NL8900615A - Tentstokverbinder. - Google Patents

Description

Tentstokverbinder.

De uitvinding heeft betrekking op een verbinder voor het steunen van eindgedeeltes van stokvormige organen voor het vormen van een deel van een tent van het koepeltype.

Meer in het bijzonder voorziet de uitvinding in een verbinder, welke dient voor het vergemakkelijken van het monteren en demonteren van buisvormige stokken en om weerstand te bieden aan krachten, welke ontstaan door de omgeving van de tent.

Zoals bekend, is een tent een samenvouwbare schuilplaats uit kanvas of een ander materiaal, dat gespannen en gesteund door stokken gebruikt wordt voor het kamperen in de buitenlucht of als tijdelijk bouwsel.

De uitvinding is gericht op een speciaal tentont- werp van het zogenaamde koepeltype en is gekenmerkt door * het gebruik van lange flexibele stokken, welke vervaardigd zijn uit fiberglas voor het verkrijgen van de noodzakelijke elasticiteit.

Ook plastics zijn als stokmateriaal geschikt. De stokken zijn elastisch gebogen en opgesteld voor het vormen van een koepelvorm. Elke stof is gericht op een rij van op afstand gelegen ogen, welke genaaid of anderszins verbonden zijn met het materiaal, dat het tentlichaam vormt. Het is dus noodzakelijk stokken toe te passen met een voorafbepaalde lengte, zodat, wanneer elke stok gebogen is, het materiaal van het tentlichaam langs elke rij ogen gesteund wordt. Iemand die een gedemonteerde tent van het koepeltype draagt, ondervindt problemen bij het hanteren van de betrekkelijk lange stokken.

Een stok kan zijn opgebouwd uit een aantal buisvormige moffen, zodanig, dat deze moffen aan de zijkant van de tent komen te liggen. Een elastisch koord uit rubber band loopt binnenin over de lengte van elke buisvormige stok, waarbij alle stokken samengehouden blijven, zelfs wanneer de stokdelen van de moffen worden afgenomen voor een beter hanteren van de stokken. Twee of drie buisvormige stokken worden gebruikt als deel van een koepelvormige tent,

De stokken kruisen elkaar in de top van de tent.

Deze vorm van een tent van het koepel-type is licht in gewicht en sterk. Nadelen ontstaan, omdat de stokken uit de ogen van het materiaal van het tentlichaam genomen moeten worden, wanneer de tent moet worden afgebroken. Dienovereenkomstig moeten de stokken in de ogen gestoken worden, wanneer de tent wordt opgezet. Er bestaat een bepaalde speling in de stokken in het vlak aan de top van de _ tent, waar de stokken elkaar kruisen. Dit leidt tot een onstabiliteit, in het bijzonder door wind bij een storm, hetgeen kan resulteren in het samenklappen van de tent.

Er bestaat een zogenaamde zestig-seconden-tent-ontwerp voor een koepelvormige tent? daarin vormen de stokken een één geheel vormend lichaam, aangezien het verbindingsdeel om de buisvormige stokken kan worden ingevouwen ter oplossing van het genoemde probleem. Hoewel dit voordelen heeft bij het opzetten en afbreken van de tent, zijn de stokverbindingsdelen op de vouwplaats zo zwak, dat de tent de noodzakelijke stijfheid mist.

Het doel van de uitvinding is te voorzien in een verbinder voor het samenbrengen van de stokken van een koe-peltent in een onderling radiale stand aan het topgedeelte van de tent, waardoor de problemen en de tekortkomingen van de bekende koepeltenten worden ondervangen.

Volgens de uitvinding wordt voorzien in een koepel-tent met lange stokken, voorzien van een elastisch deel in een eindgedeelte van elke stok, een stokverbinder met een basisdeel en een opening, welke zich haaks op elk van een aantal lange bussen uitstrekt, welke gevormd worden door wandgedeelten, welke radiaal om de basisdelen verlopen voor het steunen van einddelen van de lange stokken, waarbij een verankerende wand elk van de wandgedeelten scheidt van die opening in de basisdelen, terwijl elke verankerende wand een doorgang heeft voor het door die opening doorlaten van een elastisch orgaan vanaf het eindgedeelte van één van de lange stokken en waarbij het terugtrekken van een geknoopt gedeelte van het elastische orgaan uit die opening wordt verhinderd.

Het aantal lange bussen, gevormd door de wandgedeel-ten, stemt overeen met het aantal stokken, dat zich om het topgedeelte van de tent uitstrekt. Doelmatig is de verbinder volgens de uitvinding zodanig uitgevoerd, dat eindge-deelten van vier, zes of acht stokken, over onderling gelijke hoeken verdeeld, om het basisdeel zijn aangebracht. Voor het verkrijgen van de nodige stijfheid van het basisdeel van de verbinder, is dit voorzien van een opstaande wand, welke de opening omgeeft en een verstijvingsribbe vormt.

Wanneer de stokken met de verbinder volgens de uitvinding zijn verenigd wordt een één geheel vormend lichaam als deel van de tent gevormd.

Verdere voordelen en kenmerken van de uitvinding worden in het licht van de bijgaande tekeningen toegelicht waarin: fig. 1 een perspectivisch aanzicht is van een stok-verbinder volgens de uitvinding in een voorkeursuitvoeringsvorm; fig. 2 is een doorsnede volgens de lijn II-II van fig. 1; en fig. 3 is een perspectivisch aanzicht van een tent· van het koepel-type met een stokverbinder volgens de onderhavige uitvinding.

Zoals blijkt uit de figuren 1 en 2, heeft de verbinder 2 een schotelvormig basisgedeelte 3 met een centrale opening 4. Een opstaande wand aan elke overliggende zijde van het basisdeel 3 is verstijfd en versterkt door de dwars-wanden 8 in de vorm van een X binnen de opening 4. Het verband, gevormd door de dwarsbanden 8, is omgeven door wanden 6, welke deformatie van de verbinder voorkomen als gevolg van plotselinge temperatuursveranderingen, bijvoorbeeld grote hitte of bittere koude, terwijl tegelijkertijd beschadigingen als gevolg van windkracht worden voorkomen.

Langs radiaal zich uitstrekkende bussen 10 bevinden zich op gelijke hoekafstanden langs de omtrek van het basisdeel 3.

Er zijn vier van zulke bussen in de uitvoeringsvorm weergegeven in de figuren 1-3 voor een in het bijzonder vierhoekige koepeltent, weergegeven in fig. 3. Zes of acht bussen kunnen op gelijke hoekafstanden aanwezig zijn, indien noodzakelijk, om te worden gebruikt bij een zeskantige of achtkantige koepeltent. Elke bus is gevormd door wandgedeel-ten met ribben 12 aan elk overliggend vlak van het basisdeel 3. De ribben 12 dienen evenals de wanden 8 voor het verstijven en versterken van de zijvlakken van de bussen.

De ribben 12 kunnen zijn uitgevoerd als weergegeven en het is gewenst voor deze ribben een vorm te kiezen waardoor een verhoging van het gewicht van de verbinder wordt voorkomen. De ribben 12 zijn een ander deel van de verbin-dingsconstructie en dienen om plotselinge temperatuursveranderingen en krachten als gevolg van de wind te weerstaan.

Een gedeelte van de wand 6, welke de openingen aan de binnenzijde van elke bus 10 afsluit, vormt een veran-keringswand 11. In elke wand is een doorgang 14 gevormd.

Deze doorgang is zodanig bemeten, dat het eindgedeelte van een elastisch orgaan B doorgelaten kan worden en dat buiten het einde van een buisvormig stokdeel P uitsteekt. In het gedeelte van het elastische orgaan, dat zich binnen de opening 4 bevindt, is een knoop gelegd. De afmeting van de doorgang is te klein om de knoop via de opening 4 van de bus door te laten.

Het eindgedeelte van het stokdeel P is voorzien van een verbindingsmof J, welke in de bus 10 kan worden gestoken. Wanneer het elastische orgaan eenmaal in de doorgang 14 is gevoegd en in de opening 4 is geknoopt, kan het stokdeel P met de verbindingsmof daarop uit de bus 10 worden getrokken zonder geheel van de verbinder gescheiden te worden als gevolg van de blijvende verbinding door het elastische orgaan.

Fig. 3 toont een tent van het koepel-type met een verbinder 2 volgens de uitvinding. De verbinder bevindt zich in het topdeel van de tent T en steunt het eindgedeelte van het stokdeel T, dat radiaal uit de bus 10 steekt wanneer de tent gevormd is. De tent wordt op dezelfde wijze opgezet als bij het eerder bedoelde tent-type. Dit betekent het samenvoegen van een aantal buisvormige stokdelen P door de verbindingsmoffen J. Wanneer de tent moet worden opgevouwen, worden de buisvormige pooldelen P, welke elke buisvormige stok vormen, losgenomen van de verschillende ver-bindingsmoffen en het materiaal van het tentlichaam wordt tot een compacte afmeting gevouwen of opgerold. De buisvormige stokdelen worden niet geheel van het materiaal van het tentlichaam verwijderd, doch centraal in het topgedeelte van de tent gezet, dat het eerste gedeelte van het tent-materiaal is, dat ontvouwen moeten worden. Dit doordat de stokdelen door het elastische orgaan B met de verbinder 2 verbonden blijven. De onderhavige uitvinding ondervangt het nadeel bij het opzetten of afbreken van een tent, wanneer de stokken geheel van het tentlichaam gescheiden zouden worden. De stokken worden dus in kruisverband vastgehouden door het gebruik van de verbinder 2 in het topgedeelte van de tent, waardoor de stijfheid van de tent wordt verkregen. Dit is van voordeel, wanneer de tent onder slechte weersomstandigheden, zoals storm moet worden gebruikt.

Hoewel de onderhavige uitvinding beschreven is in verband met een voorkeursuitvoeringsvorm uit de verschillende figuren, is het duidelijk, dat ook gelijkwaardige uitvoeringsvormen kunnen worden gebruikt of gewijzigd en aanvullingen kunnen worden toegepast bij het beschreven uit-voeringsvoorbeeld, waardoor dezelfde functies van de uitvinding kunnen behouden blijven zonder daarvan af te wijken. De uitvinding is echter niet beperkt tot één uitvoerings-voorbeeld, doch kunnen in verschillende richtingen worden uitgebreid zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (7)

1. Koepeltent met lange stokken, voorzien van een elastisch deel in het eindgedeelte van elke stok, een stok-verbinder met een basisdeel en een opening, welke zich haaks op elk van een aantal langsbussen uitstrekt, welke gevormd worden door wandgedeelten, welke radiaal om de basisdelen verlopen voor het steunen van eindgedeelten van de lange stokken, waarbij een verankerende wand elk van de wandgedeeltes scheidt van de opening in de basisdelen, terwijl elke verankerende wand een doorgang heeft voor het i door die opening doorlaten van een elastisch orgaan vanaf het eindgedeelte van één van de lange stokken en waarbij het terugtrekken van een geknoopt gedeelte van het elastische orgaan uit de opening wordt verhinderd.

2. Stokverbinder volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de lange openingen, gevormd door die zijwandgedeelten, over gelijke hoeken onderling verdeeld zijn.

3. Stokverbinder volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het basisdeel een opstaande wand heeft, welke de opening omgeeft en waarbij de wandgedeelten een ribbe langs de omtrek van de lange openingen hebben.

4. Stokverbinder volgens conclusie 3, voorzien van wanden, welke door de opening van het basisdeel heen lopen om deformatie te voorkomen.

5. Stokverbinder volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de wandgedeelten een dwarswand hebben met een X-vorm in doorsnede.

6. Stokverbinder volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat wanddelen door de opening van het basisdeel heenlopen om deformatie te voorkomen.

7. Stokverbinder volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de wanden een dwarsdoorsnede hebben in de vorm van een X.