NL9500467A - Manchet voor een bevriezingstoestel voor buizen. - Google Patents

Manchet voor een bevriezingstoestel voor buizen. Download PDF

Info

Publication number
NL9500467A
NL9500467A NL9500467A NL9500467A NL9500467A NL 9500467 A NL9500467 A NL 9500467A NL 9500467 A NL9500467 A NL 9500467A NL 9500467 A NL9500467 A NL 9500467A NL 9500467 A NL9500467 A NL 9500467A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cuff according
elastomeric material
cuff
top part
basic body
Prior art date
Application number
NL9500467A
Other languages
English (en)
Inventor
Rudolf Dr Ing Wagner
Original Assignee
Foell Remswerk
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Foell Remswerk filed Critical Foell Remswerk
Publication of NL9500467A publication Critical patent/NL9500467A/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L55/00Devices or appurtenances for use in, or in connection with, pipes or pipe systems
    • F16L55/10Means for stopping flow from or in pipes or hoses
    • F16L55/103Means for stopping flow from or in pipes or hoses by temporarily freezing liquid sections in the pipe

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Thermotherapy And Cooling Therapy Devices (AREA)
  • Pipe Accessories (AREA)

Description

Titel: Manchet voor een bevrjezingstoestel voor buizen.
De uitvinding betreft een manchet voor een bevrie-zingstoestel voor buizen volgens de aanhef van conclusie 1.
Zulke manchetten worden gebruikt om reparaties te kunnen uitvoeren aan niet geledigde buisleidingen. De manchet wordt om de te repareren buis gelegd en verbonden met een kooldioxydefles. via de toevoerleiding wordt in de tussenruimte tussen de manchet en de buis het vloeibare kooldioxyde ingebracht, waardoor de vloeistof in de buis bevriest tot een prop. De buis kan dan, zonder hem te ledigen, worden gerepareerd of vervangen.
Het komt steeds weer voor dat het vloeibare kooldioxyde onder een te hoge druk in de ruimte tussen de manchet en de buis wordt ingebracht, zodat de uit thermoplastisch materiaal bestaande manchet barst tot afzonderlijke stukken. Hierbij bestaat een gróót gevaar voor verwonding van de reparateur.
De uitvinding heeft ten doel de manchet van de aangegeven soort zo uit te voeren dat ook bij de toevoer van het koudmakende medium met hogere drukken barsten van de manchet op betrouwbare wijze wordt voorkomen.
Dit doel wordt bij de manchet van de in de eerste alinea vermelde soort volgens de uitvinding bereikt met de kenmerkende maatregelen van conclusie 1.
Omdat bij de manchet volgens de uitvinding het onderen het bovenstuk tenminste gedeeltelijk uit een elastomeer materiaal bestaan, wordt op zeer eenvoudige wijze voorkomen dat bij toevoer van het koudmakende medium onder te hoge druk de manchet barst tot afzonderlijke stukken. Het elastomere materiaal kan de hoge druk van het koudmakende medium opvangen door vervorming en zo voorkomen dat het onder- en bovenstuk onder de hoge druk en bij de lage temperaturen barsten tot afzonderlijke stukken. Daardoor is de reparateur op betrouwbare wijze beschermd tegen verwonding.
Verdere kenmerken van de uitvinding blijken uit de verdere conclusies, de beschrijving en de tekeningen.
De uitvinding wordt aan de hand van een in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeeld nader toegelicht.
Fig. 1 toont een onderaanzicht van een onderstuk van een manchet volgens de uitvinding, fig. 2 een doorsnede langs de lijn II-II in fig. 1, fig. 3 een doorsnede langs de lijn III-III in fig. 2, fig. 4 een zijaanzicht van het onderstuk volgens fig. 1, fig. 5 een bovenaanzicht op een onderstuk van de manchet volgens de uitvinding, fig. 6 een doorsnede langs de lijn VI-VI in fig. 5, fig. 7 een doorsnede langs de lijn VII-VII in fig. 6, fig. 8 een zijaanzicht van het bovenstuk volgens fig. 5, fig. 9 in een lange doorsnede het onder- en het bovenstuk van de manchet volgens de uitvinding in gemonteerde toestand.
