NL9300472A - Bestrijden van ongedierte met microgolfenergie. - Google Patents

Description

BESTRIJDEN VAN ONGEDIERTE MET MICROGOLFENERGIE.

Voor het bestrijden van ongedierte staat ons momenteel een aantal technieken ter beschikking. Genoemd kunnen worden: vergiftigen, diepvriezen en verhitten. Onder ongedierte wordt verstaan: voor de mens zowel materieel als gezondheidstech- nisch, schadelijk gedierte. De eerstgenoemde techniek maakt gebruik van gasvormige, vloeibare of vaste, voor ongedierte, vergiftige stoffen. De gasvormige stoffen hebben het voordeel, dat ze op overal voor lucht toegankelijke plaatsen kunnen komen. Als nadelen moeten genoemd worden, de vaak noodzakelijk langdurige ventilatie na gebruik van gas i.v.m. de voor de mens soms ook grote giftigheid (blauwzuur) en de bereikbaarheid in het centrum van b.v. grote stukken hout. De toepassing van vloeistoffen heeft als nadelen, dat de te behandelen voorwerpen hierin gedompeld moeten worden of indien dit niet mogelijk is, de vloeibare gifstoffen met de hand aangebracht dienen te worden. Tot slot moet vergiftigen in de vaste fase genoemd worden. Dit berust veelal op een zeer geringe verdamping van de gifstof. Te denken valt hier aan het vroeger gebruikte HCH. Het gebruik van gifstoffen heeft als belangrijke nadelen: de schade voor het milieu en de giftigheid voor mens en dier.

Door diepvriezen kan eveneens ongedierte bestreden worden. Hiertoe worden de te behandelen voorwerpen diepgevroren gedurende een bepaalde tijd. Het nadeel hier is, dat de voorwerpen in het algemeen geruime tijd op deze lage temperatuur moeten blijven en dat grote of niet transportabele voorwerpen veelal niet behandeld kunnen worden.

Ook kan men door verhitten m.b.v. stoom of hete lucht ongedierte bestrijden. Stoom heeft als nadeel, dat de te behandelen voorwerpen verzadigd worden met water, hetgeen in sommige gevallen ongewenst is. Als voordeel van stoom kan hier genoemd worden, de snelle manier van warmteoverdracht t.g.v. de hoge condensatiewarmte. Echter voor grote voorwerpen moet de stoom toch geruime tijd inwerken.Hete lucht heeft als nadeel, dat het betrekkelijk weinig warmte-inhoud heeft en derhalve, wil het warmte overdragen, aanzienlijk verhit moet worden.

Dit laatste vergt belangrijke voorzieningen,met name om oververhitting of brand te voorkomen.

De uitvinding heeft betrekking op de laatstgenoemde mogelijkheid n.l.: het bestrijden van ongedierte d.m.v. verhitting met het kenmerk, dat de verhitting plaatsvindt m.b.v. microgolf energie. Door middel van microgolf energie kan men het ongedierte, de materialen, waarin of waarbij het zich bevindt, verhitten, waardoor het t.g.v de optredende temperatuurstijging sterft.De microgolfverhitting berust op het z.g. diëlec-trische verlies van materialen. Het diëlectrische verlies is een materiaaleigenschap. Afhankelijk van dit verlies worden materialen in een microgolfveld meer of minder warm. Verliesrijke materialen zijn b.v. PVC en water. Teflon en lucht zijn verliesarm. Veel insekten en hun larven, hebben voor hun levensverrichtingen water nodig en daarom bevinden zij zich veelal in of bij materialen met vocht of water erin. Tevens bevatten de lichaamssappen van deze dieren vetten en eiwitten, die meestal niet uitgesproken verliesarm zijn. De microgolf-energie zal het ongedierte t.g.v. verhitting van de lichaamssappen of t.g.v. verhitting van het hun omringende materiaal doen sterven. Veelal zal het in het materiaal aanwezige water gaan koken. Het meest bekende materiaal waar insekten e.d. in leven, is hout. Hout bevat, afhankelijk van de opstellingscon-dities tussen 6 en soms wel 15% water. Dit is ruim voldoende om het hout 100°C te laten bereiken. De frequentie van de microgolfenergie is één van de internationaal voor verhit-tingsdoeleinden vrijgegeven frequenties. Als voorbeelden van ongedierte kunnen hier genoemd worden: insecten, hun larven en eieren en kleine zoogdieren, zoals ratten en muizen. Soms bevinden deze dieren zich op moeilijke of ontoegankelijke plaatsen. De microgolfenergie zal vaak door diverse materialen kunnen heendringen.

De energie wordt opgewekt met normaal voor microgolfver-hitting verkrijgbare generatoren.

In zijn eenvoudigste vorm bestaan deze generatoren uit een magnetron en een bijpassend voedingsapparaat. Het magnetron is gekoppeld met een voor de betrokken frequentie geschikte, golfpijp, met rechthoekige doorsnede gemaakt van star of flexibel materiaal. De transportmode in de golfpijp zal bij voorkeur de TElO-mode zijn.

De microgolfenergie kan op verschillende manieren aan het ongedierte toegevoerd worden: 1. door het voorwerp met ongedierte in een ruimte te plaatsen waaraan de microgolfenergie wordt toegevoerd, e.e.a. in analogie met de normale microgolfoven (zie fig.l blz. 6); 2. door de voorwerpen met ongedierte aan te stralen met behulp van een antenne waaraan de microgolfenergie wordt toegevoerd. Bij voorkeur zal de antenne een richtantenne zijn, zoals deze voor o.a. communicatiedoeleinden worden gebruikt. De versterking c.q. openingshoek hiervan is zodanig, dat een optimale aanstraling zal plaatsvinden. Door gebruik te maken van grote hoorn- of paraboolantennes, welke een kleine openingshoek bezitten, kan van vrij grote afstand het ongedierte vernietigd worden. Te denken valt hierbij aan hoge gebouwen, waarbij de apparatuur op de grond blijft en waarbij door draaien van een richtantenne waaraan de microgolfenergie wordt toegevoerd, het doel verwezenlijkt wordt (zie fig.2 blz.6). De tijdsduur, waarop de microgolfenergie moet inwerken, hangt af van een aantal factoren, o.a. het afgegeven vermogen van het magnetron, de openingshoek van de antenne, de afstand tussen object en antenne, de massa en/of volume, de diëlectrische verliezen en het watergehalte van het object.

Om de inwerking van de microgolfstraling zo efficiënt mogelijk te laten plaatsvinden kan de polarisatierichting van de uittredende bundel continu gedraaid worden, waardoor een hoger rendement bereikt wordt.

Om het beoogde doel te realiseren zijn vermogensdichtheden van 50 tot 1000 watt/liter.sec. nodig.

Omdat dus met hoge energienivo's gewerkt wordt, moeten de nodige voorzorgsmaatregelen genomen worden om het bedienend personeel te beschermen.

De geldende stralingslimiet is lmW/cm2 zodat, om veilig te werken, beschermende kleding noodzakelijk is.

Deze kleding bestaat uit een het gehele lichaam omsluitend pak, waarin metaalgaas verwerkt is en dat ook onder zeer hoge veldsterktes voldoende bescherming biedt.

Het z.g. vizier bestaat uit doorzichtige gemetalliseerde kunststof. Deze pakken zijn commercieel verkrijgbaar. Ook indien de antenne niet direct op een persoon gericht is, kunnen hoge veldsterktes optreden t.g.v. reflecties, staande golven op de voedingsgolfpijp door niet juist aangepaste antennes en door de microgolfbron zelf. Staande golven op de voedingsgolfpijp kunnen geëlimineerd worden door zo dicht mogelijk bij de antenne in de golfpijp een z.g. circulator te monteren.

Hoewel de stralingsintensiteit afneemt met het kwadraat van de afstand, moet ook ten aanzien van andere, in de ruimte aanwezige en zich buiten deze ruimte bevindende personen, de nodige aandacht besteed worden. Te denken valt hierbij aan ter plaatse opgestelde veldsterktemeters. Bij overschrijden van een bepaalde veldsterkte moet de ruimte ontruimd of moeten de werkzaamheden gestaakt worden. De voordelen van het beschreven systeem zijn: 1. geen milieubelasting; 2. ook voor moelijk of niet toegankelijke plaatsen te gebruiken; 3. vrij snelle werkwijze; 4. laat geen sporen na; 5. geen gebruik van voor mens en dier gevaarlijke gifstoffen; 6. gemakkelijk toe te passen;

Als nadeel moet genoemd worden het feit, dat beschermende kleding noodzakelijk is.

Claims (8)

1. Methode voor het bestrijden van ongedierte d.m.v. verhitting met het kenmerk, dat de verhitting plaatsvindt m.b.v. microgolfenergie.

2. Methode voor het bestrijden van ongedierte volgens conclusie 1. met het kenmerk dat het ongedierte zich in een ruimte bevindt waaraan de microgolfenergie wordt toegevoerd.

3. Methode voor het bestrijden van ongedierte volgens conclusie 1. met het kenmerk, dat de microgolfenergie wordt overgebracht d.m.v. van een antenne.

4. Methode voor het bestrijden van ongedierte volgens conclusie 3. met het kenmerk, dat de antenne een richtantenne is.

5. Methode voor het bestrijden van ongedierte volgens conclusie 3. of 4. met het kenmerk, dat de richtantenne een hoorn-of paraboolantenne is, welke een kleine openingshoek bezit.

6. Methode voor het bestrijden van ongedierte volgens één van de voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de microgolf-energie een vermogensdichtheid teweegbrengt van 50 tot 1000 watt/liter.sec.

7. Methode voor het bestrijden van ongedierte volgens één der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de polarisatie-richting van het microgolfveld voortdurend veranderd wordt.

8. Methode voor het bestrijden van ongedierte volgens één van de voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de frequentie van de microgolfenergie één van de internationaal voor verhit-tingsdoeleinden vrijgegeven frequenties is.