BE1012698A3 - Bekistingselement en bekisting hiermee uitgevoerd. - Google Patents

Bekistingselement en bekisting hiermee uitgevoerd. Download PDF

Info

Publication number
BE1012698A3
BE1012698A3 BE9900383A BE9900383A BE1012698A3 BE 1012698 A3 BE1012698 A3 BE 1012698A3 BE 9900383 A BE9900383 A BE 9900383A BE 9900383 A BE9900383 A BE 9900383A BE 1012698 A3 BE1012698 A3 BE 1012698A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
formwork
profile
formwork element
element according
elements
Prior art date
Application number
BE9900383A
Other languages
English (en)
Inventor
Gaston Lijnen
Original Assignee
Cometal Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Cometal Nv filed Critical Cometal Nv
Priority to BE9900383A priority Critical patent/BE1012698A3/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1012698A3 publication Critical patent/BE1012698A3/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G17/00Connecting or other auxiliary members for forms, falsework structures, or shutterings
    • E04G17/04Connecting or fastening means for metallic forming or stiffening elements, e.g. for connecting metallic elements to non-metallic elements
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G13/00Falsework, forms, or shutterings for particular parts of buildings, e.g. stairs, steps, cornices, balconies foundations, sills
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G17/00Connecting or other auxiliary members for forms, falsework structures, or shutterings
    • E04G17/06Tying means; Spacers ; Devices for extracting or inserting wall ties
    • E04G17/12Tying means; Spacers ; Devices for extracting or inserting wall ties with arms engaging the forms
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G9/00Forming or shuttering elements for general use
    • E04G9/02Forming boards or similar elements
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G9/00Forming or shuttering elements for general use
    • E04G9/02Forming boards or similar elements
    • E04G9/04Forming boards or similar elements the form surface being of wood
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G9/00Forming or shuttering elements for general use
    • E04G9/02Forming boards or similar elements
    • E04G2009/023Forming boards or similar elements with edge protection
    • E04G2009/025Forming boards or similar elements with edge protection by a flange of the board's frame

Abstract

De uitvinding betreft een bekistingselement, meer speciaal een zogenaamde kantplank, waarbij dit bekistingselement minstens bestaat uit een plank (2), die het bekistingsvlak (3) vormt, en een daarmee samenwerkend zich in de lengterichterichting van de plank (2) uitstrekkend profiel (4), waarbij dit profiel (4) zich tevens over hoofdzakelijk de volledige breedte (B) van het bekistingselement (1) uitstrekt. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een bekisting die met zulke bekistingselementen is uitgevoerd waarbij de bekistingselementen al dan niet met behulp van een tussenstuk via klemflenzen (10-11-35) en een klem (20) aan elkaar verbonden zijn.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Bekistingselement en bekisting hiermee uitgevoerd. 



  Deze uitvinding heeft betrekking op een bekistingselement en een bekisting hiermee uitgevoerd. 



  Meer speciaal heeft de uitvinding betrekking op een zogenaamde kantplank, met andere woorden een relatief smal en langwerpig bekistingselement. 



  Dergelijke kantplanken worden zoals bekend aangewend om bij het gieten van betonplaten en-balken een zijbekisting van een bepaalde hoogte te vormen, één en ander zodanig dat het beton eventueel kan worden afgestreken op de hoogte van de kantplanken. 



  Tot op heden worden hiertoe houten planken aangewend die het nadeel vertonen dat zij moeilijk kunnen worden heraangewend, daar zij uitsluitend door nagelen aan elkaar kunnen worden bevestigd en bij het ontkisten en uit elkaar breken doorgaans zwaar beschadigd worden. Tevens zijn dergelijke planken weinig stabiel en dienen zij op allerhande wijzen door middel van timmerwerk te worden verstevigd. 



  Ook kent men reeds grote bekistingselementen die bestaan uit een metalen kader waartegen aan   één   zijde een bekistingsplaat is aangebracht. Zulke kadervormige constructie is echter niet geschikt voor smalle bekistingselementen zoals kantplanken, daar in zulk geval de dwarsverbindingen van het kader zeer kort zouden zijn, waardoor de profielen bij het samenbouwen van het kader moeilijk in   een   vlak kunnen worden uitgelijnd. Tevens is geen degelijke inklemming aan deze profielen mogelijk 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 tijdens het samenlassen van het kader en zouden hierdoor gemakkelijk vervormingen kunnen optreden. Bovendien zijn dergelijke kadervormige constructies niet rendabel voor het produceren van kleine bekistingselementen. 



  De huidige uitvinding beoogt een verbeterd bekistingselement, en meer speciaal een bekistingselement waarbij   één   of meer van de voornoemde nadelen zijn uitgesloten. 



  Hiertoe betreft de uitvinding een bekistingselement, meer speciaal een zogenaamde kantplank, met als kenmerk dat het minstens bestaat uit een plank, die het bekistingsvlak vormt, en een daarmee samenwerkend zieh in de lengterichting van de plank uitstrekkend profiel, waarbij dit profiel zieh tevens over hoofdzakelijk de volledige breedte van het bekistingselement uitstrekt. 



  Doordat de plank door het profiel verstevigd is, wordt een bijzonder stevig bekistingselement verkregen. Door het feit dat het profiel zieh hoofdzakelijk over de volledige breedte van het bekistingselement uitstrekt, is geen kadervormige constructie meer noodzakelijk, waardoor de met zulke kadervormige constructie gepaard gaande nadelen worden vermeden. Doordat het bekistingselement nog steeds een plank aan de bekistingszijde bevat, worden de voordelen van een klassieke kantplank behouden, zoals onder meer het feit dat in een nagelbaar oppervlak wordt voorzien. 



  Bij voorkeur bestaat de plank dan ook uit hout, meer speciaal bekistingsplaat, zoals watervaste multiplex. 



  Het profiel bestaat bij voorkeur uit geëxtrudeerd aluminium. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 Bij voorkeur is het bekistingselement en meer speciaal het profiel voorzien van bevestigingsmiddelen, waarbij het zowel kan handelen om bevestigingsmiddelen die toelaten meerdere van dergelijke bekistingselementen tegen elkaar te verbinden, als bevestigingsmiddelen die toelaten het bekistingselement aan hulpelementen, zoals een balkkrans of dergelijke, te koppelen. 



  De uitvinding heeft eveneens betrekking op een bekisting die door middel van de voornoemde bekistingselementen is uitgevoerd en waarin de bekistingselementen op een bijzondere wijze aan elkaar verbonden zijn. De kenmerken hiervan zullen blijken uit de verdere beschrijving. 



  Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna als voorbeelden zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 in perspectief een bekistingselement volgens de uitvinding weergeeft ; figuur 2 op een grotere schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn 11-11 in figuur   1 ;   figuur 3 een bekistingswand weergeeft die is opgebouwd uit twee bekistingselementen van figuur   1 ;   figuur 4 op een grotere schaal het gedeelte weergeeft dat in figuur 3 met F4 is aangeduid, tijdens het verbinden van de bekistingselementen ; figuur 5 een bekisting weergeeft waarbij twee bekistingselementen van figuur 1 door middel van een balkkrans op een welbepaalde afstand van elkaar verbonden zijn ;

   

 <Desc/Clms Page number 4> 

 figuur 6 een hoek van een bekisting weergeeft waarin twee bijzondere uitvoeringsvormen van bekistings- elementen van de uitvinding zijn toegepast ; figuur 7 een zieht weergeeft volgens pijl F7 in figuur
6, in gedemonteerde toestand. 



  Zoals weergegeven in de figuren 1 en 2 bestaat het bekistingselement 1 volgens de uitvinding minstens uit een plank 2, die het bekistingsvlak 3 vormt, en een daarmee samenwerkend zieh in de lengterichting van de plank 2 uitstrekkend profiel 4. Het profiel 4 strekt zieh hierbij hoofdzakelijk over de volledige breedte B van het bekistingselement 1 uit. 



  Zoals voornoemd bestaat de plank 2 uit hout, in het weergegeven voorbeeld watervaste multiplex, en het profiel 4 uit   geëxtrudeerd   aluminium. Het profiel 4 strekt zieh hierbij eendelig over de volledige breedte B uit. 



  De breedte B bedraagt bij voorkeur minimum 15 cm en maximum 40 cm. De meest praktische afmetingen zijn 25 en 30 cm. De lengte kan zeer verschillend zijn, bijvoorbeeld van minder dan 1 meter tot enkele meter. 



  De plank 2 is in een zitting 5 in het profiel 4 aangebracht die gevormd wordt door gedeelten 6-7, meer speciaal flenzen, die zieh over de langsranden van de plank 2 uitstrekken. Deze gedeelten 6-7 vormen gelijktijdig beschermingsranden die de plank 2 tegen beschadiging beschermen. De vrije randen 8-9 van de gedeelten 6-7 zijn in het bekistingsvlak 3 gelegen. 



  De plank 2 kan op eender welke wijze in de zitting 5 worden vastgehouden, zoals door middel van inklemming, verlijming 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 of bevestiging met behulp van schroeven die bijvoorbeeld doorheen de achterzijde van het profiel 4 in de plank 2 worden geschroefd. 



  Verder is het profiel 4 voorzien van een aantal zieh naar achteren uitstrekkende flenzen 10-11-12-13-14-15 die onder meer de nodige stijfheid tegen verbuiging van het profiel 4 bieden. Hieronder bevinden zieh ook een aantal schuin gerichte gedeelten, meer speciaal de flenzen 12 en 13 die er niet alleen voor zorgen dat een grote stijfheid in de langsrichting ontstaat, doch tevens in de dwarsrichting. 



  Het bekistingselement 1 is voorzien van verschillende bevestigingsmiddelen 16-17-18 die ieder zoals weergegeven bij voorkeur bestaan uit een zieh in de lengterichting uitstrekkende profilering. 



  De weergegeven bevestigingsmiddelen 16 bestaan uit een profilering die een T-vormige bevestigingsgroef 19 definieert, waarin een klem of dergelijke kan worden vastgezet, om één of andere verbinding te verwezenlijken, zoals uit een verder beschreven voorbeeld nog zal blijken. 



  De bevestigingsmiddelen 17 en 18 bestaan uit zich aan de langsranden van het bekistingselement 1 bevindende klemflenzen, die in dit geval gevormd worden door de reeds genoemde flenzen 10 en 11. Deze flenzen 10 en 11 laten toe dat, zoals weergegeven in figuur 3, twee of meer bekistingselementen 1 tegen elkaar, in dit geval op elkaar, kunnen worden bevestigd met behulp van   een   of meer klemmen 20, welke voorzien zijn van naar elkaar beweegbare bekken 21-22. Het mechanisme van de klem 20 om de bekken 21 en 22 naar elkaar toe te spannen, kan van willekeurige aard zijn en is daarom uitsluitend schematisch weergegeven. 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 



  Aan de flenzen 10 en 11 is een vergrendelingselement 23 voor de klemmen 20 aanwezig, in de vorm van een driehoekige rib. 



  Opgemerkt wordt dat het vergrendelingselement 23 bij voorkeur, zoals weergegeven, zodanig is uitgevoerd dat bij het aanspannen een centrerende werking wordt verkregen, waarmee bedoeld wordt dat de te verbinden bekistingselementen 1 zieh bij het aanspannen van de bekken 21-22 automatisch met hun bekistingsvlak 3 in hetzelfde vlak plaatsen. 



  In het weergegeven voorbeeld wordt deze centrerende werking bereikt door de samenwerking van de voornoemde driehoekige ribben met tegenover elkaar gelegen driehoekige uitsparingen 24-25 in de bekken 21-22. Dit is verduidelijkt in de vergroting van figuur 4, die toont dat bij het aanspannen van de bekken 21-22 de bekistingselementen 1 met de driehoekige ribben tegenover elkaar worden gedwongen, waardoor zij ook automatisch met hun bekistingsvlakken 3 in hetzelfde vlak komen te liggen. 



  Volgens een andere mogelijkheid, die al dan niet met de voorgaande kan worden gecombineerd, kunnen de vergrendelingselementen 23 en de klem 20 ook zodanig uitgevoerd worden dat de samenwerking tussen de uitsparingen 24-25 en de vergrendelingselementen 23 er voor zorgt dat de bekistingselementen 1 beide, respectievelijk met hun randen 8 en 9, tegen een aanslagvlak 26 van de klem 20 worden getrokken, waardoor hun bekistingsvlakken 3 ook in hetzelfde vlak komen te liggen. 



  Het is echter duidelijk dat volgens een variante ook gewone klemflenzen zonder vergrendelingselement 23 kunnen worden 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 toegepast. Ook hoeft zulk vergrendelingselement 23 niet noodzakelijk uit een driehoekige rib te bestaan en zijn andere vormen mogelijk die al dan niet een centrerend effect kunnen opleveren. 



  Het profiel 4 biedt, in doorsnede gezien, aan de achterzijde minstens twee steunpunten die beide in   een   vlak gelegen zijn dat parallel is aan de voorzijde van het bekistingselement 1. In het weergegeven voorbeeld zijn dit zelfs vier steunpunten, respectievelijk gevormd door de achterste randen 8A en 9A van de flenzen 10 en 11 en de randen 27 en 28 van de bevestigingsgroef 19. Dergelijke steunpunten laten toe dat zulk bekistingselement 1 met zijn achterzijde tegen een steun of dergelijke kan worden geplaatst, terwijl het bekistingsvlak 3 parallel blijft aan deze steun. Een voorbeeld hiervan is weergegeven in figuur 5 met steunen 29 die deel uitmaken van een balkkrans 30, waarbij al dan niet in bevestigingen 31 door middel van klemmen 32, die samenwerken met de bevestigingsgroeven 19, kan worden voorzien. 



  In een meer universele uitvoeringsvorm zullen de bekistingselementen 1 aan minstens één en bij voorkeur beide kopse uiteinden worden voorzien van dwarsprofielen 33 die toelaten om meerdere van dergelijke bekistingselementen 1 al dan niet onder hoek en al dan niet met behulp van een tussenstuk met elkaar te verbinden. Een voorbeeld hiervan is weergegeven in de figuren 5 en 6, waarbij de dwarsprofielen 33 bestaan uit U-vormige profielen die tegen de kopse zijden van het profiel 4 zijn bevestigd, bijvoorbeeld zijn vastgelast en waarvan de rug 34 in het bekistingsvlak 3 is gelegen. 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 



  Het dwarsprofiel 33 is uitgerust met een klemflens 35 die gelijkaardig is uitgevoerd als de voornoemde flenzen 10 en 11, met andere woorden is deze klemflens 35 ook voorzien van een vergrendelingselement 36 in de vorm van een driehoekige rib. De klemflens 35 strekt zieh in dwarsrichting ten opzichte van het bekistingselement 1 uit en bevindt zieh loodrecht op het bekistingsvlak 3. 



  Voor het realiseren van de hoekverbinding wordt gebruik gemaakt van een hulpstuk 37 in de vorm van een L-vormig profiel bestaande uit twee klemflenzen 38 en 39 die elk eveneens van vergrendelingselementen 40-41 in de vorm van een driehoekige rib zijn voorzien. 



  De hoekverbinding wordt dan gerealiseerd door de bekistingselementen 1 en het hulpstuk 37 tegen elkaar te plaatsen zoals afgebeeld in figuur 5 en onderling te verbinden, enerzijds, door middel van   één   of meer klemmen 20 die zijn aangebracht op de betreffende klemflens 35 van het eerste bekistingselement 1 en een klemflens 38 van het L-vormig profiel en, anderzijds, door middel van   een   of meer klemmen 20 die zijn aangebracht op de betreffende klemflens 35 van het tweede bekistingselement 1 en de andere klemflens 39 van het L-vormig profiel. 



  Het is duidelijk dat de dwarsprofielen 33 ook toelaten om twee bekistingselementen 1 die in elkaars verlengde geplaatst zijn onderling te koppelen door ze met hun klemflenzen 35 tegen elkaar te spannen. 



  Het is eveneens duidelijk dat de uitvinding ook betrekking heeft op bekistingen die door middel van de voornoemde bekistingselementen 1 zijn verwezenlijkt, alsook op hoekverbindingen van het type zoals weergegeven in figuur 5 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 en onderlinge verbindingen van het type zoals weergegeven in figuur 3. 



  In het laatste geval betekent dit in het algemeen een bekisting die daardoor gekenmerkt is dat zij minstens twee bekistingselementen 1 bevat die met hun klemflenzen 10-11 tegen elkaar geplaatst zijn, waarbij op de klemflenzen 10-11 minstens   een   klem 20 is aangebracht die de klemflenzen 10-11 tegen elkaar spant, en waarbij de bekken 21-22 van deze klem 20 en/of de voornoemde vergrendelingselementen 23   een   of meer schuine contactvlakken vertonen die er voor zorgen dat bij het aanspannen van de klem 20 de bekistingselementen 1 met hun bekistingsvlakken 3 in hetzelfde vlak worden gebracht. Het is duidelijk dat de huidige aanvrage ook betrekking heeft op klemmen 20 die toelaten zulke bekisting te realiseren, met andere woorden klemmen 20 die voorzien zijn van uitsparingen 24-25 en eventueel een aanslagvlak 26. 



  De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch dergelijk bekistingselement kan in verschillende vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden. 



  Zo bijvoorbeeld hoeft het profiel 4 niet   ééndelig   te zijn. Het kan bestaan uit meerdere langsgerichte deelprofielen die aan hun randen met elkaar samenwerken, zonder dat dwarsverbindingen daartussen aangebracht zijn. Deze deelprofielen kunnen bijvoorbeeld los in elkaar bevestigd zijn door middel van T-vormige koppeldelen die toelaten dat de deelprofielen axiaal in elkaar geschoven worden.

Claims (1)

  1. Conclusies.
    1. - Bekistingselement, meer speciaal een zogenaamde kantplank, daardoor gekenmerkt dat het minstens bestaat uit een plank (2), die het bekistingsvlak (3) vormt, en een daarmee samenwerkend zieh in de lengterichting van de plank (2) uitstrekkend profiel (4), waarbij dit profiel (4) zieh tevens over hoofdzakelijk de volledige breedte (B) van het bekistingselement (1) uitstrekt.
    2.-Bekistingselement volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de plank (2) bestaat uit hout, meer speciaal bekistingsplaat, zoals watervaste multiplex.
    3.-Bekistingselement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het profiel (4) bestaat uit geëxtrudeerd aluminium. EMI10.1
    4.-Bekistingselement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het profiel (4) zieh ééndelig over de volledige breedte (B) uitstrekt.
    5.-Bekistingselement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het profiel (4) gedeelten (6-7) bevat die zieh over de langsranden van de plank (2) uitstrekken.
    6.-Bekistingselement volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de plank (2) in een zitting (5) in het profiel (4) is aangebracht. <Desc/Clms Page number 11> EMI11.1
    7.-Bekistingselement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat dit bekistingselement (1) is voorzien van bevestigingsmiddelen (16-17-18).
    8.-Bekistingselement volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat de bevestigingsmiddelen (16-17-18) deel uitmaken van het voornoemde profiel (4) en dat zij minstens bestaan uit een zieh in de lengterichting uitstrekkende profilering.
    9.-Bekistingselement volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat de bevestigingsmiddelen (16) minstens bestaan uit een profilering die een T-vormige bevestigingsgroef (19) definieert. EMI11.2
    10.-Bekistingselement volgens conclusie 8 of 9, daardoor gekenmerkt dat het profiel (4) aan minstens één langsrand, doch bij voorkeur beide langsranden, is voorzien van bevestigingsmiddelen (17-18) in de vorm van een klemflens (10-11).
    11. - Bekistingselement volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat de klemflens (10-11) is voorzien van een vergrendelingselement (23) voor een klem (20).
    12.-Bekistingselement volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat het vergrendelingselement (23) zodanig is uitgevoerd dat het een centrerende werking toelaat bij het aanspannen door middel van een geschikte klem (20).
    13.-Bekistingselement volgens conclusie 12, daardoor gekenmerkt dat het vergrendelingselement (23) bestaat uit een driehoekige rib die zieh in de lengterichting van de klemflens (10-11) uitstrekt. <Desc/Clms Page number 12> 14.-Bekistingselement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat, in doorsnede gezien, het profiel (4) aan de achterzijde minstens twee steunpunten biedt die in een vlak gelegen zijn parallel aan de voorzijde van het bekistingselement (1).
    15.-Bekistingselement volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het profiel (4) aan minstens een van de kopse uiteinden is voorzien van een dwarsprofiel (33) dat toelaat om meerdere van dergelijke bekistingselementen (1) al dan niet onder een hoek en al dan niet met behulp van een hulpstuk (37) met elkaar te verbinden.
    16.-Bekistingselement volgens conclusie 15 en volgens één van de conclusies 10 tot 13, daardoor gekenmerkt dat het dwarsprofiel (33) is uitgerust met een klemflens (35) die gelijkaardig is uitgevoerd als de klemflenzen (10-11) die zieh in de langsrichting uitstrekken. EMI12.1
    17.-Bekisting die gebruik maakt van minstens twee bekistingselementen (1) volgens conclusie 16, daardoor gekenmerkt dat de bekistingselementen (1) onder een hoek geplaatst zijn ; dat tussen de kopse uiteinden van de bekistingselementen (1) een hulpstuk (37) in de vorm van een L-vormig profiel is aangebracht, bestaande uit twee klemflenzen (38-39) voorzien van een vergrendelingselement (40-41) ;
    en dat de bekistingselementen (1) via dit L-vormig profiel met elkaar verbonden zijn, enerzijds, door middel van één of meer klemmen (20) die zijn aangebracht op de betreffende klemflens (35) van het eerste bekistingselement (1) en een klemflens (38) van het L-vormig profiel en, anderzijds, door middel van een of meer klemmen (20) die zijn aangebracht op de betreffende klemflens (35) van het <Desc/Clms Page number 13> tweede bekistingselement (1) en de andere klemflens (39) van het L-vormig profiel.
    18.-Bekisting die gebruik maakt van minstens twee bekistingselementen (1) volgens een van de conclusies 10 tot 13 of 15 of 16, daardoor gekenmerkt dat de zij minstens twee bekistingselementen (1) bevat die met hun klemflenzen (10-11-35) tegen elkaar geplaatst zijn, waarbij op de klemflenzen (10-11-35) minstens één klem (20) is aangebracht die de klemflenzen (10-11-35) tegen elkaar spant, en waarbij de bekken (21-22) van deze klem (20) en/of de voornoemde vergrendelingselementen (23) één of meer schuine contactvlakken vertonen die er voor zorgen dat bij het aanspannen van de klem (20) de bekistingselementen (1) met hun bekistingsvlakken (3) in hetzelfde vlak worden gedwongen.
BE9900383A 1999-06-02 1999-06-02 Bekistingselement en bekisting hiermee uitgevoerd. BE1012698A3 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9900383A BE1012698A3 (nl) 1999-06-02 1999-06-02 Bekistingselement en bekisting hiermee uitgevoerd.

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9900383A BE1012698A3 (nl) 1999-06-02 1999-06-02 Bekistingselement en bekisting hiermee uitgevoerd.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1012698A3 true BE1012698A3 (nl) 2001-02-06

Family

ID=3891942

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9900383A BE1012698A3 (nl) 1999-06-02 1999-06-02 Bekistingselement en bekisting hiermee uitgevoerd.

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1012698A3 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN110541565A (zh) * 2019-09-05 2019-12-06 深圳市建工集团股份有限公司 一种用于非标准层墙柱根部的铝木结合结构及施工方法
CN113931438A (zh) * 2021-11-03 2022-01-14 晟通科技集团有限公司 模板型材

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE852897C (de) * 1950-03-21 1952-10-20 Fred Gerbracht Schalung fuer Fundamente
DE2115442A1 (de) * 1970-04-21 1971-12-02 Hünnebeck GmbH, 4032 Lintorf Schalungstafel
EP0679781A2 (en) * 1994-04-28 1995-11-02 Yoshiyuki Hayakawa Concrete molding form member, and form member space holder and form member connector for assembling the same
WO1999009276A1 (en) * 1997-08-15 1999-02-25 Loayza, Inc. A structural framing system

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE852897C (de) * 1950-03-21 1952-10-20 Fred Gerbracht Schalung fuer Fundamente
DE2115442A1 (de) * 1970-04-21 1971-12-02 Hünnebeck GmbH, 4032 Lintorf Schalungstafel
EP0679781A2 (en) * 1994-04-28 1995-11-02 Yoshiyuki Hayakawa Concrete molding form member, and form member space holder and form member connector for assembling the same
WO1999009276A1 (en) * 1997-08-15 1999-02-25 Loayza, Inc. A structural framing system

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN110541565A (zh) * 2019-09-05 2019-12-06 深圳市建工集团股份有限公司 一种用于非标准层墙柱根部的铝木结合结构及施工方法
CN113931438A (zh) * 2021-11-03 2022-01-14 晟通科技集团有限公司 模板型材

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5078360A (en) Prefabricated assembly for poured concrete forming structures
US3288427A (en) Assemblable formwork for reinforced concrete structures
US20080017783A1 (en) Formwork panel assemblies and clamp
US5863453A (en) Form connector
US6579033B2 (en) Coupling/fastening device for squarely arranged square bars
BE1012698A3 (nl) Bekistingselement en bekisting hiermee uitgevoerd.
SE0202170L (sv) Dragbalkskonstruktion
US4280677A (en) Shuttering
US7441761B2 (en) Bar clamp extension fixture
NO116662B (nl)
US4188017A (en) Tensioning device for frame pieces
KR102157417B1 (ko) 난간시스템
US1842683A (en) Shore attachment
IT1301841B1 (it) Elemento di connessione per un profilato composito e profilatocomposito comprendente detto elemento di connessione
BE1017238A3 (nl) Verbeterde spanklem voor paneelbekistingen.
US2818629A (en) Forms for concrete structures
NL1033517C2 (nl) Aan een rand van een verdiepingsvloer van een bouwwerk koppelbare steiger.
US1523438A (en) Clamp
US20180355626A1 (en) Bulkhead assembly for use with a concrete form
US1636143A (en) Column clamp with castings
US638494A (en) Portable building.
NO116661B (nl)
EP0198005A1 (en) ARRANGEMENT FOR ASSEMBLING TWO ELEMENTS IN PLATES.
AU2725995A (en) Prefabricated joint structure for a wooden beam
KR970005541Y1 (ko) 패널가설용 목심각재

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Owner name: COMETAL N.V.

Effective date: 20010630