NL9202202A - Drinksysteem alsmede houder, mondstuk en bevestigingsorgaan voor toepassing daarin. - Google Patents

Drinksysteem alsmede houder, mondstuk en bevestigingsorgaan voor toepassing daarin. Download PDF

Info

Publication number
NL9202202A
NL9202202A NL9202202A NL9202202A NL9202202A NL 9202202 A NL9202202 A NL 9202202A NL 9202202 A NL9202202 A NL 9202202A NL 9202202 A NL9202202 A NL 9202202A NL 9202202 A NL9202202 A NL 9202202A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
valve
drinking system
pipe
conduit
drinking
Prior art date
Application number
NL9202202A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Gerhard Rakhorst
Johannes Willem Salomon Van Ee
Gijsbertus Jacob Verkerke
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Gerhard Rakhorst, Johannes Willem Salomon Van Ee, Gijsbertus Jacob Verkerke filed Critical Gerhard Rakhorst
Priority to NL9202202A priority Critical patent/NL9202202A/nl
Priority to EP94903149A priority patent/EP0773777B1/en
Priority to DE69324175T priority patent/DE69324175T2/de
Priority to AU57204/94A priority patent/AU5720494A/en
Priority to PCT/NL1993/000271 priority patent/WO1994014400A1/en
Priority to AT94903149T priority patent/ATE177936T1/de
Publication of NL9202202A publication Critical patent/NL9202202A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61JCONTAINERS SPECIALLY ADAPTED FOR MEDICAL OR PHARMACEUTICAL PURPOSES; DEVICES OR METHODS SPECIALLY ADAPTED FOR BRINGING PHARMACEUTICAL PRODUCTS INTO PARTICULAR PHYSICAL OR ADMINISTERING FORMS; DEVICES FOR ADMINISTERING FOOD OR MEDICINES ORALLY; BABY COMFORTERS; DEVICES FOR RECEIVING SPITTLE
    • A61J15/00Feeding-tubes for therapeutic purposes
    • A61J15/0011Feeding-tubes for delivery of nourishment to the mouth; Mouth pieces therefor
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47GHOUSEHOLD OR TABLE EQUIPMENT
    • A47G21/00Table-ware
    • A47G21/18Drinking straws or the like
    • A47G21/185Mouthpieces
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61JCONTAINERS SPECIALLY ADAPTED FOR MEDICAL OR PHARMACEUTICAL PURPOSES; DEVICES OR METHODS SPECIALLY ADAPTED FOR BRINGING PHARMACEUTICAL PRODUCTS INTO PARTICULAR PHYSICAL OR ADMINISTERING FORMS; DEVICES FOR ADMINISTERING FOOD OR MEDICINES ORALLY; BABY COMFORTERS; DEVICES FOR RECEIVING SPITTLE
    • A61J15/00Feeding-tubes for therapeutic purposes
    • A61J15/0026Parts, details or accessories for feeding-tubes
    • A61J15/0092Valves on feeding tubes
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61PSPECIFIC THERAPEUTIC ACTIVITY OF CHEMICAL COMPOUNDS OR MEDICINAL PREPARATIONS
    • A61P1/00Drugs for disorders of the alimentary tract or the digestive system
    • A61P1/10Laxatives
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47GHOUSEHOLD OR TABLE EQUIPMENT
    • A47G2400/00Details not otherwise provided for in A47G19/00-A47G23/16
    • A47G2400/02Hygiene
    • A47G2400/027Non-return valves

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Bioinformatics & Cheminformatics (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Pulmonology (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • General Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Medicinal Chemistry (AREA)
  • Nuclear Medicine, Radiotherapy & Molecular Imaging (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Pharmacology & Pharmacy (AREA)
  • Closures For Containers (AREA)
  • Table Devices Or Equipment (AREA)
  • Infusion, Injection, And Reservoir Apparatuses (AREA)

Description

Korte aanduiding: Drinksysteem alsmede houder, mondstuk en bevestigingsorgaan voor toepassing daarin
De uitvinding heeft betrekking op een drinksysteem omvattende een leiding voor het doorleiden van vloeistof vanuit een houder naar de mond van de gebruiker.
Een dergelijk drinksysteem is algemeen bekend in de vorm van een rietje. De vloeistof wordt bij gebruik van dit drinksysteem naar de mond van de gebruiker gevoerd door opzuigen. Behalve in een feestelijke of recreatieve omgeving worden leidingen voor het naar de mond brengen van vloeistoffen onder meer toegepast in de geneeskunde en de sport, waar zich veelvuldig situaties voordoen waarbij het onmogelijk of bezwaarlijk is de houder met drank of dergelijke naar de mond van de gebruiker te brengen of de houding van de gebruiker of de omstandigheden het direct uit een houder drinken bemoeilijkt. Een belangrijke toepassing op het terrein van de gezondheidszorg is het aan een in bed liggende patiënt gelegenheid bieden tot drinken zonder dat deze zich daartoe op hoeft te richten. Een belangrijke toepassing op sportgebied is het bieden van drinkgelegenheid bij minimaal tijdverlies op de fiets, bijvoorbeeld tijdens een tijdrit in de wielersport of gedurende het onderdeel fietsen van een triathlon, waarbij het pakken van de bidon en het zich oprichten teneinde daaruit te drinken juist zoveel vertraging kan opleveren, dat de coureur een slechtere klassering bereikt. Ook tijdens auto- en motorraces heeft de coureur in het algemeen geen gelegenheid direct uit een houder te drinken.
In situaties als hiervoor beschreven doet zich bij toepassing van het hiervoor beschreven drinksysteem het probleem voor, dat telkens eerst een aanzienlijke hoeveelheid lucht uit de leiding moet worden gezogen, voordat de drank de mond bereikt. Bij medische toepassingen is dit bijzonder bezwaarlijk, omdat de gebruiker veelal verzwakt is door ziekte en in de sport is dit bezwaarlijk omdat reeds het nastreven van een optimale prestatie uiterste concentratie en inspanning van de gebruiker vergt.
Een verder probleem dat zich voordoet is, dat de leiding, de houder en de vloeistof daarin door uit de mond van de gebruiker terugvloeiende drank gecontamineerd en vervuild wordt, waardoor infectiegevaar ontstaat. Teneinde dit gevaar te beperken dient het reinigen en desinfecteren van de houder na gebruik zeer grondig te worden uitgevoerd of moet de houder na gebruik te worden weggeworpen. Een verder bezwaar van contaminatie en vervuiling van de vloeistof in de houder is, dat de houdbaarheid en smaak daarvan negatief wordt beïnvloed.
De uitvinding heeft als doel een drinksysteem te verschaffen, waarbij de voornoemde problemen zich niet voordoen.
Dit doel wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt door bij een drinksysteem van het in de aanhef beschreven type de leiding te voorzien van een klep.
Met deze klep kan de vloeistof in de leiding worden vastgehouden, wanneer het drinken wordt onderbroken. Hierdoor loopt bij onderbreking van het drinken de vloeistof niet uit de leiding en kan het drinken steeds worden hervat zonder dat eerst de leiding opnieuw met vloeistof vol gezogen moet worden en hoeft voor het drinken van een bepaalde hoeveelheid in de houder aanwezige vloeistof de leiding slechts één keer te worden gevuld met vloeistof en raakt de leiding pas leeg wanneer de vloeistof in de houder op is en de laatste vloeistof de mond van de gebruiker bereikt. Doordat terugvloeien van drank in de leiding wordt verhinderd, wordt tevens contaminatie en vervuiling van de leiding, de houder en de vloeistof in de houder tegengegaan.
Een verder voordeel van het drinksysteem volgens de uitvinding is, dat het niet nodig is tijdens het slikken de onderdruk in de mond te handhaven of de leiding af te sluiten teneinde terugstromen van de vloeistof te voorkomen. Bij het bekende drinksysteem diende de onderdruk in de mond voortdurend gehandhaafd te worden op straffe van terugvloeien van de vloeistof in de leiding naar de houder, waarna opnieuw eerst alle lucht uit de leiding dient te worden gezogen voordat het drinken kan worden hervat.
Nog een verder voordeel van het drinksysteem volgens de uitvinding is, dat de overgang van het uitstromen van lucht in de mond naar het uitstromen van vloeistof in de mond bij consumptie van de inhoud van een houder op zijn hoogst één keer optreedt, althans voor zover de leiding tot voldoende dicht bij het laagste punt van de houder reikt. Hierdoor wordt verslikken voorkomen. Het drinksysteem volgens de uitvinding is derhalve ook geschikt om te worden toegepast voor het voeden van zuigelingen en kleine kleuters.
Met het drinksysteem volgens de uitvinding is het bovendien eenvoudig mogelijk de leiding te vullen en in gevulde toestand aan de gebruiker aan te bieden, zodat ook om te beginnen met drinken niet eerst lucht uit de leiding hoeft te worden gezogen.
De klep kan zijn uitgevoerd als een terugslagklep. Een dergelijke uitvoering van het drinksysteem volgens de uitvinding is geschikt voor toepassingen waarbij de houder lager wordt geplaatst dan het in de mond te nemen uiteinde van de leiding, vloeistof die in de leiding is gebracht kan niet terugvloeien naar de houder, doordat deze door de terugslagklep wordt tegengehouden.
Ondanks dat vloeistof de terugslagklep in de richting van het in de mond te nemen uiteinde van de leiding vrij kan passeren, doet zich in de praktijk bij gebruik van dit drinksysteem volgens de uitvinding niet het probleem voor, dat in de leiding aanwezige vloeistof uit de leiding loopt wanneer men deze uit de mond neemt. Doordat de houder lager is gelegen dan het in de mond te nemen uiteinde van de leiding, neigt steeds alle vloeistof in de leiding er, bij een geschikt gekozen diameter van de leiding, steeds toe naar de houder te stromen en niet naar het in de mond te nemen uiteinde van de leiding. Dit terugstromen wordt echter, zoals hiervoor beschreven, verhinderd door de terugslagklep.
De klep kan ook zijn uitgevoerd als een door de gebruiker te bedienen klep die is verbonden met een bedieningsor-gaan, als een overdrukklep of als een combinatie daarvan.
In gebruik kan bij dergelijke uitvoeringsvormen van het drinksysteem volgens de uitvinding in de houder een overdruk heersen. Ook kan de houder hoger zijn gelegen dan het in de mond te nemen uiteinde van de leiding. Beide maatregelen dragen ertoe bij, dat drank door de leiding naar het in de mond te nemen uiteinde daarvan wordt gestuwd, zodat reeds daardoor terugvloeien van de drank wordt voorkomen. Ongewenst uittreden van de drank uit het in de mond te nemen uiteinde van de leiding wordt voorkomen door de klep.
Indien de klep is uitgevoerd als een door de gebruiker te bedienen klep met een bedieningsorgaan, kan door bedienen van dit orgaan de klep geopend worden. Indien de klep is uitgevoerd als een overdrukklep kan worden gedronken door aan het in de mond te nemen uiteinde van de leiding te zuigen, zodat het drukverschil over de klep groter wordt en de klep zich opent.
Het drinksysteem volgens de uitvinding kan worden toegepast teneinde te drinken uit een open beker of dergelijke. Een in hoofdzaak luchtdichte houder, welke bijvoorbeeld wordt toegepast teneinde verlies van drank door schudden of omvallen en achteruitgang van de drank tegen te gaan, dient echter voor toepassing in een drinksysteem volgens de uitvinding te zijn aangepast. Bij het bekende drinksysteem kon via de leiding lucht in de houder stromen. Bij het drinksysteem volgens de uitvinding is dit niet mogelijk, omdat de vloeistof telkens in de leiding blijft staan.
Derhalve voorziet de uitvinding tevens in een aangepaste drinkbeker, die behalve een in hoofdzaak luchtdicht en vormvast reservoir en een doorlaat voor de leiding tevens een be-luchtingsopening omvat. Indien de houder niet vormvast is en bijvoorbeeld is uitgevoerd als een zak, is een beluchtings-opening niet nodig, omdat de houder een variabel volume heeft, dat de afname van de hoeveelheid in de houder aanwezige vloeistof kan volgen.
Een extra voordeel van de drinkbeker volgens de uitvinding is, dat deze het mogelijk maakt continu te drinken, ter lijk onderbroken dient te worden teneinde de lucht in de houder toe te laten.
De uitvinding kan verder zijn belichaamd in een mondstuk ingericht voor toepassing in een drinksysteem, welk mondstuk wordt gekenmerkt door een doorlaat, middelen voor het aansluiten van de leiding en een in de doorlaat aangebrachte terugslagklep. Met dit mondstuk volgens de uitvinding kan een drinksysteem van het bekende type eenvoudig worden omgebouwd tot een drinksysteem volgens de uitvinding door het mondstuk op de leiding daarvan aan te sluiten. Het mondstuk kan in een grote variëteit aan verschijningsvormen worden vervaardigd, en bijvoorbeeld zijn geïncorporeerd in een stripfiguur om het gebruik voor kinderen aantrekkelijker te maken.
Gezien het gemak waarmee bij gebruik van het drinksysteem volgens de uitvinding het drinken telkens weer kan worden hervat, is het bijzonder voordelig indien het in de mond te nemen uiteinde van de leiding nabij de mond van de gebruiker kan worden bevestigd. Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt met een bevestigingsorgaan dat is voorzien van een opening voor het opnemen en vasthouden van de leiding en bevestigingsmiddelen, zoals een clip, een speld, een knijper of een gordel. De bevestigingsmiddelen kunnen bijvoorbeeld aan de kleding, het lichaam, of aan een beker voor het opnemen van de vloeistof worden bevestigd. In het laatste geval wordt ook tegengegaan, dat de leiding per ongeluk uit de houder wordt verwijderd.
Navolgend wordt de uitvinding nader toegelicht aan de hand van enkele uitvoeringsvoorbeelden, waarbij wordt verwezen naar de tekening. Daarbij toont: fign. 1 en 2 afgesneden aanzichten in doorsnede van een eerste en een tweede uitvoeringsvoorbeeld van een drinksysteem volgens de uitvinding, fign. 3-5 afgesneden zijaanzichten van een derde, een vierde en een vijfde uitvoeringsvoorbeeld van een drinksysteem volgens de uitvinding, fign. 6-9 een zijaanzichten in dwarsdoorsnede van verschillende houders voor toepassing in een drinksysteem volgens de uitvinding, fign. 10 en 11 afgesneden aanzichten in doorsnede van een zesde en een zevende uitvoeringsvoorbeeld van een drink-systeem volgens de uitvinding, fign. 12 en 13 axiale aanzichten van het in de mond te nemen uiteinde van mondstukken voor toepassing in een achtste uitvoeringsvoorbeeld van een drinksysteem volgens de uitvinding, en fig. 14 een afgesneden zijaanzicht in doorsnede volgens de lijn XIV-XIV in fig. 12.
In de tekening zijn overeenkomende delen van de verschillende uitvoeringsvoorbeelden met onderling identieke ver-wijzingscijfers aangeduid.
Het in fig. 1 weergegeven drinksysteem volgens de uitvinding omvat een leiding 1 voor het doorleiden van vloeistof vanuit een houder naar de mond van de gebruiker. De leiding 1 is voorzien van een terugslagklep 2 die in een kamer 3 is ondergebracht. De terugslagklep 2 is met doorgetrokken lijnen in zijn gesloten strand weergegeven en met gestippelde lijnen in zijn geopende stand weergegeven. Van de leiding is slechts een op het in de mond te nemen uiteinde aansluitend gedeelte weergeven.
In gebruik dient bij het drinksysteem volgens dit uitvoeringsvoorbeeld de houder op een lager niveau te zijn gelegen dan het in de mond te nemen uiteinde van de leiding 1. Voorafgaand aan het drinken dient het andere uiteinde in een houder gevuld met drank te worden gestoken en dient de drank tot het in de mond te nemen uiteinde van de leiding 1 te worden gebracht. In de meeste gevallen zal dit het gemakkelijkst worden bereikt door de drank eenvoudig op te zuigen. Voor het geval op bezwaren stuit kan men echter ook de drank in de leiding 1 laten lopen door het uiteinde van de leiding tegenover het mond-uiteinde voldoende hoog te houden en de vloeistof in de leiding te laten lopen of in de houder waarin de drank zich Kötm öön ΛίΤΩΤΎ^τηΤτ aanKrönrrnn ΙΡί τΗοηο Κβ+· r»rM?ni rron τταη drank is de terugslagklep 2 geopend, maar zodra het opzuigen wordt onderbroken sluit de terugslagklep 2 zich, zodat het terugstromen van de drank in de leiding 1 wordt verhinderd.
Het is derhalve niet nodig telkens nadat het drinken is onderbroken opnieuw de lucht uit de leiding 1 te zuigen, voordat drank de mond bereikt. Bovendien is het niet nodig, bij het slikken de onderdruk in de mond te handhaven of de leiding af te sluiten, teneinde terugstromen van de vloeistof in de leiding te voorkomen.
In de praktijk heeft de leiding 1 in het algemeen een lengte van 0,25-1,25 m. Doordat de houder lager wordt geplaatst dan het in de mond te nemen uiteinde van de leiding 1, neigt de drank in de leiding 1 tot terugstromen naar de houder. Dit wordt door de terugslagklep in de leiding verhinderd en voorkomt tevens, dat de drank zonder toedoen van de gebruiker uit het in de mond te nemen uiteinde van de leiding 1 kan stromen.
Nadruppelen uit de leiding wordt tegengegaan doordat de leiding aan de zijde van het in de mond te nemen uiteinde is voorzien van een vernauwing 4.
De terugslagklep is bij voorkeur nabij het in de mond te nemen uiteinde van de leiding gelegen. Hierdoor kan de drank bij volume-verkleining van de leiding 1 of bij volume-vergro-ting van de zich daarin bevindende drank uitwijken naar de houder. Dergelijke volume-veranderingen kunnen bijvoorbeeld optreden door samenknijpen van de leiding, temperatuursverandering of het ontwijken van gassen uit de drank (i.h.b. bij koolzuurhoudende drank).
Doordat de terugslagklep 2 is uitgevoerd als een buigzaam membraan, reageert deze zeer snel ongeacht de stand van het gedeelte van de leiding 1 waarin de terugslagklep 2 zich bevindt. Een dergelijke terugslagklep is bovendien tegen lage kosten te vervaardigen en verschaft door zijn flexibiliteit een betrouwbare afdichting.
Het drinksysteem is voorts voorzien van een schouder dat een zitting 5 vormt, waartegen de klep 2 in gesloten toestand aanligt. Hierdoor wordt de betrouwbaarheid van de afdichting verder vergroot en is een aanzienlijke speling tussen de klep 2 en de wand van de kamer 3 toelaatbaar. Hierdoor hoeft op zijn beurt de klep 2 niet met grote nauwkeurigheid te worden vervaardigd en loopt deze bij het openen en sluiten niet aan tegen de wand van de kamer 3.
Bij het in fig. 2 weergegeven drinksysteem is het membraan 2 evenals bij het in fig. 1 weergegeven drinksysteem aan één zijde verbonden met de wand van een doorlaat waarin deze is aangebracht. Het membraan 2 strekt zich echter in gesloten toestand vanaf die zijde schuin naar de tegenovergelegen zijde van de doorlaat en in stroomafwaartse richting naar het in de mond te nemen uiteinde van de leiding 1 uit. Hierdoor hoeft het membraan 2 bij het openen en sluiten minder te verbuigen dan het in fig. 1 weergegeven membraan.
Het drinksysteem volgens de uitvinding kan worden toegepast in combinatie met een gebruikelijke houder, zoals de in fig. 8 getoonde bekervormige houder 6 (fig. 8). Teneinde omvallen van de beker te voorkomen kan deze in een steun 21 worden geplaatst. Dit biedt verder het voordeel, dat de leiding 15 aan de rand van de houder 6 kan worden bevestigd zonder dat een overmatig risico ontstaat dat deze omvalt door via de leiding 15 uitgeoefende krachten. De steun 21 is voorzien van een bodemgedeelte 22 en een hulsvormig opstaand deel 23, en zich radiaal binnenwaarts vanaf het hulsvormige opstaande deel 23 uitstrekkende flenzen 24, waarvan het verloop is aangepast aan de vorm van de houder 6. De steun 21 kan eenvoudig door spuit-gieten worden vervaardigd en als houder kan bijvoorbeeld een normale wegwerpbeker worden toegepast.
In veel gevallen is het echter gewenst, dat de houder in 1 hoofdzaak luchtdicht is, bijvoorbeeld om bederf of afkoeling van de drank tegen te gaan of om verlies van de drank bij abrupte bewegingen te vermijden. In de fign. 6 en 7 zijn in hoofdzaak vormvaste en luchtdicht afgesloten houders 6 weergegeven, die zijn aangepast voor toepassing in een drinksysteem ' volgens de uitvinding, waarbij beluchten via de leiding 1 niet mogelijk is. Deze houders 6 zijn voorzien van een doorlaat 7 ten van de houder 6. Hierdoor kan de houder zonder onderbreking worden leeggedronken zonder dat een overmatige onderdruk in de houder ontstaat.
De houders 6 volgens de fign. 6 en 7 hebben een relatief grote lengte en breedte, waardoor deze niet gemakkelijk omkantelen en weinig uitsteken indien deze bijvoorbeeld aan een bed 9 (zie fig. 7) zijn bevestigd.
In fig. 9 is nog een houder 6 weergegeven die niet vormvast is, maar is uitgevoerd als een zak. Deze houder 6 is voorts voorzien van een vulopening 25 voorzien van een dop 26 en ophangopeningen 27. De dop 26 is voorzien van een doorlaat voor de leiding 1. Deze houder 6 is niet voorzien van een be-luchtingsopening. Een beluchtingsopening is bij deze houder niet nodig, omdat de zak 6 zodanig flexibel en gevormd is, dat deze het met het onttrekken van de vloeistof afnemende volume goed volgt.
De in fig. 6 getoonde houder is in een rek 10 geplaatst, dat bijvoorbeeld op de vloer kan worden geplaatst. De in fig.
7 getoonde houder is in een rek 11 geplaatst, dat is aangepast om aan de rand van het bed 9 te worden opgehangen. De houders 6 zijn elk deelbaar langs een naad 12, zodat deze gemakkelijk gereinigd kunnen worden. Indien het gewenst is, dat het oppervlak van de drank in contact met omgevingslucht klein wordt gehouden kan uiteraard ook een houder met een geringe breedte en lengte, maar met een relatief grote hoogte worden toegepast.
De beluchtingsdoorlaat 8 van de in fig. 6 getoonde houder 6 communiceert met een filter 13. Aangezogen lucht wordt door het filter behandeld. Hierdoor wordt vervuiling en besmetting van de drank tegengegaan.
De beluchtingsopening kan ook worden gebruikt voor het aanbrengen van een overdruk in de houder en de leiding. Hiertoe dient deze te communiceren met een pomp of met een terugslagklep, die zodanig geplaatst is, dat lucht alleen in de richting van de houder kan passeren. De pomp kan eventueel door de gebruiker zelf worden bediend.
De leiding 1 van het in fig. 5 weergegeven drinksysteem omvat een vormvast gedeelte 14 en een flexibel gedeelte 15. Nabij het uiteinde van het vaste gedeelte 14 aan de zijde van het in de mond te nemen uiteinde van de leiding 1 is een be-vestigingsorgaan 16 voor het bevestigen van de leiding 1 aan of nabij de gebruiker aangebracht. Hiermee kan het flexibele gedeelte steeds in de buurt van de mond van de gebruiker worden gehouden, die dit gemakkelijk naar de mond toe kan buigen om te drinken. Het bevestigingsorgaan 16 kan uiteraard ook worden toegepast in combinatie met een geheel flexibele of geheel vormvaste leiding.
Het getoonde bevestigingsorgaan is uitgevoerd overeenkomstig een clip van een ballpoint. Afhankelijk van de toepassing kunnen ook andere uitvoeringen voordelig zijn. Het bevestigingsorgaan kan bijvoorbeeld zijn voorzien van een om de hals te hangen band of een aan een helm te bevestigen beugel.
Het in fig. 3 weergegeven drinksysteem is in het gebied van het in de mond te nemen uiteinde van de leiding 1 voorzien van een uitsparing 17 aan de buitenzijde van de leiding 1. Dankzij deze uitsparing blijft de leiding 1 gemakkelijk in de mond van de gebruiker hangen en hoeft deze daartoe de lippen slechts met een betrekkelijk geringe kracht naar elkaar te te houden.
Ook het in fig. 4 weergegeven drinksysteem is aangepast ί teneinde dit gemakkelijk in de mond vast te kunnen houden. Bij dit drinksysteem is dit bereikt door een in het gebied van het in de mond te nemen uiteinde van de leiding 1 aangebrachte, opstaande rand 18, die achter de tanden kan worden vastgehouden.
) De in de fign. 2-5 getoonde drinksystemen zijn elk voor zien van een aan de leiding 1 bevestigd mondstuk 19, waarin de terugslagklep 2 is opgenomen. Het mondstuk 19 is telkens voorzien van een doorlaat 3, 4 waarin de terugslagklep is aangebracht en middelen voor het aansluiten van de leiding 1. Bij ) de getoonde mondstukken 19 zijn de middelen voor het aansluiten van de leiding uitgevoerd als een gat 20 (zie fig. 2), ook anders zijn uitgevoerd, bijvoorbeeld als een buisvormig deel dat in de leiding kan worden gestoken.
De mondstukken 19 kunnen elk eenvoudig aan een leiding van de gewenste soort en met de gewenste lengte worden gekoppeld en na gebruik worden weggeworpen of apart worden gereinigd en eventueel gesteriliseerd. De leidingen kunnen aldus telkens opnieuw worden gebruikt. Bovendien is het mogelijk met behulp van de mondstukken bestaande drinksystemen met een leiding aan te passen tot drinksystemen volgens de uitvinding.
In de fign. 10-14 zijn drie uitvoeringsvoorbeelden van drinksystemen volgens de uitvinding gedeeltelijk weergegeven, waarbij de klep 2 is verbonden met een bedieningsorgaan 28. In rusttoestand is de klep 2 van elk van deze drinksystemen steeds gesloten. Hierdoor kan de houder op een hoger niveau worden geplaatst dan het in de mond te nemen uiteinde van de leiding, zonder dat er buiten toedoen van de gebruiker vloeistof uit de leiding 1 kan stromen. Door de voornoemde plaatsing van de houder hoger dan het in de mond te nemen uiteinde van de leiding is het voor het vullen van de leiding 1 voldoende het bedieningsorgaan 28 te bedienen, zodat de klep 2 wordt geopend en de vloeistof uit de houder in de leiding 1 stroomt. Ook bij het drinken is de hoge plaatsing van de houder voordelig, omdat de drank niet in de mond hoeft te worden gezogen, maar bij bediening van het bedieningsorgaan vanzelf in de mond stroomt.
Bij de drinksystemen volgens de fign. 10 en 11 is het bedieningsorgaan uitgevoerd als een met de klep 2 verbonden bedieningspen 28, waarmee de respectievelijke klep 2 op eenvoudige wijze kan worden bediend.
De klep 2 van het drinksysteem volgens fig. 10 is op afstand van het in de mond te nemen uiteinde van de leiding 1 gelegen. De bedieningspen 28 is met de klep verbonden aan de zijde van de klep 2 tegenover de scharnierende verbinding tussen de klep 2 en de wand van de leiding 1 en strekt zich door een opening in de wand van de leiding uit. Om de bedieningspen 28 is een schroefveer 30 gewikkeld die de pen 28 in zijn uitgangspositie dringt, in welke positie de klep 2 gesloten is.
De bedieningspen 28 is voorzien van een kop 31, die indrukken van de pen met de hand vergemakkelijkt.
De bedieningspen 28 verbonden met de klep 2 van het drinksysteem volgens fig. 11 steekt in langsrichting uit de leiding 1. Het uiteinde van de leiding wordt ook bij dit drinksysteem gevormd door een mondstuk 19, met een door een zitting 5 begrensde opening die wordt afgedicht door de klep 2, althans voor zover deze zich in zijn ruststand bevindt. De bedieningspen 28 kan met de mond worden bediend door de pen 28 uit het mondstuk 19 te trekken. Voorts strekt deze bedieningspen 28 zich niet door de wand van de leiding uit, zodat een tegen de pen afdichtende doorlaat, waarlangs lekkage op kan treden, niet nodig is.
Het bedienen van deze bedieningspen wordt vergemakkelijkt, doordat deze is voorzien van een zich dwars vanaf de pen 28 uitstrekkende aanslag 33 en een zich vanaf het van de pen 28 af gelegen uiteinde van de aanslag 33, ongeveer evenwijdig aan de pen 28 uitstrekkende aandrukker. De aanslag 33 kan achter de tanden van de onderkaak worden gehaakt en in die stand worden vastgehouden door met de tong tegen de aandrukker 34 te drukken. Bij het opzuigen van een drank door een rietje tuit men in het algemeen de lippen die daarbij van de tanden af bewegen. Bij gebruik van het drinksysteem volgens fig. 11 wordt dit effect benut voor het bedienen van de klep 2, doordat bij het tuiten van de lippen, het mondstuk 19 - dat tussen de lippen wordt vastgehouden - van de tanden af wordt verplaatst. Hierdoor wordt de bedieningspen 28 - die achter de tanden wordt vastgehouden - uit het mondstuk 19 getrokken waardoor de klep 2 geopend wordt.
Bij het in axiale richting vasthouden van het mondstuk 19 tussen de lippen wordt extra steun verschaft door de omlopende flens 32, die in gebruik tegen de lippen aanligt.
De klep 2 is voorzien van flexibele baleinvormige veer-organen 33 die de klep 2 naar zijn gesloten stand toe dringen en wanneer de klep 2 is gesloten nagenoeg recht zijn en een uitgeknikte vorm hebben wanneer de klep 2 is geopend. Boven- evenwijdig met de bewegingsrichting van de klep gericht dan wanneer deze open is. Deze veerorganen 33 oefenen daardoor wanneer de klep 2 dicht is een grotere kracht op de klep 2 uit dan wanneer deze geopend is. Hierdoor wordt een betrouwbare afdichting verkregen wanneer de klep 2 dicht is, maar is relatief weinig kracht nodig om de klep 2 geopend te houden.
De in fig. 11 getoonde klep 2 vormt tevens een overdruk-klep. Indien de overdruk in de leiding 1 hoog genoeg is, opent de klep 2 zich. Deze overdruk kan bijvoorbeeld vergroot worden door het mondstuk 19 in de mond te nemen en te zuigen totdat de klep zich opent. Is de klep 2 eenmaal open, dan is minder zuiging voldoende om de klep 2 geopend te houden. Op deze wijze kan de in fig. 11 getoonde klep 2 aldus ook bediend worden door drank uit het mondstuk te zuigen zonder de bedieningspen 28 te bedienen.
De in fig. 11 getoonde klep 2 kan voorts worden gebruikt als terugslagklep, omdat deze zich telkens sluit bij wegvallen van de overdruk in de leiding 1 aan de zijde van het in de mond te nemen uiteinde daarvan. Het kan voordelig zijn, voor deze toepassing de door de veerorganen 33 uitgeoefende aan-drukkracht te reduceren en het uit het uiteinde van de leiding 1 stekende gedeelte van de bedieningspen 28 te verwijderen, zodat het opzuigen van drank niet teveel inspanning vergt en de klep 2 niet per ongeluk wordt bediend, bijvoorbeeld doordat de pen 28 ergens achter blijft haken.
Bij het drinksysteem volgens de fign. 12-14 zijn de klep 2 en de leiding 1 in het gebied van de klep 2 vervaardigd uit flexibel materiaal. De klep 2 sluit de leiding 2 langs een dwars op de leiding 1 gerichte spleet 29 af en het bedienings-orgaan omvat wandgedeeltes 28 van de leiding 1 in het gebied van de uiteinden van de spleet 29. De klep 2 is zodanig gevormd, dat de klep 2 uitbuigt wanneer de leiding 1 in het gebied 28 van de uiteinden van de spleet 29 in dwarsrichting wordt samengeknepen. In de leiding 1 van het drinksysteem volgens het in de fign. 12-14 getoonde uitvoeringsvoorbeeld zijn twee kleppen 2 aangebracht die V-vormig naar elkaar toe con- vergerend zijn gericht en langs de spleet 29 op elkaar aansluiten.
Door in het gebied 28 van de uiteinden van de spleet 29 in de leiding 1 te knijpen opent de spleet 29 zich en kan de te drinken vloeistof passeren. Bij het in de fign. 12-14 getoonde mondstuk kunnen de kleppen 2 worden bediend door de leiding 1 ter hoogte van de kleppen 2 tussen de tanden te nemen en licht in de leiding 1 te bijten.
Indien de leiding in het gebied van de kleppen een in richtingen dwars op de spleet langwerpige dwarsdoorsnede heeft, kan het mondstuk steeds gemakkelijk in de mond worden gebracht in een stand waarbij de uiteinden van de spleet elk naar een van de kaken toe gericht zijn. in plaats van twee kleppen kan eventueel ook een ander aantal kleppen worden toegepast, bijvoorbeeld één klep die in gesloten toestand afdicht tegen de wand van de leiding.
Het drinksysteem volgens de uitvinding kan met voordeel worden toegepast voor het toedienen van dranken, maar ook van meer dikvloeibare substanties zoals yoghurt, vla en vloeibaar voedsel. Hoe groter de viscositeit van de te drinken vloeistof, hoe groter de diameter van de leiding dient te zijn, teneinde de stromingsweerstand in de leiding te beperken.

Claims (21)

1. Drinksysteem omvattende een leiding (1) voor het doorleiden van vloeistof vanuit een houder (6) naar de mond van de gebruiker, met het kenmerk, dat de leiding (1) is voorzien van een klep (2).
2. Drinksysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de klep een terugslagklep (2) is.
3. Drinksysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de klep (2) is verbonden met een bedieningsorgaan (28).
4. Drinksysteem volgens conclusie 1 of 3, met het kenmerk, dat de klep een overdrukklep (2) is.
5. Drinksysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de klep (2) nabij het in de mond te nemen uiteinde van de leiding (1) is gelegen.
6. Drinksysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de terugslagklep (2) is uitgevoerd als een buigzaam membraan.
7. Drinksysteem volgens conclusie 6, gekenmerkt door een schouder met een zitting (5) waartegen de klep (2) in gesloten toestand aanligt.
8. Drinksysteem volgens conclusie 2, gekenmerkt door een in hoofdzaak luchtdicht afgesloten houder (6) met een doorlaat voor de leiding (1) en een beluchtingsdoorlaat (8).
8. Drinksysteem volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk, dat het membraan (2) aan één zijde is verbonden met de wand van een doorlaat waarin deze is aangebracht en zich in gesloten toestand vanaf die zijde schuin naar de tegenovergelegen zijde van de doorlaat en in stroomafwaartse richting naar het in de mond te nemen uiteinde van de leiding (1) uitstrekt.
9. Drinksysteem volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat in de beluchtingsdoorlaat (8) een filter (13) is aangebracht.
10. Drinksysteem volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat de beluchtingsdoorlaat (8) communiceert met pompmid-delen voor het aanbrengen van een overdruk in de houder (6).
11. Drinksysteem volgens één der voorgaande conclusies, gekenmerkt door een bevestigingsorgaan (16) omvattende een opening voor het opnemen en vasthouden van de leiding en bevestigingsmiddelen .
12. Drinksysteem volgens één der voorgaande conclusies gekenmerkt door een in het gebied van het in de mond te nemen uiteinde van de leiding (1) aangebrachte, omlopende uitsparing (17) aan de buitenzijde van de leiding (1)
13. Drinksysteem volgens één der voorgaande conclusies gekenmerkt door een in het gebied van het in de mond te nemen uiteinde van de leiding (1) aangebrachte, opstaande rand (18).
14. Drinksysteem volgens één der voorgaande conclusies gekenmerkt door een aan de leiding (1) bevestigd mondstuk (19), waarin de klep (2) is opgenomen.
15. Drinksysteem volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het bedieningsorgaan is uitgevoerd als een met de klep (2) verbonden bedieningspen (28).
16. Drinksysteem volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de bedieningspen (28) in langsrichting uit de leiding (1) steekt.
17. Drinksysteem volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de klep (2) en de leiding (1) in het gebied van de klep (2) zijn vervaardigd uit flexibel materiaal, de klep (2) de leiding (2) afsluit langs een dwars op de leiding (1) gerichte spleet (29), het bedieningsorgaan wandgedeeltes (28) van de leiding (1) in het gebied van de uiteinden van de spleet (29) omvat, en de klep (2) zodanig is gevormd, dat deze uitbuigt bij in dwarsrichting samenknijpen van de leiding (1).
18. Drinksysteem volgens conclusie 17, gekenmerkt door twee kleppen (2) die V-vormig naar elkaar toe convergerend zijn georiënteerd en langs de spleet (29) op elkaar aansluiten.
19. Houder voor toepassing in een drinksysteem volgens één der conclusies 8-10, gekenmerkt door een in hoofdzaak luchtdicht vormvast reservoir, een doorlaat (7) voor de leiding (1) en een beluchtingsdoorlaat (8).
20. Mondstuk ingericht voor toepassing in een drinksys-teem volgens conclusie 14, gekenmerkt door een doorlaat (3, 4), middelen voor het aansluiten van de leiding (1) en een in de doorlaat aangebrachte klep (2).
21. Bevestigingsorgaan voor toepassing in een drinksys-teem volgens conclusie 11, gekenmerkt door een opening voor het opnemen en vasthouden van de leiding en bevestigingsmiddelen. ►
NL9202202A 1992-12-18 1992-12-18 Drinksysteem alsmede houder, mondstuk en bevestigingsorgaan voor toepassing daarin. NL9202202A (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9202202A NL9202202A (nl) 1992-12-18 1992-12-18 Drinksysteem alsmede houder, mondstuk en bevestigingsorgaan voor toepassing daarin.
EP94903149A EP0773777B1 (en) 1992-12-18 1993-12-17 A drinking system and mouthpiece for use therein
DE69324175T DE69324175T2 (de) 1992-12-18 1993-12-17 Trinksystem und mundstück zur verwendung damit
AU57204/94A AU5720494A (en) 1992-12-18 1993-12-17 A drinking system and mouthpiece for use therein
PCT/NL1993/000271 WO1994014400A1 (en) 1992-12-18 1993-12-17 A drinking system and mouthpiece for use therein
AT94903149T ATE177936T1 (de) 1992-12-18 1993-12-17 Trinksystem und mundstück zur verwendung damit

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9202202A NL9202202A (nl) 1992-12-18 1992-12-18 Drinksysteem alsmede houder, mondstuk en bevestigingsorgaan voor toepassing daarin.
NL9202202 1992-12-18

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9202202A true NL9202202A (nl) 1994-07-18

Family

ID=19861652

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9202202A NL9202202A (nl) 1992-12-18 1992-12-18 Drinksysteem alsmede houder, mondstuk en bevestigingsorgaan voor toepassing daarin.

Country Status (6)

Country Link
EP (1) EP0773777B1 (nl)
AT (1) ATE177936T1 (nl)
AU (1) AU5720494A (nl)
DE (1) DE69324175T2 (nl)
NL (1) NL9202202A (nl)
WO (1) WO1994014400A1 (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6032873A (en) * 1998-10-26 2000-03-07 Weinstein; Robert E. Liquid drinking assemblage
JP3741924B2 (ja) * 2000-03-29 2006-02-01 株式会社まめいた 吸口付きストロー及びその製造方法
DE10141574A1 (de) * 2001-08-24 2003-03-13 Barbara Doering Trinkvorrichtung für bettlägerige Kranke
US6915961B2 (en) 2003-04-18 2005-07-12 Playtex Products, Inc. Spill proof straw
US9386870B2 (en) * 2010-07-19 2016-07-12 Caesar Rossitto Check valve drinking device
JP5333611B2 (ja) * 2012-01-10 2013-11-06 サーモス株式会社 飲料用容器

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3165241A (en) * 1963-01-25 1965-01-12 Irene V M Curry Feeder for invalids
FR2258164A1 (en) * 1974-01-18 1975-08-18 Dudouyt Jean Paul Liquid or pasty food baby feeding instrument - has tube connecting reservoir to flexible spoon shaped mouthpiece
FR2387030A1 (fr) * 1977-04-14 1978-11-10 Montibus Jean Marie Appareil permettant a un malade alite de boire
US4196747A (en) * 1978-08-11 1980-04-08 Quigley Patrick C Flexible drinking tube with check valve
GB2067416A (en) * 1980-01-21 1981-07-30 Wey Yeong Kwan Yeh Tian Show Feeding device
US4969564A (en) * 1989-08-25 1990-11-13 Joel Cohen Baby bottle with nipple and flexible straw

Also Published As

Publication number Publication date
WO1994014400A1 (en) 1994-07-07
EP0773777A1 (en) 1997-05-21
AU5720494A (en) 1994-07-19
EP0773777B1 (en) 1999-03-24
DE69324175D1 (de) 1999-04-29
DE69324175T2 (de) 1999-11-11
ATE177936T1 (de) 1999-04-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6253936B1 (en) Drink dispenser for collapsible liquid containers, and related method
US8622236B2 (en) Drinking vessel usable in different orientations
US5971357A (en) Fluid delivery valve
US5779071A (en) Nursing bottle with an air venting structure
US5573507A (en) Multi-use infant-feeding nipple system
US8016146B2 (en) Spill resistant caps and container systems
US7748643B2 (en) Spill proof straw
US6257429B1 (en) Drink dispenser for collapsible liquid containers
US5522516A (en) Liquid flow controlling device
EP1155968A1 (en) Container having a contamination-safe dispensing cartridge for flowable materials
US9386870B2 (en) Check valve drinking device
EP1627586B1 (en) Cup with a valve for drinking juice
NL9202202A (nl) Drinksysteem alsmede houder, mondstuk en bevestigingsorgaan voor toepassing daarin.
KR100899485B1 (ko) 젖병 조립체
JP2018104006A (ja) 容器の接続具、容器の内容物調製具、及び飲食品の調製方法
JP2507022Y2 (ja) 液体流出装置
AU2014339751A1 (en) A dispenser
US20080006597A1 (en) Bottle vent system
KR102343481B1 (ko) 반려동물용 식품을 급여하기 위한 연결 장치
NL1034287C2 (nl) Drinktuit.
DE3562610D1 (en) Disposable package for dispensing liquids with a controlled rate of flow
WO2021019420A1 (en) Drinking vessel

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed