NL8700703A - Draaitafelinrichting voor een informatieplaat. - Google Patents

Draaitafelinrichting voor een informatieplaat. Download PDF

Info

Publication number
NL8700703A
NL8700703A NL8700703A NL8700703A NL8700703A NL 8700703 A NL8700703 A NL 8700703A NL 8700703 A NL8700703 A NL 8700703A NL 8700703 A NL8700703 A NL 8700703A NL 8700703 A NL8700703 A NL 8700703A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
turntable
centering
information plate
wall
hub
Prior art date
Application number
NL8700703A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Optical Storage Int
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Optical Storage Int filed Critical Optical Storage Int
Priority to NL8700703A priority Critical patent/NL8700703A/nl
Priority to US07/154,826 priority patent/US5519687A/en
Priority to EP88200542A priority patent/EP0284162B1/en
Priority to DE8888200542T priority patent/DE3871581T2/de
Priority to ES88200542T priority patent/ES2048194T3/es
Priority to JP63068326A priority patent/JP2554120B2/ja
Priority to KR1019880003156A priority patent/KR960013006B1/ko
Publication of NL8700703A publication Critical patent/NL8700703A/nl
Priority to HK20297A priority patent/HK20297A/xx

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B17/00Guiding record carriers not specifically of filamentary or web form, or of supports therefor
    • G11B17/02Details
    • G11B17/022Positioning or locking of single discs
    • G11B17/028Positioning or locking of single discs of discs rotating during transducing operation
    • G11B17/03Positioning or locking of single discs of discs rotating during transducing operation in containers or trays
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B17/00Guiding record carriers not specifically of filamentary or web form, or of supports therefor
    • G11B17/02Details
    • G11B17/022Positioning or locking of single discs
    • G11B17/028Positioning or locking of single discs of discs rotating during transducing operation
    • G11B17/0282Positioning or locking of single discs of discs rotating during transducing operation by means provided on the turntable

Landscapes

  • Holding Or Fastening Of Disk On Rotational Shaft (AREA)

Description

* PHQ 87»006 1 t.n.v. Optical Storage International-Holland "Draaitafelinrichting voor een informatieplaat.”
De uitvinding betreft een draaitafel-inrichting ten behoeve van het centreren, magnetisch klemmen en in een bedrijfsstand om een rotatieas roteren van een vlakke ronde informatieplaat die is voorzien van een magnetisch aantrekbare delen omvattende centrale naaf met een 5 in hoofdzaak cilindrische buitenwand en een centrale centreeropening, welke inrichting omvat: een draaitafel met een draaitafelbodem die zich dwars op de rotatieas uitstrekt en met een cilindrische co-axiale draaitafelwand, welke draaitafelbodem en draaitafelwand een opneemruim-te insluiten voor het opnemen van de naaf van de informatieplaat, een 10 centraal in de opneemruimte gesitueerde en in de centreeropening van de informatieplaat passend co-axiaal centreerorgaan met een vrij uiteinde voorzien van een voor-centreerdeel met een voor-eentreeroppervlak voor samenwerking met de wand van de centreeropening van de informatieplaat in nog niet geheel gecentreerde toestand, alsmede magnetische klemmid-15 delen op de bodem van de draaitafel voor samenwerking via een lucht-spleet met de magnetisch aantrekbare delen van de naaf.
Een draaitafel-inrichting van de bovenbedoelde soort wordt beschreven in Aanvrager’s eerdere Europese octrooiaanvragen 0.117.576 A1 en 0.118.146 Al (PHN 10.576 en PHN 10.577, herewith incorporated by 20 reference). De draaitafel-inrichting is geschikt voor een voortreffelijke centrering en klemming van een informatieplaat zonder dat verdere middelen zoals een platendrukker noodzakelijk zijn. Door een nauwkeurige bewerking van het centreerorgaan - dat bijvoorbeeld uit het uiteinde 2g van een motorspil kan bestaan - in combinatie met een nauwkeurige bewerking van de centrale opening in de naaf is het met de huidige stand van de gebruikelijk bewerkingstechnieken mogelijk om een zodanig nauwkeurige passing te realiseren dat voldaan kan worden aan de hoge eisen met betrekking tot de centriciteit die gesteld worden bij moderne in-formatieplaatsystemen, zoals bijvoorbeeld systemen werkende met op- wil tische informatieschijven. Zowel de naaf als de draaitafelinrichting behoeven slechts een geringe axiale afmeting te bezitten. Het is van belang dat de inbouwhoogte van het apparaat waartoe de draaitafelin- $700703 if PHQ 87.006 2 * richting behoort niet onnodig vergroot wordt. De draaitafelinrichtingen en de bijbehorende informatieplaten van de beschreven soort zijn geschikt voor systemen waarbij de informatieplaat zich bevindt in een omhullende cassette en waarbij de informatieplaat binnen de omhulling ro- 5 teerbaar aangedreven moet kunnen worden. Vaak wordt geeist dat het mogelijk moet zijn om de cassette door een spieetvormige opening in het front van het apparaat naar binnen te kunnen schuiven waarna een werk-verbinding tot stand gebracht moet worden tussen de aandrijfinrichting en de informatieplaat. Hiertoe is een kleine axiale verplaatsing naar 10 elkaar toe noodzakelijk van de informatieplaat en de draaitafelinrich-ting. De toepassing van een naaf op de informatieplaat heeft het voordeel dat de afstand tussen de zich binnen de omhulling van de cassette bevindende informatieplaat en de draaitafelinrichting reeds althans ten dele wordt overbrugd door de naaf.
15
Een nadeel van de genoemde bekende en ook van andere bekende draaitafelinrichtingen is dat een juiste samenwerking tussen de informatieplaat en de draaitafelinrichting niet tot stand komt indien niet de informatieplaat door de gebruiker al betrekkelijk nauwkeurig centraal boven de draaitafel is aangebracht alvorens deze axiaal naar el- 20 kaar toe worden bewogen. Dit komt doordat de betrekkelijk grote axiale kracht die magnetisch tussen de naaf van de informatieplaat en de draaitafel wordt uitgeoefend aanleiding geeft tot dermate grote nor- maalkrachten dat een aanzienlijke wrijving optreedt die het in radiale richting verder naar een centrale positie verplaatsen van de informa-25 tieschijf geheel kan beletten.
Het doel van de uitvinding is een draaitafelinrichting te verschaffen die in hoge mate zelf-centrerend werkt. Hiermee wordt bedoeld dat de draaitafelinrichting zodanig is uitgevoerd dat, zelfs indien de informatieplaat in een betrekkelijk excentrische positie op de 30 draaitafel wordt aangebracht, niettemin automatisch een goede centrering en klemming van de informatieplaat tot stand komt en wel zonder verdere krachtuitoefening van buitenaf. De uitvinding heeft daartoe tot kenmerk, dat zich aan de omtrek van de opneemruimte een centreerwand van de draaitafel bevindt met, aan de van de draaitafelbodem afgekeerde 35 zijde, een ringvormig, van de buitenomtrek af naar binnen toe in de richting van de draaitafelbodem glooiend glijoppervlak en dat de afmetingen van de genoemde delen, de veldsterkte van de magnetische midde- / y u / y ó t s PHQ 87.006 3 len en de wrijvingscoëfficiënten van de tijdens het centreren van de informatieplaat samenwerkende materialen van de naaf en de draaitafel-inrichting zodanig zijn dat, wanneer een informatieplaat eenmaal een positie heeft bereikt waarin het voor-centreeroppervlak van het een- 9 treerorgaan in de centreeropening van de informatieplaat is geraakt, de buitenwand van de naaf van de informatieplaat zich boven het glijopper-vlak bevindt en de informatieplaat automatisch tot in de bedrijfsstand beweegbaar is onder invloed van de erop uitgeoefende magnetische krachje ten, die gelijktijdig de rand van de centreeropening doen glijden over het voor-centreeroppervlak van het centreerorgaan en de rand van de naaf doen glijden over het glijoppervlak.
Door een juiste keuze van materialen en dus van wrijvings-coëfficiënten, magnetische krachten en vormen wordt zodoende bereikt 15 dat een informatieplaat die, althans in vergelijking met de toegestane speling van het centreerorgaan in de centreeropening van de naaf, uitermate excentrisch op de draaitafelinrichting is aangebracht, niettemin en wel automatisch door de optredende magnetische krachten naar de gewenste positie wordt verplaatst. De voordelen van de uitvinding 2Q zijn vooral groot bij toepassing van de draaitafelinrichting in apparaten waarbij de informatieplaat door een insteekgleuf in het apparaat wordt gebracht en aldaar voor de gebruiker niet meer bereikbaar is. De informatieplaat kan met betrekkelijk grote speling in de behuizing van een cassette zijn aangebracht en niettemin steeds met grote betrouw-25 baarheid in de goede positie op de draaitafelinrichting terechtkomen.
Voorwaarde is dat de cassettebehuizing in het apparaat tot in een zodanige positie wordt gepositioneerd dat de naaf van de informatieplaat zich binnen het gebied van de maximaal toelaatbare excentriciteit bevindt. Aangezien de draaitafelinrichting volgens de uitvinding een aan-3fl merkelijke vergroting van dit gebied toelaat is een goede samenwerking met informatieplaten in cassettes mogelijk.
Zoals reeds eerder werd vermeld is het gunstig als voor het tot stand komen van de samenwerking tussen de draaitafelinrichting en de informatieplaat slechts een kleine onderlinge axiale verplaatsing 3g nodig is. Gunstig in dit opzicht is een uitvoeringsvorm van de uitvinding die tot kenmerk heeft dat het vrije uiteinde van het centreerorgaan zich dichter bij de draaitafelbodem bevindt dan de bovenrand van het glijoppervlak. Dit betekent een kleine indringdiepte, zodat met een 8 7 C v 7 O $ b PHQ 87.006 4 ï kleine axiale verplaatsing volstaan kan worden. Echter speelt ook een zeer belangrijk bijkomend voordeel een rol. Bij draaitafelinrichtingen volgens deze uitvoeringsvorm is het mogelijk om een automatische centrering van de informatieplaat op de draaitafel onder invloed van mag-5 netische krachten te verkrijgen zelfs wanneer de informatieplaat zo excentrisch op de draaitafel wordt gelegd dat het centreerorgaan zich nog niet binnen de centreeropening van de naaf bevindt. Door de schuine ligging van de informatieplaat op de draaitafelinrichting treedt name-lijk een zodanige magnetische krachtwerking op dat de plaat een naar het midden van de draaitafel gerichte krachtscomponent ondervindt.
Het is gebleken dat een gunstige draaitafelinrichting kan worden geconstrueerd door gebruikmaking van een volgende uitvoeringsvorm, die tot kenmerk heeft, dat de centreerwand wordt gevormd door een kunststof ring gelegen binnen de draaitafelwand. Een dergelijke ring is 15 gemakkelijk te vervaardigen. Het is mogelijk om in combinatie met het materiaal dat gebruikt wordt voor de naaf van de informatieplaat te komen tot een betrekkelijk lage wrijvingscoëfficiënt.
Een volgende uitvoeringsvorm van de uitvinding heeft tot 2jj kenmerk: dat de magnetische klemmiddelen een aantal identieke axiaal gemagnetiseerde permanente magneten omvatten; dat een zachtmagnetische ring vast met de draaitafelbodem is verbonden; dat een met de draaitafel verbonden houder aanwezig is, voorzien van een aantal regelmatig op een cirkel verdeelde uitsparingen ter grootte van de permanente magne-ten en gelegen boven de zachtmagnetische ring; en dat de permanente ZÜ magneten in de uitsparingen zijn aangebracht en door magnetische klem- kracht met de zachtmagnetische ring zijn verbonden. Een voordeel van deze uitvoeringsvorm is dat voor verschillende draaitafelinrichtingen gebruik kan worden gemaakt van dezelfde permanente magneten, eventueel in andere aantallen. Het aanbrengen van de permanente magneten gebeurt o u door deze eenvoudigweg in de genoemde uitsparingen te laten vallen zodat een snelle montage mogelijk is. Voor een goede magnetische werking worden bij voorkeur de permanente magneten axiaal gemagnetiseerd en om en om met tegengestelde magnetisatie-richtingen in de uitsparingen 3g naast elkaar aangebracht. Het kan van voordeel zijn een uitvoeringsvorm te gebruiken die tot kenmerk heeft dat de centreerwand en de houder behoren tot een enkel kunststof onderdeel.
De uitvinding zal nu bij wijze van voorbeeld worden bespro- 8700703 PHQ 87.006 5 ken aan de hand van de tekening, waarin:
Figuur 1 een perspectivisch aanzicht is op een cassette voorzien van een optische inforraatieplaat,
Figuur 2 een aanzicht is gelijk van dat van figuur 1, waar-5 bij een sluiter van de cassette is geopend,
Figuur 3 een dwarsdoorsnede is van een draaitafelinrichting en het centrale deel van een daarop in een voorgecentreerde positie geplaatste informatieplaat en
Figuur 4 een bovenaanzicht is van de draaitafelinrichting van figuur 3·
De cassette volgens de figuren 1 en 2 is een reeds eerder door Aanvrager in de niet tijdig gepubliceerde Nederlandse aanvrage nr. 8603060 (PHQ 86-027, herewith incorporated by reference) beschreven cassette. Hier zij slechts vermeld dat de cassette een eerste en een 15 tweede cassettedeel 1 respectievelijk 2 omvat die tezamen een doosvormige omhulling voor de informatieplaat 3_ vormen. Deze heeft een zekere ruimte in de cassette zodat deze in de cassette met behulp van geeigen-de middelen, na het openen van een verschuifbare deur 4, kan worden ge-roteerd. De deur 4 opent een gleuf in de wand van de cassette zodat een aandrijfspil met de informatieplaat kan samenwerken en inschrijf-en/of uitleesmiddelen, zoals bijvoorbeeld magneetkoppen of een optische pick-up, tot in de nabijheid van de roterende informatiedrager kunnen worden gebracht.
De informatieplaat 3 heeft een eerste naar een aandrijfin-25 — richting toe te keren zijde 3A alsmede een tegenoverliggende tweede zijde 3B. Er zijn twee schijven respectievelijk 5A en 5B. De beide schijven bestaan uit transparante kunststof en zijn voorzien van een informatievlak 6A, respectievelijk 6B. Het betreft een optisch uitlees-30 bare en inschrijfbare informatieplaat. De informatievlakken zijn bedekt met een langs optische weg modificeerbare laag. De beide schijven rusten uitsluitend nabij het centrale deel en nabij de omtrek op elkaar.
In het centrale deel bevindt zich een centrale opening door de beide schijven heen.
35 Ten behoeve van de centrering en de opspanning van de infor matiedrager 3 is een naaf aanwezig die is te beschouwen als een combinatie van twee naven 17A en 17B, één voor ieder der schijven. De naven dienen voor de centrering en de opspanning van de informatieplaat op de C Z f: f. y γ v» .· i ξ. · ./ O · PHQ 87.006 6 draaitafelinrichting Jk Ze zijn voorzien van eerste met de binnenwand van de centrale opening van de informatieplaat samenwerkende centreer-middelen 9A, respectievelijk 9B, voor het centreren van de naven ten opzichte van de met de streeplijn 10 aangegeven centrale as van de 5 schijven. Voorts zijn tweede centreermiddelen 11A, respectievelijk 11B, aanwezig voor het centreren van de naven en daarmede van de informatieplaat ten opzichte van de draaitafelinrichting. Iedere naaf is aan zijn zijde van de informatiedrager voorzien van een flensvormig gedeelte 12A, respectievelijk 12B.
10 De eerste centreermiddelen 9A en 9B omvatten in radiale richting verend tegen de binnenwand van de centrale opening steunende verende delen 13A, respectievelijk 13B, die dienen voor hun centrering en tevens als spanmiddelen, die door samenwerking met de overliggende zijde van de informatieplaat het bijbehorende flensvormige gedeelte, 15 respectievelijk 9A en 9B, van iedere naaf voorspannen. De delen 13A, 13B bezitten in doorsnede haakvormige uiteindes 14A, respectievelijk 14B. De haakvormige uiteinden 14A grijpen achter de schijf 5B terwijl de haakvormige uiteinden 14B achter de schijf 5A grijpen.
De delen T3A behoren tot een enkel geïntegreerd kunststof 20 onderdeel 15A. Evenzo behoren de delen 13B tot een enkel geïntegreerd kunststof onderdeel 15B. De delen 13A verlopen in hoofdzaak in axiale richting en zijn op enige afstand van de rand van het flensvormige deel 12A geplaatst, zodat ze in axiale richting tot in de eindpositie verplaatsbaar zijn door krachtuitoefening volgens de as 10 op de meer naar 25 de as gelegen delen van het geintergreerde onderdeel. In de gemonteerde toestand blijven door de elasticiteit van het flensvormige deel de verende delen 13A een voortdurende trekkracht ondervinden. Op dezelfde wijze is ook het geïntegreerde onderdeel 15B van een buigbaar flensvormig deel 12B voorzien en ondervinden in gemonteerde toestand de delen 30 13B een voortdurende trekkracht. De beide schijven 5A en 5B worden zodoende door de beide naven tegen elkaar getrokken, hetgeen een bijdrage levert tot het bijeenhouden van de beide schijven. Elk der naven 7A en 7B omvat een magnetiseerbare opspanring in de vorm van de reeds eerder genoemde middelen 11A en 11B. Deze zijn als een los onderdeel tussen de 35 geïntegreerde onderdelen 15A en 15B respectievelijk de schijven 4A en 4b geklemd.
De draaitafelinrichting, zie de figuren 3 en 4, dient voor b / i' \ï , ij >
Jf PHQ 87.006 7 het centreren, magnetisch klemmen en in een bedrijfsstand om de rota-tie-as 16 roteren van de informatieplaat _3· De eerder genoemde tweede centreermiddelen 11A en 11B zijn van een magnetisch aantrekbaar metaal vervaardigd ten behoeve van het magnetisch opspannen van de informatie-
S
plaat op de draaitafelinrichting. De naven 7A en 7B bezitten een in hoofdzaak cilindrische buitenwand en de geïntegreerde delen 15A en 15B zijn ieder voorzien van een eigen centrale centreeropening 17A respectievelijk 17B, aangebracht in metalen huisjes 18A, respectievelijk 18B. Principieel gezien zullen de centreeropeningen 17A, 17B niet de- 10 zelfde hartlijn bezitten, de informatieplaat 3 is immers opgebouwd uit twee op elkaar bevestigde schijven 5A en 5B ten opzichte waarvan de geïntegreerde onderdelen 15A en 15B zijn gecentreerd. De verschillen zullen in de praktijk evenwel zodanig klein zijn dat deze niet in de tekening zijn weer te geven, zodat eenvoudigheidshalve aangenomen wordt dat 15 de beide centreeropeningen dezelfde hartlijn 10 bezitten.
De draaitafelinrichting 8_ omvat een draaitafel _18 met een draaitafelbodem 19 die zich dwars op de rotatie-as 16 uitstrekt en met een cilindrische co-axiale draaitafelwand 20. De draaitafel bestaat uit een geschikt, stabiel en vormvast materiaal, zoals een metaal, bijvoor- 20 beeld een zinklegering. De draaitafelbodem en de draaitafelwand sluiten tezamen een opneemruimte 21 in voor het opnemen van de naven 7A, 7B van de informatieplaat. Centraal in de opneemruimte 21 is een co-axiaal centreerorgaan 22 gesitueerd. Dit centreerorgaan past in de centrale ^ openingen 17A en 17B van de informatieplaat. Het centreerorgaan bezit een vrij uiteinde met een voorcentreeroppervlak 23 voor samenwerking met de centreeropeningen 17A en 17B van de informatieplaat in nog niet geheel gecentreerde toestand, zoals in figuur 3 getoond. De draaitafelinrichting bezit voorts magnetische klemmiddelen 24 en 25 op de bodem van de draaitafel voor samenwerking via een luchtspleet 32 met de mag-30 netische aantrekbare delen 11A en 11B van de informatieplaat.
Aan de omtrek van de opneemruimte 21 bevindt zich een cen- treerwand 26. Deze is aan de van de draaitafelbodem 19 afgekeerde zijde voorzien van een ringvormig, van de buitenomtrek af naar binnen toe in een richting naar de draaitafelbodem glooiend glijoppervlak 27. De af-35 metingen van de verschillende genoemde onderdelen, de veldsterkte van de magnetische middelen en de wrijvingsco'éffici'énten van de met elkaar tijdens het centreren van de informatieplaat samenwerkende materialen ,.070070? $ PHQ 87.006 8 van de naven 7A en 7B en van de draaltafelinrichting 8_ zijn zodanig gekozen dat, wanneer een informatieplaat _3 eenmaal een positie heeft bereikt zoals getoond in figuur 3 waarin het vrije uiteinde van het cen- treerorgaan 22 in een centreeropening 17A of 17B van de informatieplaat 5 is geraakt, de buitenwand 28A of 28B van de naaf van de informatieplaat zich boven het glijoppervlak 27 bevindt en de informatieplaat automatisch tot in de bedrijfsstand wordt bewogen onder invloed van de erop uitgeoefende magnetische krachten. Deze doen gelijktijdig de rand van ^ de centreeropening 17A of 17B glijden over het voor-centreeroppervlak 23 van het centreerorgaan 22 en de rand van de naaf 7A of 7B glijden over het glijoppervlak 2J. In de situatie als getekend in figuur 3 betekent dit dat de informatieplaat 3^ zich onder invloed van de magnetische krachten naar links beweegt. De bedrijfsstand is bereikt wanneer het centreerorgaan 22 in de centreeropening 17A kan treden, op welk mo-ment de hartlijn 10 samenvalt met de rotatie-as 16 van de draaitafelin-richting en de schijf 5A komt te rusten op de bovenrand 29 van de cilindrische wand 20 van de draaitafel J_8. Deze situatie is getoond in figuur 4.
2g Zoals vooral in figuur 4 duidelijk is te zien bevindt het vrije uiteinde van het centreerorgaan 22 zich dichter bij de draaita-felbodem 19 dan de bovenrand van het glijoppervlak 27. Dit verschil in hoogte is zelfs zodanig dat wanneer de uiterste punt 30 van het centreerorgaan 22 zich bijna, maar nog niet, in een centreeropening van de informatieplaat bevindt, de informatieplaat al een zodanig schuine lig-ging op de draaitafelinrichting heeft dat een automatisch verder in gecentreerde richting bewegen plaats vindt onder invloed van de magnetische krachten. Door deze maatregelen is een uitstekende automatische zelfcentrerende werking verkregen, terwijl bovendien is bereikt dat het 30 centreerorgaan slechts over een minimale afstand in de naaf van de informatieplaat dringt. Hierdoor is ook slechts een minimale axiale onderlinge verplaatsing van de informatieplaat ten opzichte van de draaitafelinrichting voldoende voor het bereiken van de bedrijfssituatie van figuur 4.
35 De centreerwand 26 wordt gevormd door een kunststof ring die is gelegen binnen de draaitafelwand 20. De bovenrand van het glijoppervlak 27 is iets lager gelegen dan de bovenrand 29 van de draaitafelwand 20, zodat verzekerd is dat de informatieplaat 3 in de bedrijfsstand, O ƒ u : I ƒ ί 5 Λ f PHQ 87.006 9 zie figuur 4, wordt gesteund door de bovenrand 29. Dit garandeert een goed gedefinieerde ligging van de plaat op de draaitafel, loodrecht op de rotatie-as 16.
De magnetische klemmiddelen 24 worden gevormd door een aan-g tal identieke axiaal gemagnetiseerde permanente magneten, zie vooral figuur 5. Het magnetische kleramiddel 25 bestaat uit een zaeht-magne-tisehe ring die vast met de draaitafelbodem 19 is verbonden, bijvoorbeeld door lijmen of door een andere geschikte methode. De magneten zijn aangebracht in uitsparingen van een met de draaitafel 18 verbonden jg houder 31. Hiertoe zijn in de houder regelmatig over de cirkel verdeelde uitsparing ter grootte van de permanente magneten aangebracht zodanig dat de permanente magneten zijn gelegen boven de zacht-magne-tische ring 25. De permanente magneten zijn zodanig in de houder aangebracht dat de noord-zuid oriëntatie om en om naar boven en naar beneden 15 wijzen. De zacht-magnetische ring 25 sluit de magnetische veldlijnen kort aan de naar de draaitafelbodem 19 toegekeerde zijde. Aan de bovenzijde werken de permanente magneten via de luchtspleet 32 samen met de magnetisch aantrekbare ring 1 IA of 11B, zie figuur 4. De permanente magneten zijn uitsluitend door hun eigen magnetische klemkraeht met de 20 zaeht-magnetische ring verbonden.
De centreerwand 26 en de houder 31 behoren tot een enkel kunststof onderdeel. Zoals vooral in figuur 5 goed valt te zien bezit dit onderdeel een aantal centraal gelegen verende lippen 33 die door gleuven 34 van elkaar gescheiden zijn. Bij de montage zijn de lippen 33 26 in axiale richting vervormd zodat ze onder een ringvormige kraag 35 van de draaitafel zijn geraakt en op die manier het kunststof onderdeel met de draaitafel verbinden.
Een combinatie van een informatieplaat en een draaitafelin-richting volgens Fig. 3 en 4 is gebouwd en in de practijk beproefd. De 30 informatieplaat had een diameter van 130 nm en een dikte van 2,8 mm. De naven hadden een diameter van 25 mm en een dikte van 2,2 mm. De centrale openingen van de naven hadden een diameter tussen 4,004 en 4,012 mm. De luchtspleet tussen naaf en permanente magneet bedroeg in de be-drijfsstand 0,2 mm. De magnetisch aantrekbare ring werd vervaardigd uit 35 roestvrij staal met löjfCr, 1?Mrt, 1?Si en 0,1?C volgens DIN 17440. De metalen bussen met de centrale openingen waren vervaardigd uit roestvrij staal met 18560, 8$Ni en 2%Mn volgens DIN 17440. Het centreer- ' g 7 f· o 7 » PHQ 87.006 10 ofgaan van de draaitafelinriehting had een diameter tussen 3»998 en 4,000 mm. Het glijoppervlak van het kunststof onderdeel werd onder een hoek van 20 graden met de rotatie-as uitgevoerd en was vervaardigd uit polyacetal. Het vrije uiteinde van het centreerorgaan lag 0,4 mm onder 5 de oplegrand van de draaitafel, het voor-centreeroppervlak werd gevormd door een kegeloppervlak met een tophoek van 120 graden.
De permanente magneten hadden een diameter van 5 mm en een dikte van 2 mm en bestonden uit Samarium/Cobalt magneten en werden kortgesloten door een ring van weekijzer. De uit het magneetsysteem tredende flux bedroeg 108 x 10“^ Weber en de inductie in de bedrijfs-. situatie bedroeg 1,2 Tesla.
Het is gebleken dat met de aldus uitgevoerde combinatie een automatisch positioneren van de informatieplaat mogelijk is bij een initiële excentriciteit die groter is dan 2 mm, dus groter dan de 15 straal van het centreerorgaan. Dat wil zeggen dat in de initiële positie het vrije uiteinde van het centreerorgaan zich nog niet in de centrale opening van de naaf van de informatieplaat bevindt. Het excentri-citeitsveld waarbinnen een automatische centrering plaats vindt bevindt zich dus binnen een cirkel met een diameter die groter is dan de dia- 20 meter van de centrale opening, in het hier beschreven geval een diameter die zelfs groter is dan 5 mm. De klemkracht van de magnetische middelen bedraagt in de bedrijfsstand ongeveer 25 Newton, ruim voldoende voor de beoogde toepassing.
Hoewel de uitvinding slechts is besproken aan de hand van
)C
slechts een enkel uitvoeringsvoorbeeld zijn in werkelijkheid talloze verschillende afwijkende uitvoeringsvoorbeelden binnen het kader van de uitvinding mogelijk. De draaitafelinriehting zoals getekend in de figuren 3 tot en met 5 is niet alleen geschikt voor samenwerking met een optische informatieplaat van de getekende soort maar is geschikt voor qn ° het centreren en klemmen van informatieplaten van geheel afwijkende soort, bijvoorbeeld magnetische informatieplaten of magneto-optische informatieplaten. De constructie van de naaf van de informatieplaat kan geheel afwijkend zijn van die welke in de tekening is getoond. Geschikte naafconstructies zijn bijvoorbeeld te vinden in de Nederlandse ter 35 visie gelegde octrooiaanvrage 8402602 (PHN 11.123, herewith incorporated by reference) en de Europese octrooiaanvrage 0.117.576A1 O Z Λ «Λ* o ' u υ ƒ 0 5 PHQ 87.006 11 $ j (PHN 10.576, herewith incorporated by reference). Ook de draaitafelin- richting zelf kan geheel anders zijn uitgevoerd dan getekend. Zo is het moge lijk om de draaitafel _18. niet uit één deel, maar uit meerdere delen samen te stellen. Het is ook mogelijk de draaitafel _18 en de centreer-5 wand 26 tot één enkel onderdeel te laten behoren. In het getekende uit-voeringsvoorbeeld wordt het centreerorgaan 22 gevormd door het uiteinde van de motorspil van een niet-getekende electromotor. Het is evenwel in principe mogelijk ook een ander soort centreerorgaan te gebruiken, dat niet zoals in de getekende uitvoeringsvorm cirkel-cylindrisch hoeft te zijn, maar bijvoorbeeld stervormig kan zijn. Hoewel het voordelen kan hebben - zeker wanneer ernaar gestreefd wordt met standaardonderdelen draaitafelinrichtingen van verschillende soorten en afmetingen te kunnen vervaardigen - om een aantal identieke permanente magneten 24 toe te passen, is het ook mogelijk een voor de betreffende toepassing 15 ontworpen en geoptimaliseerde ringvormige magneet te gebruiken, bijvoorbeeld uit ferroxdure of een kunststof gebonden magneetmateriaal.
Over het algemeen zal het van voordeel zijn als de draaitafelinrichting is voorzien van permanente magneten en de naaf van de informatieplaat van een magnetisch aantrekbare metalen ring of plaat. In principe kan evenwel ook het omgekeerde worden toegepast. Ook kunnen in plaats van permanente magneten electromagneten worden gebruikt.
Verdere, nog niet genoemde, voordelen van de uitvinding kunnen zich manifesteren afhankelijk van de gebruikte uitvoeringsvorm en de beoogde toepassing. Vergelijking van de draaitafelinrichting volgens de uitvinding met andere dan de eerder genoemde bekende draaitafelinrichting kan verdere voordelen van de uitvinding aan het licht brengen.
30 35
£ ? 7 Λ V

Claims (5)

1. Draaitafel-inrichting (8_), ten behoeve van het centreren, magnetisch klemmen en in een bedrijfsstand om een rotatieas (16) roteren van een vlakke, ronde informatieplaat (3_) die is voorzien van een magnetisch aantrekbare delen (11A, 11B) omvattende centrale naaf (7A,
5 TB) met een in hoofdzaak cilindrische buitenwand (28A, 28B) en een centrale centreeropening (17A, 17B), welke inrichting omvat: - een draaitafel (18) met een draaitafelbodem (19) die zich dwars op de rotatieas (16) uitstrekt en met een cilindrische co-axiale draaitafel-wand (20), welke draaitafelbodem en draaitafelwand een opneemruimte 10 (21) insluiten voor het opnemen van de naaf (7A, 7B) van de informatieplaat (3), - een centraal in de opneemruimte (21) gesitueerde en in de centreeropening (17A, 17B) van de informatieplaat passend co-axiaal centreerorgaan (22) met een vrij uiteinde voorzien van een voor-centreerdeel met een voor-centreeroppervlak (23) voor samenwerking met de wand van de centreeropening (17A, 1TB) van de informatieplaat in nog niet geheel gecentreerde toestand, alsmede - magnetische klemmiddelen (24, 25) op de bodem van de draaitafel voor samenwerking via een luchtspleet met de magnetisch aantrekbare delen 20 van de naaf, met het kenmerk, - dat zich aan de omtrek van de opneemruimte (21) een centreerwand (26) van de draaitafel bevindt met, aan de van de draaitafelbodem (19) afgekeerde zijde, een ringvormig, van de buitenomtrek af naar binnen toe in 25 de richting van de draaitafelbodem glooiend glijoppervlak (27) en - dat de afmetingen van de genoemde delen, de veldsterkte van de magnetische middelen en de wrijvingseoëfficiënten van de tijdens het centreren van de informatieplaat samenwerkende materialen van de naaf (7A, 7B) en de draaitafelinrichting (_8) zodanig zijn dat, wanneer een infor- 30 matieplaat (3) eenmaal een positie heeft bereikt waarin het voor-centreeroppervlak (23) van het centreerorgaan (22) in de centreeropening (17A, 17B) van de informatieplaat is geraakt, de buitenwand (28A, 28B) van de naaf van de informatieplaat zich boven het glijoppervlak (27) bevindt en de informatieplaat automatisch tot in de bedrijfsstand be-35 weegbaar is onder invloed van de erop uitgeoefende magnetische krachten, die gelijktijdig de rand van de centreeropening (17A, 17B) doen glijden over het voor-centreeroppervlak (23) van het centreerorgaan ¢/00703 PHQ 87.006 13 f * (22) en de rand van de naaf (7A, 7B) doen glijden over het glijopper-vlak (27).
2. Draaitafel-inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het vrije uiteinde van het eentreerorgaan (22) zich dichter bij de 5 draaitafelbodem (19) bevindt dan de bovenrand van het glijoppervlak (27).
3· Draaitafel-inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de centreerwand (26) wordt gevormd door een kunststof ring gelegen binnen de draaitafelwand (20). 10
4. Draaitafel-inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, - dat de magnetische klemmiddelen een aantal identieke axiaal gemagnetiseerde permanente magneten (24) omvatten, - dat een zachtmagnetische ring (25) vast met de draaitafelbodem is verbonden (19), 15 - dat een met de draaitafel (18) verbonden houder aanwezig (31) is, voorzien van een aantal regelmatig op een cirkel verdeelde uitsparingen ter grootte van de permanente magneten (24) en gelegen boven de zachtmagnetische ring (25) en - dat de permanente magneten (24) in de uitsparingen zijn aangebraeht en door magnetische klemkracht met de zachtmagnetische ring zijn verbonden .
5. Draaitafel-inrichting volgens conclusie 3 en 4, met het kenmerk, dat de centreerwand (26) en de houder behoren (31) tot een enkel kunststof onderdeel. 25 30 Λ /*» ----. **\ v» / V ;· .·' >: X· 35
NL8700703A 1987-03-26 1987-03-26 Draaitafelinrichting voor een informatieplaat. NL8700703A (nl)

Priority Applications (8)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8700703A NL8700703A (nl) 1987-03-26 1987-03-26 Draaitafelinrichting voor een informatieplaat.
US07/154,826 US5519687A (en) 1987-03-26 1988-02-11 Turntable device for an information disc
EP88200542A EP0284162B1 (en) 1987-03-26 1988-03-23 Turntable device for an information disc
DE8888200542T DE3871581T2 (de) 1987-03-26 1988-03-23 Plattentellervorrichtung fuer eine informationsplatte.
ES88200542T ES2048194T3 (es) 1987-03-26 1988-03-23 Dispositivo de plato giratorio para un disco de informacion.
JP63068326A JP2554120B2 (ja) 1987-03-26 1988-03-24 ターンテーブル装置
KR1019880003156A KR960013006B1 (ko) 1987-03-26 1988-03-24 정보 디스크용 회전판 장치
HK20297A HK20297A (en) 1987-03-26 1997-02-20 Turntable device for an information disc

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8700703 1987-03-26
NL8700703A NL8700703A (nl) 1987-03-26 1987-03-26 Draaitafelinrichting voor een informatieplaat.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8700703A true NL8700703A (nl) 1988-10-17

Family

ID=19849763

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8700703A NL8700703A (nl) 1987-03-26 1987-03-26 Draaitafelinrichting voor een informatieplaat.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US5519687A (nl)
EP (1) EP0284162B1 (nl)
JP (1) JP2554120B2 (nl)
KR (1) KR960013006B1 (nl)
DE (1) DE3871581T2 (nl)
ES (1) ES2048194T3 (nl)
HK (1) HK20297A (nl)
NL (1) NL8700703A (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPH03235281A (ja) * 1990-02-09 1991-10-21 Pioneer Electron Corp Cdプレーヤ
US5539862A (en) * 1992-12-08 1996-07-23 Texas Instruments Incorporated System and method for the design of software system using a knowledge base
JPH09320159A (ja) * 1996-05-27 1997-12-12 Mitsubishi Electric Corp 貼り合せディスクのターンテーブル装置および貼り合せディスク
TW333724B (en) * 1997-03-17 1998-06-11 Ind Tech Res Inst The spindle motor of optic disk driver
FR2815208B1 (fr) * 2000-10-06 2003-01-03 France Telecom Regie dans une installation terminale privative en mode atm
US7566827B2 (en) * 2006-10-26 2009-07-28 Stanton Magnetics, Inc. Variable slippage control for a disk jockey control surface

Family Cites Families (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3801476A (en) * 1972-03-01 1974-04-02 Teldec Telefunken Decca Method for improving the centering of stamping matrices
DE2408849A1 (de) * 1974-02-23 1975-09-04 Licentia Gmbh Einrichtung zur aufnahme und ausrichtung eines scheibenfoermigen aufzeichnungstraegers
DE2939865C2 (de) * 1979-10-02 1982-09-02 Licentia Patent-Verwaltungs-Gmbh, 6000 Frankfurt Verfahren und Vorrichtung zur Zentrierung und Ausrichtung eines plattenförmigen Aufzeichnungsträgers
US4320425A (en) * 1980-04-10 1982-03-16 Memorex Mini Disc Drive Corporation Centering and mounting apparatus for a magnetic recording disc
FR2521333A1 (fr) * 1982-02-11 1983-08-12 Cii Honeywell Bull Cartouche pour disque(s) magnetique(s) amovible(s)
GB2129547B (en) * 1982-11-02 1986-05-21 Cambridge Instr Ltd Reticle inspection
US4542426A (en) * 1983-05-31 1985-09-17 Storage Technology Partners Ii Flexible hub for removable disk
JPS6085724U (ja) * 1983-11-17 1985-06-13 シャープ株式会社 光メモリ円板
US4733388A (en) * 1985-08-23 1988-03-22 Hitachi Maxell, Ltd. Information recording disc
KR900004661B1 (ko) * 1986-01-20 1990-07-02 가부시키가이샤 도시바 정보처리장치
JPS62192945A (ja) * 1986-02-20 1987-08-24 Sony Corp 情報デイスク
JP2580590B2 (ja) * 1987-03-20 1997-02-12 ソニー株式会社 デイスク回転駆動装置

Also Published As

Publication number Publication date
EP0284162B1 (en) 1992-06-03
EP0284162A1 (en) 1988-09-28
JPS63255867A (ja) 1988-10-24
US5519687A (en) 1996-05-21
ES2048194T3 (es) 1994-03-16
KR960013006B1 (ko) 1996-09-25
DE3871581T2 (de) 1992-12-24
KR880011770A (ko) 1988-10-31
DE3871581D1 (de) 1992-07-09
JP2554120B2 (ja) 1996-11-13
HK20297A (en) 1997-02-20

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7656609B1 (en) Disk drive motor having a rotor with at least three bendable balancing tabs
NL194176C (nl) Cassette met buigzame magneetschijf en opneem- en/of weergeefinrichting daarvoor.
KR880000326B1 (ko) 플로피 디스크 안내장치
US5001700A (en) Disk clamp and centering apparatus for a beam addressable disk drive system
CA1324212C (en) Disk cartridge with hub seal
US4581667A (en) Magnetic hold-down for recording disc
JPH0118511B2 (nl)
CA1227142A (en) Rotary drive apparatus for a disk
EP0407051B1 (en) Disc loading apparatus
NL8700703A (nl) Draaitafelinrichting voor een informatieplaat.
EP0661705B1 (en) Tape drive and cassette with precise registration
JP3036108B2 (ja) ディスクカートリッジ
US20030031113A1 (en) Disk apparatus capable of automatically adjusting balance at the time of disk rotation
WO2003036631A1 (fr) Dispositif de commande d'objectif, et dispositif d'enregistrement et/ou de reproduction de disque
EP0661704A2 (en) High speed tape transport cassette
KR20030051203A (ko) 디스크 클램프 기구
US20060267423A1 (en) Spindle motor and disk drive unit
EP0926673A2 (en) Disc adapter for use in multistandard drive mechanism
JPH0719464B2 (ja) デイスクカ−トリツジ
EP1267351B1 (en) Disc cartridge
TW452774B (en) Disk chucking mechanism
KR830000824B1 (ko) 자기테이프 카세트
JP2510570B2 (ja) デイスクチヤツキング装置
JP3283203B2 (ja) 対物レンズ駆動装置
US6259582B1 (en) Chucking device in FDD

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed