NL8800020A

NL8800020A - Opblaasbaar lichaam met een ventiel, en een verpakking met een dergelijk lichaam.

Info

Publication number: NL8800020A
Application number: NL8800020A
Authority: NL
Original assignee: Henk Schram
Priority date: 1988-01-06
Filing date: 1988-01-06
Publication date: 1989-08-01
Also published as: EP0324519A3; US4966185A; EP0324519A2; JPH01238780A

Description

/ P HP/AB/Schr-1 - 1 - v, ft

Opblaasbaar lichaam met een ventiel, en een verpakking met een dergelijk lichaam

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een met gas opblaasbaar lichaam dat is voorzien van een opening die afsluitbaar is met een ventiel.

De uitvinding beoogt een nieuw met gas opblaasbaar 5 lichaam te verschaffen, dat in het bijzonder bestemd is voor gebruik in een verpakking, en is voorzien van een goed funk-tionerend ventiel met een eenvoudige constructie en dat tegen lage kosten is te vervaardigen.

Dit wordt overeenkomstig de uitvinding bereikt doordat 10 het ventiel volgens de uitvinding omvat: - een buitenplaat die op het lichaam rond de opening zodanig is aangebracht dat een gasdoorgang in de buitenplaat tegenover de opening ligt; - een binnenplaat die aan de binnenzijde van het lichaam 15 rond de opening is aangebracht; en - een tussen de binnenplaat en tegen het opblaasbare lichaam aan aangebracht, veerkrachtig ventielfolie dat over de opening in het lichaam heen is aangebracht, tijdens het opblazen de opening vrijgeeft en in opgeblazen toestand 20 afsluit, en dat een aantal op afstand rondom de opening gelegen gasinlaten bepaalt.

Teneinde te verzekeren dat in opgeblazen toestand het ventielfolie de opening in het lichaam met zekerheid afsluit, verdient het voorkeur dat op het naar het lichaam toe 25 gerichte vlak van de buitenplaat rondom de doorgang en de opening een ringvormige verhoging is aangebracht. Deze ringvormige verhoging kan bestaan uit een separate ring, bijvoorbeeld een afdichtende 0-ring, maar bestaat bij voorkeur uit een tegen zeer lage kosten te vervaardigen ringvormige 30 verhoging die één geheel vormt met de buitenplaat.

Overeenkomstig de uitvinding kunnen de gasinlaten tussen het ventielfolie en het lichaam zijn gelegen, bijvoor- - 8800020 'Λ - 2 - » beeld door radiale onderbrekingen in de verlijming tussen het ventielfolie en het lichaam. Bij voorkeur zijn echter de gasinlaten in het ventielfolie aangebracht.

Teneinde een zoveel mogelijk uniforme krachtenverde-5 ling over de ringvormige verhoging op de buitenplaat en de klepfolie te verzekeren, verdient het voorkeur dat het aantal gasinlaten 3-6 bedraagt. Het minimale aantal gasinlaten is bijvoorbeeld 3, onderling aangebracht onder een hoek van 120°. Meer voorkeur bestaat voor 4 gasinlaten met een 10 onderlinge hoek van 90°. Bij meer dan 6 gasinlaten ontstaat het nadeel dat het ventielfolie door de daarin aangebrachte gasinlaten verzwakt. Bij minder dan 3 gasinlaten, bijvoorbeeld 2 gasinlaten bestaat het nadeel dat rond het midden-loodvlak tussen de gasinlaten op de ringvormige verhoging 15 plooien zich kunnen vormen.

Het met lucht opblasbare lichaam volgens de uitvinding vindt in het bijzonder toepassing in een verpakking voor het daarin verpakken van kwetsbare artikelen, zodat bij voorkeur het ventiel is opgenomen in de verpakkingswand en eventueel 20 daarbij de buitenplaat een onderdeel kan vormen van een verpakkingswand .

Indien het lichaam rond een artikel stulpende lichaamsdelen bezit, wordt een alzijdig zoveel mogelijk insluiten van het te verpakken artikel gerealiseerd, 25 Is het lichaam voorzien van harmonika-vormige lichaamsdelen, dan kunnen artikelen met verschillende afmetingen optimaal worden ingesloten.

Genoemde en andere kenmerken van het opblaasbare lichaam volgens de uitvinding zullen hierna worden beschre-30 ven aan de hand van een aantal uitvoeringsvoorbeelden, waartoe de uitvinding niet is beperkt, terwijl wordt verwezen naar de bijgevoegde tekening.

Fig. 1 is een geëxplodeerd aanzicht van een ventiel overeenkomstig de uitvinding; 35 Fig. 2 is een doorsnede door het ventiel uit fig. 1 aangebracht in een lichaam na opblazen (fig. 2A) en tijdens het opblazen (fig. 2B); ,8800020 - 3 -

Fig. 3 en fig. 4 met fig. 1 respektievelijk fig. 2 overeenkomstige aanzichten van een tweede uitvoeringsvoor-beeld van het ventiel volgens de uitvinding;

Fig. 5, 6, 7 en 10 elk een aanzicht van een verpakking 5 waarin een opblaasbaar lichaam overeenkomstig de uitvinding is ververwerkt;

Fig. 8 toont een verpakkingsplano met twee opblaasbare lichamen volgens de uitvinding;

Fig. 9 een uit het verpakkingsplano volgens fig. 8 10 samengestelde verpakking; en

Fig. 11 een andere toepassingsvorm van het opblaasbare lichaam als reddingsmiddel.

Fig. 1 en 2 tonen een opblaasbaar lichaam 1 dat is voorzien van een opening 2 die afsluitbaar is met een ven-15 tiel 3. Het ventiel 3 omvat een buitenplaat 4 die rond de opening 2 zodanig is aangebracht dat een gasdoorgang tegenover de opening 2 ligt. De buitenplaat 4 is bijvoorbeeld met lijm of door middel van lassen aan het lichaam l gehecht.

Aan de binnenzijde van het lichaam l is een binnen-20 plaat 6 tezamen met een ventielfolie 7 aan het lichaam l gehecht. De binnenplaat 6 heeft een centraal gat 8 dat in het ventielfolie 7 aangebrachte gasinlaten 9 omgeeft. .

In opgeblazen toestand (fig. 2A) drukt het ventielfolie 7 op een op het vlak 10 van de buitenplaat 4 bevestig-25 de ring 11, terwijl daartussen het lichaam 1 met de opening 2 is ingesloten en aldus de gasdoorgang 5 versperd is. Als gevolg van de inwendige gasdruk (pijl 12) is het ventielfolie 7 tegen het lichaam 1 aangedrukt en zijn daarbij de gasinlaten 9 tevens versperd.

30 Bij het opblazen van het lichaam 1 zal de gasstroom (pijl 13) het ventielfolie 7 van de ring 11 lichten, waardoor gas naar het inwendige van het lichaam 1 toe kan passeren via de opening 2 en de rotatiesymmetrisch daaromheen in het ventielfolie 7 aangebrachte gasinlaten 9.

35 Bij de in fig. 3 en 4 getoonde variant zijn overeen komstige constructieonderdelen met dezelfde verwijzingscij-fers aangegeven. Het ventiel 14 is in dit geval voorzien van ,8800020 % - 4 - «* gasinlaten 15 die bestaan uit radiale onderbrekingen in de verlijming tussen het lichaam 1 en hét ventielfolie 17. Verder vormt de ringvormige verhoging 16 één geheel met de buitenplaat 4 en zij in één gemeenschappelijke spuitgiet-5 bewerking gevormd. In dit geval passeert tijdens het opblazen (fig. 4B) gas via de gasdoorgang 5, de opening 2 en door de gasinlaten 15 tussen het lichaam 1 en het klepfolie 17 door naar het inwendige van het lichaam 1. Met name wordt opgemerkt dat dit klepfolie niet is voorzien van gasinlaten 10 9.

Fig. 5 toont een verpakking 18 met daarin een van een ventiel 3 voorzien, met gas opgeblazen lichaam 19. Dit lichaam 19 omgeeft een kwetsbaar artikel 20 en bezit daartoe rond het artikel 20 stulpende lichaamsdelen 21 en 22.

15 Fig. 6 toont een verpakking 23 waarin een kwetsbaar artikel 24 is ingeklemd tussen enerzijds een bekende luchtzak 25 en anderzijds een met gas opgeblazen van een ventiel 14 overeenkomstig de uitvinding voorzien lichaam 26. Een artikel 24 kan in de verpakking 23 op adequate wijze worden 20 verpakt en tussen de luchtzak en het lichaam 26 worden ingeklemd doordat het lichaam 26 is voorzien van harmonika-vormige zijkanten 27-29.

Fig. 7 toont een verpakking 30, waarin een kwetsbaar artikel 31 is opgenomen tussen twee identieke met gas opge-25 blazen van een ventiel 14 voorziene lichamen 32 die elk rond het artikel 31 stulpende lichaamsdelen 33 en 34 alsook har-monika-vormige zijkanten 35 en 36 bezitten.

Fig. 8 toont in gebogen vorm een plano 37 voor de in fig. 9 getoonde verpakking 38. Het plano 37 is aan twee zij-30 flappen 39 en 40 voorzien van een met gas op te blazen lichaam 41 volgens de uitvinding dat is voorzien van een ventiel 3. Na het vormen van de verpakking 38 uit het plano 37 kan een voorwerp tussen de beide lichamen 41 worden ingeklemd door via een gat 42 in de zijvlakken 43 en 44 via het 35 ventiel gas toe te voeren tot in de beide lichamen 41. Vervolgens wordt de verpakking 38 gesloten met het deksel 50, waarbij de dekselflappen 51 en 52 tussen de zijvlakken 43, .8800020 - 5 - 44 enerzijds en de flappen 39 en 40 anderzijds komen te liggen en daarbij de ventielen 3 via de gaten 53 en 54 van buiten af onbereikbaar blijven. Aldus kan indien nodig extra lucht bijgepompt worden.

5 Fig. 10 toont een verpakking 45 waarin een kwetsbaar artikel 46 is ingeklemd tussen twee met gas opgeblazen lichamen 47 die zijn voorzien van een ventiel 3 volgens de uitvinding en met de lichaamsdelen 49 rond het kwetsbare artikel 46 stulpen.

10 Tenslotte toont fig. ll een opgeblazen lichaam 53 dat is voorzien van een ventiel 3 volgens de uitvinding en bijvoorbeeld kan worden gebruikt voor kampeer-, reddings- en medicinale toepassingen.

Bij voorkeur is het gas waarmee het lichaam overeen- 15 komstig de uitvinding de uitvinding wordt opgeblazen lucht en bestaat het lichaam bij voorkeur uit een redelijk gasdicht materiaal, bijvoorbeeld polyetheenfolie. Ook het ven-tielfolie kan uit dit materiaal bestaan. Verder wordt bij voorkeur voor de binnen- en buitenplaat en eventueel de 20 ringvormige verhoging rigide kunststof gebruikt. Maar belangrijk is slechts dat een rigide zitting wordt gevormd voor het klepfolie dat de opening in het lichaam moet sluiten en verder dat gemakkelijk gas via het ventiel kan worden toegevoerd.

25 .8800020

Claims

1. Een met gas opblaasbaar lichaam dat is voorzien van een opening die afsluitbaar is met een ventiel, welk ventiel omvat: - een buitenplaat die op het lichaam rond de opening zodanig 5 is aangebracht dat een gasdoorgang in de buitenplaat tegenover de opening ligt; - een binnenplaat die aan de binnenzijde van het lichaam rond de opening is aangebracht; en - een tussen de binnenplaat en tegen het opblaasbare lichaam 10 aan aangebracht, veerkrachtig ventielfolie dat over de opening in het lichaam heen is aangebracht, tijdens het opblazen de opening vrijgeeft en in opgeblazen toestand afsluit, en dat een aantal op afstand rondom de opening gelegen gasinlaten bepaalt.

2. Lichaam volgens conclusie 1, met het kenmerk dat op het naar het lichaam toe gerichte vlak van de buitenplaat rondom de doorgang en de opening een ringvormige verhoging is aangebracht.

3. Lichaam volgens conclusie 2, met het kenmerk dat de 20 ringvormige verhoging één geheel vormt met de buitenplaat.

4. Lichaam volgens conclusie 1-3, met het kenmerk dat de gasinlaten tussen het ventielfolie en het lichaam zijn gelegen.

5. Lichaam volgens conclusie 1-3, met het kenmerk dat 25 de gasinlaten in het ventielfolie zijn aangebracht.

6. Lichaam volgens conclusie 1-5, met het kenmerk dat de gasinlaten rotatiesymmetrisch rond de opening zijn aangebracht .

7. Lichaam volgens conclusie 1-6, met het kenmerk dat 30 het aantal gasinlaten 3-6 bedraagt.

8. Lichaam volgens conclusie 1-7, met het kenmerk dat het lichaam is omgeven door een verpakking, en dat de buitenplaat is opgenomen in een verpakkingswand.

9. Lichaam volgens conclusie 1-8, gekenmerkt door rond .8800020 - 7 - een artikel stulpende lichaamsdelen.

10. Lichaam volgens conclusie 1-9, gekenmerkt door harmonika-vormige lichaamsdelen.

11. Verpakking voorzien van een lichaam volgens con-5 clusie 8-10. .8800020