NL9100172A

NL9100172A - DEVICE FOR DELAYED OPERATION OF A VALVE.

Info

Publication number: NL9100172A
Application number: NL9100172A
Authority: NL
Original assignee: Total Feuerschutz Gmbh
Priority date: 1990-02-23
Filing date: 1991-01-31
Publication date: 1991-09-16
Also published as: GB2241562B; FR2658896A1; BE1003837A3; GB9102618D0; ITMI910384A0; FR2658896B1; IT1244744B; NL193721B; GB2241562A; NL193721C; DE4005777C1; ITMI910384A1

Description

UITTREKSELEXTRACT

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het vertraagd bedienen van een klep, in het bijzonder in samenhang met een brandblusinstallatie, waarbij de vertragings-tijd door een elektromechanisch aangedreven vertragingsinrichting instelbaar is en deze door middel van een ontkoppelin-richting inwerkt op het openingselement van de klep. Tussen de vertragingsinrichting en de ontkoppelinrichting is een kracht-overbrenger ingebouwd, die via een grendelelement wordt gear reteerd. In het geval van brand wordt na het verstrijken van de vertragingstijd de krachtoverbrenger vrijgegeven, zodat het openen van de blusklep op betrouwbare wijze wordt gegarandeerd.The invention relates to a device for delayed actuation of a valve, in particular in connection with a fire extinguishing installation, wherein the delay time is adjustable by an electromechanically driven delay device and acts on the opening element of an opening device by means of a decoupling device. the valve. A power transmitter is installed between the deceleration device and the decoupling device, which is retained via a locking element. In the event of a fire, the power transmitter is released after the delay time has elapsed, so that the opening of the extinguisher valve is reliably guaranteed.

Inrichting voor de vertraagde bediening van een klepDevice for delayed actuation of a valve

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor de vertraagde bediening van een klep, in het bijzonder in samenhang met een brandblusinstallatie, waarbij de vertragings-tijd door een elektromechanisch aangedreven vertragingsinrichting instelbaar is, en deze door middel van een ontkoppelings-inrichting inwerkt op het openingselement van de klep.The invention relates to a device for the delayed operation of a valve, in particular in connection with a fire extinguishing system, wherein the delay time is adjustable by an electromechanically driven delay device, and it acts on the opening element by means of a decoupling device of the valve.

Een dergelijke inrichting is beschreven in het DE-A-3826300. Hierbij wordt door een motor een schroefspil aangedreven, die op zijn beurt een niet meedraaiende schroefhuls aandrijft. Een met de schroefhuls verbonden aanslag beweegt een ontkoppelingshefboom, die de klep opent. Met deze uitvoeringsvorm wordt de ontkoppelingshefboom door de door de motor aangedrëven schroefhuls bewogen en derhalve de klep direct door de vertragingsinrichting geopend.Such a device is described in DE-A-3826300. A screw spindle is driven by a motor, which in turn drives a non-rotating screw sleeve. A stop connected to the screw sleeve moves a release lever that opens the valve. With this embodiment, the disengaging lever is moved through the screw sleeve driven by the motor and thus the valve is opened directly by the decelerator.

Huidige brandmeldingscentrales worden in standaarduitvoeringen in brandblusinstallaties ingebouwd. Vertragings-inrichtingen voor het openen van de blusklep zijn onderdeel van een brandmeldingscentrale. Het direct openen van de klep is van nadeel, aangezien de openingskracht slechts relatief langzaam wordt opgebracht en hierbij hoge toerentallen van de elektromotor vereist zijn, om een snel vooruit bewegen van de vertragingsinrichting te bereiken.Current fire alarm control panels are installed in fire extinguishing systems in standard versions. Delay devices for opening the fire damper are part of a fire control panel. Direct opening of the valve is disadvantageous, since the opening force is applied only relatively slowly and requires high speeds of the electric motor to achieve rapid forwarding of the decelerator.

Voor een qua tijd precieze afloop van de vertragingsinrichting moeten tijdtoleranties binnen nauwe grenzen worden gekozen. Ook de fabricagetoleranties bij bestaande onderdelen van een brandblusinstallatie moeten binnen nauwe grenzen worden gehouden om grote veiligheidsreserves te waarborgen. In het bijzonder bij brandblusinstallaties met voor personen schadelijke brandblusmiddelen, zoals bijvoorbeeld C02, wordt met de huidige stand van de techniek niet voldoende veiligheid gewaarborgd.Time tolerances within narrow limits must be selected for a time-delayed arrangement of the delay device. Manufacturing tolerances for existing parts of a fire extinguishing system must also be kept within narrow limits to ensure high safety reserves. In particular in fire extinguishing systems with fire-extinguishing agents that are harmful to persons, such as, for example, CO2, the current state of the art does not guarantee sufficient safety.

Mechanische vertragings- en openingsinrichtingen zijn uit fabricagetechnische overwegingen zeer duur. Met het oog op mogelijke corrosie, slijtage van de beweegbare delen en derhalve bewegingsonnauwkeurigheden of dergelijke, vormen dergelijke inrichtingen een groot restrisico. Elektrische installaties kunnen door uitwendige invloeden, zoals blikseminslag of magnetische induktiviteiten tot onvertraagde foutieve activeringen leiden.Mechanical delay and opening devices are very expensive for fabrication reasons. In view of possible corrosion, wear of the movable parts and therefore movement inaccuracies or the like, such devices are a major residual risk. Electrical installations can lead to delayed faulty activations due to external influences such as lightning strikes or magnetic inductances.

Uitgaande van het DE-A-3826300 beoogt de uitvinding de genoemde nadelen te vermijden en de betrouwbaarheid voor het openen van de klep in het geval van brand met een veelvoud te verhogen en het gevaar van het onbedoeld activeren tengevolge van induktiviteiten, bliksems of dergelijke te vermijden.Starting from DE-A-3826300, the object of the invention is to avoid the above-mentioned drawbacks and to increase the reliability of opening the valve in the event of a fire by a multiplicity and to avoid the danger of accidental activation due to inductions, lightning or the like avoid.

Dit doel wordt hierdoor bereikt, dat de ontkoppe-lingsinrichting is voorzien van een afzonderlijk, door de ver-tragingsinrichting arreteerbaar grendelelement, dat op zijn beurt een krachtoverbrenger arreteert, die na afloop van de vertragingstijd wordt vrijgegeven en daardoor het openingsele-ment bedient.This object is achieved in that the decoupling device is provided with a separate locking element that can be locked by the delay device, which in turn locks a power transmitter, which is released after the delay time has expired and thereby actuates the opening element.

Met de inrichting volgens de uitvinding wordt een willekeurige, variabele veelvoud van de vereiste kracht voor het openen van de klep opgebracht en derhalve een zodanige betrouwbaarheid verkregen, dat uitwendige invloeden geen ongewild onvertraagde ontkoppeling kunnen veroorzaken. Het wezen van de uitvinding bestaat uit de krachtoverbrenger, die tussen de vertragingsinrichting en de ontkoppelingsinrichting is ingebouwd. Deze krachtoverbrenger kan als mechanisch, pneumatisch, elektrisch of hydraulisch element zijn uitgevoerd.With the device according to the invention, an arbitrary, variable multiple of the force required to open the valve is applied and is therefore obtained in such a way that external influences cannot cause unintentional delayed disconnection. The essence of the invention consists of the power transmitter, which is built in between the deceleration device and the decoupling device. This power transmitter can be designed as a mechanical, pneumatic, electrical or hydraulic element.

In een aantal uitvoeringsvoorbeelden zijn de respectievelijke krachtoverbrengers schematisch weergegeven en nader beschreven. Zo worden tevens de in de onderconclusies gekenmerkte andere kenmerken van de uitvinding in de beschrijving nader toegelicht.In a number of exemplary embodiments, the respective power transmitters are schematically shown and further described. The other features of the invention characterized in the subclaims are thus further explained in the description.

Fig. 1 toont een krachtoverbrenger met een mechani-sche energie-opslag in de vorm van een veerkracht, fig. 2 toont een krachtoverbrenger met mechanische energie-opslag, fig. 3 toont een pneumatische krachtoverbrenger met een gaspatroon als gasopslag, fig. 4 toont een pneumatische krachtoverbrenger met een besturingsfles als gasopslag, fig. 5 toont een pneumatische krachtoverbrenger met het blusmedium als gasopslag, fig. 6 toont een krachtoverbrenger met een elektrische en pyrotechnische vormgeving, en fig. 7 toont een krachtoverbrenger met rechtstreekse krachtoverbrenging.Fig. 1 shows a power transmitter with a mechanical energy storage in the form of a spring force, fig. 2 shows a power transmitter with a mechanical energy storage, fig. 3 shows a pneumatic power transmitter with a gas cartridge as gas storage, fig. 4 shows a pneumatic power transmitter with a control cylinder as gas storage, Fig. 5 shows a pneumatic power transmitter with the extinguishing medium as gas storage, Fig. 6 shows a power transmitter with an electrical and pyrotechnic design, and Fig. 7 shows a power transmitter with direct power transmission.

In essentie bestaat de uitvinding uit de vertragings-inrichting 1, de ontkoppelingsinrichting 2, het openingsele-ment 3, het grendelelement 4 en de krachtoverbrenger 5. Deze vijf kenmerken zijn in alle uitvoeringsvoorbeelden aanwezig en worden telkens afzonderlijk beschreven.In essence, the invention consists of the deceleration device 1, the decoupling device 2, the opening element 3, the locking element 4 and the power transmitter 5. These five features are present in all embodiments and are each described separately.

Volgens fig. 1 bestaat de vertragingsinrichting 1 uit een motor 6, die een spindelschróef 7 aandrijft, waarop een spindelmoer 8 in het geval van de bediening naar de motor 6 wordt bewogen. Een op de spindelmoer 8 bevestigde meeneempen 9 loopt tegen een aanslag 10 van een in een lager 12 gelagerde grendel 11 en trekt deze in de richting van de motor 6 terug.According to Fig. 1, the deceleration device 1 consists of a motor 6, which drives a spindle screw 7, on which a spindle nut 8 is moved to the motor 6 in the case of operation. A drive pin 9 mounted on the spindle nut 8 runs against a stop 10 of a latch 11 mounted in a bearing 12 and retracts it in the direction of the motor 6.

De ontkoppelingsinrichting 2 bestaat uit een ontkop-pelingszuiger 14 met een bedieningsstang 15 en is in een lager 16 gelagerd. Als krachtoverbrenger 5 is een veer 18 toegepast, die aanligt tegen aanslagen 17 en 19. Als grendelelement 4 is een hefboom 20 toegepast, die enerzijds aanligt tegen de axiaal verschuifbare zuiger 22 van de grendel 11 en anderzijds tegen de ontkoppelingszuiger 14. In het uitvoeringsvoorbeeld is de hefboom 20 in zijn bovenste gedeelte voorzien van een lagering 23, waarbij het uitstekende uiteinde 24 aanligt tegen het onderste uiteinde 25 van de zuiger 14. Wanneer de grendel 11 naar de motor 6 toe wordt getrokken, wordt het onderste uiteinde 26 van de hefboom 20 vrijgegeven, zodat de veer 18 met de veerkracht het uitstekende uiteinde 24 om het punt 23 verzwenkt en hierdoor de veer 18 de bedieningsstang 15 tegen het openingselement 3 schuift, waardoor de blusklep 13 wordt geopend. Het zwenkpunt 23 kan ook in het midden van de hefboom 20 zijn aangebracht.The decoupling device 2 consists of a decoupling piston 14 with an operating rod 15 and is mounted in a bearing 16. As a power transmitter 5, a spring 18 is applied, which abuts against stops 17 and 19. As locking element 4, a lever 20 is used, which abuts on the one hand against the axially displaceable piston 22 of the bolt 11 and on the other hand against the decoupling piston 14. In the exemplary embodiment the lever 20 in its upper part is provided with a bearing 23, the protruding end 24 resting against the lower end 25 of the piston 14. When the latch 11 is pulled towards the motor 6, the lower end 26 of the lever 20 released, so that the spring 18 pivots the protruding end 24 about the point 23 with the spring force and the spring 18 thereby slides the operating rod 15 against the opening element 3, whereby the extinguishing valve 13 is opened. The pivot point 23 can also be arranged in the center of the lever 20.

Volgens fig. 2 bestaat de vertragingsinrichting 1 uit een motor 27, die een tandwiel 28 aandrijft. Dit tandwiel 28 grijpt aan op een tandheugel 29 van een schuifhuls 30, die gemeenschappelijk met een openingszuiger 31 de ontkoppelingsinrichting 2 vormt. De zuiger is gelagerd in een buis 32, die opnieuw op een huis 33 is bevestigd. Tussen een wand 34 van het huis 33 en de openingszuiger 31 is als krachtoverbrenger 5 een veer 35 ingebouwd. Binnen de buis 32 en de openingszuiger 31 is een groef 36 gevormd, waarin een aantal kogels 37 zijn aangebracht. In het geval van brand beweegt de motor 27 de tandheugel 29 in de richting van.pijl 41. Wanneer een afstand 42 is afgelegd vallen de kogels 37 in een vrije ruimte 38 van de schuifhuls 30 en worden aldaar door aanslagen 39 opgevangen. Hierdoor wordt de openingszuiger 31 met de stang 40 vrijgegeven, zodat de veer 35 de stang 40 tegen het openingsele-ment 3 beweegt, waardoor het blusventiel 13 wordt geopend.According to Fig. 2, the deceleration device 1 consists of a motor 27, which drives a gear 28. This gear wheel 28 engages on a gear rack 29 of a sliding sleeve 30, which together with an opening piston 31 forms the decoupling device 2. The piston is mounted in a tube 32, which is reattached to a housing 33. A spring 35 is built in as a power transmitter 5 between a wall 34 of the housing 33 and the opening piston 31. A groove 36 is formed within the tube 32 and the opening piston 31, in which a number of balls 37 are arranged. In the event of a fire, the motor 27 moves the rack 29 in the direction of arrow 41. When a distance 42 has been traveled, the balls 37 fall into a free space 38 of the sliding sleeve 30 and are received there by stops 39. The opening piston 31 is hereby released with the rod 40, so that the spring 35 moves the rod 40 against the opening element 3, whereby the extinguishing valve 13 is opened.

Overeenkomstig fig. 3 bestaat de vertragingsinrich-ting 1 uit een besturingsschijf 44, die door een motor 43 wordt aangedreven. De schijf 44 schuift een pen 45 in de boring 46 van een huis 47. Aan het andere open uiteinde van het huis 47 is een cilinder 48 met een zuiger 49 en een zuiger-stang 50 toegepast, waarbij de cilinder 48 in de richting van het huis 47 geopend is. Binnen het huis 47 is als krachtover-brenger 5 een gaspatroon 51 aanwezig, die in de flessekop 52 door een afsluitfolie 53 als grendelelement 4 is afgesloten. Tussen de gaspatroon 51 en de zuiger 49 is door middel van steunen 54 een patroonpen 55 aangebracht. Tijdens het openen schuift de pen 45 de gaspatroon 51 tegen de patroonpen 55, zodat deze de afsluitfolie 53 doorscheurt en hierdoor de in-houd van de gaspatroon vrijgeeft. Het in de gaspatroon 51 onder druk staande gas drijft de zuiger 49 met de zuigerstang 50 tegen het openingselement 3, zodat hierdoor de blusklep 13 wordt geopend.According to Fig. 3, the delay device 1 consists of a control disc 44, which is driven by a motor 43. The disk 44 slides a pin 45 into the bore 46 of a housing 47. At the other open end of the housing 47, a cylinder 48 with a piston 49 and a piston rod 50 is provided, with the cylinder 48 facing the house 47 is open. Inside the housing 47, as a power transmitter 5, there is a gas cartridge 51, which is closed in the bottle head 52 by a sealing foil 53 as locking element 4. A cartridge pin 55 is arranged between the gas cartridge 51 and the piston 49 by means of supports 54. During opening, the pin 45 slides the gas cartridge 51 against the cartridge pin 55, so that it tears the sealing foil 53 and thereby releases the contents of the gas cartridge. The gas under pressure in the gas cartridge 51 drives the piston 49 with the piston rod 50 against the opening element 3, so that the extinguishing valve 13 is opened thereby.

Volgens fig. 4 bestaat de elektromechanische vertra-gingsinrichting 1 uit een motor 56, die via een spindel 57 een element 58 aandrijft. Via een inrichting 59 wordt een klep 60 geopend, die als grendelement 4 dient. Deze klep 60 is via een leiding 61 verbonden met een besturingsfles 62, die is gevuld met onder druk staand gas en als krachtoverbrenger 5 dient. Anderzijds is de klep 60 verbonden met een cilinder 64 waarin zich een zuiger 65 met zuigerstarig bevindt. Wanneer via de vertragingsinrichting 1 de klep 60 wordt geopend stroomt uit de besturingsfles 62 onder druk staand gas in de ruimte 66 van de cilinder 64 en drijft de zuiger 65 met de zuigerstang tegen het openingselement 3 en opent hierdoor de blusklep 13 zodat via de leiding 67 het blusmiddel uit de blusmiddelfles 68 naar buiten kan stromen.According to Fig. 4, the electromechanical delay device 1 consists of a motor 56, which drives an element 58 via a spindle 57. A valve 60 is opened via a device 59, which serves as locking element 4. This valve 60 is connected via a pipe 61 to a control bottle 62, which is filled with pressurized gas and serves as a power transmitter 5. On the other hand, the valve 60 is connected to a cylinder 64 which contains a piston 65 with piston stiff. When the valve 60 is opened via the delay device 1, pressurized gas flows from the control bottle 62 into the space 66 of the cylinder 64 and the piston 65 with the piston rod floats against the opening element 3, thereby opening the extinguishing valve 13 so that via the pipe 67 the extinguishing agent can flow out of the extinguishing agent bottle 68.

Volgens fig. 5 bestaat de vertragingsinrichting 1 uit een motor 69, die een spindel 70 en een inrichting 71 aandrijft, waarmee een openingsinrichting 72 van een klep 73 wordt geopend. Deze delen vormen het grendelelement 4. De klep 73 is enerzijds via een bypass-leiding 74 met de kop van de blusmiddelfles 68 verbonden en anderzijds via een leiding 75 met een cilinder 76, die als ontkoppelingsinrichting 2 werkt. De cilinder 76 is voorzien van een zuiger 77 en een zuiger-stang 78, die aangrijpt op de blusklep 13 en deze opent. De cilinder 76 met zijn inrichtingen 77 en 78 dient als openings-element 3. Na het openen van de klep 73 stroomt het blusmiddel via de bypass-leiding 74 en de leiding 75 in de ruimte 79 van de cilinder 76 en opent hierdoor de blusklep 13.According to Fig. 5, the delay device 1 consists of a motor 69, which drives a spindle 70 and a device 71, with which an opening device 72 of a valve 73 is opened. These parts form the locking element 4. The valve 73 is connected on the one hand via a bypass pipe 74 to the head of the extinguishing agent bottle 68 and on the other hand via a pipe 75 to a cylinder 76, which acts as a decoupling device 2. The cylinder 76 is provided with a piston 77 and a piston rod 78, which engages and opens the extinguishing valve 13. The cylinder 76 with its devices 77 and 78 serves as opening element 3. After opening the valve 73, the extinguishing agent flows through the bypass line 74 and the line 75 into the space 79 of the cylinder 76, thereby opening the extinguishing valve 13 .

Volgens fig. 6 bestaat de vertragingsinrichting 1 uit een motor 80, een spindel 81 en een axiaal beweegbare spindel-moer 82. Met de spindelmoer 82 is een grendelelement 4 verbonden, dat uit een plaat 83 en een stang 84 bestaat. In dit uitvoer ingsvoorbeeld werkt de plaat 83 als extra blokkeringsele-ment tegen een onbedoeld openen van de blusklep 13. De ontkoppelingsinrichting 2 bestaat uit een elektrische schakelaar 85 met schakelknop 86 en is aangesloten op een elektrische leiding 87. Vanaf de schakelaar 85 leidt een elektrische leiding 88 naar een pyrotechnische krachtoverbrenger 5. Deze bestaat uit een huis 89 met een zuiger 90 en een zuigerstang 91. De ruimte 92 is met een pyrotechnische lading gevuld en voorzien van een elektrische ontsteker 93. Tijdens brand wordt de spindelmoer 82 en derhalve de schijf 83 met de stang 84 naar de knop 86 van de schakelaar 85 bewogen, zodat de schakelaar 85 wordt gesloten en hierdoor via de leidingen 87 en 88 stroom kan lopen. Via de ontsteker 93 wordt de pyrotechnische lading ontstoken, en hierdoor de zuiger 90 met de stang 91 met een klap tegen het openingselement 3 geslingerd, waardoor de blusklep 13 wordt geopend. Wanneer bijvoorbeeld een bliksem in de elektrische leiding 87 inslaat en hierdoor met de leiding 88 een vonkenbrug vormt, kan in dit geval zelfs bij ontsteking van de pyrotechnische lading het openingselement 3 niet worden bewogen, aangezien de plaat 83 een beweging van het openingselement 3 verhindert. In plaats van de pyrotechnische lading 92 zou een elektromagneet kunnen worden toegepast, die bij het door de leidingen 87 en 88 lopen van stroom de zuigerstang 91 beweegt en hierdoor de blusmiddelklep 13 opent. Ook kan in plaats van de pyrotechnische lading een extra motor voor het openen van het openingselement 3 zorgen.According to Fig. 6, the deceleration device 1 consists of a motor 80, a spindle 81 and an axially movable spindle nut 82. A locking element 4, which consists of a plate 83 and a rod 84, is connected to the spindle nut 82. In this exemplary embodiment, the plate 83 acts as an additional blocking element against accidental opening of the extinguishing valve 13. The decoupling device 2 consists of an electrical switch 85 with switch button 86 and is connected to an electrical line 87. From the switch 85 an electrical conduit 88 to a pyrotechnic power transmitter 5. This consists of a housing 89 with a piston 90 and a piston rod 91. The space 92 is filled with a pyrotechnic charge and equipped with an electric igniter 93. During a fire, the spindle nut 82 and therefore the disc 83 moved with the rod 84 towards the button 86 of the switch 85, so that the switch 85 is closed and current can flow through the lines 87 and 88. The pyrotechnic charge is ignited via the igniter 93, and the piston 90 with the rod 91 is thrown with a blow against the opening element 3, whereby the extinguishing valve 13 is opened. In this case, for example, if a lightning strikes the electrical line 87 and forms a spark gap with the line 88, the opening element 3 cannot be moved even when the pyrotechnic charge is ignited, since the plate 83 prevents movement of the opening element 3. An electromagnet could be used instead of the pyrotechnic charge 92, which moves the piston rod 91 as current flows through the lines 87 and 88 and thereby opens the extinguishing agent valve 13. An extra motor can also open the opening element 3 instead of the pyrotechnic load.

Volgens fig. 7 bestaat de vertragingsinrichting 1 opnieuw uit een motor 95 met spindel 96 en spindelmoer 97, die tegen een plaat 98 van de ontkoppelingsinrichting 2 drukt. De krachtoverbrenger 5 bestaat uit een getrapte cilinder 99 met een klein cilinderdeel 100 en een groot cilinderdeel 101. In het cilinderdeel 100 is een zuiger 102 met zuigerstang 103 toegepast, welke met de plaat 98 is verbonden. In het cilinderdeel 101 is een zuiger 104 met zuigerstang 105 toegepast, die aanligt tegen het openingselement 3. Bij de zuiger 102 behoren trekveren 106 en bij de zuiger 104 drukveren 107. Wanneer de spindelmoer 97 de zuiger,102 beweegt en derhalve binnen de cilinder 99 druk opbouwt, wordt het openingselement 3 pas bewogen, wanneer de krachten van de veren 106 en 107 zijn overwonnen. Derhalve werken de veren als grendelelementen 4.According to Fig. 7, the deceleration device 1 again consists of a motor 95 with spindle 96 and spindle nut 97, which presses against a plate 98 of the decoupling device 2. The power transmitter 5 consists of a stepped cylinder 99 with a small cylinder part 100 and a large cylinder part 101. In the cylinder part 100 a piston 102 with piston rod 103 is used, which is connected to the plate 98. In the cylinder part 101, a piston 104 with piston rod 105 is applied, which abuts against the opening element 3. The piston 102 includes extension springs 106 and the piston 104 includes compression springs 107. When the spindle nut 97 moves the piston, 102 and therefore within the cylinder 99 the opening element 3 is only moved when the forces of the springs 106 and 107 are overcome. Therefore, the springs act as locking elements 4.

De uitvinding is niet beperkt tot de weergegeven voorbeelden. Zo is het zondermeer mogelijk, dat de vertragingsinrichting 1 niet slechts uit motor, spindel en spindelmoer bestaat, doch ook uit motor met besturingsschijf en be-sturingspen. Hierbij kan de besturingsschijf als nokkenschijf of dergelijke zijn uitgevoerd. Evenzeer is het denkbaar, dat in alle gevallen de vertragingsinrichting uit een tandwiel met tandheugel bestaat. Op de in fig. 6 weergegeven blokkering 83/84 kan in deze of een overeenkomstige vorm bij alle andere uitvoeringsvoorbeelden volgens de uitvinding worden toegepast.The invention is not limited to the examples shown. It is thus possible without any doubt that the deceleration device 1 consists not only of a motor, spindle and spindle nut, but also of a motor with control disc and control pin. The control disk can be designed as a cam disk or the like. It is also conceivable that in all cases the reduction device consists of a gear with rack. The lock 83/84 shown in Fig. 6 can be used in this or a corresponding form in all other embodiments according to the invention.

Claims

1. Device for the delayed actuation of a valve, in particular in connection with a fire extinguishing system, wherein the delay time is adjustable by an electromechanically driven delay device, and it acts on the opening element of the valve by means of a decoupling device, characterized in that the decoupling device (2) is provided with a separate locking element (4) that can be locked by the deceleration device (1), which in turn locks a power transmitter (5), which is released after the delay time has expired and thereby actuates opening element (3).

Device according to claim 1, characterized in that the power transmitter (5) is designed as a mechanical, pneumatic, electrical or hydraulic element.

Device according to claims 1 and 2, characterized in that the mechanical power transmitter (5) consists of a spring connected to the release device (2), the release device (2) being a locking element (4) by a lever (20). that is connected to the deceleration device (1).

Device according to claim 3, characterized in that the locking element comprises a pivotable lever (20).

Device according to claim 3, characterized in that as locking element (4) in a sliding sleeve (30) one (or a number) of ball (s) is (are) used which lock or piston (31). arrest.

Device according to claims 1 and 2, characterized in that the pneumatic power transmitter (5) consists of a gas storage connected to the release device (2), the gas content of which can act on the release device for operating the opening element (3) (2).

Device according to claim 6, characterized in that the gas storage comprises a gas cartridge (51) with sealing foil (53) and can be pressed against a cartridge pin (55).

Device according to claim 6, characterized in that the gas storage consists of a separate control bottle (62) with a pilot valve (60) downstream, which is controllable by the retarding device (1).

Device according to claim 6, characterized in that the extinguishing agent container (68) itself serves as a gas storage, from which a separate gas pipe (74, 75) with a valve (73) to be operated by the retarding device (1) acts as a disconnection device. direction (2) goes out and the separate gas pipe (75) is connected to a control cylinder (67) as the opening element.

Device according to claims 1 and 2, characterized in that the electrical power transmitter (5) is designed as a pyro-technical element (92, 93), which is operated by an electrical switch (82-84) to be operated by the locking element (82-84). 85) is connected.

Device according to claims 1 and 2, characterized in that the electric power transmitter (5) is designed as an electromagnet, which is connected to an electric switch to be operated by the locking element (4).

Device according to claims 1 and 2, characterized in that the electric power transmitter (5) is designed as an electric motor, which is connected to an electric switch to be operated by the locking element (4).

Device according to claims 1 and 2, characterized in that the power transmitter (5) consists of a hydraulic or pneumatic cylinder (99) with two pistons (102, 104), the deceleration device (1) on a small piston (102) and a large piston (104) acts on the opening element (3) and one or both pistons (102, 104) have springs (106, 107) as locking elements.

Device according to claims 1 to 13, characterized in that the deceleration device (1) consists of a control disc (44) driven by an electric motor, which pin acts on the gas cartridge (51) as a power transmitter (5). ) is connected.

Device according to any one of claims 1 to 14, characterized in that the deceleration device (1) consists of a gear motor driven by an electric motor, which engages a rack (29) connected to the decoupling device (2), the power transducer (5) being locked by means of balls (37).

Device according to any one of claims 1 to 15, characterized in that the opening element (3) is additionally lockable by a blocking device (82 to 84).