NL8702362A - Scheerapparaat. - Google Patents

Description

Λ 4 ΡΗΝ 12.251 1 N.V. Philips' Gloeilampenfabrieken te Eindhoven.

Scheerapparaat.

De uitvinding heeft betrekking op een scheerapparaat met een huis voorzien van een losneembare scheerkop welke ten minste een opening voor een knipeenheid bevat, welke knipeenheid een uitwendig kniporgaan met haarvangopeningen en een ten opzichte van het uitwendige 5 kniporgaan aandrijfbaar inwendig kniporgaan omvat, met binnen de scheerkop een opsluitplaat waaraan het uitwendig kniporgaan losneembaar is bevestigd, waarbij het inwendige kniporgaan tussen het uitwendige kniporgaan en de opsluitplaat is opgesloten.

Een dergelijk scheerapparaat is bijvoorbeeld bekend uit 10 de Nederlandse Octrooiaanvrage 8600154 (PHN 11.627). Het nadeel van deze bekende konstruktie is dat als de scheerkop van het apparaat wordt afgenomen, bijvoorbeeld voor reinigingsdoeleinden, ook de knipeenheid en de opsluitplaat van de rest van het apparaat worden verwijderd. Voor het reinigen van bijvoorbeeld de scheerkop is dan verdere demontage 15 nodig waarbij gevaar ontstaat dat de onderdelen worden beschadigd of zoek raken. Zijn bij het apparaat meerdere knipeenheden toegepast dan bestaat bovendien het gevaar dat een kniporgaan van een knipeenheid wordt verwisseld met die van een naburige hetgeen ongewenst is.

De uitvinding heeft tot doel deze nadelen te bestrijden 20 en wordt daardoor gekenmerkt, dat de opsluitplaat onafhankelijk van de scheerkop losneembaar aan het huis is bevestigd en de scheerkop zowel ten opzichte van het huis als ten opzichte van de opsluitplaat met de kniporganen verplaatsbaar is.

Bijzondere uitvoeringsvormen zijn gekenmerkt in de 25 onderconclusies.

De uitvinding zal hierna worden toegelicht met behulp van een beschrijving van een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.

Figuur 1 toont een tweekopsscheerapparaat in bovenaanzicht waarbij in de linker figuurhelft de scheerkop is 30 weggelaten;

Figuur 2 is een doorsnede volgens de lijn ÏI-II in figuur 1, met in de rechter figuurhelft de scheerkop in opgelichte 8702361 PHN 12.251 2 positie;

Figuur 3 is een doorsnede volgens de lijn III-III in figuur 2;

Figuur 4 toont een aanzicht van een ondersteuningselement 5 voor de scheerkop;

Figuur 5 is een bovenaanzicht van het ondersteuningselement van figuur 4;

Figuur 6 is een doorsnede volgens de lijn VI-VI in figuur 4.

10 Het scheerapparaat van de figuren 1 tot en met 3 omvat een huis 1 voorzien van een losneembare scheerkop 2. In de openingen 3 van de scheerkop zijn de knipeenheden 4 gelegen. Een knipeenheid 4 bestaat uit een uitwendig kniporgaan 5 met haarvangopeningen 6 en een ten opzichte van het uitwendige kniporgaan 5 aandrijfbare inwendige 15 kniporgaan 7. Binnen de scheerkop 2 bevindt zich een opsluitplaat 8 waaraan de uitwendige kniporganen 5 losneembaar zijn bevestigd waarbij de inwendige kniporganen 7 tussen de uitwendige kniporganen 5 en de opsluitplaat 8 zijn opgesloten. De opsluitplaat 8 is voorzien van klemranden 9 welke aanliggen op de flensrand 10 van het uitwendige 20 kniporgaan 5. Op deze wijze worden de uitwendige kniporganen op de opsluitplaat 8 vastgeklemd. Door verschuiven in de pijlrichting P kan een uitwendig kniporgaan 5 en het bijbehorende inwendige kniporgaan 7 van de opsluitplaat 8 worden afgenomen. Door verschuiven in de aan P tegenovergestelde richting kan een knipeenheid weer op de opsluitplaat 25 worden gemonteerd. De opsluitplaat 8 is voorzien van een opening 11 zodat de aandrijfassen 12 met de inwendige kniporganen 7 kunnen worden gekoppeld. Met behulp van een op zich bekend en niet in de figuren weergegeven aandrijfmechanisme kunnen op deze wijze de inwendige kniporganen 7 met een roterende beweging ten opzichte van de uitwendige 30 kniporganen 5 worden aangedreven.

De huiswand 13 is voorzien van nokken 14 met haakvormige uiteinden 15. Deze haakvormige uiteinden 15 zijn gelegen in de openingen 16 van verende lippen 17 aan de opsluitplaat 8. Op deze wijze is met een snap verbinding de opsluitplaat 8 onafhankelijk van de scheerkop 2 35 losneembaar aan het huis bevestigd. De scheerkop 2 kan bijvoorbeeld klemmend aanliggen op het huis 1 en is bij de hierboven beschreven konstruktie zowel ten opzichte van het huis 1 als ten opzichte van de 8702362 PHN 12.251 3 opsluitplaat 8 met de knipeenheden 4 verplaatsbaar. Dit is van bijzonder voordeel als bijvoorbeeld het apparaat moet worden gereinigd. De scheerkop kan dan worden afgenomen zonder dat de onderdelen van de knipeenheden uiteenvallen en zoek raken of verwisseld worden. Voor het 5 reinigen van de knipeenheden kunnen deze één voor één van de opsluitplaat worden afgenomen. De beschreven konstruktie is van bijzonder belang indien het scheerapparaat met water kan worden gereinigd. De scheerkop 2 wordt dan afgenomen maar de knipeenheden 4 blijven via de opsluitplaat 8 aan het apparaat gekoppeld. De reininging 10 kan dan plaats hebben onder een waterstraal met ingeschakeld apparaat zodat de inwendige kniporganen met een roterende beweging worden aangedreven ten opzichte van de uitwendige kniporganen waardoor een bijzonder goede reinigende werking ontstaat.

Er is ook een uitvoeringsvorm mogelijk waarbij de 15 scheerkop ten opzichte van het huis verplaatsbaar is tussen een operationele positie waarbij de scheerkop aanligt tegen het huis en een reinigingspositie waarbij de scheerkop op enige afstand van het huis is gelegen waarbij in de laatstgenoemde positie de scheerkop door ten minste één steunelement met het huis is verbonden.

20 Bij de in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm zijn twee steunelementen 18 (zie in het bijzonder figuur 4, 5 en 6) tegen de binnenzijde van het huis 1 gelegen en zijn in dwarsdoorsnede (figuur 5) enigszins gekromd uitgevoerd zoals overeenkomt met de kromming van het huis ter plaatse. Een steunelement 18 omvat een raamvormig lijf 19 25 waarvan een uiteinde door een opening 20 in de huiswand 13 steekt en aanligt tegen de binnenzijde van de scheerkop 2. Het steunelement 18 is voorzien van een dwarsbalk 21 welke grijpt achter een haakvormige nok 22 aan de binnenzijde van de scheerkop 2. Door de elastische eigenschappen van het steunelement 18 kan de dwarsbalk buiten het bereik van de nok 22 30 worden gebogen. Op deze wijze is de scheerkop 2 losneembaar aan de steunelementen 18 bevestigd. In de positie zoals in de linker helft van figuur 2 weergegeven rust een verende arm 23 van het steunelement 18 tegen de onderzijde van de huiswand 13. Een drukveer 24 is tussen een aanslag 25 op de wand van het huis 1 en het ondersteuningselement 18 35 gespannen.

Het scheerapparaat is voorzien van een ontgrendelorgaan 26 (figuur 3) dat tegen de onderzijde van de wand 13 is gelegen en dat 870236 2 % PHN 12.251 4 is voorzien van armen 27, waarvan de uiteinden 28 zich uitstrekken tot de verende armen 23 van de steunelementen 18. Het ontgrendelorgaan 26 is tevens voorzien van verende armen 29 welke aanliggen tegen een aanslag 30 van het huis 1. Het ontgrendelorgaan 26 kan tegen de werking van de 5 verende armen 29 worden verschoven in de pijlrichting R. Hierbij komen de schuine oploopvlakken 31 van de uiteinden 28 in aanraking met de verende armen 23 en worden de verende armen 23 verplaatst naar een positie zoals weergegeven in de rechterhelft van de figuren 2 en 3. De drukveren 24 kunnen de ondersteuningselementen 18 nu omhoog 10 drukken door de openingen 20 en verplaatsen de scheerkop 2 naar een tweede positie, waarbij de nokken 32 tegen de onderzijde van de huiswand 13 rusten. In deze zogenaamde reinigingspositie, waarbij de scheerkop op enige afstand boven het huis is gelegen zijn de knipeenheden toegankelijk zijn voor reinigingsdoeleinden (zie rechterhelft van figuur 15 2). Het voordeel hiervan is dat voor het reinigen van de knipeenheden, bijvoorbeeld met een waterstraal, de scheerkop niet van het apparaat losgenomen behoeft te worden en niet kan zoek raken. Door op de scheerkop te drukken kan deze tegen de werking van de drukveren 24 in, weer in de operationele positie worden gedrukt waarbij de verende armen 20 23 achter de huiswand 13 grijpen (linkerhelft van de figuren 2 en 3).

8702362

Claims (4)

1. Scheerapparaat met een huis voorzien van een losneembare scheerkop welke tenminste een opening voor een knipeenheid bevat, welke knipeenheid een uitwendig kniporgaan met haarvangopeningen en een ten opzichte van het uitwendige kniporgaan aandrijfbaar inwendig kniporgaan 5 omvat, met binnen de scheerkop een opsluitplaat waaraan het uitwendig kniporgaan losneembaar is bevestigd, waarbij het inwendige kniporgaan tussen het uitwendige kniporgaan en de opsluitplaat is opgesloten, met het kenmerk, dat de opsluitplaat onafhankelijk van de scheerkop losneembaar aan het huis is bevestigd en de scheerkop zowel ten opzichte 10 van het huis als ten opzichte van de opsluitplaat met de kniporganen verplaatsbaar is.

2. Scheerapparaat volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de scheerkop ten opzichte van het huis verplaatsbaar is tussen een operationele positie waarbij de scheerkop aanligt tegen het huis en een 15 reinigingspositie waarbij de scheerkop op enige afstand van het huis is gelegen, waarbij in de laatstgenoemde positie de scheerkop door tenminste een ondersteuningselement met het huis is verbonden.

3. Scheerapparaat volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het ondersteuningselement is uitgevoerd als een verschuifbaar in het 20 huis ondergebrachte arm waarop aan één uiteinde een verend element aangrijpt terwijl het andere uiteinde aangrijpt op de scheerkop.

4. Scheerapparaat volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het ondersteuningselement een verende lip omvat welke in de operationele positie achter een wanddeel van het huis grijpt, waarbij het huis is 25 voorzien van een verplaatsbaar ontgrendelorgaan dat aanligt tegen de verende lip en welk ontgrendelorgaan is voorzien van een in een wand van het scheerapparaat gelegen bedieningsknop. Λ 8702362