NL8801792A - STABLE NON-AQUEOUS CLEANING COMPOSITION, CONTAINING FILLING MATERIAL OF LOW DENSITY, AND METHOD FOR USE THEREOF. - Google Patents

STABLE NON-AQUEOUS CLEANING COMPOSITION, CONTAINING FILLING MATERIAL OF LOW DENSITY, AND METHOD FOR USE THEREOF. Download PDF

Info

Publication number
NL8801792A
NL8801792A NL8801792A NL8801792A NL8801792A NL 8801792 A NL8801792 A NL 8801792A NL 8801792 A NL8801792 A NL 8801792A NL 8801792 A NL8801792 A NL 8801792A NL 8801792 A NL8801792 A NL 8801792A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
density
particles
composition
filler material
composition according
Prior art date
Application number
NL8801792A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Colgate Palmolive Co
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Colgate Palmolive Co filed Critical Colgate Palmolive Co
Publication of NL8801792A publication Critical patent/NL8801792A/en

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C11ANIMAL OR VEGETABLE OILS, FATS, FATTY SUBSTANCES OR WAXES; FATTY ACIDS THEREFROM; DETERGENTS; CANDLES
    • C11DDETERGENT COMPOSITIONS; USE OF SINGLE SUBSTANCES AS DETERGENTS; SOAP OR SOAP-MAKING; RESIN SOAPS; RECOVERY OF GLYCEROL
    • C11D1/00Detergent compositions based essentially on surface-active compounds; Use of these compounds as a detergent
    • C11D1/66Non-ionic compounds
    • C11D1/72Ethers of polyoxyalkylene glycols
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C11ANIMAL OR VEGETABLE OILS, FATS, FATTY SUBSTANCES OR WAXES; FATTY ACIDS THEREFROM; DETERGENTS; CANDLES
    • C11DDETERGENT COMPOSITIONS; USE OF SINGLE SUBSTANCES AS DETERGENTS; SOAP OR SOAP-MAKING; RESIN SOAPS; RECOVERY OF GLYCEROL
    • C11D17/00Detergent materials or soaps characterised by their shape or physical properties
    • C11D17/0004Non aqueous liquid compositions comprising insoluble particles
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C11ANIMAL OR VEGETABLE OILS, FATS, FATTY SUBSTANCES OR WAXES; FATTY ACIDS THEREFROM; DETERGENTS; CANDLES
    • C11DDETERGENT COMPOSITIONS; USE OF SINGLE SUBSTANCES AS DETERGENTS; SOAP OR SOAP-MAKING; RESIN SOAPS; RECOVERY OF GLYCEROL
    • C11D3/00Other compounding ingredients of detergent compositions covered in group C11D1/00
    • C11D3/02Inorganic compounds ; Elemental compounds
    • C11D3/12Water-insoluble compounds
    • C11D3/124Silicon containing, e.g. silica, silex, quartz or glass beads
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C11ANIMAL OR VEGETABLE OILS, FATS, FATTY SUBSTANCES OR WAXES; FATTY ACIDS THEREFROM; DETERGENTS; CANDLES
    • C11DDETERGENT COMPOSITIONS; USE OF SINGLE SUBSTANCES AS DETERGENTS; SOAP OR SOAP-MAKING; RESIN SOAPS; RECOVERY OF GLYCEROL
    • C11D3/00Other compounding ingredients of detergent compositions covered in group C11D1/00
    • C11D3/16Organic compounds
    • C11D3/37Polymers

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Oil, Petroleum & Natural Gas (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Inorganic Chemistry (AREA)
  • Detergent Compositions (AREA)

Description

VO 1199VO 1199

Titel: Stabiele niet-waterige reinigingscompositie, die vulmateriaal van geringe dichtheid bevat, en werkwijze voor het gebruik daarvan.Title: Stable non-aqueous cleaning composition containing low density filler material and method for its use.

De uitvinding heeft betrekking op niet-waterige vloeibare composities voor de behandeling van weefsels. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op niet-waterige wasgoeddetergentcomposities, die stabiel zijn tegen fasenscheiding en gelvorming en gemakkelijk gietbaar 5 zijn, op een werkwijze ter bereiding van deze composities en op het gebruik van deze composities voor het reinigen van vuile weefsels.The invention relates to non-aqueous liquid compositions for the treatment of fabrics. More particularly, the invention relates to non-aqueous laundry detergent compositions which are stable to phase separation and gel formation and are easily pourable, to a method of preparing these compositions, and to the use of these compositions for cleaning dirty fabrics.

Vloeibare niet-waterige wasgoeddetergentcomposities voor zwaar gebruik zijn algemeen bekend. Composities van dit type kunnen een vloeibaar niet-ionogeen capillair-actief materiaal bevatten, waarin deeltjes 10 van een opbouwstof zijn gedispergeerd, zoals b.v. beschreven in de Amerikaanse octrooischriften 4.316.812, 3.630.929, 4.254.466 en 4.661.280.Heavy duty liquid non-aqueous laundry detergent compositions are well known. Compositions of this type may contain a liquid nonionic surfactant material in which particles of a builder are dispersed, such as e.g. described in U.S. Patents 4,316,812, 3,630,929, 4,254,466 and 4,661,280.

Vloeibare detergenten worden dikwijls gemakkelijker in het gebruik geacht dan droge poedervormige of deeltjesvormige produkten en hebben daardoor bij consumenten een gunstig onthaal gevonden. Zij zijn 15 gemakkelijk afmeetbaar, lossen snel op in het waswater en kunnen gemakkelijk in geconcentreerde oplossingen of dispersies op vuile plekken op te wassen kledingstukken worden aangebracht, stuiven niet en nemen gewoonlijk minder opslagruimte in. Verder kunnen de vloeibare detergenten in hun samenstelling materialen bevatten, die niet zonder verslechtering 20 kunnen worden gedroogd, welke materialen dikwijls gewenst zijn voor toepassing bij de bereiding van deeltjesvormige detergentprodukten.Liquid detergents are often thought to be easier to use than dry powder or particulate products and have therefore found favorable reception among consumers. They are easy to measure, quickly dissolve in the wash water and can be easily applied to dirty clothes to be washed in concentrated solutions or dispersions, do not dust and usually take up less storage space. Furthermore, the liquid detergents in their composition may contain materials which cannot be dried without deterioration, which materials are often desirable for use in the preparation of particulate detergent products.

Hoewel vloeibare detergenten vele voordelen bezitten ten opzichte van unitaire of deeltjesvormige vaste produkten, hebben zij ook bepaalde nadelen, die overwonnen moeten worden om aanvaardbare commerciële 25 detergentprodukten te kunnen produceren. Sommige van zulke produkten vertonen afscheiding bij opslag en andere bij afkoeling en zijn niet ge- .8801792 - 2 - makkelijk herdispergeerbaar. De produktviskositeit verandert in sommige gevallen en wordt hetzij te dik om te kunnen worden gegoten hetzij zo dun, dat het produkt waterig lijkt. Bij staan worden sommige heldere produkten troebel en vormen andere een gel.While liquid detergents have many advantages over unitary or particulate solid products, they also have certain drawbacks that must be overcome in order to produce acceptable commercial detergent products. Some such products show separation on storage and others on cooling and are not easily redispersible. The product viscosity changes in some cases and becomes either too thick to be poured or so thin that the product appears watery. When standing, some clear products become cloudy and others form a gel.

5 Bij een uitvoerig onderzoek naar het rheologische gedrag van niet-ionogene vloeibare capillair-actieve systemen met daarin gesuspendeerd deeltjesvormig materiaal, werd bijzondere aandacht besteed aan niet-waterige opgebouwde vloeibare detergentcomposities en de problemen van fasenscheiding en bezinking van de gesuspendeerde opbouwstof en an-10 dere wasmiddeltoevoegsels. Zulke verschijnselen hebben invloed op b.v. de gietbaarheid, dispergeerbaarheid en stabiliteit van het produkt.In an extensive study of the rheological behavior of non-ionic liquid surfactant systems containing particulate matter suspended therein, particular attention was paid to non-aqueous build-up liquid detergent compositions and the problems of phase separation and settling of the suspended build-up material and an-10. other detergent additives. Such phenomena affect e.g. the pourability, dispersibility and stability of the product.

Het rheologische gedrag van de niet-waterige opgebouwde vloeibare wasgoeddetergenten kan worden vergeleken met het rheologische gedrag van verven, waarin de gesuspendeerde opbouwstofdeeltjes overeenkomen met 15 het anorganische pigment en waarin het niet-ionogene vloeibare capillair-actieve materiaal overeenkomt met de niet-waterige verfdrager.The rheological behavior of the non-aqueous build-up liquid laundry detergents can be compared with the rheological behavior of paints, in which the suspended building material particles correspond to the inorganic pigment and in which the non-ionic liquid surfactant corresponds to the non-aqueous paint carrier.

Het is bekend dat een van de grote problemen met opgebouwde vloeibare wasgoeddetergenten hun fysische stabiliteit is. Dit probleem komt voort uit het feit dat de dichtheid van de vaste gesuspendeerde deeltjes 20 groter is dan die van de vloeibare matrix. Daardoor vertonen de deeltjes een neiging tot bezinken volgens de wet van Stoke. Voor dit bezinkings-probleem bestaan in principe twee oplossingen: verhoging van de viskosi-teit van de vloeibare matrix en vermindering van de deeltjesgrootte .van het vaste materiaal.It is known that one of the major problems with built up liquid laundry detergents is their physical stability. This problem arises from the fact that the density of the solid suspended particles 20 is greater than that of the liquid matrix. As a result, the particles tend to settle according to Stoke's law. There are basically two solutions to this settling problem: increasing the viscosity of the liquid matrix and reducing the particle size of the solid material.

25 Het is b.v. bekend dat dergelijke suspensies tegen bezinking kun nen worden gestabiliseerd door toevoeging van anorganische of organische verdikkingsmiddelen of dispergeermiddelen, zoals anorganische materialen met een zeer groot oppervlak, b.v. fijnverdeeld silica, kleimateriaal en dergelijke, organische verdikkingsmiddelen, zoals cellulose-ethers, 30 acryl- en acrylamidepolymeren, polyelektrolyten en dergelijke. Een dergelijke verhoging van de viskositeit van de suspensie is uiteraard beperkt door het vereiste, dat de vloeibare suspensie gemakkelijk gietbaar en vloeibaar moet zijn, zelfs bij lage temperatuur. Verder dragen deze toevoegsels niet bij aan het reinigingsgedrag van de compositie. Het 35 Amerikaanse octrooischrift 4.661.280 beschrijft het gebruik van alumini- >8801792 - 3 - urastearaat ter verhoging van de stabiliteit van suspensies van opbouw-zouten in vloeibaar niet-ionogeen capillair-actief materiaal. De toevoeging van geringe hoeveelheden aluminiumstearaat verhoogt de zwichtspan-ning zonder verhoging van de plastische viskositeit.It is e.g. it is known that such anti-settling suspensions can be stabilized by the addition of inorganic or organic thickeners or dispersants, such as very large surface inorganic materials, e.g. finely divided silica, clay material and the like, organic thickeners such as cellulose ethers, acrylic and acrylamide polymers, polyelectrolytes and the like. Such an increase in the viscosity of the slurry is, of course, limited by the requirement that the liquid slurry be easily pourable and liquid even at low temperature. Furthermore, these additives do not contribute to the cleaning behavior of the composition. U.S. Patent No. 4,661,280 describes the use of aluminum 8801792-3-urastearate to increase the stability of builder salt suspensions in liquid nonionic surfactant. The addition of small amounts of aluminum stearate increases the yield stress without increasing the plastic viscosity.

5 Volgens het Amerikaanse octrooischrift 3.985.668 wordt een wate rige schijnbaar dikvloeibare abrasieve reinigingscompositie bereid uit een waterige vloeistof en een geschikt colloïde vormend materiaal, zoals klei of ander anorganisch of organisch verdikkings- of suspendeermiddel, in het bijzonder smectietkleimateriaal, en een betrekkelijk licht, in 10 water onoplosbaar deeltjesvormig vulmateriaal, dat evenals het abrasieve materiaal door de schijnbaar dikvloeibare vloeistoffase heen is gesuspendeerd. Het lichte vulmateriaal heeft deeltjesdiameters van 1 - 250 ym en een kleiner soortelijk gewicht dan de schijnbaar dikvloeibare fase.According to US Patent 3,985,668, an aqueous apparently viscous abrasive cleaning composition is prepared from an aqueous liquid and a suitable colloid-forming material, such as clay or other inorganic or organic thickening or suspending agent, in particular smectite clay material, and a relatively light, water-insoluble particulate filler material which, like the abrasive material, is suspended through the apparently viscous liquid phase. The light filler material has particle diameters of 1 - 250 µm and less specific gravity than the apparently viscous liquid phase.

In het octrooischrift wordt gesteld dat opname van het relatief lichte, 15 onoplosbare vulmateriaal in de schijnbaar dikvloeibare fase helpt om fasenscheiding tot een minimum te beperken, d.w.z. de vorming van een heldere vloeistoflaag boven de schijnbaar dikvloeibare abrasieve compositie tot een minimum te beperken, in de eerste plaats dank zij het drijfvermogen van het vulmateriaal, waardoor een opwaartse kracht op de 20 structuur van het colloid vormende middel in de schijnbaar dikvloeibare fase wordt uitgeoefend, welke de neiging van het zware abrasieve materiaal om de schijnbaar dikvloeibare structuur samen te persen en vloeistof uit te drukken, tegenwerkt. In de tweede plaats fungeert het vulmateriaal als een massa vormend middel, dat een gedeelte van het water, dat 25 normaliter bij afwezigheid van het vulmateriaal zou worden gebruikt, vervangt waardoor minder waterige vloeistof beschikbaar is om de vorming van een heldere laag en afscheiding te veroorzaken.The patent states that incorporation of the relatively light insoluble filler material into the apparently viscous phase helps minimize phase separation, ie minimize the formation of a clear liquid layer above the apparently viscous abrasive composition, in the firstly, thanks to the buoyancy of the filler material, which exerts an upward force on the structure of the colloid-forming agent in the apparently viscous phase, which tends to compress the apparently viscous structure and liquid out of the viscous viscous liquid counteracts. Second, the filler material acts as a mass-forming agent, replacing a portion of the water that would normally be used in the absence of the filler material, whereby less aqueous liquid is available to cause clear coat formation and secretion .

De Britse octrooiaanvrage GB 2.168.377A beschrijft waterige vloeibare vaatwasdetergentcomposities met een abrasief colloïdaal kleiverdik-30 kingsmiddel en deeltjesvormig vulmateriaal van geringe dichtheid met deeltjesafmetingen van 1 - 250 ip en een dichtheid van 0,01 - 0,5 g/cm3, toegepast in een hoeveelheid van 0,07 - 1 gew.%, berekend op de compositie. Gesteld wordt dat het vulmateriaal de stabiliteit verbetert door vermindering van het soortelijk gewicht van de kleimassa, zodat deze 35 drijft in de vloeistoffase van de compositie. Het vulmateriaal wordt qua .8801792 - 4 - type en hoeveelheid zodanig gekozen, dat het soortelijk gewicht van de uiteindelijke compositie wordt aangepast aan die van de heldere vloeistof (d.w.z. de compositie zonder klei of abrasieve materialen). De op blz.4, regels 33 - 35 van de Britse octrooiaanvrage genoemde deeltjesvor-5 mige vulmaterialen van geringe dichtheid, kunnen ook in de composities volgens de uitvinding als deeltjesmateriaal van geringe dichtheid worden toegepast.British patent application GB 2,168,377A discloses aqueous liquid dishwashing detergent compositions with an abrasive colloidal clay thickener and low density particulate filler with particle sizes of 1 - 250 µm and a density of 0.01 - 0.5 g / cm3, used in a amount of 0.07-1% by weight, based on the composition. The filler material is said to improve stability by reducing the specific gravity of the clay to float in the liquid phase of the composition. The filler material is selected in terms of type and amount such that the specific gravity of the final composition is matched to that of the clear liquid (i.e. the composition without clay or abrasive materials). The low density particulate fillers mentioned on pages 4, lines 33 to 35 of the British patent application can also be used as low density particles in the compositions according to the invention.

Ook is bekend een anorganisch onoplosbaar verdikkingsmiddel of dispergeermiddel met een zeer groot oppervlak te gebruiken, zoals fijn-10 verdeelde silica met een uiterst fijne deeltjesgrootte (b.v. 5 - 100 nm, zoals verkrijgbaar onder de merknaam Aerosil) of de andere hoogvolumi-neuze anorganische dragermaterialen, beschreven in het Amerikaanse oc-trooischrift 3.630.929.It is also known to use a very large surface inorganic insoluble thickener or dispersant, such as finely divided silica with an extremely fine particle size (eg 5-100 nm, as available under the brand name Aerosil) or the other high-volume inorganic carrier materials , described in U.S. Patent 3,630,929.

De Amerikaanse octrooiaanvrage, ingediend op 17 juli 1987 (refe-15 rentienummer IR-347LG) beschrijft de opname in niet-waterige vloeibare composities voor de behandeling van weefsels van ten hoogste ongeveer 1 gew.% van een organofiele, in water opzwellende smectietklei, gemodificeerd met een kationogene stikstof bevattende verbinding, die tenminste één lange koolwaterstofketen met 8-22 koolstofatomen bevat, onder 20 vorming van een elastisch netwerk of structuur door de suspensie heen ter verhoging van de zwichtwaarde en verhoging van de stabiliteit van de suspensie.U.S. patent application filed July 17, 1987 (reference number IR-347LG) discloses incorporation into non-aqueous liquid compositions for the treatment of fabrics of up to about 1% by weight of an organophilic water-swellable smectite clay, modified with a cationic nitrogen-containing compound containing at least one long hydrocarbon chain of 8-22 carbon atoms, forming an elastic network or structure through the slurry to increase the yield value and increase the stability of the slurry.

Malen onder vermindering van de deeltjesgrootte als middel tot verhoging van de produktstabiliteit biedt de volgende voordelen: 25 1. Het specifieke oppervlak van de deeltjes wordt vergroot, waar door bevochtiging van de deeltjes door de niet-waterige drager (vloeibaar niet-ionogeen) evenredig wordt verbeterd.Grinding while reducing particle size as a means of increasing product stability offers the following advantages: 1. The specific surface area of the particles is increased, where wetting of the particles by the non-aqueous carrier (liquid non-ionic) makes them proportional improved.

2. De gemiddelde afstand tussen pigmentdeeltjes wordt verminderd met een evenredige toename van de wisselwerking tussen de deeltjes.2. The average distance between pigment particles is reduced with a proportional increase in the interaction between the particles.

30 Elk van deze effecten draagt bij aan een verhoging van de rest- gelsterkte en de zwichtspanning van de suspensie, terwijl malen tegelijkertijd de plastische viskositeit aanmerkelijk vermindert.Each of these effects contributes to an increase in the residual gel strength and the yield stress of the suspension, while at the same time grinding significantly reduces the plastic viscosity.

Het genoemde Amerikaanse octrooischrift 4.316.812 beschrijft de gunstige effecten van het malen van vaste deeltjes, b.v. opbouwstof en 35 bleekmiddel, tot een gemiddelde deeltjesdiameter van minder dan 10 ym.Said U.S. Patent 4,316,812 describes the beneficial effects of grinding solid particles, e.g. builder and bleach, to an average particle diameter of less than 10 µm.

<.8801792 - 5 -<.8801792 - 5 -

Gebleken is echter dat alleen malen tot dergelijke geringe deeltjesgrootten op zichzelf niet voldoende langdurige stabiliteit tegen fasenscheiding oplevert.However, it has been found that grinding to such small particle sizes alone does not in itself provide sufficient long-term stability against phase separation.

Er bestaat derhalve behoefte aan verdere verbeteringen in de sta-5 biliteit van niet-waterige vloeibare composities voor de behandeling van weefsels.There is therefore a need for further improvements in the stability of non-aqueous liquid compositions for the treatment of fabrics.

Een doel vein de uitvinding is het verschaffen van vloeibare composities voor de behandeling van weefsels, die suspensies zijn van onoplosbare weefsel behandelende deeltjes in een niet-waterige vloeistof, 10 welke composities opslagstabiel zijn, gemakkelijk kunnen worden gegoten en in koud, warm of heet water dispergeerbaar zijn.An object of the invention is to provide liquid compositions for the treatment of fabrics, which are suspensions of insoluble fabric-treating particles in a non-aqueous liquid, which compositions are storage stable, can be poured easily and in cold, warm or hot water are dispersible.

Gevonden werd dat door aan de niet-waterige vloeibare suspensie een geringe hoeveelheid vulmateriaal van geringe dichtheid toe te voegen het vulmateriaal en andere functionele gesuspendeerde deeltjes onver-15 wacht zodanig samenwerken dat in wezen een suspensie van deeltjes met een dichtheid van praktisch dezelfde waarde als die van de continue vloeistoffase kan worden verkregen, waardoor bezinking van de gesuspendeerde vaste weefsel behandelende deeltjes, b.v. detergentopbouwstof, bleekmiddel, antistatisch middel en dergelijke, wordt geïnhibiteerd en 20 omgekeerd ook de vorming van een heldere vloeistoffase wordt geïnhibiteerd .It has been found that by adding a small amount of low density filler material to the non-aqueous liquid suspension, the filler material and other functional suspended particles unexpectedly interact such that essentially a suspension of particles having a density of substantially the same value as that of the continuous liquid phase, allowing settling of the suspended solid tissue-treating particles, e.g. detergent builder, bleach, antistatic agent and the like, is inhibited and conversely also the formation of a clear liquid phase is inhibited.

In één aspect heeft de uitvinding dan ook betrekking op een vloeibare wasmiddelcompositie voor zwaar gebruik, samengesteld uit een suspensie van een detergentopbouwzout in een vloeibaar niet-ionogeen capil-25 lair-actief materiaal, welke compositie een hoeveelheid vulmateriaal van geringe dichtheid bevat ter verhoging van de stabiliteit van de suspensie.In one aspect, therefore, the invention relates to a heavy duty liquid detergent composition composed of a suspension of a detergent build-up salt in a liquid nonionic surfactant, which composition contains an amount of low density filler material to enhance the stability of the suspension.

In een ander aspect heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het reinigen van vuile weefsels door deze vuile weefsels in 30 aanraking te brengen met de niet-waterige wasgoeddetergentcompositie, zoals hierboven beschreven.In another aspect, the invention relates to a method of cleaning soiled fabrics by contacting these soiled fabrics with the non-aqueous laundry detergent composition as described above.

In een verder aspect heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het stabiliseren van een suspensie van een eerste fijnverdeel-de deeltjesvormige vaste stof in een continue vloeibare dragerfase, wel-35 ke gesuspendeerde vaste deeltjes een grotere dichtheid hebben dan de .8801792 » - 6 - vloeistoffase, volgens welke werkwijze aan de suspensie van vaste deeltjes een hoeveelheid fijnverdeeld vulmateriaal wordt toegevoegd, welk vulmateriaal een kleinere dichtheid heeft dan de vloeistoffase, zodanig dat de dichtheid van de gedispergeerde vaste deeltjes tezamen met het 5 vulmateriaal gelijk wordt aan de dichtheid van de vloeistoffase.In a further aspect, the invention relates to a method for stabilizing a suspension of a first finely divided particulate solid in a continuous liquid carrier phase, which suspended solids have a greater density than the .8801792 -6 liquid phase, according to which method a quantity of finely divided filler material is added to the suspension of solid particles, which filler material has a smaller density than the liquid phase, such that the density of the dispersed solid particles together with the filler material becomes equal to the density of the liquid phase.

De vloeibare fase van de niet-waterige vloeibare detergentcompo-sitie volgens de uitvinding bestaat geheel of overwegend uit vloeibaar niet-ionogeen synthetisch organisch detergent. Een gedeelte van de vloei-stoffase kan echter zijn samengesteld uit organische oplosmiddelen, die 10 in de compositie terecht kunnen komen als oplosmiddelen of dragers voor een of meer van de vaste deeltjesvormige componenten, zoals enzymesuspen-sies, parfums en dergelijke. Zoals nader zal worden beschreven kunnen ook organische oplosmiddelen, zoals alcoholen en ethers, als viskosi-teitsregelings- en anti-gelvormingsmiddelen worden toegevoegd.The liquid phase of the non-aqueous liquid detergent composition according to the invention consists wholly or predominantly of liquid nonionic synthetic organic detergent. However, a portion of the liquid phase may be composed of organic solvents, which may enter the composition as solvents or carriers for one or more of the solid particulate components, such as enzyme suspensions, perfumes and the like. As will be described in more detail, organic solvents, such as alcohols and ethers, can also be added as viscosity control and anti-gelling agents.

15 Bij de toepassing van de uitvinding kunnen de te gebruiken niet- ionogene synthetische organische detergenten worden gekozen uit een ruime variëteit van zulke verbindingen, die algemeen bekend zijn en b.v. uitvoerig worden beschreven in Surface Active Agents, Vol.II door Schwartz, Perry en Berch, gepubliceerd in 1958 door Interscience 20 Publishers, en in McCutcheon's Detergents and Emulsifiers, 1969 Annual. Gewoonlijk zijn de niet-ionogene detergenten poly-laaggealkoxyleerde lipofielen, waarin de gewenste hydrofiel-lipofiel balans wordt verkregen door additie van een hydrofiele poly-laag alkoxygroep aan een lipofiel molecuulgedeelte. Een voorkeursklasse van te gebruiken niet-ionogene 25 detergenten wordt gevormd door poly-laaggealkoxyleerde hoge alkanolen, waarin de alkanolen 10 - 22 koolstofatomen bevatten en waarin het aantal moleculen laag alkyleenoxyde (met 2 of 3 koolstofatomen) 3-20 bedraagt. Van zulke materialen worden bij voorkeur zulke gebruikt, waarin de hogere alkanol een vetalcohol met 10- 11 of 12 - 15 koolstofatomen is, en 30 die 5 - 18, bij voorkeur 6-14 lage alkoxygroepen per mol bevatten.In the practice of the invention, the nonionic synthetic organic detergents to be used can be selected from a wide variety of such compounds, which are well known and e.g. described in detail in Surface Active Agents, Vol. II by Schwartz, Perry and Berch, published in 1958 by Interscience 20 Publishers, and in McCutcheon's Detergents and Emulsifiers, 1969 Annual. Usually, the nonionic detergents are poly-low alkoxylated lipophiles in which the desired hydrophilic-lipophilic balance is obtained by addition of a hydrophilic poly-layer alkoxy group to a lipophilic molecular moiety. A preferred class of nonionic detergents to be used is poly-low alkoxylated high alkanols, in which the alkanols contain 10-22 carbon atoms and in which the number of molecules of low alkylene oxide (2 or 3 carbon atoms) is 3-20. Preferably, such materials are used such that the higher alkanol is a fatty alcohol with 10-11 or 12-15 carbon atoms, and containing 5-18, preferably 6-14 lower alkoxy groups per mole.

Het lage alkoxy is dikwijls ethoxy, maar dat kan in sommige gevallen wenselijkerwijze gemengd zijn met propoxy, dat dan dikwijls in een ondergeschikte (minder dan 50%) hoeveelheid wordt toegepast. Voorbeelden van dergelijke verbindingen zijn zulke, waarin de alkanol 12 - 15 koolstof-35 atomen bevat en waarin ongeveer 7 ethyleenoxydegroepen per mol aanwezig .8801792 - 7 - zijn, b.v. Neodol 25-7 en Neodol 23-6,5, welke produkten door Shell Chemical Company, Inc. worden geproduceerd. Het eerstgenoemde produkt is een condensatieprodukt van een mengsel van hogere vetalcoholen met gemiddeld ongeveer 12-15 koolstofatomen met ongeveer 7 mol ethyleen-5 oxyde, en het laatstgenoemde produkt is een overeenkomstig mengsel, waarin het aantal koolstofatomen van de vetalcohol 12 - 13 bedraagt en het aantal ethyleenoxydegroepen gemiddeld ongeveer 6,5 is. De hogere alcoholen zijn primaire alcoholen. Andere voorbeelden van zulke deter-genten zijn Tergitol 15-S-7 en Tergitol 15-S-9, die beide lineaire se-10 cundaire alcoholethoxylaten zijn, geproduceerd door Union Carbide Corp. Het eerstgenoemde produkt is een gemengd ethoxyleringsprodukt van een lineaire secundaire alkanol met 11-15 koolstofatomen met 7 mol ethy-leenoxyde, en het laatstgenoemde produkt is een soortgelijk produkt, maar met 9 mol ethyleenoxyde.The lower alkoxy is often ethoxy, but it may in some cases be desirably mixed with propoxy, which is then often used in a minor (less than 50%) amount. Examples of such compounds are those in which the alkanol contains 12-15 carbon atoms and in which about 7 ethylene oxide groups are present per mole. 8801792-7, e.g. Neodol 25-7 and Neodol 23-6.5, which products are manufactured by Shell Chemical Company, Inc. are being produced. The former product is a condensation product of a mixture of higher fatty alcohols having an average of about 12-15 carbon atoms with about 7 moles of ethylene-5 oxide, and the latter product is a corresponding mixture in which the number of carbon atoms of the fatty alcohol is 12-13. number of ethylene oxide groups averages about 6.5. The higher alcohols are primary alcohols. Other examples of such detergents are Tergitol 15-S-7 and Tergitol 15-S-9, both of which are linear se-10 secondary alcohol ethoxylates manufactured by Union Carbide Corp. The former is a mixed ethoxylation product of a linear secondary alkanol of 11-15 carbon atoms with 7 moles of ethylene oxide, and the latter is a similar product, but with 9 moles of ethylene oxide.

15 Ook bruikbaar in de onderhavige composities als component van het niet-ionogene detergent zijn hogermoleculaire niet-ionogene materialen, zoals Neodol 45-11, die eveneens condensatieprodukten zijn van ethyleenoxyde en hogere vetalcoholen, waarin de hogere vetalcohol 14 - 15 koolstofatomen bevat en het aantal ethyleenoxydegroepen per mol ongeveer 11 20 bedraagt. Zulke produkten worden eveneens door Shell Chemical Company geproduceerd. Een andere voorkeursklasse van geschikte niet-ionogene materialen wordt gevormd door de reactieprodukten van een hogere lineaire alcohol en een mengsel van ethyleen- en propyleenoxyde, die een gemengde keten van ethyleenoxyde en propyleenoxyde bevatten, eindigend in 25 een hydroxylgroep. Voorbeelden zijn de niet-ionogene materialen, verkrijgbaar onder de merknaam Plurafac van BASF, zoals Plurafac RA30, Plurafac RA40 (een C^ “ C vetalcohol, gecondenseerd met 7 mol propyleenoxyde en 4 mol ethyleenoxyde), Plurafac D25 (een C^ - C^ vetalcohol gecondenseerd met 5 mol propyleenoxyde en 10 mol ethyleenoxyde), Plurafac 30 B26 en Plurafac RA50 (een mengsel van gelijke hoeveelheden Plurafac D25 en Plurafac RA40).Also useful in the present compositions as a component of the nonionic detergent are higher molecular weight nonionic materials, such as Neodol 45-11, which are also condensation products of ethylene oxide and higher fatty alcohols, in which the higher fatty alcohol contains 14-15 carbon atoms and the number of ethylene oxide groups per mole is about 11-20. Such products are also produced by Shell Chemical Company. Another preferred class of suitable nonionic materials is the reaction products of a higher linear alcohol and a mixture of ethylene and propylene oxide containing a mixed chain of ethylene oxide and propylene oxide ending in a hydroxyl group. Examples are the nonionic materials, available under the brand name Plurafac from BASF, such as Plurafac RA30, Plurafac RA40 (a C ^ “C fatty alcohol condensed with 7 moles propylene oxide and 4 moles ethylene oxide), Plurafac D25 (a C ^ - C ^ fatty alcohol condensed with 5 moles of propylene oxide and 10 moles of ethylene oxide), Plurafac 30 B26 and Plurafac RA50 (a mixture of equal amounts of Plurafac D25 and Plurafac RA40).

In het algemeen kunnen de gemengde ethyleenoxyde-propyleenoxyde-vetalcoholcondensatieprodukten met de algemene formule RO(C_HcO) (C_H.0) H 3 6 p 2 4 q 35 waarin R een lineaire of vertakte primaire of secundaire alifatische Γ880 f792 - 8 - koolwaterstofgroep, bij voorkeur alkyl of alkenyl, met een bijzondere voorkeur voor alkyl, met 6-20, bij voorkeur 10 - 18 en liefst 12 - 18 koolstofatomen voorstelt, p een getal is met een waarde van 2 - 8, bij voorkeur 3 - 6, en q een getal is met een waarde van 2 - 12, bij voor-5 keur van 4-10, met voordeel worden gebruikt wanneer weinig schuimvor-ming wordt gewenst. Deze capillair-actieve materialen hebben verder het voordeel van lage gelvormingstemperaturen.Generally, the mixed ethylene oxide-propylene oxide-fatty alcohol condensation products of the general formula RO (C_HcO) (C_H.0) H 3 6 p 2 4 q 35 where R may be a linear or branched primary or secondary aliphatic Γ880 f792-8-hydrocarbon group, at preferably alkyl or alkenyl, with particular preference for alkyl, with 6-20, preferably 10-18 and most preferably 12-18 carbon atoms, p is a number with a value of 2-8, preferably 3-6, and q a number is from 2 to 12, preferably from 4 to 10, advantageously used when little foaming is desired. These surfactants also have the advantage of low gelling temperatures.

Een andere groep van vloeibare niet-ionogene materialen is verkrijgbaar van Shell Chemical Company, Inc. onder de merknaam Dobanol: 10 Dobanol 91-5 is een geëthoxyleerde CQ - C.. vetalcohol met gemiddeld 5 y ïi mol ethyleenoxyde; Dobanol 25-7 is een geëthoxyleerde C^ “ vetalcohol met gemiddeld 7 mol ethyleenoxyde, enz.Another group of liquid nonionic materials is available from Shell Chemical Company, Inc. under the trade name Dobanol: Dobanol 91-5 is an ethoxylated CQ-C .. fatty alcohol with an average of 5 µmole of ethylene oxide; Dobanol 25-7 is an ethoxylated C 2 fatty alcohol with an average of 7 moles of ethylene oxide, etc.

Om in de geprefereerde poly-laag alkoxy hogere alkanolen de beste balans te verkrijgen van hydrofiele en lipofiele molecuulgedeelten zal 15 het aantal lage alkoxygroepen gewoonlijk 40 - 100% bedragen van het aantal koolstofatomen in de hogere alcohol, zoals 40 - 60% daarvan, en zal het niet-ionogene detergent dikwijls tenminste 50% van dergelijke poly-laag alkoxy hogere alkanol bevatten.In order to obtain the best balance of hydrophilic and lipophilic molecular moieties in the preferred poly-lower alkoxy higher alkanols, the number of lower alkoxy groups will usually be 40-100% of the number of carbon atoms in the higher alcohol, such as 40-60% thereof. the nonionic detergent often contains at least 50% of such poly-lower alkoxy higher alkanol.

Hogermoleculaire alkanolen en diverse andere normaliter vaste 20 niet-ionogene detergenten en capillair-actieve middelen kunnen bijdragen aan gelvorming van het vloeibare detergent en zullen daarom in de onderhavige composities worden weggelaten of in hoeveelheid worden beperkt, hoewel ondergeschikte hoeveelheden om hun reinigingseigenschappen en dergelijke kunnen worden toegepast. Zowel in de geprefereerde als in de 25 minder geprefereerde niet-ionogene detergenten zijn de daarin aanwezige alkylgroepen in het algemeen lineair, hoewel vertakking kan worden toegelaten, b.v. aan een koolstofatoom naast of 2 koolstofatomen verwijderd van het eindstandige koolstofatoom van de lineaire keten en aan de andere zijde van de alkoxyketen, mits zulk vertakt alkyl niet langer is dan 30 3 koolstofatomen. Normaliter zal het aantal koolstofatomen in een derge lijke vertakte configuratie ondergeschikt zijn en zelden groter zijn dan 20% van het totale koolstofatoomgehalte van het alkyl. Hoewel lineaire alkylgroepen, die eindstandig aan de alkyleenoxydeketens gebonden zijn, grote voorkeur verdienen en geacht worden te resulteren in de bes-35 te combinatie van detergentie, biologische afbreekbaarheid en niet-gele- .8801792 - 9 - rende eigenschappen, kan ook mediale of secundaire binding aan het alky-leenoxyde in de keten voorkomen. Dat is dan gewoonlijk in slechts een ondergeschikt aantal van zulke alkylgroepen, gewoonlijk minder dan 20%, maar dat aantal kan ook groter zijn, zoals het geval is met de genoemde 5 Tergitols. Wanneer propyleenoxyde in de lage alkyleenoxydeketen aanwezig is, zal dat gewoonlijk in minder dan 20% daarvan en bij voorkeur minder dan 10% daarvan het geval zijn.Higher molecular weight alkanols and various other normally solid non-ionic detergents and surfactants may contribute to gel formation of the liquid detergent and will therefore be omitted or limited in amount in the present compositions, although minor amounts may be reduced for their cleaning properties and the like applied. In both the preferred and the less preferred nonionic detergents, the alkyl groups contained therein are generally linear, although branching may be allowed, e.g. on a carbon atom next to or 2 carbon atoms from the terminal carbon of the linear chain and on the other side of the alkoxy chain, provided that such branched alkyl is no longer than 30 carbon atoms. Normally, the number of carbon atoms in such a branched configuration will be minor and rarely exceed 20% of the total carbon atom content of the alkyl. Although linear alkyl groups which are terminally bound to the alkylene oxide chains are highly preferred and are believed to result in the best combination of detergent, biodegradability and non-yellowing properties, medial or secondary prevent binding to the alkylene oxide in the chain. This is usually in only a minor number of such alkyl groups, usually less than 20%, but that number may also be greater, as is the case with the said Tergitols. When propylene oxide is present in the lower alkylene oxide chain, it will usually be less than 20% thereof, and preferably less than 10% thereof.

Wanneer grotere hoeveelheden niet-eindstandig gealkoxyleerde al-kanolen, propyleenoxyde bevattende poly-laag alkoxy-alkanolen en niet-10 ionogeen detergent met een minder gunstige hydrofiel-lipofiel balans dan hierboven beschreven worden toegepast en wanneer andere niet-ionoge-ne detergenten worden gebruikt in plaats van de hier genoemde geprefereerde niet-ionogene materialen, kan het zijn dat het produkt niet zulke goede detergentie-, stabiliteits-, viskositeits- en niet-gelvormings-15 eigenschappen heeft als de geprefereerde composities, maar toepassing van viskositeits- en gelvormingsregelende verbindingen kan dan de eigenschappen van de detergenten op basis van zulke niet-ionogene materialen verbeteren. In sommige gevallen, zoals wanneer een hogermoleculair poly-laag alkoxy-hogere alkanol wordt toegepast, dikwijls wegens de detergen-20 tie daarvan, zal de hoeveelheid daarvan worden geregeld of beperkt aan de hand van de resultaten van routineproeven, ter verkrijging van de gewenste detergentie, terwijl het produkt dan nog niet-gelvormend is en de gewenste viskositeit bezit. Ook is gebleken dat het slechts zelden nodig is de hogermoleculaire niet-ionogene materialen wegens hun deter-25 genteigenschappen te gebruiken, daar de hier beschreven niet-ionogene materialen uitstekende detergenten zijn en het tevens mogelijk maken de gewenste viskositeit in het vloeibare detergent te bereiken zonder gel-vorming bij lage temperaturen. Ook kunnen mengsels van twee of meer van deze vloeibare niet-ionogene materialen worden gebruikt en in sommige 30 gevallen kunnen door het gebruik van zulke mengsels voordelen worden gerealiseerd.When using larger amounts of non-terminal alkoxylated alkanols, propylene oxide containing poly-layer alkoxy-alkanols and non-ionic detergent with a less favorable hydrophilic-lipophilic balance than described above, and when using other non-ionic detergents in Instead of the preferred nonionic materials mentioned herein, the product may not have such good detergent, stability, viscosity and non-gelling properties as the preferred compositions, but may utilize viscosity and gelling control compounds then improve the properties of the detergents based on such nonionic materials. In some instances, such as when a high molecular weight poly-low alkoxy-higher alkanol is used, often because of its detergent, the amount thereof will be controlled or limited according to the results of routine tests, to obtain the desired detergent while the product is still non-gel-forming and has the desired viscosity. It has also been found that it is rarely necessary to use the high molecular weight nonionic materials because of their detergent properties, as the nonionic materials described herein are excellent detergents and also allow to achieve the desired viscosity in the liquid detergent without gel formation at low temperatures. Mixtures of two or more of these liquid non-ionic materials can also be used, and in some cases advantages can be realized by using such mixtures.

Gezien hun lage gelvormingstemperaturen en lage gietpunten omvat een andere geprefereerde klasse van niet-ionogene capillair-actieve materialen de 0^2 “ Cj3 secundaire vetalcoholen met betrekkelijk nauwe 35 gehalten aan ethyleenoxyde in het traject van 7-9 mol, in het bijzonder .8801792 - 10 - ongeveer 8 mol ethyleenoxyde per molecuul, en de Cg - , in het bij zonder vetalcoholen, geëthoxyleerd met ongeveer 6 mol ethyleenoxyde.Because of their low gelling temperatures and low pour points, another preferred class of nonionic surfactants include the O 2 2 C 3 secondary fatty alcohols with relatively narrow levels of ethylene oxide in the range of 7-9 moles, especially 8801792 - 10 - about 8 moles of ethylene oxide per molecule, and the C 8 -, especially fatty alcohols, ethoxylated with about 6 moles of ethylene oxide.

Verder kan het in de composities volgens de uitvinding voordelig zijn een organisch oplosmiddel of verdunningsmiddel op te nemen, dat kan 5 fungeren als een viskositeitsregelend en gel-inhibiterend middel voor de vloeibare niet-ionogene capillair-actieve middelen. Voor dit doel zijn lage (C^ - Cg) alifatische alcoholen en glycolen, zoals ethanol, isopro-panol, ethyleenglycol, hexyleenglycol en dergelijke gebruikt. Polyethy-leenglycolen, zoals PEG 400, zijn eveneens geschikte verdunningsmiddelen. 10 Alkyleenglycolethers, zoals de onder de merknamen Carbopol en Carbitol verkrijgbare verbindingen, die betrekkelijk korte koolwaterstofketen-lengten ^ - Cg) en een klein gehalte aan ethyleenoxyde (ongeveer 2-6 EO-eenheden per molecuul) bevatten, zijn bijzonder geschikte viskosi-teitsregelende en anti-gelvormings-oplosmiddelen in de composities vol-15 gens de uitvinding. Dit gebruik van de alkyleenglycolethers is beschreven in de Amerikaanse octrooiaanvrage 687.815, ingediend op 31 december 1984. Geschikte glycolethers hebben de formule RO(CHoCH_0) H 2 2 n waarin R een C2 - Cg, bij voorkeur - Cg alkylgroep voorstelt en n 20 een getal is met een gemiddelde waarde van ongeveer 1-6, bij voorkeur 1-4.Furthermore, it may be advantageous in the compositions of the invention to include an organic solvent or diluent, which can act as a viscosity control and gel inhibitor for the liquid nonionic surfactants. Low (C 1 -C 8) aliphatic alcohols and glycols, such as ethanol, isopropanol, ethylene glycol, hexylene glycol and the like have been used for this purpose. Polyethylene glycols, such as PEG 400, are also suitable diluents. Alkylene glycol ethers, such as the compounds available under the trade names Carbopol and Carbitol, which contain relatively short hydrocarbon chain lengths - Cg) and low ethylene oxide content (about 2-6 EO units per molecule) are particularly suitable viscosity control and anti-gelling solvents in the compositions of the invention. This use of the alkylene glycol ethers is described in U.S. patent application 687,815, filed December 31, 1984. Suitable glycol ethers have the formula RO (CHoCH-O) H 2 2 n where R represents a C 2 -C 8, preferably-C 6 alkyl group and n 20 a number with an average value of about 1-6, preferably 1-4.

Specifieke voorbeelden van geschikte oplosmiddelen zijn ethyleen- glycolmonoëthylether (C^Hg-O-CH^CH2OH), diëthyleenglycolmonobutyletherSpecific examples of suitable solvents are ethylene glycol monoethyl ether (C ^ Hg-O-CH ^ CH2OH), diethylene glycol monobutyl ether

(C„H -O-(CELCELO)„H), tetraethyleenglycolmonoöctylether (C0H._-0-(CH„-4 9 112. ol/Z(C „H -O- (CELCELO)„ H), tetraethylene glycol monoooctyl ether (C0H .- 0- (CH „-4 9 112. ol / Z

25 C^O)^H) en dergelijke. Diëthyleenglycolmonobutylether heeft de bijzondere voorkeur.25 ° C ^ O ^ H) and the like. Diethylene glycol monobutyl ether is particularly preferred.

Een ander geschikt anti-gelvormingsmiddel, dat als ondergeschikte component van de vloeistoffase kan worden opgenoraen, is een alifa-tisch lineair of alifatisch monocyclisch dicarbonzuur, zoals de Cg -30 alkyl- en alkenylderivaten van barnsteenzuur of maleinezuur en de overeenkomstige anhydriden of een alifatische monocyclische dicarbonzuurver-binding. Het gebruik van deze verbindingen als anti-gelvormingsmiddelen in niet-waterige vloeibare opgebouwde wasgoeddetergentcomposities voor zwaar gebruik is beschreven in de Amerikaanse octrooiaanvrage 756.334, 35 ingediend op 18 juli 1985.Another suitable anti-gelling agent which can be included as a minor component of the liquid phase is an aliphatic linear or aliphatic monocyclic dicarboxylic acid, such as the C 30 alkyl and alkenyl derivatives of succinic or maleic acid and the corresponding anhydrides or an aliphatic monocyclic dicarboxylic acid compound. The use of these compounds as anti-gelling agents in non-aqueous liquid heavy duty laundry detergent compositions is described in U.S. Patent Application 756,334, filed July 18, 1985.

^ 8801792 - 11 -^ 8801792 - 11 -

Deze gel-inhibiterende verbindingen zijn alifatische lineaire of alifatische monocyclische dicarbonzuurverbindingen. Het alifatische deel van het molecuul kan verzadigd of ethylenisch onverzadigd zijn en het alifatische lineaire gedeelte kan lineair of vertakt zijn. De alifa-5 tische monocyclische moleculen kunnen verzadigd zijn of kunnen een enkele dubbele binding in de ring bevatten. Verder kan de alifatische koolwaterstof ring 5 of 6 ringatomen bevatten, d.w.z. cyclopentyl, cyclopente-nyl, cyclohexyl of cyclohexenyl, waarbij één carboxylgroep direct is gebonden aan een ringkoolstofatoom en de andere carboxylgroep via een li-10 neaire alkyl- of alkenylgroep aan de ring is gebonden.These gel inhibiting compounds are aliphatic linear or aliphatic monocyclic dicarboxylic acid compounds. The aliphatic part of the molecule can be saturated or ethylenically unsaturated and the aliphatic linear part can be linear or branched. The aliphatic monocyclic molecules can be saturated or contain a single double bond in the ring. Furthermore, the aliphatic hydrocarbon ring may contain 5 or 6 ring atoms, ie cyclopentyl, cyclopentyl, cyclohexyl or cyclohexenyl, where one carboxyl group is directly bonded to a ring carbon atom and the other carboxyl group is ringed by a linear alkyl or alkenyl group be bound to.

De alifatische lineaire dicarbonzuren hebben tenminste 6 kool-stofatomen in het alifatische molecuulgedeelte en kunnen alkyl of alkenyl zijn met ten hoogste ongeveer 14 koolstof atomen, bij voorkeur 8-13 koolstofatomen en liefst 9-12 koolstofatomen. Een van de carboxylgroe-15 pen (-COOH) is bij voorkeur gebonden aan het eindstandige (alfa)kool-stofatoom van de alifatische keten en de andere carboxylgroep is bij voorkeur gebonden aan het daaraan grenzende (beta)koolstofatoom of kan op een afstand van 2 of 3 koolstofatomen vanaf de Oi'-positie zijn gebonden, d.w.z. aan het J*- of /\-koolstofatoom. De geprefereerde alifati-20 sche dicarbonzuren zijn de Λ,/3-dicarbonzuren en de overeenkomstige anhydriden, en bijzonder geprefereerd zijn de derivaten van barnsteen-zuur of maleïnezuur met de op het formuleblad afgebeelde formule 1 of 2, waarin R* een alkyl- of alkenylgroep met 6-12 koolstofatomen, bij voorkeur 7-11 koolstofatomen en liefst 8-10 koolstofatomen voorstelt.The aliphatic linear dicarboxylic acids have at least 6 carbon atoms in the aliphatic molecule portion and can be alkyl or alkenyl with at most about 14 carbon atoms, preferably 8-13 carbon atoms and most preferably 9-12 carbon atoms. One of the carboxyl groups (-COOH) is preferably bonded to the terminal (alpha) carbon of the aliphatic chain and the other carboxyl group is preferably bonded to the adjacent (beta) carbon or at a distance of 2 or 3 carbon atoms from the Oi 'position are attached, ie to the J * or / \ carbon atom. The preferred aliphatic dicarboxylic acids are the Λ / 3-dicarboxylic acids and the corresponding anhydrides, and particularly preferred are the derivatives of succinic or maleic acid of formula 1 or 2 shown in the formula sheet, wherein R * is an alkyl or alkenyl group having 6-12 carbon atoms, preferably 7-11 carbon atoms and most preferably 8-10 carbon atoms.

25 De alkyl- of alkenylgroep kan lineair of vertakt zijn. Lineaire alkenylgroepen hebben de bijzondere voorkeur. R* behoeft niet een enkele alkyl- of alkenylgroep te zijn, daar ook mengsels van verschillende koolstofketenlengten aanwezig kunnen zijn, afhankelijk van de uitgangsmaterialen, die voor de bereiding van het dicarbonzuur zijn gebruikt.The alkyl or alkenyl group can be linear or branched. Linear alkenyl groups are particularly preferred. R * need not be a single alkyl or alkenyl group, since mixtures of different carbon chain lengths may also be present, depending on the starting materials used to prepare the dicarboxylic acid.

30 Het alifatische monocyclische dicarbonzuur kan ringen van 5 of 6 koolstofatomen bevatten met 1 of 2 lineaire alifatische groepen, die aan ringkoolstofatomen zijn gebonden. De lineaire alifatische groepen bevatten tenminste 6, bij voorkeur tenminste 8 en liefst tenminste 10 koolstofatomen in totaal en ten hoogste 22, bij voorkeur ten hoogste 18 en 35 liefst ten hoogste 15 koolstofatomen. Wanneer twee alifatische koolstof- .6801792 - 12 - atomen aan de alifatische ring zijn gebonden, zijn zij bij voorkeur para-standig. De geprefereerde alifatische cyclische dicarbonzuurverbin-dingen kunnen worden voorgesteld door formule 3, waarin -T- Staat voor -CI^-, -CH=, Of -CH=CH-; 5 R^ een alkyl- of alkenylgroep met 3-12 koolstofatomen en 3 R een waterstofatoom of een alkyl- of alkenylgroep met 1-12 kool stof atomen voorstellen, 2 3The aliphatic monocyclic dicarboxylic acid can contain rings of 5 or 6 carbon atoms with 1 or 2 linear aliphatic groups bonded to ring carbon atoms. The linear aliphatic groups contain at least 6, preferably at least 8, and most preferably at least 10 carbon atoms in total and at most 22, preferably at most 18, and most preferably at most 15 carbon atoms. When two aliphatic carbon atoms are bound to the aliphatic ring, they are preferably paramount. The preferred aliphatic cyclic dicarboxylic acid compounds can be represented by formula 3, wherein -T- stands for -C 1-4, -CH =, or -CH = CH-; 5 R 1 represents an alkyl or alkenyl group with 3-12 carbon atoms and 3 R represents a hydrogen atom or an alkyl or alkenyl group with 1-12 carbon atoms, 2 3

met dien verstande, dat het totale aantal koolstofatomen in R en Rwith the proviso that the total number of carbon atoms in R and R.

6-22 bedraagt.6-22.

10 Bij voorkeur staat -T- voor -CH2-CH2- of -CH=CH-, in het bijzon der voor -CH=CH-.Preferably -T- stands for -CH2-CH2- or -CH = CH-, especially for -CH = CH-.

2 3 R en R zijn bij voorkeur alkylgroepen met 3-10 koolstofatomen, in het bijzonder 4-9 koolstofatomen, waarbij het totale aantal kool-2 3 stofatomen in R en R 8-15 bedraagt. De alkyl- of alkenylgroepen kun-15 nen lineair of vertakt zijn, maar zijn bij voorkeur lineair.R 3 and R 3 are preferably alkyl groups with 3-10 carbon atoms, especially 4-9 carbon atoms, the total number of carbon 2 3 atoms in R and R being 8-15. The alkyl or alkenyl groups can be linear or branched, but are preferably linear.

De hoeveelheid niet-ionogeen capillair-actief materiaal is in het algemeen 20 - 70%, zoals 22 - 60%, bij voorkeur 25%, 30%, 35% of 40% van het gewicht van de compositie. De hoeveelheid oplosmiddel of verdunnings-middel, indien aanwezig, is gewoonlijk ten hoogste 20%, bij voorkeur ten 20 hoogste 15%, b.v. 0,5 - 15%, bij voorkeur 5,0 - 12%. De gewichtsverhouding van niet-ionogeen capillair-actief materiaal tot alkyleenglycol-ether als het viskositeitsregelende en anti-gelvormingsmiddel, wanneer dat aanwezig is, zoals in de voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding het geval is, bedraagt 100 : 1 tot 1:1, bij voorkeur 50 : 1 tot 2:1, 25 zoals 10 : 1, 8 : 1, 6 : 1, 4 : 1 of 3 : 1.The amount of nonionic surfactant material is generally 20-70%, such as 22-60%, preferably 25%, 30%, 35%, or 40% by weight of the composition. The amount of solvent or diluent, if present, is usually at most 20%, preferably at most 15%, e.g. 0.5-15%, preferably 5.0-12%. The weight ratio of nonionic surfactant to alkylene glycol ether as the viscosity regulating and anti-gelling agent, when present, as is the case in the preferred embodiment of the invention, is from 100: 1 to 1: 1, preferably 50 : 1 to 2: 1, 25 such as 10: 1, 8: 1, 6: 1, 4: 1 or 3: 1.

De hoeveelheid van het als gel-inhibiterende verbinding fungerende dicarbonzuur is, indien toegepast, afhankelijk van factoren zoals de aard van het vloeibare niet-ionogene capillair-actieve materiaal, b.v. de gelvormingstemperatuur daarvan, de aard van het dicarbonzuur, andere 30 componenten in de compositie, die de gelvormingstemperatuur kunnen beïnvloeden, en het beoogde gebruik (b.v. met heet of koud water, geografisch klimaat en dergelijke). In het algemeen is het mogelijk de gele-ringstemperatuur te verlagen tot niet hoger dan ongeveer 3°C, bij voorkeur niet hoger dan ongeveer 0°C, met hoeveelheden dicarbonzuur-anti-gel-35 vormingsmiddel van 1 - 30%, bij voorkeur 1,5 - 15%, berekend op het ge- »8801792 - 13 - wicht van het vloeibare niet-ionogene capillair-actieve materiaal, hoewel in elk bijzonder geval de optimale hoeveelheid gemakkelijk aan de hand van routineproeven kan worden vastgesteld.The amount of the dicarboxylic acid acting as a gel-inhibiting compound, when used, depends on factors such as the nature of the liquid nonionic surfactant, e.g. its gelling temperature, the nature of the dicarboxylic acid, other components in the composition that may affect the gelling temperature, and its intended use (e.g., with hot or cold water, geographic climate, and the like). In general, it is possible to lower the gelation temperature to no greater than about 3 ° C, preferably no greater than about 0 ° C, with amounts of dicarboxylic acid anti-gel-35 former of 1 - 30%, preferably 1 .5 - 15%, based on the weight of the liquid nonionic surfactant, although in each particular case the optimum amount can be easily determined by routine tests.

De detergentcomposities volgens de uitvinding bevatten in de voor-5 keursuitvoeringsvorm als essentieel bestanddeel in water oplosbare en/of in water dispergeerbare detergentopbouwzouten. Typisch geschikte opbouwstoffen zijn b.v. beschreven in de genoemde Amerikaanse octrooischriften 4.316.812, 4.264.466, 3.630.929 en vele andere. In water oplosbare anorganische alkalische opbouwzouten, die op zichzelf met de detergentverbin-10 ding of gemengd met andere opbouwstoffen kunnen worden gebruikt, zijn alkalimetaalcarbonaten, -boraten, -fosfaten, -polyfosfaten, -bicarbona-ten en -silicaten (ook kunnen ammonium- of gesubstitueerdeammoniumzou-ten worden gebruikt). Specifieke voorbeelden van zulke zouten zijn na-triumtripolyfosfaat, natriumcarbonaat, natriumtetraboraat, natriumpyro-15 fosfaat, kaliumpyrofosfaat, natriumbicarbonaat, kaliumtripolyfosfaat, natriumhexametafosfaat, natriumsesquicarbonaat, natriummono- en -diortho-fosfaat en kaliumbicarbonaat. Natriumtripolyfosfaat (TPP) heeft de bijzondere voorkeur waar fosfaat bevattende ingrediënten niet uit milieuoverwegingen verboden zijn. De alkalimetaalsilicaten zijn nuttige op-20 bouwzouten, die tevens de compositie anti-corrosief voor wasmachineonderdelen maken. Natriumsilicaten met SiO^-verhoudingen van 1,6/1 tot 1/3,2, in het bijzonder van 1/2 tot 1/2,8 hebben de voorkeur. Ook kunnen kaliumsilicaten met dezelfde verhoudingen worden gebruikt.In the preferred embodiment, the detergent compositions of the invention contain water-soluble and / or water-dispersible detergent build-up salts as an essential ingredient. Typically suitable building materials are e.g. described in said U.S. Patents 4,316,812, 4,264,466, 3,630,929 and many others. Water-soluble inorganic alkaline build-up salts, which can be used alone with the detergent compound or mixed with other builders, include alkali metal carbonates, borates, phosphates, polyphosphates, bicarbonates and silicates (ammonium or substituted ammonium salts may be used). Specific examples of such salts are sodium tripolyphosphate, sodium carbonate, sodium tetraborate, sodium pyrophosphate, potassium pyrophosphate, sodium bicarbonate, potassium tripolyphosphate, sodium hexametaphosphate, sodium sesquicarbonate, sodium monosodium and potassium bicarbonate. Sodium tripolyphosphate (TPP) is particularly preferred where phosphate-containing ingredients are not banned for environmental reasons. The alkali metal silicates are useful builder salts, which also make the composition anti-corrosive for washing machine parts. Sodium silicates with SiO 2 ratios from 1.6 / 1 to 1 / 3.2, in particular from 1/2 to 1 / 2.8, are preferred. Potassium silicates with the same proportions can also be used.

Een andere klasse van opbouwstoffen zijn in water onoplosbare 25 aluminosilicaten, zowel van het kristallijne als van het amorfe type.Another class of builders are water-insoluble aluminosilicates, both of the crystalline and amorphous type.

Diverse kristallijne zeolieten (d.w.z. aluminosilicaten) zijn beschreven in het Britse octrooischrift 1.504.168, het Amerikaanse octrooischrift 4.409.136 en de Canadese octrooischriften L072.835 en 1.087.477. Een voorbeeld van geschikte amorfe zeolieten is te vinden in het Belgische 30 octrooischrift 835.351. De zeolieten hebben in het algemeen de formule (M_0) .(A1_CL·) .(Si0o) .WH00 2x 2 3 y 2z 2 waarin x = 1, y=0,8- 1,2 en bij voorkeur = 1, z = 1,5 - 3,5 of hoger en bij voorkeur =2-3, W = 0 - 9, bij voorkeur = 2,5 - 6 en M is bij voorkeur natrium. Een typisch zeoliet is type A of analoge structuur, 35 waarbij type 4A bijzondere voorkeur verdient. De geprefereerde alumino- .8801792 - 14 - silicaten hebben calciumionuitwisselingscapaciteiten van ongeveer 200 meq/g of meer, b.v. 400 meq/g.Various crystalline zeolites (i.e., aluminosilicates) are described in British Patent 1,504,168, U.S. Patent 4,409,136, and Canadian Patent Nos. 072,835 and 1,087,477. An example of suitable amorphous zeolites can be found in Belgian patent 835,351. The zeolites generally have the formula (M_0). (A1_CL ·). (Si0o) .WH00 2x 2 3 y 2z 2 where x = 1, y = 0.8-1.2 and preferably = 1.2 = 1.5-3.5 or higher and preferably = 2-3, W = 0-9, preferably = 2.5-6 and M is preferably sodium. A typical zeolite is type A or analogous structure, with type 4A being particularly preferred. The preferred alumino-8801792-14-silicates have calcium ion exchange capacities of about 200 meq / g or more, e.g. 400 meq / g.

Voorbeelden van organische alkalische sequestrerende opbouwzou-ten, die op zichzelf met het detergent of gemengd met andere organische 5 en anorganische opbouwstoffen kunnen worden gebruikt, zijn alkalimetaal-, ammonium- of gesubstitueerd ammoniuraaminopolycarboxylaten, b.v. natrium-en kaliumethyleendiaminetetra-acetaat (EDTA), natrium- en kaliumnitrilo-triacetaten (NTA) en triëthanolammonium-N-(2-hydroxyethyl)nitrilodiace-taten. Ook gemengde zouten van deze polycarboxylaten zijn geschikt.Examples of organic alkaline sequestering builder salts, which can be used alone with the detergent or mixed with other organic and inorganic builder substances, are alkali metal, ammonium or substituted ammonium aminopolycarboxylates, e.g. sodium and potassium ethylenediamine tetraacetate (EDTA), sodium and potassium nitrile triacetates (NTA) and triethanolammonium N- (2-hydroxyethyl) nitrile diacetates. Mixed salts of these polycarboxylates are also suitable.

10 Voorbeelden van andere geschikte opbouwstoffen van het organische type zijn carboxymethylsuccinaten, tartronaten en glycolaten en de poly-acetalcarboxylaten. De polyacetalcarboxylaten en hun toepassing in de-tergentcomposities zijn beschreven in de Amerikaanse octrooischriften 4.144.226, 4.315.092 en 4.146.495. Andere octrooischriften, die betrek-15 king hebben op analoge opbouwstoffen, zijn de Amerikaanse octrooischriften 4.141.676, 4.169.934, 4.201.858, 4.204.852, 4.224.420, 4.225.685, 4.226.960, 4.233,422, 4.233.423, 4.302.564 en 4.303.777. Ook relevant zijn de Europese octrooiaanvragen 0.015.024, 0.021.491 en 0.063.399.Examples of other suitable organic-type builders include carboxymethyl succinates, tartronates and glycolates and the polyacetal carboxylates. The polyacetal carboxylates and their use in detergent compositions are described in U.S. Patents 4,144,226, 4,315,092, and 4,146,495. Other patents related to analogous builders include U.S. Patents 4,141,676, 4,169,934, 4,201,858, 4,204,852, 4,224,420, 4,225,685, 4,226,960, 4,233,422, 4,233 .423, 4,302,564, and 4,303,777. Also relevant are European patent applications 0.015.024, 0.021.491 and 0.063.399.

De hoeveelheid van de gesuspendeerde detergentopbouwstof, bere-20 kend op de totale compositie, bedraagt gewoonlijk 10 - 60 gew.%, zoals 20 - 50 gew.%, b.v. 25 - 40 gew.% van de compositie.The amount of the suspended detergent builder, based on the total composition, is usually 10-60 wt%, such as 20-50 wt%, e.g. 25 - 40% by weight of the composition.

Volgens de uitvinding wordt de fysische stabiliteit van de suspensie van de detergentopbouwverbinding of -verbindingen of enig ander gesuspendeerd toevoegsel, zoals bleekmiddel en dergelijke, in de vloeibare 25 drager drastisch verbeterd door de aanwezigheid van een vulmateriaal van geringe dichtheid, zodanig, dat de dichtheid van de continue vloei-stoffase ongeveer gelijk is aan de dichtheid van de vaste deeltjesvormi-ge gedispergeerde fase, inclusief het vulmateriaal van geringe dichtheid.According to the invention, the physical stability of the suspension of the detergent builder compound or compounds or any other suspended additive, such as bleach and the like, in the liquid carrier is drastically improved by the presence of a low density filler material such that the density of the continuous liquid phase is approximately equal to the density of the solid particulate dispersed phase, including the low density filler material.

Als vulmateriaal van geringe dichtheid kan elk anorganisch of or-30 ganisch deeltjesvormig materiaal worden gebruikt, dat onoplosbaar is in de vloeistoffase/oplosmiddelen, die in de compositie worden toegepast, en verenigbaar is met de diverse componenten van de compositie. Verder dienen de vulmateriaaldeeltjes voldoende mechanische sterkte te bezitten om bestand te zijn tegen de afschuifspanning, die het produkt tijdens de 35 samenstelling, de verpakking, het transport en het gebruik te wachten I 8 8 Q 17 & £ - 15 - staan.As the low density filler material, any inorganic or organic particulate material which is insoluble in the liquid phase / solvents used in the composition and compatible with the various components of the composition may be used. Furthermore, the filler material particles must have sufficient mechanical strength to withstand the shear stress that awaits the product during formulation, packaging, transportation and use.

Binnen de genoemde algemene kriteria geschikte deeltjesvorraige vulmaterialen hebben effectieve dichtheden van 0,01 - 0,50 g/cm3, in het bijzonder van 0,01 - 0,20 g/cms, in het bijzonder van 0,02 - 0,20 5 g/cm3, gemeten bij kamertemperatuur, b.v. 23°C, en deeltjesdiameters van 1 - 300 ym, bij voorkeur 4 - 200 ym, met gemiddelde deeltjesdiameters van 20 - 100 ym, bij voorkeur van 30 - 80 ym.Particulate filler materials suitable within said general criteria have effective densities of 0.01 - 0.50 g / cm3, in particular of 0.01 - 0.20 g / cm, in particular of 0.02 - 0.20 g / cm3, measured at room temperature, e.g. 23 ° C, and particle diameters of 1 - 300 µm, preferably 4 - 200 µm, with average particle diameters of 20 - 100 µm, preferably of 30 - 80 µm.

De typen van anorganische en organische vulmaterialen, die dergelijke geringe massadichtheden hebben, zijn in het algemeen holle micro-10 bolletjes of althans hoogporeuze vaste deeltjesvormige materialen.The types of inorganic and organic filler materials, which have such low mass densities, are generally hollow microspheres or at least highly porous solid particulate materials.

Zo verdienen b.v. anorganische of organische microbolletjes, zoals microbolletjes uit diverse organische polymeren of glasbelletjes de voorkeur. Specifieke, niet-beperkende voorbeelden van microbolletjes uit organisch polymeer materiaal zijn polyvinylideenchloride, pclysty-15 reen, polyetheen, polypropeen, polyethyleentereftalaat, polyurethanen, polycarbonaten, polyamiden en dergelijke. Behalve holle microbolletjes kunnen ook andere anorganische vulmaterialen van geringe dichtheid worden gebruikt, b.v. aluminosilicaatzeolieten, gesproeidroogde kleimateri-alen, en dergelijke.Thus, e.g. inorganic or organic microspheres, such as microspheres from various organic polymers or glass bubbles, are preferred. Specific, non-limiting examples of organic polymeric microspheres include polyvinylidene chloride, polystyrene, polyethylene, polypropylene, polyethylene terephthalate, polyurethanes, polycarbonates, polyamides and the like. In addition to hollow microspheres, other low density inorganic fillers may also be used, e.g. aluminosilicate zeolites, spray dried clay materials, and the like.

20 Volgens een bijzonder geprefereerde uitvoeringsvorm van de uit vinding wordt het vulmateriaal van geringe dichtheid echter gevormd uit een in water oplosbaar materiaal. Dit heeft het voordeel dat bij het gebruik om vuile weefsels in een waterig wasbad te wassen, de in water oplosbare deeltjes zullen oplossen en zich daardoor niet zullen afzetten 25 op het weefsel, dat gewassen wordt. De in water onoplosbare vulmateriaal-deeltjes kunnen daarentegen gemakkelijker zich hechten aan of worden geadsorbeerd op of aan de vezels of het oppervlak van het gewassen weefsel .However, according to a particularly preferred embodiment of the invention, the low-density filler material is formed from a water-soluble material. This has the advantage that when used to wash dirty fabrics in an aqueous wash bath, the water-soluble particles will dissolve and therefore will not settle on the fabric being washed. In contrast, the water-insoluble filler particles can more easily adhere to or be adsorbed on or to the fibers or surface of the washed fabric.

Als een specifiek voorbeeld van dergelijk licht vulmateriaal, dat 30 onoplosbaar is in de niet-waterige vloeistoffase van de compositie volgens de uitvinding maar dat wel oplosbaar is in water, kan natriumboor-silicaatglas worden genoemd, zoals de holle microbolletjes, die verkrijgbaar zijn onder de merknaam Q-Cell, in het bijzonder Q-Cell 400, Q-Cell 200, Q-Cell 500 enz. Deze materialen hebben het verdere voordeel 35 dat zij in het wasbad silicaationen leveren, die als anti-corrosiemidde- „8801792 - 16 - len fungeren.As a specific example of such a light filler material which is insoluble in the non-aqueous liquid phase of the composition of the invention but which is soluble in water, sodium borosilicate glass, such as the hollow microspheres, which are available under the brand name Q-Cell, in particular Q-Cell 400, Q-Cell 200, Q-Cell 500 etc. These materials have the further advantage of providing silica ions in the washing bath, which as anti-corrosion agents "8801792 - 16 - function.

Voorbeelden van in water oplosbaar organisch materiaal, dat geschikt is voor de vervaardiging van holle microbolletjes van geringe dichtheid, zijn b.v. zetmeel, hydroxyethylcellulose, polyvinylalcohol en 5 polyvinylpyrrolidon, welk laatstgenoemde materiaal bij oplossen in het waterige wasbad tevens kan fungeren als vuil suspenderend middel.Examples of water-soluble organic material suitable for the manufacture of low density hollow microspheres are e.g. starch, hydroxyethyl cellulose, polyvinyl alcohol and polyvinylpyrrolidone, which latter material can also act as a soil suspending agent when dissolved in the aqueous washing bath.

Een van de kritische aspecten van de uitvinding is dat de hoeveelheid van het vulmateriaal van geringe dichtheid, die aan de niet-wateri-ge vloeibare suspensie wordt toegevoegd, zodanig is, dat de gemiddelde 10 statistisch gewogen dichtheden van de gesuspendeerde deeltjes en het vulmateriaal van geringe dichtheid gelijk is aan of niet veel verschilt van de dichtheid van de vloeistoffase (inclusief niet-ionogeen capillair-actief materiaal en andere oplosmiddelen, vloeistoffen en opgeloste bestanddelen) . Praktisch gesproken betekent dit dat de dichtheid van de 15 gehele compositie na de toevoeging van het vulmateriaal van geringe dichtheid gelijk is aan of ongeveer gelijk is aan de dichtheid van de vloeistoffase op zichzelf en ook aan de dichtheid van de gedispergeerde fase op zichzelf.One of the critical aspects of the invention is that the amount of the low density filler material added to the non-aqueous liquid suspension is such that the average 10 statistically weighted densities of the suspended particles and filler material of low density is equal to or not much different from the density of the liquid phase (including nonionic surfactant and other solvents, liquids, and solutes). Practically speaking, this means that the density of the entire composition after the addition of the low-density filler material is equal to or approximately equal to the density of the liquid phase per se and also the density of the dispersed phase per se.

De toe te voegen hoeveelheid van het vulmateriaal van geringe 20 dichtheid is derhalve afhankelijk van de dichtheid van het vulmateriaal, de dichtheid van de vloeistoffase op zichzelf en de dichtheid van de totale compositie zonder het vulmateriaal van geringe dichtheid. Voor een gegeven vloeibare dispersie zal de benodigde hoeveelhe. van het vulmateriaal van geringe dichtheid groter zijn naarmate de dichtheid van 25 het vulmateriaal groter is, en omgekeerd zal een kleinere hoeveelheid van het vulmateriaal van geringe dichtheid voor het verkrijgen van een gegeven dichtheidsvermindering van de uiteindelijke compositie nodig zijn naarmate de dichtheid van het vulmateriaal kleiner is.The amount of the low density filler material to be added therefore depends on the density of the filler material, the density of the liquid phase per se and the density of the entire composition without the low density filler material. For a given liquid dispersion, the required amount will be. of the low density filler material the greater the density of the filler material, and conversely a smaller amount of the low density filler material will be required to obtain a given density reduction of the final composition as the filler material density becomes smaller is.

De hoeveelheid vulmateriaal van geringe dichtheid, die nodig is 30 om de dichtheden van de vloeistoffase (bekend) en van de gedispergeerde fase aan elkaar gelijk te maken kan theoretisch worden berekend uit de volgende vergelijking, die gebaseerd is op de veronderstelling van ideale menging van het vulmateriaal van geringe dichtheid en de niet-wate-rige dispersie: .8801782 - 17 - jni /iliia]The amount of low density filler material needed to equalize the densities of the liquid phase (known) and of the dispersed phase can be theoretically calculated from the following equation, which is based on the assumption of ideal mixing of the low density filler material and non-aqueous dispersion: .8801782-17 - jni / iliia]

Mf ^liql ldo-dmSy waarin / ^Mf ^ liql ldo-dmSy where / ^

MM

mg —— de massafractie voorstelt van vulmateriaal van geringe dichtheidmg - represents the mass fraction of low density filler material

Mf 5 (b.v. microbolletjes), die aan de suspensie moet worden toege voegd om de dichtheid van de uiteindelijke compositie gelijk te maken aan de dichtheid van de vloeistof; dms = vloeistofverdringingsdichtheid van het vulmateriaal van geringe dichtheid; 10 d^ = dichtheid van de vloeistoffase van de suspensie; d^ = dichtheid van de uitgangscompositie (d.w.z. de suspensie vóór de toevoeging van vulmateriaal); M- = massa van de uiteindelijke compositie (d.w.z. na de toevoeging van vulmateriaal); en 15 M = massa van het toe te voegen vulmateriaal, msMf 5 (e.g. microspheres) to be added to the slurry to make the density of the final composition equal to the density of the liquid; dms = liquid displacement density of the low density filler material; 10 d ^ = density of the liquid phase of the suspension; d ^ = density of the starting composition (i.e. the suspension before the addition of filler material); M- = mass of the final composition (i.e. after the addition of filler material); and 15 M = mass of the filler material to be added, ms

In het algemeen zal de hoeveelheid vulmateriaal van geringe dichtheid, die nodig is om de dichtheden van de gedispergeerde fase en de vloeistoffase aan elkaar gelijk te maken, gelegen zijn tussen 0,01 en 10 gew.%, bij voorkeur tussen 0,05 en 6,0 gew.%, berekend op het ge-20 wicht van de niet-waterige dispersie vóór de toevoeging van het vulmateriaal .Generally, the amount of low density filler material needed to equalize the densities of the dispersed phase and the liquid phase will be between 0.01 and 10 wt%, preferably between 0.05 and 6 .0 wt.%, Based on the weight of the non-aqueous dispersion before the addition of the filler material.

Hoewel het de voorkeur verdient de dichtheden van de vloeistoffase en van de gedispergeerde fase aan elkaar gelijk te maken, d.w.z. d^g/ds£ = 1,0, ter verkrijging van de hoogste mate van stabiliteit, 25 zullen geringe verschillen in de dichtheden, b.v. d^^/d^ = 0,90 - 1,10, in het bijzonder 0,95 - 1,05 (waarbij d ^ de uiteindelijke dichtheid van de gedispergeerde fase na de toevoeging van het vulmateriaal is) in de meeste gevallen nog aanvaarde stabiliteiten geven, in het algemeen blijkende uit de afwezigheid van fasenscheiding, b.v. geen verschijnen van 30 een heldere vloeistoffase, gedurende tenminste 3-6 maanden of meer.Although it is preferable to equalize the densities of the liquid phase and of the dispersed phase, ie d ^ g / ds £ = 1.0, in order to obtain the highest degree of stability, slight densities will differ, e.g. d ^^ / d ^ = 0.90 - 1.10, in particular 0.95 - 1.05 (where d ^ is the final density of the dispersed phase after the addition of the filler material) in most cases still accepted give stabilities, generally evidenced by the absence of phase separation, e.g. no appearance of a clear liquid phase, for at least 3-6 months or more.

Zoals zojuist beschreven wordt volgens de uitvinding vereist dat aan de niet-waterige vloeibare suspensie van fijnverdeelde weefsel behandelende vaste deeltjes een voldoende hoeveelheid vulmateriaal van geringe dichtheid wordt toegevoegd om een gemiddelde statistisch gewogen 35 dichtheid van de vaste deeltjes en vulmateriaaldeeltjes te verkrijgen, .8801792 - 18 - die gelijk of ongeveer gelijk is aan de dichtheid van de continue vloeistof fase. Dat de statistisch gewogen gemiddelde dichtheid van de gedis-pergeerde fase gelijk of ongeveer gelijk is aan de dichtheid van de vloeistoffase verklaart echter op zichzelf niet hoe of waarom het vul-5 materiaal van geringe dichtheid zijn stabiliserende invloed uitoefent, daar de uiteindelijke compositie de relatief dichte gedispergeerde weefsel behandelende vaste deeltjes, b.v. fosfaten, die normaliter zouden bezinken, en het vulmateriaal van geringe dichtheid, dat normaliter in de vloeistoffase zou opstijgen, blijft bevatten.As just described, the invention requires that a sufficient amount of low density filler material be added to the non-aqueous liquid suspension of finely divided tissue-treating solids to obtain an average statistically weighted density of the solids and filler particles, 8801792 - 18 - equal to or approximately equal to the density of the continuous liquid phase. However, the fact that the statistically weighted average density of the dispersed phase is equal to or approximately equal to the density of the liquid phase does not in itself explain how or why the low-density filler material has a stabilizing effect, since the final composition has the relatively dense dispersed tissue-treating solid particles, e.g. phosphates, which would normally settle, and will continue to contain the low density filler material, which would normally rise in the liquid phase.

10 Hoewel het niet de bedoeling is de uitvinding aan enige bijzonde re theorie te binden, wordt verondersteld, en experimentele gegevens en microscopische waarnemingen schijnen de veronderstelling te bevestigen, dat de gedispergeerde detergent-actieve vaste deeltjes, zoals opbouwstof, bleekmiddel en dergelijke, in feite worden aangetrokken door en 15 zich onder vorming van een mono- of poly-laag van gedispergeerde deeltjes hechten aan de deeltjes van het vulmateriaal van geringe dichtheid en deze omgeven onder vorming van "samengestelde" deeltjes, die in feite functioneren als enkelvoudige unitaire deeltjes. Deze samengestelde deeltjes kunnen dan worden geacht een dichtheid te bezitten, die een volume-20 gewogen gemiddelde van de dichtheden van alle individuele deeltjes, die de samengestelde deeltjes vormen, benadert:Although it is not intended to bind the invention to any particular theory, it is believed, and experimental data and microscopic observations seem to confirm the assumption that the dispersed detergent-active solid particles, such as builder, bleach and the like, in fact are attracted to and adhere to the particles of the low-density filler material to form a mono- or poly-layer of dispersed particles and surround them to form "composite" particles which effectively function as single unitary particles. These composite particles can then be considered to have a density approximating a volume weighted average of the densities of all the individual particles forming the composite particles:

vLvL

d + — d Η V Ld + - d Η V L

d = --- CP vd = --- CP v

. L. L

25 1 + —25 1 + -

HH

waarin d = dichtheid van een samengesteld deeltje; cp d = dichtheid van de gedispergeerde fase (zwaar deeltje);where d = density of a composite particle; cp d = density of the dispersed phase (heavy particle);

HH

d = dichtheid van het vulmateriaal (licht deeltje);d = density of the filling material (light particle);

LL

30 V = totaal volume van deeltjes van de gedispergeerde fase in het H30 V = total volume of particles of the dispersed phase in the H

samenstel; V = totaal volume van de vulmateriaaldeeltjes in het samenstel.assembly; V = total volume of the filler material particles in the assembly.

LL

Om te bereiken dat de dichtheid van het samengestelde deeltje gelijk of ongeveer gelijk is aan die van de vloeistoffase, dient een groot 35 aantal gedispergeerde deeltjes samen te werken met elk van de vulmateri- . 880 f - 19 - aaldeeltjes, en moeten b.v., afhankelijk van de relatieve dichtheden, enige honderden tot enige duizenden van de gedispergeerde (zware) deeltjes zich associëren met elk vulmateriaaldeeltje van geringe dichtheid.In order for the density of the composite particle to be equal to or approximately equal to that of the liquid phase, a large number of dispersed particles must interact with each of the filler materials. 880 f - 19 - eel particles, and, for example, depending on the relative densities, several hundred to several thousand of the dispersed (heavy) particles must associate with each low density filler material particle.

Derhalve is een ander aspect van de composities en werkwijze vol-5 gens de uitvinding dat de gemiddelde deeltjesdiameter van het vulmateriaal van geringe dichtheid groter moet zijn dan de gemiddelde deeltjesdiameter van de deeltjes van de gedispergeerde fase, zoals detergent-opbouwstof en dergelijke, teneinde op het oppervlak van het vulmateriaaldeeltje plaats te kunnen bieden aan het grote aantal gedispergeerde deel-10 tjes. Wat dit betreft werd gevonden, dat de verhouding van de gemiddelde deeltjesdiameter van het vulmateriaal van geringe dichtheid tot de gemiddelde deeltjesdiameter van de gedispergeerde deeltjes tenminste 6 : 1 moet bedragen, zoals 6 : 1 tot 30 : 1, in het bijzonder 8 : 1 tot 20 : 1, waarbij de beste resultaten worden bereikt bij een verhouding van onge-15 veer 10:1. Bij diameterverhoudingen van minder dan 6 : 1 zullen in het algemeen geen bevredigende resultaten worden verkregen, hoewel enige verbetering in stabilisatie kan optreden, afhankelijk van de relatieve dichtheden van de gedispergeerde deeltjes en de vulmateriaaldeeltjes en van de dichtheid van de vloeistoffase.Therefore, another aspect of the compositions and method of the invention is that the mean particle diameter of the low density filler material must be greater than the mean particle diameter of the particles of the dispersed phase, such as detergent builder and the like, in order to the surface of the filling material particle to accommodate the large number of dispersed particles. In this regard, it has been found that the ratio of the average particle diameter of the low density filler material to the average particle diameter of the dispersed particles should be at least 6: 1, such as 6: 1 to 30: 1, especially 8: 1 to 20: 1, achieving the best results at a ratio of about 10: 1. Satisfactory results will generally not be obtained at diameter ratios less than 6: 1, although some improvement in stabilization may occur depending on the relative densities of the dispersed particles and the filler material particles and on the density of the liquid phase.

p 20 Voor het geprefereerde traject van gemiddelde deeltjesdiameters voor het vulmateriaal van geringe dichtheid van 20 - 100 ym, in het bijzonder 30 - 80 ψ&, zullen de deeltjes van de gedispergeerde fase gemiddelde deeltjesdiameters van 1 - 18 ym, in het bijzonder van 2 - 10 ym moeten hebben. Deze deeltjesafmetingen kunnen worden verkregen door een 25 geschikte maalbehandeling, zoals nader zal worden beschreven.p 20 For the preferred range of mean particle diameters for the low density filler material of 20 - 100 µm, in particular 30 - 80 µm, the dispersed phase particles will have average particle diameters of 1 - 18 µm, in particular of 2 - Should have 10 ym. These particle sizes can be obtained by a suitable milling treatment, as will be described further.

Daar de composities volgens de uitvinding in het algemeen hoogge-concentreerd zijn en daardoor in betrekkelijk geringe doses kunnen worden gebruikt, is het dikwijls gewenst eventueel fosfaatopbouwzout (zoals natriumtripolyfosfaat) aan te vullen met een hulpopbouwzout, zoals een 30 polymeer carbonzuur met een groot calcium bindend vermogen ter inhibite-ring van korstvorming, die anders door de vorming van onoplosbaar calci-umfosfaat zou kunnen worden veroorzaakt. Dergelijke hulpopbouwstoffen zijn algemeen bekend. Melding kan b.v. worden gemaakt van Sokolan CP5, een copolymeer van ongeveer gelijke molaire hoeveelheden methacrylzuur 35 en malelnezuuranhydride, volledig geneutraliseerd onder vorming van het .8801792 - 20 - natriumzout daarvan. De hoeveelheid hulpopbouwzout is in het algemeen tot ongeveer 6 gew.%, bij voorkeur 1/4 - 4%, zoals 1%, 2% of 3%, berekend op het totale gewicht van de compositie. Uiteraard kunnen de onderhavige composities ook zonder enig fosfaatopbouwzout worden bereid, waar 5 zulks op grond van milieubepalingen vereist is.Since the compositions of the invention are generally highly concentrated and can therefore be used in relatively small doses, it is often desirable to supplement any phosphate build-up salt (such as sodium tripolyphosphate) with an auxiliary build-up salt, such as a polymeric carboxylic acid with a high calcium binding ability to inhibit crusting which might otherwise be caused by the formation of insoluble calcium phosphate. Such auxiliary building materials are generally known. Reporting can e.g. are made from Sokolan CP5, a copolymer of approximately equal molar amounts of methacrylic acid 35 and maleic anhydride, completely neutralized to form the .8801792-20 sodium salt thereof. The amount of auxiliary build-up salt is generally up to about 6% by weight, preferably 1/4 - 4%, such as 1%, 2% or 3%, based on the total weight of the composition. Of course, the present compositions can also be prepared without any phosphate build-up salt, where this is required by environmental regulations.

Behalve de detergentopbouwstoffen kunnen diverse andere detergent-toevoegsels of hulpstoffen in het detergentprodukt aanwezig zijn om het verdere gewenste eigenschappen van functionele of esthetische aard te verlenen. Zo kunnen in de samenstelling ondergeschikte hoeveelheden vuil 10 suspenderende of anti-herafzettingsmiddelen worden opgenomen, b.v. poly-vinylalcohol, vetamiden, natriumcarboxymethylcellulose, hydroxypropyl-methylcellulose, gewoonlijk in hoeveelheden tot 10 gew.%, b.v. 0,1 - 10%, bij voorkeur 1-5%; optische heldermakers, b.v. katoen, polyamide en polyester heldermakers, zoals stilbeen, triazool en benzidinesulfon-15 composities, in het bijzonder gesulfoneerd gesubstitueerd triazinylstil-been, gesulfoneerd naftotriazoolstilbeen, benzidinesulfon en dergelijke, waarbij combinaties van stilbeen en triazool de meeste voorkeur verdienen. De optische heldermaker kan typisch worden toegepast in hoeveelheden tot ongeveer 2 gew.%, bij voorkeur tot 1 gew.%, zoals 0,1 - 0,8 20 gew.%.In addition to the detergent builders, various other detergent additives or adjuvants may be present in the detergent product to impart further desirable properties of a functional or aesthetic nature. For example, minor amounts of soil suspending or anti-redeposition agents may be included in the composition, e.g. polyvinyl alcohol, fatty amides, sodium carboxymethyl cellulose, hydroxypropyl methyl cellulose, usually in amounts up to 10% by weight, e.g. 0.1-10%, preferably 1-5%; optical brighteners, e.g. cotton, polyamide, and polyester brighteners, such as stilbene, triazole and benzidine sulfone compositions, especially sulfonated substituted triazinyl stilbene, sulfonated naphthotriazole stilbene, benzidine sulfone and the like, with stilbene and triazole combinations being most preferred. The optical brightener can typically be used in amounts up to about 2 wt%, preferably up to 1 wt%, such as 0.1-0.8 wt%.

Verdere hulpstoffen zijn blauwmiddelen, zoals ultramarijnblauw; enzymen, bij voorkeur proteolytische enzymen, zoals subtilisine, brome-line, papaïne, trypalne en pepsine, alsmede enzymen van het amylase-type, enzymen van het lipase-type en mengsels daarvan; bactericiden, b.v. 25 tetrachloorsalicylanilide, hexachlorofeen; fungiciden; kleurstoffen; pigmenten (in water dispergeerbaar); conserveringsmiddelen; ultraviolet absorberende middelen; anti-vergelingsmiddelen, zoals natriumcarboxymethylcellulose, complex Tan " C^ alkylalcohol met - c^g alkyl-sulfaat; pH modificerende middelen en pH-buffers; kleurveilige bleekmid-30 delen, parfum, en anti-schuimmiddelen of schuim onderdrukkende middelen, b.v. siliciumverbindingen.Further excipients are blue agents, such as ultramarine blue; enzymes, preferably proteolytic enzymes, such as subtilisin, bromine, papain, trypalne and pepsin, as well as amylase type enzymes, lipase type enzymes and mixtures thereof; bactericides, e.g. Tetrachlorosalicylanilide, hexachlorophene; fungicides; dyes; pigments (dispersible in water); preservatives; ultraviolet absorbents; anti-yellowing agents, such as sodium carboxymethyl cellulose, complex Tan "C 4 alkyl alcohol with alkyl sulfate; pH modifiers and pH buffers; color-safe bleaches, perfume, and anti-foaming agents or suds suppressants, for example, silicon compounds.

De bleekmiddelen worden gemakshalve ruim geklassificeerd als chloorbleekmiddelen en zuurstofbleekmiddelen. Typische voorbeelden van chloorbleekmiddelen zijn natriumhypochloriet (NaOCl), kaliumdichlooriso-35 cyanuraat (59% beschikbaar chloor) en trichloorisocyanuurzuur (95% be- »8801792 - 21 - schikbaar chloor). Zuurstofbleekmiddelen hebben de voorkeur en worden vertegenwoordigd door perverbindingen, die in oplossing waterstofper-oxyde vrijgeven. Geprefereerde voorbeelden zijn natrium- en kaliumperbo-raten, -percarbonaten en -perfosfaten en kaliummonopersulfaat. De per-5 boraten, in het bijzonder natriumperboraatmonohydraat, hebben de speciale voorkeur.For convenience, the bleaches are broadly classified as chlorine bleaches and oxygen bleaches. Typical examples of chlorine bleaches are sodium hypochlorite (NaOCl), potassium dichloroiso-35 cyanurate (59% available chlorine) and trichloroisocyanuric acid (95% available chlorine). Oxygen bleaches are preferred and are represented by per compounds which release hydrogen peroxide in solution. Preferred examples are sodium and potassium perborates, percarbonates and perphosphates and potassium monopersulfate. The per-borates, in particular sodium perborate monohydrate, are especially preferred.

De perzuurstofverbinding wordt bij voorkeur in combinatie met een activator ervoor toegepast. Geschikte activators, die de effectieve werktemperatuur van het peroxydebleekmiddel kunnen verlagen, zijn b.v.The peroxygen compound is preferably used in combination with an activator therefor. Suitable activators, which can lower the effective working temperature of the peroxide bleach, are e.g.

10 beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 4.264.466 of in kolom 1 van het Amerikaanse octrooischrift 4.430.244. Poly-geacyleerde verbindingen zijn geprefereerde activators; onder deze hebben verbindingen zoals te-tra-acetylethyleendiamine (TAED) en penta-acetylglucose de bijzondere voorkeur.10 is described in U.S. Patent 4,264,466 or in column 1 of U.S. Patent 4,430,244. Polyacylated compounds are preferred activators; among these, compounds such as tetraacetylethylenediamine (TAED) and pentaacetyl glucose are particularly preferred.

15 Voorbeelden van andere geschikte activators zijn acetylsalicyl- zuurderivaten, ethylideenbenzoaatacetaat en zouten daarvan, ethylideen-carboxylaatacetaat en zouten daarvan, alkyl- en alkenylbarnsteenzuur-anhydride, tetra-acetylglyco-uril (TAGU) en derivaten van zulke verbindingen. Andere geschikte klassen van activators zijn beschreven in b.v.Examples of other suitable activators are acetylsalicylic acid derivatives, ethylidene benzoate acetate and its salts, ethylidene carboxylate acetate and its salts, alkyl and alkenyl succinic anhydride, tetraacetyl glycouril (TAGU) and derivatives of such compounds. Other suitable classes of activators are described in e.g.

20 de Amerikaanse octrooischriften 4.111.826, 4.422.950 en 3.661.789.U.S. Patents 4,111,826, 4,422,950 and 3,661,789.

De bleekmiddelactivator werkt gewoonlijk met de perzuurstofverbinding samen onder vorming van een peroxyzuurbleekmiddel in het waswater. Bij voorkeur wordt een sequestreermiddel met een groot complexvormend vermogen toegevoegd ter inhibitering van ongewenste reacties tus-25 sen zulk peroxyzuur en waterstofperoxyde in de wasoplossing in tegenwoordigheid van metaalionen. Geprefereerde sequestreermiddelen zijn in staat ++ tot vorming van een complex met Cu -ionen zodanig, dat de stabiliteits-constante (pK) van de conplexvorming bij 25°C gelijk is aan of groter is dan 6 in water van een ionsterkte van 0,1 mol/liter, welke pK conventio-30 neel wordt gedefinieerd door de formule: pK = -log K, waarin K de even-wichtsconstante voorstelt. Zo zijn b.v. de pK-waarden voor de complex-vorming van koperionen met NTA en EDTA onder de genoemde omstandigheden resp. 12,7 en 18,8. Voorbeelden van geschikte sequestreermiddelen naast de reeds genoemde zijn de verbindingen, die verkrijgbaar zijn onder de 35 merknaam Dequest, b.v. diëthyleentriaminepenta-azijnzuur, diëthyleentri- .8801792 ft - 22 - aminepentamethyleenfosforzuur en ethyleendiaminetetramethyleenfosfor-zuur.The bleach activator usually interacts with the peroxygen compound to form a peroxyacid bleach in the wash water. Preferably, a high complexing power sequestrant is added to inhibit undesired reactions between such peroxyacid and hydrogen peroxide in the wash solution in the presence of metal ions. Preferred sequestrants are capable of ++ forming a complex with Cu ions such that the stability constant (pK) of the complex formation at 25 ° C is equal to or greater than 6 in water of an ionic strength of 0.1 mol / liter, which pK conventionally is defined by the formula: pK = -log K, where K represents the equilibrium constant. For example, e.g. the pK values for the complex formation of copper ions with NTA and EDTA under the stated conditions, respectively. 12.7 and 18.8. Examples of suitable sequestering agents in addition to those already mentioned are the compounds available under the trade name Dequest, e.g. diethylene triamine pentaacetic acid, diethylene tri-8801792 ft-22-amine pentamethylene phosphoric acid and ethylene diamine tetramethylene phosphoric acid.

Teneinde verlies van peroxydebleekmiddel, b.v. natriumboraat, als gevolg van door enzymen, zoals katalase-enzyme, geïnduceerde ontleding 5 te voorkomen kunnen de composities een enzyme-inhibitor bevatten, d.w.z. een verbinding die in staat is de door enzymen geïnduceerde ontleding van het peroxydebleekmiddel te inhibiteren. Geschikte inhibitorverbin-dingen zijn beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 3.606.990.In order to avoid loss of peroxide bleach, e.g. sodium borate, due to preventing decomposition induced by enzymes such as catalase enzyme, the compositions may contain an enzyme inhibitor, i.e. a compound capable of inhibiting the enzyme-induced decomposition of the peroxide bleach. Suitable inhibitor compounds are described in U.S. Patent 3,606,990.

Van bijzondere interesse als inhibitor-verbindingen zijn hydroxyl-10 aminesulfaat en andere in water oplosbare hydroxylaminezouten. In de geprefereerde niet-waterige composities volgens de uitvinding kunnen geschikte hoeveelheden van de hydroxylaminezout-inhibitors zo klein zijn als ongeveer 0,01 - 0,4%. In het algemeen echter zijn geschikte hoeveelheden van enzyme-inhibitoren tot ongeveer 15%, b.v. 0,1 - 10%, berekend 15 op het gewicht van de compositie.Of particular interest as inhibitor compounds are hydroxyl-10 amine sulfate and other water-soluble hydroxylamine salts. In the preferred non-aqueous compositions of the invention, suitable amounts of the hydroxylamine salt inhibitors may be as small as about 0.01-0.4%. Generally, however, suitable amounts of enzyme inhibitors are up to about 15%, e.g. 0.1 - 10%, calculated on the weight of the composition.

Hoewel niet noodzakelijk voor het bereiken van aanvaardbare pro-duktstabiliteit kunnen volgens de uitvinding ook andere suspensie-stabi-lisators, Theologische toevoegsels en anti-gelvormingsmiddelen in de compositie aanwezig zijn. Zo kunnen b.v. de aluminiumzouten van hogere vet-20 zuren, in het bijzonder aluminiumstearaat, zoals beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 4.661.280, aan de compositie worden toegevoegd, b.v. in een hoeveelheid van 0-3gew.%, bij voorkeur 0-lgew.%.While not necessary to achieve acceptable product stability, other suspension stabilizers, theological additives and anti-gelling agents may also be present in the composition of the invention. For example, e.g. the aluminum salts of higher fatty acids, especially aluminum stearate, as described in U.S. Patent 4,661,280, are added to the composition, e.g. in an amount of 0-3% by weight, preferably 0-1% by weight.

Een andere geschikte stabilisator voor toepassing in combinatie met het vulmateriaal van geringe dichtheid is een zure organische fosfor-25 verbinding met een zure-POH-groep, zoals beschreven in de Amerikaanse octrooiaanvrage 781.189, ingediend op 25 september 1985. De zure organische fosforverbinding kan b.v. een partiële ester zijn van fosforzuur en een alcohol, zoals een alkanol met een lipofiel karakter, die b.v. meer dan 5 koolstofatomen, b.v. 8-20 koolstofatomen bevat. Een speci-30 fiek voorbeeld is een partiële ester van fosforzuur en een - C^g alkanol. Empiphos 5632 (Marchon) bestaat uit ongeveer 35% monoëster en 65% diëster. Indien gebruikt zijn hoeveelheden van de fosforzuurverbin-ding tot ongeveer 3%, bij voorkeur tot 1%, voldoende.Another suitable stabilizer for use in combination with the low-density filler material is an acidic organic phosphorus compound with an acidic POH group, as described in U.S. Patent Application 781,189, filed September 25, 1985. The acidic organic phosphorus compound may e.g. a partial ester of phosphoric acid and an alcohol, such as an alkanol of lipophilic character, e.g. more than 5 carbon atoms, e.g. Contains 8-20 carbon atoms. A specific example is a partial ester of phosphoric acid and a C 1-6 alkanol. Empiphos 5632 (Marchon) consists of approximately 35% monoester and 65% diester. If used, amounts of the phosphoric acid compound up to about 3%, preferably up to 1%, are sufficient.

Zoals beschreven in de Amerikaanse octrooiaanvrage 926.851, inge-35 dient op 3 november 1986, kan in de compositie ter verdere verbetering „8801792 - 23 - van de Theologische eigenschappen een niet-ionogeen capillair-actief materiaal worden opgenomen, dat is gemodificeerd onder omzetting van een vrije hydroxylgroep in een molecuulgedeelte met een vrije carboxylgroep, zoals een partiële ester van een niet-ionogene capillair-actieve verbin-5 ding en een polycarbonzuur. Hoeveelheden van zulk niet-ionogeen capillair-actief materiaal met eindstandige zuurgroep tot één deel zijn voldoende .As disclosed in U.S. Patent Application 926,851, filed November 3, 1986, the composition may further incorporate a nonionic surfactant material which has been modified to convert the theological properties to further improve the theological properties. a free hydroxyl group in a molecule portion with a free carboxyl group, such as a partial ester of a nonionic surfactant and a polycarboxylic acid. Amounts of such nonionic surfactant with terminal acid group to one part are sufficient.

Geschikte hoeveelheden van de facultatieve detergenttoevoegsels zijn: enzymen - 0 tot 2%, in het bijzonder 0,1 tot 1,3%; corrosie-inhi-10 bitors - 0 tot 40%, bij voorkeur 5 tot 30%; anti-schuimmiddelen en schuim onderdrukkende middelen - 0 tot 15%, bij voorkeur 0 tot 5%, b.v.Suitable amounts of the optional detergent additives are: enzymes - 0 to 2%, especially 0.1 to 1.3%; corrosion inhi-10 bitors - 0 to 40%, preferably 5 to 30%; anti-foaming agents and suds suppressants - 0 to 15%, preferably 0 to 5%, e.g.

0,1 tot 3%; verdikkingsmiddelen en dispergeermiddelen - 0 tot 1-5%, b.v. 0,1 tot 10%, bij voorkeur 1 tot 5%; vuil suspenderende middelen of anti-herafzettingsmiddelen en anti-vergelingsmiddelen - 0 tot 10%, bij voor-15 keur 0,5 tot 5%; kleurmiddelen, parfums, heldermakers en blauwmiddelen in totaal 0 tot 2% en bij voorkeur 0 tot 1%; pH modificerende middelen en pH-buffers - 0 tot 5%, bij voorkeur 0 tot 2%; bleekmiddel - 0 tot 40% en bij voorkeur 0 tot 25%, b.v. 2 tot 20%; bleekmiddelstabilisators en bleekmiddelactivators - 0 tot 15%, bij voorkeur 0 tot 10%, b.v. 0,1 tot 20 8%; enzyme-inhibitors - 0 tot 15%, b.v. 0,01 tot 15%, bij voorkeur 0,1 tot 10%; sequestreermiddel met groot complexvormend vermogen - tot ongeveer 5%, bij voorkeur 1/4 tot 3%, zoals ongeveer 1/2 tot 2%. De hulpstoffen dienen zodanig te worden gekozen, dat zij verenigbaar zijn met de hoofdcomponenten van de detergentcompositie.0.1 to 3%; thickeners and dispersants - 0 to 1-5%, e.g. 0.1 to 10%, preferably 1 to 5%; soil suspending agents or anti-redeposition agents and anti-yellowing agents - 0 to 10%, preferably 0.5 to 5%; colorants, perfumes, brighteners and bluing agents in total 0 to 2% and preferably 0 to 1%; pH modifiers and pH buffers - 0 to 5%, preferably 0 to 2%; bleach - 0 to 40% and preferably 0 to 25%, e.g. 2 to 20%; bleach stabilizers and bleach activators - 0 to 15%, preferably 0 to 10%, e.g. 0.1 to 20%; enzyme inhibitors - 0 to 15%, e.g. 0.01 to 15%, preferably 0.1 to 10%; high complexing ability sequestrant - up to about 5%, preferably 1/4 to 3%, such as about 1/2 to 2%. The adjuvants should be selected to be compatible with the major components of the detergent composition.

25 In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding wordt het meng sel van vloeibaar niet-ionogeen capillair-actief materiaal en vaste bestanddelen (andere dan het vulmateriaal van geringe dichtheid) onderworpen aan een maalbehandeling, b.v. in een zandmolen of kogelmolen. Bijzonder geschikt zijn molens van het wrijvingstype, zoals in de handel ge-30 bracht door Wiener (Amsterdam) of Netzsch (Duitsland), waarin de deeltjesgrootte van de vaste bestanddelen wordt verlaagd tot minder dan ongeveer 18 ym, b.v. tot een gemiddelde deeltjesgrootte van 2 - 10 ym of zelfs minder (b.v. 1 ym). Bij voorkeur minder dan 10%, in het bijzonder minder dan 5% van alle gesuspendeerde deeltjes hebben deeltjesafmetingen 35 van meer dan 15 ym, bij voorkeur 10 ym. In verband met de stijgende kos- . 8 8 017 9 2 - 24 - ten en energieverbruik naarmate de deeltjesgrootte kleiner wordt, verdient het dikwijls de voorkeur dat de gemiddelde deeltjesgrootte tenminste 3 ym, in het bijzonder ongeveer 4 ym bedraagt. Composities, waarvan de gedispergeerde deeltjes dergelijke geringe afmetingen hebben, bezit-5 ten een verbeterde stabiliteit tegen scheiding of bezinking bij opslag. Ook kunnen andere typen van maalmolens worden gebruikt, zoals tandradens, naaldmolens en dergelijke.In a preferred embodiment of the invention, the mixture of liquid nonionic surfactant and solids (other than low density filler material) is subjected to a milling treatment, e.g. in a sand mill or ball mill. Particularly suitable are friction type mills, such as those sold by Wiener (Amsterdam) or Netzsch (Germany), in which the particle size of the solid components is reduced to less than about 18 µm, e.g. to an average particle size of 2 - 10 µm or even less (e.g. 1 µm). Preferably less than 10%, especially less than 5%, of all suspended particles have particle sizes greater than 15 µm, preferably 10 µm. In connection with the rising cost. As the particle size decreases, it is often preferred that the average particle size be at least 3 µm, especially about 4 µm. Compositions, the dispersed particles of which have such small dimensions, have improved stability against separation or settling on storage. Other types of grinders can also be used, such as gear wheels, needle mills and the like.

Tijdens het malen is de hoeveelheid vaste ingrediënten bij voorkeur zodanig groot (b.v. tenminste ongeveer 40%, zoals ongeveer 50%), 10 dat de vaste deeltjes met elkaar in aanraking komen en niet in aanmerkelijke mate van elkaar worden afgeschermd door de niet-ionogene capillair-actieve vloeistof. Molens, waarin maalkogels (kogelmolens) of analoge mobiele maalelementen worden toegepast, geven zeer goede resultaten.During grinding, the amount of solid ingredients is preferably so large (eg, at least about 40%, such as about 50%), that the solids come into contact and are not significantly shielded from each other by the nonionic capillary -active liquid. Mills, in which grinding balls (ball mills) or analog mobile grinding elements are used, give very good results.

Zo kan men gebruik maken van een laboratorium-wrijvingsmolen met stea-15 tiet-maalkogels met een diameter van 8 mm. Voor werk op grotere schaal kan een continu werkende molen worden gebruikt, waarin maalkogeltjes met een diameter van 1 mm of 1,5 mm werken in een zeer kleine spleet tussen een stator en een met een betrekkelijk grote snelheid roterende rotor (b.v. een CoBall-molen); indien een dergelijke molen wordt toegepast is 20 het gewenst het mengsel van niet-ionogeen capillair-actief materiaal en vaste bestanddelen eerst door een molen te voeren, waarin het materiaal niet zo fijn wordt gemalen (b.v. een colloïdmolen) onder vermindering van de deeltjesgrootte tot minder dan 100 ym (b.v. tot ongeveer 40 ym), alvorens het materiaal in de continue kogelmolen tot een gemiddelde 25 deeltjesdiameter van minder dan 18 of 15 ym wordt gemalen.For example, one can use a laboratory friction grinder with stea-tite grinding balls with a diameter of 8 mm. For larger-scale work, a continuously operating mill can be used, in which grinding balls with a diameter of 1 mm or 1.5 mm operate in a very small gap between a stator and a rotor rotating at a relatively high speed (eg a CoBall mill ); if such a mill is used, it is desirable to first pass the mixture of nonionic surfactant and solids through a mill in which the material is not so finely ground (eg, a colloid mill) while reducing the particle size to less than 100 µm (eg, to about 40 µm), before milling the material in the continuous ball mill to an average particle diameter of less than 18 or 15 µm.

Ook kunnen de poedervormige vaste materialen fijn tot de gewenste grootte worden gemalen alvorens met de vloeibare matrix te worden gemengd, b.v. in een straalmolen.Also, the powdery solids can be finely ground to the desired size before being mixed with the liquid matrix, e.g. in a jet mill.

De uiteindelijke composities volgens de uitvinding zijn niet-30 waterige vloeibare suspensies, die in het algemeen niet-Newtoniaanse stromingskarakteristieken vertonen. Na de toevoeging van het vulmateriaal van geringe dichtheid zijn de composities lichtelijk thixotroop en vertonen zij met name een verminderde viskositeit onder aangelegde spanning of afschuiving; zij gedragen zich rheologisch nagenoeg volgens de 35 vergelijking van Casson. De uiteindelijke composities worden gekarakte- .8801792 - 25 - riseerd door een zwichtspanning tussen ongeveer 2,5 en 45 Pascal, gewoonlijk tussen 10 en 35 Pascal, zoals 15, 20 of 25 Pascal. Verder hebben de composities viskositeiten bij kamertemperatuur, gemeten met een LVT-D viskometer met as Nb.4 bij 50 omw./minuut, van 500 - 5000 centipoise, 5 gewoonlijk van 800 - 3000 centipoise. Het produkt is echter vlot vloeibaar wanneer het wordt geschud of blootgesteld aan spanning, b.v. als het door een nauwe opening in een knijpfles wordt geperst. De composities volgens de uitvinding kunnen geschikterwijze worden verpakt in gewone vaten, b.v. van glas of kunststof, stijve of flexibele flessen, 10 kommen of andere houders, en daaruit direct in het waterige wasbad worden gedoseerd, b.v. in een automatische wasmachine, in gebruikelijke hoeveelheden, zoals 55 - 350 cm3, b.v. 110 cm3, per waslading (b.v. van ongeveer 1,5 - 7,5 kg), gewoonlijk in 30 - 70 liter water. De voorkeurscomposities zullen stabiel blijven (niet meer dan 1 of 2 mm vloeistof-15 fase-afscheiding) bij staan gedurende perioden van 3-6 maanden of langer.The final compositions of the invention are non-aqueous liquid suspensions, which generally exhibit non-Newtonian flow characteristics. After the addition of the low-density filler material, the compositions are slightly thixotropic and typically exhibit reduced viscosity under applied stress or shear; they behave rheologically almost in accordance with Casson's equation. The final compositions are characterized by a yield stress between about 2.5 and 45 Pascal, usually between 10 and 35 Pascal, such as 15, 20 or 25 Pascal. Furthermore, the compositions have room temperature viscosities, measured with an LVT-D viscometer with axis Nb.4 at 50 rpm, of 500-5000 centipoise, usually of 800-3000 centipoise. However, the product is smoothly liquid when shaken or subjected to stress, e.g. when it is squeezed into a squeeze bottle through a narrow opening. The compositions of the invention can be suitably packaged in ordinary drums, e.g. of glass or plastic, rigid or flexible bottles, 10 bowls or other containers, and dosed therefrom directly into the aqueous wash bath, e.g. in an automatic washing machine, in usual amounts, such as 55 - 350 cm 3, e.g. 110 cm3, per wash load (e.g. from about 1.5 - 7.5 kg), usually in 30 - 70 liters of water. The preferred compositions will remain stable (no more than 1 or 2 mm of liquid-15 phase separation) for periods of 3-6 months or longer.

Het verdient opmerking dat de voorgaande gedetailleerde beschrijving slechts ter toelichting dient en dat variaties daarin mogelijk zijn zonder dat buiten het wezen van de uitvinding wordt getreden.It is to be noted that the foregoing detailed description is for illustrative purposes only and variations are possible without departing from the essence of the invention.

20 De uitdrukking "niet-waterig" betekent de afwezigheid vein water, maar geringe hoeveelheden water, b.v. tot ongeveer 5%, bij voorkeur tot ongeveer 2%, kunnen in de composities worden getolereerd, in het bijzonder wanneer in water onoplosbaar vulmateriaal van geringe dichtheid wordt gebruikt, zodat "niet-waterige" composities dergelijke geringe 25 hoeveelheden water kunnen bevatten, hetzij direct toegevoegd of als drager of oplosmiddel voor een van de andere bestanddelen in de compositie.The term "non-aqueous" means the absence of water, but small amounts of water, e.g. up to about 5%, preferably up to about 2%, can be tolerated in the compositions, especially when low density water insoluble filler is used, so that "non-aqueous" compositions can contain such small amounts of water, either directly added or as a carrier or solvent for any of the other ingredients in the composition.

De vloeibare composities voor de behandeling van weefsels volgens de uitvinding kunnen worden verpakt in conventionele vaten uit glas of kunststof en ook in verpakkingen voor eenmalig gebruik, zoals de dose-30 rettes en wegwerpzakjes, beschreven in de Amerikaanse octrooiaanvrage (referentienummer ÏR-347LG).The liquid compositions for treating fabrics of the invention may be packaged in conventional glass or plastic containers and also in single-use containers such as the doserettes and disposable pouches described in U.S. Patent Application (Reference No. IR-347LG).

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van het volgende niet-beperkende voorbeeld, waarin alle hoeveelheden en percentages betrekking hebben op het gewicht, tenzij anders wordt vermeld. Ook wordt 35 atmosferische druk toegepast, tenzij anders wordt aangegeven.The invention is further illustrated by the following non-limiting example, in which all amounts and percentages are by weight unless otherwise stated. Atmospheric pressure is also used, unless otherwise indicated.

.8801702 - 26 -.8801702 - 26 -

VoorbeeldExample

Er wordt een niet-waterige opgebouwde vloeibare detergentcomposi- tie volgens de uitvinding bereid door mengen en fijn malen tot ongeveer 4 ym van de in onderstaande tabel vermelde ingrediënten, behalve het 5 Q-Cell-vulmateriaal, in de genoemde hoeveelheden, waarna onder roeren het Q-Cell-vulmateriaal aan de verkregen dispersie wordt toegevoegd.A non-aqueous built-up liquid detergent composition of the invention is prepared by mixing and finely grinding to about 4 µm of the ingredients listed in the table below, except for the 5 Q-Cell filler, in the aforementioned amounts, then stirring. Q-Cell filler material is added to the resulting dispersion.

Ter toevoeging van het lichte vulmateriaal wordt de gemalen dispersie onder geringe afschuiving gemengd met een propellermenger, roterend met een snelheid tussen 2000 en 5000 omw./minuut onder vorming van een hol- 10 te (vortex), in het midden van het mengvat en worden de Q-Cell-vulmate- riaaldeeltjes nabij de bovenkant van de vortex toegevoegd, zodat de vul- materiaaldeeltjes uniform door de compositie heen worden gedispergeerd terwijl afschuifkrachten, die breuk van de holle microbolletjes zouden kunnen veroorzaken, tot een minimum worden beperkt.To add the light filler material, the milled dispersion is mixed with a propeller mixer, rotating at a speed between 2000 and 5000 rpm, under low shear to form a cavity (vortex), in the center of the mixing vessel and the Q-Cell filler material particles are added near the top of the vortex, so that the filler material particles are uniformly dispersed throughout the composition while minimizing shear forces that could cause rupture of the hollow microspheres.

15 Gew.%15 wt%

I III II

_ (controle) niet-ionogeen capillair-actief materiaal 1) 34,6 36,6 diëthyleenglycolmonobutylether 10,5 10,5 2q natriumtripolyfosfaat (gehydrateerd) 27,5 29,5_ (control) nonionic surfactant 1) 34.6 36.6 diethylene glycol monobutyl ether 10.5 10.5 2q sodium tripolyphosphate (hydrated) 27.5 29.5

Sokolan HC 9786 2) 4,0 4,0 HOE 2817 4) 2,0 2,0 natriumperboraatmonohydraat 9,0 9,0 tetra-acetylethyleendiamine 4,5 4,5 25 DEQUEST 2066 3) 1,0 1,0Sokolan HC 9786 2) 4.0 4.0 HOW 2817 4) 2.0 2.0 sodium perborate monohydrate 9.0 9.0 tetraacetylethylenediamine 4.5 4.5 25 DEQUEST 2066 3) 1.0 1.0

Esperase 8 SL (enzyme) 1,0 1,0 Q-Cell 400 5) 4,0 reukstof, heldermaker, kleurstof, diversen rest rest 100,0 100,0 2Q viskositeit (centipoise) 2000 900 1) Betrokken van BASF, condensatieprodukt van een vetalcohol met 13 -15 koolstofatomen met propyleenoxyde (4 mol) en ethyleenoxyde (7 mol) , 2^ 2) Copolymeer van methacrylzuur en malelnezuuranhydride.Esperase 8 SL (enzyme) 1.0 1.0 Q-Cell 400 5) 4.0 fragrance, brightener, dye, miscellaneous residual 100.0 100.0 2Q viscosity (centipoise) 2000 900 1) Involved from BASF, condensation product of a fatty alcohol of 13-15 carbon atoms with propylene oxide (4 mol) and ethylene oxide (7 mol), 2 ^ 2) Copolymer of methacrylic acid and maleic anhydride.

„88D1792 r - 27 - 3) Diëthyleentriaminepentamethyleenfosfonzuur.88D1792-27-3) Diethylene triamine pentamethylene phosphonic acid.

4) Een Cg-derivaat van malelnezuur (American Hoechst).4) A Cg derivative of maleic acid (American Hoechst).

5) Holle microbolletjes uit natrinmboorsilicaatglas, deeltjesgrootte-traject 10 - 200 ψα, gemiddelde deeltjesgrootte 75 ym, effectieve 5 dichtheid 0,16 - 0,18 g/cra3.5) Hollow microspheres of sodium borosilicate glass, particle size range 10 - 200 ψα, average particle size 75 µm, effective density 0.16 - 0.18 g / cra3.

De compositie I en de vergelijkingscompositie II zonder het Q-Cell-vulmateriaal, worden in glazen vaten gebracht en bij kamertemperatuur (ongeveer 22°C) met rust gelaten. Na 6 weken wordt de hoeveelheid vrije vloeistof aan de bovenzijde van elk monster gemeten. De resulta-10 ten zijn vermeld in onderstaande tabel.The composition I and the comparative composition II without the Q-Cell filler material are placed in glass vessels and left at room temperature (about 22 ° C). After 6 weeks, the amount of free liquid on the top of each sample is measured. The results are shown in the table below.

Fysische stabiliteit na 6 wekenPhysical stability after 6 weeks

Vloeistofafscheiding (%)Liquid separation (%)

Compositie I (met Q-Cell) 0Composition I (with Q-Cell) 0

Composit II (zonder Q-Cell) 9,5 15 Het blijkt derhalve dat de toevoeging van een geringe hoeveelheid vulmateriaal van geringe dichtheid de fysische stabiliteit van de niet-waterige suspensie aanmerkelijk verbetert.Composit II (without Q-Cell) 9.5 It therefore appears that the addition of a small amount of low density filler material significantly improves the physical stability of the non-aqueous suspension.

Bij herhaling van dit voorbeeld met 1% Expancel (microbolletjes uit polyvinylideenchloride, deeltjesgroottetraject 10 - 100 ym, gemid-20 delde deeltjesgrootte 40 ym; dichtheid 0,03 g/cm3) in plaats van 4% Q-Cell 400, worden soortgelijke resultaten verkregen. Vervanging van het niet-ionogene capillair-actieve materiaal door Plurafac RA2G, Plurafac D25, Plurafac RA50 of Dobanol 25-7 of Neodol 23-6,5, geeft eveneens soortgelijke resultaten.Repeating this example with 1% Expancel (microspheres from polyvinylidene chloride, particle size range 10 - 100 µm, average particle size 40 µm; density 0.03 g / cm3) instead of 4% Q-Cell 400, similar results are obtained . Replacement of the nonionic surfactant with Plurafac RA2G, Plurafac D25, Plurafac RA50 or Dobanol 25-7 or Neodol 23-6.5 also gives similar results.

.88DJ792.88DJ792

Claims (20)

1. Niet-waterige vloeibare compositie voor de behandeling van weefsels, omvattende een niet-waterige vloeistof, die een niet-ionogeen ca-pillair-actief materiaal bevat, en in de niet-waterige vloeistof gesuspendeerde weefsel behandelende vaste deeltjes, gekenmerkt door een vul- 5 materiaal van geringe dichtheid in een voldoende hoeveelheid om de dichtheid van de continue vloeistoffase nagenoeg gelijk te maken aan de dichtheid van de gesuspendeerde deeltjesfase, inclusief het vulmateriaal van geringe dichtheid en de gesuspendeerde weefsel behandelende vaste deeltjes, onder inhibitering van bezinking van de gesuspendeerde deel-10 tjes.A non-aqueous liquid composition for the treatment of fabrics, comprising a non-aqueous liquid containing a non-ionic surfactant and tissue-treating solid particles suspended in the non-aqueous liquid, characterized by a filler Low density material in an amount sufficient to make the density of the continuous liquid phase substantially equal to the density of the suspended particulate phase, including the low density fill material and the suspended tissue treating solid particles, while inhibiting settling of the suspended part-10s. 2. Compositie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de weefsel behandelende gesuspendeerde deeltjes een gemiddelde deeltjesgrootte hebben van 15 ym of minder, waarbij niet meer dan 10 gew.% van de deeltjes een deeltjesgrootte van meer dan 15 ym heeft, en het vulmateriaal van 15 geringe dichtheid een gemiddelde deeltjesgrootte tussen 20 en 100 ym heeft.Composition according to claim 1, characterized in that the fabric-treated suspended particles have an average particle size of 15 µm or less, wherein no more than 10% by weight of the particles have a particle size of more than 15 µm, and the filler material of low density has an average particle size between 20 and 100 µm. 3. Compositie volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de gesuspendeerde deeltjes een gemiddelde deeltjesgrootte hebben van 1-10 ym, waarbij niet meer dan 10 gew.% van deze deeltjes een deeltjesgrootte van 20 meer dan 10 ym heeft, en het vulmateriaal van geringe dichtheid een gemiddelde deeltjesgrootte tussen 20 en 80 ym heeft.Composition according to claim 2, characterized in that the suspended particles have an average particle size of 1-10 µm, wherein no more than 10% by weight of these particles have a particle size of 20 more than 10 µm, and the filler material of low density has an average particle size between 20 and 80 µm. 4. Compositie volgens conclusies 2-3, met het kenmerk, dat de verhouding van de gemiddelde deeltjesdiameter van het vulmateriaal van geringe dichtheid tot de gemiddelde deeltjesdiameter van de gesuspendeerde 25 deeltjes tenminste 6 : 1 bedraagt.4. A composition according to claims 2-3, characterized in that the ratio of the average particle diameter of the low density filler material to the average particle diameter of the suspended particles is at least 6: 1. 5. Compositie volgens conclusies 1-4, met het kenmerk, dat het vulmateriaal van geringe dichtheid bestaat uit holle microbolletjes uit kunststof met een dichtheid van 0,01 - 0,5 g/cm3.Composition according to claims 1-4, characterized in that the low-density filling material consists of hollow microspheres of plastic with a density of 0.01 - 0.5 g / cm3. 6. Compositie volgens conclusies 1-4, dat het vulmateriaal van ge-30 ringe dichtheid bestaat uit holle glazen microbolletjes met een dichtheid van 0,01 - 0,5 g/cm3.6. Composition according to claims 1-4, that the low density filling material consists of hollow glass microspheres with a density of 0.01 - 0.5 g / cm3. 7. Compositie volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het vulmate- .8801792 - 29 - riaal van geringe dichtheid bestaat uit microbolletjes uit in water oplosbaar boorsilicaatglas.Composition according to claim 6, characterized in that the low-density filler material consists of microspheres of water-soluble borosilicate glass. 8. Compositie volgens conclusies 1-7, met het kenmerk, dat het niet-ionogene capillair-actieve materiaal een gealkoxyleerde vetalcohol 5 met 10 - 22 koolstofatomen is.8. Composition according to claims 1-7, characterized in that the non-ionic surfactant material is an alkoxylated fatty alcohol with 10 to 22 carbon atoms. 9. Compositie volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de vetalcohol een CJ2 - CJ8 alcohol is, die gealkoxyleerd is met ten hoogste 12 mol ethyleenoxyde en ten hoogste 8 mol propyleenoxyde.Composition according to claim 8, characterized in that the fatty alcohol is a CJ2 - CJ8 alcohol which is alkoxylated with at most 12 moles of ethylene oxide and at most 8 moles of propylene oxide. 10. Compositie volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de niet-wa-10 terige vloeistof verder een verdunningsmiddel of organisch oplosmiddel bevat, gekozen uit lage alcoholen met 1-6 koolstofatomen en alkyleen-glycolen met 2-6 koolstofatomen.10. Composition according to claim 9, characterized in that the non-aqueous liquid further contains a diluent or organic solvent selected from low alcohols with 1-6 carbon atoms and alkylene glycols with 2-6 carbon atoms. 11. Compositie volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de niet-waterige vloeistof tevens een viskositeitsregelende en gel-inhibiterende 15 hoeveelheid bevat van een alkyleenglycolether met de formule RO(CH_CH_0) H z z n waarin R een C^ - Cg alkylgroep voorstelt en n een getal is met een gemiddelde waarde van 1-6.11. Composition according to claim 9, characterized in that the non-aqueous liquid also contains a viscosity-controlling and gel-inhibiting amount of an alkylene glycol ether of the formula RO (CH_CH_O) H zzn wherein R represents a C 1 -C 8 alkyl group and n is a number with an average value of 1-6. 12. Compositie volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de alky-20 leenglycolether diêthyleenglycolmonobutylether is.12. Composition according to claim 11, characterized in that the alkylene glycol ether is diethylene glycol monobutyl ether. 13. Compositie volgens conclusies 1-12, met het kenmerk, dat de niet-waterige vloeistof 30 - 70 gew.% van de compositie uitmaakt en de gesuspendeerde vaste deeltjes 30 - 70 gew.% van de compositie uitmaken.Composition according to claims 1-12, characterized in that the non-aqueous liquid constitutes 30-70% by weight of the composition and the suspended solid particles make up 30-70% by weight of the composition. 14. Compositie volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de niet-25 waterige vloeistof 40 - 65 gew.% van de compositie uitmaakt en de gesuspendeerde vaste deeltjes 60 - 35 gew.% van de compositie uitmaken.14. A composition according to claim 13, characterized in that the non-aqueous liquid constitutes 40-65% by weight of the composition and the suspended solid particles make up 60-35% by weight of the composition. 15. Compositie volgens conclusies 1-14, gekenmerkt door 30 - 50% gealkoxyleerde vetalcohol als niet-ionogeen capillair-actief materiaal, 0 - 20% alkyleenglycolether als viskositeitsregelend en gel-inhi-30 biterend middel, 15 - 50% detergentopbouwstofdeeltjes, 0 - 50% van een of meer facultatieve detergenttoevoegsels, gekozen uit enzymen, enzyme-inhibitors, corrosie-inhibitors, anti-schuimmid-delen, schuim onderdrukkende middelen, vuil-suspendeermiddelen, anti-35 vergelingsmiddelen, kleurmiddelen, parfums, optische heldermakers, blauw- .880 1792 - 30 - middelen, pH modificerende middelen, pH-buffers, bleekmiddelen, bleek-middelstabilisatoren en seguestreermiddelen, en 0,01 - 10% holle microbolletjes van geringe dichtheid, berekend op het gewicht van de compositie vóór de toevoeging van de microbolle-5 tjes.Composition according to claims 1-14, characterized by 30 - 50% alkoxylated fatty alcohol as a nonionic surfactant, 0 - 20% alkylene glycol ether as a viscosity regulating and gel-inhi-30 biting agent, 15 - 50% detergent builder particles, 0 - 50% of one or more optional detergent additives selected from enzymes, enzyme inhibitors, corrosion inhibitors, anti-foaming agents, suds suppressants, soil suspending agents, anti-yellowing agents, colorants, perfumes, optical brighteners, blues. 880 1792 - 30 - agents, pH modifiers, pH buffers, bleaches, bleach stabilizers and segregating agents, and 0.01 - 10% low density hollow microspheres, based on the weight of the composition prior to the addition of the microspheres. 5 cups. 16. Vloeibare verdikte niet-waterige wasgoeddetergentcompositie voor zwaar gebruik, gekenmerkt door 30 - 40% van een vloeibaar niet-ionogeen capillair-actief materiaal, zijnde een gemengd ethyleenoxyde-propyleenoxyde condensatieprodukt 10 van een vetalcohol met 12 - 18 koolstofatomen, 25 - 40% alkalimetaalfosfaat als detergentopbouwzout, 5 - 12% van een alkyleenglycolether-oplosmiddel als viskositeits-regelend en gel-inhibiterend middel, 2 - 20% van een peroxydebleekmiddel, 15 0,1-8% bleekmiddelactivator, tot 2% enzymen, tot 10% vuil-suspendeermiddel, anti-herafzettingsmiddel en anti-vergelingsmiddel, tot 5% sequestreermiddel met groot complexvormend vermogen en 20 tot 2% elk van een of meer kleurmiddelen, parfums en optische hel- dermakers, waarbij de vaste componenten van de compositie een gemiddelde deeltjesgrootte van 2 - 10 ym hebben en niet meer dan 10% van de deeltjes een deeltjesgrootte van meer dan 10 ym heeft, 25 welke vaste componenten stabiel zijn gesuspendeerd in de vloeibare componenten van de compositie door de toevoeging van 0,05 - 6% anorganische of organische vulmateriaaldeeltjes met een dichtheid van 0,01 - 0,50 g/cm3 en een gemiddelde deeltjesgrootte van 20 - 80 ym, welke compositie na de toevoeging van de vulmateriaaldeeltjes een viskositeit van 30 500 - 5000 centipoise heeft.16. Heavy duty liquid thickened non-aqueous laundry detergent composition, characterized by 30-40% of a liquid nonionic surfactant material being a mixed ethylene oxide-propylene oxide condensation product of a fatty alcohol of 12-18 carbon atoms, 25-40% alkali metal phosphate as detergent build-up salt, 5-12% of an alkylene glycol ether solvent as a viscosity control and gel inhibitor, 2-20% of a peroxide bleach, 0.1-8% bleach activator, up to 2% enzymes, up to 10% soil suspending agent, anti-redeposition agent and anti-yellowing agent, up to 5% high complexing power sequestrant and 20 to 2% each of one or more colorants, perfumes and optical brighteners, wherein the solid components of the composition have an average particle size of 2 - Have 10 µm and no more than 10% of the particles have a particle size of more than 10 µm, which solid components are stably suspended in the liquid components of the composition by the addition of 0.05 - 6% inorganic or organic filler material particles with a density of 0.01 - 0.50 g / cm3 and an average particle size of 20 - 80 µm, which composition after the addition of the filler material particles have a viscosity of 500-5000 centipoise. 17. Wasgoeddetergentcompositie volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de vulmateriaaldeeltjes bestaan uit holle microbolletjes uit natrium-boors ilicaatglas .Laundry detergent composition according to claim 16, characterized in that the filler material particles consist of hollow microspheres of sodium borosilicate glass. 18. Werkwijze voor het reinigen van vuile weefsels, met het kenmerk, 35 dat de vuile weefsels in een waterig wasbad in aanraking worden gebracht .8801792 - 31 - met een compositie volgens een der conclusies 1-17.18. Method for cleaning dirty fabrics, characterized in that the dirty fabrics are brought into contact in an aqueous washing bath. With a composition according to any one of claims 1-17. 19. Werkwijze volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat de reiniging wordt uitgevoerd in een automatische wasmachine.Method according to claim 18, characterized in that the cleaning is carried out in an automatic washing machine. 20. Werkwijze voor het stabiliseren tegen bezinking van de gedisper-5 geerde fijnverdeelde deeltjesfase van een suspensie van de vaste deeltjes in een vloeistoffase, welke vaste deeltjes dichtheden hebben, die groter zijn dan de dichtheid van de vloeistoffase, met het kenmerk, dat aan de suspensie van de vaste deeltjes een hoeveelheid fijnverdeeld vulmateriaal wordt toegevoegd, welk vulmateriaal een dichtheid heeft, die 10 kleiner is dan de dichtheid van de vloeistoffase, zodanig, dat de dichtheid van de gedispergeerde vaste deeltjes tezamen met het vulmateriaal gelijk of ongeveer gelijk wordt aan de dichtheid van de vloeistoffase. .880179220. A method of stabilizing against dispersion of the dispersed particulate particulate phase of a suspension of the solid particles in a liquid phase, which solid particles have densities greater than the density of the liquid phase, characterized in that the suspension of the solid particles an amount of finely divided filler material is added, which filler material has a density which is less than the density of the liquid phase, such that the density of the dispersed solid particles together with the filler material becomes equal to or approximately equal to the density of the liquid phase. .8801792
NL8801792A 1987-07-15 1988-07-14 STABLE NON-AQUEOUS CLEANING COMPOSITION, CONTAINING FILLING MATERIAL OF LOW DENSITY, AND METHOD FOR USE THEREOF. NL8801792A (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US7365387A 1987-07-15 1987-07-15
US7365387 1987-07-15

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8801792A true NL8801792A (en) 1989-02-01

Family

ID=22114977

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8801792A NL8801792A (en) 1987-07-15 1988-07-14 STABLE NON-AQUEOUS CLEANING COMPOSITION, CONTAINING FILLING MATERIAL OF LOW DENSITY, AND METHOD FOR USE THEREOF.

Country Status (17)

Country Link
JP (1) JPS6433268A (en)
AU (1) AU617333B2 (en)
BE (1) BE1003301A4 (en)
BR (1) BR8803541A (en)
CA (1) CA1318210C (en)
CH (1) CH678629A5 (en)
DE (1) DE3824252A1 (en)
DK (1) DK399788A (en)
FR (1) FR2618156B1 (en)
GB (1) GB2208233B (en)
IL (1) IL87008A (en)
IT (1) IT1224851B (en)
LU (1) LU87279A1 (en)
NL (1) NL8801792A (en)
NZ (1) NZ225316A (en)
SE (2) SE8802629L (en)
ZA (1) ZA884860B (en)

Families Citing this family (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NZ226288A (en) * 1987-09-30 1991-02-26 Colgate Palmolive Co Stable non-aqueous suspensions for fabrics
US4889652A (en) * 1988-05-02 1989-12-26 Colgate-Palmolive Company Non-aqueous, nonionic heavy duty laundry detergent with improved stability using microsperes and/or vicinal-hydroxy compounds
US5227085A (en) * 1992-02-03 1993-07-13 Motsenbocker Gregg A Water-based cleaner containing TSP, EDTA, ethylene glycol butyl ether, and acetone
EP1151078A1 (en) 1999-02-10 2001-11-07 The Procter & Gamble Company Stable non-aqueous detergents comprising low density particles
DE10335455A1 (en) * 2003-08-02 2005-03-03 Henkel Kgaa Dishwashing detergent with improved fragrance perception
US8871807B2 (en) 2008-03-28 2014-10-28 Ecolab Usa Inc. Detergents capable of cleaning, bleaching, sanitizing and/or disinfecting textiles including sulfoperoxycarboxylic acids
US9321664B2 (en) 2011-12-20 2016-04-26 Ecolab Usa Inc. Stable percarboxylic acid compositions and uses thereof
BR112014020748B1 (en) 2012-03-30 2021-02-23 Ecolab Usa Inc. water treatment method, water source treatment method and aqueous water treatment composition with antimicrobial activity
US10165774B2 (en) 2013-03-05 2019-01-01 Ecolab Usa Inc. Defoamer useful in a peracid composition with anionic surfactants
US20140256811A1 (en) 2013-03-05 2014-09-11 Ecolab Usa Inc. Efficient stabilizer in controlling self accelerated decomposition temperature of peroxycarboxylic acid compositions with mineral acids
US8822719B1 (en) 2013-03-05 2014-09-02 Ecolab Usa Inc. Peroxycarboxylic acid compositions suitable for inline optical or conductivity monitoring
KR20180042334A (en) 2015-08-21 2018-04-25 바이엘 크롭사이언스 악티엔게젤샤프트 Low gravity separation and low viscosity oily suspension concentrates

Family Cites Families (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
LU52892A1 (en) * 1967-01-27 1968-08-28
AT291414B (en) * 1967-01-27 1971-07-12 Unilever Nv Detergents and cleaning agents
DK129804A (en) * 1969-01-17
GB1370377A (en) * 1971-11-15 1974-10-16 Procter & Gamble Ltd Composition and method for cleaning hard surfaces
GB1495549A (en) * 1974-04-17 1977-12-21 Procter & Gamble Scouring compositions
GB1600981A (en) * 1977-06-09 1981-10-21 Ici Ltd Detergent composition
GB2168377A (en) * 1984-12-17 1986-06-18 Procter & Gamble Stable liquid dishwashing detergent containing abrasive, clay and low density particles
US4661280A (en) * 1985-03-01 1987-04-28 Colgate Built liquid laundry detergent composition containing salt of higher fatty acid stabilizer and method of use
IN166360B (en) * 1985-08-05 1990-04-14 Colgate Palmolive Co
US4891148A (en) * 1985-08-05 1990-01-02 Colgate-Palmolive Company Low phosphate or phosphate free nonaqueous liquid nonionic laundry detergent comopsition and method of use
US4690771A (en) * 1985-08-05 1987-09-01 Colgate-Palmolive Company Phosphate free nonaqueous liquid nonionic laundry detergent composition and method of use
GB8625974D0 (en) * 1986-10-30 1986-12-03 Unilever Plc Non-aqueous liquid detergent
FR2618157B1 (en) * 1988-07-15 1994-01-21 Colgate Palmolive Cy STABLE NON-AQUEOUS SUSPENSION CONTAINING ORGANOPHILIC CLAY AND LOW DENSITY FILLER

Also Published As

Publication number Publication date
AU617333B2 (en) 1991-11-28
ZA884860B (en) 1990-03-28
GB2208233A (en) 1989-03-15
DK399788A (en) 1989-01-16
IT8848193A0 (en) 1988-07-14
AU1900688A (en) 1989-01-19
SE9200713D0 (en) 1992-03-06
IT1224851B (en) 1990-10-24
GB2208233B (en) 1992-01-02
SE8802629D0 (en) 1988-07-14
SE9200713A0 (en) 1992-03-06
IL87008A0 (en) 1988-12-30
CA1318210C (en) 1993-05-25
SE8802629L (en) 1989-01-16
DK399788D0 (en) 1988-07-15
GB8816756D0 (en) 1988-08-17
BE1003301A4 (en) 1992-02-25
CH678629A5 (en) 1991-10-15
DE3824252A1 (en) 1989-02-09
JPS6433268A (en) 1989-02-03
IL87008A (en) 1992-03-29
FR2618156B1 (en) 1994-03-04
BR8803541A (en) 1989-02-08
LU87279A1 (en) 1989-03-08
NZ225316A (en) 1990-10-26
FR2618156A1 (en) 1989-01-20

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CA1283016C (en) Liquid laundry detergent composition and method of use
US4744916A (en) Non-gelling non-aqueous liquid detergent composition containing higher fatty dicarboxylic acid and method of use
US4889652A (en) Non-aqueous, nonionic heavy duty laundry detergent with improved stability using microsperes and/or vicinal-hydroxy compounds
US4661280A (en) Built liquid laundry detergent composition containing salt of higher fatty acid stabilizer and method of use
US4828723A (en) Stable non-aqueous suspension containing organophilic clay and low density filler
US4931195A (en) Low viscosity stable non-aqueous suspension containing organophilic clay and low density filler
US5176713A (en) Stable non-aqueous cleaning composition method of use
EP0907713B1 (en) Nonaqueous, particulate-containing liquid detergent compositions with surfactant-structured liquid phase
GB2179364A (en) Built liquid detergent compositions containing stabilizing agents
CA1321339C (en) Liquid cleaning products
KR940010116B1 (en) Low phosphate or phosphate free nonaqueous liquid nonionic laundry detergent composition
NL8702023A (en) ALKYL SULPHONATE OR ALKYL ETHER SULPHATE STABILIZER CONTAINING LIQUID NONONOGENE DETERGENT COMPOSITION FOR LAUNDRY AND METHOD FOR USE THEREOF.
NL8801792A (en) STABLE NON-AQUEOUS CLEANING COMPOSITION, CONTAINING FILLING MATERIAL OF LOW DENSITY, AND METHOD FOR USE THEREOF.
NZ228792A (en) Non-aqueous liquid detergent containing stabilised gas bubbles
FI84279C (en) Anhydrous liquid detergent composition
AU618344B2 (en) Liquid cleaning products
NL8700427A (en) BUILDER-CONTAINING NON-AQUEOUS LIQUID DETERGENT COMPOSITIONS.
NL8800176A (en) NON-AQUEOUS LIQUID DETERGENT COMPOSITION FOR TREATMENT OF TISSUES AND METHOD FOR USE THEREOF.
EP0413616A1 (en) Non-aqueous, nonionic heavy duty laundry detergent
NL8601998A (en) PHOSPHATE-LESS OR PHOSPHATE-FREE DETERGENT.
NL8702574A (en) HEXYLENE GLYCOL CONTAINING NON-AQUEOUS LIQUID DETERGENT DETERGENT COMPOSITION FOR LAUNDRY AND METHOD FOR USE THEREOF.
NL8802360A (en) LOW-VISCOUS STABLE NON-AQUEOUS SUSPENSION CONTAINING ORGANOFILE CLAY AND LOW DENSITY FILLER.
NZ230903A (en) Non-aqueous, nonionic heavy duty laundry detergent containing an amphiphilic carboxy-containing polymer

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed