NL8702627A

NL8702627A - Verwarmingsketel.

Info

Publication number: NL8702627A
Application number: NL8702627A
Authority: NL
Original assignee: Econosto Nv
Priority date: 1987-11-04
Filing date: 1987-11-04
Publication date: 1989-06-01
Also published as: EP0315288A1; US4901678A

Description

% » J? ft

Econosto N.V. te Rotterdam Verwarmingsketel

De uitvinding heeft betrekking op een verwarmingsketel, voorzien van een brander voor het verbranden van een mengsel van lucht en een gasvormige brandstof, een toevoerkanaal voor het toevoeren van de lucht aan de brander, een afvoerkanaal voor het af voeren van de bij de 5 verbranding gevormde verbrandingsgassen, een warmtewisselaar voor het overdragen van de in de verbrandingsgassen aanwezige warmte aan een verwarmingsmedium, en een ventilator voor het bewerkstelligen van een drukverschil tussen toevoer- en afvoerkanaal ten einde een luchtstroom via het toevoerkanaal naar de brander te veroorzaken.

10 Dergelijke verwarmingsketels zijn onder andere bekend onder de naam hoog rendements CV-ketel. Tijdens bedrijf zal de ketel, in het bijzonder het toevoerkanaal, brander, warmtewisselaar en afvoerkanaal vervuilen. Ten einde een ontoelaatbare vervuiling van de ketel te voorkomen, is het gebruikelijk om de ketel periodiek, bijvoorbeeld 15 jaarlijks, te reinigen. De snelheid van vervuilen hangt sterk af van ketelconstructie, de gebruiksintensiteit, het temperatuursniveau van de afgewerkte verbrandingsgassen, verontreiniging van de verbrandingslucht (chloorverbindingen, atmosferische stof) en verontreiniging van de brandstofzwavelverbindingen, zodat de lengte van de periode tussen 20 tijdstippen waarop een reiniging moet plaatsvinden, geenszins betrouwbaar voorspelbaar is. Om te voorkomen dat de vervuiling van de ketel de maximaal toegestane waarde overschrijdt, is de periode tussen de reinigingen in het algemeen veel korter dan noodzakelijk gekozen. Dit heeft echter het bezwaar, dat de ketel onnodig vaak gereinigd 25 wordt, hetgeen de onderhoudskosten van de ketel onnodig verhoogd.

. 8702627 ^ 2 f'

De uitvinding stelt zich ten doel een verwarmingsketel volgens de aanhef te verschaffen, waarbij aan het bovengenoemde bezwaar tegemoet wordt gekomen. Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de verwarmingsketel is voorzien van middelen voor het bepalen van de mate 5 van vervuiling van de verwarmingsketel en voor het afgeven van een alarmsignaal in afhankelijkheid van de bepaalde mate van vervuiling, indien deze een voorafbepaalde waarde is overschreden, en van middelen voor het door aanpassing van de luchtopbrengst van de ventilator handhaven van de luchtstroom boven een voorafbepaalde minimum waarde.

10 Hierdoor wordt bereikt, dat gebruiker zelf kan zien wanneer de ketel aan een reinigingsbeurt toe is, waardoor steeds het meest gunstige moment voor de reinigingsbeurt gekozen kan worden. Doordat bovendien de luchtstroom naar de brander door aanpassing van de luchtopbrengst van de ventilator gehandhaafd blijft, kan de vervuilde ketel nog geruime tijd 15 in bedrijf blijven, zodat de gebruiker ruim voldoende tijd heeft om een reinigingsbeurt te laten uitvoeren.

Een vanwege zijn eenvoud bijzonder aantrekkelijke uitvoeringsvorm van de verwarmingsketel wordt gekenmerkt doordat de de middelen voor het bepalen van de mate van vervuiling een in het toevoerkanaal geplaatste 20 stuw en een verschildrukmeter omvatten, waarbij de verschildrukmeter is ingericht voor het bij ingeschakelde ventilator detecteren van een afname van de verschildruk tot beneden een voorafbepaalde minimumwaarde en waarbij de verwarmingsketel verder is voorzien van middelen voor het, in reactie op een detectie van de afname van de verschildruk tot beneden 25 de genoemde minimumwaarde, af geven van het alarmsignaal en het verhogen van het toerental van de ventilator.

Een verdere uitvoeringsvorm van de verwarmingsketel wordt gekenmerkt doordat middelen voor het bij verhoogd toerental van de ventilator in reactie op een detektie van de afname van de verschildruk tot beneden /87 0262.7 3 ; de genoemde minimumwaarde opwekken van een blokkeringssignaal en door middelen die in reactie op het blokkeringssignaal het opnieuw in bedrijf stellen van de verwarmingsketel verhinderen. Bij deze uitvoeringsvorm wordt voorkomen/ dat bij een langdurig negeren van het alarmsignaal een 5 onveilige situatie ontstaat.

Eten andere uitvoeringsvorm van de verwarmingsketel wordt gekenmerkt doordat de verwarmingsketel is voorzien van een regelsysteem voor het regelen van het toerental van de ventilator op een waarde/ waarbij de massastroom van de lucht in het toevoerkanaal in hoofdzaak 10 gelijk blijft en waarbij de middelen voor het bepalen van de mate van vervuiling zijn voorzien van middelen voor het bepalen van een maat voor het genoemde drukverschil tussen toevoer en afvoerkanaal en van middelen voor het uit de genoemde maat voor het drukverschil afleiden van een vervuilingsindicatiesignaal/ dat indicatief is voor de mate van 15 vervuiling/ en voor vergelijkingsmiddelen voor het vergelijken van het vervuilingsindicatiesignaal met een referentiewaardé en voor het opwekken van. het alarmsignaal indien het vervuilingsindicatiesignaal de referentiewaarde in een voorafbepaalde richting heeft overschreden. Bij deze uitvoeringsvorm wordt gebruik gemaakt van het feit/ dat bij een 20 regeling van de luchtmassastroom de verschildruk tussen toevoer- en afvoerkanaal informatie over de mate van vervuiling van de ketel bevat.

Voor een optimale verbranding is het wenselijk dat de massastroom van lucht naar dé brander in hoofdzaak constant gehouden wordt. Daar het soortelijk gewicht van de lucht sterk afhangt van de temperatuur/ zal 25 ook de voor de bewerkstelliging van de gewenste massastroom benodigde verschildruk sterk van de buitentemperatuur afhangen. Een uitvoeringsvorm van de verwarmingsketel waarin deze temperatuursinvloed gecondenseerd wordt/ wordt gekenmerkt doordat de verwarmingsketel is voorzien van een temperatuuropnemer voor het bepalen van de temperatuur . 87 02.6 2.7 t 4 van de lucht in het toevoerkanaal/ waarbij de afleidingsmiddelen aanpassingsmiddelen omvatten voor het, door middel van een van de bepaalde temperatuur afhankelijke aanpassing, van de genoemde maat voor de verschildruk afleiden van het vervuilingsindicatiesignaal.

5 Een andere uitvoeringsvorm van de verwarmingsketel wordt gekenmerkt doordat het regelsysteem een gesloten lus regelsysteem is, voorzien van een regelaar voor het opwekken van een regelsignaal voor de sturing van het toerental van de ventilator, overeenkomstig het regelsignaal, waarbij het regelsignaal fungeert als de genoemde maat voor de 10 verschildruk. Bij deze uitvoeringsvorm wordt voordelig gebruik gemaakt van het feit, dat bij toepassing van het genoemde gesloten lus regelsysteem het regelsignaal indicatief is voor de verschildruk.

Nog een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de verwarmingsketel is voorzien van middelen voor het bepalen 15 van de massastroom van lucht in het toevoerkanaal en van een vergelijkingsschakeling voor het vergelijken van de benodigde massastroom met een minimum referentiewaarde en voor het opwekken van een blokkeringssignaal, indien de bepaalde massastroom lager is dan de minimum referentiewaarde, en van middelen voor het in reactie op het 20 blokkeringssignaal verhinderen van het in bedrijfstellen van de verwarmingsketel. Deze uitvoeringsvorm heeft het voordeel, dat bij het langdurig negeren van het vervuilingsindicatiesignaal voorkomen wordt, dat bij een te grote mate van vervuiling van de brander de verwarmingsketel in bedrijf gehouden wordt, hetgeen zou leiden tot onveilige 25 situaties.

.8702627 ♦ 5

Uitvoeringsvormen van de verwarmingsketel/ alsmede verdere voordelen ervan worden hierna in detail beschreven onder verwijzing naar de figuren 1 tot en met 4/ waarbij figuur 1 en 3 schematisch uitvoeringsvormen van de verwarmingsketel volgens de uitvinding tonen en 5 figuur 2 en 4 uitvoeringsvormen van de in de verwarmingsketel volgens de uitvinding toegepaste elektronische schakeling tonen.

Figuur 1 geeft schematisch een uitvoeringsvorm van een verwarmingsketel 1 volgens de uitvinding weer. De verwarmingsketel 1 omvat een toevoerkanaal 2 voor het toevoeren van de lucht naar een 10 brander 3. In het toevoerkanaal 1 is een mengorgaan 4, welke bijvoorbeeld een venturi omvat/ geplaatst voor het mengen van de toegevoerde lucht met een gebruikelijke gasvormige brandstof/ die via een brandstof-toevoerkanaal 5 aan het mengorgaan 4 wordt toegevoegd. Het aldus gevormde brandbare mengsel van gasvormige brandstof en lucht wordt in de 15 brander 3 verbrand. De daarbij gevormde verbrandingsgassen worden langs een of meer warmtewisselaars 6 geleid/ waarbij de in de verbrandingsgassen opgeslagen warmte wordt overgedragen op een verwarmingsmedium/ bijvoorbeeld water of lucht. De in de warmtewisselaar(s) 6 afgekoelde verbrandingsgassen worden afgevoerd via een afvoerkanaal 7.

20 Teneinde een luchtstroom via het toevoerkanaal 2 te bewerk stelligen/ wordt met een aan de ingang van het toevoerkanaal 2 geplaatste ventilator 8 een drukverschil tussen de ingang van het toevoerkanaal en het afvoerkanaal opgewekt. Met behulp van de gesloten lus regelsysteem/ dat een temperatuurdetektor 9 een massastroomdetektor 25 10/ bijvoorbeeld de door SARASOLA op de markt gebrachte detektor van het type FM 713/ een elektronische schakeling 11 en de ventilator 8 omvat/ wordt de massastroom van lucht in hoofdzaak constant gehouden.

.8702627 « 6

Figuur 2 toont een uitvoeringsvorm van de elektronische schakeling 11. Het door de temperatuurdetektor 9 opgewekte temperatuur-signaal Vt, dat de temperatuur van de lucht in het toevoerkanaal 2 vertegenwoordigt, wordt tezamen met het door de massastroomdetektor 10 5 opgewekte massastroomsignaal Vm, dat de massastroom van lucht in het toevoerkanaal 2 vertegenwoordigt, toegevoerd aan een compensatie-schakeling 20. Met behulp van de compensatieschakeling 20 wordt gecompenseerd voor de temperatuursinvloed op de massastroommeting door detektor 10. Het gecompenseerde massastroomsignaal Vm wordt toegevoerd 10 aan de niet inverterende ingang van een verschilversterker 21. Aan de inverterende ingang van de verschilversterker 21 wordt een referentie-signaal Vrl toegevoerd, dat de gewenste waarde van de massastroom vertegenwoordigt. De verschilversterker 21 doet dienst als regelaar, en wekt aan zijn uitgang een regelsignaal Vr op, dat wordt toegevoerd aan 15 een bekrachtigingsschakeling 22, voor het bekrachtigen van de ventilator 8, overeenkomstig de amplitude van het regelsignaal Vr.

Met de hiervoor beschreven gesloten lus regelkring, wordt het toerental van de ventilator 8 steeds zodanig aangepast, dat de massastroom van lucht in het toevoerkanaal in hoofdzaak constant gehouden 20 wordt. Indien de mate van de vervuiling toeneemt, zal het door de ventilator 8 opgewekte drukverschil voor het bewerkstelligen van de luchttoevoer naar de brander 3 toenemen. Dit drukverschil bevat dus informatie omtrent de mate van vervuiling. Het benodigde drukverschil wordt behalve door de mate van vervuiling, nog bepaald door de 25 temperatuur van de toegevoerde lucht. Zo is het soortgelijke gewicht van lucht bij lage temperatuur hoger dan het soortgelijk gewicht bij hoge temperatuur, hetgeen resulteert in een toename van het benodigde drukverschil bij toenemende luchttemperatuur.

,8702627 7 »

Daar het benodigde drukverschil hoofdzakelijk door de luchttemperatuur en de mate van de vervuiling van de ketel wordt bepaald/ kan door een temperatuursafhankelijke aanpassing van een maat voor het drukverschil/ een maat voor de vervuiling van de ketel worden 5 afgeleid/ bijvoorbeeld door middel van een lineaire combinatie voor de maat voor het drukverschil en een maat voor de luchttemperatuur.

Het zal duidelijk zijn dat de maat voor het drukverschil op tal van wijzen kan worden bepaald/ b.v, door een verschildrukmeter van een gebruikelijke soort die het drukverschil over de stuw meet. Een 10 bruikbare maat voor het drukverschil die bij toepassing van een gesloten lus regelsysteem voor het konstant houden van de massastroom van lucht reeds beschikbaar is/ is het regelsignaal Vr. In de in figuur 2 getoonde uitvoeringsvorm wordt met behulp van een compensatieschakeling 23 door middel van het lineair conbineren van het temperatuursignaal en het 15 regelsignaal een vervuilingsindicatiesignaal VI/ dat de mate van de ketelvervuiling aangeeft/ afgeleid. Het vervuilingsindicatiesignaal Vi wordt met behulp van een comperator 24 vergeleken met een referentie-signaal Vr2/ dat de mate van vervuiling vertegenwoordigt/ waarbij reiniging van de ketel 3 wenselijk is.

20 Zodra de door het vervuilingsindicatiesignaal VI aangegeven mate van vervuiling de genoemde referentiewaarde te boven gaat/ wordt een alarmsignaal afgegeven/ dat aangeeft dat reiniging van de ketel wenselijk is. Dit alarmsignaal bestaat bij voorkeur uit een licht en/of geluidssignaal/ dat door het uitgangssignaal van de comperator 24 25 gestuurde indicator 25 wordt afgegeven. Een bijzonder geschikt alarmsignaal bestaat uit een geluidssignaal/ dat na een bepaalde periode weer afvalt en dat geconbineerd wordt met een blijvend afgegeven lichtsignaal.

.8702627 *' 8 ψ

Indien de gebruiker het door de indicator 25 afgegeven signaal negeert, zal de vervuiling van de brander toenemen tot aan het moment, dat de vervuiling een zodanige vorm heeft aangenomen, dat het in bedrijf houden van de verwarmingsketel om veiligheidsredenen niet meer 5 verantwoord is. Een dergelijke onveilige situatie kan worden afgeleid uit het massastroomsignaal Vm en het temperatuursignaal Vt, door middel van een door een compensatieschakeling 26 uitgevoerde lineaire combinatie van het massastroomsignaal Vm en het temperatuursignaal Vt. Het aldus verkregen signaal aan de uitgang van compensatieschakeling 26 10 wordt met behulp van een comparator 27 vergeleken met een referentie-signaal Vr3. Het uitgangssignaal Va kan gebruikt worden als alarmsignaal voor het verhinderen van het in bedrijf stellen van de verwarmingsketel, bijvoorbeeld door middel van een electrisch bedienbare klep 28, die in het brandstoftoevoerkanaal 5 is geplaatst.

15 Het zij opgemerkt, dat. de uitvinding geenszins beperkt is tot de hiervoor beschreven uitvoeringsvorm. Zo kan bijvoorbeeld de ventilator voor het bewerkstelligen van het drukverschil ook aan de uitgang van het afvoerkanaal geplaatst worden in plaats van aan de ingang van het toevoerkanaal. Ook is het niet noodzakelijk dat de temperatuurdetektor 20 in het toevoerkanaal geplaatst is. Het is ook mogelijk om de temperatuur van de lucht buiten het toevoerkanaal te plaatsen, bijvoorbeeld voor de aanzuigopening van de ventilator.

Figuur 3 toont nog een andere uitvoeringsvorm van de verwarmingsketel volgens de uitvinding. De elementen in figuur 3 die overeenkomen 25 met de in figuur 1 getoonde elementen zijn met hetzelfde verwijzings-cijfer aangeduid. In het toevoerkanaal 2 is een stuw 30 geplaatst. Een drukverschildetektor 31 vdn een gebruikelijke soort detekteert het drukverschil over de stuw 30 en wekt een electrisch signaal V3, indien .«702627 «· 9 de gedetekteerde verschildruk lager is dan een bepaalde minimum waarde.

Het signaal V3 wordt toegevoerd aan een elektronische schakeling 32. De elektronische schakeling 32 omvat een twee-ingangs EN-poort 40 (zie figuur 4), waaraan het detectiesignaal V3 wordt toegevoerd. Aan de 5 andere ingang van de EN-poort wordt een signaal V4 toegevoerd, dat aangeeft dat de ventilator 8 is ingeschakeld. Het signaal V3 kan worden opgewekt door een ventilatorstuurschakeling 41 voor het bekrahtigen van de ventilatormotor. Het uitgangssignaal van de EN-poort 40 wordt toegevoerd aan een geheugenschakeling, b.v. een flip flop 41, die in 10 reactie op een "0-1" overgang van het uitgangssignaal van de EN-poort 40 wordt geladen met een logisch "l"-signaal, dat via een uitgang van de flip flop 41 wordt toegevoerd aan de ventilatorstuurschakeling 41.

De ventilatorstuurschakeling 4lA wordt een twee trapsstuur-schakeling, die tijdens normaal bedrijf de ventilator 8 op een eerste 15 toerental stuurt, en die in reactie op een logisch "1" signaal op de uitgang van de flipflop de ventilator 8 stuurt op een tweede toerental, dat hoger is dan het eerste toerental. Het uitgangssignaal van de flip flop 41 wordt verder nog toegevoerd aan de indicator 25 en via een twee-ingang EN-poort 42 naar de electrisch bedienbare klep 28 in het 20 brandstof toevoerkanaal 5. Aan de andere ingang van de EN-poort 42 wordt het uitgangssignaal van de EN-poort 40 toegevoerd.

De werking van de schakeling 32 is als volgt:

Bij een schone ketel is bij het lage toerental van de ventilator de luchtstroom door het toevoerkanaal 2 voldoende hoog om een verschil-25 druk over de stuw 30 op te wekken, die boven de vooraf bepaalde minimumwaarde ligt. Bij toenemende vervuiling van de ketel zal de luchtstroom af nemen, waardoor tevens de verschildruk over de stuw 30 af neemt, .8702617 * 10

Zodra de verschildruk tot beneden de voorafbepaalde minimumwaarde is afgenomen, wordt flipflop 41 geladen met een logische "1". Hierdoor zal de indicator 25 het alarmsignaal opwekken. Bovendien zal ventilator-stuurschakeling 41a het toerental van de ventilator 8 verhogen, zodat de 5 luchtopbrengst van de ventilator zal toenemen en dus een voldoende grote luchtstroom naar de brander 3 gehandhaafd blijft. Bij een eventuele incidentele storing kan het voorkomen, dat de flipflop 41 ten onrechte in de logische toestand "1" gebracht wordt. Om te voorkomen dat hierdoor langdurig een onterecht alarmsignaal wordt opgewekte kan de flipflop 41 10 periodiek op nul gesteld worden, b.v. telkens als de brander 8 uitgeschakeld wordt. Indien na de verhoging van het toerental van de ventilator 8 als gevolg van het langdurig uitblijven van een reinigingsbeurt, de vervuiling van de ketel zover is toegenomen dat zelfs bij het verhoogde toerental de verschildruk over de ketel tot 15 beneden de genoemde minimumwaarde daalt, dan wordt aan de uitgang van de EN-poort 42 het blokkeringssignaal Va opgewekt, waardoor de brandstof-toevoer door middel van de klep 28 wordt geblokkeerd, en dus in bedrijfstelling van een uit veiligheidsoogpunt onverantwoord sterk vervuilde ketel wordt voorkomen.

20 In schakeling 32 wordt een tweetraps ventilatorstuurschakeling toegepast. Het zal voor de vakman duidelijk zijn, dat een dergelijke schakeling evengoed kan worden uitgevoerd met een drie of meer traps ventilatorstuurschakeling of zelfs een continu instelbare ventilatorstuurschakeling .

25 De elecronische schakelingen 11 en 32 in de omschreven uitvoeringsvormen zijn uitgevoerd als "hard-ware"-schakelingen. Het zal voor de vakman echter duidelijk zijn, dat deze schakelingen even goed met behulp van programmeerbare schakelingen, zoals microprocessoren kunnen worden uitgevoerd.

.8702627 * 11

Tenslotte wordt opgemerkt dat de aanpassing van de luchtopbrengst voor de ventilator wordt gerealiseerd door toerentalaanpassing. Echter/ deze luchtopbrengst kan ook op andere manieren worden aangepast, b.v. door een regelbare klep die in het toevoerkanaal is geplaatst.

►· .8702627

Claims

3

1. Verwarmingsketel voorzien van een brander (3) voor het verbranden van een mengsel van lucht en een gasvormige brandstof/ een toevoerkanaal (2) voor het toevoeren van de lucht aan de brander/ een afvoerkanaal (7) voor het afvoeren van de bij de verbranding gevormde 5 verbrandingsgassen/ een warmtewisselaar voor het overdragen van de in de verbrandingsgassen aanwezige warmte aan een verwarmingsmediuirt/ een ventilator (8) voor het bewerkstelligen van een drukverschil tussen toevoer- en afvoerkanaal ten einde een luchtstroom via het toevoerkanaal (2) naar de brander (3) te veroorzaken/ met het kenmerk/ dat de 10 verwarmingsketel is voorzien van middelen voor het bepalen van de mate van vervuiling van de verwarmingsketel en voor het afgeven van een alarmsignaal in afhankelijkheid van de bepaalde mate van vervuiling, indien deze een vooraf bepaalde waarde is overschreden, en van middelen voor het door aanpassing van de luchtopbrengst van de ventilator 15 handhaven van de luchtstroom boven een voorafbepaalde minimumwaarde.

2. Verwarmingsketel volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de middelen voor het bepalen van de mate van vervuiling een in het toevoerkanaal geplaatste stuw en een verschildrukmeter omvatten, waarbij de verschildrukmeter is ingericht voor het bij ingeschakelde ventilator 20 detecteren van een afname van de verschildruk tot beneden een voorafbepaalde minimumwaarde, en waarbij de verwarmingsketel verder is voorzien van middelen voor het in reactie op een detectie van de afname van de verschildruk tot beneden de genoemde minimumwarade afgeven van het alarmsignaal en het verhogen van het toerental van de ventilator. .87026X7 r

3. Verwarmingsketel volgens conclusie 2, gekenmerkt door middelen voor het bij verhoogd toerental van de ventilator in reactie op een detectie van de afname van de verschildruk tot beneden de genoemde minimumwaarde opwekken van een blokkeringssignaal en door 5 middelen die in reactie op het blokkeringssignaal het opnieuw in bedrijfstellen van de verwarmingsketel verhinderen.

4. Verwarmingsketel volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de verwarmingsketel is voorzien van een regelsysteem voor het regelen van het toerental van de ventilator op een waarde, waarbij de massastroom 10 voor de lucht in het toevoerkanaal in hoofdzaak gelijk blijft en waarbij de middelen voor het bepalen voor de mate van vervuiling zijn voorzien van middelen voor het bepalen van een maat voor het genoemde drukverschil tussen toevoer- en afvoerkanaal en van middelen voor het uit de genoemde maat voor het drukverschil afleiden van een vervuilings-15 indicatiesignaal, dat indicatief is voor de mate van vervuiling, en van vergelijkingsmiddelen voor het vergelijken van het vervuilingsindicatie-signaal met een referentiewaarde en voor het opwekken van het alarmsignaal indien het vervuilingsindicatiesignaal de referentiewaarde in een voorafbepaalde richting heeft overschreden.

5. Verwarmingsketel volgens conclusie 4 met het kenmerk, dat de verwarmingsketel is voorzien van een temperatuuropnemer (9) voor het bepalen van de temperatuur van de lucht in het toevoerkanaal (2),waarbij de afleidingsmiddelen aanpassingsmiddelen (23) omvatten voor het, door middel van een van de bepaalde temperatuur afhankelijke aanpassing van 25 de genoemde maat (Vr) voor de verschildruk, afleiden van het vervuilingsindicatiesignaal (Vi). .8702627 15 *

6. Verwarmingsketel volgens conclusie 4 of 5 met het kenmerk, dat het regelsysteem een gesloten lus regelsysteem is, voorzien van een regelaar (21) voor het opwekken van een regelsignaal (Vr) voor de sturing van het toerental van de ventilator (8) overeenkomstig het 5 regelsignaal (Vr), waarbij het regelsignaal fungeert als de genoemde maat voor de verschildruk.

7. Verwarmingsketel volgens conclusies 4, 5 of 6 met het kenmerk, dat de verwarmingsketel is voorzien van middelen voor het bepalen van de massastroom van lucht en het toevoerkanaal en van een vergelijkings-10 schakeling (27) voor het vergelijken van de bepaalde massastroom met een minimum referentiewaarde (Vr3) en voor het opwekken van een blokkerings-signaal (Va), indien de bepaalde massastroom lager is dan de minimum referentiewaarde en van middelen voor het in reactie op het blokkerings-signaal verhinderen (28) van het in bedrijfstellen van de verwarmings 15 ketel.

8. Verwarmingsketel volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat het alarmsignaal wordt gevormd door een geluid en/of een lichtsignaal. .8702627