BE1008324A4

BE1008324A4 - Middel om cartridges te hercycleren.

Info

Publication number: BE1008324A4
Application number: BE9400485A
Authority: BE
Original assignee: Kesel Jan De
Priority date: 1994-05-11
Filing date: 1994-05-11
Publication date: 1996-04-02

Abstract

Middel om een afsluiting van een inktbak van een te hercycleren cartridge te vormen, waarbij het middel een film bevat die bestemd is een afsluiting te vormen en die in een materiaal uitgevoerd is dat in een richting gescheurd kan worden om een langvormige en rechte opening te vormen tussen de inktbak en de inktrol, waarbij het middel bestaat uit : een tamelijk stijve drager waarop bovengenoemde film gekleefd is, bovengenoemde film die bij voorkeur van een trekmiddel voorzien is om een bandje uit de film te scheuren, een kleeflaag en een beschermingslaag van de kleeflaag, waarbij na aftrek van de beschermingslaag de film door middel van de kleeflaag vastgehecht is op de cartridge om een afsluiting te vormen.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  MIDDEL OM CARTRIDGES TE HERCYCLEREN 
Huidige uitvinding heeft betrekking op een middel om cartridges bijvoorbeeld van laserprinter of fotocopieurmachine hercycleren en op een werkwijze voor het recycleren van zulke cartridges. 



   Cartridges van laserprinter bestaan uit een inktbak, een inktrol en een opening tussen de inktbak en de inktrol. Gedurende het fabriceren van zulke cartridges is de opening van de inktbak afgesloten door een dunne film waarvan een bandje net afgescheurd kan worden door het uitoefenen van een trekkracht. Daarna wordt de inktrol op de inktbak gemonteerd. Dus gedurende het fabriceren van nieuwe cartridges zijn er geen moeilijkheden om een uitstekende afdichting van de opening te bekomen. 



   Wanneer men zulke cartridges probeert te hercycleren is het bekomen van een uitstekende afdichting problematisch. 



   Het is reeds gekend een karton plaatje met een dikte van      1 mm te gebruiken, plaatje dat een centrale opening toont en dat voorzien is van een bandje dat afgetrokken kan worden en dat bestemd is de centrale opening af te dichten. Nadelen van zulk een systeem zijn dat de breedte van de opening kleiner is dan de normale breedte van de opening voor een niet hercycleerde cartridge dat, aangezien de dikte van het plaatje en de beperkte opening, inkt door een kanaal moet vloeien om de inktrol te bereiken, en dat de afstand inktrol-buitenoppervlakte van de opening kleiner is waardoor problemen kunnen opkomen gedurende het verwezenlijken van fotocopies. 



   Men heeft ook voorgesteld geperforeerde carton 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 plaatjes te gebruiken als afdichtingsmiddel. Door middel van de perforaties kan een bandje gescheurd worden cm een opening te vormen. De voornaamste nadelen van die plaatjes zijn dat de randen van de opening niet net zijn ; dat, in geval de perforaties te diep zijn, en door het plaatje lopen, inkt door die perforaties kan vloeien (geen totale afdichting), terwijl in geval de perforaties niet diep genoeg zijn, het scheuren van het bandje problematisch kan zijn. 



   De uitvinding heeft als doel die nadelen te verhelpen. 



   Het middel volgens de uitvinding dat gepast is om cartridge te hercycleren bevat een film om een afsluiting van een opening van de inktbak te vormen en die in een materiaal uitgevoerd is dat in een richting gescheurd kan worden om een langvormige en rechte opening te vormen tussen de inktbak en de inktrol. Dit middel bestaat uit : een tamelijk stijve drager die op bovengenoemde film gekleefd is, bovengenoemde film die bij voorkeur van een trekmiddel voorzien is om een bandje uit de film te scheuren, een kleeflaag en een beschermingslaag van de kleeflaag, waarbij na aftrek van de beschermingslaag de film door middel van de kleeflaag vastgehecht is op de cartridge om een afsluiting te vormen. 



   Volgens een uitvoeringsvorm bevindt de kleeflaag zich op een zijde van de film langs de randen ervan, zodat een centraal langvormig deel van die zijde vrij van kleeflaag is. 



   Bij voorkeur, is het kleefmiddel dat gebruikt is om de drager en de film samen te kleven een laag, waarvan de kleefkracht hoger is op de drager dan op de film, maar waarvan de kleefkracht lager is dan de kleefkracht van de kleeflaag op de film en op de cartridge of inktbak. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 



   In een specifieke uitvoeringsvorm, op de uiteinden van de film die gescheurd kunnen worden gedurende het scheuren van het bandje, is de film van een middel voorzien om een afdichting van de opening langs de uiteinden te bekomen. 



   De film heeft bij voorkeur een dikte die lager is dan 0, 3 mm, bij voorkeur lager dan 0, 15 mm, terwijl bij voorbeeld de drager een plaat is met een dikte van 0, 5 ä 2 mm. 



   Het bandje dat afgescheurd kan worden heeft bijvoorbeeld een breedte van 4 mm doch steeds ten minste de openingsbreedte van het originele model. 



   De uitvinding heeft nog betrekking op een werkwijze om een cartridge te hercycleren, welke cartridge een inktbak en een inktrol bevat, waarin de inktbak met inkt gevuld wordt en waarin de opening tussen de intbak en de inktrol door een middel afgesloten wordt. In die werkwijze gebruikt men een middel volgens de uitvinding. 



   De werkwijze volgens de uitvinding is een werkwijze waarbij : de beschermingslaag afgetrokken is, de drager en film tussen de inktrol en de inktbak geplaatst zijn op zodanige wijze dat de film naar de inktbak gericht is of dat de drager naar de inktrol gericht is ; de film en drager op de inktbak gedrukt worden zodat de opening afgesloten is en zodat de film op de inktbak gekleefd is, en de drager nadien afgetrokken wordt. 



   Andere kenmerken en details van de uitvinding zullen uit de volgende beschrijving voortvloeien waarin verwezen is naar de bijgevoegde tekeningen. 



   In die tekeningen tonen :   Figuur l   in perspectief een middel volgens de 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 uitvinding ;
Figuren 2 en 3 doorsneden van het in Figuur 1 afgebeelde middel langs lijnen II-, II en III-III.
Figuur 4 in perspectief de verschillende lagen van het in Figuur 1 afgebeelde middel ;
Figuur 5 in perspectief een cartridge met een afdichting die bekomen is door gebruik van een middel volgens de uitvinding ;
Figuren 6 t/m 8 stappen van de werkwijze. 



   Het middel dat afgebeeld is in Figuur 1 bestaat uit : een drager 1 uit carton met een dikte van 0, 5 mm die tamelijk stijf is ; een eerste kleeflaag 2 die op een zijde van de drager 1 ligt ; een film 3 die van een trekmiddel 4 voorzien is en die in een materiaal uitgevoerd is waarbij door het uitoefenen van een trekkracht F een bandje 5 afgetrokken wordt om een opening 6 te definieren ; een tweede kleeflaag 7 die zich langs de randen van een zijde van de film bevindt, en een beschermingslaag 8. 



   De eerste kleeflaag 2 bezit een kleefkracht die hoger is op de drager dan op de film, waarbij gedurende het aftrekken van de drager, die eerste kleeflaag ook afgetrokken wordt en op de drager blijft. 



   De tweede kleeflaag 7 bezit een kleefkracht die hoger is op de film dan op de beschermingslaag, kleefkracht die ook hoger is ten opzichte van de kleefkracht en de eerste kleeflaag 2. 



   De drager 1 heeft een breedte die hoger is dan de breedte van de film en bezit een langvormige inkeping 9 of een ander middel waarbij een deel 10 van de drager langs die inkeping 9 of middel gepivoteerd kan worden ten opzichte van het deel 11 van de drager waarop de 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 film gekleefd is. 



   Door die pivotering en door het feit dat het deel 10 zich uitstrekt in een vlak dat hellend is bij voorkeur loodrecht is ten opzichte van het vlak waarin het deel 11 zich uitstrekt. Door die pivotering wordt de drager nog stijver. 



   Om die drager af te nemen na het kleven van de film op de cartridge, is er een treklip 12 voorzien. 



   Een werkwijze om een cartridge te hercycleren is hierna beschreven : a) men plooit het deel 10 ten opzichte van het deel 11 
 EMI5.1 
 om de stevigheid van de drager te verhogen b) men trekt de beschermingslaag 8 af (Figuur 6) c) men plaatst de drager en film op zodanige wijze dat de film gericht is naar de inktbak 14. De inktrol is in de meeste gevallen gedemonteerd ; d) men duwt de drager en film op de inktbak 14, zodat de film op de inktbak gekleefd is en zodat de opening 15 van de inktbak 14 gesloten is (Figuur
7) ; e) men trekt de drager dan af (Figuur 8) ; f) men vult de inktbak dan op ; g) men plooit daarna het trekmiddel 4 zodat dit trekmiddel zich uitstrekt tussen de inktrol 13 en de film 3 ; h) men plaatst de inktrol of magneetwals terug. 



   Voor het gebruik van zulk een cartridge plaatst men die cartridge in een fotocopieurmachine of in een laserprinter. Achteraf trekt men aan het trekmiddel 4 om het bandje 5 af te scheuren en om de opening 6 van de inktbak te openen (zie figuur 5).

Claims

CONCLUSIES 1. Middel om een afsluiting van een inktbak van een te hercycleren cartridge te vormen, waarbij het middel een film bevat die bestemd is een afsluiting te vormen en die in een materiaal uitgevoerd is dat in een richting gescheurd kan worden om een langvormige en rechte opening te vormen tussen de inktbak en de inktrol, waarbij het middel bestaat uit : een tamelijk stijve drager waarop bovengenoemde film gekleefd is, bovengenoemde film die bij voorkeur van een trekmiddel voorzien is om een bandje uit de film te scheuren, een kleeflaag en een beschermingslaag van de kleeflaag, waarbij na aftrek van de beschermingslaag de film door middel van de kleeflaag vastgehecht is op de cartridge om een afsluiting te vormen.
2. Middel volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de kleeflaag zich op een zijde van de film langs de randen ervan bevindt, zodat een centraal langvormig deel van die zijde vrij van kleeflaag is.
3. Middel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat het kleefmiddel dat gebruikt is om de drager en de film samen te kleven een laag is waarvan de kleefkracht hoger is op de drager dan op de film, maar waarvan de kleefkracht lager is dan de kleefkracht van de kleeflaag op de film en op de cartridge of inktbak. <Desc/Clms Page number 7>
4. Middel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat op de uiteinden van de film die gescheurd kunnen worden gedurende het scheuren van het bandje, de film voorzien is van een middel om een afdichting van de opening langs de uiteinden te bekomen.
5. Middel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de film een dikte heeft die lager dan 0, 3 mm bij voorkeur lager dan 0, 15 mm is.
6. Middel volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk dat de drager een plaat is met een dikte van 0, 5 ä 2 mm.
7. Middel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het bandje een breedte van 4 mm of minstens de opening van de originele cartridge heeft.
8. Werkwijze om een cartridge te hercycleren, welke cartridge een inktbak en een inktrol bevat, waarin de intbak met inkt gevuld wordt en waarin de opening tussen de intbak en de inktrol door een middel afgesloten wordt, met het kenmerk dat door het afsluiten van die opening een middel volgens een der voorgaande conclusies gebruikt wordt, waarbij : - bij voorkeur de inktrol afgetrokken is ; - de beschermingslaag afgetrokken is, - de drager en film op de inktbak geplaatst zijn op zodanige wijze dat de film naar de inktbak gericht is of dat de drager naar de inktrol gericht is. de film en drager op de inktbak gedrukt worden zodat de opening afgesloten is en zodat de film op de inktbak gekleefd is, en - bij voorkeur, de drager afgetrokken is.