen kan men nu op een vlugge en eenvoudige wijze een paneel vastmaken tussen twee op elkaar volgende palen. 



  De uitvinding zal nader worden toegelicht in de nu volgende beschrijving aan de hand van de bijbehorende tekening. In de tekening tonen figuur 1, in perspectief, twee palen met daarop aangebrachte steun- organen ; figuur 2, in perspectief, het paneel dat tussen de twee palen moet worden gemonteerd, met daarop aangebrachte kokers ; figuur 3, een dwarsdoorsnede volgens de   lijn 111 - 111'in   de figuren 1 en 2, waarbij in verschillende standen A, B, C van het paneel, de steunorganen van de paal in de daarbijbehorende kokers van het paneel worden aangebracht. 



  Figuur 1 toont in perspectief twee op een afstand van elkaar geplaatste palen 1 waartussen een paneel 2 (zie figuur 2) dient te worden vastgemaakt. De twee palen 1 zijn aan de binnenzijde daarvan onderaan en bovenaan voorzien van twee aan twee vastgemaakte steunorganen 3. 



  De steunorganen 3 vertonen een nagenoeg rechthoekvormige dwarsdoorsnede. De steunorganen 3 zijn bijvoorbeeld stalen plaatjes, die 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 aan de zijwanden van de palen 1 zijn vastgelast. De steunorganen 3 kunnen eveneens een ovaalvormige of ellipsvormige dwarsdoorsnede vertonen. Dit zal duidelijk blijken uit de hiernavolgende beschrijving van de montage van het paneel 2 tussen de twee daarbijbehorende palen 1. 



   Figuur 2 toont in perspectief het paneel 2, dat op de twee zijwanden daarvan voorzien is van twee aan twee vastgemaakte kokers 4. De twee bovenste kokers 4 zijn voorzien van een onderste gleuf 5 ; terwijl de twee onderste kokers 4 voorzien zijn van een achterste gleuf 6. De breedte van elke gleuf 5,6 is groter dan de breedte van de rechthoekvormige dwarsdoorsnede van de daarbijbehorende steunorganen 3. De dwarsdoorsnede van de kokers 4 is bij voorkeur vierkantig, waarbij de binnenzijde van elke koker 4 nagenoeg overeenstemt met de lengte van de rechthoekvormige dwarsdoorsnede van de daarbijbehorende steunorganen 3. De kokers 4 zijn bij voorkeur delen van een stalen buis, die aan de zijwanden van het paneel 2 zijn   vastgeiast.   



  Figuur 3 toont in dwarsdoorsnede volgens de   lijn 111 - 111'in   de figuren 1 en 2 hoe een paneel 2 met de kokers 4 gemonteerd wordt op de twee palen 1 met de daarbijbehorende steunorganen 3 of   m. a. w.   figuur 3 toont hoe de verbindingsorganen 3 en 4 van de palen 1, respektievelijk het paneel 2 met elkaar samenwerken bij de montage van een paneel 2 tussen de twee daarbijbehorende palen 1. 



  Figuur 3 toont hoe het paneel 2 vanuit de stand A, waarbij het paneel 2 eerst bij voorkeur in nagenoeg horizontale startstand wordt geplaatst, via de gleuven 5 met de bovenste kokers 4 over de bovenste steunorganen 3 wordt geschoven en geroteerd tot in de stand B. In stand B wordt het paneel 2   lichtjes   naar boven getild 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 zodat het paneel 2 gemakkelijk verder kan worden geroteerd rond de bovenste steunorganen 3 vanuit stand B naar de stand C, waarbij nu via de gleuven 6 de onderste kokers 4 de onderste steunorganen volledig omklemmen. Het is duidelijk, dat de afstand tussen de twee steunorganen 3 op een paal 1 nagenoeg overeenstemt met de afstand tussen de twee daarbijbehorende kokers 4 op de zijwand van het paneel 2. 



  Het is nu eenvoudig mogelijk om het paneel 2 met behulp van een vastmaakpen 7 in de onderste kokers 4 vast te maken aan de daarbijbehorende steunorganen 3.

Claims (2)

1. CONCLUSIES : 1. Afrastering bestaande uit palen (1) en tussen de palen aange- brachte paneien (2), waarbij de palen (1) en de panelen (2) voor- zien zijn van met elkaar samenwerkende verbindingsorganen (3, 4) voor het vastmaken van een paneel (2) tussen twee op elkaar volgende palen (1), met het kenmerk, dat de samenwerkende verbindingsorganen (3,4) bestaan uit op de twee op elkaar volgende palen (1) twee aan twee vastgemaakte steunorganen (3) en op de twee zijwanden van het daartussen geplaatste paneel (2) twee aan twee vastgemaakte kokers (4) voor het daarin aan- brengen van de twee aan twee vastgemaakte steunorganen (3), waarbij de steunorganen (3) een nagenoeg rechthoekvormige dwarsdoorsnede vertonen en de twee bovenste kokers (4) voorzien zijn van een onderste gleuf (5) en de twee onderste kokers (4)

   voorzien zijn van een achterste gleuf (6), waarbij de breedte van de gleuven (5,6) telkens groter is dan de breedte van de rechthoekvormige dwarsdoorsnede van de daarbijbehorende steunorganen (3).
2. 2. Afrastering volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de dwars- doorsnede van de kokers (4) nagenoeg vierkantig is, waarbij de binnenzijde van elke koker (4) nagenoeg overeenstemt met de lengte van de rechthoekige dwarsdoorsnede van het daarbijbe- horende steunorgaan (3).