<Desc/Clms Page number 1>
Laadbrugvoortransportwagens.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een laadbrug van het type dat voorzien wordt aan het acht eruit einde van voertuigen, in het bijzonder t ran Sportwagens, cn die vanaf de vloerhoogte van dergelijke wagen tot op de grond horizontaal of nagenoeg horizontaal kan ver-plaatst worden, enerzijds en vertiknnl tegen de achterwand van de wagen kan worden gebracht, anderzijds.
Bij de bekande ladbruggen van het voornoemde type is het zo dat het eigenlijke laadvlak, onder de vorm van een wigvormige stalen plaat of een plaat van uniforme dikte gemonteerd op wigvormige versterkingselementen, aan de oprijrand zo dun mogelijk iss uitgevoerd waarbij deze laadbrug naar de achterland, gezien de aanwezigheid van de voornoemde wigvormige konstruktive, een grotere hoopte vertoont.
<Desc/Clms Page number 2>
EMI2.1
! ifptfc fidbt ' e i g e n ] i j k e 1 11 n d v 1 n k s t e e d F, n n h e t X e I r 1 S a t @r n X r 11 d (} 1 11 r de a lo pntfrn n n \anaf dp viftrhofsstc van dp vrachtwap. n t et op df f. r"nf), ff n rpJatif hpt 'men dp < 't op d laadbrug brengen, bijoorbpeld wagentje, feit dat een bepaald hoogteverschil, verkregen door het gebruik van wigvormige laadvlakken of onderaan de laadvlakken bevestigde wigvormige versterkingselementen, dient te worden overwonnen.
Met de bedoeling aan voornoemd nadeel een oplossing te bieden beeft men reeds voorgesteld het eigenl ijk landvlak, nadat het op de vloer is geplaatst een bijkomende beweging te geven die het ladvlak evenwijdig aan zichzelf naar de vloer brengt.
Hierbij wordt het laadvlak zo dun mogelijk uitgevoerd en wordt aan het vrij uiteinde, meer speciaal het uiteinde waar een laat op en af het laadvlak wordt gereden, voorzien van een schuin oprijgedeelte dat om konstruktieredenen zeer kort moet zijn. Dit heeft als nadeel dat alhoewel het eigenlijke 1aadvlsk horizontaal ia, de oprijrand kort hellend is zodat hier het probleem van het moeilijk op- en afrijden blijft bestane.
<Desc/Clms Page number 3>
EMI3.1
De . n r vertikaal t vracht\'ocrtuig < 'n n hebben, vnnaf grond horizontaal of nagenoeg hotizontaal unnpn v"rplaatpt worden waarna deze laadbrug, meestel onder ivoled van haar eigen gewicht, kantelt om met de vrije @prijrand ervan tot op de grond te komen, waarbij volgenr de huioige uitvinding voorzien vordt dat de laadbrug, onder invloed van haar eigen gewicht of positief bevolen, aan haar vrije rand verder naar
EMI3.2
de beganp a dicht mogfijk en, grond wordt verplaatsst tpn einde hft laadvmogelijk met de begane grond.
Tot dit doel bestaat de laadbrug voor transpnrtwagpns volgens de uitvinding uit een laadbrug van het type dat scharnierbaar
EMI3.3
op en neer beveegbaar aan het achteruiteinde van een transportwagen ia aangebracht en voorzien is van pen, de laadbrug veretijvende, wigvormige of driehoekige ondersteuning, daardoor gekenmerkt dat deze wigvormige ondersteuning vervormbaar en/of verplaatsbaar is t. o. v. het eigenlijke laadvlak van de laadbrug, een en ander zodanig dat de laadbrug, onder invloed van haar eigen gewicht of positief bevolen, aan haar achterrand verder naar de begane grond kan verplaatst worden ten einde het landvlak to dicht mogelijk bij
<Desc/Clms Page number 4>
EMI4.1
d \' i] ) ! ofr t bringen, m. a. v. 70 e\rnbrgane grond.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitoeringcvorm beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin :
Figuur @ een zijaanzicht weergeef t von het acht erste deel van een vrachtwagen voorzien van een laadbrug volgens de uitvindin ; figuren 2 tot 5 zichten zijn van verscheidene standen die de laadbrug kan innemen t. o. v. de vrachtwagen, respektievelijk t. o. v. de begane grond ; figuren 6 en 7 op groter schaal de delen weergeven die respektievelijk door F6 en F7 zijn aangeduid in de figuren
4 en 5 ;
figuren 8, 10,12 en 14 uitvoeringsvarianten weergeven van een laadbrug volgens de figuren 1 tot 7 in de stand van figuur 4 ; figuren 9,11, 13 en 15 ecn tweede stand weergeven van de variante volgens respektivelijk de figuren 8,10, 12 en 14.
In de figuren 1 tot 7 is een uitvoering weergegeven van een laadbrug volgens de uitvinding die in hoofdzaak bestaat uit
<Desc/Clms Page number 5>
EMI5.1
< pn pn tt r hevestinde 2.
D t. o. v. ern vtachtwnplant 3 die op geschikte wijze versterkt wordt door opstaande delen 4.
EMI5.2
\11 De scharnierbeverstiging en ophanging van de laadbrug 2 is in het algemeen symmetrisch naar iedere zijde voorzien. Voor de eenvoudigheid wordt echter slechts een enkele zijde beschreven.
Het vrij achteruiteinde van de laadbrug 2 is voorzien van een oor5waaraan, doormiddelvaneenspil6,vrijscharnierbaar een hefboom 7 is bevestigd die aan zijn tweede uiteinde, door middel van een epil 8, vri i schernierbaar is verbonden met de zuigerstang 9 van een hydraulische drukcilinder 10 waarvan ht lichaam, door middel van een spil 11, vrij scharnierba r bevestigd is aan een vast gedeelte van de vrachtwagen l, bijvoorbeeld een wang 12.
Aan het vrij achteruiteinde van de laadbrug 2 ia, door middel van de voornoemde spil 6, eveneens vrij scharnierbaar, een gebogen hefboom 13 beverstigd die aan zijn tweede uiteinde, door middel van een spil 14 vrij scharnierbaar is bevestigd
<Desc/Clms Page number 6>
EMI6.1
< ..')) n < ) ' ppn vvoornoemdewang12, Tussen de lasdbrug 2 en de voornoemde Fpil 8 is een steunelement 15 aangebracht, twn einde een wigvorimige onderstetining te bekomen.
Het voornoemde steunelement 15 bestaat in dit geval hoofdzakelijk uit een buisvormig lichaam 16 dat aan En
EMI6.2
uiteinde, is aan een uitsteeksel 18 van de laadbrug 2 een stang 19 die door middel van epn spil 17 scharnierbaer bevestigdaxisal verschuifbaar i8 in het liciaam 15 en die aan haar vrij uiteinde scharnierbaar beveatigd is met de voornoemde spil 8 en een trekveer 20 die it. bevestigd aan, enerzijds, de spil 17 en, anderzijds, de stang 19.
De werking van een laadbrug volgens de figuren 1 tot 7 is zeer eenvoudig en als volgt.
In figuur 1 is de laadbrug 2 in transportstand, m. a. w. vertikaal tegen de achterwand van de vrachtwagen l weergegeven.
De zuigerstang 9 van de hydraulische drukcilinder 10 bevindt zieh op dit ogenblik in haar meest uitgedreven stand.
<Desc/Clms Page number 7>
EMI7.1
\.,'j) 1\ 11 f' ( > f TI ('n cl ('1 s n d b r \I g 2 l ('t (\ P d f'h CI ('I't r \'J n Ò t. ] ;'1 11 r ! \ I ", r von van de in fiuu) 2, zal 9 van de hydrauWf 10 naar een tusenstand bewegen. Dit heeft als gevolg dat de laadbrug 2 en haar vervormbare wigvormige e ondersteuning rond spil 6 gekanteld worden.
De beweging van de zuigerstang 9 van de hydraulische drukcilinder 10 wordt onmiddelijk gevolgd door de laadbrug 2, een en ander doordat de trekveer 20, die een veerkrachtige verbinding vormt tussen de stang 19 en de spil 17, een trekkracht uitoefent op de laadbrug 2, zodat achterblijven van deze lastste wordt vermeden.
Het eigenlijk zakken van de laadbrug 2 geschiedt onder haar eigen gewicht met de laadvloer steeds evenwijdig aan zichzelf, wat bekomen wordt door de aanwezigheid van het parallelogram 7-10-12-13.
Wanneer de laadbrug 2 een vast punt bereikt, bijvoorbeeld de vaste grond, zolas in figuur 3 aangeduid, zal de laadbrug 2 onder haar eigen gewicht kantelen om met haar oprijrand tot tegen de grond te komen zoals weergegeven in de figuren 4 en 6.
<Desc/Clms Page number 8>
EMI8.1
foor Lud trilir') fr) trekken fv < tl de 5 en 7.
Hpt hierdoor de hoogte E van dp achteraan de hoosste annrf de laadbrug niet volgene de uitvinding ie uitgevoerd, waarbij slechts een gering hellend en gemakkelijk op- en afrijbaar laadvlak vordt bekomen.
In de figuren 8 en 9 is een uitvoeringsvariante weergegeven van de figuren 1 tot 7 waarbij tussen de voornoemde spillen 8 en 17 een vaete stang 21 is voorzien, terwijl tussen de spillen 6 en 8 een tweedelige hefboom 7A-7B ia aangebracht waarvan de twee delen door middel van een spil 22 vrij scharnierbaar met elksar zijn verbonden.
TUBBen de spil 22 en een vrij scharnierbaar met de eigenlijke laadbrug 2 verbonden spil 23 is in dit geval een pneumatische cylinder 24 voorzien dit toelaat de inrichting vanuit de stand zoals weergegeven in figuur 8 in de stand te brengen zoals weergegeven in figuur 9 en omgekeerd.
In de uitvoeringsvorm volgens de figuren 10 en 11 ie een variente weergegeven gelijkaardig aan deze van de figuren 8 en
<Desc/Clms Page number 9>
EMI9.1
q ch r* ') ! (h Nog een andere uitvoeringsvorm is weergegeven in dp firllrf'n riet dit \en 13 waarbij een hydraulische drukcylinder 25 geschikt is aangebracht tussen, enerzijds, de laadbrug 2 pn, anderzijdr, de voornoemde stang 21. In deze uitvoering vervangt de drukcylinder 25 als het ware de voornoemde hefboom 7.
Uiteindelijk ire in de figuren 14 en 15 een uitvoering weergegeven waarbij gebruik wordt gemaakt van een kantelstuk 26 dat toelaat de laadbrug 2 door kantelen van het stuk 26 rond een punt 27 in de voornoemde lage stand te brengen en omgekeerd. In deze uitvoering zullen vanzelfaprekend niet getoonde grendelmiddelen worden voorzien die de laadbrug in de ene of andere stand houden. In dit geval wordt de hefboom 7 als het ware gevormd door het achterste gedeelte 29 van het kantelstuk 26.
Het is duidelijk dat de huidige uitvinding geenszins beperkt i8 tot de hiervoor beschreven en in de bijgaande tekeningen weergegeven uitvoeringsvormen. Inderdaad kan zulke laadbrug in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader der uitvinding te treden.
<Desc / Clms Page number 1>
Loading bridge for transport trolleys.
The present invention relates to a loading bridge of the type which is provided at the eight-out end of vehicles, in particular tran Sports cars, and which can be moved horizontally or substantially horizontally from the floor height of such car to the ground , on the one hand, and can be brought vertically against the rear wall of the car, on the other hand.
In the case of the curved loading bridges of the aforementioned type, it is the case that the actual loading surface, in the form of a wedge-shaped steel plate or a plate of uniform thickness mounted on wedge-shaped reinforcing elements, is designed as thin as possible at the drive-up edge, this loading bridge leading to the hinterland, given the presence of the aforementioned wedge-shaped construction, it shows greater hopes.
<Desc / Clms Page number 2>
EMI2.1
! ifptfc fidbt 'own] ijke 1 11 ndv 1 nksteed F, nnhet X e I r 1 S at @rn X r 11 d (} 1 11 r de a lo pntfrn nn \ anaf dp viftrhofsstc from dp cargo swap nt et on df f . r "nf), ff n rpJatif hpt 'men dp <' t bring on the loading bridge, additional car, fact that a certain height difference, obtained by the use of wedge-shaped loading surfaces or wedge-shaped reinforcing elements mounted at the bottom of the loading surfaces, has to be overcome.
With the intention of offering a solution to the above-mentioned drawback, it has already been proposed to give the actual land surface, after it has been placed on the floor, an additional movement which brings the loading surface parallel to itself to the floor.
The loading surface is as thin as possible and the free end, more specifically the end where a loading and unloading platform is driven late, is provided with an oblique ramp section which must be very short for construction reasons. This has the drawback that although the actual 1advlsk is horizontal, the drive-up edge is inclined shortly so that the problem of difficult entry and exit remains.
<Desc / Clms Page number 3>
EMI3.1
The. No vertical cargo \ 'vehicle <' nn, have to be placed horizontally or almost hotizontally unnpn ", after which this loading bridge, mostly under ivoled of its own weight, tilts to get to the ground with the free @prim edge of it, whereby, according to the current invention, it is provided that the loading bridge, under the influence of its own weight or positively ordered, at its free edge further to
EMI3.2
the begp a close possible, ground is moved tpn end hft loading possible with the ground floor.
For this purpose the loading bridge for transport wagons according to the invention consists of a loading bridge of the type which is hinged
EMI3.3
movable up and down at the rear end of a transport trolley and provided with a pin, the loading bridge rigid, wedge-shaped or triangular support, characterized in that this wedge-shaped support is deformable and / or movable. o. v. the actual loading surface of the loading bridge, this in such a way that the loading bridge, under the influence of its own weight or positively ordered, can be moved further on its rear edge to the ground floor in order to bring the land surface as close as possible to
<Desc / Clms Page number 4>
EMI4.1
d \ 'i])! ofr t bringen, on a 70th ground.
With the insight to better demonstrate the features of the invention, a preferred embodiment is described below, by way of example without any limitation, with reference to the accompanying drawings, in which:
Figure @ shows a side view of the eighth part of a truck provided with a loading bridge according to the invention; Figures 2 to 5 are views of various positions that the loading bridge can occupy. o. v. the truck, respectively t. o. v. the ground floor; figures 6 and 7 show on a larger scale the parts indicated by F6 and F7 in the figures, respectively
4 and 5;
Figures 8, 10, 12 and 14 show embodiments of a loading bridge according to Figures 1 to 7 in the position of Figure 4; figures 9, 11, 13 and 15 represent a second position of the variant according to figures 8, 10, 12 and 14, respectively.
Figures 1 to 7 show an embodiment of a loading bridge according to the invention, which mainly consists of
<Desc / Clms Page number 5>
EMI5.1
<pn pn tt r lever stop 2.
D t. o. v. ern vtachtwnplant 3 which is suitably reinforced by upright parts 4.
EMI5.2
The hinge mounting and suspension of the loading bridge 2 is generally provided symmetrically on each side. However, for simplicity, only a single side is described.
The free rear end of the loading bridge 2 is provided with an ear 5 to which, by means of a spindle 6, a lever 7 is attached, which is hinged at its second end, which is hinge-freely connected to the piston rod 9 of a hydraulic pressure cylinder 10 by means of an epil 8. body, by means of a spindle 11, is freely hinged to a fixed part of the truck 1, for example a cheek 12.
At the free rear end of the loading bridge 2 ia, by means of the aforementioned spindle 6, also freely hinged, a curved lever 13 is secured which is freely hinged at its second end by means of a spindle 14
<Desc / Clms Page number 6>
EMI6.1
A support element 15 is arranged between the welding bridge 2 and the aforementioned Fpil 8, in order to obtain a wedge-shaped bottom tining.
The aforementioned support element 15 in this case mainly consists of a tubular body 16 attached to En
EMI6.2
end, on a projection 18 of the loading bridge 2 is a rod 19 which is pivotally mounted by means of a pivot 17 hingeable axisal in the license 15 and which is pivotally secured at its free end with the aforementioned pivot 8 and a tension spring 20 which it. attached to, on the one hand, the spindle 17 and, on the other hand, the rod 19.
The operation of a loading bridge according to figures 1 to 7 is very simple and as follows.
In figure 1 the loading bridge 2 is in transport position, m. A. W. shown vertically against the rear wall of the truck l.
The piston rod 9 of the hydraulic pressure cylinder 10 is currently in its most extruded position.
<Desc / Clms Page number 7>
EMI7.1
\., 'j) 1 \ 11 f' (> f TI ('n cl (' 1 sndbr \ I g 2 l ('t (\ P d f'h CI (' I't r \ 'J n Ò t.]; '1 11 r! \ I ", r von van de in fiuu) 2, 9 of the hydraulic 10 will move to an intermediate position. As a result, the loading bridge 2 and its deformable wedge-shaped support around spindle 6 tilted.
The movement of the piston rod 9 of the hydraulic pressure cylinder 10 is immediately followed by the loading bridge 2, all this because the tension spring 20, which forms a resilient connection between the rod 19 and the spindle 17, exerts a pulling force on the loading bridge 2, so that leaving behind this burden is avoided.
Actually lowering the loading bridge 2 takes place under its own weight with the loading floor always parallel to itself, which is obtained by the presence of the parallelogram 7-10-12-13.
When the loading bridge 2 reaches a fixed point, for example the solid ground, as indicated in figure 3, the loading bridge 2 will tilt under its own weight in order to reach the ground with its drive-up edge as shown in figures 4 and 6.
<Desc / Clms Page number 8>
EMI8.1
for Lud trilir ') fr) draw fv <tl 5 and 7.
As a result, the height E of the rear end of the barge does not increase according to the invention, which is carried out according to the invention, whereby only a slightly inclined and easily accessible and drivable loading surface is obtained.
Figures 8 and 9 show an embodiment variant of Figures 1 to 7, wherein a rod 21 is provided between the aforementioned spindles 8 and 17, while a two-part lever 7A-7B is provided between the spindles 6 and 8, the two parts of which are freely hinged to each other by means of a spindle 22.
In this case, a spindle 23 is provided with the spindle 22 and a spindle 23 freely hingedly connected to the actual loading bridge 2, this permitting the device to be brought from the position as shown in figure 8 to the position as shown in figure 9 and vice versa.
In the embodiment according to figures 10 and 11, a variation is shown similar to that of figures 8 and
<Desc / Clms Page number 9>
EMI9.1
q ch r * ')! Yet another embodiment is shown in dp firllrf'n reed dit \ and 13 in which a hydraulic pressure cylinder 25 is suitably arranged between, on the one hand, the loading bridge 2 pn, on the other hand, the aforementioned rod 21. In this embodiment, the pressure cylinder 25 replaces as it was the aforementioned lever 7.
Finally, in Figs. 14 and 15, an embodiment is shown in which use is made of a tilting piece 26 which allows the loading bridge 2 to be tilted by the piece 26 around a point 27 in the aforementioned low position and vice versa. In this embodiment locking means (not shown) will of course be provided which keep the loading bridge in one position or the other. In this case, the lever 7 is, as it were, formed by the rear part 29 of the tilting piece 26.
It is clear that the present invention is in no way limited to the embodiments described above and shown in the accompanying drawings. Indeed, such a loading bridge can be realized in various shapes and sizes without departing from the scope of the invention.