NL8800973A

NL8800973A - Werkwijze voor het vervaardigen van prentbriefkaarten alsmede inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze.

Info

Publication number: NL8800973A
Application number: NL8800973A
Authority: NL
Original assignee: Cardee Netherlands B V
Priority date: 1988-04-14
Filing date: 1988-04-14
Publication date: 1989-11-01
Also published as: EP0337578A1; ATE83466T1; US5045139A; EP0337578B1; DE68903861D1

Description

i NL 34.988-Vo/bs |

Werkwijze voor het vervaardigen van prentbriefkaarten alsmede inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van prentbriefkaarten. Bij een bekende werkwijze voor het vervaardigen van prentbriefkaarten wordt een drager uit karton of dergelijke aan zijn achterzijde 5 voorzien van een opgedrukte adreszijde, terwijl op de tegenover gelegen zijde van de drager een afbeelding of dergelijke wordt gedrukt.

Deze bekende werkwijze is niet geschikt voor het vervaardigen van kleine series, aangezien voor het drukken 10 van elke afbeelding een aparte drukplaat wordt vereist. Dit betekent tevens, dat het niet of nauwelijks mogelijk is om prentbriefkaarten te voorzien van zeer actuele afbeeldingen.

De uitvinding beoogt een werkwijze voor het vervaardigen van prentbriefkaarten te verschaffen, welke boven-15 genoemde nadelen niet bezit.

Hiertoe bezit de werkwijze voor het vervaardigen van prentbriefkaarten volgens de uitvinding het kenmerk, dat een van een adreszijde voorziene drager uit karton of dergelijke wordt aangebracht op de achterzijde van een foto of 20 dergelijke.

De van een adreszijde voorziene drager kan op conventionele wijze worden vervaardigd door op een drager een adreszijde te drukken. Als afbeelding van de prentbriefkaart wordt thans een foto toegepast, waardoor het mogelijk is om 25 prentbriefkaarten te vervaardigen, waarvan de afbeelding wordt bepaald door de klant zelf. Deze overhandigt hiertoe slechts een foto van zijn keuze, bijvoorbeeld een door de klant zelf vervaardigde foto, waarna deze foto met een dergelijke drager wordt samengevoegd en aldus een prentbrief-30 kaart wordt verkregen. In combinatie met ontwikkelcentrales, welke foto's binnen zeer korte tijd, bijvoorbeeld binnen i uur, ontwikkelen is het aldus mogelijk om zeer actuele prentbriefkaarten te vervaardigen.

Bij voorkeur geldt, dat de drager op de foto wordt 35 aangebracht door middel van een hechtmiddel. Hierbij is het mogelijk, dat de betreffende zijde(n) van de drager en/of de foto is (zijn) voorzien van een hechtmiddel. Het is bijvoorbeeld denkbaar, dat de achterzijde van de drager een lijm- . 8800973 f -2- 4 laag draagt.

Voor het aanbrengen van de drager op de foto is het van voordeel, wanneer tussen de drager en de foto dubbelzijdig plakband wordt aangebracht.

5 In een gunstige uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding wordt het dubbelzijdige plakband aangevoerd terwijl êén zijde daarvan is voorzien van een verwijderbare beschermfolie, waarbij eerst op de niet van be-schermfolie voorziene zijde van het dubbelzijdige plakband de 10 drager of de foto wordt vastgeplakt, wordt vervolgens de beschermfolie verwijderd en wordt op de thans vrij liggende zijde van het dubbelzijdige plakband de foto of de drager vastgeplakt. Door de toepassing van een beschermfolie op het dubbelzijdige plakband wordt er telkens voor gezorgd, dat die 15 zijde van het dubbelzijdige plakband, die op een bepaald moment niet in aanraking komt met de drager of de foto beschermd is tegen een ongewild vastplakken aan andere voorwerpen. Tijdens het aanbrengen van de drager of de foto tijdens de eerste vervaardigingsstap van de prentbriefkaart 20 bewerkstelligt de beschermfolie deze functie, terwijl tijdens de tweede stap de reeds aangebrachte drager of foto deze functie vervult.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uit-25 vinding. Hiertoe bezit deze inrichting het kenmerk, dat middelen zijn toegepast voor het aanvoeren van het dubbelzijdige plakband, alsmede middelen voor het op het dubbelzijdige plakband vastplakken van de drager en de foto.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting 30 omvatten de middelen voor het op het dubbelzijdige plakband vastplakken van de drager en de foto elk een houder voor de drager respectievelijk de foto, welke beide houders aan weerszijden van het dubbelzijdige plakband op, in lengterichting van het plakband gezien, verschillende posities zodanig 35 zijn geplaatst, dat een zich daarin bevindende drager respectievelijk foto zich op korte afstand van het plakband bevindt en zich evenwijdig hieraan uitstrekt, alsmede telkens een functieorgaan voor het in aanraking met de betreffende zijde van het dubbelzijdige plakband brengen van de drager respec-40 tievelijk de foto.

c 880 0973 * -3-

Hierbij is het gunstig, wanneer het functieorgaan een, aan de van de houder afgekeerde zijde van het plakband geplaatst, heen en weer beweegbaar drukelement omvat voor het tijdelijk in de richting van en in contact met de in de 5 houder aanwezige drager respectievelijk foto verplaatsen van het dubbelzijdige plakband. Doordat het drukelement het dubbelzijdige plakband in aanraking brengt met de drager respectievelijk de foto wordt deze drager of foto op het plakband aangebracht. Vervolgens wordt door het drukelement van het 10 functieorgaan, dat behoort bij de tweede houder, het dubbelzijdige plakband in de tegenovergestelde richting tegen de foto respectievelijk drager gedrukt, waardoor deze aan de tegenover gelegen zijde van het plakband tegenover de reeds aangebrachte drager respectievelijk foto wordt aangebracht.

15 In een met voordeel toe te passen uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding bezit deze een voorziening voor het op maat snijden van het samenstel uit drager, dubbelzijdig plakband en foto, die achter de tweede houder is geplaatst. Met behulp van deze voorziening wordt 20 uiteindelijk een prentbriefkaart met de gewenste afmetingen verkregen.

De uitvinding wordt hierna nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin de enige figuur een uitvoerings-voorbeeld toont van een inrichting voor het uitvoeren van de 25 werkwijze volgens de uitvinding.

De in de figuur getoonde inrichting voor het vervaardigen van prentbriefkaarten omvat in principe: een rol 1 met dubbelzijdig plakband, een eerste houder 2 en een onder deze houder 2 geplaatst eerste functieorgaan 3, een tweede 30 houder 4 en een daarboven geplaatst tweede functieorgaan 5 alsmede een snijvoorziening 6.

Het op de rol 1 gewikkelde dubbelzijdige plakband 7 is aanvankelijk aan zijn onderzijde voorzien van een be-schermfolie 8. Nadat het dubbelzijdige plakband 7 de eerste 35 houder 2 en het eerste functieorgaan 3 is gepasseerd wordt de beschermfolie 8 afgevoerd in een van de voortbewegings-richting van het dubbelzijdige plakband 7 verschillende richting. Hiertoe zijn, slechts schematisch weergeven, voortbewe-gingsorganen 9 toegepast, waarvan de transportsnelheid in 40 hoofdzaak overeenkomt met voortbewegingsorganen 10 voor het ,8800973 ft -4- dubbelzijdige plakband 7.

Verder zijn in de tekening nog enige geleidings-rollen 11 voor het dubbelzijdige plakband 7 alsmede voor de beschermfolie 8 weergeven. Opgemerkt wordt, dat de geleiding 5 van het dubbelzijdige plakband 7 alsmede de beschermfolie 8 op elke geschikte wijze kan plaatsvinden.

In de weergegeven uitvoeringsvorm van de inrichting zijn de houders 2 en 4 alsmede de functieorganen 3 en 5 identiek uitgevoerd. Slechts de positie en stand van de 10 houders 2, 4 en de functieorganen 3, 5 ten opzichte van het dubbelzijdige plakband 7 verschilt. De werking evenwel is identiek, zodat hier zal worden volstaan met het gedetailleerd beschrijven van de werking van de houder 2 en het functieorgaan 3, 15 De houder 2 bezit in hoofdzaak een rechthoekige vorm, waarbij de bovenzijde alsmede de onderzijde geopend is. In de tekening is de houder 2 slechts schematisch aangeduid door twee zijwanden. Evenwel zal deze houder 2 in werkelijkheid vier zijwanden omvatten voor het correct op-20 nemen van dragers of foto's 12.

Aan zijn naar het functieorgaan 3 toegekeerde uiteinde bezit de houder 2 binnenwaarts gerichte, over korte afstand onder de rand van de onderste drager respectievelijk foto grijpende vingers 13. Verder is de houder 2 voorzien van 25 een de stapel dragers respectievelijk foto's 12 in de richting van het functieorgaan 3 belastend orgaan 14. De door dit belastende orgaan 14 op de dragers of foto's 12 uitgeoefende kracht dient zodanig te worden ingesteld, dat de dragers of foto's 12 niet voorbij de vingers 13 worden ge-30 drukt.

Het functieorgaan 3 omvat een, door een cilinder-zuigersamenstel 15 of dergelijke, heen en weer beweegbaar drukelement 16. Het drukelement 16 is aan zijn naar de houder 2 toegekeerde zijde voorzien van zuigopeningen 17, die via 35 een kanaal 18 op niet nader getoonde wijze aansluitbaar zijn öp een naar keuze in- en uitschakelbare onderdrukbron.

Het is mogelijk, dat in de houder 2 dragers 12 zijn aangebracht, die zijn voorzien van een adreszijde, welke in de getoonde stand naar boven wijst. Het aanbrengen van een 40 dergelijke drager 12 op het dubbelzijdige plakband 7 ge- .8800973 i -5- schiedt als volgt: de voortbewegingsorganen 10 en 9 worden gestopt, zodat het dubbelzijdige plakband 7 stilstaat. Vervolgens wordt het cilinder-zuigersamenstel 15 bekrachtigd en het drukelement 16 omhoog in de richting van de houder 2 be-5 wogen. Het drukelement 16 zal hierdoor aangrijpen op de van de beschermfolie 8 voorziene zijde van het dubbelzijdige plakband 7 en dit plakband omhoog bewegen tot dat de vrije, plakkende, zijde van dit plakband 7 in aanraking komt met de onderste drager 12. Het belastend orgaan 14 zorgt hierbij 10 voor een tegendruk, zodat een innig contact tussen het plakband 7 en de drager 12 optreedt. Zoals blijkt uit de figuur bevindt de onderste drager 12 in de houder 2 zich op een korte afstand boven het plakband 7, wanneer dit plakband 7 niet wordt aangegrepen door het drukelement 16. Hierdoor be-15 hoeft dit drukelement 16 slechts over betrekkelijk geringe afstand omhoog te worden bewogen voor het met elkaar in aanraking brengen van het dubbelzijdige plakband 7 en de drager 12.

De beschermfolie 8 verhindert, dat het dubbelzij-20 dige plakband zal hechten aan het drukelement 16, hetgeen ongewenst zou zijn.

Nadat de hechting tussen het dubbelzijdige plakband en de drager 12 heeft plaatsgevonden worden de zuigope-ningen 17 bekrachtigd, waardoor het dubbelzijdige plakband 7 25 (via de beschermfolie 8) krachtig door het drukelement 16 wordt aangegrepen. Door thans het cilinder-zuigersamenstel 15 in omgekeerde richting te bewegen wordt het drukelement 16 omlaag bewogen en wordt het dubbelzijdige plakband 7 met de daaraan vasthechtende drager 12 omlaag verplaatst. Hierbij 30 worden de randen van de drager 12 voorbij de vingers 13 getrokken waarna de daarboven gelegen volgende drager 12 op deze vingers 13 komt te nisten. Tenslotte worden de zuigope-ningen 17 uitgeschakeld, waarna het dubbelzijdige plakband 7 de uitgangspositie bereikt en aan de bovenzijde daarvan de 35 drager 12 is vastgehecht. De voortbewegingsorganen 9 en 10 worden vervolgens weer gestart.

De voortbewegingsorganen 9 en 10 worden intermitterend bekrachtigd, zodat het dubbelzijdige plakband intermitterend in zijn lengterichting wordt voortbewogen. Het 40 plakband 7 wordt door de genoemde voortbewegingsorganen .8800973 * -6- telkens zo ver voortbewogen, en de houder 2, de houder 4 en de snijvoorziening 6 zijn zodanig geplaatst, dat tijdens een stilstandsperiode van het plakband 7 deze onderdelen van de inrichting hun bewerkingen gelijktijdig kunnen uitvoeren op 5 achter elkaar op het plakband geplaatste of te plaatsen dragers of foto's. Hierdoor treedt een belangrijke tijdsbesparing op.

Nadat ter plaatse van de houder 2 en het functieorgaan 3 een drager 12 op de bovenzijde van het dubbelzijdige 10 plakband 7 is aangebracht wordt de beschermfolie 8 vanaf de onderzijde van het dubbelzijdige plakband 7 verwijderd via de voortbewegingsorganen 9.

De op het plakband 7 aangebrachte drager 12 bereikt vervolgens de houder 4 en het functieorgaan 5. In de houder 4 15 zijn thans foto's 19 geplaatst, waarvan de afbeeldingszijde in de figuur omlaag is gericht. Zoals reeds eerder is toegelicht, komt de werking van de houder 4 en het functieorgaan 5 overeen met de werking van de houder 2 en het functieorgaan 3. Het enige verschil hierbij is, dat de reeds op de 20 bovenzijde van het dubbelzijdige plakband 7 aangebrachte drager 12 thans dezelfde functie vervult als de beschermfolie 8 ter plaatse van de houder 2 en het functieorgaan 3, namelijk verhinderen, dat het dubbelzijdige plakband 7 zal vasthechten aan het drukelement 20 van het functieorgaan 5.

25 Na het passeren van de tweede houder 4 en het tweede functieorgaan 5 zijn aan de tegenover elkaar gelegen zijden van het dubbelzijdige plakband 7 thans een drager 12 en een foto 19 aangebracht. Dit samenstel bereikt vervolgens de snijvoorziening 6 die opnieuw slechts schematisch is. weer-30 gegeven.

De snijvoorziening 6 omvat een door een cilinder-zuigersamenstel 21 op en neer beweegbaar snijmes 22. Dit snijmes 22 werkt samen met een contra-orgaan 23, dat aan zijn benedenzijde tevens is uitgevoerd als opvangreservoir voor de 35 uitgesneden, thans voltooide prentbriefkaarten 24. Met behulp van de snijvoorziening 6 worden de drager 12, de foto's 19 en het zich daartussen bevindende dubbelzijdige plakband op de correcte maat gesneden. Door het dubbelzijdige plakband in breedterichting (dwars op de transportrichting) 40 met overmaat toe te voeren wordt ook na het op maat snijden 8800973 Λ -7- £ van de prentbriefkaarten voldoende plakbandmateriaal overgehouden, dat wordt aangegrepen door de voortbewegingsorganen 10 en zorgt voor het voortbewegen van het dubbelzijdige plakband 7. Bij voorkeur worden tevens de dragers 12 alsmede 5 de foto's 19 met een bepaalde overmaat ten opzichte van het gewenste prentbriefkaartformaat toegevoerd.

De uitvinding is niet beperkt tot de in het voorgaande beschreven uitvoeringsvorm, die binnen het kader der uitvinding op velerlei wijze kan worden gevarieerd.

.8800973

Claims

1. Werkwijze voor het vervaardigen van prentbriefkaarten, met het kenmerk, dat een van een adreszijde voorziene drager uit karton of dergelijke wordt aangebracht op de achterzijde van een foto of dergelijke.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de drager op de foto wordt aangebracht door middel van een hechtmiddel.

3. Werkwijze volgens conclusie 2, m e t het kenmerk, dat de betreffende zijde(n) van de drager 10 en/of de foto is (zijn) voorzien van een hechtmiddel.

4. Werkwijze volgens conclusie 2, m e t het k e n m e r k, dat tussen de drager en de foto dubbelzijdig plakband wordt aangebracht.

5. Werkwijze volgens conclusie 4, m e t het 15 kenmerk, dat het dubbelzijdige plakband wordt aangevoerd terwijl een zijde daarvan is voorzien van een verwijderbare beschermfolie, waarbij eerst op de niet van bescherm-folie voorziene zijde van het dubbelzijdige plakband de drager of de foto wordt vastgeplakt, dat vervolgens de be- 20 schermfolie wordt verwijderd en op de thans vrij liggende zijde van het dubbelzijdige plakband de foto of de drager wordt vastgeplakt.

6. Werkwijze volgens conclusie 5, m e t het kenmerk, dat het dubbelzijdige plakband intermitterend 25 in zijn lengterichting wordt voortbewogen, waarbij de opeenvolgende vervaardigingsstappen ter plaatse van verschillende, achter elkaar gelegen, stations plaatsvinden en waarbij het dubbelzijdige plakband tijdens elke vervaardigingsstap stilstaat.

7. Werkwijze volgens een der conclusies 1 - 6, m et het kenmerk, dat het samenstel uit drager en foto vervolgens op maat wordt gesneden.

8. Inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze volgens een der conclusies 4-6,met het ken- 35. e r k, dat middelen zijn toegepast voor het aanvóeren van het dubbelzijdige plakband, alsmede middelen voor het op het dubbelzijdige plakband vastplakken van de drager en de foto.

9. Inrichting volgens conclusie 8,met het ,8800973 -9- J! k enmerk, dat de middelen voor het op het dubbelzijdige plakband vastplakken van de drager en de foto elk een houder voor de drager respectievelijk de foto omvatten, welke beide houders aan weerszijden van het dubbelzijdige plakband op,in 5 lengterichting van het plakband gezien, verschillende posities zodanig zijn geplaatst, dat een zich daarin bevindende drager respectievelijk foto zich op korte afstand van het plakband bevindt en zich evenwijdig hieraan uitstrekt, alsmede telkens een functieorgaan voor het in aanraking met 10 de betreffende zijde van het dubbelzijdige plakband brengen van de drager respectievelijk de foto,

10. Inrichting volgens conclusie 9, m e t het kenmerk, dat het functieorgaan een, aan de van de houder afgekeerde zijde van het plakband geplaatst, heen en weer 15 beweegbaar drukelement omvat voor het tijdelijk in de richting van en in contact met de in de houder aanwezige drager respectievelijk foto verplaatsen van het dubbelzijdige plakband.

11. Inrichting volgens conclusie 10, met het 20 kenmerk, dat het drukelement is voorzien van zuigele- menten voor het aangrijpen op het dubbelzijdige plakband nadat dit in contact is gebracht met de drager respectievelijk foto, terwijl de houder aan zijn naar het drukelement toegekeerde uiteinde binnenwaarts gerichte, over korte af-25 stand onder de rand van de drager respectievelijk foto grijpende elementen, zoals vingers of dergelijke, bezit.

12. Inrichting volgens conclusie 11, met het k enmerk, dat elke houder is voorzien van een de drager respectievelijk foto in de richting van het functieorgaan be-30 lastend orgaan.

13. Inrichting volgens een der conclusies 8 - 12, m et het kenmerk, dat het plakband aan één zijde is voorzien van een beschermfolie, waarbij middelen zijn toegepast voor het van het dubbelzijdige plakband verwijderen 35 van de beschermfolie.

14. Inrichting volgens conclusie 13,met he t kenmerk, dat de middelen voor het van het dubbelzijdige plakband verwijderen van de beschermfolie bestaan uit op een positie tussen beide houders in geplaatste transportorganen 40 voor het afvoeren van de beschermfolie in een van de voortbe- .Θ800973 -10- 4 wegingsrichting van het plakband verschillende richting.

15. Inrichting volgens een der conclusies 8 - 14, m e t het kenmerk, dat deze een voorziening voor het op maat snijden van het samenstel uit drager, dubbel- 5 zijdig plakband en foto bezit, die achter de tweede houder is geplaatst.

16. Inrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de snijvoorziening een op zichzelf bekend snijmes-matrijssamenstel omvat. ,8800973