NL9300077A

NL9300077A - Kap voor een spuitbus.

Info

Publication number: NL9300077A
Application number: NL9300077A
Authority: NL
Original assignee: Plasticum Nv
Priority date: 1993-01-15
Filing date: 1993-01-15
Publication date: 1994-08-01
Also published as: ATE142592T1; ES2094618T3; EP0606935A1; DK0606935T3; EP0606935B1; DE69400483D1; DE69400483T2

Description

Korte aanduiding : Kap voor een spuitbus.

De uitvinding heeft betrekking op een kap voor een spuitbus voorzien van een buitenmantel, welke aan een einde is voorzien van een zich loodrecht op de buitenmantel uitstrekkende bovenwand waarop het boveneinde van een door de buitenmantel omgevend binnenmantel aansluit, waarbij de lengte van de binnenmantel, gemeten in een richting loodrecht op de bovenwand, korter is dan de lengte van de buitenmantel en de binnenmantel bij zijn van de bovenwand afgekeerde onderrand aan zijn binnenzijde is voorzien van een kraag, die bestemd is om te grijpen onder een deel van een spuitbus uitmakende kraal, terwijl tussen tenminste twee nagenoeg diametraal tegenover elkaar gelegen en veerkrachtig indrukbare delen van de buitenmantel en de binnenmantel verbindingsorganen zijn aangebracht, die in een tweetal tenminste nagenoeg diametraal tegenover elkaar gelegen punten op de binnenmantel aansluiten.

Bij een bekende kap van bovengenoemde soort is de onder een deel van de spuitbus uitmakende kraal grijpende kraag over 360° rondlopend uitgevoerd. Om de kap van de spuitbus los te kunnen maken moeten op de twee veerkrachtig indrukbare delen van de buitenmantel naar het hart van de buitenmantel toegekeerde krachten worden uitgeoefend ten einde de binnenmantel zodanig te vervormen, dat de kraag van de kraal van de spuitbus kan worden losgewrikt.

Op zich voldoet deze bekende kap, die zo is ontworpen om een zodanige bevestiging van de kap op de spuitbus te verkrijgen, dat deze door kleine kinderen praktisch niet van de spuitbus kan worden verwijderd, goed. Er moeten daarbij echter zodanig grote krachten op de tegenover elkaar gelegen veerkrachtige delen van de buitenmantel worden uitgeoefend, dat het verwijderen van de kap in het bijzonder voor oudere mensen moeilijkheden met zich mee kan brengen.

Met de uitvinding wordt beoogd een kap van bovengenoemde soort te verkrijgen, die blijft voldoen aan de eisen van een zogenaamde "kinder-veilige" kap, maar die met wat minder krachtsinspanning van de bus te verwijderen is.

Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt, doordat ter hoogte van de aansluitpunten van de verbindingsorganen op de binnenmantel in de onderrand van de binnenmantel uitsparingen zijn aangebracht, zodanig, dat ter hoogte van de aansluitpunten de aan de binnenzijde van de binnenmantel aangebrachte kraag is onderbroken. Bij toepassing van de constructie volgens de uitvinding zal de kraag zich dus slechts over een tweetal ongeveer diametraal tegenover elkaar gelegen delen van de binnenmantel uitstrekken, welke delen bij het uitoefenen van een drukkracht op de veerkrachtige indrukbare delen van de buitenmantel uit elkaar zullen worden bewogen. Door toepassing van de constructie volgens de uitvinding is zo op bijzonder eenvoudige wijze het beoogde doel te realiseren.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van een in bijgaande figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de constructie volgens de uitvinding.

Figuur 1 toont schematisch een aanzicht op een bovenste gedeelte van een gebruikelijke spuitbus.

Figuur 2 toont een aanzicht op een kap volgens de uitvinding.

Figuur 3 toont een dwarsdoorsnede over de kap volgens de uitvinding.

Figuur 4 toont een dwarsdoorsnede over de kap volgens de uitvinding, welke haaks staat op de in figuur 3 weergegeven dwarsdoorsnede.

Figuur 5 toont een onderaanzicht op de kap volgens de uitvinding.

De kap volgens de uitvinding is bestemd om gebruikt te worden in combinatie met een gebruikelijke spuitbus 1. Een dergelijke spuitbus omvat een cylindrische mantel 2 waaraan een min of meer koepelvormig deksel 3 is vastgezet met behulp van een kraal 4. Aan het boveneinde van het koepel-vormige deksel 3 is met behulp van een kraalverbinding 5 een klepmechanisme 6 bevestigd. Door bedienen van dit klepmechanisme 6 kan op gebruikelijke wijze de inhoud van de spuitbus 1 worden afgevoerd. Om in het bijzonder ongewenst gebruik door kinderen te voorkomen kan op de spuitbus 1 een hieronder nader te beschrijven, het klepmechanisme 6 omgevende kap worden geplaatst, die zodanig is uitgevoerd, dat deze door kinderen normaal niet van de spuitbus 1 te verwijderen is.

Zoals nader weergegeven in de figuren 2-5 omvat deze kap een in hoofdzaak cylindrische buitenmantel 7 op het boveneinde waarvan een zich loodrecht op de hartlijn van de buitenmantel uitstrekkende bovenwand 8 aansluit. De mantel 7 omgeeft een concentrisch ten opzichte van de mantel 7 opgestelde en met zijn boveneinde op de bovenwand 8 aansluitende binnen- mantel 9. Zoals uit figuren 3 en 4 blijkt is de lengte van de binnenmantel 9, gemeten vanaf de bovenwand 8 korter dan de lengte van de buitenmantel 7, zodat het onderste gedeelte van de buitenmantel 7 onder de binnenmantel 9 uitsteekt. De buitenmantel 7 is aan zijn binnenzijde voorzien van een aantal versterkingsribben 10. Verder omvat de buitenmantel 7 in een tweetal radiaal tegenover elkaar gelegen delen naar binnen versprongen wandge-deelten 11 waarin U-vormige sleuven 12 zijn gevormd. Zoals in het bijzonder uit figuur 2 duidelijk zal zijn begrenst een dergelijke U-vormige sleuf 12 een lipvormig deel 13, dat op enige afstand onder de bovenwand 8 aansluit op het overige deel van het wandgedeelte 11.

Zoals uit figuur 5 duidelijk zal zijn heeft de binnenmantel 9 evenals de buitenmantel 7 een in hoofdzaak cirkel vormige doorsnede, maar is de binnenmantel 9 ter hoogte van de naar binnen versprongen opgestelde wandgedeelten 11 van de buitenmantel voorzien van ten opzichte van de overige delen van de binnenmantel naar buiten uitstekende gootvormige gekromde, zich in de lengterichting van de binnenmantel uitstrekkende uitstulpingen 14. Deze uitstulpingen 14 zijn met behulp van zich ten opzichte van de hartlijn van de kap radiaal uitstrekkende verbindingsruggen 15 verbonden met de middens van de tongen 13.

Zoals verder in het bijzonder uit figuren 3 en 4 blijkt zijn ter hoogte van de uitstulpingen 14 en de op de middens van deze uitstulpingen aangesloten verbindingsorganen 15 in het onderste gedeelte van de binnenmantel zich over een omtrekshoek van ± 45 a 50° uitstrekkende uitsparingen 16 aangebracht, zodat de binnenmantel 13 is voorzien van twee diametraal tegenover elkaar gelegen onder het overige deel van de binnenmantel uitstekende stripvormige delen 17, die bij hun onderste begrenzingsranden aan hun binnenzijden zijn voorzien van uitstekende, zich concentrisch om de hartlijn van de kap uitstrekkende kraagdelen 18.

Indien de boven omschreven kap wordt geplaatst op een spuitbus van het in figuur 1 weergegeven type zullen bij het opdrukken van de kap de kraagdelen 18 onder veerkrachtige vervorming van de binnenmantel 9 enigszins naar buiten uitwijken, zodat zij onder de kraal 5 kunnen snappen.

Voor het verwijderen van de kap moet op de ten opzichte van het overige deel van de buitenmantel 7 veerkrachtig indrukbare lippen 13 een kracht in de richting volgens pijl A worden uitgeoefend. Op de lippen 13 in de richting volgens pijl A uitgeoefende krachten zullen via de verbindings- organen 14 worden overgedragen op de uitstulpingen 14 van de binnenmantel 9, waardoor deze diametraal tegenover gelegen delen 14 van de binnenmantel naar elkaar toe zullen worden gedrukt, hetgeen een zodanige veerkrachtige vervorming van de binnenmantel 9 tot gevolg heeft, dat de diametraal tegenover elkaar gelegen kragen 18 in een van elkaar afgekeerde richting gaan bewegen. Daarop kan de kap van de spuitbus worden afgewrongen.

Door de beschreven vormgeving van de binnenmantel 9 met de daarin aangebrachte diametraal tegenover elkaar gelegen uitsparingen 16 is er voor het vervormen en afrukken van de kap van de kraal 5 van de spuitbus 1 minder kracht nodig dan bij de tot nu toe gebruikelijke constructies.

Claims

1. Kap voor een spuitbus voorzien van een buitenmantel, welke aan een einde is voorzien van een zich loodrecht op de buitenmantel uitstrekkende bovenwand waarop het boveneinde van eeh door de buitenmantel omgevende binnenmantel aansluit, waarbij de lengte van de binnenmantel, gemeten in een richting loodrecht op de bovenwand, korter is dan de lengte van de buitenmantel en de binnenmantel bij zijn van de bovenwand afgekeerde onderrand aan zijn binnenzijde is voorzien van een kraag, die bestemd is om te grijpen onder een deel van een spuitbus uitmakende kraal, terwijl tussen twee tenminste nagenoeg diametraal tegenover elkaar gelegen en veerkrachtig indrukbare delen van de buitenmantel en de binnenmantel verbindingsorganen zijn aangebracht, die in een tweetal tenminste nagenoeg diametraal tegenover elkaar gelegen punten op de binnenmantel aansluiten, met het kenmerk, dat ter hoogte van de aansluitpunten van de verbindingsorganen op de binnenmantel in de onderrand van de binnenmantel uitsparingen zijn aangebracht, zodanig, dat ter hoogte van de uitsparingen de aan de binnenzijde van de binnenmantel aangebrachte kraag is onderbroken.

2. Kap volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een uitsparing in de binnenmantel zich over een omtrekshoek van ± 45 a 50° uitstrekt.

3. Kap volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat een in het ondereinde van de binnenmantel aangebrachte uitsparing is aangebracht ter hoogte van een zich over de hoogte van de binnenmantel uitstrekkende, naar buiten gerichte uitstulping van de binnenmantel.

4. Kap volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat een uitstulping nabij zijn midden met behulp van een tenminste nagenoeg radiaal verlopende verbindingsrug met een veerkrachtig indrukbaar deel van de buitenmantel is verbonden.

5. Kap volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een veerkrachtig deel van de buitenmantel wordt gevormd door een in de buitenmantel U-vormig uitgesneden lip, die slechts aan een uiteinde met het overige deel van de buitenmantel is verbonden.