NL9301904A - Hefplatform. - Google Patents

Hefplatform. Download PDF

Info

Publication number
NL9301904A
NL9301904A NL9301904A NL9301904A NL9301904A NL 9301904 A NL9301904 A NL 9301904A NL 9301904 A NL9301904 A NL 9301904A NL 9301904 A NL9301904 A NL 9301904A NL 9301904 A NL9301904 A NL 9301904A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
platform
carrier
support
relative
arms
Prior art date
Application number
NL9301904A
Other languages
English (en)
Original Assignee
T S Europ B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by T S Europ B V filed Critical T S Europ B V
Priority to NL9301904A priority Critical patent/NL9301904A/nl
Publication of NL9301904A publication Critical patent/NL9301904A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60PVEHICLES ADAPTED FOR LOAD TRANSPORTATION OR TO TRANSPORT, TO CARRY, OR TO COMPRISE SPECIAL LOADS OR OBJECTS
    • B60P1/00Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading
    • B60P1/44Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading having a loading platform thereon raising the load to the level of the load-transporting element
    • B60P1/4414Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading having a loading platform thereon raising the load to the level of the load-transporting element and keeping the loading platform parallel to the ground when raising the load

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Auxiliary Methods And Devices For Loading And Unloading (AREA)

Description

Kefpl&tform
De uitvinding betreft een inrichting voor het laden en lossen vaneen voertuig, omvattende een platform dat, in een in wezen horizontalestand, verplaatsbaar is tussen een hoge positie nabij de laadvloer vanhet voertuig en een lage positie nabij het oppervlak waarop zich hetvoertuig bevindt, geleidingsarmen die schamierbaar zijn verbonden aaneen drager voor het platform en aandrijfmiddelen voor het geleiden resp.overbrengen van het platform tussen die posities, alsmede middelen voorhet aanpassen van de stand van het platform ten opzichte van de drager inde lage positie daarvan ter vereenvoudiging van het overbrengen van la¬ding tussen dat oppervlak en platform.
Een dergelijke inrichting is bekend uit EP-A-277686. Deze bekendeinrichting bezit een platform dat steeds een horizontale stand inneemt,ook in de laagste positie. Het platform is daartoe opgebouwd uit eenfreem dat een in vertikale richting ten opzichte daarvan verplaatsbaardraagvlak ondersteunt. Wanneer het draagvlak naar beneden is bewogen totop het freem, kan de te behandelen lading zonder veel problemen op hetdraagvlak worden overgebracht. Het draagvlak heeft een in wezen horizon¬tale stand, zodat geen grote inspanningen nodig zijn om de lading op hetdraagvlak te duwen.
Het nadeel van deze inrichting is echter dat de stabiliteit van hetdraagvlak te wensen overlaat, in het bijzonder in de stand waarin hetdraagvlak zich op enige afstand boven het freem bevindt. Deze gebrekkigestabiliteit uit zich in het kantelen van het platform wanneer de goederenniet in het midden van het platform staan.
Doel van de uitvinding is daarom een inrichting van het hiervoorbeschreven soort te verschaffen die dit nadeel niet heeft, en waarbijtoch de lading gemakkelijk op het platform kan worden geduwd. Dat doelwordt bereikt doordat in de lage positie het platform aan zijn van dedrager afgekeerde zijde rust op het oppervlak, en aan zijn naar de dragertoegekeerde zijde in in wezen vertikale richting verplaatsbaar is tenopzichte van de drager.
Het platform volgens de uitvinding bezit ook bij de vertikale ver-plaatsingsbeweging in de lage positie een uitstekende stabiliteit. De enezijde van het platform rust daarbij namelijk voortdurend op het oppervlakwaarop zich het voertuig bevindt, hetgeen aldaar een uitstekende onder¬steuning levert.
Bij voorkeur is het platform scharnierend verbonden aan de drager volgens een schamieras die zich op enige afstand van de naar de dragergekeerde zijde van het platform bevindt, en kunnen, in de lage positie,het platform en de drager ten opzichte van elkaar verdraaid worden ronddie schamieras tussen een stand waarin die scharnieras een relatiefgrote afstand tot het oppervlak heeft, en een stand waarin die scharnier¬as een relatief kleine afstand tot dat oppervlak heeft.
De drager en de van de drager afgekeerde zijde van het platformsteunen op het oppervlak; bij het ten opzichte van elkaar scharnieren vandeze delen verplaatsen de betreffende steunpunten een weinig ten opzichtevan elkaar in horizontale richting, hetgeen gepaard gaat met minimaleverschuivingen van die steunpunten over dat oppervlak. Aangezien descharnierhoek echter maar klein is, en het platform en de drager min ofmeer in eikaars verlengde liggen blijven deze schuifbewegingen zeer be¬perkt waardoor geen problemen met betrekking tot vasthaken op het opper¬vlak of slijtage te verwachten zijn.
De verticale beweging van de naar de drager gekeerde zijde van hetplatform kan op verschillende wijzen worden bewerkstelligd. Zo kan ge¬dacht worden aan hydraulische zuiger-cilinderinrichtingen, een elektri¬sche aangrijping, trekkabels en dergelijke. De voorkeur geniet echter eenuitvoering waarbij de drager tenminste een kantelarm heeft diescharnierbaar is verbonden met de drager, en het platform ondersteunt opeen plaats dichter bij de naar de drager gekeerde zijde van het platformdan de plaats waar zich de scharnieras bevindt, welke kantelarm in delage positie van het platform verdraaibaar is voor het in wezen in verti-kale richting bewegen van de naar de drager gekeerde zijde van het plat¬form.
Bij het naar beneden bewegen van de kantelarm daalt de betreffendezijde van het platform. Tegelijk daalt ook de scharnieras tussen platformen drager, hetgeen betekent dat ook de drager zelf meeverdraait.
Tevens kunnen drager en platform elk aanslagen dragen door middelwaarvan zij ten opzichte van elkaar zijn gefixeerd in de bovenste standvan het platform ten opzichte van de drager.
Bij het verdraaien van de kantelarm ten opzichte van de dragertreedt een zekere verschuiving op ten opzichte van het platform. Daaromdraagt elke kantelarm een rol die verrolbaar is over de onderzijde vanhet platform.
Gewezen wordt op het uit DE-A-2455041 bekende hefplatform dat even¬eens ondersteund wordt door een van een rol voorziene arm. Bij dit beken¬de hefplatform is daarnaast een scharnierende ondersteuning toegepast.
Deze scharnierende ondersteuning bevindt zich echter direkt aan de naarhet voertuig gekeerde zijde van het hefplatform, terwijl de rolondersteu-ning verder naar buiten ligt. Deze opstelling is omgekeerd ten opzichtevan die volgens de uitvinding; daarom is bij dit bekende hefplatform danook geen vertikale beweging van de naar de drager gekeerde zijde van hethefplatform mogelijk.
Op bekende wijze kan de inrichting zijn voorzien van twee in wezeneen parallellogramgeleiding vormende paren geleidingsarmen die zijn opge¬hangen aan een aan een vrachtwagen bevestigbare steun, welke paren gelei¬dingsarmen elk een onderste arm met een veranderbare lengte bezitten voorhet in de hoge positie in een vertikale stand klappen van drager en plat¬form. Volgens de uitvinding is elke onderste geleidingsarm verbonden meteen kantelarm, zodanig dat in de onderste stand bij het veranderen van delengte der geleidingsarmen de kantelarmen verdraaid worden.
Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de handvan een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.
Figuur 1 toont een zij-aanzicht van het hefplatform volgens deuitvinding in verschillende standen, aangeduid met eerste (a), tweede (b)en derde (c) stand.
Figuur 2 toont een zij-aanzicht van het platform in een vierde (d) stand.
Figuur 3 toont een zij-aanzicht van het platform in een vijfde (e) stand.
Figuur 4 toont een gedeeltelijk opengewerkt bovenaanzicht van hethefplatform volgens de uitvinding.
In het in figuur 1 getoonde zij-aanzicht is het hefplatform in dein figuur 1 met onderbroken streeplijnen aangegeven in de volledig opge¬klapte stand. In deze stand a wijst het hefplatform verticaal omhoog, ensluit daarmee de achterzijde van de laadruimte 2 van een voertuig volle¬dig af.
Vanuit de verticaal omhoog wijzende stand a kan het hefplatform inde horizontale stand b geklapt worden, die is aangegeven met streep-stip-pellijnen. In deze relatief hoge positie bevindt het hefplatform zich bijde laadvloer 28 van het voertuig 2. Vervolgens kan in die horizontalestand het hefplatform omlaag bewogen worden naar de met volledig getrok¬ken lijnen aangegeven stand c, waarin het platform nog steeds horizontaalis. In deze stand c bevindt het platform zich in een relatief lage posi¬tie op oppervlak 7·
Daarna kan het platform naar de met d aangegeven stand in figuur 2 gekanteld worden, waarin de van het voertuig 2 afgekeerde zijde 6 van datplatform op het oppervlak 7 rust waarop zich ook het voertuig bevindt. Indeze stand d maakt het platform een helling ten opzichte van het opper¬vlak 7· Volgens de uitvinding kan het platform nu naar de met e aangedui¬de stand bewogen worden zoals afgebeeld in figuur 3» waarin de zijde 6zich nog steeds op het oppervlak 7 bevindt, doch waarbij het platform bijbenadering weer een horizontale stand heeft. In de nu volgende beschrij¬ving zal uiteengezet worden hoe deze laatste stand e kan worden verkre¬gen.
Het hef platform, dat in de figuren is aangeduid met 9» is opgehan¬gen aan een in zijn geheel met 10 aangeduide drager. Deze drager omvateen in zijn geheel met 11 aangeduide dwarsbalk, ten opzichte waarvan tweeparen armen 12 uitsteken in de richting van het hefplatform.
Het hefplatform 9 bestaat op zijn beurt uit een plaat 13, die aande onderzijde is voorzien van twee paren verstijvers 14. Door middel vande scharnieras 15 zijn telkens de armen 12 van elk paar verbonden aan eenpaar verstijvers 14.
De dwarsbalk 11 draagt bovendien een in de richting naar het hef¬platform 9 uitstekende aanslagstrip 16, tegen de onderzijde waarvan denaar de dwarsbalk 11 toegekeerde zijde 17 van het hefplatform wordt aan¬gedrukt door de in zijn geheel met 18 aangeduide kantelarm. Bij normaalhefbedrijf, dat wil zeggen bij verplaatsingen van het hefplatform tussende standen a, b, c en d worden het hefplatform en de aanslagstrip 16aldus tegen elkaar aan gehouden, zodanig dat hefplatform 9 en drager 10zich als een stijf geheel gedragen.
Voor het verplaatsen van het hefplatform tussen deze verschillendestanden is een op zich bekende parallellogramgeleiding voorzien, die eenbovenste arm 19 met vaste lengte, en een als hydraulische zuiger-cilin-derinrichting 20 met variabele lengte is uitgevoerd. Deze armen 19, 20zijn scharnierend opgehangen aan de steunpunten 21 respectievelijk 22 diezich bevinden op een vast aan het voertuig 2 bevestigde uithouder 23. Aanhet tegenover liggende eind is de geleidingsarm 19 door middel van schar¬nierpunt 24 bevestigd aan de drager 10; de geleidingsarm 20 is door mid¬del van scharnierpunt 25 bevestigd aan kantelarm 18. Kantelarm 18 is opzijn beurt door middel van scharnier 26 scharnierbaar opgehangen aandrager 10. Aan het tegenover scharnierpunt 25 liggende eind is de kantel¬arm 18 voorzien van een draaibare rol 27, waarvan de functie later zalworden beschreven.
Het hefplatform is tussen de hoge positie b nabij de laadvloer 28 van het voertuig 2, en de lage positie 4 vlak boven het oppervlak 7 ver-plaatsbaar door middel van de hydraulische zuiger-cilinderinrichting 29·Bij verkorten van deze zuiger-cilinderinrichting 29 daalt het hefplatformuit de stand b naar de stand c.
Wanneer het hefplatform zich in de hoge positie b bevindt, kan doorhet verlengen van de laagste geleidingsarm 20 het platform gekanteldworden naar de in wezen verticale stand a.
Vanuit stand c zoals weergegeven in figuur 1, kan het hefplatform 9gekanteld worden naar stand d zoals weergegeven in figuur 2 door de on¬derste geleidingsarm 20 een weinig te verkorten. Daarbij daalt de van dedrager 10 afgekeerde zijde 6 van het platform 9 tot op het oppervlak 7.In die stand kunnen goederen, bijvoorbeeld beladen karren, vanaf hetoppervlak 7 op het hefplatform 9 worden gereden, en omgekeerd.
Aangezien echter het hefplatform 9 een schuine stand inneemt tenopzichte van het oppervlak 7, moet de lading met een zekere kracht wordenopgeduwd. Bij ladingen van enkele honderden kilo's wordt daarbij al snelde volgens recente wetgeving met betrekking tot arbeidsomstandighedentoegestane horizontale kracht die daarbij vereist is overschreden. Dezekracht kan gereduceerd worden door het hefplatform 9 een meer horizontalestand te geven. Volgens de uitvinding kan deze stand bereikt worden doorde kantelarm 18 te verzwenken, zoals weergegeven in figuur 3·
Dit verzwenken van de kantelarm 18 wordt teweeg gebracht door deonderste geleidingsarm 20 nog verder te verkorten. De kantelarm 18 zwenktdaarbij om de schamieras 26 waardoor het tegenoverliggende eind van dekantelarm met de rol 27 omlaag beweegt.
Het gevolg daarvan is dat de naar de drager 10 toe gekeerde zijde17 van het hefplatform 9 eveneens omlaag beweegt. Scharnier 15, dat deverbinding vormt tussen hefplatform 9 en drager 10, daalt daarbij even¬eens. Uiteindelijk wordt een positie bereikt waarin de armen 12 op hetoppervlak 7 liggen. Daarbij is de dwarsbalk 11 van de drager ook eenweinig gekanteld.
De daalbeweging van het hefplatform 9 uit de met d aangeduide standnaar de met e aangeduide stand geschiedt zonder dat de van de drager 10afgekeerde 6 van het hefplatform en de drager 10 zelf, grote schuifbewe-gingen over het oppervlak behoeven uit te voeren. Dit wordt veroorzaaktdoor het feit dat de daalbeweging van het scharnier 15 beperkt is, en ookvanwege het feit dat de verstijvers l4 en de armen 12 vrijwel steedsgeheel in eikaars verlengde liggen. De kleine hoekverandering tussen dieverstijvers 14 en de armen 12 geeft daardoor aan de ene kant wel de ge¬ wenste daalbeweging van de naar de drager 10 toegekeerde zijde 17 van hetplatform, doch bij een slechts zeer beperkte schuifbeweging van de op hetoppervlak 7 steunende delen.
In het bovenaanzicht van figuur 4 is het hefplatform in de in fi¬guur 3 getoonde stand e weergegeven, dat wil zeggen die stand waarbij hethefplatform 9 vrijwel horizontaal op het oppervlak 7 is ondersteund. Ookis in dit aanzicht te zien dat aan beide zijden van het hefplatform een¬zelfde stel geleidingsarmen 19, 20, hydraulische zuiger-cilinderinrich-ting 29, kantelarm 18 enz. is toegepast.
Dankzij de constructie van het hefplatform volgens de uitvindingkan aan de ene kant een zeer lage positie van het hefplatform 19, vrijwelhorizontaal op het steunoppervlak 7 worden verkregen. Tegelijkertijdheeft het hefplatform in de in figuren 1 en 2 getoonde standen de gewens¬te stijfheid tegen doorbuigen. Deze stabiliteit wordt in die standenverkregen dankzij de toenemende dikte van hefplatform 9 en drager 10,gaande in de richting van de zijde 6 van het hefplatform naar de ophang-punten 24 en 25 voor de geleidingsarmen 19 respectievelijk 20.

Claims (8)

1. Inrichting voor het laden en lossen van een voertuig, omvattendeeen platform (9) dat, in een in wezen horizontale stand, verplaatsbaar istussen een hoge positie nabij de laadvloer (28) van het voertuig (2) eneen lage positie nabij het oppervlak (7) waarop zich het voertuig (2)bevindt, geleidingsarmen (19, 20) die schamierbaar zijn verbonden aaneen drager (10) voor het platform (9) en aandrijf middelen (29) voor hetgeleiden resp. overbrengen van het platform (9) tussen die posities,alsmede middelen (18) voor het aanpassen van de stand van het platform (9) ten opzichte van de drager (10) in de lage positie daarvan ter ver¬eenvoudiging van het overbrengen van lading tussen dat oppervlak (7) enplatform (9) met het kenmerk dat in de lage positie het platform -(9) aanzijn van de drager (10) afgekeerde zijde rust op. het oppervlak (7), enaan zijn naar de drager (10) toegekeerde zijde in in wezen vertikalerichting verplaatsbaar is ten opzichte van de drager (10).
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij het platform (9) ver¬plaatsbaar is ten opzichte van die drager (10) tussen twee standen waar¬van een de stand is voor hefbedrijf, en de ander de stand is voor hetoverbrengen van de lading tussen oppervlak (7) en platform (9) in welkelaatste stand de naar de drager (10) gekeerde zijde van het platform (9)zich dichter bij het oppervlak (7) bevindt dan in de stand voor hefbe¬drijf.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij het platform (9)scharnierend is verbonden aan de drager (10) volgens een scharnieras (15)die zich op enige afstand van de naar de drager (10) gekeerde zijde (17)van het platform (9) bevindt, en in de lage positie het platform (9) ende drager (10) ten opzichte van elkaar verdraaibaar zijn rond die schar¬nieras (15) tussen een stand waarin die scharnieras (15) een relatiefgrote afstand tot het oppervlak (7) heeft, en een stand waarin die schar¬nieras (15) een relatief kleine afstand tot dat oppervlak (7) heeft. k. Inrichting volgens conclusie 3* waarbij de drager (10) tenminsteeen kantelarm (18) draagt die schamierbaar is verbonden met de drager (10) en het platform (9) ondersteunt op een plaats dichter bij de naar dedrager (10) gekeerde zijde (17) van het platform (9) dan de plaats waarzich de scharnieras (15) bevindt, welke kantelarm (18) in de lage positie van het platform (9) verdraaibaar is voor het in wezen in vertikale rich¬ting bewegen van de naar de drager (10) gekeerde zijde (17) van het plat¬form (9).
5. Inrichting volgens conclusie 4, waarbij drager (10) en platform(9) elk aanslagen (16, 17) dragen door middel waarvan zij ten opzichtevan elkaar zijn gefixeerd in de bovenste stand van het platform (9) tenopzichte van de drager (10).
6. Inrichting volgens conclusie 4 of 5» waarbij elke kantelarm (18)een rol (27) draagt die verrolbaar is over de onderzijde van het platform (9).
7. Inrichting volgens conclusie 4, 5 of 6 voorzien van twee inwezen een parallellogramgeleiding vormende paren geleidingsarmen (19. 20)die zijn opgehangen aan een aan een vrachtwagen bevestigbare steun (23),welke paren geleidingsarmen (19, 20) elk een onderste arm (20) met eenveranderbare lengte bezitten voor het in de hoge positie in een vertikalestand klappen van drager en platform (9) , waarbij elke onderste gelei-dingsarm (20) is verbonden met een kantelarm (18) , zodanig dat in delage positie bij het veranderen van de lengte der onderste geleidingsar¬men (20) de kantelarmen (18) verdraaid worden.
8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij desteun (23) tevens een zuiger-cilinderinrichting (29) draagt die doormiddel van een scharnier, waarvan de hartlijn samenvalt met het de hart¬lijn van de de bovenste geleidingsarm (19) aan de drager (10) verbindendescharnier (24), is verbonden aan de drager (10).
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij dedrager (10) een dwarsbalk (11) met twee ten opzichte van die dwarsbalk (11) uitstekende paren armen (12) omvat, aan welke armen (12) verstijvers(14), die onderdeel uitmaken van het hefplatform (9), scharnierend zijnbevestigd.
NL9301904A 1993-11-04 1993-11-04 Hefplatform. NL9301904A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9301904A NL9301904A (nl) 1993-11-04 1993-11-04 Hefplatform.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9301904 1993-11-04
NL9301904A NL9301904A (nl) 1993-11-04 1993-11-04 Hefplatform.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9301904A true NL9301904A (nl) 1995-06-01

Family

ID=19863090

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9301904A NL9301904A (nl) 1993-11-04 1993-11-04 Hefplatform.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL9301904A (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1996003292A1 (en) * 1994-07-26 1996-02-08 Eco Global Patents B.V. Loading platform

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0277686A2 (en) * 1987-02-03 1988-08-10 van Ouwerkerk geb. Elskamp, Hendrika Johanna Device for controlling a loading platform for transport vehicles
BE1001880A4 (nl) * 1987-06-29 1990-04-03 Hollander Omer D Laadbrug voor transportwagens.
EP0362039A1 (fr) * 1988-09-28 1990-04-04 Societe Anonyme Hydris Hayon élévateur comportant un dispositif de maintien de l'horizontalité de sa plate-forme
EP0363240A1 (fr) * 1988-10-07 1990-04-11 Erhel Perfectionnements aux plates-formes pour hayons élévateurs

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0277686A2 (en) * 1987-02-03 1988-08-10 van Ouwerkerk geb. Elskamp, Hendrika Johanna Device for controlling a loading platform for transport vehicles
BE1001880A4 (nl) * 1987-06-29 1990-04-03 Hollander Omer D Laadbrug voor transportwagens.
EP0362039A1 (fr) * 1988-09-28 1990-04-04 Societe Anonyme Hydris Hayon élévateur comportant un dispositif de maintien de l'horizontalité de sa plate-forme
EP0363240A1 (fr) * 1988-10-07 1990-04-11 Erhel Perfectionnements aux plates-formes pour hayons élévateurs

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1996003292A1 (en) * 1994-07-26 1996-02-08 Eco Global Patents B.V. Loading platform
US5941677A (en) * 1994-07-26 1999-08-24 Eco Global Patents B.V. Loading platform

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4930973A (en) Tiltable tailgate lift
US4313707A (en) Side loading apparatus for trash collection system
US3840930A (en) Dockboard
NL8803010A (nl) Schuifdak voor een voertuig.
EP0023819B1 (en) Lift mechanism for a vehicle tail-board or other load platform
KR101000243B1 (ko) 도크 레벨러
NL1002362C2 (nl) Onderbouwconstructie met slagzij minimaliserende draagconstructie voor zwenkkraan op binnenvaartuig.
NL9301904A (nl) Hefplatform.
EP2571721A1 (en) Tail lift for a vehicle
US4137587A (en) Dockboard apparatus
US4872542A (en) Steep angle conveyor
US3335885A (en) Dumping vehicle for slag pots and the like
GB2105675A (en) Lift mechanism for a vehicle tail-board or other load platform
NL7902416A (nl) Laadlift voor een vrachtwagen.
BE1009521A3 (nl) Inrichting voor het laden en lossen van lasten bij vrachtvoertuigen.
NL8800824A (nl) Door een voertuig gedragen hefinrichting met een combinatie van scharnierende armdelen en telescopische delen.
NL1020032C2 (nl) Hefinrichting voor belading van een voertuig.
JP6359944B2 (ja) 貨物自動車用荷台支持脚およびこれを備える貨物自動車
JP2595631Y2 (ja) 荷台昇降型ダンプ運搬車のダンプ構造
EP0032809A1 (en) Platform and stop bar assembly
US720183A (en) Dumping-wagon.
JPH10218582A (ja) リフタ
JPH08301429A (ja) 自走式コンベア
JP2997445B2 (ja) 荷受台の昇降装置
NL8203152A (nl) Vergrendelinrichting voor het transport van een houder.

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed