NL8800005A - Inrichting voor het opsteken van ventielzakken op de vulstomp(en) van een verpakkingsmachine. - Google Patents

Inrichting voor het opsteken van ventielzakken op de vulstomp(en) van een verpakkingsmachine. Download PDF

Info

Publication number
NL8800005A
NL8800005A NL8800005A NL8800005A NL8800005A NL 8800005 A NL8800005 A NL 8800005A NL 8800005 A NL8800005 A NL 8800005A NL 8800005 A NL8800005 A NL 8800005A NL 8800005 A NL8800005 A NL 8800005A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
valve
suction
spreading
filling
bag
Prior art date
Application number
NL8800005A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Haver & Boecker
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from DE19873700345 external-priority patent/DE3700345A1/de
Priority claimed from DE19873715926 external-priority patent/DE3715926A1/de
Application filed by Haver & Boecker filed Critical Haver & Boecker
Publication of NL8800005A publication Critical patent/NL8800005A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B43/00Forming, feeding, opening or setting-up containers or receptacles in association with packaging
    • B65B43/26Opening or distending bags; Opening, erecting, or setting-up boxes, cartons, or carton blanks
    • B65B43/262Opening or distending bags; Opening, erecting, or setting-up boxes, cartons, or carton blanks opening of valve bags

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Supplying Of Containers To The Packaging Station (AREA)
  • Sheets, Magazines, And Separation Thereof (AREA)

Description

* t - 1 -
Inrichting voor het opsteken van ventielzakken op de vulstomp(en) van een verpakkingsmachine.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het opsteken van ventielzakken op de vulstomp(en) van een verpakkingsmachine, M3 voorkeur van zijvouwventielzakken, die aan de tegenover elkaar gelegen zijden telkens door een dwars 5 tot de langskanten lopende sluitnaad zijn afgesloten en waarbi3 het ventiel onder een sluitnaad in een langszijwand is aangebracht, met een spreidinrichting voor het optrekken van het ventiel.
Een inrichting van het bedoelde soort is bekend uit de PCT-aanvrage WO/81/01543. B13 deze inrichting loopt in het 10 enigszins geopende ventiel de uit twee halve schalen bestaande spreidinrichting naar binnen om het ventiel zo ver op te trekken dat het op de vulstompen kan worden gestoken. Voor het optrekken van het ventiel is een schaal om een horizontale as zwehkbaar. Nadat het ventiel is opgetrokken, wordt de zak in het ventielgebied 15 door zware geleidingskleppen vastgenomen. De vorm van de gelei-dingskleppen is aangepast aan de omtrek van het opgetrokken ven-toel, zodat het ventiel zich niet kan sluiten. De zak wordt dan door een overeenkomtig bestuurde beweging van de geleidingskleppen op de vulstompen gestoken.
20 Deze inrichting is uitsluitend voor uit meerdere papierlagen opgebouwde kruisbodemventielzakken met een relatief hoge eigen stijfheid geschik.
De eigen stijfheid van platte zakken, zijvouwzakken is niet vergelijkbaar met die van kruisbodemzakken, in het bi3Zon-25 der niet indien de zakken uit een kunstsstof folie zijn vervaardigd. Bij de bedoelde zakken is het niet mogelijk om de vorm van het opgetrokken ventiel door van buitenaf aangrijpende vormkleppen in stand te houden. Bovendien is het op grond van de opstelling van het ventiel in een ziowand onder een sluitnaad praktisch niet uit-30 voerbaar dat werktuigen in het gebied van het ventiel kunnen worden gebruikt. Een verder nadeel van de bekende inrichting is nog, dat na het optrekken van het ventiel een over gif te aan het middel £ :.· v 5 5 t - 2 - plaatsvindt, waardoor de zak op de vulstompen wordt gestoken.
Aan de onderhavige uitvinding ligt het probleem ten grondslag een inrichting van het genoemde soort met constructief eenvoudige middelen zodanig verder te ontwikkelen, dat zij voor 5 alle zaksoorten kan worden gebruikt en daarbij ook bij bijzonder flexibele materialen nog zonder storing werkt.
Deze opgave wordt bereikt door de in het kenmerk van conclusie 1 genoemde maatregelen.
Door de constructie volgens de uitvinding is de 10 spreidinrichting gelijktijdig de opsteekinrichting, aangezien na de overname van de zak van de afneeminrichting, waarin het ventiel ook enigszins geopend wordt, geen verdere middelen voor het opsteken noodzakelijk zijn indien men er van af ziet, dat voor de beweging van de spreidinrichting dienovereenkomstige aandrijvingen noodzake-15 lijk zijn. Bij de verdere uitvoering van de uitvinding mis bepaald, dat de zwenkas van de spreidinrichting evenwijdig en op afstand van de geleidingsbaan ligt, waarbij de geleidingsbaan evenwijdig aan de midden langsas van de vulstomp is. Hierdoor wordt een constructief eenvoudige vormgeving verkregen en een eenvoudig te besturen bewe-20 gingsverloop, aangezien de spreidinrichting ook nog om de horizontale as zwenbaar is als zij reeds in de richting naar de vulstomp wordt verplaatst.
Om te waarborgen, dat de spreidinrichting voor het optrekken van het ventiel en voor het transport van de zak naar de 25 vulstomp in het door de afneeminrichting enigszins geopende ventiel kan komen, bezit de spreidinrichting op doelmatige wijze twee tegen elkaar in beweegbare spreidvingers en tenmminste één dwars op de bewegingsrichting van de spreidvingers beweegbare optrekhaak. Daardoor verkrijgt het opgetrokken ventiel een in belangrijke mate 30 driehoekig uiterlijk. Aangezien echter de vulstomp aan zijn vrije einde op gebruikelijke wijze een straal bezit, is het opsteken ook zonder meer mogelijk.
Bij een de voorkeur hebbend uitvoeringsvoorbeeld is bepaald, dat de inrichting een voor de spreidinrichting geplaatste 35 afneeminrichting bezit, dat de afneeminrichting in hoofdzaak uit .8800005 - 3 - een horizontale stapeltafel voor het afnemen van één uit meerdere vlak liggende zakken gevormde stapel, een in verticale richting verplaatsbare zuiginrichting voor het heffen van de telkens bovenste zak van de stapel en tenminste êên op de zakstapel in het ven-5 tielgebied te plaatsen, synchroon met de tafel verplaatsbare aandruklijst is opgebouwd, waarbij de stapeltafel door middel vane en aandrijving en een besturing tenminste dwars tot de langskanten van de zakken in een horizontaal vlak verplaatsbaar is tot tenminste de vulopening van het ventiel van de bovenste zak van de stapel in de 10 juiste stand tot de zuiginrichting staat.
Door de afneeminrichting werkt de opsteekinrich-ting zonder met de hand uit te voeren werkzaamheden. Daarbij is een storingsvrije werking zelfs nog gewaarborgd als de zakken niet netjes zijn gestapeld, aangezien door de verplaatsbaarheid van de ta-15 fel en dus ook van de daarop liggende zakstapel voor het af nemen van de telkens bovenste zak van de stapel door de zuiginrichting de te verwijderen zak wordt opgericht. De afstand tussen de zakkanten en de zuiglijsten is daarbij altijd gelijk, zodat het volgende, in werkingsopzicht op elkaar afgestemde werktuig de zak kan overnemen. 20 Door deze oplossing wordt dus niet een op de tafel liggende stapel uitgericht, doch elke afzonderlijke zak wordt voor het overnemen door de afneeminrichting in een bepaalde stand gebracht. Aangezien met het oog op het vermogen van een vulmachine de tafel in relatief korte intervallen wordt verplaatst, zet de aandruklijst respectie-25 velijk zetten de aandruklijsten op de bovenzijde van de stapel om te verhinderen, dat de zakken zich door het verplaatsen van de tafel binnen de zakstapel verschuiven. Door een ongecontroleerde verschuiving zou een uitrichten onmogelijk zijn. Aangezien de op de stapel rustende aandruklijst(en) de beweging van de tafel synchroon 30 uitvoert of uitvoeren, wordt een in andere gevallen optredende relatieve beweging tussen de zakstapel en de tafel vermeden. Bij een verdere ontwikkeling van de afneeminrichting is bepaald, dat de tafel dwars tot de langskanten van de zakken verplaatsbaar is, dat twee evenwijdig en op afstand van elkaar liggend aandruklijsten 35 zijn aangebracht, dat elke aandruklijst op een relatief kleine af- .8:00005 *> t - 4 - stand tot de vulopening van het ventiel ligt, en dat de aandruk-lijsten door middel van een aandrijving uit het gebied van de zui-ginrichting beweegbaar zijn ter overgifte van de zak. Deze uitvoering is voor zijvouwventielzakken bedoeld. Bij deze zakken ligt de 5 vulopening van het ventiel evenwijdig en op afstand tot de langs-kanten van de zak nagenoeg in het gebied van de binnenkant van de zijvouw. Daardoor is het voldoende, dat de tafel uitsluitend dwars tot de langskanten van de zakken verplaatsbaar is. Het is dan desondanks gewaarborgd, dat de na de zuiginrichting gelegen werktuigen 10 in het ventiel kunnen komen. Aangzien de aandruklijsten in hun bedrijf sstand aan beide zijden van het ventiel liggen, kan de zak zich tenminste in het ventielgebied niet hoeksgewijs of anderszins verplaatsen. Aangezien de aandruklijsten na het afnemen van een zak uit het gebied van de zuiginrichting door de aandrijving kunnen 15 worden wegbewogen, kunnen de voor het transport en voor het opsteken op de vulstompen noodzakelijke spreidwerktuigen zonder hinder in het door de zuiginrichting tevoren geopende ventiel komen.
Deze constructie wordt nog verder vereenvoudigd indien de aandruklijsten op de zuiginrichting zijn aangebracht, waar-20 bij elke aandruklijst uit een U-profielrail bestaat, en waarbij aan de zuiginrichting voor elke aandruklijst tenminste twee op afstand tot elkaar aangebrachte geleidingsrollen zijn aangebracht, waarover de aandruklijsten verplaatsbaar zijn. Aangezien voor ht afnemen van een zak de zuiginrichting toch al naar de zakstapel moet dalen, 25 worden door de constructie geen aanvullende onderdelen voor de verticale beweging van de aandruklijsten gebruikt. Met het oog op de geringe eigen stijfheid van kunststofzakken is het doelmatig indien de zuiginrichting een met meerdere zuigopeningen uitgeruste zuig-plaat bezit, aangezien dan het aangrijpvlak bijzonder groot is.
30 Een vermogenstoename van de inrichting kan worden bereikt indien de afneeminrichting een om een horizontale as zwenk-bare openingshefboom bezit, die met zijn vrije einde in de voorgeopende ventielopening van de afgenomen zak kan worden bewogen. Door deze openingshefboom kan de afgenomen zak later van de spreidin-35 richting worden overgenomen, waardoor het tijdsverloop tot het op- t - 5 - steken op de vulstompen van de verpakkingsmachine dienovereenkomstig korter wordt.
De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarbij bij van van voorbeeld een uit-5 voeringsvorm van een machine volgens de uitvinding is weergegeven.
