NL9400750A - Koppelinrichting voor het koppelen van een terminal met een genereerinrichting, systeem en werkwijzen. - Google Patents
Koppelinrichting voor het koppelen van een terminal met een genereerinrichting, systeem en werkwijzen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL9400750A NL9400750A NL9400750A NL9400750A NL9400750A NL 9400750 A NL9400750 A NL 9400750A NL 9400750 A NL9400750 A NL 9400750A NL 9400750 A NL9400750 A NL 9400750A NL 9400750 A NL9400750 A NL 9400750A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- signal
- coupling device
- coded
- terminal
- generating
- Prior art date
Links
Classifications
-
- H—ELECTRICITY
- H04—ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
- H04N—PICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
- H04N7/00—Television systems
- H04N7/14—Systems for two-way working
- H04N7/141—Systems for two-way working between two video terminals, e.g. videophone
- H04N7/148—Interfacing a video terminal to a particular transmission medium, e.g. ISDN
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Computer Networks & Wireless Communication (AREA)
- Multimedia (AREA)
- Signal Processing (AREA)
- Mobile Radio Communication Systems (AREA)
- Telephonic Communication Services (AREA)
- Two-Way Televisions, Distribution Of Moving Picture Or The Like (AREA)
- Data Exchanges In Wide-Area Networks (AREA)
Description
Koppelinrichting voor het koppelen van een terminal met een genereerinrichting, systeem en werkwijzen A Achtergrond van de uitvinding
De uitvinding betreft een koppelinrichting voor het koppelen van een terminal, zoals bijvoorbeeld een beeldtelefoon, met genereermiddelen voor het ten minste genereren van een eerste, op een eerste wijze gecodeerd signaal en een tweede, op een tweede wijze gecodeerd signaal, welke koppelinrichting is voorzien van - eerste middelen voor het detecteren van ten minste één zich in een van de terminal afkomstig signaal bevindend codewoord, en - met de eerste middelen gekoppelde tweede middelen voor het in responsie op ten minste een gedetecteerd codewoord genereren van een stuursignaal.
Een dergelijke koppelinrichting is van algemene bekendheid, en betreft bijvoorbeeld een gedeelte van een verdere beeldtelefoon, in welk geval de genereermiddelen worden gevormd door een ander gedeelte van deze verdere beeldtelefoon. Het gedeelte van deze verdere beeldtelefoon dat de koppelinrichting vormt omvat een zogenaamde H-221 unit (de eerste middelen) die (in ene richting) ten minste één zich in een van de terminal afkomstig signaal bevindend codewoord detecteert en omvat een zogenaamde H-242 unit (de tweede middelen) die in responsie op het van de H-221 unit afkomstige en aan de H-242 unit toegevoerde gedetecteerde codewoord een stuursignaal genereert. Het andere gedeelte van deze verdere beeldtelefoon dat de genereermiddelen vormt omvat een zogenaamde H-261 unit en een videosignaalbron, zoals bijvoorbeeld een camera. De H-261 unit codeert een van de videosignaalbron afkomstig videosignaal op een bepaalde wijze in afhankelijkheid van het van de H-242 unit afkomstige stuursignaal, en genereert dus ten minste hetzij een eerste, op een eerste wijze gecodeerd videosignaal hetzij een tweede, op een tweede wijze gecodeerd videosignaal, waarna het op voor de terminal juiste wijze gecodeerde videosignaal aan de H-221 unit wordt toegevoerd, die (in andere richting) ten minste één verder codewoord in dit van de genereermiddelen afkomstige en voor de terminal bestemde gecodeerde videosignaal invoegt.
Deze bekende koppelinrichting heeft onder meer het nadeel, dat ze met name ontworpen is voor één-op-één-coramunicatie, met andere woorden dat ze als onderdeel van een beeldtelefoon uitsluitend de mogelijkheid biedt van communicatie met één andere beeldtelefoon.
B Samenvatting van de uitvinding
De uitvinding stelt zich onder meer ten doel een koppelinrichting van de in de aanhef vermelde soort te verschaffen die de mogelijkheid biedt van toepassing in een zogenaamde multicast omgeving.
De koppelinrichting volgens de uitvinding heeft daartoe het kenmerk, dat de koppelinrichting is voorzien van met de eerste middelen en met de tweede middelen gekoppelde omschakelmiddelen voor het ten minste ontvangen van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal en voor het in responsie op ten minste een stuursignaal toevoeren van ten minste een van de genereermiddelen afkomstig gecodeerd signaal via de omschakelmiddelen aan de eerste middelen.
Doordat de omschakelmiddelen zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde videosignaal ontvangen, dat afkomstig is van een eerste, met een videosignaalbron gekoppelde H-261 unit, als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde videosignaal ontvangen, dat afkomstig is van een tweede, met dezelfde videosignaalbron gekoppelde H-261 unit, en door in responsie op het stuursignaal één dezer gecodeerde signalen toe te voeren aan de H-221 unit, wordt een koppelinrichting verkregen die goed toepasbaar is in een multicast omgeving. Weliswaar is er nog steeds één koppelinrichting per terminal noodzakelijk aanwezig, echter door toepassing van de omschakelmiddelen wordt het aantal benodigde H-261 units sterk gereduceerd, en wel tot het aantal dat gelijk is aan het aantal verschillende mogelijke terminalvideostandaarden en/of terminalvideostandaardmodes. Door toepassing van de koppelinrichting volgens de uitvinding kunnen duizenden terminals die elk bijvoorbeeld op één der drie verschillende terminalvideostandaarden en/of terminalvideostandaardmodes zijn gebaseerd met één en dezelfde videosignaalbron worden gekoppeld, waarbij weliswaar per terminal een koppelinrichting benodigd is, doch slechts drie H-261 units benodigd zijn. Zouden bekende koppelinrichtingen worden toegepast, dan zouden in het eerder genoemde voorbeeld per terminal zowel een koppelinrichting als een H-261 unit benodigd zijn geweest. Doordat een H-261 unit zeer vele malen duurder is dan de omschakelmiddelen, levert de koppelinrichting volgens de uitvinding groot economisch voordeel.
De uitvinding is onder meer gebaseerd op het inzicht, dat terminals zoals de huidige beeldtelefoons op verschillende terminalvideostandaarden en/of terminalvideostandaardmodes zijn gebaseerd, en dat in een multicast omgeving het van één en dezelfde videosignaalbron afkomstige videosignaal slechts éénmaal per terminalvideostandaard en/of terminalvideostandaardmode gecodeerd behoeft te worden, in tegenstelling tot het conventionele éénmaal per terminal coderen van dit videosignaal. De uitvinding lost het probleem op van het op efficiënte wijze gebruiken van op verschillende terminalvideostandaarden en/of terminalvideostandaardmodes en terminalaudiostandaarden gebaseerde terminals in een multicast omgeving.
Een eerste uitvoeringsvorm van de koppelinrichting volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de koppelinrichting is voorzien van derde middelen voor het ontvangen van een van verdere genereermiddelen afkomstig verder signaal en voor het toevoeren van dit verdere signaal aan de eerste middelen.
De verdere genereermiddelen vormen bijvoorbeeld een weer ander gedeelte van de verdere beeldtelefoon en omvatten een audiocodeerunit en een audiosignaalbron, zoals bijvoorbeeld een microfoon. De audiocodeerunit codeert een van de audiosignaalbron afkomstig audiosignaal, en genereert dus het verdere signaal, dat aan de H-221 unit wordt toegevoerd. In dit geval is er een directe koppeling (de derde middelen) aanwezig tussen de H-221 unit en de audiocodeerunit, en is er sprake van één terminalaudiostandaard, waarbij in een multicast omgeving het van één en dezelfde audiosignaalbron afkomstige audiosignaal slechts éénmaal per terminalaudiostandaard gecodeerd behoeft te worden, in tegenstelling tot het conventionele éénmaal per terminal coderen van dit audiosignaal.
Een tweede uitvoeringsvorm van de koppelinrichting volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de derde middelen met de eerste middelen en met de tweede middelen gekoppelde verdere omschakelmiddelen omvatten voor het ten minste ontvangen van zowel een van de verdere genereermiddelen afkomstig eerste, op een eerste wijze gecodeerd verder signaal en een van de verdere genereermiddelen afkomstig tweede, op een tweede wijze gecodeerd verder signaal en voor het in responsie op ten minste een van de tweede middelen afkomstig verder stuursignaal toevoeren van ten minste een van de verdere genereermiddelen afkomstig gecodeerd verder signaal via de verdere omschakelmiddelen aan de eerste middelen.
Doordat de verdere omschakelmiddelen zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde audiosignaal ontvangen, dat afkomstig is van een eerste, met een audiosignaalbron gekoppelde G-711 unit, als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde audiosignaal ontvangen, dat afkomstig is van een tweede, met dezelfde audiosignaalbron gekoppelde G-722 unit, en door in responsie op het verdere stuursignaal één dezer gecodeerde verdere signalen toe te voeren aan de H-221 unit, wordt een koppelinrichting verkregen die weer beter toepasbaar is in een multicast omgeving. Weliswaar is er nog steeds één koppelinrichting per terminal noodzakelijk aanwezig, echter door toepassing van de verdere omschakelmiddelen wordt het aantal benodigde audiocodeerunits sterk gereduceerd, en wel tot het aantal dat gelijk is aan het aantal verschillende mogelijke terminalaudiostandaarden. Door toepassing van de koppelinrichting volgens de uitvinding kunnen duizenden terminals die elk bijvoorbeeld op één der drie verschillende terminalaudiostandaarden zijn gebaseerd met één en dezelfde audiosignaalbron worden gekoppeld, waarbij weliswaar per terminal een koppelinrichting benodigd is, doch slechts één G-711, G-722 en G-728 unit benodigd is.
Een derde uitvoeringsvorm van de koppelinrichting volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de eerste middelen zijn voorzien van - een eerste in/uitgang voor koppeling met de terminal, - een tweede in/uitgang voor koppeling met een in/uitgang van de tweede middelen, - een ingang voor koppeling met een uitgang van de omschakelmiddelen, - een verdere ingang voor koppeling met een verdere uitgang van de verdere omschakelmiddelen, waarbij de tweede middelen zijn voorzien van - een stuuruitgang voor koppeling met een stuuringang van de omschakelmiddelen, en - een verdere stuuruitgang voor koppeling met een verdere stuuringang van de verdere omschakelmiddelen, welke omschakelmiddelen zijn voorzien van - een eerste ingang voor het ontvangen van het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal, en - een tweede ingang voor het ontvangen van het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal, en welke verdere omschakelmiddelen zijn voorzien van - een eerste verdere ingang voor het ontvangen van het eerste, op een eerste wijze gecodeerde verdere signaal, en - een tweede verdere ingang voor het ontvangen van het tweede, op een tweede wijze gecodeerde verdere signaal.
De uitvinding betreft verder een systeem voor koppeling met ten minste één terminal en omvattende genereermiddelen voor het ten minste genereren van een eerste, op een eerste wijze gecodeerd signaal en een tweede, op een tweede wijze gecodeerd signaal.
Het systeem volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat het systeem is voorzien van ten minste een eerste koppelinrichting en een tweede koppelinrichting, die elk zijn voorzien van - eerste middelen voor het detecteren van ten minste één zich in een van een terminal afkomstig signaal bevindend codewoord, - met de eerste middelen gekoppelde tweede middelen voor het in responsie op ten minste een gedetecteerd codewoord genereren van een stuursignaal, en - met de eerste middelen en met de tweede middelen gekoppelde omschakelmiddelen voor het ten minste ontvangen van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal en het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal en voor het in responsie op ten minste een stuursignaal toevoeren van ten minste een van de genereermiddelen afkomstig gecodeerd signaal via de omschakelmiddelen aan de eerste middelen.
Een eerste uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat het systeem is voorzien van verdere genereermiddelen voor het ten minste genereren van een verder signaal, waarbij de eerste koppelinrichting en de tweede koppelinrichting elk zijn voorzien van derde middelen voor het ontvangen van het van de verdere genereermiddelen afkomstige verdere signaal en voor het toevoeren van dit verdere signaal aan de eerste middelen.
Een tweede uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de derde middelen met de eerste middelen en met de tweede middelen gekoppelde verdere omschakelmiddelen omvatten voor het ten minste ontvangen van zowel een van de verdere genereermiddelen afkomstig eerste, op een eerste wijze gecodeerd verder signaal en een van de verdere genereermiddelen afkomstig tweede, op een tweede wijze gecodeerd verder signaal en voor het in responsie op ten minste een van de tweede middelen afkomstig verder stuursignaal toevoeren van ten minste een van de verdere genereermiddelen afkomstig gecodeerd verder signaal via de verdere omschakelmiddelen aan de eerste middelen.
Een derde uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat het systeem is voorzien van schakelmiddelen die zijn voorzien van - ten minste twee terminal-in/uitgangen, elk voor koppeling met een terminal, en - ten minste twee koppelinrichting-in/uitgangen, elk voor koppeling met een koppel inrichting.
Via de schakelmiddelen, zoals een voor de vakman bekende centrale, kunnen maximaal een bepaald aantal terminals (dat gelijk is aan het aantal terminal-in/uitgangen) elk met een eigen koppelinrichting worden doorverbonden.
De uitvinding betreft weer verder een werkwijze voor het via een koppelinrichting opbouwen van een verbinding tussen een terminal en genereermiddelen voor het ten minste genereren van zowel een eerste, op een eerste wijze gecodeerd signaal als een tweede, op een tweede wijze gecodeerd signaal.
De werkwijze volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de werkwijze volgende stappen omvat van - het door de terminal naar de koppelinrichting verzenden van een signaal dat ten minste één codewoord omvat, - het door de koppelinrichting ontvangen van het signaal dat ten minste één codewoord omvat, - het door de koppelinrichting detecteren van het codewoord en in responsie daarop genereren van een stuursignaal, - het door de genereermiddelen naar de koppelinrichting verzenden van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal, en - het in responsie op het stuursignaal toevoeren van één der door de koppelinrichting ontvangen gecodeerde signalen aan de terminal.
Een eerste uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de werkwijze verdere stappen omvat van - het door verdere genereermiddelen naar de koppelinrichting verzenden van een verder signaal, en - het toevoeren van het door de koppelinrichting ontvangen verdere signaal aan de terminal.
Een tweede uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de werkwijze verdere stappen omvat van - het door verdere genereermiddelen naar de koppelinrichting verzenden van zowel een eerste, op een eerste wijze gecodeerd verder signaal als een tweede, op een tweede wijze gecodeerd verder signaal, en - het in responsie op het stuursignaal toevoeren van één der door de koppelinrichting ontvangen gecodeerde verdere signalen aan de terminal.
De uitvinding betreft tevens een verdere werkwijze voor het via ten minste een eerste respectievelijk tweede koppelinrichting opbouwen van een verbinding tussen enerzijds ten minste een eerste respectievelijk tweede terminal en anderzijds genereermiddelen voor het ten minste genereren van zowel een eerste, op een eerste wijze gecodeerd signaal als een tweede, op een tweede wijze gecodeerd signaal.
De verdere werkwijze volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de werkwijze volgende stappen omvat van - het door de eerste terminal naar de eerste koppelinrichting verzenden van een signaal dat ten minste één eerste codewoord omvat, - het door de eerste koppelinrichting ontvangen van het signaal dat ten minste één eerste codewoord omvat, - het door de eerste koppelinrichting detecteren van het eerste codewoord en in responsie daarop genereren van een eerste stuursignaal, - het door de genereermiddelen naar de eerste koppelinrichting verzenden van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal, - het in responsie op het eerste stuursignaal toevoeren van het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal aan de eerste terminal, - het door de tweede terminal naar de tweede koppelinrichting verzenden van een signaal dat ten minste één tweede codewoord omvat, - het door de tweede koppelinrichting ontvangen van het signaal dat ten minste één tweede codewoord omvat, - het door de tweede koppelinrichting detecteren van het tweede codewoord en in responsie daarop genereren van een tweede stuursignaal, - het door de genereermiddelen naar de tweede koppelinrichting verzenden van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal, en - het in responsie op het tweede stuursignaal toevoeren van het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal aan de tweede terminal.
Een eerste uitvoeringsvorm van de verdere werkwijze volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de werkwijze verdere stappen omvat van - het door verdere genereermiddelen naar de eerste koppelinrichting verzenden van een verder signaal, en - het toevoeren van het door de eerste koppelinrichting ontvangen verdere signaal aan de eerste terminal, - het door de verdere genereermiddelen naar de tweede koppelinrichting verzenden van het verdere signaal, en - het toevoeren van het door de tweede koppelinrichting ontvangen verdere signaal aan de tweede terminal.
Een tweede uitvoeringsvorm van de verdere werkwijze volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de werkwijze verdere stappen omvat van - het door verdere genereermiddelen naar de eerste koppelinrichting verzenden van zowel een eerste, op een eerste wijze gecodeerd verder signaal als een tweede, op een tweede wijze gecodeerd verder signaal, - het in responsie op het eerste stuursignaal toevoeren van het door de eerste koppelinrichting ontvangen eerste, op een eerste wijze gecodeerde verdere signaal aan de eerste terminal, - het door de verdere genereermiddelen naar de tweede koppelinrichting verzenden van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde verdere signaal als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde verdere signaal, en - het in responsie op het tweede stuursignaal toevoeren van het door de tweede koppelinrichting ontvangen tweede, op een tweede wijze gecodeerde verdere signaal aan de tweede terminal.
C Referenties
Draft prETS 300145, Integrated Services Digital Network (ISDN),
Audiovisual Services, Videotelephone Systems and Terminal Equipment Operating on One or Two 64 kbit/s Channels (refererend aan H-320, G-711, G-722 en G-728).
Draft prETS 300144, Integrated Services Digital Network (ISDN), Audiovisual Services, Frame Structure for a 64 to 1920 kbit/s Channel and Associated Syntax for Inband Signalling (refererend aan H-211).
Draft prETS 300143, Integrated Services Digital Network (ISDN),
Audiovisual Services, Inband Signalling Procedures for
Audiovisual Terminals Using Digital channels up to 2048 kbit/s (refererend aan H-242).
Draft prETS 300142, Integrated Services Digital Network (ISDN), Audiovisual Services, Videocodec for audiovisual servises at p*64 kbit/s (refererend aan H-261).
Alle referenties worden beschouwd te zijn geïncorporeerd in deze octrooiaanvrage.
D Figuurbeschri i ving
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld. Daarbij toont: figuur 1 een met drie terminals gekoppeld systeem volgens de uitvinding omvattende genereermiddelen, verdere genereermiddelen en drie koppel inrichtingen, en figuur 2 een koppelinrichting volgens de uitvinding omvattende eerste middelen, tweede middelen, omschakelmiddelen en verdere omschakelmiddelen.
Het in figuur 1 weergegeven systeem beschikt over schakelmiddelen 4 die zijn voorzien van drie terminal-in/uitgangen die respectievelijk zijn gekoppeld met terminal 1, terminal 2 en terminal 3, bijvoorbeeld via ISDN-verbindingen. De terminals 1, 2 en 3 zijn bijvoorbeeld beeldtelefoons die op verschillende terminalvideostandaarden en/of terminalvideostandaardmodes en terminalaudiostandaarden zijn gebaseerd. Schakelmiddelen 4 die bijvoorbeeld worden gevormd door een centrale zijn verder voorzien van drie koppelinrichting-in/uitgangen die respectievelijk zijn gekoppeld met koppel inrichting 5, koppelinrichting 6 en koppelinrichting 7. Koppelinrichting 5, 6 en 7 beschikken elk over eerste middelen 8 voor het detecteren van ten minste één zich in een van de terminal afkomstig signaal bevindend codewoord, welke eerste middelen 8 met schakelmiddelen 4 zijn gekoppeld, over met eerste middelen 8 gekoppelde tweede middelen 9 voor het in responsie op ten minste een gedetecteerd codewoord genereren van een stuursignaal, over met eerste middelen 8 en tweede middelen 9 gekoppelde omschakelraiddelen 10 en over met eerste middelen 8 en tweede middelen 9 gekoppelde verdere omschakelmiddelen 11. Het in figuur 1 weergegeven systeem omvat verder genereermiddelen 12, 13, 14 en 15 en verdere genereermiddelen 16, 17, 18 en 19. Genereermiddelen 12, 13, 14 en 15 bestaan uit een videosignaalbron 12 die een videosignaal genereert dat wordt toegevoerd aan eerste videocodeerunit 13, tweede videocodeerunit 14 en derde videocodeerunit 15, die elk het videosignaal volgens een andere terminalvideostandaard en/of terminalvideostandaardmode coderen. Verdere genereermiddelen 16, 17, 18 en 19 bestaan uit een audiosignaalbron 16 die een audiosignaal genereert dat wordt toegevoerd aan eerste audiocodeerunit 17, tweede audiocodeerunit 18 en derde audiocodeerunit 19, die elk het audiosignaal volgens een andere terminalaudiostandaard coderen. Het door eerste videocodeerunit 13 op een eerste wijze gecodeerde videosignaal wordt toegevoerd aan een eerste ingang van omschakelmiddelen 10, het door tweede videocodeerunit 14 op een tweede wijze gecodeerde videosignaal wordt toegevoerd aan een tweede ingang van omschakelmiddelen 10 en het door derde videocodeerunit 15 op een derde wijze gecodeerde videosignaal wordt toegevoerd aan een derde ingang van omschakelmiddelen 10. Het door eerste audiocodeerunit 17 op een eerste wijze gecodeerde audiosignaal wordt toegevoerd aan een eerste ingang van verdere omschakelmiddelen 11, het door tweede audiocodeerunit 18 op een tweede wijze gecodeerde audiosignaal wordt toegevoerd aan een tweede ingang van verdere omschakelmiddelen 11 en het door derde audiocodeerunit 19 op een derde wijze gecodeerde audiosignaal wordt toegevoerd aan een derde ingang van verdere omschakelraiddelen 11. Eerste middelen 8 bestaan bijvoorbeeld uit een zogenaamde H-221 unit, tweede middelen 9 omvatten bijvoorbeeld een zogenaamde H-242 unit, eerste, tweede en derde videocodeerunit 13, 14 en 15 bestaan bijvoorbeeld elk uit een zogenaamde H-261 unit die telkens op een andere terminalvideostandaard en/of terminalvideostandaardmode is ingesteld, eerste audiocodeerunit 17 bestaat bijvoorbeeld uit een zogenaamde G-711 unit, tweede audiocodeerunit 18 bestaat bijvoorbeeld uit een zogenaamde G-722 unit en derde audiocodeerunit 19 bestaat bijvoorbeeld uit een zogenaamde G-728 unit.
De in figuur 2 weergegeven koppelinrichting 6 omvat eerste middelen 8 zoals bijvoorbeeld een zogenaamde H-221 unit, tweede middelen 9 die bijvoorbeeld een zogenaamde H-242 unit omvatten, omschakelmiddelen 10 en verdere omschakelraiddelen 11.
Eerste middelen 8 bestaan uit een ontvang/zend-unit 20 voor het ontvangen van van terminal 1, 2 of 3 via schakelmiddelen 4 afkomstige signalen en voor het verzenden van van omschakelmiddelen 10 afkomstige gecodeerde videosignalen en van omschakelmiddelen 11 afkomstige gecodeerde audiosignalen naar terminal 1, 2 of 3 via schakelmiddelen 4. Daartoe is zend/ontvang-unit 20 gekoppeld met schakelmiddelen 4 en gekoppeld met een buffer 21 voor het ontvangen van gecodeerde videosignalen en met een buffer 22 voor het ontvangen van gecodeerde audiosignalen. Buffer 21 is verder gekoppeld met omschakelmiddelen 10 en buffer 22 is verder gekoppeld met omschakelmiddelen 11. Zend/ontvang-unit 20 is verder gekoppeld met een schuifregister 23 voor het opslaan van van terminal 1, 2 of 3 afkomstige signalen, van welk schuifregister 23 een gedeelte is gekoppeld met een synchronisatieunit 25 voor het detecteren van een synchronisatiewoord in van terminal 1, 2 of 3 afkomstige signalen, en van welk schuifregister 23 een ander gedeelte is gekoppeld met een detectieunit 24 voor het detecteren van een codewoord in van terminal 1, 2 of 3 afkomstige signalen. Detectieunit 24 is verder gekoppeld met tweede middelen 9 voor het toevoeren van dit codewoord aan tweede middelen 9. Eerste middelen 8 beschikken verder over een processor 26 die met zend/ontvang-unit 20, buffer 21, buffer 22, schuifregister 23, detectieunit 24 en synchronisatieunit 25 is gekoppeld voor het besturen van eerste middelen 8. Tweede middelen 9 omvatten een met eerste middelen 8 gekoppeld buffer 30 voor het opslaan van het gedetecteerde codewoord, welk buffer 30 is gekoppeld met ene zijde van vergelijkunit 31, waarvan andere zijde is gekoppeld met tabelgeheugen 32 voor het opslaan van alle raogelijke verschillende codewoorden. Tweede middelen 9 omvatten verder een met buffer 30, met vergelijkunit 31 en met tabelgeheugen 32 gekoppelde processor 34, die verder is gekoppeld met vertaalunit 33 voor het genereren van een stuursignaal naar omschakelmiddelen 10 en voor het genereren van een verder stuursignaal naar verdere omnschakelmiddelen 11.
Omschakelmiddelen 10 omvatten een omschakelaar 40 die in responsie op het van vertaalunit 33 afkomstige stuursignaal hetzij videocodeerunit 13, hetzij videocodeerunit 14, hetzij videocodeerunit 15 doorverbindt met buffer 21. Verdere omschakelmiddelen 11 omvatten een omschakelaar 50 die in responsie op het van vertaalunit 33 afkomstige verdere stuursignaal hetzij audiocodeerunit 17, hetzij audiocodeerunit 18, hetzij audiocodeerunit 19 doorverbindt met buffer 22.
De werking is als volgt. Een terminal 1, 2 of 3 oftewel beeldtelefoon die contact wenst te krijgen met videosignaalbron 12 en audiosignaalbron 16, bijvoorbeeld om een politiek debat te volgen, verzendt een signaal op voor de vakman bekende wijze naar schakelmiddelen 4, die bijvoorbeeld een doorverbinding tot stand brengen naar zend/ontvang-unit 20 van koppel inrichting 6. Via zend/ontvang-unit 20 wordt dit signaal dat een synchronisatiewoord en een codewoord bevat doorgegeven onder besturing van processor 26 aan schuifregister 23, waarna op een gegeven moment synchronisatieunit 25 het synchronisatiewoord zal detecteren. Dit wordt doorgegeven aan processor 26, die vervolgens op hetzelfde moment of een bepaalde tijd later detectieunit 24 opdracht geven het op dat moment op een bij detectieunit 24 behorende locatie van schuifregister 23 aanwezige codewoord te laden. Dit codewoord, dat aangeeft op welke terminalvideostandaard en/of terrainalvideostandaardmode en terminalaudiostandaard de betreffende terminal is gebaseerd, wordt doorgegeven aan buffer 30, waarbij processor 34 hiervan op de hoogte wordt gebracht. Erocessor 34 geeft vervolgens opdracht aan tabelgeheugen 32 achtereenvolgens alle verschillende codewoorden te genereren, die dan achtereenvolgens worden toegevoerd aan vergelijkunit 31, die ze achtereenvolgens vergelijkt met het in buffer 30 opgeslagen codewoord. Zodra een gelijkheid wordt geconstateerd door vergelijkunit 31, informeert deze vergelijkunit 31 processor 34 over de gelijkheid, waarna processor 34 bijvoorbeeld aan de hand van de locatie van dit codewoord in tabelgeheugen 32 op de hoogte wordt gebracht van dit betreffende codewoord. Hierna informeert processor 34 vertaalunit 33 bijvoorbeeld over de locatie in tabelgeheugen 32 van dit codewoord, welke locatie door vertaalunit 33 wordt omgezet in een stuursignaal voor omschakelaar 40 en een verder stuursignaal voor omschakelaar 50. Aldus worden beide omschakelaars aan de hand van het gedetecteerde codewoord in de voor de betreffende terminal juiste stand gezet, waarna het op voor de terminal juiste wijze gecodeerde videosignaal en het op voor de terminal juiste wijze gecodeerde audiosignaal via buffers 21 en 22 en zend/ontvang-unit 20 en schakelraiddelen 4 aan de betreffende terminal worden toegevoerd, en de bij de terminal aanwezige abonnee in staat is het politieke debat te volgen.
Door toepassing van de koppelinrichting volgens de uitvinding kunnen duizenden abonnees elk met een eigen terminal die bijvoorbeeld op maximaal drie terminalvideostandaarden en/of terminalvideostandaardmodes en drie terminalaudiostandaarden is gebaseerd een politiek debat volgen, waarbij slechts één videosignaalbron of camera en slechts één audiosignaalbron of microfoon benodigd zijn en waarbij slechts drie elk verschillend ingestelde videocodeerunits en slechts drie verschillende audiocodeerunits benodigd zijn. Per terminal is weliswaar nog steeds een koppelinrichting benodigd, doch de kostprijs van zo'n koppelinrichting valt in het niet in vergelijking tot de kostprijs van een videocodeerunit. Verder dient te worden vermeld dat eerste middelen 8 kunnen worden gerealiseerd met een algemeen verkrijgbare zogenaamde H-221 unit, en dat tweede middelen 9 grotendeels kunnen worden gerealiseerd met een algemeen verkrijgbare zogenaamde H-242 unit, waar eventueel vertaalunit 33 aan zou kunnen worden toegevoegd. Zo'n vertaalunit is op voor de vakman bekende wijze realiseerbaar door toepassing van logische schakelingen die bijvoorbeeld een codewoord omzetten in een stuursignaal met de waarde één, twee of drie en in een verder stuursignaal met de waarde één, twee of drie.
Tweede middelen 9 zouden kunnen worden vereenvoudigd door bijvoorbeeld vertaalunit 33 direct te koppelen met buffer 30, hetgeen echter wel een enigszins meer geavanceerde bewerking in vertaalunit 33 zou vereisen. Eventuele aan een gecodeerd videosignaal en/of een gecodeerd audiosignaal ten behoeve van de terminal toe te voegen codewoorden en/of synchronisatiewoorden worden bijvoorbeeld door processor 26 gegenereerd en via buffers 21 en 22 en/of zend/ontvang- unit 20 aan een voor de terminal bestemd signaal toegevoegd. Verder is het mogelijk op voor de vakman bekende wijze eerste middelen 8 en tweede middelen 9 geheel of gedeeltelijk software-matig te realiseren.
In plaats van een camera als videobron 12 met daarmee gekoppelde videocodeercircuits 13, 14 en 15 en een microfoon als audiobron 16 en daarmee gekoppelde audiocodeercircuits 17, 18 en 19 is het ook denkbaar dat videosignalen en audiosignalen bijvoorbeeld op een harde schijf worden opgeslagen, welke videosignalen en audiosignalen dan via buffers en codeerunits worden toegevoerd aan de koppelinrichtingen, en zelfs is het denkbaar dat videosignalen en audiosignalen op gecodeerde wijze bijvoorbeeld op een harde schijf worden opgeslagen, welke gecodeerde videosignalen en audiosignalen dan eventueel via buffers aan de koppelinrichtingen kunnen worden toegevoerd. Aldus kunnen door een abonnee bijvoorbeeld films worden bekeken via de beeldtelefoon, waarbij door toevoeging van een unieke abonneecode en een daarbij behorende geheime pincode aan het van een terminal afkomstige signaal in een koppelinrichting zou kunnen worden gecontroleerd op onbevoegd gebruik.
Claims (14)
1. Koppelinrichting voor het koppelen van een terminal met genereermiddelen voor het ten minste genereren van een eerste, op een eerste wijze gecodeerd signaal en een tweede, op een tweede wijze gecodeerd signaal, welke koppelinrichting is voorzien van - eerste middelen voor het detecteren van ten minste één zich in een van de terminal afkomstig signaal bevindend codewoord, en - met de eerste middelen gekoppelde tweede middelen voor het in responsie op ten minste een gedetecteerd codewoord genereren van een stuursignaal, met het kenmerk, dat de koppelinrichting is voorzien van met de eerste middelen en met de tweede middelen gekoppelde omschakelmiddelen voor het ten minste ontvangen van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal en voor het in responsie op ten minste een stuursignaal toevoeren van ten minste een van de genereermiddelen afkomstig gecodeerd signaal via de omschakelmiddelen aan de eerste middelen.
2. Koppelinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de koppelinrichting is voorzien van derde middelen voor het ontvangen van een van verdere genereermiddelen afkomstig verder signaal en voor het toevoeren van dit verdere signaal aan de eerste middelen.
3. Koppelinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de derde middelen met de eerste middelen en met de tweede middelen gekoppelde verdere omschakelmiddelen omvatten voor het ten minste ontvangen van zowel een van de verdere genereermiddelen afkomstig eerste, op een eerste wijze gecodeerd verder signaal en een van de verdere genereermiddelen afkomstig tweede, op een tweede wijze gecodeerd verder signaal en voor het in responsie op ten minste een van de tweede middelen afkomstig verder stuursignaal toevoeren van ten minste een van de verdere genereermiddelen afkomstig gecodeerd verder signaal via de verdere omschakelmiddelen aan de eerste middelen.
4. Koppelinrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de eerste middelen zijn voorzien van - een eerste in/uitgang voor koppeling met de terminal, - een tweede in/uitgang voor koppeling met een in/uitgang van de tweede middelen, - een ingang voor koppeling met een uitgang van de omschakelmiddelen, - een verdere ingang voor koppeling met een verdere uitgang van de verdere omschakelmiddelen, waarbij de tweede middelen zijn voorzien van - een stuuruitgang voor koppeling met een stuuringang van de omschakelmiddelen, en - een verdere stuuruitgang voor koppeling met een verdere stuuringang van de verdere omschakelmiddelen, welke omschakelmiddelen zijn voorzien van - een eerste ingang voor het ontvangen van het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal, en - een tweede ingang voor het ontvangen van het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal, en welke verdere omschakelmiddelen zijn voorzien van - een eerste verdere ingang voor het ontvangen van het eerste, op een eerste wijze gecodeerde verdere signaal, en - een tweede verdere ingang voor het ontvangen van het tweede, op een tweede wijze gecodeerde verdere signaal.
5. Systeem voor koppeling met ten minste één terminal en omvattende genereermiddelen voor het ten minste genereren van een eerste, op een eerste wijze gecodeerd signaal en een tweede, op een tweede wijze gecodeerd signaal, met het kenmerk, dat het systeem is voorzien van ten minste een eerste koppelinrichting en een tweede koppelinrichting, die elk zijn voorzien van - eerste middelen voor het detecteren van ten minste één zich in een van een terminal afkomstig signaal bevindend codewoord, - met de eerste middelen gekoppelde tweede middelen voor het in responsie op ten minste een gedetecteerd codewoord genereren van een stuursignaal, en - met de eerste middelen en met de tweede middelen gekoppelde omschakelmiddelen voor het ten minste ontvangen van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal en het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal en voor het in responsie op ten minste een stuursignaal toevoeren van ten minste een van de genereermiddelen afkomstig gecodeerd signaal via de omschakelmiddelen aan de eerste middelen.
6. Systeem volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het systeem is voorzien van verdere genereermiddelen voor het ten minste genereren van een verder signaal, waarbij de eerste koppelinrichting en de tweede koppelinrichting elk zijn voorzien van derde middelen voor het ontvangen van het van de verdere genereermiddelen afkomstige verdere signaal en voor het toevoeren van dit verdere signaal aan de eerste middelen.
7. Systeem volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de derde middelen met de eerste middelen en met de tweede middelen gekoppelde verdere omschakelmiddelen omvatten voor het ten minste ontvangen van zowel een van de verdere genereermiddelen afkomstig eerste, op een eerste wijze gecodeerd verder signaal en een van de verdere genereermiddelen afkomstig tweede, op een tweede wijze gecodeerd verder signaal en voor het in responsie op ten minste een van de tweede middelen afkomstig verder stuursignaal toevoeren van ten minste een van de verdere genereermiddelen afkomstig gecodeerd verder signaal via de verdere omschakelmiddelen aan de eerste middelen.
8. Systeem volgens conclusie 5, 6 of 7, met het kenmerk, dat het systeem is voorzien van schakelmiddelen die zijn voorzien van - ten minste twee terminal-in/uitgangen, elk voor koppeling met een terminal, en - ten minste twee koppelinrichting-in/uitgangen, elk voor koppeling met een koppelinrichting.
9. Werkwijze voor het via een koppelinrichting opbouwen van een verbinding tussen een terminal en genereermiddelen voor het ten minste genereren van zowel een eerste, op een eerste wijze gecodeerd signaal als een tweede, op een tweede wijze gecodeerd signaal, met het kenmerk, dat de werkwijze volgende stappen omvat van - het door de terminal naar de koppelinrichting verzenden van een signaal dat ten minste één codewoord omvat, - het door de koppelinrichting ontvangen van het signaal dat ten minste één codewoord omvat, - het door de koppelinrichting detecteren van het codewoord en in responsie daarop genereren van een stuursignaal, - het door de genereermiddelen naar de koppelinrichting verzenden van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal, en - het in responsie op het stuursignaal toevoeren van één der door de koppelinrichting ontvangen gecodeerde signalen aan de terminal.
10. Werkwijze volgens conclusie 9, roet het kenmerk, dat de werkwijze verdere stappen omvat van - het door verdere genereermiddelen naar de koppelinrichting verzenden van een verder signaal, en - het toevoeren van het door de koppelinrichting ontvangen verdere signaal aan de terminal.
11. Werkwijze volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de werkwijze verdere stappen omvat van - het door verdere genereermiddelen naar de koppelinrichting verzenden van zowel een eerste, op een eerste wijze gecodeerd verder signaal als een tweede, op een tweede wijze gecodeerd verder signaal, en - het in responsie op het stuursignaal toevoeren van één der door de koppelinrichting ontvangen gecodeerde verdere signalen aan de terminal.
12. Werkwijze voor het via ten minste een eerste respectievelijk tweede koppelinrichting opbouwen van een verbinding tussen enerzijds ten minste een eerste respectievelijk tweede terminal en anderzijds genereermiddelen voor het ten minste genereren van zowel een eerste, op een eerste wijze gecodeerd signaal als een tweede, op een tweede wijze gecodeerd signaal, met het kenmerk, dat de werkwijze volgende stappen omvat van - het door de eerste terminal naar de eerste koppelinrichting verzenden van een signaal dat ten minste één eerste codewoord omvat, - het door de eerste koppelinrichting ontvangen van het signaal dat ten minste één eerste codewoord omvat, - het door de eerste koppelinrichting detecteren van het eerste codewoord en in responsie daarop genereren van een eerste stuursignaal, - het door de genereermiddelen naar de eerste koppelinrichting verzenden van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal, - het in responsie op het eerste stuursignaal toevoeren van het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal aan de eerste terminal, - het door de tweede terminal naar de tweede koppelinrichting verzenden van een signaal dat ten minste één tweede codewoord omvat, - het door de tweede koppelinrichting ontvangen van het signaal dat ten minste één tweede codewoord omvat, - het door de tweede koppelinrichting detecteren van het tweede codewoord en in responsie daarop genereren van een tweede stuursignaal, - het door de genereermiddelen naar de tweede koppelinrichting verzenden van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde signaal als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal, en - het in responsie op het tweede stuursignaal toevoeren van het tweede, op een tweede wijze gecodeerde signaal aan de tweede terminal.
13. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de werkwijze verdere stappen omvat van - het door verdere genereermiddelen naar de eerste koppelinrichting verzenden van een verder signaal, en - het toevoeren van het door de eerste koppelinrichting ontvangen verdere signaal aan de eerste terminal, - het door de verdere genereermiddelen naar de tweede koppelinrichting verzenden van het verdere signaal, en - het toevoeren van het door de tweede koppelinrichting ontvangen verdere signaal aan de tweede terminal.
14. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de werkwijze verdere stappen omvat van - het door verdere genereermiddelen naar de eerste koppelinrichting verzenden van zowel een eerste, op een eerste wijze gecodeerd verder signaal als een tweede, op een tweede wijze gecodeerd verder signaal, - het in responsie op het eerste stuursignaal toevoeren van het door de eerste koppelinrichting ontvangen eerste, op een eerste wijze gecodeerde verdere signaal aan de eerste terminal, - het door de verdere genereermiddelen naar de tweede koppelinrichting verzenden van zowel het eerste, op een eerste wijze gecodeerde verdere signaal als het tweede, op een tweede wijze gecodeerde verdere signaal, en - het in responsie op het tweede stuursignaal toevoeren van het door de tweede koppelinrichting ontvangen tweede, op een tweede wijze gecodeerde verdere signaal aan de tweede terminal.
Priority Applications (6)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9400750A NL9400750A (nl) | 1994-05-06 | 1994-05-06 | Koppelinrichting voor het koppelen van een terminal met een genereerinrichting, systeem en werkwijzen. |
US08/412,958 US5661469A (en) | 1994-05-06 | 1995-03-29 | Coupling device, system, and method for coupling a terminal to a generating device |
CA002146823A CA2146823A1 (en) | 1994-05-06 | 1995-04-11 | Coupling device for coupling a terminal to a generating device, system and methods |
EP95201043A EP0681403A1 (en) | 1994-05-06 | 1995-04-24 | Coupling device for coupling a terminal to a generating device, system and methods |
JP7134625A JPH07307934A (ja) | 1994-05-06 | 1995-04-25 | 端末を発生装置へカップリングするカップリング装置、システム及び方法 |
FI952167A FI952167A (fi) | 1994-05-06 | 1995-05-05 | Kytkentälaite päätteen kytkemiseksi generoivaan laitteeseen, järjestelmä ja menetelmiä |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9400750A NL9400750A (nl) | 1994-05-06 | 1994-05-06 | Koppelinrichting voor het koppelen van een terminal met een genereerinrichting, systeem en werkwijzen. |
NL9400750 | 1994-05-06 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL9400750A true NL9400750A (nl) | 1995-12-01 |
Family
ID=19864163
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL9400750A NL9400750A (nl) | 1994-05-06 | 1994-05-06 | Koppelinrichting voor het koppelen van een terminal met een genereerinrichting, systeem en werkwijzen. |
Country Status (6)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US5661469A (nl) |
EP (1) | EP0681403A1 (nl) |
JP (1) | JPH07307934A (nl) |
CA (1) | CA2146823A1 (nl) |
FI (1) | FI952167A (nl) |
NL (1) | NL9400750A (nl) |
Families Citing this family (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US5920862A (en) * | 1995-11-09 | 1999-07-06 | Misubishi Electric Information Technology Center America, Inc. (Ita) | Beacons for locales |
Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0523629A1 (en) * | 1991-07-15 | 1993-01-20 | Hitachi, Ltd. | Multipoint teleconference system employing H. 221 frames |
EP0571119A1 (en) * | 1992-05-20 | 1993-11-24 | Nortel Networks Corporation | Video services |
Family Cites Families (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPH04280541A (ja) * | 1991-03-08 | 1992-10-06 | Nippon Telegr & Teleph Corp <Ntt> | 通信制御装置 |
JPH04307837A (ja) * | 1991-04-04 | 1992-10-30 | Nippon Telegr & Teleph Corp <Ntt> | 通信制御装置 |
-
1994
- 1994-05-06 NL NL9400750A patent/NL9400750A/nl not_active Application Discontinuation
-
1995
- 1995-03-29 US US08/412,958 patent/US5661469A/en not_active Expired - Fee Related
- 1995-04-11 CA CA002146823A patent/CA2146823A1/en not_active Abandoned
- 1995-04-24 EP EP95201043A patent/EP0681403A1/en not_active Withdrawn
- 1995-04-25 JP JP7134625A patent/JPH07307934A/ja active Pending
- 1995-05-05 FI FI952167A patent/FI952167A/fi unknown
Patent Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0523629A1 (en) * | 1991-07-15 | 1993-01-20 | Hitachi, Ltd. | Multipoint teleconference system employing H. 221 frames |
EP0571119A1 (en) * | 1992-05-20 | 1993-11-24 | Nortel Networks Corporation | Video services |
Non-Patent Citations (2)
Title |
---|
C. WEISS: "DESK TOP VIDEO CONFERENCING- AN IMPORTANT FEATURE OF FUTURE VISUAL COMMUNICATIONS", IEEE INTERNATIONAL CONFERENCE ON COMMUNICATIONS ICC '90, vol. 1, 19 April 1990 (1990-04-19), ATLANTA, GA, US, pages 134 - 139, XP000147391 * |
TAKIZAWA ET AL: "Desktop All-in-One, Colour Moving-Picture Videophone", HITACHI REVIEW, vol. 40, no. 3, June 1991 (1991-06-01), TOKYO, JP, pages 257 - 262, XP000277449 * |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0681403A1 (en) | 1995-11-08 |
FI952167A0 (fi) | 1995-05-05 |
US5661469A (en) | 1997-08-26 |
CA2146823A1 (en) | 1995-11-07 |
JPH07307934A (ja) | 1995-11-21 |
FI952167A (fi) | 1995-11-07 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
JPH0738617B2 (ja) | コーデックとその操作方法、及び通信システム | |
US20030125960A1 (en) | Method and apparatus for controlling the transition of an audio signal converter between two operative modes based on a certain characteristic of the audio input signal | |
CA2227273C (en) | Transmission of data on multirate networks | |
KR960016585A (ko) | 텔레비젼 대화감시 시스템 | |
EP0763948B1 (en) | Video data storing device | |
NL9400750A (nl) | Koppelinrichting voor het koppelen van een terminal met een genereerinrichting, systeem en werkwijzen. | |
US20130170497A1 (en) | Voice relaying apparatus and voice relaying method | |
EP0504757B1 (en) | Trunk line identification system | |
US5694425A (en) | Digital audio signal transmitting apparatus | |
JP2839295B2 (ja) | 多地点間テレビ会議システムの画面更新方式 | |
JP3031786B2 (ja) | 遠隔監視システム | |
EP0705052A2 (en) | Digital speech communication system | |
US5608759A (en) | Information storage apparatus | |
KR100238090B1 (ko) | 다른 규격의 오디오신호처리가 가능한 apu | |
JPH06244933A (ja) | 通信制御方法 | |
NO175698B (no) | Fremgangsmåte til overföring av videobildeinformasjon over et faksimile-abonnentapparat | |
JP2835270B2 (ja) | 画像伝送装置 | |
JP3073339B2 (ja) | 移動通信用交換機システム | |
AU707362C (en) | Transmission of data on multirate networks | |
KR0138867B1 (ko) | 다지점 제어장치내 음성절환 및 합성처리 모듈을 아날로그 방식으로 처리하기 위한 방법 및 그 장치(Audio Processing Module of Multipoint Control Unit using Analog Audio Switching and Synthesizing technique) | |
JPH07154765A (ja) | 画像通信端末 | |
JPS60105344A (ja) | 複合交換方式 | |
KR19990005422A (ko) | 정보 전송방식이 서로 다른 단말간의 화상회의 시스템 | |
JPH0865646A (ja) | 動画像音声伝送装置 | |
JPH03283985A (ja) | テレビ会議システム |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |