NL8801181A

NL8801181A - Doorvoerpijp.

Info

Publication number: NL8801181A
Application number: NL8801181A
Authority: NL
Original assignee: Metaalfab Burgerhout B V
Priority date: 1988-05-04
Filing date: 1988-05-04
Publication date: 1989-12-01

Description

* * H AL/GP/5 Burgerhout -1-

DOORVOERPIJP

Bij een zogeheten HR- en VR-CV-verwarmingsketels (HR * Hoog Rendement [> 90%], VR = Verbeterd Rendement [>83%], en CV = Centrale Verwarming) wordt veelal een ventilator voor geforceerde toevoer van lucht of afvoer van rookgassen gebe-5 zigd. De verdringingskracht van deze ventilator beperkt de lengte van de toe-, resp. afvoerpijpen van lucht resp. rookgas van en naar dergelijke CV-ketels.

Bovengenoemde CV-ketels zijn gemeten en goedgekeurd bevonden bij opstelling nabij een wand van een gebouw voor-10 zien van een afzonderlijke luchttoevoerpijp en rookgasafvoer-pijp.

In de praktijk - bij veelal langere liggende of staande toevoer-, resp. afvoerpijpen - daalde bij gebruik van de CV-ketel het rendement en/of diende de lengte van de toe-15 en afvoerpijpen beperkt te blijven. In praktijk werden de toe- en afvoerpijpen binnen elkaar opgesteld, opdat een warmte-uitwisseling tussen naar de ketel toestromende verbrandingslucht en van de ketel wegstromende rookgassen warm-te-energie werd uitgewisseld. Hierdoor lijkt optisch slechts 20 een pijp noodzakelijk en is slechts één wand- of dakdoorvoer-gat noodzakelijk.

üitgebreide metingen hebben uitgewezen dat dergelijk coaxiaal opstelde toe- en afvoerpijpen een hoge stro-mingsweerstand involveren. Voorts was voor aansluiting op de 25 CV-ketel een aftakstuk (T-stuk) op de binnenpijp noodzakelijk.

Een doel van de onderhavige uitvinding is een nieuwe doorvoerpijp te verschaffen, die bovengenoemde nadelen niet vertoont - bij voorkeur gestandariseerd is aan te slui-30 ten - en in het bijzonder een lage stromingsweerstand vertoont, zonder dat voor aansluiting een T-stuk vereist is.

Onder meer daartoe verschaft de onderhavige uitvinding een doorvoerpijp volgens conclusie 1.

Door de geringe stromingsweerstand van deze door-35 voerpijp kunnen langere aansluitingen naar een van het geforceerde stroming gebruikmakende CV-ketels worden toegepast, .8801181 f Η -2- terwijl het opnemen van een extra of sterkere ventilator wordt vermeden.

Verdere voordelen, kenmerken en details van de onderhavige uitvinding zullen duidelijk worden aan de hand van 5 een uitvoeringsvoorbeeld daarvan, waarin gerefereerd zal worden aan de hand van een tekening, waarin tonen: fig. 1 een schematische afbeelding van een voorkeursuitvoeringsvorm van de doorvoerpijp volgens de onderhavige uitvinding; en 10 fig. 2 in meer detail en gedeeltelijk weggebroken de doorvoerpijp uit fig. 1 in een andere dakconfiguratie.

Op een - schematisch aangegeven - CV-ketel 3, voorzien van een warmtewisselaar 2 en een ventilator 1, in het onderhavige voorbeeld opgenomen in het rookgasafvoerkanaal, 15 is een doorvoer 4 met pijpen van verschillende lengten - afhankelijk van de afstand tussen CV-ketel en dak - aan te sluiten. Boven een bijv. plat dak 5 bevindt zich het door-voerpijpdeel 6 dat met behulp van in een groef 7 op niet-getoonde wijze op dat dak is af te steunen. Onder een afdek-20 kap 8 treedt volgens de pijlen B het rookgas uit, terwijl tussen een schaal 9 en een ring 11 door via pijlen A verbrandingslucht (geforceerd) wordt aangezogen.

Op een in het doorvoerpijpdeel 6 schuifbaar doorvoerpijpdeel 12 is een verbreed deel 13 aangebracht, waarop 25 pijpen 14 en 16 voor respectievelijke toevoer van verbrandingslucht A en afvoer van rookgassen B naar en van de CV-ketel 3.

In het doorvoerpijpdeel 6 (fig. 2) is een centrale binnenpijp 17 opgenomen, opdat lucht tussen de mantelwand 18 30 en de binnenpijp 17 optimaal voorverwarmd wordt. In het onderste doorvoerpijpdeel 12. verloopt de pijp 17 van centraal naar een substantieel uit het midden gelegen positie, waardoor naast elkaar gelegen aansluitstompen 18 resp. 19 in het verbrede deel 13 handige aansluitingen verschaffen voor pij-35 pen voor rookgasafvoer resp. verbrandingsluchttoevoer.

Bij voorkeur bedraagt een algehele lengte van de doorvoerpijp uit fig. 2 ongeveer 1300 mm, daar uit metingen is gebleken dat bij dergelijke lengten een optimaal vermin- .8801181 f ** -3- derde stromingsweerstand voor de rookgassen en lucht ontstaat, terwijl in het bovenste doorvoerpijpdeel 6 een voldoende warmte-uitwisseling plaatsvindt om het hoge (of verbeterde) rendement te behouden.

. 8801181

Claims

1. Pijp voor door een wand of dak van een gebouw afvoeren van uit een verbrandingsproces afkomstige rookgassen, omvattende een mantelpijp en een binnenpijp die in de mantelpijp verloopt van in hoofdzaak coaxiaal daarmee tot aan 5 een substantieel uit het midden gelegen positie bij een kopse wand van de doorvoerpijp, in welke kopse wand zich twee, naast elkaar bevindende aansluitstompen, resp. voor het inwendige van de binnenpijp en de ruimte tussen de binnenpijp en de mantelpijpwand, zijn aangebracht.

2. Doorvoerpijp volgens conclusie 1, die in hoofd zaak staand is opgesteld.

3. Doorvoerpijp volgens conclusie 2, omvattende en bovenste doorvoerpijpdeel en een onderste doorvoerpijpdeel, waarbij de binnenpijp in het onderste pijpdeel van coaxiaal 15 tot substantieel uit het midden verloopt.

4. Doorvoerpijp volgens conclusie 2 of 3, waarbij in het onderste pijpdeel een verbreed aansluitdeel, waarin aansluitstompen voor verdere pijpen in de kopse wand zijn opgenomen, schuifbaar is.

5. Doorvoerpijp volgens een van de voorgaande con clusies, waarbij de algehele lengte daarvan ongeveer 1300 mm bedraagt.

6. Doorvoerpijp volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het bovenste doorvoerpijpdeel ongeveer even 25 lang is als het onderste doorvoerpijpdeel.

7. Doorvoerpijp volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij bij de overgang tussen het bovenste doorvoerpijp en het onderste doorvoerpijpdeel in het bovenste doorvoerpijpdeel een groef is aangebracht, waarmee de door- 30 voerpijp op een dak af te steunen is. .8801181