NL8801196A

NL8801196A - Mobiel roentgenapparaat met losneembaar te monteren opzetwielen.

Info

Publication number: NL8801196A
Application number: NL8801196A
Authority: NL
Original assignee: Philips Nv
Priority date: 1988-05-06
Filing date: 1988-05-06
Publication date: 1989-12-01
Also published as: US4887287A; JPH0622329Y2; JPH01167212U

Description

PHN 12.546 1 N.V, Philips' Gloeilampenfabrieken te Eindhoven

Mobiel röntgenapparaat met losneembaar te monteren opzetwielen

De uitvinding heeft betrekking op een mobiel röntgenonderzoekapparaat met een C-arm, met aan deze arm tegenover elkaar gepositioneerd een röntgenbron en een röntgendeteetor, met een tweetal zijwielen en met een rond een verticale as zwenkbaar 5 voorwiel.

Een dergelijk röntgenondrzoekapparaat is bekend uit de Europese octrooiaanvrage EP 231969 A1.

Een aldaar beschreven apparaat is demonteerbaar gemonteerd op een mobiele drager, die is voorzien van drie wielen. Een 10 opklapbaar voorwiel maakt een juiste positionering van het röntgenonderzoekapparaat ten opzichte van een te onderzoeken object, bijvoorbeeld een patiënt, mogelijk.

De uitvinding beoogt een röntgenonderzoekapparaat van de in aanhef vermelde soort ook gemakkelijk verrijdbaar te maken over 15 een oneffen ondergrond en heeft daartoe tot kenmerk dat het röntgenonderzoekapparaat is voorzien van middelen voor het bevestigen van opzetwielen, en van aan deze middelen losneembaar te monteren opzetwielen.

Verplaatsing van een mobiel röntgenonderzoekapparaat 20 over een oneffen en zachte of rulle ondergrond, wordt vergemakkelijkt door een grote wielbreedte die voorkomt dat het röntgenonderzoekapparaat de ondergrond in zakt, en door een relatief grote wieldiameter, die het mogelijk maakt om over obstakels heen te rijden en de onderkant van de drager van deze obstakels vrij te houden.

25 De verplaatsing van het röntgenonderzoekapparaat zal gebruikelijk handmatig geschieden over relatief kleine afstanden, waartoe een eenvoudig en zonder gereedschap aan een ophanging van het voorste opzetwiel te monteren trekstang dient. Deze trekstang kan tijdens het maken van röntgenopnamen van het röntgenonderzoekapparaat worden 30 losgekoppeld om de bewegingsvrijheid van het röntgenonderzoekapparaat ten opzichte van een te onderzoeken object niet të belemmeren. Doordat de trekstang aan het zwenkbare voorwiel van de drager van het .8801196 ί* ' " ' ' ΡΗΝ 12.546 2 röntgenonderzoekapparaat is bevestigd, kan gemakkelijk langs obstakels worden gemanouvreerd. Tevens kan met de trekstang op een scharnieras van de ophanging van het voorste opzetwiel een opwaartse kracht worden uitgeoefend. Hierdoor kan een voorste arm van het 5 röntgenonderzoekapparaat worden opgelicht en kan het voorste opzetwiel in de juiste positie aan de voortste arm worden vergrendeld. De opzetwielen kunnen massieve banden bevatten die relatief weinig onderhoud vergen, of met lucht vulbare banden, waardoor de wielen een schokdempende werking hebben. Om het transport van het 10 röntgenonderzoekapparaat over hellend terrein te vergemakkelijken zijn een aantal opzetwielen voorzien van een rem met instelbare remkracht, zodat schadelijk hoge snelheden hellingafwaarts kunnen worden vermeden. Om een snelle overgang van het transport van het mobiele röntgenonderzoekapparaat onder veldcondities naar ziekenhuiscondities 15 te kunnen maken, zijn de bij de veldcondities passende set wielen eenvoudig en snel loskoppelbaar. Hierdoor kan worden voorkomen dat de veelal vuile terreinwielen binnen bijvoorbeeld een steriele operatiekamer komen.

Een verdere voorkeursuitvoering van de uitvinding heeft 20 tot kenmerk dat hetpaar zijdelingse opzetwielen op twee posities van de drager met verschillende wielbasis bevestigbaar zijn. Indien het röntgenonderzoekapparaat over een enigzins ruwe ondergrond, zoals bijvoorbeeld een depotvloer, met veel obstakels moet worden verplaatst, is voor het vermijden van deze obstakels, zoals bijvoorbeeld deurposten, 25 een geringe breedte van de wielbasis van de drager gewenst. Door een smallere wielbasis neemt de stabiliteit van het röntgenonderzoekapparaat weliswaar af, maar neemt de wendbaarheid toe, hetgeen op plaatsen met veel obstakels een belangrijk voordeel vormt.

De uitvinding zal verder worden toegelicht aan de hand 30 van bijgaande tekening waarvan

Figuur 1 een vereenvoudigde weergave van een mobiel röntgenapparaat geeft,

Figuur 2 een doorsnede van een zijdelings opzetwiel geeft, Figuur 3 een schematische weergave van een 35 bevestigingswijze van het voorste opzetwiel geeft,

Figuur 4 een doorsnede van het voorste opzetwiel voorstelt.

.8801186 PHN 12.546 3 £

Figuur 1 toont een mobiel röntgenonderzoekapparaat 2 met aan een C-arm 3 tegenover elkaar gemonteerd een röntgenbron 4 en een röntgendetector 6. De C-arm 3 is bevestigd aan een cilinder 8 welke in een zuilvormig gedeelte 10 in hoogte verplaatsbaar is 5 bevestigd. Het zuilvormig gedeelte 10 en een elektrische module 12 rusten op een verrijdbaar onderstel 13 dat is voorzien van loopwielen 14,15 en 16. Een voorste loopwiel 16 is zwenkbaar aan een uitstekende arm 18 bevestigd. De loopwielen 14,15 en 16 zijn kleine en smalle wielen die geschikt zijn voor transport van het röntgenonderzoekapparaat 2 10 over een zeer effen ondergrond, bijvoorbeeld een vloer van een operatiekamer. In een eindvlak van de zijarmen 19, en in een eindvlak van de voorste arm 18 bevinden zich gatenparen 20, waarin een tweetal uitstekende bevestigingspennen van de opzetwielen passen. In het onderstel 13 bevinden zich op tegenoverliggende posities eveneens twee 15 gatenparen 21 waarin de bevestigingspennen van de opzetwielen passen.

Indien de zijdelingse opzetwielen aan het onderstel 13 worden gemonteerd, is de wielbasis van het onderstel smaller dan wanneer zij aan de zijarmen 19 worden bevestigd. Dit kan bij het passeren van obstakels, bijvoorbeeld deurposten, voordelig zijn.

20 Figuur 2 toont een opzetwiel 22 dat met een as 24 aan een cilinder 26 is opgehangen. Een in de cilinder 26 bevestigde bus 28 is om een as 29 van een spindelconstructie 30 schroefbaar, zodat door draaiing van een arm 32 de cilinder 26 ten opzichte van een omhullende cilinder 34 beweegbaar is. Het opzetwiel is met twee uitstekende 25 bevestigingspennen 35 (waarvan slechts een zichtbaar is in figuur 2), die passen in openingen 22 in de eindvlakken van de zijarmen 19 en in de openingen 21 in onderstel 13, aan een zijkant van het röntgenonderzoekapparaat te bevestigen. Een grendel 36 dient hiertoe met een handgreep 38 omhoog getrokken te worden, tegen de veerkracht van 30 een springveer 40 in. Wanneer de bevestigingspennen 35 ver genoeg in de openingen 20, respectievelijk 21 steken, kan de handgreeep worden losgelaten en valt de grendel 34 in een, in de tekening niet weergegeven, sleuf die op de bevestigingsposities van de opzetwielen aanwezig is. Indien de grendel 36 in een sleuf rust, is de beweging van 35 het opzetwiel in axiale richting geblokkeerd. Met de arm 32 kan het opzetwiel ten opzichte van het onderstel 13 naar beneden worden gedraaid, om een gewenste hoogte tussen de ondergrond en het onderstel ,8801136 t. ' PHN 12.546 4 in te stellen. Hierbij komen de kleine en smalle zijwielen 14 van de grond vrij. Met behulp van een kap 42, die tegen de as 24 kan worden geschroefd, kan een continu variabele remkracht van een wiel worden ingesteld.

5 Figuur 3 toont een schematische weergave van een bevestigingswijze van het voorste opzetwiel 45 met behulp van een trekstang 47. Door eerst de zijdelingse opzetwielen aan het onderstel 13 of aan de zijarmen 19 te bevestigen en met behulp van de spindelconstructie 39 de afstand tussen het onderstel 13 en de 10 ondergrond te doen toenemen, komt het röntgenonderzoekapparaat enigzins voorover te hellen terwijl de voorste arm 18 op het kleine wiel 16 rust, dat in figuur 3 niet is weergegeven. De ophanging van het voorste opzetwiel 45 is rond een as P scharnierbaar. De trekstang 47 heeft een gevorkt uiteinde met in beide delen twee sleuven die om, aan 15 beide zijden van van het wiel 45 aanwezige, nokkenparen 49 passen. Met de trekstang 47 kan het voorste opzetwiel 45 worden gekanteld, zodanig dat de as P omhoog wordt geheven, waarbij een deel van de wielophanging 51 in het verlengde van een tweede deel 53 van de wielophanging komt.

Met een grendelpen 60 (zichtbaar in figuur 4) kan het deel 53 in het 20 verlengde van het deel 51 worden gefixeerd. Het kleine voorste wiel 16 is in deze positie vrij van de ondergrond.

Figuur 4 toont een zijaanzicht van een doorsnede van het voorste opzetwiel met ophanging. Door de grendelpen 60 wordt het deel 53 ten opzichte van het deel 51 geblokkeerd. Het voorste opzetwiel is 25 zwenkbaar rond een as 62 en kan door de trekstang aan de nokkenparen 49 te bevestigen met deze trekstang worden gedraaid, zodat sturing van het röntgenonderzoekapparaat mogelijk is. Bevestiging van het voorste opzetwiel aan de arm 18 geschiedt op gelijke wijze als bij de zijdelingse opzetwielen, door een paar bevestigingspennen 64 (waarvan 30 slechts een zichtbaar is in figuur 4) in het gatenpaar 20 van de arm 18 te steken, waarbij de grendel 66 wordt opgetild met een handgreep 68.

Door degrendel 66, die in een in de arm 18 aanwezige gleuf valt, wordt een beweging van het voorwiel in de richting van de bevestigingspennen 64 geblokkeerd.

88011965

Claims

1. Mobiel röntgenonderzoekapparaat met een C-arm, met aan deze arm tegenover elkaar gepositioneerd een röntgenbron en een röntgendetector, met een tweetal zijwielen en met een rond een verticale as zwenkbaar voorwiel, met het kenmerk dat het 5 röntgenonderzoekapparaat is voorzien van middelen voor het bevestigen van opzetwielen, en van aan deze middelen losneembaar te monteren opzetwielen.

2. Röntgenonderzoekapparaat volgens conclusie 1 met het kenmerk dat eentweetal zijdelingse opzetwielen in hoogte instelbaar is. 10

3. Röntgenonderzoekapparaat volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk dat aan een ophanging van een voorste opzetwiel een stang bevestigbaar is waarmee op een scharnieras van de ophanging een opwaartse kracht kan worden uitgeoefend, en waaraan het röntgenonderzoekapparaat stuurbaar kan worden voortgetrokken. 15

4. Röntgenonderzoekapparaat volgens conclusie 1,2 of 3 met het kenmerk dat een aantal opzetwielen is voorzien van een rem met instelbare remkracht.

5. Röntgenonderzoekapparaat volgens conclusie 1,2,3 of 4 met het kenmerk dat het paar zijdelingse opzetwielen op twee posities 20 van een drager met verschillende wielbasis bevestigbaar is. .8801196