Bij installatie van verwarmingen is het bekend het zich in de verwarmingsbuizen bevindende water bij repara-tiewerkzaamheden plaatselijk te bevriezen. Daartoe wordt de manchet om de betreffende verwarmingsbuis gelegd en de zich tussen de manchet en dc verwarmingsbuis bevindende tussenruimte met vloeibaar kooldioxyde gekoeld. Hierbij bevriest het zich in dat stuk van de verwarmingsbuis bevindende water en vormt een prop. Het is daardoor mogelijk de verwarmingsbuis in die zóne te scheiden, om bijvoorbeeld een nieuw buisstuk te plaatsen en in te lassen. Vervolgens wordt de manchet van de buis verwijderd, zodat de waterprop weer kan ontdooien.
De manchet bestaat uit twee losneembaar met elkaar te verbinden delen, een onderstuk 1 (fig. 1 tot 4) en een bovenstuk 2 (fig. 5 tot 8). Het onderstuk heeft een in doorsnede bij benadering halfcirkelvormig basislichaam 3, waarvan de ene rand 4 het gebied boven de andere rand 5 (fig. 2) ligt. Bij de randen 4, 5 verlopen over hun lengte recht. Het gedeeltelijk cilindrische, bij voorkeur ongeveer halfcilindrische basislichaam 3 is aan beide einden voorzien van een er haaks op verlopende rand 6, 7, die over hun lengte met voordeel constante hoogte heeft. Met deze in de richting van de krommingsas van het basislichaam 3 gerichte randen 6, 7 ligt het onderstuk 1 in de gebruikstoestand tegen de buis aan. Daardoor heeft de naar de buis toegekeerde bodem 8 van het basislichaam 3 afstand tot de buis.
Het basislichaam 3 bezit een aan de rand 5 aangebrachte en zich naar boven uitstrekkende lip 9, waarvan de breedte kleiner is dan de breedte van het basislichaam 3 (fig. 1) en waarin zich een doorsteekopening 10 bevindt voor een (niet weergegeven) schroefbout of een schroef, die in samenwerking met een erop geschroefde moer het onderstuk 1 losneembaar met het bovenstuk 2 verbindt. De doorsteekopening 10 is aan zijn van de rand 5 afgekeerde zijde voorzien van een verbreding 11, waarin de kop van de schroef of van de draadbout verzonken komt te liggen.
Het basislichaam 3 bezit aan de tegenoverliggende zijde op afstand van de rand 4 ter hoogte van de lip 9 aan de buitenzijde ervan nog een lip 12. Deze is eveneens smaller dan het basislichaam 3 (fig. 1) en bezit een doorsteekopening 13 met een verlaging 14.
De beide lippen 9, 12 zijn door twee verstijvings-ribben 15, 16 met elkaar verbonden, die over de buitenzijde van het basislichaam 3 verlopen en evenwijdig aan elkaar liggen (fig. 1). De beide verstijvingsribben 15, 16 liggen loodrecht op het basislichaam 3, zodat ze aan het onderstuk 1 een hoog weerstandsmoment tegen ombuigen verlenen. De verstijvingsribben 15, 16 liggen, zoals fig. 1 toont, ter hoogte van de zijranden 17, 18 en 19, 20 van de lippen 9 en 12. Ongeveer ter hoogte van de overgang van de lippen 9, 12 naar het basislichaam 3 hebben de verstij-vingsribben 15, 16 hun grootste hoogte (fig. 2), zodat de lippen in dit kritische bereik optimaal verstijfd worden. Er bestaat daardoor niet het gevaar dat de lippen ten opzichte van het basislichaam 3 gemakkelijk kunnen worden verbogen.
Ongeveer ter plaatse van de onderzijde 21 van de lip 9 waarin zich de verlaging 11 bevindt, is de binnenzijde 8 van het basislichaam 3 voorzien van een trede 22, die zich uitstrekt tussen de beide randen 6 en 7 van het basis-lichaam 3. Er dient op nog te beschrijven wijze als opleg-vlak voor het bovenstuk 2.
Het bovenstuk 2 heeft eveneens een gedeeltelijk cilindrisch basislichaam 23, dat zich evenals het basislichaam 3 over ongeveer 180° uitstrekt. Over de ene rand 24 van het basislichaam 23 steekt de tegenoverliggende rand 25. Beide randen 24, 25 zijn evenals de randen 4, 5 vlak uitgevoerd. Het basislichaam 23 wordt in asrichting begrensd door randen 26 en 27, die over hun lengte met voordeel gelijke hoogte hebben en zich uitstrekken tot aan de randen 24, 25 (fig. 6 en 7). De randen 26, 27 liggen loodrecht op de binnenzijde 28 van het basislichaam 23. Met de randen 26, 27 ligt het bovenstuk 2 bij gemonteerde manchet op de buis. Daardoor wordt tussen de binnenzijde 28 van het basislichaam 23 en de verwarmingsbuis een gedeeltelijk cilindrische tussenruimte gevormd, waarin het kooldioxyde kan worden ingebracht. Bovendien wordt door deze randen 26, 27 en ook door de randen 6, 7 van het onderstuk 1 een axiale begrenzing van de ruimte tussen het basislichaam 3, 23 en de verwarmingsbuis bereikt.
Aan de buitenzijde van het basislichaam 23 is ter hoogte van de rand 24 een lip 29 aangebracht, die een doorsteekopening 30 met een verbrede verlaging 31 in de onderzijde bezit.
Op afstand van de tegenovergelegen rand 25 van het basislichaam 23 steekt aan de buitenzijde daarvan nog een lip 32 uit, die ter hoogte van de lip 29 ligt en eveneens een doorsteekopening 33 bezit alsmede een verbrede verlaging 34 in de onderzijde. De lippen 29, 32 van het bovenstuk 2 zijn gelijk uitgevoerd als de lassen 9, 12 van het onderstuk 1. Omdat alle lippen de verlagingen 11, 14, 31, 34 bezitten, kunnen de koppen van de schroefbouten resp. schroeven alsmede de moeren verzonken in deze verlagingen worden aangebracht. Met voordeel zijn de verlagingen 11, 14, 31, 34 meerkantopeningen (fig. 1 en 5), zodat bijvoorbeeld de kop van de schroefbouten resp. van de schroef of de moer een overeenkomstig meerkantig profiel kan hebben.
Op die manier wordt een eenvoudige boring tegen verdraaien bij het op de buis spannen van de manchet bereikt.
De beide lippen 29, 32 zijn door twee verstijvings-ribben 35, 36 met elkaar verbonden, die zich loodrecht uitstrekken op de buitenzijde van het basislichaam 3 en evenwijdig liggen ter hoogte van de zijranden 37, 38 resp. 39, 40 van de lippen 29, 32. Zoals blijkt uit fig. 6 hebben de verstijvingsribben 35, 36 ongeveer ter plaatse van de overgang van de lippen 29, 32 naar het basislichaam 23 hun grootste hoogte. Op die manier zijn de lippen 29, 32 zo ondersteund dat niet het gevaar bestaat dat ze ten opzichte van het basislichaam 23 op ontoelaatbare wijze worden gebogen.
Het basislichaam 23 bezit op halve breedte een lengte een cilindrisch, naar buiten uitstekend aansluitstuk 41, waarop een (niet weergegeven) leiding kan worden gestoken, waarmee de manchet kan worden verbonden met een C02~fles. Via deze leiding en het aansluitstuk 41 wordt in de tussenruimte tussen de manchet en de buis het vloeibare kooldioxyde ingebracht. Het aansluitstuk 41 bevindt zich in het gebied tussen de beide verstijvingsribben 35, 36 en steekt daarboven uit.
Ter hoogte van de onderzijde 42 van de lip 29 waarin zich de verlaging 31 bevindt is de binnenwand 28 van het basislichaam 23 voorzien van een trede 43 (fig. 6 en 7) die zich uitstrekt tussen de beide randen 26 en 27 van het basislichaam. De trede 43 vormt een plat oplegvlak voor het onderstuk 2 bij gemonteerde manchet.
Omdat de beide delen 1, 2 volledig van elkaar losgenomen kunnen worden, laten ze zich gemakkelijk om de buis leggen. Het onderstuk 1 wordt met zijn steekdeel 44 (fig. 2) dat de uitstekende rand 4 bezit zo in het bovenstuk 2 gestoken dat de rand 4 van het onderstuk 1 op de trede 43 van het bovenstuk 2 komt te liggen (fig. 9). Op dezelfde manier steekt dan het steekdeel 45 van het bovenstuk 2 (fig. 6) dat de rand 25 bezit zo in het onderstuk 1 dat de rand 25 op de trede 22 (fig. 2 en 3) van het onderstuk 1 rust. Vervolgens worden de beide stukken 1, 2 door schroefbouten of schroeven en moeren, welke door de be- treffende lippen 9, 12, 29, 32 gestoken worden, ten opzichte van elkaar gespannen. Omdat de lippen gesteund worden door de verstijvingsribben 15, 16, 35, 36 worden de beide stukken 1, 2 beide over hun hele omtrek met de randen 6, 7, 26, 27 vast tegen de buis gespannen. De steekdelen 44, 45 zijn beide zo uitgevoerd dat ze met hun buitenzijden 46, 47 aanliggen tegen het op de trede 22 resp. 43 aansluitende oplegvlak 48, 49 van de respectieve delen 1, 2. Daardoor is gewaarborgd dat de in de ringvormige ruimte tussen de basislichamen 3, 23 en de verwarmingsbuis instromende vloeibare kooldioxyde slechts weinig naar buiten kan ontwijken. Daardoor kan de zich in de buis bevindende vloeistof op betrouwbare wijze en snel worden bevroren, zodat de reparatie aan de niet geledigde buis zonder moeite kan worden uitgevoerd.
Het onderstuk 1 en het bovenstuk 2 zijn met voordeel beide uit één stuk vervaardigd uit elastomeer materiaal. Onder elastomeer materiaal worden zowel kunststoffen verstaan als rubber. Als elastomere kunststoffen komen met voordeel thermoplastisch elastomere polyamiden (PA), zoals PA 12-copolymeren, polyether-blok-amide (PEBA) en dergelijke in aanmerking en thermoplastische poly(ether)ester-elastomeren, zoals die bijvoorbeeld bekend zijn onder de handelsnamen Riteflex, Pipiflex en dergelijke.
Mocht het vloeibare kooldioxyde met een te hoge druk in de ringvormige ruimte tussen het manchet en de buis worden ingevoerd, dan kan het elastomere materiaal door elastische vervorming meegeven, zodat niet het risico bestaat dat de manchet uit elkaar springt tot afzonderlijke delen.
Om het in stukken barsten van de manchet bij lage temperaturen en te hoge druk van het toe te voeren kooldioxyde te voorkomen, kan de manchet ook slechts aan de buitenzijde uit een elastisch materiaal bestaan resp. voorzien zijn van een bedekkingslaag van elastomeer materiaal, terwijl de overige delen van het onder- en van het bovenstuk 1, 2 kan bestaan uit een harder materiaal, zoals een thermoplast of een duroplast. Het elastomere materiaal dat dit hardere materiaal omgeeft voorkomt dat de uit harder materiaal bestaande delen van de manchet in stukken barsten tot afzonderlijke stukken.
Het is echter ook mogelijk zowel in het onderstuk 1 als het bovenstuk 2 als elastomeer materiaal steeds minstens één elastisch meegevend beschermingsdeel onder te brengen, zoals bijvoorbeeld een weefsel, een net of dergelijke. In dit geval kunnen het onderstuk 1 en het bovenstuk 2 uit een harder materiaal bestaan. Mocht de druk van het in te voeren kooldioxyde te hoog zijn, dan springt door het beschermingsdeel de manchet weer niet in afzonderlijke delen uiteen maar zet het beschermingsdeel zich uit. Speciaal wanneer dit beschermingsdeel weefsel of netvormig uitgevoerd is, kan een innige verbinding tussen dit beschermingsdeel en het overige materiaal van de manchet bereikt worden, zodat een hoge zekerheid tegen in stukken barsten gewaarborgd is.
Het weefsel of net kan bestaan uit textielmateriaal, uit scheurbestendige kunststof of zelfs uit metaal, dat in het onder- en het bovenstuk 1, 2 ingebed is.
Als elastomeer materiaal kunnen ook ingebedde draden uit scheurbestendig kunststof of metaal worden gebruikt, die zich met voordeel uitstrekken in omtreksrichting van het basislichaam 3, 23.
Tenslotte is het ook mogelijk het onder- en het bovenstuk 1, 2 uit elastomeer en rubber te vervaardigen. Door een geschikte menging van deze bestanddelen kan een uitstekende aanpassing aan elk geval van toepassing worden bereikt.

Claims (12)

1. Manchet voor een buisbevriezingstoestel, met een onder- en een bovenstuk, die door middel van minstens een vasthouddeel met elkaar verbonden zijn en waarvan er tenminste één voorzien is van een aansluiting voor een leiding voor de toevoer van een koudmakend medium, bij voorkeur vloeibaar kooldioxyde, met het kenmerk, dat het onder- en bovenstuk (1, 2) minstens gedeeltelijk uit een elastomeer materiaal bestaan.
2. Manchet volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het onder- en bovenstuk (1, 2) volledig uit elastomeer materiaal bestaan.
3. Manchet volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het elastomere materiaal een elastomeer is.
4. Manchet volgens één der conclusies 1 tot 3, met het kenmerk, dat het elastomere materiaal een thermoplastisch elastomeer polyamide is.
5. Manchet volgens één der conclusies 1 tot 3, met het kenmerk, dat het elastomere materiaal een thermoplastisch poly(ether)ester-elastomeer is.
6. Manchet volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het elastomere materiaal rubber is.
7. Manchet volgens één der conclusies 1 tot 6, met het kenmerk, dat het boven- en bovenstuk (1, 2) bestaan uit elastomeer en rubber.
8. Manchet volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het onder- en bovenstuk (1, 2) voorzien zijn van een bedekkingslaag van elastomeer materiaal.
9. Manchet volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat in het onder- en het bovenstuk (1, 2) als elastomeer materiaal een weefsel, een net of dergelijke ingebed is.
10. Manchet volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het weefsel bestaat uit textielmateriaal.
11. Manchet volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het weefsel bestaat uit tegen scheuren bestand zijnde kunststof.
12. Manchet volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het weefsel bestaat uit metaal.
NL9500467A 1994-03-10 1995-03-08 Manchet voor een bevriezingstoestel voor buizen. NL9500467A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE4408042 1994-03-10
DE4408042A DE4408042A1 (de) 1994-03-10 1994-03-10 Manschette für ein Rohreinfriergerät

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9500467A true NL9500467A (nl) 1995-10-02

Family

ID=6512388

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9500467A NL9500467A (nl) 1994-03-10 1995-03-08 Manchet voor een bevriezingstoestel voor buizen.

Country Status (4)

Country Link
CH (1) CH689646A5 (nl)
DE (1) DE4408042A1 (nl)
IT (1) IT1275873B1 (nl)
NL (1) NL9500467A (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DK9600169U3 (da) * 1996-05-15 1997-09-12 Loegstoer Roer A S System til afgrænsning af et fluidum samt anvendelse deraf.
DE102008044224A1 (de) 2008-12-01 2010-06-02 Evonik Degussa Gmbh Verwendung einer Zusammensetzung für den Kontakt mit überkritischen Medien

Also Published As

Publication number Publication date
ITMI950445A0 (it) 1995-03-08
CH689646A5 (de) 1999-07-30
IT1275873B1 (it) 1997-10-24
DE4408042A1 (de) 1995-09-14
ITMI950445A1 (it) 1996-09-08

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP2435284B1 (en) Top of rail foam bar
NL9500467A (nl) Manchet voor een bevriezingstoestel voor buizen.
US20090199588A1 (en) Refrigerator with a pressure-compensation valve
US20170174235A1 (en) Top of rail foam bar
CA2219637C (en) Piston for tank
US5844492A (en) Water leakage detection and gas shut-off device
US6752534B2 (en) Flange bearing having reinforced molded housing
US20080184507A1 (en) Scraping element for a pipeline pig
JP2004360838A (ja) 管継手
US20050051974A1 (en) Ball socket ring seal
ES2245145B1 (es) Disposicion de junta.
US3240518A (en) Joint assembly
CA2051550C (en) Protector for bore rods and pump rods
US7237944B2 (en) Scraped heat exchanger having blade with protective rest nub
JP2023533251A (ja) ベルトコンベア用クリーナ装置
KR102518611B1 (ko) 관 이음체
US5782504A (en) Rotatable water conduit couple for a pit gun
US605405A (en) dayis
RU2787624C2 (ru) Статор для одновинтовой машины
US342136A (en) Charles h
CN112771297B (zh) 管固定单元和用于将管固定至固定夹的方法
FR2752506A1 (fr) Piece rapportee d'amortissement, d'usure et de protection pour sabots d'equides
ES2907612T3 (es) Drenaje de agua y procedimiento de producción
US38650A (en) Improvement in draft-clip ties for carriages
US551193A (en) Daniel w

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BN A decision not to publish the application has become irrevocable