NL9400358A - Hoogspanningsschakelinrichting. - Google Patents

Hoogspanningsschakelinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL9400358A
NL9400358A NL9400358A NL9400358A NL9400358A NL 9400358 A NL9400358 A NL 9400358A NL 9400358 A NL9400358 A NL 9400358A NL 9400358 A NL9400358 A NL 9400358A NL 9400358 A NL9400358 A NL 9400358A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
contact piece
voltage switchgear
contact
switchgear according
current path
Prior art date
Application number
NL9400358A
Other languages
English (en)
Other versions
NL194415B (nl
NL194415C (nl
Original Assignee
Ruhrtal Gmbh
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from DE4404186A external-priority patent/DE4404186C2/de
Application filed by Ruhrtal Gmbh filed Critical Ruhrtal Gmbh
Publication of NL9400358A publication Critical patent/NL9400358A/nl
Publication of NL194415B publication Critical patent/NL194415B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL194415C publication Critical patent/NL194415C/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01HELECTRIC SWITCHES; RELAYS; SELECTORS; EMERGENCY PROTECTIVE DEVICES
    • H01H31/00Air-break switches for high tension without arc-extinguishing or arc-preventing means
    • H01H31/26Air-break switches for high tension without arc-extinguishing or arc-preventing means with movable contact that remains electrically connected to one line in open position of switch
    • H01H31/28Air-break switches for high tension without arc-extinguishing or arc-preventing means with movable contact that remains electrically connected to one line in open position of switch with angularly-movable contact

Landscapes

  • Rotary Switch, Piano Key Switch, And Lever Switch (AREA)
  • Arc-Extinguishing Devices That Are Switches (AREA)

Description

Hoogspanningsschakelinrichting.
De uitvinding heeft betrekking op een hoogspannings-schakelinrichting, in het bijzonder een draaischeidingsscha-kelaar, met twee stroorabaanhe 1 ften, met tenminste twee, in wezen evenwijdig aangebrachte, een deel van de eerste stroombaanhelft vormende contactvingers en met een op het einde van de tweede stroombaanhelft aangebrachte, in gesloten toestand door de contactvingers aangeraakt contactstuk, waarbij de langsas van het contactstuk haaks op het door de openingsbeweging van de beide stroombaanhelften opgespannen openingsvlak loopt en het contactstuk een cirkelvormige doorsnede heeft.
Draaischeidingsschakelaars zijn hoogspanningsschakelin-richtingen, die zich van de meerderheid van de andere hoog-spanningsschakelinrichtingen onderscheiden door de schakel-beweging van de stroombaanhelften die de contactelementen dragen, aangezien hier niet het op een andere wijze opschuiven van het moedercontact in asrichting van het vadercontact vereist is, maar het in contact brengen via het inschuiven van het vadercontact - dus het contactstuk - in asrichting van het moedercontact - dus de contactvinger - onder gelijktijdige openspreiding van de contactelementen van het moedercontact plaatsvindt (vgl. DE-U-89 15 586). Deze open-spreidbeweging geschiedt gelijktijdig met de voortschrijdende inschakel-draaibeweging van de stroombaanhelften om de langsassen van de steunisolatoren, zodat het contactstuk zich tussen de contactvingers indraait, tot de stroombaanhelften aan het einde van de inschuifbeweging een gestrekte lijn vormen. Onder volle openspreidingscontactdruk vindt dus bij de bekende draaischeidingsschakelaar bijna geen relatieve beweging van de contactelementen plaats, in tegenstelling tot bijvoorbeeld een zwenkscheidingsschakelaar, waarbij de contactvingers aan het begin van de contactinloop worden opengespreid en vervolgens tot aan hun inschakel-eindstand in bewegingsrichting over het contactstuk glijden, en wel zonder verandering van de - overeenkomstige slijtage veroorzakende - openspreidingskracht. Bij de draaischeidingsschakelaar daarentegen, wordt de contactkracht verhoogd tot aan het bereiken van de eindstand, aangezien pas dan - bij een volledige inschuivingsdiepte - de volle contactdruk, bij een volledige spreiding van de contactvingers wordt bereikt. Bij een bekende draaischeidingsschakelaar is problematisch, dat tussen een contactvinger en het contactstuk slechts één contactpunt aanwezig is. Bijgevolg is het stroomvoerend vermogen van het systeem beperkt.
Er zijn verdere draaischeidingsschakelaars bekend, waarbij tussen een contactvinger en het contactstuk twee contactpunten aanwezig zijn (vgl. DE-C-555 956). Bij deze draaischeidingsschakelaar worden de twee contactpunten echter ten koste van het gunstige verloop van de contact-kracht - de contactdruk wordt pas in de eindstand bereikt -gerealiseerd.
Bij verdere bekende contactsystemen van draaischeidingsschakelaars is het moedercontact gevormd uit een groot aantal contactvingers (vgl. DE-C-21 49 132 en DE-A-26 19 205). Daarbij is het contactstuk zeer zwaar uitgevoerd, bijvoorbeeld als van een cilindrische boring voorziene bol (DE-C-21 49 132), of als een ongeveer stervormig uitgevoerd chassis (DE-A-26 19 205) dat een drager omgeeft. De massieve uitvoering van het contactstuk volgens DE-C-21 49 132 is tot nu toe noodzakelijk geacht, om de verwarming zo gering mogelijk te houden, in het gebied van de contactpunten een korte hoge stroombelastbaarheid te waarborgen en bij de overgang tussen de drager en het vadercontact een toereikende stroomvoeringsdoorsnede te kunnen realiseren. Bij de uitvoering volgens DE-A-26 19 205 is daarentegen de over-gangsdoorsnede beperkt door het oppervlak van het stermid-delpunt. Deze contactuitvoering heeft echter nog een ander belangrijk nadeel. De stroombaanhelften mogen in zijaanzicht in hun stand ten opzichte van elkaar niet versprongen zijn, omdat daardoor twee van de contactvingers worden opgetild en bijgevolg het stroomvoerend vermogen van het systeem gereduceerd is. Dit gevaar bestaat ook ondanks een nauwkeurige justering bij de montage op grond van door temperatuur veroorzaakte schommelingen van de stangenveelhoekkrachten, die bij de gebruikelijke installatie-constructiewijze alleen eenzijdig werkzaam zijn.
De uitvinding heeft bijgevolg tot doel, de bekende hoogspanningsschakelinrichtingen zodanig uit te voeren en verder te ontwikkelen, dat bij een verder optimaal verloop van de contactdruk het stroomvoerend vermogen aanzienlijk vergroot is.
Volgens de uitvinding is het tevoren aangewezen doel bereikt door het feit, dat het contactstuk tenminste een langs de cirkelvormige doorsnede ervan rondlopende inzinking bezit.
Door het contactstuk volgens de uitvinding uit te voeren, is bereikt, dat het ideale verloop van de contactdruk tot aan de eindstand van de draaischeidingsschakelaar gewaarborgd is, dat wil zeggen, dat de maximale contactdruk pas bij de volle inschuif diepte wordt bereikt - wat de slijtage van zowel de contactvingers als het contactstuk aanzienlijk reduceert. Gelijktijdig bezit het contactstuk met één van de contactvingers steeds twee contactpunten, waardoor een verdubbeling van het stroomvoerend vermogen van het systeem gegarandeerd is.
In het onderstaande wordt de schakelinrichting volgens de uitvinding, en wel hier een draaischeidingsschakelaar, aan de hand van een slechts als voorbeeld dienende uitvoeringsvormen illustrerende tekening toegelicht. Daarbij toont fig. 1 een zijaanzicht van een draaischeidingsschakelaar in gesloten toestand, zonder stukisolatoren en zonder aandrijving? fig. 2 een bovenaanzicht van het onderwerp volgens fig. 1? fig. 3 een zijaanzicht van het contactgebied van een eerste uitvoeringsvorm van een draaischeidingsschakelaar volgens de uitvinding zonder de voor liggende contactvinger; fig. 4 een vooraanzicht - vanuit de richting van de tweede stroombaanhelft - van de contactvingers en van het contactstuk van een eerste uitvoeringsvorm van een draaischeidingsschakelaar volgens de uitvinding in gesloten toestand; fig. 5 een zijaanzicht van het contactstuk van de draaischeidingsschakelaar volgens fig. 4; fig. 6 een vooraanzicht - vanuit de richting van de tweede stroombaanhe1ft - van de contactvingers en van het contactstuk van een tweede uitvoeringsvorm van een draai-scheidingsschakelaar volgens de uitvinding in gesloten toestand,* fig. ? een vooraanzicht - vanuit de richting van de tweede stroombaanhelft - van de contactvingers en van het contactstuk van een derde uitvoeringsvorm van een draai-scheidingsschakelaar volgens de uitvinding in gesloten toestand? fig. 8 een vooraanzicht - vanuit de richting van de tweede stroombaanhelft - van de contactvingers en van het contactstuk van een vierde uitvoeringsvorm van een draai-scheidingsschakelaar volgens de uitvinding in gesloten toestand? fig. 9 een zijaanzicht van het contactgebied van een vijfde uitvoeringsvorm van een draaischeidingsschakelaar volgens de uitvinding in gesloten toestand? fig.10 een zijaanzicht van het einde van de tweede stroombaanhelft van een zesde uitvoeringsvorm van een draaischeidingsschakelaar volgens de uitvinding in open toestand? fig.11 een zijaanzicht van het contactgebied van een zevende uitvoeringsvorm van een draaischeidingsschakelaar volgens de uitvinding in gesloten toestand? fig.12 een zijaanzicht van het contactgebied van een achtste uitvoeringsvorm van een draaischeidingsschakelaar volgens de uitvinding in gesloten toestand? fig.13 een zijaanzicht van het contactgebied van een negende uitvoeringsvorm van een draaischeidingsschakelaar volgens de uitvinding in gesloten toestand? en fig,14 een zijaanzicht van het contactgebied van een tiende uitvoeringsvorm van een draaischeidingsschakelaar volgens de uitvinding in gesloten toestand.
Fig. 1 toont een zijaanzicht van een draaischeidingsschakelaar 1 in gesloten toestand? niet weergegeven zijn hier - en in alle andere figuren - stukisolatoren, de aandrijving en het basis-chassis. In fig. 2 is de draaischeidingsschakelaar 1 volgens fig. 1 weergegeven in bovenaanzicht. De draaischeidingsschakelaar 1 bezit twee stroombaan-helften 2, 3, tenminste twee, in wezen evenwijdig aange brachte, een deel van de eerste stroombaanhelft 2 vormende contactvingers 4, 5 en een op het einde van de tweede stroombaanhelft 3 aangebrachte, in gesloten toestand door de contactvingers 4, 5 aangeraakt contactstuk 6. In fig. 3 is duidelijk te zien, dat de langsas van het contactstuk 6 haaks op het door de openingsbeweging van de beide stroom-baanhelften 2, 3 opgespannen openingsvlak loopt. In combinatie met fig. 4 is te zien, dat het contactstuk 6 een cirkelvormige doorsnede bezit.
Uit fig. 3 en 4 kan duidelijk de maatregel volgens de uitvinding worden opgemaakt, namelijk dat het contactstuk 6 langs de cirkelvormige doorsnede ervan een rondlopende inzinking bezit. In fig. 4 is verder duidelijk te zien, dat tussen het contactstuk 6 en telkens een van de contactvingers 4, 5 twee contactpunten bestaan, die een vergroot stroomvoerend vermogen waarborgen.
Uit het in fig. 5 afgebeelde zijaanzicht van het contactstuk 6 wordt duidelijk, dat de rondlopende inzinking van het contactstuk 6 een wigvormige doorsnede bezit. De hoek a tussen de wigflanken van de inzinking in het gebied van de contactplaatsen met de in fig. 5 niet weergegeven contactvingers en de langsas van het contactstuk 6 zou tenminste 30° en ten hoogste 85° moeten bedragen. Bijzonder gunstig is het, wanneer de hoek α tussen de wigflanken van de inzinking in het gebied van de contactplaatsen met de in fig. 5 niet weergegeven contactvingers en de langsas van het contactstuk 6 een waarde van tenminste 45° bereikt. Bij een waarde voor a van meer dan 45’ wordt de contactkracht tot boven de open-spreidingskracht uit versterkt en wordt bijgevolg de con-tactdruk met voordeel verhoogd.
Met bijzonder voordeel is het contactstuk 6 volgens de uitvinding, zoals weergegeven in fig. 6, uitgevoerd door het feit, dat de hoek a tussen de wigflanken van de inzinking en de langsas van het contactstuk 6 in het gebied van de contactplaatsen groter is dan de hoek B in de nabijheid van de rand van het contactstuk 6. Hierdoor is gewaarborgd, dat de contactvingers 4, 5 betrouwbaar door de inzinking worden opgenomen en gelijktijdig een versterking van de opensprei-dingskracht gewaarborgd is, zonder dat het contactstuk 6 een te grote diameter bezit. De hoek β tussen de wigflanken van de inzinking en de langsas van het contactstuk 6 in de nabijheid van de rand is bij voorkeur groter dan 15° en kleiner dan 50°. De overgang van hoek B in het gebied van de rand naar de hoek α in het gebied van de contactplaatsen kan, zoals weergegeven in fig. 6, trapvormig, met voordeel echter ook traploos uitgevoerd zijn. Bij de geschetste vertrapping van de hoeken kan een waarde tot 85e voor de hoek a zinvol zijn. Door de geschetste uitvoering van het contactstuk 6 van de draaischeidingsschakelaar verkrijgt men een hoge mate van zelfjustering, die bij dwarsbelasting en ook bij eenzijdige trek en daardoor veroorzaakte verspringing van de stroombaanhelften 2, 3 het optillen van de contactvingers 4, 5 voorkomt.
In fig. 7 is een derde uitvoeringsvorm van het contactstuk 6 afgebeeld, waarbij door het feit dat de contactplaatsen tussen de contactvingers 4, 5 en het contactstuk 6 zich aan de rand van de inzinking bevinden, een bijzonder klein contactoppervlak en dus een hoge contactdruk gegarandeerd is.
De draaischeidingsschakelaar volgens de uitvinding is bijzonder gunstig verder ontwikkeld door het feit, dat het contactstuk 6, zoals weergegeven in fig. 8, verscheidene, elk met twee contactvingers 4, 5 corresponderende, langs de cirkelvormige doorsnede ervan rondlopende inzinkingen bezit.
Zowel het in fig. 8 als ook het in fig. 9 af geheelde contactstuk 6 bezit een loodrecht op de langsas ervan lopende boring. Bij het in fig. 8 af geheelde contactstuk 6 vindt de verbinding met de tweede stroorabaanhelft plaats door het feit, dat het contactstuk 6 door middel van perspassing is verbonden met het in de loodrecht op de langsas van het contactstuk 6 lopende boring stekende einde van de tweede stroombaanhelft 3.
Een alternatieve bevestiging van het contactstuk 6 aan de tweede stroombaanhelft 3 is weergegeven in fig. 9. In fig. 9 is de tweede stroombaanhelft 3 buisvormig uitgevoerd. Hier is het contactstuk 6 met de tweede stroombaanhelft 3 verbonden via een met een in de tweede stroombaanhelft 3 liggende dwarshout 7 verbonden, door de loodrecht op de langsas van het contactstuk 6 staande boring grijpende axiale bout 8. Bij deze uitvoeringsvorm kan de dwarshout 7 met voordeel gelijktijdig dienen als vergrendelingsbout van een vanghaaksysteem.
Bijzonder gunstig is het contactstuk 6 uitgevoerd door het feit, dat het om zijn langas verdraaibaar is aangebracht op de tweede stroombaanhelft 3. Hierdoor is gewaarborgd, dat bij slijtage van de contactgebieden van het contactstuk 6 een met kleine inspanning uitgevoerde draaiing van het contactstuk 6 de contactvingers 4, 5 nieuwe contactpunten biedt. Dusdanig uitgevoerde contactstukken 6 zijn in de verdere figuren afgebeeld. De verschillende uitvoeringsvormen van de contactstukken 6 hebben met elkaar gemeen, dat zij een langs de langsas van het contactstuk 6 lopende boring bezitten. Zoals weergegeven in fig.10, vindt de verbinding van het contactstuk 6 met het einde van de tweede stroombaanhelft 3 plaats via een in de langs de langsas van het contactstuk 6 lopende boring aangebrachte verbindings-bout 9. Met voordeel is de verbindingsbout 9 uitgevoerd als schroefbout, zodat het draaien van het contactstuk 6 na het losdraaien van de verbindingsbout 9 probleemloos kan plaatsvinden en gelijktijdig bij een vastgedraaide verbindingsbout 9 een hoog stroomvoerend vermogen gegarandeerd is.
Een verdere gunstige uitvoering ervaart het contactstuk 6 door het feit, dat het, zoals weergegeven in fig. 10 en in de volgende figuren, twee- of meerdelig uitgevoerd is. Door het feit, dat het contactstuk 6 meerdelig uitgevoerd is, kan een optimale stroomvoering gewaarborgd worden. Het contactstuk 6 kan ofwel binnen de inzinking of tussen twee inzinkingen gedeeld zijn. In beide gevallen bezitten de delen van het contactstuk 6 met voordeel in wezen dezelfde vorm, aangezien zo een symmetrische stroomloop gewaarborgd is. Om de stroomvoering nog verder te optimaliseren, kan een tweedelig contactstuk 6 onderbroken zijn door een isolerende tussenlaag; dit wordt aan de hand van een als voorbeeld dienende uitvoeringsvorm nog nader beschreven.
In fig.11 is een uitvoeringsvorm van een draaischei-dingsschakelaar volgens de uitvinding in gesloten toestand weergegeven, waarbij het contactstuk 6 bestaat uit twee elk van een inzinking voorziene contactstukdelen 11, 12. In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld wordt het einde van de tweede stroombaanhelft 3 gevormd door een plat segment 10 van de buisvormige tweede stroombaanhelft 3. Bij de in fig.ll weergegeven uitvoeringsvorm is het contactstuk 6 tussen twee inzinkingen gedeeld en de delen van het contactstuk 6 zijn op tegenoverliggende zijden van het platte segment 10 van de tweede stroombaanhelft 3 met behulp van de verbindingsbout 9 bevestigd aan de tweede stroombaanhelft 3. Deze in fig.ll getoonde uitvoeringsvorm heeft als voordeel, dat deze produktietechnisch bijzonder eenvoudig te realiseren is.
Het in fig.12 weergegeven zijaanzicht van het contact-gebied van een verdere uitvoeringsvorm van een draaischei-dingsschakelaar volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat het contactstuk 6 aan het einde van de tweede stroombaanhelft 3 tweezijdig ingeklemd is. Door deze maatregel is een verhoogd stroomvoerend vermogen tegenover de bevestiging aan een punt van de tweede stroombaanhelft 3 gewaarborgd. Bij de in fig.12 afgebeelde uitvoeringsvorm vindt de tweezijdige inklemming plaats via twee op het einde van de tweede stroombaanhelft 3 aangebrachte handvormige houders 13, 14. Tussen de beide handvormige houders 13, 14 zijn de contactstukdelen 11, 12 van het contactstuk 6 aangebracht, waartussen zich een isolerende tussenlaag 15 bevindt, die een geschikte stroomloop zekerstelt.
Een verdere vergroting van het stroomvoerend vermogen is gewaarborgd door het feit, dat het contactstuk 6 bij het einde van de tweede stroombaanhelft 3 drievoudig ingeklemd is? zo'n uitvoeringsvorm is weergegeven in fig.13. Daartoe is tussen de handvormige houders 13, 14 een middenlijf 16 verschaft. Zoals in fig.13 te zien is, is bij de afgebeelde uitvoeringsvorm het contactstuk 6 tussen twee inzinkingen verdeeld in twee contactstukdelen 11, 12. Een verdere verbetering van de stroomloop kan bij de onderhavige uitvoeringsvorm worden bereikt door het feit, dat de contactstukdelen 11, 12 van het contactstuk 6 binnen de inzinking gedeeld zijn.
Bij de in fig. 12 en 13 afgebeelde uitvoeringsvorm zijn ie handvormige houders 13, 14 aan de voor het overige buis-zonnige tweede stroombaanhe1ft 3 vastgelast. In fig.14 is sen uitvoeringsvorm afgebeeld, waarbij de verbinding van de tiandvormige houders 13, 14 met de voor het overige buisvormige tweede stroombaanhelft 3 tot stand gebracht is via sen schroefverbinding, hier via twee schroefbouten 17, 18 en twee moeren 19, 20.
- conclusies -

Claims (27)

1. Hoogspanningsschakelinrichting, in het bijzonder draaischeidingsschakelaar (1), roet twee stroombaanhelften (2, 3), roet tenminste twee, in wezen evenwijdig aangebrachte, een deel van de eerste stroombaanhelft (2) vormende contactvingers (4, 5) en met een op het einde van de tweede stroombaanhelft (3) aangebrachte, in gesloten toestand door de contactvingers (4, 5) aangeraakt contactstuk (6), waarbij de langsas van het contactstuk (6) haaks op het door de openingsbeweging van de beide stroombaanhelften (2, 3) opgespannen openingsvlak loopt en het contactstuk (6) een cirkelvormige doorsnede heeft, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) tenminste één langs de cirkelvormige doorsnede ervan rondlopende inzinking bezit.
2. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de rondlopende inzinking een wigvormige doorsnede bezit.
3. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de wigflanken van de inzinkingen in het gebied van de contactplaatsen met de contactvingers (4, 5) een hoek van tenminste 30* en ten hoogste 85* maken met de langsas van het contactstuk (6).
4. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de wigflanken van de inzinkingen in het gebied van de contactplaatsen met de contactvingers (4, 5) bij voorkeur een hoek van tenminste 45* maken met de langsas van het contactstuk (6).
5. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 2 tot 4, met het kenmerk, dat de hoek tussen de wigflanken van de inzinkingen en de langsas van het contactstuk (6) in het gebied van de contactplaatsen groter is dan in de nabijheid van de rand.
6. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de hoek tussen de wigflanken van de inzinkingen en de langsas van het contactstuk (6) in de nabijheid van de rand groter dan 15* en kleiner dan 50* is.
7. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 1 tot 6, met het kenmerk, dat de contactplaatsen tussen de contactvingers (4, 5) en het contactstuk (6) zich bevinden aan de rand van de inzinking.
8. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 1 tot 7, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) verscheidene, telkens met twee contactvingers (4, 5) corresponderende, langs de cirkelvormige doorsnede ervan rondlopende inzinkingen bezit.
9. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 1 tot 8, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) een loodrecht op de langsas ervan staande boring bezit.
10. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) door perspassing is verbonden met het in de loodrecht op de langsas van het contactstuk (6) staande boring stekende einde van de tweede stroombaanhelft (3).
11. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de tweede stroombaanhelft (3) in wezen buisvormig is.
12. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) met de tweede stroombaanhelft (3) is verbonden via een met een in de tweede stroombaanhelft (3) liggende dwarshout (7) verbonden, door de loodrecht op de langsas van het contactstuk (6) staande boring grijpende axiale bout (8).
13. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 1 tot 8, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) om zijn langsas draaibaar is aangebracht op de tweede stroombaanhelft (3),
14. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) een langs de langsas van het contactstuk (6) lopende boring bezit.
15. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) via een in de langs de langsas van het contactstuk (6) lopende boring aangebrachte verbindingsbout (9) is verbonden met het einde van de tweede stroombaanhelft (3).
16. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 1 tot 15, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) twee- of meerdelig uitgevoerd is.
17. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) binnen de inzinking gedeeld is.
18. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 16 of 17, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) tussen twee inzinkingen gedeeld is.
19. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 16 tot 18, met het kenmerk, dat de delen van het contactstuk (6) in wezen dezelfde vorm hebben.
20. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 16 tot 19, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) is onderbroken door een isolerende tussenlaag.
21. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 16 tot 20, met het kenmerk, dat telkens twee een inzinking bezittende contactstukdelen (11, 12) van het contactstuk (6) op tegenoverliggende zijden van de tweede stroombaanhelft (3) zijn aangebracht.
22. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 1 tot 21, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) aan het einde van de tweede stroombaanhelft (3) tweezijdig ingeklemd is.
23. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 22, met het kenmerk, dat de tweezijdige inklemming plaatsvindt via twee aan het einde van de tweede stroombaanhelft (3) aangebrachte handvormige houders (13, 14).
24. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat de handvormige houders (13, 14) zijn vastgelast aan de tweede stroombaanhelft (3).
25. Hoogspanningsschakelinrichting volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat de handvormige houders (13, 14) zijn vastgeschroefd aan de tweede stroombaanhelft (3),
26. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 1 tot 21, met het kenmerk, dat het contactstuk (6) aan het einde van de tweede stroombaanhelft (3) drievoudig ingeklemd is.
27. Hoogspanningsschakelinrichting volgens een der conclusies 23 tot 25 en volgens conclusie 26, met het kenmerk, dat tussen de handvormige houders (13, 14) een midden-lijf (16) verschaft is.
NL9400358A 1993-05-04 1994-03-08 Hoogspanningsschakelinrichting. NL194415C (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE4314572 1993-05-04
DE4314572 1993-05-04
DE4404186 1994-02-10
DE4404186A DE4404186C2 (de) 1993-05-04 1994-02-10 Hochspannungs-Schaltgerät

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9400358A true NL9400358A (nl) 1994-12-01
NL194415B NL194415B (nl) 2001-11-01
NL194415C NL194415C (nl) 2002-03-04

Family

ID=25925523

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9400358A NL194415C (nl) 1993-05-04 1994-03-08 Hoogspanningsschakelinrichting.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL194415C (nl)

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE555956C (de) * 1930-09-03 1932-08-01 Siemens Schuckertwerke Akt Ges Drehtrennschalter
DE1927783A1 (de) * 1969-05-30 1970-12-17 Siemens Ag Elektrischer Schalter
DE2149132A1 (de) * 1971-10-01 1973-04-05 Ruhrtaler Elek Zitaetsgesellsc Trennschalter
DE2619205A1 (de) * 1976-04-30 1977-11-10 Bbc Brown Boveri & Cie Elektrische kontaktvorrichtung fuer hochspannungsschaltgeraete
EP0375088A1 (de) * 1988-12-19 1990-06-27 Siemens Aktiengesellschaft Trennkontaktanordnung für die Hauptstrombahnen eines Leistungsschalters
DE8915586U1 (de) * 1989-05-22 1991-02-07 Ruhrtal Elektrizitätsgesellschaft Hartig GmbH & Co, 4300 Essen Hochspannungsschaltgerät
US5293012A (en) * 1992-10-28 1994-03-08 E Manufacturing Company, Inc. Disconnecting switch

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE555956C (de) * 1930-09-03 1932-08-01 Siemens Schuckertwerke Akt Ges Drehtrennschalter
DE1927783A1 (de) * 1969-05-30 1970-12-17 Siemens Ag Elektrischer Schalter
DE2149132A1 (de) * 1971-10-01 1973-04-05 Ruhrtaler Elek Zitaetsgesellsc Trennschalter
DE2619205A1 (de) * 1976-04-30 1977-11-10 Bbc Brown Boveri & Cie Elektrische kontaktvorrichtung fuer hochspannungsschaltgeraete
EP0375088A1 (de) * 1988-12-19 1990-06-27 Siemens Aktiengesellschaft Trennkontaktanordnung für die Hauptstrombahnen eines Leistungsschalters
DE8915586U1 (de) * 1989-05-22 1991-02-07 Ruhrtal Elektrizitätsgesellschaft Hartig GmbH & Co, 4300 Essen Hochspannungsschaltgerät
US5293012A (en) * 1992-10-28 1994-03-08 E Manufacturing Company, Inc. Disconnecting switch

Also Published As

Publication number Publication date
NL194415B (nl) 2001-11-01
NL194415C (nl) 2002-03-04

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7717011B2 (en) Fixing device for steering device
US5206461A (en) Arrangement for connecting bus bars
US4120130A (en) Clamping device
FR2685556B1 (fr) Element modulaire de connexion electrique.
NL8601035A (nl) Stuurkolomklem.
NL8020299A (nl) Verbeterde schroef-moer-eenheid of schroefverbinding.
FR2811280A3 (fr) Poussette pliante a frein incorpore
BR9811084A (pt) Comutador de carbono e método para a produção do mesmo
NL9400358A (nl) Hoogspanningsschakelinrichting.
US5392667A (en) Device for locking in position an adjustable steering column for a motor vehicle
FR2684492A1 (fr) Dispositif d'interconnexion electrique.
KR950019275A (ko) 볼트 체결형 커플링
WO2001068434A3 (en) Vehicle rack and pinion steering
EP1141556A1 (en) Clamping device for mounting on a profile member
KR850008638A (ko) 내측의 정렬 클램프
KR20010080153A (ko) 완구 조립 세트
FR2581595A1 (fr) Dispositif de suspension de roue independante
BE1007756A4 (fr) Element de fixation pour ensemble a chaine transporteuse et chariot.
US6227902B1 (en) Modified line lamp
US2938986A (en) Electric circuit interrupter
JPH02192676A (ja) プリント配線盤の孔に押込むための接触部材
EP1798832A2 (fr) Barre et jeu de barres pour des connexions électriques du type répartiteur
KR970065108A (ko) 전기전도체로 연결된 적어도 두 개의 전도체 레일을 포함한 시스템
US20190061118A1 (en) Pipe wrenches with housings having expanded openings or shims
EP0836977B1 (en) Railway vehicle coupling systems

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20031001