NL9401305A - Precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning voor toepassing bij een hoge-snelheidsvideobandduplicator. - Google Patents

Description

Precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning voor toepassing bij een hoge-snelheidsvideobandduplicator.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een precisie-bandlusinrichting voor toepassing bij een hoge-snelheidsvideobandduplicator. In het bijzonder is de bandlus-inrichting bedoeld voor gebruik met een hoge-snelheidscon-tactdrukduplicator van Sony, die soms wordt aangeduid met "Sprinter". De Sony Sprinter is een goed ontworpen, zeer bekende en op ruime schaal toegepaste videoduplicator. Deze kan banden dupliceren met tot 150 maal de werkelijke snelheid, en verschaft een alternatief voor het gebruik van honderden conventionele videobandrecorders voor het in werkelijke tijd reproduceren van banden. Een uitgebreid praktijkgebruik heeft echter een aantal nadelen aan het licht gebracht, dat samenhangt met de manier waarop de mastertape bij de Sony Sprinter wordt gehanteerd. Dit heeft met name te maken met de manier waarop de mastertape wordt gebruikt om de contactdruk van de signalen op de kopieband te bewerkstelligen.

Hoge-snelheidscontactdruk maakt gebruik van het feit, dat een kopie van een magnetische bandopname kan worden vervaardigd door het opgenomen oppervlak van de opname (de "master") in nauw contact te drukken met het niet gemagnetiseerde oppervlak van een kopieband, het uitoefenen van een wisselstroomveld met een bepaalde waarde op de samengevoegde banden, het geleidelijk gedurende vele cycli tot nul doen afnemen van het veld, en tenslotte het scheiden van de kopie van de master. De kopieband wordt als spiegelbeeldreplica van de master gemagnetiseerd. De Sony Sprinter werkt volgens dit principe. In het algemeen wordt een aandrijfband gebruikt om de mastertape en de kopieband door de druktrommel van de duplicator te drijven, alhoewel de Sony HSP 800 geen aandrijf-band gebruikt. Tevens maakt de Sony HSP 800 gebruik van een horizontale bandlus-opslag voor het opslaan van de mastertape.

Bij de Sony Sprinter wordt de mastertape vanaf een toevoerspoel op een opneemspoel gewikkeld wanneer een enkele kopie wordt gemaakt. Zoals in het voorgaande werd opgemerkt wordt deze kopie vervaardigd met 150 maal de werkelijke snelheid, of ongeveer 4,5 m/sec. Na elke passage van de mastertape moet deze echter vanaf de opneemspoel opnieuw op de toevoer-spoel worden gewikkeld. Vervolgens vindt het contactdrukproces opnieuw plaats. Aangezien tijdens het terugwikkelen geen kopiëren kan plaatsvinden wordt de effectieve kopieersnelheid van 150 maal de werkelijke snelheid tot ongeveer 80 maal de werkelijke snelheid gereduceerd.

Pogingen zijn ondernomen om het rendement te verhogen door een aantal kopieën van het te kopiëren programma op een enkele mastertape te plaatsen. Een 30 minuten durende video van 2,02 m/min zal bijvoorbeeld 60 meter videoband omvatten. Aangezien een masterspoel tot 400 meter band kan vasthouden kunnen zes kopieën van het programma achter elkaar op de enkele mastertape worden geplaatst. Dit heeft als gevolg dat de terugwikkeltijd aanzienlijk wordt gereduceerd, aangezien tussen het terugwikkelen zes kopieën kunnen worden gemaakt.

Deze praktijk kent echter ook bepaalde nadelen.

Op de eerste plaats is de mastertape veel langer en duurt het terugwikkelen van de mastertape per keer langer, zodat de besparing in terugwikkeltijd evenredig is met het aantal op de enkele mastertape aanwezige kopieën.

Op de tweede plaats is mastertape duur, in grootte-orde van $ 1/m, zodat de masteringskosten aanzienlijk toenemen .

Op de derde plaats kost het de masteringskamer zes maal zo veel tijd om een enkele mastertape voor te bereiden.

Op de vierde plaats kan een kwaliteitscontrole, omdat de mastertape zes kopieën bevat, niet op betrouwbare wijze worden uitgevoerd door het controleren van één kopie van het programma en het aannemen dat alle andere kopieën goed zijn. Aangezien ten minste één kopie van elk der programma's op de master moet worden gecontroleerd tijdens een kwaliteitscontrole worden de kosten van de kwaliteitscontrole aanzienlijk verhoogd.

Er bestaan ook andere problemen met betrekking tot het gebruik van een terugwikkelbare mastertape, ongeacht het aantal op de mastertape aanwezige programma's. Alhoewel in het algemeen inspanningen worden geleverd om voor het duplicatie-proces een schone omgeving te handhaven, vinden stof en andere kleine deeltjes telkens hun weg tot de mastertape tijdens het veelvuldige herhalen van het wikkelen en terugwikkele n van de mastertape. Bovendien bevat de kopieband tevens afval in de vorm van randdeeltjes, die ontstaan door het snijden van de band tot videobandbreedten, uitgaande van grotere breedten. Gewikkeld op een bandspoel (een zogenaamde "pannekoek") hechten deze randdeeltjes aan of worden zij opgesloten tussen de randen van de kopieband. Tijdens het gebruik van de conventionele Sony Sprinter wordt afval van de kopieband in het oppervlak van de mastertape gedrukt tijdens het contact, wanneer het dupliceren plaatsvindt. Dit veroorzaakt een indrukking of bobbel op de mastertape. Wanneer de mastertape tussen de kopieerstappen terug wordt gewikkeld drukken de vastpakwielen op de Sprinter-pers het afval in de mastertape. Deze indrukkingen en bobbels kunnen door de luchtdruk, die de mastertape in contact drukt met de kopieband, niet volledig worden weggedrukt. De zeer geringe spleet tussen de kopieband en de mastertape veroorzaakt een drop-out op de kopieband. Het aantal en de ernst van deze drop-outs neemt met het gebruik van de master toe, totdat de kwaliteit van de kopieband een niet acceptabel niveau bereikt en de mastertape moet worden vervangen. In feite slijt de mastertape, wanneer deze wordt gebruikt op een conventionele sprinter, niet, doch neemt deze af in kwaliteit tot aan het punt, waarop deze moet worden vervangen .

Het reinigen van de band bij de conventionele Sony Sprinter is eveneens gebrekkig. Gebruikelijk worden reini-gingsbanden toegepast voor het aangrijpen op de magnetische band en theoretisch stof en afval vanaf de mastertape te verwijderen. De conventionele Sony Sprinter past een afzonderlijke reinigingsband toe voor de kopieband, de mastertape en de aandrijfband. De reinigingsband is een "pluisloze" niet-geweven papierband, die is bedoeld om stof van het oppervlak van de te reinigen band te verwijderen zonder het bandopper-vlak te beschadigen. Het is echter bekend, dat elke reinigingsband, die in contact wordt gebracht met een ander oppervlak, enige slijtage zal veroorzaken, hoe gering deze ook moge zijn. Verder is vastgesteld, dat reinigingsbanden een statische elektrische lading kunnen opwekken in de band die wordt gereinigd, die in feite ervoor zorgt dat de zojuist gereinigde band dichtbij gelegen deeltjes aantrekt.

Deze nadelen van een in het overige subliem ontworpen duplicator worden geëlimineerd door het gebruik van een aparte inrichting, die wordt aangesloten op de Sprinter en die sommige functies daarvan vervangt. In het bijzonder is overeenkomstig de onderhavige uitvinding de aandrijfband achterwege gelaten, en wordt de mastertape niet langer op zichzelf gewikkeld tijdens het dupliceren en tijdens het terugwikkelen tussen de duplicatiestappen. Dit verhindert dat afval in het oppervlak van de mastertape wordt gedrukt.

Er is een verticale bandlus-opslag toegepast in de vorm van een "boom", zodat de mastertape volgens een eindloos proces door de duplicator beweegt. De Sprinter wordt slechts gestopt om de kopieband-pannekoeken te verwisselen. Spanning wordt verschaft door een servo-vacuümkolom die een gelijkmatige spanningscontrole verschaft, terwijl de vacuümlucht op hetzelfde moment stof vanaf het oppervlak van de mastertape en vanuit het omringende gebied verwijdert en toevoert aan een filter ter afvoer uit de omgeving.

In de bandlusopslag zijn luchtgeleidingen toegepast zodat de mastertape niet meer dan absoluut noodzakelijk door bewegende delen mechanisch wordt gemanipuleerd. De band drijft veeleer op een "drager" uit lucht. Deze lucht helpt tevens bij het verwijderen van stof en vervuilingen van de mastertape.

Bovendien wordt het gebruik van reinigingsbanden geëlimineerd en wordt geïoniseerde lucht op de band geblazen teneinde statische ladingen op de band te neutraliseren en stof en vervuilingen, die door statische ladingen op de band worden vastgehouden, los te maken. Het resultaat is, dat de Sprinter volgens de uitvinding in staat is om videobanden met een grotere netto-duplicatiesnelheid te dupliceren, terwijl tegelijkertijd de nuttige levensduur van de mastertape en de kwaliteit van de op de machine gedupliceerde banden worden verhoogd.

Derhalve beoogt de onderhavige uitvinding een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning voor toepassing bij een hoge-snelheidsvideobandduplicator te verschaffen.

Een andere doelstelling van de uitvinding is het verschaffen van een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning, die het gebruik van een aandrijfband voor het aandrijven van de kopieband en de mastertapes tijdens het dupliceren in een hoge-snelheidsvideobandduplicator elimineert .

Een andere doelstelling van de uitvinding is het verschaffen van een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning die de stap van het terugwikkelen van de mastertape na elke complete passage van de mastertape voorbij de druktrommel van de hoge-snelheidsvideobandduplicator elimineert.

Een andere doelstelling van de uitvinding is het verschaffen van een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning die een servo-vacuümspanningsbesturing van de mastertape van een hoge-snelheidsvideobandduplicator verschaft .

Een andere doelstelling van de uitvinding is het verschaffen van een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning die een vacuümspanningsbestuurde eindloze bandlusopslag verschaft voor toepassing met een hoge-snel-heidsvideobandduplicator.

Een andere doelstelling van de uitvinding is het verschaffen van een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning die middelen verschaft voor het automatisch laden van de mastertape van een hoge-snelheidsvideoband-duplicator in een verticale eindloze bandlus-opslag zonder het handmatig hanteren van de mastertape.

Een andere doelstelling van de uitvinding is het verschaffen van een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning voor een hoge-snelheidsvidoebandduplicator, die de mastertape reinigt zonder het gebruik van reinigings-banden.

Een andere doelstelling van de uitvinding is het verschaffen van een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning voor een hoge-snelheidsvideobandduplicator, die gebruik maakt van een wolk uit geïoniseerde deeltjes die zijn opgesloten in een bewegende luchtstroom ter neutralisering van statische ladingen op de mastertape en voor het wegblazen van door deze statische ladingen daarvoor op de band vastgehouden stof en vervuilingen.

Een andere doelstelling van de uitvinding is het verschaffen van een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning voor een hoge-snelheidsvideobandduplicator die gebruik maakt van luchtgeleidingen voor het manipuleren van de band door de bandlusopslag, zodat een mechanische manipulatie van de band wordt gereduceerd.

Deze en andere doelstellingen van de onderhavige uitvinding worden gerealiseerd door de toepassing van een preci-sie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning voor toepassing bij een hoge-snelheidsvideobandduplicator, met: master-tape-opslagmiddelen voor het verzamelen en opslaan van een lengte van een mastervideotape in eindloze lusvorm voor een herhaalde duplicatie op een kopieband, die door de videoband-duplicator wordt aangevoerd; duplicatorspanningsmiddelen om de mastertape met een bepaalde hoge constante spanning toe te voeren aan de videobandduplicator; en voorloopband-laadmidde-len voor het aan de mastertape lassen van een voorloopband en het gebruiken van de voorloopband om de mastertape in de mastertape-opslagmiddelen en in de videoduplicator te laden.

Overeenkomstig een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de uitvinding is de inrichting voorzien van opslagspanningsmiddelen om de mastertape met een bepaalde lage constante spanning toe te voeren aan de mastertape-opslagmiddelen.

Overeenkomstig een andere de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de uitvinding geldt, dat de videoduplicator een magnetische contactdrukinrichting met wisseistroomvoor-spanning is.

Overeenkomstig nog een andere de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de uitvinding is de inrichting voorzien van capstanmiddelen voor het met een constante snelheid aan de videoduplicator toevoeren van de mastertape.

Overeenkomstig een andere de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de uitvinding geldt, dat de duplicator-opslagmiddelen en de opslagspanningsmiddelen elk respectievelijke vacuümkolommen omvatten die door een onderdruk worden gevormd ter uitoefening van een bepaalde tegenhoudspanning op de mastertape in de betreffende vacuümkolom.

Overeenkomstig een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de uitvinding geldt, dat de voorloopband-laad-middelen bestaan uit: een mastertape-toevoerspoel voor het i toevoeren van de mastertape; een mastertape-opneemspoel voor het toevoeren van voorloopband voor het lassen aan het kopse uiteinde van de mastertape en voor het opnemen van de master-tape vanaf de mastertape-toevoerspoel; lasmiddelen voor het aan het kopse uiteinde van de mastertape lassen van de voorloopband; en terugwikkelspanningsmiddelen voor het besturen van de spanning van de mastertape wanneer deze wordt toegevoerd en opgenomen door de mastertape-toevoerspoel respectievelijk de mastertape-opneemspoelen.

Bij voorkeur geldt, dat de terugwikkelspanningsmiddelen een vacuümkolom omvatten, die wordt voorzien van een onderdruk om een bepaalde tegenhoudspanning op de mastertape in de vacuümkolom uit te oefenen.

Verder geldt bij voorkeur, dat de opslagmiddelen bestaan uit een boom voor een magnetische band in eindloze lusvorm met paren banddragers die worden gedragen door tegenover elkaar gelegen uiteinden van een aantal steunarmen.

Overeenkomstig een andere de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de uitvinding geldt, dat de banddragers bestaan uit microgas-poreuze gepoederde metalen draagsteunen, waarbij de opslagmiddelen een onder druk staande luchttoevoer omvatten voor het aan de gepoederde metalen draagsteunen toevoeren van onder druk staande lucht ter opwekking van een luchtkussen op het buitenoppervlak van de gepoederde metalen drager, dat een contactloze draagsteun vormt voor de mastertape wanneer deze door de opslagmiddelen passeert.

Overeenkomstig nog een andere de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de uitvinding is de inrichting voorzien van ioniseringsmiddelen voor het afgeven van een wolk uit geïoniseerde lucht op de mastertape, wanneer deze door de mastertape-opslagmiddelen passeert, voor het gelijktijdig neutraliseren van statische ladingen op het oppervlak van de mastertape en het van het oppervlak van de mastertape wegblazen van vervuilingen, die zijn aangetrokken door de statische ladingen.

Overeenkomstig nog een andere de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de uitvinding geldt, dat de duplicator-spanningsmiddelen een, in de bewegingsbaan van de mastertape gezien, stroomafwaarts van de ioniseringsmiddelen geplaatste vacuümkolom omvatten, welke vacuümkolom wordt voorzien van een onderdruk voor het uitoefenen van een bepaalde tegenhoudspan- ning op de mastertape in de vacuümkolom en voor het verwij-deren van qua spanning geneutraliseerde vervuiling van de mastertape, nadat de mastertape is gepasseerd door de wolk uit geïoniseerde lucht van de ioniseringsmiddelen.

Tenslotte geldt overeenkomstig een andere de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de uitvinding, dat de kenmerken van de inrichting volgens de uitvinding zijn gecombineerd met een hoge-snelheidsvideobandduplicator.

De uitvinding zal hierna nader worden toegelicht aan de hand van de tekening.

Fig. 1 toont een bekende Sony "Sprinter" hoge-snel-heidsvideobandduplicator; fig. 2 toont een schematisch stroomdiagram van een hoge-snelheidsduplicatieproces volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding; fig. 3 toont een vooraanzicht van een hoge-snelheids-videobandduplicator met een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning overeenkomstig een uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij de precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning zich in een eerste positie voor het laden van de mastertape bevindt; fig. 4 toont een vooraanzicht van een hoge-snelheids-videobandduplicator met een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij de precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning zich in een tweede positie voor het laden van de mastertape bevindt; fig. 5 toont een vooraanzicht van een hoge-snelheids-videobandduplicator met een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning overeenkomstig een uitvoeringsvorm van de uitvinding in de duplicatiestand; fig. 6 toont een perspectivisch aanzicht van de hoge-snelheidsvideobandduplicator en de precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning; fig. 7 toont een schematisch vooraanzicht van de contact drukinrichting van de hoge-snelheidsvideobandduplicator; fig. 8 toont op grotere schaal een gedeelte van de precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning overeenkomstig een uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarin de werking van de ioniseringsinrichting wordt getoond; fig. 9 toont een zijaanzicht van een lucht-band-draaggeleiding in de bandlusopslag; en fig. 10 toont een dwarsdoorsnede door de lucht-banddraaggeleiding volgens fig. 9.

Thans verwijzend naar de tekening is in fig. 1 een bekende Sony "Sprinter" hoge-snelheidsvideobandduplicator getoond. Teneinde verwarring met de beschrijving van de elementen van de uitvoeringsvormen volgens de uitvinding te vermijden, wordt een beschrijving van de bekende duplicator verschaft zonder verwijzingscijfers, doch met tekstlabels.

De Sony hoge-snelheidsduplicator bezit een kopieband-toevoerspoel en een kopieband-opneemspoel. De blanco kopieband van de kopieband-toevoerspoel wordt door een reeks regelaars en geleidingen geleid en naar een druktrommel, alwaar het opnemen door contactdruk plaatsvindt. De opgenomen kopieband passeert een volgende reeks spanningsregelaars en geleidingen en wordt op de kopieband-opneemspoel gewikkeld.

Een mastertapetoevoerspoel bevat de gespiegelde moeder-mastertape en geeft de mastertape af aan de druktrommel, alwaar dupliceren op basis van contactdrukken plaatsvindt . De opgenomen band wordt vervolgens afgegeven aan de mastertape-opneemspoel. Een aandrijfband-toevoer- en -opneem-spoel geeft een aandrijfband af aan de druktrommel. De aandrij fband wordt aangedreven en drijft zelf de mastertape en de kopieband aan, waardoor de spanning op de mastertape en de kopieband laag wordt gehouden.

Een significant kenmerk van de bekende Sony printer is de vereiste, dat de gespiegelde moeder-mastertape na elke passage van de gespiegelde moeder-mastertape voorbij de druktrommel, zoals in het voorgaande werd beschreven, wordt teruggewikkeld. Op overeenkomstige wijze moet de aandrijfband worden teruggewikkeld. Tevens vindt het reinigen plaats door het gebruik van een niet-geweven reinigingsband, die is opgenomen op reinigingsbandtoevoer- en -opneemrollen voor zowel de kopieband alsmede de gespiegelde moeder-mastertape. Een meer gedetailleerde beschrijving van het Sony "Sprinter" hoge-snelheidsduplicatiesysteem wordt verschaft in een publicatie van de Sony Corporation, gepubliceerd 1984, met de titel "Sony Sprinter High Speed Duplicating System".

Thans in het bijzonder verwijzend naar fig. 2 is een bandlusduplicator 10 overeenkomstig de onderhavige uitvinding weergegeven.

Voor het gemak zal de hoge-snelheidsvideobanddupli-cator met een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning 10 overeenkomstig de onderhavige uitvinding hierna worden aangeduid met "bandlusduplicator 10", en men dient zich te realiseren dat de aanduiding "bandlusduplicator" verwijst naar de combinatie van een gewijzigde Sony "Sprinter" hoge-snelheidsduplicator 11 met een bandlusopslaginrichting 12, zoals hierna zal worden beschreven.

Zoals is getoond in fig. 2 vormt de bandlusduplicator 10 een integraal gedeelte van een duplicatieproces, dat begint met een vooraf opgenomen 1 inch-mastertape 13 die wordt afgespeeld op een "C"-formaat mastervideobandrecorder (VTR) 14, van het 1 inch-type. Het afspeelsignaal wordt aan een gespiegelde moeder-VTR 15 toegevoerd, alwaar het signaal vanaf de VTR 14 wordt opgenomen op een blanco half-inch "gespiegelde moeder"-mastertape 16. De opgenomen gespiegelde moeder-mastertape 17, die ontstaat wanneer de blanco gespiegelde moeder-mastertape 16 wordt gemagnetiseerd met de signalen vanaf de VTR 14, wordt de "gespiegelde moeder"-mastertape genoemd, omdat het patroon op de band 16 wordt gereproduceerd als een spiegelbeeld van de mastertape 13 en van de uiteindelijke opnamen, die vanaf de gespiegelde moeder-mastertape 17 zullen worden gedupliceerd. Dit is een vereiste, aangezien tijdens het dupliceren de met metaal gecoate zijde van de tape, die het videosignaal bevat, in aanraking moet worden gebracht met de gecoate zijde van de kopieband. Deze procedures zijn conventioneel en worden bij het conventionele gebruik van de Sony Sprinter toegepast.

Teneinde zijn magnetisme tijdens vele meervoudige duplicatiepassages vast te houden, is de opgenomen gespiegelde moeder-mastertape 17 (hierna aangeduid met "mastertape 17") een speciale metaalband met hoge coërcitie, zoals een Sony V-1/2M-4M metaalband. De opgenomen mastertape 17 wordt vervolgens in een bandlusopslag 12 geladen en door de Sony "Sprinter" hoge-snelheidsdrukker 11 gevlochten met zijn gecoate oppervlak in nauw contact met het gecoate oppervlak van een blanco kopieband 19, die op een pannekoek is gewik- keld. Het kopiëren vindt plaats door contactdrukken ter plaatse van een druktrommel 20, zoals hierna in detail wordt toegelicht onder verwijzing naar fig. 6.

De opgenomen videoband 21 wordt op een kopieband-opneempannekoek gewikkeld. Wanneer een complete pannekoek uit opgenomen videoband 21 is gedupliceerd, wordt deze verwijderd en overgebracht naar een videocassettelader 22, alwaar gedeelten van de opgenomen videotape 21 in lege videocassettes 23 worden geladen, hetgeen resulteert in videobandcassettes 24 met het gekopieerde programma.

Thans verwijzend naar fig. 2 omvat de hoge-snelheids-duplicator 11 een gewijzigde Sony "Sprinter". De Sony Sprinter is zodanig gewijzigd, dat het gebruik op conventionele wijze weer kan worden hervat wanneer de bedienende persoon dat wenselijk acht. In het algemeen is de vereiste van een aandrijf-band voor het door de sprinter aandrijven van de mastertape en de kopieband in zijn geheel geëlimineerd. In de gewijzigde vorm bezit de hoge-snelheidsduplicator 11 een kopieband-toevoerspoel 30 en een kopieband-opneemspoel 31. De blanco kopieband 19 wordt door een reeks regelaars en geleidingen 32 geleid en naar een druktrommel 33, alwaar het opnemen door contactdrukken plaatsvindt. De opgenomen kopieband 21 passeert door een volgende reeks spanningsregelaars en geleidingen 34 en wordt op de kopieband-opneemspoel 31 gewikkeld.

De hoge-snelheidsduplicator 11 behoudt de mastertape-toevoer- en -opneemspoelen 35 en 36, de aandrijfbandtoevoer-en -opneemspoelen 37 en 39 en de hoofd-capstan/aandrukrol 40 van de bekende Sony Sprinter, alhoewel deze niet worden gebruikt, zodat, zoals in het voorgaande werd opgemerkt, de hoge-snelheidsduplicator 11, indien noodzakelijk, kan worden omgeschakeld op conventioneel gebruik.

Het gebruik van de hoge-snelheidsduplicator 11 wordt aanzienlijk verbeterd door het gebruik van een bandlusopslag-inrichting 12, die een precieze spanningsbesturing tijdens het dupliceren verschaft, een geautomatiseerd aanrakingsvrij laden van de mastertape en andere hierna te noemen voordelen. De bandlusopslaginrichting 12 is opgenomen in een kast 50, die een krachtvoorzieningsuitrusting, besturingsorganen, motoren en een luchtbehandelingsuitrusting aan de binnenzijde bevat, en bezit op het voorpaneel gemonteerd, zoals getoond, de bedieningselementen die samenwerken met de hoge-snelheids-duplicator 11. Deze elementen zijn een bibliotheek-toevoer-spoel 51 en een bibliotheek-opneemspoel 52. De spoelen 51 en 52 worden gebruikt voor het aan de mastertape lassen van een voorloopbandgedeelte, waarna de voorloopband wordt gebruikt om de mastertape te laden voor duplicatie. De voorloopband kan eenvoudig met de hand worden geladen, aangezien het niet uit-maakt of deze wordt aangeraakt. Dit voorkomt een handmatige aanraking van de mastertape, hetgeen drop-outs zal veroorzaken alwaar het contact plaatsvindt. De voorloopbandspoel wordt op de mastertape-opneemspoel 52 geplaatst en via de vacuümkolom 80 teruggewikkeld op de bibliotheek-masterspoel 51. De voorloopband wordt met de hand door een bandlusopslag 55 gevlochten, die als een "boom" is gevormd, en die twee stellen zich buitenwaarts uitstrekkende armen 56a-d en 56a-d bezit. Deze stellen armen 56a-d en 57a-d zijn op steunen 58 respectievelijk 59 bevestigd, die ten opzichte van elkaar beweegbaar zijn, dat wil zeggen dat zij uit elkaar of naar elkaar toe bewegen teneinde zich aan te passen aan een bepaalde lengte van de band. Elk der armen 56a-d en 57a-d bezit verdelers 60 (zie fig. 7) zodat zeven bandwikkelingen over elk der armen 56a-d en 57a-d kunnen passeren. Derhalve kan de bandlusopslag 55 zeven maal vier, of 28 maal de lengte tussen de twee stellen armen opnemen.

Thans verwijzend naar fig. 4 verbreedt de "boom" zich, dat wil zeggen dat de steunen 58 en 59 uiteen bewegen, wanneer dit nodig is om zich aan te passen aan de lengte van de mastertape.

De "boom"-steunen 58 en 59 worden naar elkaar toe bewogen wanneer de invlechtbewerking begint. Wanneer de steunen 58 en 59 hun minimale onderlinge afstand bereiken wordt de voorloopband met de hand door de bandlusduplicator 10 geregen, door de bandlusopslag, door een vacuümkolom 61, door de band-baan van de hoge-snelheidsduplicator 11, voorbij de drukrol 40, door een vacuümkolom 62 en terug door de lasblokken van de lasser 54. De te dupliceren mastertape wordt op de spoel 52 geplaatst en teruggewikkeld op de spoel 51. Het kopse uiteinde van de mastertape wordt ter plaatse van de lasser 54 vast-gelast aan het achterste uiteinde van de voorloopband, door middel van een lasinrichting 54 van een bekend type, zoals de lasser van de aanvragers, die is beschreven in de Amerikaanse octrooischriften 4.475.970, 4.478.674 en 4.551.190. Een lege spoel wordt op de opneemspoel 52 geplaatst. De voorloopband wordt door de capstan/aandrukrol 40 door de bandlusduplicator 10 getrokken. De voorloopband wordt opgenomen op de biblio-theek-mastertape-opneemspoel 52. Wanneer het kopse uiteinde van de mastertape de bandlusduplicator 10 heeft doorlopen en opnieuw arriveert ter plaatse van de lasser 54 stopt de opneemspoel 52 met roteren.

Een vacuümvasthoudblok, dat deel uitmaakt van de lasser 54, houdt het kopse uiteinde van de mastertape vast. De boom wordt uiteenbewogen en de mastertape-toevoerspoel begint te roteren totdat het achterste uiteinde van de mastertape vanaf de mastertape-toevoerspoel 51 arriveert ter plaatse van het lasblok 54. Het kopse uiteinde van de mastertape wordt vastgelast aan het achterste uiteinde van de mastertape, en het dupliceren kan beginnen.

De op juiste wijze geladen mastertape is getoond in fig. 5, en is gereed voor het begin van het dupliceren. Een perspectivisch aanzicht van de bandlusduplicator 10, waarin duidelijker de verschillende lengten van de band op de band-lusopslaginrichting 12 zichtbaar zijn, is getoond in fig. 6.

Zoals in het voorgaande werd opgemerkt, passeert de mastertape twee vacuümkolommen. De vacuümkolom 61 verschaft een constante tegenhoudspanning voor de druktrommel 33 en de capstan/aandrukrol 40 wanneer de mastertape met hoge snelheid door de bandlusduplicator 10 wordt getrokken. Een (niet getoonde) servobesturing registreert veranderingen in de positie van de master binnen de vacuümkolom 61, die worden veroorzaakt door veranderingen in de band en zendt een signaal, dat reageert op de positieverandering van de band in de vacuümkolom, naar een capstanmotor 65. De capstanmotor 65 verandert zijn snelheid voldoende om de positie van de band in de vacuümkolom 61 op een relatief constant niveau te handhaven. Het registreren kan plaatsvinden door middel van een vacuümsleuf, door een ultrasone nabijheidsindicator of een reeks foto-optische sensoren. Deze vacuümkolom wordt volledig beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 4.656.530 op naam van aanvragers, in het bijzonder kolom 5, regel 62 tot kolom 7 regel 65 en in de fig. 2-8. Een spanning in het bereik van 60- 90 gram verschaft een juiste spanning op de band wanneer deze door de hoge-snelheidsduplicator 11 wordt getrokken.

De vacuümkolom 62 verschaft een constante toevoer-spanning voor het elimineren van een speling in de band, die de capstan/aandrukrol 40 verlaat en voor het verschaffen van een zeer lage spanning, in het bereik van 20 gram, in de mastertape wanneer deze de bandlusopslaginrichting 12 binnentreedt. De capstan/aandrukrol 40, die fungeert als capstan-aandrijving, handhaaft een relatief constante snelheid tijdens het duplicatieproces.

Thans verwijzend naar fig. 7 omvat de druktrommel 33 een roterende aangedreven overdrachtstrommel 70 langs welke de mastertape en de kopieband met hoge snelheid passeren. Het metalen, signaaldragende oppervlak van de mastertape en de met oxide gecoate zijde van de kopieband worden tegen elkaar aanliggend over de overdrachtstrommel 70 gevoerd. Een kop 71 voor een magnetisch overdrachtsveld brengt een externe hoge frequent ie - overdr acht svoor spanning aan op de mastertape en de kopieband. In deze omgeving worden CTL-, audio- en videosignalen met hoge dichtheid vanaf de mastertape met hoge snelheid overgedragen aan de kopieband.

De kop 71 voor een magnetisch veld ligt in een lucht-kamer 72, die lucht met hoge druk tegen de mastertape blaast, waardoor deze en de daaronder gelegen kopieband tegen de overdrachtstrommel 70 worden gedrukt, en een nauw contact tussen de mastertape en de kopieband wordt gehandhaafd. Aangezien de het magnetische signaal vasthoudende lagen van de mastertape en de kopieband tijdens de signaaloverdracht tegen elkaar aan-liggen wordt het gespiegeld beeld op de mastertape in juiste afspeeloriëntatie op de kopieband overgedragen.

Thans verwijzend naar fig. 8 zijn ioniseringsmiddelen 75 toegepast voor het afgeven van een wolk uit geïoniseerde lucht op de mastertape, wanneer deze passeert door de bandlus-duplicator 10, welke wolk tegelijkertijd statische ladingen op het oppervlak van de mastertape neutraliseert en door de statische ladingen aangetrokken vervuilingen van het oppervlak van de mastertape wegblaast.

Het tapemateriaal bevat in het algemeen een gelijk aantal positieve en negatieve ladingen en is elektrisch gebalanceerd. In een dergelijke toestand is de band "neutraal" en trekt geen stof aan. Wrijving, zoals opgewekt door het passeren van de mastertape over diverse geleidingen, rollen en dergelijke, veroorzaakt echter een statische toestand op de tape die ervoor zorgt dat deze in feite vervuilingen uit de omgevende lucht en vanaf oppervlakken, waarmee de mastertape in aanraking komt, aantrekt.

De conventionele Sony Sprinter verschaft een afzonderlijke reinigingsband voor de kopieband, de mastertape en de aandrijfband. De reinigingsband is een "pluisloze" niet-geweven papieren band, die is bedoeld om stof vanaf het oppervlak van de te reinigen band te verwijderen zonder het band-oppervlak te beschadigen. Het is echter bekend, dat elke in contact met een ander oppervlak gebrachte reinigingstape enige slijtage zal veroorzaken, hoe gering deze ook is. Bovendien kunnen reinigingsbanden een statische elektrische lading in de te reinigen band vormen, die ervoor zorgt dat de zojuist gereinigde band nabijgelegen deeltjes aantrekt.

Dit probleem wordt opgelost door het verschaffen van ioniseringsmiddelen 75 die een ventilator 76 omvatten welke een stroom van onder druk staande lucht naar een ioniserings-staaf 77 voert, alwaar de stroom wordt geïoniseerd door een emissiepunt of -punten. De ventilator werkt volgens het "coanda"-effect, waarbij een kleine hoeveelheid sterk gecomprimeerde lucht wordt gebruikt om een groot volume omringende lucht mee te nemen. Zoals getoond in fig. 5 zijn de ioniseringsmiddelen 75 in de bandlusopslaginrichting 12 onmiddellijk boven de bovenste ondersteuning 58 geplaatst en dicht bij de lokatie, waar de bovenste armen 56a-d en 57a-d zijn gepositioneerd tijdens het duplicatieproces. Zie fig. 5.

De geïoniseerde stroming stroomt tegen de mastertape wanneer deze de bandlusopslaginrichting 12 passeert, waardoor de statische ladingen in de mastertape worden geneutraliseerd en de aantrekkende kracht tussen de aan de mastertape hechtende stofdeeltjes en de mastertape zelf worden opgeheven. Men dient op de merken, dat er geen uitwendig contact is met de mastertape. Zoals eveneens in fig. 5 is getoond passeert de mastertape, onmiddellijk nadat deze de arm 57 heeft verlaten, een vacuümkolom 61, alwaar een onderdruk wordt uitgeoefend op het oppervlak van de mastertape. Zie de voorgaande beschrij-ving. Aldus worden alle deeltjes, die los op het oppervlak van de tape liggen, eenvoudig van de mastertape weggezogen door de aantrekkende kracht van de lucht in de vacuümkolom 61. Dit resulteert in een zeer schone mastertape en dit vermijdt een afname van de kwaliteit van de mastertape.

Thans verwijzend naar de fig. 9 en 10 ondersteunen de armen 56a-d en 57a-d de mastertape op een kussen uit onder hoge druk staande lucht en fungeren deze als "luchtgeleidin-gen". Dit wordt bewerkstelligd door het vervaardigen van de armen 56a-d en 57a-d uit gesinterd metaal met een nominale porie-afmeting van bij benadering 2-5 micron, hetgeen betekent dat 2-5 micron de grootste afmeting is van de deeltjes, die door de poriën kunnen passeren.

Een lage druk bezittende lucht wordt niet gebruikt, omdat een lage druk bezittende, met groot volume uitstromende lucht ertoe neigt de band te laten fladderen, en vanwege het hoge luchtgebruik. Grote gaten worden niet gebruikt als luchtuitlaten, dit met het oog op een onregelmatige bandgeleiding en een hoog luchtgebruik. In feite vormen de armen 56a-d en 57a-d een soort pneumatische besproeiing, hetgeen een zeer uniform platform voor het ondersteunen van de mastertape verschaft, in het bijzonder aangezien de vacuümkolom 62 de bandspanning effectief verlaagt tot de zeer lage waarde van 20 gram, zonder speling of zijdelingse bandverplaatsing. Het gebruik van de armen 56a-d en 57a-d reduceert grotendeels bandslijtage, verhindert een banduitwijking en randbescha-digingen veroorzaakt door het gebruik van kroonrollen. Bovendien zal de onder hoge druk staande lucht tegen het mastertape -oppervlak enige der deeltjes, die door statische elektriciteit door het bandoppervlak zijn aangetrokken losmaken en/of wegblazen totdat de band door de ioniseringsmiddelen 75, overeenkomstig hetgeen is beschreven, wordt geneutraliseerd.

Een (niet getoond) luchtopslagmiddel verschaft lucht met hoge druk en klein volume (69 kPa bij 0,57 1/min) aan de armen 56a-d en 57a-d via een verdeelstuk in de steunen 58 en 59. Een olieloze schoepenpomp wordt gebruikt aangezien olie (hetzij van vingerafdrukken, pompolie of andere oorsprong) de mastertape snel nutteloos zal maken.

Wanneer het dupliceren voltooid is wordt de mastertape verwijderd door het kopse uiteinde van de mastertape aan een kort gedeelte van de voorloopband te lassen, welke op de mastertape-toevoerspoel 52 is gewikkeld. Het achterste uiteinde van de mastertape wordt vastgelast aan een lang gedeelte van de voorloopband, dat is opgewikkeld op de mastertape-toevoerspoel 51. De mastertape wordt op de bibliotheek-opneem-spoel 52 gewikkeld totdat de voorloopband wordt bereikt.

In het voorgaande werd een precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning voor toepassing bij een hoge-snelheidsvideobandduplicator beschreven. Opgemerkt wordt, dat de uitvinding niet beperkt is tot de in het voorgaande beschreven uitvoeringsvormen, die binnen het kader der uitvinding op velerlei wijze kunnen worden gevarieerd.

Claims (12)

1. Precisie-bandlusinrichting met gecontroleerde spanning voor toepassing bij een hoge-snelheidsvideoband-duplicator, met: (a) mastertape-opslagmiddelen voor het verzamelen en opslaan van een lengte van een mastervideotape in eindloze lusvorm voor een herhaalde duplicatie op een kopieband, die door de videobandduplicator wordt aangevoerd; (b) duplicatorspanningsmiddelen om de mastertape met een bepaalde hoge constante spanning toe te voeren aan de videobandduplicator; en (c) voorloopband-laadmiddelen voor het aan de mastertape lassen van een voorloopband en het gebruiken van de voor-loopband om de mastertape in de mastertape-opslagmiddelen en in de videoduplicator te laden.

2. Inrichting volgens conclusie 1, voorzien van opslagspanningsmiddelen om de mastertape met een bepaalde lage constante spanning toe te voeren aan de mastertape-opslagmiddelen.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de videoduplicator een magnetische contactdrukinrichting met wisselstroomvoorspanning is.

4. Inrichting volgens één der conclusies 1-3, voorzien van capstanmiddelen voor het met een constante snelheid aan de videoduplicator toevoeren van de mastertape.

5. Inrichting volgens één der conclusies 1-4, waarbij de duplicatoropslagmiddelen en de opslagspanningsmiddelen elk respectievelijke vacuümkolommen omvatten die door een onderdruk worden gevormd ter uitoefening van een bepaalde tegen-houdspanning op de mastertape in de betreffende vacuümkolom.

6. Inrichting volgens één der conclusies 1-5, waarbij de voorloopband-laadmiddelen bestaan uit: (a) een mastertape-toevoerspoel voor het toevoeren van de mastertape; (b) een mastertape-opneemspoel voor het toevoeren van voorloopband voor het lassen aan het kopse uiteinde van de mastertape en voor het opnemen van de mastertape vanaf de mastertape-toevoerspoel; (c) lasmiddelen voor het aan het kopse uiteinde van de mastertape lassen van de voorloopband; en (d) terugwikkelspanningsmiddelen voor het besturen van de spanning van de mastertape wanneer deze wordt toegevoerd en opgenomen door de mastertape-toevoerspoel respectievelijk de mastertape-opneemspoelen.

7. Inrichting volgens conclusie 6, waarbij de terugwikkelspanningsmiddelen een vacuümkolom omvatten, die wordt voorzien van een onderdruk om een bepaalde tegenhoudspanning op de mastertape in de vacuümkolom uit te oefenen.

8. Inrichting volgens één der conclusies 1-7, waarbij de opslagmiddelen bestaan uit een boom voor een magnetische band in eindloze lusvorm met paren banddragers die worden gedragen door tegenover elkaar gelegen uiteinden van een aantal steunarmen.

9. Inrichting volgens conclusie 8, waarbij de banddragers bestaan uit microgas-poreuze gepoederde metalen draag-steunen, waarbij de opslagmiddelen een onder druk staande luchttoevoer omvatten voor het aan de gepoederde metalen draagsteunen toevoeren van onder druk staande lucht ter opwekking van een luchtkussen op het buitenoppervlak van de gepoederde metalen drager, dat een contactloze draagsteun vormt voor de mastertape wanneer deze door de opslagmiddelen passeert.

10. Inrichting volgens één der conclusies 1-9, voorzien van ioniseringsmiddelen voor het afgeven van een wolk uit geïoniseerde lucht op de mastertape, wanneer deze door de mastertape-opslagmiddelen passeert, voor het gelijktijdig neutraliseren van statische ladingen op het oppervlak van de mastertape en het van het oppervlak van de mastertape wegblazen van vervuilingen, die zijn aangetrokken door de statische ladingen.

11. Inrichting volgens conclusie 10, waarbij de duplicatorspanningsmiddelen een, in de bewegingsbaan van de mastertape gezien, stroomafwaarts van de ioniseringsmiddelen geplaatste vacuümkolom omvatten, welke vacuümkolom wordt voorzien van een onderdruk voor het uitoefenen van een bepaalde tegenhoudspanning op de mastertape in de vacuümkolom en voor het verwijderen van qua spanning geneutraliseerde vervuiling van de mastertape, nadat de mastertape is gepas- seerd door de wolk uit geïoniseerde lucht van de ioniserings-middelen.

12. Hoge-snelheidsvideobandduplicator, voorzien van een inrichting volgens één der voorgaande conclusies.