In de tekening toont: figuur 1 een schematisch langsaanzicht van de inrichting, figuur 2 een detail van de spreidinrichting in de 10 richting van de pijl van figuur 2, figuur 3 een zij-aanzicht van figuur 2, figuur 4 een schematisch langsaanzicht van de af-neeminrichting van figuur 1, figuur 5 een met figuur 4 corresponderend zij-aan-15 zicht in de richting van de pijl V van figuur 4, en figuur 6 een met figuur4 corresponderend bovenaanzicht.
De in figuur 1 weergegeven inrichting bestaat in hoofdzaak uit een gestel 1, een tafel 2 voor het opnemen van een 20 uit meerdere zakken bestaande stapel, een nog ander te beschrijven spreidinrichting 3, die langs een boven de tafel 2 liggende gelei-dingsbaan 4 verplaatsbaar is. Van de verpakkingmachine is slechts een vulstomp 5, en een onder de vulstomp liggend kiepzadel weergegeven, waarop een aan de vulstomp hangende, met streeppuntlijnen 25 aangeduide zak 7 hangt. Zoals figuur 1 toont, ligt de horizontale geleidingsbaan hier op een relatief geringe afstand boven de vulstomp 5.
De vlakliggende zakken worden aan de hand van een in de figuren 4-6 nauwkeuriger weergegeven afneeminrichting verwij-30 derd. Van de afneeminrichting is in figuur 1 symbolisch een zuigin-richting 8 weergegeven, de in Verticale richting verplaatsbaar is, zoals door de dubbele pijl A is aan geduid. Door de werking van de zuiginrichting 8 wordt het ventiel een beetje geopend, zodat spreidvingers 9, 10 in het ventiel kunnen komen. Daartoe wordt de 35 spreidinrichting 3 in pijlrichting B verplaatst. Deze beweging ver- . B » i‘ V w \t v) - 6 - groot de afstand tussen de spreidinrichting 3 en de vulstomp 5. Genoemd wordt, dat de zakken zodanig op de tafel 2 worden gelegd, dat het ventiel aan de nar de vulstomp 5 toegekeerde zijde ligt. De spreidvingers 9, 10 zijn hoekvormig uitgevoerd, waarbij de vrije 5 benen evenwijdig en op afstand tot de geleidingsbaan 4 zijn. Nadat de spreidvingers 9, 10 in het ventiel zijn bewogen, worden zij door een niet weergegeven aandrijving uit elkaar bewogen.
De spreidinrichting 3 heeft behalve de spreidvingers 9, 10 een optrekhaak 11, die tezamen met de spreidvingers 9, 10 10 in het ventiel wordt bewogen. De optrekhaak 11 is door middel van een aan de spreidinrichting 3 bevestigde zuiger-cilinder-eenheid 12 dwars tot de bewegingsrichting van de spreidvingers 9, 10 verplaatsbaar. In dit uitvoeringsvoorbeeld is het in het ventiel bewogen vrije einde van de optrekhaak 11 ter aanpassing aan de om-15 trek van de vulstomp boogvormig uitgevoerd, zoals figuur 2 dit toont. De bewegingen van de spreidvingers 9, 10 alsmede die van de optrekhaak 11 zijn zodanig op elkaar af gestemd, dat de zak vast wordt overgenomen. De optrekhaak 11 kan nog bij vlak liggende zak in de richting tot de geleidingsbaan 4 worden verplaatst, hoewel 20 het anderzijds echter ook mogelijk is, als de te vullen zak onmiddellijk voor de vulstomp 5 staat. De spreidinrichting 3 wordt dan om een met het verwijzingscijfer 13 uitgeruste horizontale as gezwenkt, in het betreffende uitvoeringsvoorbeeld kloksgewijze. De gezwenkte stand is in figuur 2 met het verwijzingscijfer 3a uitge-25 rust. De vulstomp is eveneens met streeppuntlijnen aangeduid. Uit de tekening blijkt, dat de spreidvingers 9, 10 en de optrekhaak 11 buiten de uitwendige omtrek van de vulstomp 5 liggen. De spreidinrichting 3 wordt door eenm niet weergegeven aandrijving naar de vulstomp 5 verplaatst, zoals dit door de pijl C is aangeduid. De 30 vulstomp 5 respectievelijk de verpakkingsmachine is zodanig ontworpen, dat de spreidvingers 9, 10 en de optrekhaak 11 met de daaraan hangende zak langs de vulstomp 5 kunnen bewegen en daardoor de zak op de vulstomp 5 trekken.
Op een tevoren bepaalde plaats wordt door niet 35 weergegeven stempel de zak 7 aan de vulstomp 5 bevestigd. Daarna * 8 fc 0 y u 0 5 - 7 - wordt de spreidinrichting 3 nog zo ver naar de verpakkingsmachine toe bewogen, dat de spreidvingers 9, 10 en de optrekhaak 11 uit het ventiel naar buiten worden getrokken. De bewegingsrichting van de spreidinrichting 3 wordt voor het opnemen van een nieuwe zak omge-5 keerd.
Het zwenken van de spreidinrichting 3 moet niet direct na het naar binnen bewegen van de spreidvingers 9, 10 in het ventiel plaatsvinden, doch kan ook gedurende de beweging in de richting naar de vulstomp 5 of direct voor de vulstomp 5 plaatsvin-10 den.
Uit de figuren 1 en 3 blijkt, dat de geleidings-baan 4 uit en buis respectievelijk uit een as bestaat, die aan een horizontaal lopende traverse 14 is ondersteund. Op deze as respectievelijk deze buis is een tegen verdraaiing beveiligde schuifhuls 15 15 aangebracht, die aan de naar de tafel 2 toegekeerde zijde een bevestigingsplaat 16 voor het aanbrengen van de spreidinrichting 3 bezit. De eindstand van de schuifhuls 15 na het optrékken van de zak 7 op de vulstomp 5 is in figuur 1 met 15a aangeduid.
De in de figuren 4-6 weergegeven afneeminrichting 20 bestaat in hoofdzaak uit de nog nader toe te lichten, in verticale richting verplaatsbare zuiginrichting en de om redenen van duidelijkheid slechts in figuur 1 weergegeven tafel 2 voor het afnemen van een zakstapel 17. De tafel 2 is door middel van een niet weergegeven aandrijving in een horizontaal vlak dwars tot de langskan-25 ten van de zakken van de zakstapel 17 verplaatsbaar. De aandrijving wordt via een eveneens niet weergegeven besturing zodanig beïnvloed, dat bij een tevoren bepaalde gewenste stand van de bovenste zak 17a van de zakstapel 17 en dus ook de tafel 2 voor het af nemen van de zak door de zuiginrichting 8 in de betreffende stand blijft. 30 Op niet nader weergegeven wijze kunnen de verplaatsbaarheid van de tafel 2 door op de tafel 2 aangebrachte looprollen plaatsvinden. De looproliën zouden dan op een ondergrond moeten rusten. Bij een andere constructieve uitvoering zou de tafel 2 ook op twee evenwijdig en op afstand tot elkaar liggende geleidingsstangen verplaatsbaar 35 kunnen zijn.
k f» ' - Π £ . V V W' l-· V V* « - 8 - *
De zuiginrichting 8 bestaat in hoofdzaak uit een in bovenaanzicht rechthoekig gevormde zuigplaat 8a, die in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld de onderste begrenzing van een zuigkast vormt, waarop een afzuigstomp 8b is aangesloten. De afzuigstomp 8b 5 is op een vacuumpomp aangesloten. Het opbouwende vacuum kan door geschikte, niet weergegeven middelen in afhankelijkheid van de stand van de zuiginrichting 8 worden bestuurd.
De zuiginrichting 8 is aan een ondersteuning 18 bevestigd, waarop vasthoudstukken 19 zijn vastgeschroefd. Op de 10 vrije, loodrecht op de tafel 2 staande benen van het vasthoudstuk 19 zijn aan beide zijden uitstekende bouten 20 bevestigd. Op de eindgebieden van elke bout 20 is telkens een looprol 21 vrij draaibaar gelagerd. Twee op de bouten 20 gelagerded looprollen vormen dienovereenkomstig een looprollenpaar. Twee op afstand tot elkaar 15 aangebrachte looprollen paren vormen een geleiding voor een dwars tot de langskanten van de zakken van de zakstapel 17 verplaatsbare aandruklijst 22, die in het geldende uitvoeringsvoorbeeld uit een buis met vierkante dwarsdoorsnede bestaat, waarbij echter de van de tafel 2 afgekeerde en evenwijdig daaraan zijnde wand met een door-20 gaande langsspleet is uitgerust, waarin de de bout dragende benen van het vasthoudstuk 19 grijpen. In het geldende uitvoeringsvoorbeeld is aan elke langszijde van de zuigplaat 8a een aandruklijst 22 aangebracht. Zoals figuur 4 toont, zijn de bij elkaar behorende kopeinden van de aandruklijsten 22 door een stang 23 met elkaar 25 verbonden, zodat door een uit een zuiger-cilinder-eenheid 24 gevormde aandrijving in een tot de tafel 2 evenwijdig vlak verplaatst kan worden.
Uit figuur 5 blijkt nog, dat de aandruklijsten 22 weliswaar op de zuiginrichting 8 zijn aangebracht, echter bovendien 30 nog ten opzichte van de zuiginrichting 8, bijvoorbeeld door een niet weergegeven zuiger-cilinder-eenheid verplaatsbaar zijn. In figuur 5 is de bovenste stand van de zuigplaat 8a bij op de zakstapel 17 gebrachte aandruklijsten 22 weergegeven.
In de figuren 5 en 6 is met het verwijzingscijfer 35 25 nog een aanslag aangeduid, die op de tafel 11 is aangebracht en . 8 6 0 α u Ö 5 k f - 9 - tegen de zakken van de zakstapel 17 met een bij het ventiel behorende sluitnaad aanliggen. In figuur 6 is bovendien de gedeeltelijk weergegeven buitenomtrek met 17a aangeduid. De spieetvormige vulopening van de bovenste zak van de zakstapel 17 is met streeppunt-5 lijnen aangeduid en van 17b voorzien. De van de vulopening 17b afgekeerd liggende langskant van de zak 17a draagt het verwijzings-cijfer 17c. Op de zak is een balkvormig stuurteken 26 gedrukt, dat in het geldende uitvoeringsvoorbeeld evenwijdig aan de vulopening 17b van het ventiel loopt en in de richting naar de van de vulope-10 ning 17b afgekeerd liggende langskant 17c is verplaatst. Aan de ondersteuning 18 is een fotoceltaster 27 bevestigd, die ten opzichte van de verplaatsbare tafel 2 vaststaat. Zoals figuur 6 toont, ligt de fotocel 27 in het ventielgebied van de zak 17a.
/
Op de zuiginrichting 8 is bovendien nog een om een 15 horizontale as 28 zwenkbare openingshefboom 29 aangebracht, die in het geldende uitvoeringsvoorbeeld hoekvormig is uitgevoerd en waarvan het vrije einde in de vulopening 17b van het ventiel beweegbaar is, zodra de vulopening zich door de naar boven plaatsvindende beweging van de zuigplaat 8a een beetje heeft geopend. De openings-20 hefboom 19 grijpt bij voorkeur in het midden van de vulopening 17b aan, kan echter in tegenstelling tot het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld ook verplaatst tot het midden liggen. De openingshefboom 29 wordt door een zuiger-cilinder-eenheid 30 bediend, waarvan de zuigerstang aan een draaivast op de horizontale as 28 aangebrachte 25 bedieningshefboom 31 is verbonden. In het bijzonder figuur 6 toont, dat de zuiger-cilinder-eenheid 30 en de openingshefboom 29 zijdelings verplaatst ten opzichte van elkaar zijn opgesteld.
Voor het verwijderen van de bovenste zak 17a van de zakstapel 17 wordt de tafel door de aandrijving in een - gezien ten 30 opzichte van figuur 5 - linkse eindstand gebracht. In deze eindstand is gewaarborgd, dat de zuiginrichting 8 buiten werking is.
Uit deze eindstand wordt de tafel 2 in pijlrichting A bewogen, en dan gestopt, als de lichtstraal van de fotocel 27 op het stuurteken 26 komt. Aangezien het stuurteken 26 telkens in de zelfde stand tot 35 de vulopening 17b van het ventiel is, is gewaarborgd, dat onafhan- * ^ 1 0 y. , v,· - 10 - kelijk van een verplaatsing van de zakken elke door de zuiginrich-ting 8 opgenomen zak in de zelfde stand tot de zuigplaat 8a is. Gedurende de uitrichtbeweging van de tafel 2 zijn de aandruklijsten 22 door de belasting van niet weergegeven zuiger-cilinder-eenheden 5 zodanig in de richting naar de zakstapel verplaatst, dat de naar de zakstapel 17 toegekeerde vlakken ten opzichte van de zuigplaat 8a uitsteken. Gedurende deze beweging van de tafel 2 is de zuiger-ci-linder-eenheid 24 ontlucht respectievelijk drukloos, waardoor de aandruklijsten 22 door de wrijving synchroon met de tafel 2 worden 10 bewogen. Zodra de lichtstraal van de fotocel 27 op het stuurteken 26 komt en de tafel 2 stilstaat, worden de niet weergegeven zuiger-cilinder-eenheden voor het verplaatsen van de aandruklijsten 22 in verticale richting ontlucht respectievelijk drukloos gemaakt, en wordt de zuigplaat 8a daarna naar de zaktstapel 17 bewogen. Door 15 het dan optredende vacuum wordt de bovenste zak 17a van de zakstapel 17 bij een opwaartse beweging van de ondersteuning 18 meegenomen. Aangezien de zuigplaat 8a in het ventielgebied aangrijpt, wordt het ventiel enigszins geopend, zodat de openingshefboom 29 en aansluitend de spreidvingers 9, 10 in het ventiel kunnen bewegen. 20 Door middel van de spreidinrichting 3 wordt de zak dan naar de vul-stomp getransporteerd en daarop gestoken. Zodra de bovenste zak 17a door de zuigplaat 8a werd over genomen, kan de zuiger-cilinder-een-heid worden belast, opdat de aandruklijsten 22 in pijlrichting B kunnen worden verplaatst. Voordat zij echter op de zakstapel 17 ko-25 men, moeten zij in hun oorspronkelijke uitgangsstand terug worden gebracht door het omschakelen van de zuiger-cilinder-eenheid 24. Na het overnemen van de zak door de sprei dinrichting 3 wordt de ondersteuning 18 respectievelijk de zuiginrichting 8 en dus ook de aandruklijsten 22 voor het af nemen van de volgende zak naar beneden 30 bewogen, waarbij de niet weergegeven zuiger-cilinder-eenheden voor het verticaal bewegen van de aandruklijsten 22 worden belast.
In figuur 5 moet door de dubbele pijl D worden aangeduid, dat de aandruklijsten 22 ten opzichte van de zuiginrichting 8 door niet weergegeven aandrijf middelen een relatief beweging in 35 verticale richting kunnen uitvoeren. Door de pijl 10 dient te wor- i ·'· l
5 b .. V ..· V W
- 11 - den. verduidelijkt, dat de zuiginrichting 8 in verticale richting voor het afnemen van de telkens bovenste zak verplaatsbaar is.
In tegenstelling tot de weergegeven uitvoeringsvorm is ook een uitvoering denkbaar, waarbij de aandruklijsten 22 onaf-5 hankelijk van de zuiginrichting 8. beweegbaar zijn. Daartoe zou evenwel nog een extra aandrijving nodig zijn. Opgemerkt wordt nog, dat de in hoofdzaak uit de afneeminrichting en de spreidinrichting bestaande inrichting in het ritme van de vulmachine wordt bestuurd.
10 De beschreven inrichting is in het bijzonder voor serieverpakkingsmachines bruikbaar. Deze verpakkingsmachines zijn gewoonlijk met meerdere vulstompen uit gerust. Hët kan dan voor het bedienen van de afzonderlijke vulstompen zinvol zijn de gehele inrichting te verplaatsen.
. l .05

Claims (24)

1. Inrichting voor het opsteken van ventielzakken op de vulstomp(en) van een verpakkingsmachine, bij voorkeur van zijvouwventielzakken die aan de tegenover elkaar gelegen zijden elk door een dwars tot de langskanten lopende sluitnaad zijn afgesloten 5 en waarbij het ventiel onder een sluitnaad in een langszijwand is aan gebracht, met een spreidinrichting voor het optrekken van het ventiel, met het kenmerk, dat de spreidinrichting om een horizontale as (13) zodanig zwenkbaar is, dat het ventiel in lijn tot de vulstomp (5) staat en dat de spreidinrichting (3) langs een hori- 10 zontale geleidingsbaan (4) verplaatsbaar is.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de zwenkas (13) van de spreidinrichting (3) evenwijdig en op afstand tot de geleidingsbaan (4) ligt, en dat de geleidingsbaan evenwijdig tot de middenlangsas van de vulstomp staat.
3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de zwenkas (13) in verticale projectie onder de geleidingsbaan (4) ligt.
4. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de spreidinrichting (3) twee tegen elkaar in beweegbare spreid- 20 vingers (9, 10) en tenminste één dwars tot de bewegingsrichting van de spreidvingers (9, 10) beweegbare optrekhaak (11) bezit.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de spreidvingers (9, 10) hoekvormig zijn uitgevoerd, waarbij het vrije afgeschuinde einde in het ventiel beweegbaar is.
6. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de optrekhaak (11) hoekvormig is uitgevoerd, en dat het vrije in het ventiel te brengen been als een aan de uitwendige omtrek van de vulstomp (5) aangepast cirkelsegment is uitgevoerd.
7. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, 30 dat de optrekhaak (11) door middel van een aan de spreidinrichting (3) aangebrachte zuiger-cilinder-eenheid (12) verplaatsbaar is.
8. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, - β t ü . i 0 5 4 - 13 - dat de geleidingsbaan (4) als een bovenwaarts en zijdelings verplaatst tot de vulstomp (5) liggende as is uitgevoerd, dat op deze as een tegen rotatie beveiligde schuifhuls (15) is aangebracht, waaraan door middel van een bevestigingsplaat (16) de spreidinrich-5 ting (3) is bevestigd.
9. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de spreidinrichting (3) door middel van een bestuurbare aandrijving langs de geleidingsbaan (4) verplaatsbaar is.
10. Inrichting volgens conclusie 1, met het ken merk, dat de inrichting een voor de spreidinrichting aangebrachte afneeminrichting bezit, dat de afneeminrichting in hoofdzaak uit een horizontale stapeltafel (2) voor het opnemen van een uit meerdere vlakliggende zakken gevormde stapel (17), een in verticale 15 richting verplaatsbare zuiginrichting (8) voor het heffen van de telkens bovenste zak (17a) van de stapel (17) en tenminste één op de zakstapel in het ventieigebied te brengen, synchroon met de tafel (2) verplaatsbare aandruklijst (22) is opgebouwd, waarbij de stapeltafel (2) door middel van een aandrijving en een besturing 20 (26, 27) tenminste dwars tot de langskanten van de zakken in een horizontaal vlak verplaatsbaar is, tot tenminste de vulopening (17b) van het ventiel van de bovenste zak (17a) van de stapel (17) in de juiste stand tot de zuiginrichting (8) staat.
11. Inrichting volgens conclusie 10, met het ken-25 merk, dat de tafel (2) uitsluitend dwars tot de langskanten van de zakken verplaatsbaar is, dat twee evenwijdig en op afstand tot elkaar liggende aandruklijsten (22) zijn aangebracht, dat elke aandruklijst op een relatief geringe afstand tot de vulopening (17b) van het ventiel ligt en loodrecht op de vulopening (17b) en dat de 30 aandruklijsten (22) door middel van een aandrijving uit het gebied van de zuiginrichting (8) beweegbaar zijn voor het overgeven van de bovenste zak (17b) aan de spreidvingers (9, 10) van de spreidinrichting.
12. Inrichting volgens conclusie 11, met het ken-35 merk, dat de aandruklijsten (22) door middel van een stang (23) . 6. . ; ; s - 14 - zijn verbonden, en dat op de stang de uit een zuiger-cilinder-een-heid (24) gevormde aandrijving aangrijpt.
13. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de aandruklijsten (22) op de zuiginrichting (8) zijn aan- 5 gebracht.
14. Inrichting volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de zuiginrichting (8) in hoofdzaak uit een in bovenaanzicht rechthoekig gevormde zuigplaat (8a), die de onderste begrenzing van de zuigkast is, en een zuigstomp (8b) bestaat.
15. Inrichting volgens conclusie 13, met het ken merk, dat de aandruklijsten (22) en de zuiginrichting (8) op een in verticale richting verplaatsbare ondersteuning (18) zijn aangebracht, en dat de zuiginrichting (8) door middel van een extra aandrijving ten opzichte van de aandruklijsten (22) in verticale rich- 15 ting beweegbaar is.
15. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de besturing voor de aandrijving van de tafel (2) een taster, bij voorkeur een aanrakingsloos werkende fotocel (27) bezit, waardoor de aandrijving van de tafel (2) bij een voorgeschre- 20 ven stand van het ventielgebied van de bovenste zak (11a) kan worden gestopt.
17. Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat aan de taster (17) een in het ventielgebied van de telkens bovenste zak (17a) liggend stuurteken (26) is toegevoegd.
18. Inrichting volgens één der voorgaande conclu sies, met het kenmerk, dat elke aandruklijst (22) uit een holle profielrail bestaat, dat aan de zuiginrichting voor elke aandruklijst tenminste twee op afstand tot elkaar aangebrachte looprollen (21) zijn aangbracht, waarop de bijbehorende aandruklijst (22) ver- 30 plaatsbaar is.
19. Inrichting volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat elke looprol (21) uit een rollenpaar bestaat, waarbij de afzonderlijke rollen op een gemeenschappelijke bout (22) vrij draaibaar zijn gelagerd.
20. Inrichting volgens één der voorgaande conclu- , Ê · l ; $ - 15 - sies, met het kenmerk/ dat de aandruklijst of aandruklijsten (22) in een tot de tafel (2) evenwijdig vlak verplaatsbaar zijn.
21. Inrichting volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de aandruklijsten (22) door middel van een aandrijving 5 ten opzichte van de zuiginrichting (8) in verticale richting verplaatsbaar zijn.
22. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de afneeminrichting een om een horizontale as (28) zwenk-bare openingshefboom (29) bezit, die met zijn vrije einde in de 10 voor geopende vulopening (17b) van het ventiel kan worden gebracht.
23. Inrichting volgens conclusie 22, met het kenmerk, dat de openingshefboom hoekvormig is uitgevoerd, en bij voorkeur in de middenlangsas van het ventiel (17b) ligt.
24. Inrichting volgens conclusie 23, met het ken-15 merk, dat de openingshefboom (29) door een zuiger-cilinder-eenheid (30) aandrijfbaar is, die naar buiten verplaatst tot de openingshefboom (29) ligt. - o-o-o-o-o-o-o-o-o- .8^0 '
NL8800005A 1987-01-08 1988-01-05 Inrichting voor het opsteken van ventielzakken op de vulstomp(en) van een verpakkingsmachine. NL8800005A (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE3700345 1987-01-08
DE19873700345 DE3700345A1 (de) 1987-01-08 1987-01-08 Vorrichtung zum aufstecken von ventilsaecken auf den oder die fuellstutzen einer packmaschine
DE3715926 1987-05-13
DE19873715926 DE3715926A1 (de) 1987-05-13 1987-05-13 Vorrichtung zum aufstecken von ventilsaecken auf den oder die fuellstutzen einer packmaschine

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8800005A true NL8800005A (nl) 1988-08-01

Family

ID=25851429

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8800005A NL8800005A (nl) 1987-01-08 1988-01-05 Inrichting voor het opsteken van ventielzakken op de vulstomp(en) van een verpakkingsmachine.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US4873816A (nl)
CA (1) CA1291088C (nl)
FR (1) FR2609447B1 (nl)
GB (1) GB2199801B (nl)
NL (1) NL8800005A (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5050651A (en) * 1990-07-26 1991-09-24 Bates Ventil Saekke Co. A/S Apparatus for the opening and separating of valve bags
FI97042C (fi) * 1994-06-23 1996-10-10 Rosenlew Ab Oy W Menetelmä suurpakkausten täyttämiseksi, täyttömenetelmässä käytetty suurpakkauksen täyttöosa ja suurpakkausten kuljetuspakkaus
DK172472B1 (da) * 1994-07-05 1998-09-07 Bates Ventil Saekke Co As Fremgangsmåde og apparat til flytning af en ventilsæk fra en fyldeposition til en lukkeposition samt fyldetud hertil
EP2817228B1 (de) 2012-02-20 2016-12-07 Bühler AG Vorrichtung und verfahren für die schüttgutabsackung in ein gebinde
CN103318465B (zh) * 2013-07-04 2015-02-04 安徽远鸿机械自动化有限公司 一种应用于不覆膜编织袋的给袋包装机

Family Cites Families (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1052335A (nl) * 1963-04-29 1966-12-21
US3522691A (en) * 1968-11-12 1970-08-04 L D Adcox Machine for applying valve sack on filling machine spout
JPS5216038B1 (nl) * 1971-04-28 1977-05-06
US3715858A (en) * 1971-09-01 1973-02-13 Cherry Burrell Corp Valve bag placer
FR2196272B3 (nl) * 1972-08-17 1976-07-30 Mahlkuch Greif Werk Ernst
US3943687A (en) * 1973-07-18 1976-03-16 El Cu S.P.A. Apparatus for taking-up and conveying bags
GB1478507A (en) * 1974-01-04 1977-07-06 Windmoeller & Hoelscher Machine for sliding valved sacks onto the filling nipple of a filling machine
DE2713409A1 (de) * 1977-03-26 1978-09-28 Haver & Boecker Vorrichtung zum aufstecken von leeren ventilsaecken auf nebeneinanderliegende fuellrohre einer packmaschine
FR2423401A1 (fr) * 1978-04-21 1979-11-16 Peters Ag Claudius Machine a remplir les sacs a valve
US4334558A (en) * 1980-06-03 1982-06-15 Durant Will G Valve bag placer
FR2570674B1 (fr) * 1984-08-22 1987-07-17 Atochem Perfectionnements aux machines de conditionnement de matieres pulverulentes dans les sacs a valve a l'aide de placeurs de sacs

Also Published As

Publication number Publication date
GB2199801A (en) 1988-07-20
GB8800117D0 (en) 1988-02-10
FR2609447B1 (fr) 1991-11-29
CA1291088C (en) 1991-10-22
US4873816A (en) 1989-10-17
GB2199801B (en) 1991-03-06
FR2609447A1 (fr) 1988-07-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4078358A (en) Bag-hanging and bag-filling machines adapted for synchronous and independent operation and method of using same
US4687462A (en) Process for the automatic insertion of box-shaped bags
US4414789A (en) Apparatus for transforming blanks into corresponding containers by parallelepiped shape
US4437851A (en) Method and apparatus for handling and setting up large size slit-boxes
EP0461084B1 (en) Device for making carton from flattened tubular blanks
NL8800005A (nl) Inrichting voor het opsteken van ventielzakken op de vulstomp(en) van een verpakkingsmachine.
NL193453C (nl) Inrichting voor het groepsgewijs in een doos verpakken van een aantal voorwerpen.
DE3424233C2 (nl)
NL8102118A (nl) Zakvulinrichting voor verpakkingsmachine.
US5308056A (en) Apparatus for stacking flat workpieces on a stacking table
US5689931A (en) Case erector with A-B detection
US5414973A (en) Apparatus for conveying a textile product
US5720156A (en) Case packing apparatus and method
US3287882A (en) Bale closing and sealing apparatus
JP2021041559A (ja) 内袋敷設装置
EP0680882B1 (en) A machine for packing items of clothing such as stockings and similar articles into cartons
US4778438A (en) Fabric stacking device
NL1015409C2 (nl) Inrichting voor het in hoezen verpakken van voorwerpen, zoals potplanten.
NL8601428A (nl) Inrichting voor het verpakken van een rij deksels, en de vervaardigde verpakking.
NL1012033C1 (nl) Werkwijze en inrichting voor het aanbrengen van een zakfolie in een omdoos of krat.
CN214294739U (zh) 纸托成型折托机
NL194236C (nl) Inrichting voor het automatisch ÚÚn voor ÚÚn afnemen van zakken of soortgelijke voorwerpen van een stapel.
EP0930236A1 (en) Machine for automatically packaging items, particularly hosiery items, in a bag
EP3909869A1 (en) Machine for closing and overturning boxes made of cardboard
KR102411887B1 (ko) 스마트 의류 포장기

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed