BE1013072A6 - Randloze inbouwstructuur voor de vlakke inbouw van verlichtingsarmaturen. - Google Patents

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een randloze inbouwstructuur voor de vlakke inbouw van verlichtingsarmaturen o.m. in plafondplaten, gekenmerkt doordat zij is samengesteld uit een uitwendig raam (8) dat enerzijds is voorzien van middelen voor het opvangen van een armatuur (12) voor minstens één lamp en anderzijds op minstens twee tegenover elkaar gelegen plaatsen naar buiten toe plooibare geperforeerde vleugeltjes (9) vertoont die in de omgeplooide toestand op de binnenzijde van de plafondplaten (10) komen te rusten om nadien aan deze plafondplaten (10) van buiten uit te kunnen worden geschroefd.

Description

   <Desc/Clms Page number 1> 
 



    Randloze   inbouwstructuur voor de vlakke inbouw van verlichtingsarmaturen 
Deze uitvinding heeft betrekking op een randloze inbouwstructuur voor de vlakke inbouw van verlichtingsarmaturen   o. m.   in plafondplaten. 



   Plafondinbouwarmaturen zijn gestructureerd om in holle plafond te worden gemonteerd en zijn dan ook voorzien van een afdekrand bedoeld om onnauwkeurige plafonduitsnedes af te dekken en tegendruk te verzekeren voor de diverse   bevestigingsklemmen, -veren   en schroeven aan de niet zichtbare zijde van de plafondplaten. 



   De tendens in de binnenhuisarchitectuur om de verlichting niet meer als verlichtingsobjecten maar nog slechts voor het scheppen en verspreiden van licht te beschouwen, vereist een randloos, volledig neutraal verschijningsbeeld. De uitvinding heeft dan ook tot doel de technische middelen te verschaffen om het hier geschetste doel te bereiken,   namelijk   bedoelde esthetische ontwikkeling onder inachtneming van de dikte van verschillende gestandaardiseerde plafondplaten. 



   Om dit conform de uitvinding mogelijk te maken, wordt de inbouwstructuur samengesteld uit een uitwendig raam dat enerzijds is voorzien van middelen voor het opvangen van een armatuur voor minstens   een)   lamp en anderzijds op minstens twee tegenover elkaar gelegen plaatsen naar buiten toe plooibare geperforeerde vleugeltjes vertoont die in de omgeplooide toestand op de binnenzijde van de plafondplaten komen te rusten om nadien aan deze plafondplaten van buiten uit te kunnen worden geschroefd. 



   Steeds volgens de uitvinding bestaan hogerbedoelde middelen voor het opvangen van een armatuur voor minstens   een   lamp uit verende lamellen die zieh zijdelings uitstrekken 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 en een   overlangs profiel   vertonen waardoor enerzijds de verplaatsing van hogerbedoelde armatuur in het raam kan beperkt worden en anderzijds om dankzij een snapwerking de armatuur in het raam te positioneren. 



   In een mogelijke uitvoeringsvorm vertonen hogerbedoelde vleugeltjes minstens één perforatie voor een schroef. 



   Volgens een andere, zeer aantrekkelijke uitvoeringsvorm, bestaan hogerbedoelde vleugeltjes uit een rooster waardoorheen minstens   één   schroef kan worden geschroefd. 



   Andere details en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hiernavolgende beschrijving van een   randloze   inbouwstructuur voor de vlakke inbouw van verlichtingsarmaturen volgens de uitvinding. Deze beschrijving wordt uitsluitend als voorbeeld gegeven en beperkt de uitvinding niet. De verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuren. 



   Figuur 1 is een schematische langsdoorsnede door een inbouwstructuur voor het op dit   ogenblik gebruikelijke   type. 



   Figuur 2 illustreert door een gelijkaardige schematisch voorgestelde dwarsdoorsnede wat in wezen moet verstaan worden   door"randtoze inbouw".   



   Figuur 3 is een schematisch voorgestelde langsdoorsnede door een randloze inbouwstructuur volgens de uitvinding. 



   Figuur 4 is een perspectivische voorstelling van de structuur volgens figuur 3. 



   Figuur 5 is een perspectivische voorstelling van een raam te gebruiken in een structuur volgens de uitvinding. 



   De tot nog toe veel in gebruik zijnde inbouwtechniek bestaat er in gebruik te maken van een hol cilindrisch of rechthoekig lichaam 1 voor het opvangen van één of meer lampjes 2. Het hol lichaam wordt doorheen een opening 3 in een plafondplaat 4 geschoven waarop het steun neemt door middel van bevestigingsklemmen 5. De rondom het lichaam 1 overblijvende holte 6 wordt door middel van de tot het hol lichaam 1 behorende 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 afdekflenzen 7 afgedekt. 



   Wanneer men tot de uitvoeringsvorm volgens figuur 2 wil overgaan en een volledig neutrale randloze verlichtingsarmatuur wil realiseren, kan dit doel conform de uitvinding worden bereikt door het ontwerpen van een verlichtingsarmatuur zoals door de figuren 3 - 5 verduidelijkt. 



   In deze figuren wordt gebruik gemaakt van een raam 8 in zijn rechthoekige uitvoeringsvorm voorgesteld. 



   Het is duidelijk dat het raam 8 gelijk welke geometrische vorm kan aannemen. Het raam 8 vormt een behuizing met een aantal vleugeltjes 9 die van binnen naar buiten kunnen omgebogen worden nadat het raam doorheen   een   van de in de   plafondplaat   10 uitgespaarde openingen 11 is geschoven. Het raam 8 rust dan met zijn vleugeltjes 9 op een plafondplaat 10. Elk vleugeltje vertoont inderdaad een aantal dicht bij elkaar aansluitende gaatjes 11 zodat het mogelijk is een schroef   11'   (fig. 3) van onder een   plafondplaat   10 in   een   van deze gaatjes te schroeven. Door het verder aanschroeven wordt het betreffende vleugeltje tegen de   plafondplaat   aangedrukt. 



   Het raam 8 is nu stevig op een plafondplaat 10 bevestigd zodat hierin een armatuur 12 waarin een lamp kan worden gemonteerd, kan worden geschoven. De armatuur vertoont een geometrische vorm die precies in het raam 8 past. 



   Bij het in het raam 8 naar boven schuiven van de armatuur 12   2 klikken   de verende lamellen 13 met hun plaatselijke vervormingen 14 in de overlangse sleuven 15 die in de wanden van de armatuur 12 zijn voorzien. 



   De druk door de verende lamellen 13 uitgeoefend is voldoende om een armatuur stevig in een raam te weerhouden. De einden 16 van de verende lamellen 13 zijn omgebogen om de koers van een in het raam 8 geschoven armatuur te beperken. 



   Om een raam 8 in plafondplaten 10 met verschillende diktes te kunnen bevestigen, zijn de plooilijnen 17-17' van de om te buigen vleugeltjes 9 op verschillende niveaus 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 aangebracht. Deze niveaus zijn duidelijk op figuur 4 te zien. In de uitvoeringsvorm volgens figuur 5 komen in een groter raam 8'   vleugeltjes 9'voor   waarvan de plooilijnen met 18, 18'en 18" werden duidelijk gemaakt. 



   Een afwerkrand 19 wordt tenslotte in het raam 8, 8'gedrukt. Hiertoe wordt gebruik gemaakt van veren 20 die uitwendig op de afwerkrand 19 zijn bevestigd en achter de kleine uitsprongen 21 behorende tot het raam 8, 8'klikken. 



   De uitvinding is niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvorm en vele wijzigingen zouden hieraan kunnen worden aangebracht hogerbedoelde vleugeltjes minstens   één   perforatie voor een schroef voor zover deze in het raam vallen van de hieraan toegevoegde conclusies.

Claims (7)

1. CONCLUSIES 1. Randloze inbouwstructuur voor de vlakke inbouw van verlichtingsarmaturen o. m. in plafondplaten, met het kenmerk dat zij is samengesteld uit een uitwendig raam (8-8') dat enerzijds is voorzien van middelen voor het opvangen van een armatuur (12) voor minstens een) lamp en anderzijds op minstens twee tegenover elkaar gelegen plaatsen naar buiten toe plooibare geperforeerde vleugeltjes (9,9') vertoont die in de omgeplooide toestand op de binnenzijde van de plafondplaten (10) komen te rusten om nadien aan deze plafondplaten (1 0) van buiten uit te kunnen worden geschroefd.
2. 2. Randloze inbouwstructuur volgens conclusie 1, met het kenmerk dat hogerbedoelde middelen voor het opvangen van een armatuur (12) voor minstens een) lamp bestaan uit verende lamellen (13) die zieh zijdelings uitstrekken en een overlangs profiel vertonen waardoor enerzijds de verplaatsing van hogerbedoelde armatuur (12) in het raam (8,8') kan beperkt worden en anderzijds om dankzij een snapwerking de armatuur (12) in het raam (8,8') te positioneren.
3. 3. Randloze inbouwstructuur volgens één van de conclusies 1 en 2, met het kenmerk dat hogerbedoelde vleugeltjes (9,9'), op verschillende hoogtes ten opzichte van het raam (8,8') plooibaar zijn en wel in functie van de dikte van de plafondplaten (10).
4. 4. Randloze inbouwstructuur volgens één van EMI5.1 de conclusies 1 met het kenmerk dat hogerbedoelde vleugeltjes (9, 9') minstens één perforatie (11) voor een schroef (11') vertonen.
5. 5. Rand) van de conclusies 1 - 3, met het kenmerk dat hogerbedoelde vleugeltjes (9,9') uit een raster bestaan waardoorheen minstens een schroef kan worden geschroefd.
6. 6. Randloze inbouwstructuur volgens één van de conclusies 1 - 5, met het kenmerk dat op hogerbedoeld raam (8, 8') verende lamellen (13) zijn aangebracht die plaatselijk zijn omgebogen om enerzijds de verplaatsing van deze armatuur in een raam te beperken en om anderzijds in sleuven (14) behorende tot <Desc/Clms Page number 6> hogerbedoelde armatuur (12) te klikken.
7. 7. Randloze inbouwstructuur volgens één van de conclusies 1 - 6, met het kenmerk dat in het raam (8, 8') een afwerkrand (19) wordt bevestigd waartoe hierop, langs de buitenzijde, veren (20) zijn bevestigd die achter de kleine uitsprongen (21) behorende tot het raam (8,8') klikken.