NL8702093A - Beweegbare bevestiging van een diamant. - Google Patents

Description

.· i *

Beweegbare bevestiging van een diamant.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een van ten minste één reflecterend element voorzien sieraad.

Dergelijke sieraden zijn algemeen bekend.

Bij het bewegen van een dergelijk van ten minste 5 één reflecterend element voorzien sieraad ontstaan schitter-effecten, hetgeen de attractiviteit van een dergelijk sieraad verhoogt. Dit schittereffect is echter in hoge mate afhankelijk van de bewegingen van de draagster van het sieraad zodat, wanneer de draagster van het sieraad niet of slechts 10 weinig beweegt het schittereffect beperkt zal zijn.

Het doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een dergelijk sieraad, waarbij, wanneer de draagster ook slechts geringe bewegingen uitvoert, het schittereffect van het reflecterende element aanzienlijk groter 15 zal zijn.

Dit doel wordt bereikt doordat het reflecterende element beweegbaar in het sieraad is bevestigd.

Door deze beweegbare bevestiging zal het reflecterende element ook bij slechts de geringste beweging van de 20 draagster een aanzienlijk heviger beweging uit gaan voeren, zodat het schittereffect van het reflecterende element in hoge mate versterkt wordt. Dit effect zal het meest hevig zijn wanneer het reflecterende element een diamant is.

Tevens zal dit effect aanzienlijk zijn wanneer het 25 sieraad, waarop het reflecterende element is aangebracht, een ring is, alhoewel het effect tevens kenbaar zal zijn, wanneer het sieraad een armband, een broche of een hanger van een ketting is.

Vervolgens zal de onderhavige uitvinding worden 30 toegelicht aan de hand van uitvoeringsvoorbeelden, die in de tekeningen zijn weergegeven. In de tekeningen tonen: fig. l: een gedeeltelijk weggebroken schematisch vooraanzicht van een ring volgens de onderhavige uitvinding; fig. 2: een gedeeltelijk weggebroken schematisch 35 zijaanzicht van de ring volgens fig. 1; 8702083 « * * - 2 - fig. 3: een gedeeltelijk weggebroken schematisch bovenaanzicht van een ring volgens de onderhavige uitvinding; fig. 4 een schematisch detail van een vooraanzicht van de ring volgens de onderhavige uitvinding; 5 fig. 5 een gedeeltelijk weggebroken vooraanzicht van een andere uitvoeringsvorm van een ring volgens de onderhavige uitvinding; fig. 6 een gedeeltelijk weggebroken schematisch zijaanzicht van weer een andere uitvoeringsvorm van de ring 10 volgens de onderhavige uitvinding; en fig. 7 een gedeeltelijk weggebroken schematisch zijaanzicht van een andere uitvoeringsvorm van het mechanisme volgens de onderhavige uitvinding.

De in fig. 1 afgebeelde ring 1 is aan zijn boven-15 deel voorzien van een verdund deel 2. Naast dit verdunde deel 2 van de ring 1 is een uitsteeksel 3 aangebracht, waaraan een houder 4 is bevestigd, die zich tot boven het verdunde deel 2 van de ring 1 uitstrekt. In de houder 4 is een opening 5 aangebracht, die van een sponning 6 is voorzien.

20 In de opening 5, rustend op de sponning 6 is een van slijtvast materiaal vervaardigde schaal 7 geplaatst, waarvan het ondervlak hoofdzakelijk bolvormig is. De schaal 7 is in de opening 5 op de sponning 6 gefixeerd door middel van een opsluitrand 8, die bijvoorbeeld door soldeer kan worden 25 gevormd. Midden in de schaal 7 is een zich verticaal uitstrekkende boring 9 aangebracht. In de boring 9 is een aan de onderzijde van een kegelvormig puntlager 10 bevestigde pen 11 gestoken. Dit kegelvormige puntlager 10, met inbegrip van de pen 11 is van hard materiaal vervaardigd.

30 Het reflecterende element, in dit uitvoeringsvoor- beeld een als een briljant geslepen diamant 12, is gevat in een zetting 13. Deze zetting 13 vormt tezamen met een jukarm 14 en een contragewicht 15 een juk 16. In de onderzijde van de zetting 13 is een boring 17 aangebracht die zich tot op de 35 diamant 12 uitstrekt. In deze boring 17 is een pen 18 aangebracht, die met een tegenlager 19 één geheel vormt. Dit tegenlager 19 met de pen 18 is van hard materiaal vervaardigd 8702 093 ' · · - 3 - * en is aan zijn onderzijde van een kegelvormige uitsparing voorzien, waarvan de tophoek groter is dan die van het kegelvormige puntlager 10. Door het juk 16 met het tegenlager 19 op het kegelvormige puntlager 10 te plaatsen, wordt het juk 5 16 met inbegrip van de daarin gezette diamant 12 in de ring 1 opgehangen.

Het juk moet echter nog geborgd worden. Hiertoe is het contragewicht 15 voorzien van een zich in het verlengde van de boring 17 uitstrekkende boring 20. Deze boring 20 is 10 ten minste gedeeltelijk van schroefdraad voorzien. In deze boring 20 wordt dan een borgschroef 21 geschroefd, en wel zover, dat het einde van de schroef 21 het bolvormige ondervlak van de schaal 7 raakt.

Om het wrijvingscontact tussen de onderzijde van de 15 schroef 21 en de schaal 7 te verminderen, is deze onderzijde eveneens van een kegelvormige uitsparing voorzien, zodat het contact tussen de schaal en de schroef 21 slechts op een cirkel plaatsvindt. Dit heeft tevens het voordeel, dat de schroef niet in contact komt met de door de boring 9 in het 20 ondervlak van de schaal 7 veroorzaakte discontinuïteit.

Om het mogelijk te maken de schroef 21 in de boring 20 te draaien, is de ring 1 op het desbetreffende deel van een opening 22 voorzien.

In fig. 2 is een zijaanzicht van de ring l ge-25 toond. Hieruit blijkt de naar boven breder wordende vorm an de ring, die samenvalt met de relatief grote afmetingen van de toegepaste diamant. Tevens houdt dit verband met de vereiste sterkte-eigenschappen van de ring, aangezien het verdunde deel 2 van de ring tamelijk breed moet zijn uitgevoerd 30 om de vereiste sterkte te hebben. Deze eis wordt nog versterkt door de aanwezigheid van de opening 22. Uit fig. 2 blijkt eveneens dat de jukarm 14 zich aan weerszijden van de houder 4 in de richting naar het uitsteeksel 3 uitstrekt, zodat het kegelvormige puntlager en het tegenlager als het ware 35 worden omgeven, hetgeen eveneens veroorzaakt is door de eis voor gewenste sterkte.

8702033 * * * - 4 -

Pig. 3 toont een doorsnede-aanzicht volgens de lijn III-III in fig. 2 van de ring, welk aanzicht gedeeltelijk als bovenaanzicht is uitgevoerd. Uit deze figuren blijkt de vormgeving van het uitsteeksel 3 en de houder 4, welke speciale 5 vormgeving aangebracht is om de beweging van het juk 16 ten opzichte van de ring 1 mogelijk te maken.

Het juk 16 kan als gevolg van de grote tophoek van de kegelvormige uitsparing in het tegenlager 19 ten opzichte van de kleinere tophoek van het kegellager 7 een rotatie uit-10 voeren om zowel de y-as als om de z-as. Tevens kan het juk 16 om de x-as roteren, hetgeen mogelijk wordt gemaakt door de rotatiesymmetrische uitvoering van de schaal 7, het kegellager 10 en van het tegenlager 19. De richting van de x-, y-en z-as zijn in de betreffende figuren weergegeven. De ge-15 wichtsverdeling van de diverse onderdelen is zodanig, dat het juk steeds naar een stand streeft, waarin de diamant 12 horizontaal is, uiteraard voor zover dit toelaatbaar is door de constructie van de ring. Hierbij wordt opgemerkt, dat het, om deze bewegingen mogelijk te maken, de diverse onderdelen van 20 het juk en van in het bijzonder het uitsteeksel en de houder aan bepaalde eisen betreffende de vorm en de gewichtsverdeling moeten voldoen. Dit zal echter voor de vakman duidelijk zijn, zodat hierop niet nader wordt ingegaan.

Als gevolg van deze drie graden van bewegingsvrij-25 heid zal, wanneer de draagster van de ring haar hand beweegt, deze beweging als gevolg van de massatraagheid van het juk 16 en de diamant 12 en van de 3 graden van rotatievrijheid, in verhevigde mate overgedragen worden aan de diamant 12. Het aan diamanten inherente schittereffect zal hierdoor worden 30 versterkt.

Fig. 4 toont een zijaanzicht van het bovenste deel van de ring waaruit verder bepaalde constructiedetails van de ring blijken.

Fig. 5 toont een tweede uitvoeringsvoorbeeld van de 35 ring volgens de onderhavige uitvinding, waarbij de ophanging van het juk 16 in de ring op een andere wijze is uitgevoerd. Bij deze uitvoeringsvorm is een bollagering toegepast. Hier- 8702093 - 5 - * ’ toe is het inwendige van de schaal 7 zoveel mogelijk bolvormig uitgevoerd terwijl het tegenlager 19 eveneens bolvormig is uitgevoerd. Als gevolg hiervan kan het bolvormige tegenlager dezelfde rotaties uitvoeren als bij het eerste 5 uitvoeringsvoorbeeld, zodat het juk 16 met de diamant eveneens deze rotaties uit kan voeren.

Pig. 6 toont wederom een andere uitvoeringsvorm, waarin weliswaar een bolvormig lager is toegepast, maar waarbij dit lager door een tweede schaal 23 geheel wordt opgeslo-10 ten, zodat de borgschroef 21 niet meer noodzakelijk is. De schaal 23 is aan zijn bovenzijde van een opening voorzien, waardoorheen de pen 17 van het bolvormige tegenlager zich uitstrekt. Hierbij moet de pen 17 echter wel door bijvoorbeeld lijmen of solderen in het juk 16 vast worden gefixeerd.

15 Ten slotte wordt in fig. 7 een instrumentophanging 30 getoond, waarmee een instrument 31, bijvoorbeeld een gyro-kompas dat drie vrijheidsgraden van rotatie behoeft, wordt opgehangen. De instrumentophanging omvat een voet 32 waaraan een arm 33 is bevestigd. Aan het vrije einde van de arm 33 is 20 een schaal 34 bevestigd, waarin een boring 35 is aangebracht. In deze boring 35 is de pen 36 van een kegelvormig puntlager 37 gestoken. Op de punt van dit kegellager 37 is een tegenlager 38 aangebracht, dat van een kegelvormige opening is voorzien. De top van de kegelvormige opening valt 25 samen met de top van de kegel van het kegelvormige puntlager 37. Het tegenlager 38 is als één geheel uitgevoerd met een instrumentdrager 39. Aan de instrumentdrager 39 is een arm 40 bevestigd, waaraan een contragewicht 41 is aangebracht. In een in het contragewicht aangebrachte boring is een borg-30 schroef 42 gedraaid, die de onderzijde van de schaal 34 raakt. Als gevolg van deze constructie kan het gyrokompas, bij beweging van de voet 32 zijn aanvankelijke richting handhaven.

In plaats van een gyrokompas kan uiteraard eveneens 35 een ander instrument met behulp van deze uitvinding worden opgehangen.

8702093

Claims (14)

1. Van ten minste één reflecterend element voorzien sieraad, met het kenmerk, dat het reflecterende element beweegbaar in het sieraad is bevestigd.

2. Sieraad volgens conclusie 1, met het kenmerk. 5 dat het reflecterende element een diamant is.

3. Sieraad volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk. dat het reflecterende element in een juk is gevat, welk juk beweegbaar met het sieraad is verbonden.

4. Sieraad volgens conclusie 3, met het kenmerk. 10 dat het juk om drie orthogonale assen roteerbaar met het sieraad is verbonden.

5. Sieraad volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het sieraad van een kegelvormig puntlager is voorzien, dat het juk van een tegenlager met een kegelvormige uitspa- 15 ring is voorzien, waarvan de tophoek groter is dan die van het puntlager, en dat een opsluitorgaan is aangebracht.

6. Sieraad volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het opsluitorgaan gevormd wordt door een concentrisch ten opzichte van het puntlager aangebrachte schaal, waarvan het 20 tegenover de kegel geplaatste vlak bolvormig is, van welke bol het middelpunt samenvalt met de top van de kegel; en door een in het juk aangebrachte, naar het bolvormige vlak gerichte, borgbare opsluitschroef.

7. Sieraad volgens conclusie 4, met het kenmerk. 25 dat het juk van een ten minste gedeeltelijk bolvormige lager is voorzien, en dat het juk van een komvormig tegenlager is voorzien.

8. Sieraad volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het juk van een bolvormig lager is voorzien; en dat het 30 sieraad van ten minste twee scheidbare delen omvattend, het bolvormige lager omvattend hol tegenlager is voorzien.

9. Sieraad volgens één van de conclusies 4-8, met het kenmerk, dat het juk van een zodanig contragewicht is voorzien, dat het reflecterende element naar een voorkeurs- 35 positie streeft.

10. Sieraad volgens één van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat het sieraad een ring is. 8702083 - 7 -

11. Sieraad volgens één van de conclusies 1-9, met het kenmerk, dat het sieraad een armband, een broche of een hanger van een ketting is.

12. Mechanisme voor het volgens drie orthogonale 5 rotatie-assen beweegbaar aan elkaar bevestigen van twee elementen, gekenmerkt door een aan het eerste element bevestigd puntlager, een in het tweede element aangebrachte, kegelvormige uitsparing, waarvan de tophoek groter is dan die van het puntlager, en door een opsluitorgaan.

13. Mechanisme volgens conclusie 12, met het ken merk. dat het opsluitorgaan gevormd wordt door een concentrisch ten opzichte van het puntlager aangebrachte schaal waarvan het tegenover de kegel geplaatste vlak bolvormig is, dat het middelpunt van de bol samenvalt met de top van de 15 kegel en door een in het juk aangebrachte, naar het bolvormige vlak gerichte borgbare opsluitschroef.

14. Mechanisme volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat het tweede element zodanig van een contragewicht is voorzien, dat dit element bij beweging van het eerste 20 element naar een voorkeurspositie streeft. * * * * 8702093