BE1000507A7 - Zonnewering. - Google Patents
Zonnewering. Download PDFInfo
- Publication number
- BE1000507A7 BE1000507A7 BE8700459A BE8700459A BE1000507A7 BE 1000507 A7 BE1000507 A7 BE 1000507A7 BE 8700459 A BE8700459 A BE 8700459A BE 8700459 A BE8700459 A BE 8700459A BE 1000507 A7 BE1000507 A7 BE 1000507A7
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- winding
- cable
- profile
- winding drum
- sunblind
- Prior art date
Links
- 239000004744 fabric Substances 0.000 claims abstract description 44
- 238000004804 winding Methods 0.000 claims description 75
- 238000006073 displacement reaction Methods 0.000 claims description 5
- 241000231739 Rutilus rutilus Species 0.000 claims 1
- 238000010276 construction Methods 0.000 abstract description 6
- 230000037072 sun protection Effects 0.000 abstract description 6
- 241000234282 Allium Species 0.000 description 1
- 235000002732 Allium cepa var. cepa Nutrition 0.000 description 1
- 238000013019 agitation Methods 0.000 description 1
- 229910052782 aluminium Inorganic materials 0.000 description 1
- XAGFODPZIPBFFR-UHFFFAOYSA-N aluminium Chemical compound [Al] XAGFODPZIPBFFR-UHFFFAOYSA-N 0.000 description 1
- 210000003746 feather Anatomy 0.000 description 1
- QSHDDOUJBYECFT-UHFFFAOYSA-N mercury Chemical compound [Hg] QSHDDOUJBYECFT-UHFFFAOYSA-N 0.000 description 1
- 229910052753 mercury Inorganic materials 0.000 description 1
- 229910052751 metal Inorganic materials 0.000 description 1
- 239000002184 metal Substances 0.000 description 1
- 230000000750 progressive effect Effects 0.000 description 1
- 230000005855 radiation Effects 0.000 description 1
- 238000007665 sagging Methods 0.000 description 1
- 238000004904 shortening Methods 0.000 description 1
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E06—DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
- E06B—FIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
- E06B9/00—Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
- E06B9/56—Operating, guiding or securing devices or arrangements for roll-type closures; Spring drums; Tape drums; Counterweighting arrangements therefor
- E06B9/68—Operating devices or mechanisms, e.g. with electric drive
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
- E04F10/00—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
- E04F10/02—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins
- E04F10/06—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building
- E04F10/0607—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with guiding-sections for supporting the movable end of the blind
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
- E04F10/00—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
- E04F10/02—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins
- E04F10/06—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building
- E04F10/0644—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with mechanisms for unrolling or balancing the blind
- E04F10/0648—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with mechanisms for unrolling or balancing the blind acting on the roller tube
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
- E04F10/00—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
- E04F10/02—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins
- E04F10/06—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building
- E04F10/0644—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with mechanisms for unrolling or balancing the blind
- E04F10/0655—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with mechanisms for unrolling or balancing the blind acting on the movable end, e.g. front bar
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E06—DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
- E06B—FIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
- E06B9/00—Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
- E06B9/24—Screens or other constructions affording protection against light, especially against sunshine; Similar screens for privacy or appearance; Slat blinds
- E06B9/40—Roller blinds
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E06—DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
- E06B—FIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
- E06B9/00—Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
- E06B9/56—Operating, guiding or securing devices or arrangements for roll-type closures; Spring drums; Tape drums; Counterweighting arrangements therefor
- E06B9/62—Counterweighting arrangements
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
- E04F10/00—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
- E04F10/02—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins
- E04F10/06—Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building
- E04F10/0692—Front bars
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E06—DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
- E06B—FIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
- E06B9/00—Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
- E06B9/56—Operating, guiding or securing devices or arrangements for roll-type closures; Spring drums; Tape drums; Counterweighting arrangements therefor
- E06B9/58—Guiding devices
- E06B2009/583—Cords or cables
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Architecture (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Operating, Guiding And Securing Of Roll- Type Closing Members (AREA)
- Blinds (AREA)
Abstract
Zonnewering, waarbij in een langs geleidingen afwikkelbaar doek is voorzien,met als bijzonder kenmerk dat deze zonnewering een zeer kompakte opbouw vertoont en dat bij de afwikkeling in een progressief toenemende spanning in het doek kan voorzien worden.
Description
<Desc/Clms Page number 1> Zonnewering. EMI1.1 ----------- Deze uitvinding heeft betrekking op een zonnewering, meer speciaal van het type dat bestaat uit een door middel van een aandrijving op- en afwikkelbaar doek dat hiertoe met een uiteinde aan een doekwikkelelement, zoals een wikkeltrommel, is bevestigd en aan zijn andere uiteinde is voorzien van een langs geleidingen verplaatsbaar profiel, een en ander zodanig dat zulk doek in een welbepaald, doorgaans hoofdzakelijk horizontaal vlak over een gewenste afstand kan gepresenteerd worden. In het bijzonder is zulke zonnpwering bedoeld om boven raam-en/ofdeuropeningen, overterrassenenoververands's gemonteerd te worden, zodanig dat bij hevige zoninval in een gewenste afscherming kan voorzien worden door het doek in l-eerdere of mindere mate tp ontrollen. De tot nu toe bekende zonneweringen van het voornoemd type EMI1.2 vertonen cMendf ltnechanisme, g <Desc/Clms Page number 2> echter het nadepl dat het erbij aandook een plaatsrovende konstruktie vormen. Deze bekonde zonneweringen hebben tevens als nadeel dat zij in funkt, in van df toenemende afwikkeling een groter werdende doorzakking V8" het EMI2.1 doek vertonen. Op-ei-.) ordt immers < *pn ters hierbij dat zulke zonnpueringzodat bij een volledige afwikkeling met een aanzicnlijk eigpn gewicht van het doek moet gerekend worden. De hùidige uitvinding heeft dan ook tot doel te e voorzien in een zonnewering waarbij de voornoemde nadelen systematisch worden uitgesloten. In de eerste plaats wordt hiertoe een zonnewering geboden waarvan het wikkelmechanisme, de aandrij- ving en het opspanmechanisme voor het doek een bijzonder kompakte konstruktie toelaten. Verder wordt volgens de' voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de uitvinding in een zonnewering voorzien waarbij de spanning in het doek in funktie van de af- wikkeling grotendeels progressief vergroot, zodat zelfs bij een volledig afgeuikkeld dock nauwelijks een doorzakking is uaar te nemen. Hiertoe bestaat de zonnewering volgens de uitvinding hoofd- EMI2.2 zakelijk in de kombinatie nt d i t voorzien is van een d eerste kabplwikkelelement van ecn doekuikkelplemis verbonden; een tweede kabelwikkelelewent dat verdraaibaar ten opzichte van het dopkwikkrieipment gemonteerd is ; sscn Lor- <Desc/Clms Page number 3> EMI3.1 sipniRch. wikkolclement L, andcrzijds, ssede anderzijds, het tz,eede kabe1wil:kelelement voorziet; een a.an inisMe dat in de verbind ing van, ssnerzijds, het dock-het vrije voorste uiteinde van het dock aangebracht en langs geleidingen beweegbaar profiel; een kabelvormig element om minstens in de voorwaartse verplaatsing van bet voornoemde profiel te voorzien, waarbij dit kabelvormig element met zijn uiteinden respektievelijk op het eerste < 'n twpcde kabelwi. kkcl- element geleid wordt en in zijn midden met : het voornoemde pro- [ie] samenwerkt; en aandrijfmiddelen om in de rotatie van het doekuikkelelement te voorzien. Bij voorkeur bestaat het : doekwikkelelement uit een wikkeltromnel wanrin het torsiemechanisme en eventueel de 8andrijfrnidde- len, zoals bijvoorbeeld een elektrische notor, zijn ingebouwd. Met is duidelijk dat hierdoor de voornoemde kompakte konstruktie wordt verkregen vermits het wikkelmechanisme, de aandrijfmiddelen en het opspanmechanisine zodoende in de wikkeltrommel worden gekombineerd. Teneinde gedurende de afwikkeling in de progressieve vergrotingvandespanninginhetdoektevoorzienwordt volgens de uitvinding van een gepaste keuze van de dinmeters van, enerzijds, het doekwikkelelement en, anderzijds, de beide EMI3.2 kabeluikkelelenRnten en wfel het <Desc/Clms Page number 4> EMI4.1 zonnewering de opwikkeling t op het eerste kabel-aikkelelement gebruik gemaaktvan het dock, zodaniss dat het tweede kabelwikkelelement dit verschil dient op te vangen door zijn onderlinge vcrdraaiing t.o.v. het doekwikkelelement, waardoor het torsiemechanisme in funktie vun het ontrollen van de zonnewering vprder opgespannen wordt, liet het inzicht de kenmerken volgens de uitvinding beter ann te tonen wordt hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 in bovenaanzicht. de zonnewering weergeeft ; EMI4.2 figuren 2 t. e. C > volgens Zoals weergegeven in de figuren de uitvinding wikkelplonx'nt vorzien o. een nt m. 4 doorsneden weergpven, rpsppktieve1ijk5, een torsiemechanisme 6, een aan het vrije voorste uiteinde 7 van het doek 3 aangebracht profiel 8 dat laugs geleidingen 9 EMI4.3 en n en 10 Ic3n ve;rplaatst v!orden, een leaDelvormi element 11 om in 10 kde verplaatsing van het profiel 8 te voorzien en aandrijfmiddelen 12 voor hft doekwikkelelement j. <Desc/Clms Page number 5> Het doekwikkelelement l bestaat in de weergegeven uitvoe- ringsvorm uit een horizontale wickeltrommel, die verder in de beschrijving ook met referentie 1 zal worden aaneeduid. Zoals weergcgeven in figuur 2 bestaat deze wikkeltrommel l uit pen dunwandig element dat over de volledige lengte voorzien is van een naar binnen gerichte vervorning ]3 dpwplke epn zitting biedt voor een bevestigingselement 14 voor het voornoemde uiteinde 2 van het doek 3. De wikkeltrommel 1 is nabij één uiteinde 15 draaibaar bevestigd in een eerste vaste steun 16 en is nabij haar tweede uiteinde 17 gemonteerd over een as 18 die met één aseinde 19 tot buiten de wikkeltrommel 1 steekt en aldaar op haar beurt in een tweede vaste steun 20 is anngebracht. De onderlinge bevestiging tussen de wikkeltrommel 1 en de as 18 wordt in de weergegeven uitvoeringsvorm hoofdzakelijk gevormd door twee lageringselementen, respektievelijk 21 en 22. Het eerste lageringselement 21 is bij voorkeur schijfvormig en neemt de volledige doorsnede van de wikkeltrommel 1 in. Ter hoogte van de vervorming 13 is, zoals weergegeven in figuur 2, een passende uitsparing 23 voorzien, waardoor bekomen wordt dat het lageringselement 21 onverdraaibaar is ten opzichte van EMI5.1 de wikkssltroMmel is dit ent l. Vordervoorl ; our in de wikkoltrommel 1 en over de voornoemd ns 10, verschuifbaar, waarbij de maximaal toegelaten verplaatsing <Desc/Clms Page number 6> bepaald wordt door aanslagen 24 en 25. D as 13 vertoont slechts bij wijze van voorbeeld een vierkante doorsnede. De kabelwikkelelementen 4 en 5 worden gevormd door relatief brede willen die de opwikkeling van het kabelvormiss element 11 toelaten. Ilet eerste kabelwikkelelement 4 is vast op het uiteinde 15 van de wikkeltrommel 1 bevestigd, terwijl het tweede kabelwikkelelement 5 verdraaibaar ten opzichte van hpt eerste kabelwikkelelement 4 en de wikkeltrommnl 1 over het 3S- einde 19 is gemonteerd. Riertoe kan bijvoorbeeld over het aseinde 19 van de vierkante 3S 18 een bus 26 geschoven worden EMI6.1 die e toelaat, gens figuur verder even kabplwikkelRlemen uitstrel, L > d a t z i cli door het twpedf ikkeltrommel uitstrfkt. u i t s t r eR t , verdraaiing van het tweede kabelwikkelelement 5Bet tofsieocchanisme 6 bestaat hoofdzakelijk uit een helicon- dale veer 2 die in een torsiekracht tussen, enerzijds, lie-t eerste kabelvikkelelement 4 en het : doekwikkelelement l en, anderzijds, het tweede kabelwikkelelement 5 kan voorzien. Hiertoe is deze veer 20 aan haar uiteinden 29 cn 30 respektievelijkverbondenmetheteerstelageringselement21 <Desc/Clms Page number 7> dat met de wikkeltrommel 1 kan meedraaien en met het voornoemde cylindervormige gedeelte 27 van het tweede kabelwikkelelement 5. De uiteinden 29 en 30 grijpen hierbij achter EMI7.1 passende ui. 0. t is duid (-I i jl-da t d csparinscn 31 en 32 aan. I ! ct : is duidelijk dat. dnonderlinge verdraaiing van de wikkeltrommel 1 en het tweede kabelwikkelelement5gepaardgaatmeteentorsiekrachtwaarvan het doe1 in de verdere beschrijving nog zal uiteengezet worden. Opgemerkt wordt dat door da torsie-eraing de veer 28 een'axiale verkorting, respektievelijk verlenging zal ondergaan, waarbij deze gekompenseerd wordft door de axiale verplaatsing van het lageringselement 21 tussen aanslagen 24 en 25. Zodoende wordt het voordeel geboden dat in de vaste steunen 16 en 20 geen axiale krachten dienen opgevangen te worden. De geleidingen 9 en 10, waarlangs het voornoemde profiel 3 kan verplaatst worden, strekken zieh respcktievelijk voor het eerste en tweede kabeluikksslelemenL 4 en 5 uit. Deza geleidingen 9 en 10, die enkele meters lang kunnen zijn, zijn in dit geval zoals weergegeven in de figuren 2 en 3 door middel van instelbare bevestigingsmiddelen 33 op een dragende konstruktiv 34, zoals bijvoorbeeld een muur of een geraamte, aangebracht. De geleidingen 9 en 10 bestaan bijvoorbeeld, zoals specifick in figuur 3 Mordt wcergcgeven, uit holle profielen die een be- <Desc/Clms Page number 8> huizing vormen voor het hierna nog verder besproken Icabel- EMI8.1 vornig 35 cn 36 Ricmnnt II, De naar elkaar tosspnrichte zijdenbezitten rechthoekige uitsparingen of groeven 37 on 38 voor de geleiding van het profiel 8. Verder zijn bovenop de gelei- dingen 9-en 10, alsook aan de voorste uiteinden 39 en 40 en aantal kabelwieltjes, respektievelijk 41 t. e. m. 44 voorzien. De geleidingen 9 en 10 bestaan bij voorkeur uit aluniniun of dergelijke. EMI8.2 Het profiel 8 waaraan het dock is bevestigd is bij voorkeur in aluminium vervaardigd en bevat twee gedeelten 45 en 46 met rechthoekige doorsnede. Het : doek 3 is door middel van een bevestigingselement 47 in een inzinking 40 vastgemaakt. Het profiel8wordtverstevigddoormiddelvaneenmetalenU-profiel 49 dat in het gedeelt 45 past. De geleiding von het profiel 8 in de gftRidingen 9 en 10 gebeurt door middel van aan de tegenoverliggende uiteinden EMI8.3 voorziene glijschoenen tijke, 50 en 51 of derghoogte van het gedeelte 46, in het bijzonder zoals weergegeven in figuren 1 t.e.m. 3, kabelwieltjes 52 en 53 zijn gemonteerd. Het gedeelte 46 is, zoals weergegeven in figuur 2, aan zijn bovenzijde nog voorzien van een'klep 54 die de toegang tot in het profiel 8 toelaat. <Desc/Clms Page number 9> Het kabelvormig element 11 wordt bij voorkeur gevormd door EMI9.1 twee velijk menarken. Deze kabssig. 55 pn kabelwikkelelementen 4 en sta] en kabelgedeelten 55 en 56 die elk tnet respektif'-velijk langs de kabelwidtjes 41 en 42 via doorgangen 57 en 53 tot in de profielen van dp geleidingen 9 en 10 gebracht, ann de voorste uiteinde 39 en 40 van de geleidingen 9 en 10 over 180 graden omgebogen langs de kabelwieltjes 43 en 44 en tenslotte via de kabelwieltjes 52 en 53 van het profiel 8 naar elkaar top geleid en met elkaar verbonden. De verbinding van de-gedeelten 55 en 56 gebeurt door middel van een spaninrichting 59 in het voornoemde gedeelte 46 van het profiel 3, dewelke via de klep 54 bereikbaar is. Het is duidelijk dat door de omwikkeling van de kabelgedcelten 55 en 56 op de kabelwikkelelementen 4 en 5 het profiel 8 naar voor wordt geschoven en het doek 3 wordt afgMikkeld. Vanzelfsprekend is de wikkelzin van de kabelgedeelten 55 en 56 op de kabelwikkelelementen 4 en 5 tegengesteld aan de wikkelzin van het doek 3 op de wikkeltronmel 1. EMI9.2 Opgemerkt eergaande e uordtrespektievelijk55Aen55B, alsook56Aen56B,inde geleidingen 9 en 10 volledig van elkaar gescheiden blijven daar de beweging van de gedeelten 55A en 56A via het inwendige <Desc/Clms Page number 10> EMI10.1 van de geleidingen C > en 56B via de uitsparingen 37 en 38 passeren. Het doekwikkelelement l, de kabelwikkelelementen 4 en 5 en het torsientechanisme 6 zijn bij voorkeur aan hun vaste steunen 16 en 20 in een behuizing of kast 60 aangebracht dewelke tegen een muur 61 of dergelijke kan gemonteerd worden. De aandrijfmiddelen 12 kunnen bijvoorbeeld bestaan uit een elektrische motor die zoals schenatisch aangeduid in figuur 1 nabij het uiteinde 15 in de wikkeltrommel 1 is gemonteerd. De inschakeling hiervan kan door middel van een manupel te bedienen schakelaar gebeuren, terwijl de uitschakeling vanzelfsprekend door middel van eindeloopschakelaars kan verwezenlijkt worden, die duidelijkheidshalve niet in de figuren zijn weergegeven. nog pen bijzonder kenmerk van de zonnewering volgens de uitvinding bestaat-erin dat de gemiddelde diameter Dl van de doekrol 62 bij voorkeur kleiner is dan de gemiddelde wikkeldiameter D2 van de kabelwikkelelementen 4 en 5. De werking van de zonnewering volgens de uitvinding kan eenvoudig uit figuur 1 worden afgeleid. Bij de plaatsing van de zonnewering wordt, alvorens de kabelgedeeltcn 55 en 56 met : elkaar verbonden worden, en in de opgewikkelde toestand van <Desc/Clms Page number 11> het doek 3, eerst het tweede kabelwikkelclement 5 een uoinig verdraaidtenopzichtevanhetdoekwikkelelement1, zodanig dat het torsiemechanisme 6 een torsiekracht levert. In deze toestand worden dan door middel van de spaninrichting 59 dp beide kabelgedeelte 55 en 56 met elkaar verbonden Door de alzo gekreëerde voorspanning in het torsiemechanisme 6 is steeds, ongeachtdeplaatsvanhetprofiel8, eenspankracht in het doek 3 aanwezig. Het openrollen van de zonnewering gebeurt door in de rotatie van het doekwikkclelement 1 te voorzien, en wel zodanig dat de kabelgedeelten 55 en 56 op respektievelijk bet eerste en tweede ksbelwikkelelement 4 en 5 worden gewikkeld, terwijl het doek 3 wordt afgewikkeld. Door het binnenhalen van de kabels wordt het profiel 8 hierbij naar de voorste uiteinden 39 en 40 van de geleidingen 9 en 10 geschoven waardoor het doek 3 meegetrokkenwordt. Door het voornoemde verschil in de gemiddelde dianeters Dl en D2 zal voor het grootste gedeelte van de afwikkelperiode van het doek 3 de mocntele dianteter van de doekrol 62 kleiner zijn dan de wikkeldiameter van het kabelwikkelelement 4, vaardoor bijgevolg meer kabel op het kabelwikkelelcmcnt 4 wordt opgewikkeld dan dat er doek wordt vrijgegeven. Dit verschil wordt dan opgevangen door de minder vlugge opwi. kkelins van het tabelvormig elcment ll op het tweede <Desc/Clms Page number 12> kabelwikkelelement 5, meer speciaal door de* vordere torsie van het torsiemechanisme 6. Het is duidelijk dat zodanig gedurende nagenoeg de volledige afwikkeling van het doek 3 de spanning EMI12.1 hierin afMikkcling 3 geen te nempo. liet opwikkelen van de zonnewering gebeurt door de rotatiezin van da om te keren. ! 3 wordt dan opgewikkeld en trekt het profiel 8 en het kabelvornig progressief zal toenemen en dat ook bij de volledipt l net zieh mee. Het is duidelijk dat het nnndrijfmiddel 12. meer speciaal de elektrische motor, niet noodzakelijk in de wikkeltrommel 1 dient ingebouwd te zijn doch zieh ook daarbuiten kan bevinden. Volgens een andere, niet weergegeven variante, kan de zonne- wering ook manueel door tniddel van epn zwcngel of dergelijke af-, respektievelijkopgewikkeldworden. Uiteraard hoeft de dragende konstruktie 34 niet noodzakelijk uit een ondersteuning te bestaan, daar de geleidingen 9 en 10 ook aan een muur of dergelijke kunnen bevestigd worden. De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch dergelijke zonnewering kan in allerlei vormen en <Desc/Clms Page number 13> afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader der uitvinding te treden.
Claims (1)
- Conclusies. EMI14.1 ---------- EMI14.2 1. dat zij beetaat voorzien is van een met een uiteinde (2) eraan bevestigd doel" (3) MikkIssiRment (5) dat verdraaibaar ten opzichte van het doekwikkelelement (1) is gemonteerd ; een torsiemechanisme (6) dat in de verbinding van, enerzijds, het doekwikkelelement (1) en het eerste kabelwikkelelement (4) met, anderzijds, het tweede kabelwikkelelement :(5) voorziet; een aan het vrije voorste EMI14.3 uiteinde (7) van het doek aangebracht en 10) belep. minstens in de voorwaartse van het voornoc. profiel (8) te voorzien, waarbij dit kabelvormig element tell) met : zijn uiteinden respektievekijk op het eerste en tweede kabelwikkelelement (4, 5) geleid wordt en in zijn midden met hetvoornoemdeprofiel (8)samenwerkt;enaandrijfmiddelen, (12) om in de rotatie van het doekwikkelclement (1) te voorzien. <Desc/Clms Page number 15> 2.- Zonnewering volgens conclusie I, daardoor gekenmerkt dat EMI15.1 het doekwikkelelement door een ikkeltrommel \ ssssboud.3. daardoor gekenmerkt sevormd wordtde aandrijfmiddelen (12) bestaan uit een elektrische motor die tevens in de wikkeltrommel (1) is ingebouwd.4.- Zonnewering volgens conclusie 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat het torsiemechanisme (6) hoofdzakelijk bestaat uit een he- licou'date e veer (28).5.- Zonnewering volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de wikkeltrommel (1) bij één uiteinde (15) draaibaar met een vaste steun (16) samenwerkt, terwijl zij nabij haar andere uiteinde (17) op een tot buiten de wikkeltrommel (1) reikende as (18) is gemonteerd, waarvan het uitstekende aseinde (19) op zijn beurt in een tweede steun (20) is bevestigd, en waarbij het tweede kabelwikkelelement (5) door het voornoemde aseinde (19) wordt gedragen.6.- Zonnewering volgens conclusie 5. daardoor gekenmerkt dat de veer (23) van het torsiemechanisme (6) zieh in de wikkel- trommel (I) en rond de voornoemde as (18) uitstrekt. <Desc/Clms Page number 16> 7.- Zonncwering volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dut EMI16.1 de veer (29) ann P tusson trommel (18) voorzien lagcringselement drnaivast is met (2ss) bij een uiteindphet andere uiteinde (30) van de veer (28) is vastgpmaakt nan het tweede kabelwikkelelement (5).8.- Zonnewering volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat het voornoemde lageringselement (21) axiaal verschuifbaar is ten opzichte van de wikkeltrommel (1).9.- Zonnewering volgens conclusie (3) daardoor gekenmerkt dat het lageringselement (21) hoofdzakelijk bestaat uit een schijf die voorzien is van een uitsparing (23) die met een axiaal gerichte vervorming (13) in de wikkeltrommel (1) samenwerkt.10. -Zonneweringvolgensconclusie8,daardoorgekenmerktdat de maximale axiale verplaatsing van het voornomde lagerings-'. element (21) bepaald wordt door twee op de in de wikkeltrommel (1) gemonteerde as (18) aangebrachte aanslagen (24, 25).11.- Zonnewering volgens één der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de gemiddelde wikkeldiameter (D2) van minstens het eerste kabelwikkelelement (4) groter is dan de gemiddeldp diainfter (DI) van de doekrol (62). <Desc/Clms Page number 17> EMI17.112.-Zonnewering der voorgaande conclusies, d3. kt t hoofdzakelijk bestaat uit twee kabelgedpelten (55, 56) die hoogte van het profiel (8) dat aan bet voorste uiteinde (7) van het doek (3) is voorzien, met elkaar verbonden zijn door middel van een spaninrichting (59).13.-Zonnewering volgens conclusie 12, daardoor gekenmerkt dat het profiel (8) hol is, waarbij de spaninrichting (59) zieh in het profiel (U') bevindt en bereikbaar is via een klep (54), 14.- Zonnewering, boofdzakelijk zoals voorafgaand beschreven en weergegeven in de bijgaande tekeningen.
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE8700459A BE1000507A7 (nl) | 1987-04-28 | 1987-04-28 | Zonnewering. |
EP88200734A EP0289076A3 (fr) | 1987-04-28 | 1988-04-18 | Persienne |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE8700459A BE1000507A7 (nl) | 1987-04-28 | 1987-04-28 | Zonnewering. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1000507A7 true BE1000507A7 (nl) | 1989-01-03 |
Family
ID=3882626
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE8700459A BE1000507A7 (nl) | 1987-04-28 | 1987-04-28 | Zonnewering. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0289076A3 (nl) |
BE (1) | BE1000507A7 (nl) |
Families Citing this family (11)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2645202B1 (fr) * | 1989-03-31 | 1992-03-27 | Store Plus | Dispositif d'ecran a enroulement |
FR2654771B2 (fr) * | 1989-03-31 | 1992-07-03 | Store Plus | Dispositif d'ecran a enroulement. |
DE4024666C2 (de) * | 1990-06-01 | 1994-02-03 | Niemetz Torbau Und Metallbau | Sektionaltor |
FR2663675B1 (fr) * | 1990-06-21 | 1998-02-20 | Cros Store Zenith | Dispositif permettant l'enroulement et le deroulement d'une toile. |
FR2692930A1 (fr) * | 1992-06-25 | 1993-12-31 | Journault Michel | Store pour surface extérieure vitrée. |
DE4224815C2 (de) * | 1992-07-27 | 1996-06-13 | Balzer Heide | Rolladenartige Abdeckung für Montagegruben |
ES2154142B1 (es) * | 1998-05-05 | 2001-10-16 | Sanchez Francisco Lujan | Persiana corredera enrrollable y autobloqueante. |
DE10161811C2 (de) * | 2001-12-14 | 2003-10-16 | Mhz Sonnenschutztech Gmbh | Gegenzugmarkise mit einseitigem Längenausgleich |
CN101597998B (zh) * | 2009-06-26 | 2011-12-07 | 长春市奥普科技有限公司 | 一种高稳固性软卷帘电动门 |
CN110500022A (zh) * | 2019-07-08 | 2019-11-26 | 南京沐鼎节能建材有限公司 | 一种内置百叶中空玻璃用的紧凑张紧装置 |
EP4365401A1 (en) * | 2022-11-07 | 2024-05-08 | MOTTURA S.p.A. | Roller-blind apparatus |
Family Cites Families (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3279528A (en) * | 1962-03-02 | 1966-10-18 | Thomas F Gambon | Shade |
DE3147827A1 (de) * | 1981-12-03 | 1983-06-16 | Reflexa-Werke H.P. Albrecht GmbH & Co KG, 8871 Rettenbach | Sonnen- und/oder wetterschutzvorrichtung |
FR2559527B1 (fr) * | 1984-02-13 | 1986-04-25 | Aquitaine Fermetures Sarl | Mecanisme pour velum de store |
FR2570119A1 (fr) * | 1984-09-11 | 1986-03-14 | Filtrasol | Dispositif de deroulement et d'enroulement d'une surface souple sur un tube |
-
1987
- 1987-04-28 BE BE8700459A patent/BE1000507A7/nl not_active IP Right Cessation
-
1988
- 1988-04-18 EP EP88200734A patent/EP0289076A3/fr not_active Withdrawn
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0289076A3 (fr) | 1989-05-03 |
EP0289076A2 (fr) | 1988-11-02 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
BE1000507A7 (nl) | Zonnewering. | |
US4979775A (en) | Axially displaceable window shade for windshield or the like | |
US5813447A (en) | Cordless cellular and pleated shade | |
US7717158B2 (en) | Side window roll-up shade with cable drive | |
US20080190569A1 (en) | Multiple Choice Shade System | |
EP1180471B1 (de) | Modulartiges Fahrzeugdach | |
NL192046C (nl) | Oprolbare zonwering. | |
EP3401462B1 (en) | Awning apparatus and methods of retracting and extending said awning | |
EP0531730B1 (de) | Sonnenschutzblende | |
JPH11270089A (ja) | 日除ロールスクリーン | |
DE202005007921U1 (de) | Rollomechanismus für stehende und geneigte Fenster, insbesondere zum Einbau in den Scheibenzwischenraum von Isolierglasscheiben | |
EP1970234A2 (de) | Sonnenschutzrollo für Kraftfahrzeuge | |
CA2812749A1 (en) | Device for preloading a rewind mechanism | |
DE19610268C2 (de) | Rolloeinrichtung für ein Isolierglaselement | |
US20100116448A1 (en) | Tensioning system for retractable screens and shades | |
EP1904710A1 (en) | Multiple choice shade system | |
US6948542B2 (en) | Retractable self rolling blind awning or cover apparatus | |
JP2001502765A (ja) | ローラー・カーテンを巻き上げるための弾性手段 | |
ITTV940139A1 (it) | Struttura perfezionata di zanzariera, del tipo offerta al pubblico in kit di montaggio. | |
BE1015160A3 (nl) | Inrichting voor het aandrijven van zonneluifels of dergelijke. | |
US2345106A (en) | Automotive vehicle glare shield | |
US20140138982A1 (en) | Rolling tarpaulin system for selectively covering and uncovering trailers for trucks | |
EP0529591B1 (de) | Rolloanordnung, vorzugsweise für Kraftfahrzeugheckscheiben | |
KR100971505B1 (ko) | 차량의 리어 윈도우용 전동식 차양 장치 | |
BE1026695A1 (nl) | Oprolwikkelsysteem |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
RE20 | Patent expired |
Owner name: WINSOL N.V. Effective date: 19930428 |