NL8700175A - Werkwijze voor het door middel van codesignalen overdragen van informatie, informatie-overdrachtsysteem voor het uitvoeren van de werkwijze, alsmede een verzend- en ontvangstinrichting voor toepassing in het overdrachtsysteem. - Google Patents

Werkwijze voor het door middel van codesignalen overdragen van informatie, informatie-overdrachtsysteem voor het uitvoeren van de werkwijze, alsmede een verzend- en ontvangstinrichting voor toepassing in het overdrachtsysteem. Download PDF

Info

Publication number
NL8700175A
NL8700175A NL8700175A NL8700175A NL8700175A NL 8700175 A NL8700175 A NL 8700175A NL 8700175 A NL8700175 A NL 8700175A NL 8700175 A NL8700175 A NL 8700175A NL 8700175 A NL8700175 A NL 8700175A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signals
code signals
bits
bit
frequency components
Prior art date
Application number
NL8700175A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Philips Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Philips Nv filed Critical Philips Nv
Priority to NL8700175A priority Critical patent/NL8700175A/nl
Priority to US07/045,921 priority patent/US4802190A/en
Priority to EP87202656A priority patent/EP0277395B1/en
Priority to DE8787202656T priority patent/DE3782644T2/de
Priority to JP63009442A priority patent/JP2568875B2/ja
Priority to KR1019880000528A priority patent/KR960008983B1/ko
Publication of NL8700175A publication Critical patent/NL8700175A/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04LTRANSMISSION OF DIGITAL INFORMATION, e.g. TELEGRAPHIC COMMUNICATION
    • H04L13/00Details of the apparatus or circuits covered by groups H04L15/00 or H04L17/00
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04LTRANSMISSION OF DIGITAL INFORMATION, e.g. TELEGRAPHIC COMMUNICATION
    • H04L25/00Baseband systems
    • H04L25/38Synchronous or start-stop systems, e.g. for Baudot code
    • H04L25/40Transmitting circuits; Receiving circuits
    • H04L25/49Transmitting circuits; Receiving circuits using code conversion at the transmitter; using predistortion; using insertion of idle bits for obtaining a desired frequency spectrum; using three or more amplitude levels ; Baseband coding techniques specific to data transmission systems
    • H04L25/4906Transmitting circuits; Receiving circuits using code conversion at the transmitter; using predistortion; using insertion of idle bits for obtaining a desired frequency spectrum; using three or more amplitude levels ; Baseband coding techniques specific to data transmission systems using binary codes
    • HELECTRICITY
    • H03ELECTRONIC CIRCUITRY
    • H03MCODING; DECODING; CODE CONVERSION IN GENERAL
    • H03M5/00Conversion of the form of the representation of individual digits
    • H03M5/02Conversion to or from representation by pulses
    • H03M5/04Conversion to or from representation by pulses the pulses having two levels
    • H03M5/14Code representation, e.g. transition, for a given bit cell depending on the information in one or more adjacent bit cells, e.g. delay modulation code, double density code
    • H03M5/145Conversion to or from block codes or representations thereof

Description

i PHN 12.020 1 N.V. Philips* Gloeilampenlampenfabrieken
Werkwijze voor het door middel van codesignalen overdragen van informatie, informatie-overdrachtsysteem voor het uitvoeren van de * werkwijze, alsmede een verzend- en ontvangstinrichting voor toepassing in het overdrachtsysteem.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het door middel van codesignalen overdragen van n-bit informatiewoorden. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een informatie-overdrachtsysteem voor uitvoering van de werkwijze, omvattende een zendinrichting voor het 5 omzetten van h-bit informatiewoorden in codesignalen en voor het via een overdrachtskanaal of overdrachtsmedium overdragen van de codesignalen en een ontvangstinrichting voor het terugomzetten van de codesignalen in n-bit informatiewoorden.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een 10 verzendinrichting en ontvangstinrichting voor toepassing in het overdrachtsysteem. Êen dergelijke werkwijze, dergelijke overdrachtsysternen en verzend- en ontvangstinrichtingen voor het overdragen van gedigitaliseerde audioinformatie via een optisch uitleesbare plaat zijn onder andere bekend uit het Britse octrooi 15 2,083,322 (PHQ 80.0Ó7) op naam van aanvraagster. Met behulp van de aldaar beschreven werkwijze worden informatiewoorden welke een bemonsterd audiosignaal vertegenwoordigen EFM gecodeerd en in EFM gecodeerde vorm overgedragen. Op deze wijze wordt een audiosignaal van zeer hoge kwaliteit op uiterst betrouwbare wijze overgedragen, mits de 20 voor de overdracht benodigde bandbreedte, welke circa 1.2 MHz bedraagt, voldoende groot is. Indien echter deze bandbreedte afneemt tot beneden de genoemde bandbreedte dan neemt het aantal detectiefouten bij de ontvangst van het EFM-gecodeerde signaal zeer snel toe. Zo is bij een bandbreedtereductie tot ongeveer 80¾ van de benodigde bandbreedte het 25 aantal detectiefouten al zo groot geworden dat informatie-overdracht onmogelijk geworden is. Dit verschijnsel van abrupt wegvallen van de informatie-overdracht bij bandbreedtereductie is inherent aan de tot nog toe bekende werkwijzen van overdracht van digitale informatie. Een andere nadelige eigenschap, welke eveneens inherent is aan de bekende 30 digitale informatie overdracht is het ontbreken van flexibiliteit van het digitale format. Zodra een digitaal informatie-overdrachtsysteem is ontworpen is het vrijwel onmogelijk om de kwaliteit van het overgedragen * PHN 12.020 2 informatiesignaal te veranderen op een manier die compatibel is met het reeds vastgelegde format. Hierdoor kan bij een eenmaal gekozen standaard van een digitaal format niet geprofiteerd worden van eventuele verbeteringen in de techniek welke een kwaliteitsverbetering van het 5 overgedragen signaal mogelijk zouden maken.
In het geval dat men genoegen wil nemen met lagere kwaliteit van informatie-overdracht ten koste van de benodigde bandbreedte dan is dit bij de bekende digitale informatie overdracht systemen eveneens onmogelijk.
10 Het doel van de uitvinding is middelen te verschaffen waardoor aan de bovengenoemde bezwaren tegemoet gekomen kan worden. Volgens de uitvinding wordt dit doel voor wat betreft de werkwijze • volgens de aanhef bereikt doordat voor verschillende informatiewoorden bits met overeenkomstige bitposities worden vertegenwoordigd door 15 frequentiecomponenten welke in hoofdzaak binnen eenzelfde frequentiegebied van de frequentiespectra van de bijbehorende codesignalen zijn gelegen, en waarbij bits met verschillende bitposities worden vertegenwoordigd door frequentiecomponenten welke in hoofdzaak in verschillende frequentiegebieden zijn gelegen.
20 Voor wat betreft het informatie-overdrachtsysteem wordt dit doel bereikt doordat de verzendinrichting middelen omvat voor het omzetten van informatiewoorden in codesignalen waarin bits met gelijke bitpositie uit verschillende informatiewoorden door frequentiecomponenten in eenzelfde frequentiegebied binnen de 25 frequentiespectra van de bijbehorende codesignalen worden vertegenwoordigd en waarin bits met ongelijke bitpositie door frequentiecomponenten in verschillende frequentiegebieden binnen de frequentiespectra worden vertegenwoordigd.
Bij de werkwijze en het informatie-overdrachtsysteem 30 volgens de uitvinding blijft in het geval dat de beschikbare bandbreedte kleiner is dan de voor overdracht van de complete informatie noodzakelijke bandbreedte de overdracht voor de bits welke worden vertegenwoordigd door frequentiecomponenten die binnen de beschikbare bandbreedte zijn gelegen, gehandhaafd.
35 Na de overdracht kunnen de codesignalen weer in informatiewoorden worden omgezet door middel van een werkwijze gekenmerkt doordat na de overdracht van de codesignalen de afzonderlijke & 7 - ' ·. v ƒ V— PHN 12.020 3 * 4 bits van de informatiewoorden uit de codesignalen worden teruggewonnen door middel van detectie van de genoemde frequentiecomponenten die de bits vertegenwoordigen.
Een verdere uitvoeringsvorm van de werkwijze wordt 5 gekenmerkt doordat de detectie van de genoemde frequentiecomponenten wordt uitgevoerd door middel van bepaling van de correlatie van de ontvangen codesignalen met deelsignalen met frequentiespectra die in hoofdzaak die frequentiecomponenten bevatten die overeenkomen met de te detecteren frequentiecomponenten. Een dergelijke detectie van de 10 frequentiecomponenten kan op bijzonder eenvoudige wijze geïmplementeerd worden.
Vaak bestaan de informatiewoorden uit bits met ongelijke significantie. In dat geval is het vereist dat bij verminderde bandbreedte de overdracht van de meest significante bits gehandhaafd 15 blijft. Een uitvoeringsvorm van de werkwijze die aan deze eis tegemoet komt wordt gekenmerkt doordat bits met een hogere significantie dan andere bits worden vertegenwoordigd door frequentiecomponenten welke zijn gelegen in gedeelten van de overdrachtsband die meer betrouwbaar zijn dan de gedeelten van deze band waarin de frequentie componenten 20 zijn gelegen die de genoemde andere bits vertegenwoordigen.
Sommige typen van overdrachtskanalen en overdrachtsmedia, zoals bijvoorbeeld een optisch uitleesbare registratiedrager zijn hoofdzakelijk geschikt voor overdracht van tweewaardige codesignalen.
Bij dergelijke type van overdrachtskanalen of overdrachtsmedia worden 25 vaak codesignalen gebruikt welke zijn samengesteld uit reeksen van opeenvolgende bitcellen van constante lengte (Engels: full-T pulse). Een uitvoeringsvorm van de werkwijze welke geschikt is voor informatieoverdracht met behulp van dit type codesignalen wordt gekenmerkt doordat voor de overdracht uit alle mogelijke codesignalen een groep van 2n 30 codesignalen is geselecteerd, waarvoor geldt dat bij correlatie van de codesignalen met n verschillende deelsignalen het aantal verschillende combinaties van tekens van de correlatiecoefficienten gelijk is aan 2n, waarbij de frequentiecomponenten van de in verschillende frequentiegebieden zijn gelegen.
35 Verder is het voor een betrouwbare overdracht wenselijk dat de onderlinge beïnvloeding van de overdracht van de verschillende bits minimaal is.
f " : '
If * PHN 12.020 4
Een uitvoeringsvorm van de werkwijze waarbij deze beïnvloeding minimaal is, wordt gekenmerkt doordat deelsignalen worden gevormd door n signalen uit een set orthogonale signalen.
Daar de deelsignalen uit een set orthogonale deelsignalen 5 ongecorreleerd zijn, hebben bij de detectie van de frequentie componenten die een bepaalde bit vertegenwoordigen, de frequentie componenten die de andere bits vertegenwoordigen nauwelijks of geen invloed op deze detectie. Bijzonder geschikte sets van orthogonale deelsignalen zijn de zogeheten Walshfunkties.
10 Een aantrekkelijke uitvoeringsvorm van de werkwijze gekenmerkt doordat de n deelsignalen worden gevormd door drie Walshfunkties uit een set van 4 Walshfunkties. Bij deze uitvoeringsvorm blijkt de benodigde bandbreedte voor de complete informatieoverdracht slechts weinig groter te zijn (+ 10 %) dan de bandbreedte nodig voor 15 het overzenden van de ongecodeerde informatiewoorden.
Bovendien is gebleken dat gevoeligheid van de overdracht voor ruis vooral voor de overdracht van de meest significante bits laag is vergeleken bij conventionele digitale informatie-overdrachtsystemen. Uitvoeringsvormen van de werkwijze en het 20 informatie-overdrachtsysteem volgens de uitvinding alsmede verdere voordelen hiervan zullen hierna in detail worden beschreven onder verwijzing naar de figuren 1 tot en met 12, waarin figuur 1 tot en met figuur 3 een gebruikelijke werkwijze voor het overdragen van gedigitaliseerde informatie volgens de stand der 25 techniek tonen, figuur 4a een set van vier orthogonale deelsignalen voor toepassing in de werkwijze volgens de uitvinding toont, figuur 4b de absolute waarde van de Fourier-getransformeerde van de in figuur 4a getoonde deelsignalen toont, 30 figuur 5 een uitvoeringsvorm van een informatie overdracht systeem volgens de uitvinding toont,
figuur 6a een set van orthogonale Walshfunkties toont voor toepassing op de werkwijze volgens de uitvinding, figuur 6b de absolute waarde van de Fourier-35 getransformeerde van de in figuur 6b getoonde deelsignalen toont, figuur 7 de relatie toont tussen alle mogelijke, uit 4 tweewaardige bitcellen samengestelde, codesignalen en de correlaties C
.*·> ·*«.« -- .x- t* « - . *' B ! \ * i ΡΗΝ 12.020 5 van deze codesignalen met de in figuur 6a getoonde deelsignalen, figuur 8a en 8b de relatie toont tussen informatiewoorden en codesignalen voor een werkwijze volgens de uitvinding, figuur 9 het verloop van de signaal/ruis-verhouding van 5 een gedigitaliseerd PCM gecodeerd audiosignaal als funktie van de beschikbare bandbreedte toont, figuur 10 een uitvoeringsvorm van een informatie-overdrachtsysteem volgens de uitvinding toont, waarbij codesignalen worden gebruikt die zijn samengesteld uit tweewaardige bitcellen met 10 constante lengte, en figuur 11 en 12 de codesignalen, de deelsignalen en de correlatie tussen deze signalen tonen voor andere uitvoeringsvormen van de werkwijzen volgens de uitvinding.
In figuur 1 is een analoog signaal 1 bijvoorbeeld een 1 15 audiosignaal als functie van de tijd t weergegeven. Bij een gebruikelijke werkwijze voor het in digitale vorm overdragen van een dergelijk signaal 1 wordt het signaal 1 op eguidistante tijdstippen t1,..., t12 bemonsterd. Deze monsters welke in figuur 1 met J12 zijn aangeduid worden vervolgens omgezet in een reeks digitale codes. In 20 figuur 2 wordt een voorbeeld van een reeks van dergelijke digitale codes weergegeven. De codes welke in het vervolg informatiewoorden genoemd zullen worden zijn aangeduid met het verwijzingscijfer 2. Elk informatiewoord 2 bestaat uit een aantal opeenvolgende bits bO,..., b7 met afnemende significantie. De mate waarin elk bit bijdraagt tot de 25 getalwaarde die door het informatiewoord 2 wordt vertegenwoordigd is dan afhankelijk van de bit positie binnen het informatiewoord 2 7 (getalwaardes Γ b^.2"1). i=0 30 Het bit bQ met de hoogste bijdrage tot de getalwaarde wordt meestal aangeduid met het meest significante bit (MSB) en het bit by met de laagste bijdrage wordt meestal het minst significante bit genoemd (LSB).
De gebruikelijke wijze van overdracht van deze informatiewoorden is weergegeven in figuur 3. Daarbij worden de 35 informatiewoorden 2 met behulp van een codeerinrichting 3 omgezet in codewoorden 4 met een groter aantal bits, welke beter geschikt zijn voor overdracht dan de informatiewoorden 2. De codewoorden 4 worden omgezet ► ΡΗΝ 12.020 6 κ * in codesignalen 5 welke bestaan uit een reeks opeenvolgende tweewaardige bitcellen 6 van constante lengte. De codesignalen 5 worden overgedragen via een bandbegrensd overdrachtskanaal 8 of overdrachtsmedium, bijv. in de vorm van een optisch uitleesbare registratiedrager of een 5 magneetband. Het codesignaal 5 wordt als gevolg van de beperkte bandbreedte vervormd overgedragen. Dit vervormde codesignaal is in figuur 1 aangeduid met verwijzingscijfer 9. Uit de vervormde codesignalen 9 worden de codewoorden 4 weer teruggewonnen door het codesignaal 9 te bemonsteren op equidestante tijdstippen die 10 overeenkomen met de middens van de bitcellen, en vervolgens uit de tekens van bemonsteringen de opeenvolgende bits van de codewoorden 4 af te leiden. Met behulp van een decodeerschakeling 10 wordt het codewoord 4 weer omgezet in het informatiewoord 2, waarna de overdracht is voltooid. (Voor een gedetailleerde beschrijving van een dergelijke 15 informatie-overdracht wordt verwezen naar het boek "Principles of pulse code modulation", K.W. Cattermale, LONDON ILIFFE BOOK LTD.).
Het in figuur 3 getoonde overdrachtsysteem voldoet uitstekend zo lang de bandbreedte van het overdrachtskanaal 8 of overdrachtsmedium voldoende groot is. Bij een bandbreedte die slechts 20 een weinig beneden deze vereiste bandbreedte is gelegen wordt het ónmogelijk om uit het vervormde codesignaal 9 de informatiewoorden terug te winnen. Aan dit bezwaar wordt volgens de uitvinding tegemoet gekomen door voor de overdracht een klasse van codesignalen te kiezen, waarbij de bits met verschillende bitposities door frequentiecomponenten van de 25 codesignalen in verschillende frequentiegebieden worden vertegenwoordigd, en wel zodanig dat elk bit met een zelfde bitpositie in elk van de codesignalen in hetzelfde frequentiegebied wordt vertegenwoordigd. Door nu de relatie tussen de informatiewoorden zo te kiezen dat de meest significante bits door frequentiecomponenten worden 30 vertegenwoordigd die in het meest betrouwbare gedeelte van de band van het overdrachtskanaal zijn gelegen, wordt dan bereikt dat bij een eventuele bandbreedtevermindering in de overdracht van de meest significante bits gehandhaafd kan blijven.
Een klasse van geschikte codesignalen zal nu worden 35 beschreven aan de hand van de figuren 4a en 4b.
Figuur 4a toont een set signalen d^, d2, d3 en Λ
d^ als funktie van de tijd t. Buiten het tijdsinterval -£ T
* * PHN 12.020 7 tot ^ T zijn de signaalwoorden voor alle signalen d1t d2, d3, d4 gelijk aan nul. Verder zijn de signalen zo gekozen dat de integraal
.. iT
5 Ixj = V d^.dj.dt gelijk aan nul is voor i^j, en gelijk aan c ~7 T
voor i=j. Een set van signalen net de hiervoorgenoemde eigenschap staat bekend als een set orthogonale signalen. Verder zijn de signalen zo gekozen dat hun frequentiespectra in verschillende frequentiegebieden 10 zijn gelegen. De absolute waarde van de Fourier getransformeerde van de deelsignalen d1f d2, d3 en d4 zijn in figuur 4b als funktie van de frequentie f weergegeven en aangeduid met respectievelijk de verwijzingen fdt, fd2, fd3 en fd4. Voor de overdracht van 4-bitsinformatie worden codesignalen gebruikt welke zijn samengesteld uit 15 een lineaire combinatie 4 Z
i=1 van de deelsignalen d1, d2, d3, d^. Daarbij geeft a^ steeds 20 de logische waarde van het i^e bit b^ in het informatiewoord aan: bijvoorbeeld aj=1 geeft aan dat het i^e bit de logische waarde 1 heeft en a^=-1 geeft aan dat het i^e bit de logische waarde 0 heeft. Een andere mogelijkheid is dat a-jjfO een bit met logische waarde 1 en a^=0 een bit met logische waarde 0 aangeeft. Op deze 25 wijze wordt voor elk mogelijk informatiewoord een codesignaal verkregen waarbij de verschillende bits door verschillende gedeelten van het frequentiespectrum worden vertegenwoordigd.
Na overdracht van de codesignalen kan op eenvoudige wijze door middel van correlatie van het overgedragen codesignaal Sc met de 30 deelsignalen d1, d2, ii en d4 op de afzonderlijke bits bi van de informatiewoorden uit ie .ntvangen codesignalen worden afgeleid volgens de volgende relatie
4T 4 T 4 T
j Sc.djL dt =J l ayi, it a'^ d^.dt (1)
35 4 T -i T 'i T
£. Λ f\ / *7 ' - ·' 'v * * * < PHN 12.020 8 4τ waaruit volgt dat b^ = sign j Sc.d^ dt
-7T
Het zij opgemerkt dat vanwege de orthogonaliteit van 5 deelsignalen di alle de bijdragen van aj.dj^ voor i^j gelijk aan nul zijn, zodat de onderlinge beïnvloeding van de detectie van de verschillende bits minimaal is. Het spreekt voor zich dat de logische waarden van de bits ook eenvoudig bepaald kunnen worden met behulp van tijddiscrete correlatietechnieken bijvoorbeeld volgens relatie 2.
10 4 b^ = sign E Sc (k) d^ (k) (2) k=1
Sc (k) en d^ (k) de funktiewaarden van Sc en di op respectievelijk t = -g- T, T, j T, | T; 15 voor k = 1, 2, 3 en 4.
Indien op de hiervoorbeschreven wijze 4-bit informatiewoorden worden overgedragen via een overdrachtskanaal met een lage betrouwbaarheid van het hoogfrequente gedeelte van de overdrachtsband waarin hoofdzakelijk de frequentiecomponenten fd4 (zie 20 figuur 4b) zijn gelegen dan zal de overdracht van het bit dat door de frequentie componenten in dit frequentiegebied wordt vertegenwoordigd eveneens onbetrouwbaar zijn.
Echter de betrouwbaarheid van de overdracht van de overige bits wordt in veel mindere mate aangetast, daar deze bits door 25 frequentiecomponenten worden vertegenwoordigd, welke in hoofdzaak buiten het onbetrouwbare gebied zijn gelegen.
Het zal duidelijk zijn dat voor de meest betrouwbare informatie-overdracht de relatie tussen de codesignalen en informatiewoorden zodanig gekozen dient te worden dat het minst 30 significante bit door de componenten fd4 in het hoogste frequentie gebied, terwijl het meest significante bit door frequentiecomponenten fd1 in het laagste frequentiegebied vertegenwoordigd dienen te worden.
Figuur 5 toont een uitvoeringsvorm van een overdrachtsysteem volgens de uitvinding, waarmee op hiervoorgenoemde 35 wijze 4-bit informatiewoorden overgedragen kunnen worden. Het overdrachtsysteem omvat een verzendinrichting 33 voor het omzetten van 4-bits informatiewoorden, welke via een bus 21 worden aangeboden in code- jpy «ts. - c »*·· *· - * i PHN 12.020 9 signalen Sc. De codesignalen Sc worden afgegeven aan een uitgang 34 van de verzendinrichting 33. Met verwijzingscijfer 20 wordt een 4-bits register aangeduid voor ontvangen van 4-bits informatiewoorden via de ingangsbus 21. Het laadproces van register 20 wordt op een gebruikelijke 5 wijze gestuurd door middel van kloksignaal Cl dat wordt opgewekt door een klokgenerator 22 en dat wordt aangeboden aan de klokingang van register 20. De klokgenerator 22 wekt een tweede kloksignaal CI2 op voor het besturen van een funktiegenerator 23, die synchroon met het kloksignaal cl, de deelsignalen dj, d2, dj en d^ opwekt aan een 10 viertal uitgangen. Het signaal dj wordt toegevoerd aan een omkeerschakeling 24 en een analoge multiplexer 25. Het signaal d2 wordt toegevoerd aan een omkeerschakeling 26 en een analoge multiplexer 27. Het signaal dj wordt toegevoerd aan een omkeerschakeling 28 en een analoge multiplexer 29. En ten slotte wordt signaal toegevoerd aan 15 een omkeerschakeling 30 en een analoge multiplexer 31. De stuuringangen van de multiplexers 25, 27, 29 en 31 zijn verbonden met respectievelijk de uitgangen van register 20, welke logische signalen afgeven welk respectievelijk de bits bj, b2, bj en b^ van het in het register 20 geladen informatiewoord vertegenwoordigen. De uitgangen van de 20 analoge multiplexers 25, 27, 29 en 31 zijn verbonden met een sommatie-schakeling 32. Aan de uitgang van sommatieschakeling 32 wordt dus een codesignaal opgewekt dat is samengesteld uit een lineaire combinatie van de deelsignalen dj, d2, dj en d^, waarbij de bijdrage van elk deelsignaal dj, d2, dj en d^ aan het codesignaal wordt bepaald 25 door de logische waarden van de bits bj,...,b^ van het codewoord dat is opgeslagen in het register 20. De uitgang van sommatieschakeling 32 fungeert als de uitgang 34 van zendinrichting 33. De codesignalen Sc worden via een overdrachtskanaal of overdrachtsmedium 35 toegevoerd aan een ontvangstinrichting 46. Ontvangstinrichting 46 is uitgevoerd als een 30 correlator voor het bepalen van de tekens van de correlatie tussen de codesignalen en deelsignalen volgens relatie 2. Daartoe is ontvangstinrichting voorzien van een ingangsschakeling 36 voor het bemonsteren van de ontvangen codesignalen met een frequentie die gelijk is aan 4 maal de herhalingsfrequentie van de codesignalen Sc. in reactie 35 op de klokimpuls C14 die worden opgewekt op de tijdstippen T, -|t, jT, T binnen de tijdduur (~2 T tot 2 T) van de codesignalen Sc. De klokimpulsen I*', Λ M- » . 1»».· »«.
t \ ' · **- ƒ - * * > **·» PHN 12.020 10 C14 kunnen bijvoorbeeld door middel van op zichzelf bekende technieken uit de codesignalen worden afgeleid door een klokgenerator 40. Verder is de ingangschakeling nog voorzien van een analoog/digitaal-omzetter voor het omzetten van de monsters in een digitale signaal dat vervolgens door 5 middel van een drietal door klokimpulsen gestuurde parallel-in parallel-uit registers 37, 38 en 39 respectievelijk over tijdintervallen ^ T, | T en | T vertraagd. De uitgangen van ingangsschakeling 36 en de registers 37, 38 en 39 zullen voortaan Uk, ük+1' Uk+2 en Uk+3 9enoemd worden.
10 De klokregenerator 40 leidt eveneens uit de codesignalen
Sc klokpulsen C15 af die de overgangen van opeenvolgende codesignalen aangeven.
Een rekenschakeling 41 bepaalt het teken van de som van de signalen Uk, Uk+1, Uk+2, Uk+3. Een logisch 15 signaal dat dit teken vertegenwoordigt wordt aangeboden aan een ingang b1* van een 4-bitsregister 42,
Een rekenschakeling 43 bepaalt het teken van (Uk + Uk+1 - Uk+2 - Uk+3). Een logisch signaal dat het resultaat van de bepaling vertegenwoordigt wordt aangeboden aan een ingang b2* van 20 het register 42.
Een rekenschakeling 44 bepaalt het teken van <uk " ük+1- uk+2 + ük+3^ en een signaal dat het resultaat van de bepaling vertegenwoordigt wordt toegevoerd aan een ingang b3* van het register 42.
25 Een rekenschakeling 45 bepaalt het teken van (Uk ~ ^k+1 + Uk+2 ~ uk+3^ en een l°9Ïsch signaal dat het resultaat van de bepaling vertegenwoordigt wordt toegevoerd aan een ingang b4* van het register 42. De signalen op de ingangen b1*,...,b4* van het register 42 worden in reactie op de klokpulsen C15, welke op de 30 klokingang van het register 42 worden aangeboden in het register 42 geladen.
De klokpulsen C15 vallen samen met de overgangen tussen de opeenvolgende codesignalen Sc, zodat op het moment van laden van het register 42 de signalen op de ingangen b1*, b2*, b3* en b4* de tekens 35 van de correlatie tussen het ontvangen codesignaal Sc en de deelsignalen dv d2< d-j en d^ vertegenwoordigen overeenkomstig relatie 2.
Deze tekens komen overeen met de logische waarden van de bits b^,..., ^ *7 *' / '· \V * it PHN 12.020 11 ï>4 het informatie woord dat door het overgezonden codesignaal wordt vertegenwoordigd, zodat het register 41 in reactie op een klokimpuls C15 steeds met door middel van een codesignaal overgedragen informatie woord wordt geladen.
5 Een andere uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding, waarbij de codesignalen samengesteld zijn uit tweewaardige bitcellen met een konstante lengte zal hierna worden beschreven onder verwijzing naar de figuren 6, 7 en 8.
Figuur 6a toont een set van vier orthogonale deelsignalen 10 h^(t), l^ft), h-j(t), h^(t), welke elk uit vier tweewaardige bitcellen van gelijke lengte zijn opgebouwd. Een dergelijke set orthogonale funkties staat bekend als een set Walshfunkties.
In figuur 6b zijn de absolute waarden van de Fourier getransformeerden van de funkties weergegeven en aangeduid 1 15 met respectievelijk fh1, fh2, fh3 en fh4. Zoals uit figuur 6b blijkt hebben de verschillende funkties h^,h^ in hoofdzaak frequentie componenten in verschillende frequentiegebieden.
In figuur 7 zijn met de signalen alle signalen aangegeven welke kunnen worden samengesteld uit vier 20 tweewaardige bitcellen van konstante lengte. Verder zijn in figuur 7 in de kolommen C1, C2, C3 en €4 de correlaties tussen de signalen x^ en respectievelijk de signalen h-j, h^ en h^ weergegeven.
Uit de in figuur 7 getoonde signalen x^ kan een achttal signalen worden geselecteerd waarvoor geldt.dat de tekens van drie van 25 de correlaties acht verschillende combinaties vertonen. In figuur 8a zijn acht signalen x^ aangegeven waarvoor de tekens van C2, C3 en C4 acht verschillende combinaties vertonen. In figuur 8b zijn de signalen achtsignalen x aangegeven waarvoor de tekens van Cl, C2 en C3 acht verschillende combinaties vertonen.
30 Verder zijn in de figuren 8a en 8b de relatie tussen 3- bits informatiewoorden in kolom B en de signalen x^ aangegeven.
In figuur 8a wordt het bit b^ van het informatiewoord steeds door dezelfde frequentiecomponenten uit het frequentiespectra van de signalen x^, namelijk de frequentiecomponenten die overeenkomen met 35 het frequentiespectrum van signaal I12 of frequentiecomponenten die overeenkomen met het frequentiespectrum van dat geïnverteerde signaal-hg. Op gelijksoortige wijze worden de bits b2 en b^ PHN 12.020 12 vertegenwoordigd door frequentiecomponenten die overeenkomen met het frequentiespectrum van h3 of -h3 en of -h4.
In de in figuur 8b aangegeven relatie tussen de informatiewoorden S en de signalen worden de verschillende bits 5 b.|, b2 en b3 vertegenwoordigd door frequentie componenten die overeenkomen met de frequentiespectra van h^ of -h^, of -h2 en h3 of -h3.
Door middel van correlatietechnieken kunnen de afzonderlijke bits b^, b2 en b3 van de informatiewoorden weer uit 10 de overgedragen codesignalen afgeleid worden. Bij de in figuur 8a aangegeven relatie tussen S en kan dit bijvoorbeeld als volgt.
4 b^ = sign l Xj_ (k) . h1 (k) (3) k=1 15 x^ (k) en h·^ (k) de funktiewaarden van ... λ 1 x^ en h-^ op de tijdstippen -g· T, -·£ T, }l. |τ·
Het spreekt voor zich dat evengoed meer dan vier funktiewaarden van x^ en gebruikt kunnen worden voor de bepaling 20 van de teken van de korrelatie. Zo is het bijvoorbeeld ook mogelijk om de funktiewaarden van x^ en h^ op tijdstippen 7 m 5 rp 3 m 1 φ "ts T' -fs T' "tt T' ~ττ T' π T' h T' h T en π T te gebruiken voor de bepaling van de correlatie.
25 In figuur 9 wordt de invloed van de bandbreedte op de signaal/ruis verhouding van het PCM gecodeerde signaal getoond in het geval dat bij de werkwijze volgens de uitvinding 15-bits linear gequantiseerde monsters van bijvoorbeeld een audiosignaal werden overgedragen, waarbij de ruis volledig bestaat uit quantisatieruis, en 30 waarbij de vijftien bits van het lineair gequantiseerde monsters zijn verdeeld over vijf inf -relatiewoorden van drie bits. De eerste vijf meest significante bits van Ie monsters worden vertegenwoordigd door de meest significante bits van ie vijf 3-bits informatiewoorden. De vijf minst significante bits van bit monsters worden vertegenwoordigd door de minst 35 significante bits van de vijf 3-bits informatiewoorden. De overige vijf bits van het monsters worden vertegenwoordigd door de overige bits van de vijf 3-bits informatiewoorden. Als codesignalen zijn de in figuur 8b 7 t: " r * PHN 12.020 13 weergegeven codesignalen Xj_ gebruikt, waarbij de bits b1 de meest significante bits en de bits b3 de minst significante bits zijn*
De bij de hiervoor beschreven informatieoverdracht verkregen signaal/ruis-verhouding (SNR) is in figuur 9 aangeduid met 5 kromme 50. Deze signaal/ruis-verhouding neemt bij afnemende relatieve bandbreedte BT geleidelijk af.
Ter vergelijking is in figuur eveneens de signaal/ruis-verhouding weergeven indien de 15-bits lineair gequantiseerde monsters via een conventioneel overdrachtsysteem worden overgedragen met behulp 10 van codesignalen die voor elk monster bestaan uit een reeks van vijftien tweewaardige bitcellen van konstante lengte. De signaal/ruis-verhouding van het PCM-gecodeerde signaal van het konventionele overdrachtsysteem is aangeduid met verwijzingscijfer 51.
Vergelijking van het verloop van de signaal/ruis-15 verhouding van beide systemen leert dat bij het conventionele systeem de informatie-overdracht abrupt ophoudt indien de bandbreedte kleiner wordt dan een bepaalde drempelwaarde, terwijl bij de informatie-overdracht volgens de uitvinding bij afnemende bandbreedte de kwaliteit van de informatie-overdracht slechts geleidelijk afneemt.
20 Bij deze laatstgenoemde wijze van informatie-overdracht neemt het aantal betrouwbare bits per monsters af naarmate de beschikbare bandbreedte afneemt. Een andere methode van overdracht van digitale audio signalen die met behulp van de werkwijze volgens de uitvinding kan worden uitgevóerd, en waarbij eveneens de kwaliteit van 25 het overgedragen audiosignaal afneemt bij afnemende bandbreedte kan worden verkregen door bijvoorbeeld het aantal bemonsteringen in groepen van 3 te verdelen. Alle bits van een eerste monster uit de groep worden dan vertegenwoordigd door de meest significante bits van vijftien opeenvolgende informatiewoorden. De bits van een tweede monster uit een 30 dergelijke groep worden vertegenwoordigd door de bits b2 van vijftien opeenvolgende 3-bits informatiewoorden. En de bits van een derde monsters uit de groep worden dan vertegenwoordigd door de minst significante bits b-j van de vijftien opeenvolgende informatiewoorden.
Bij een dergelijke informatie overdracht zal bij vermindering van de 35 bandbreedte de kwaliteit van de overdracht verminderen doordat het aantal betrouwbare monsters afneemt.
Een ander voordeel van de informatie-overdracht volgens f: ~ ·.
PHN 12.020 14 de uitvinding is dat aantal detectiefouten als gevolg van additionele ruis voor de bits die worden vertegenwoordigd door frequentie componenten in het meest betrouwbare gedeelte van de frequentieband van het overdrachts aanzienlijk lager is dan voor bits die worden 5 vertegenwoordigd door frequentiecomponenten in minder betrouwbaar gedeelte.
Tabel 1 toont voor de in figuur 8b aangegeven codesignalen de detectiefout kans P dat een bit onjuist gedetecteerd wordt in een overdrachtsysteem voor een overdrachtskanaal met een 10 laagdoorlatend karakter, in het geval de informatie-overdracht door witte ruis wordt verstoord.
overdracht volgens de | conventionele overdracht uitvinding | 15 ___I_ bit I foutenkans | bit | foutenkans b2 | 10_3.a | b1 | 26.10_3a b2 I 6.10"3.a | b2 | 26.10_3a 20 b3 | 26.10-3.a | b3 | 26.10"3a I | b4 | 26.10~3a _I_I_:_I_
Tabel 1 25
Ter vergelijking is in tabel eveneens de foutenkans weergegeven indien volgens conventionele detectietechnieken codesignalen van vier bitcellen worden overgedragen die elk een 4-bit informatiewoord vertegenwoordigen. Soortgelijke effecten treden eveneens op indien een 30 overdrachtskanaal met een hoogdoorlatend karakter wordt toegepast. In dat geval zijn echter de detectie van bits die door de componenten met de hoogste frequentie worden vertegenwoordigd het ongevoeligst voor ruis.
Een uitvoeringsvoorbeeld van een informatie-overdracht-systeem volgens de uitvinding voor het uitvoeren van de informatie-35 overdracht met behulp van codesignalen welke zijn samengesteld uit reeksen tweewaardige bitcellen van constante lengte is weergegeven in figuur 10.
.e ·. '· ·. : · PHN 12.020 15
Het getoonde overdrachtsysteem omvat een verzendinrichting 60, die 3-bits informatiewoorden, welke aan een ingangsbus 61 worden aangeboden, omzet in codesignalen samengesteld uit 4 tweewaardige bitcellen en vervolgens deze codesignalen via een uitgang 5 62 toevoert aan een bandbegrensd overdrachtskanaal 63. De codesignalen worden via het overdrachtskanaal 63 toegevoerd aan een ontvangstinrichting 64 welke de codesignalen weer terugomzet in 3-bits informatiewoorden. De zendinrichting 60 is voorzien van een codeomzetter 65 welke de 3-bits informatiewoorden omzet in 4-bits codewoorden volgens 10 de onderstaande tabel 2
I I I
[ informatiewoorden | codewoorden |
I___I I
15 J I I
| 000 | 0010 |
| 001 I 0001 I
| 010 I 0100 | | 011 | 1000 | 20 | 100 I 0111 | 1 101 I 1011 i ! 110 | 1110 | i 111 | 1101 |
t _l__„I
25
Tabel 2
Een dergelijke codeomzetter 65 kan bijvoorbeeld bestaan uit een geheugen waarin de bovenstaande tabel 2 is opgeslagen. De 4 bits codewoorden aan 30 de uitgang van codeomzetter 65 worden toegevoerd aan een parallel serieel omzetter 66 die de kodewoorden omzet in kodesignalen, in de vorm van seriële datareeksen welke zijn opgebouwd uit uit tweewaardige bitcellen met gelijke lengte, waarbij de gebruikte bitcelwaarden symmetrisch ten opzichte van het nulniveau zijn gelegen (NRZ-signalen).
35 De relatie tussen de 3-bit informatiewoorden en de aldus verkregen codesignalen komt overeen met de in figuur 8b weergegeven relatie. De codesignalen aan de uitgang van omzetter 66 worden via uitgang 62 en het t *.· ;i * PHN 12.020 16 overdrachtskanaal 63 aan ontvangstinrichting 64 overgedragen. De ontvangstinrichting 64 regenereert de bits van het overgedragen informatiewoord volgens relatie 3 door middel van de bepaling van de tekens van de correlatie tussen de ontvangen codesignalen en 5 respectievelijk de deelsignalen h1( h2 en h3 zoals deze in figuur 6a weergegeven. Daartoe is de ontvangstinrichting voorzien van een ingangsschakeling 67 welke de ontvangen codesignalen bemonstert en omzet in een digitale representatie. De bemonsteringen worden bestuurd door middel van klokpulsen C17 welke in fase zijn met de middens van de 10 bitcellen van de codesignalen. De klokpulsen C17 worden door middel van een klokregenerator 68 bijvoorbeeld met behulp van bekende fasevergrendelde lus technieken afgeleid uit de ontvangen codesignalen. De digitale representatie van de genomen monsters worden met behulp van door klokimpulsen C17 gestuurde vertragingsschakelingen 69, 70 en 71, 15 bijvoorbeeld klokgestuurde parallel*-in parallel-uit registers, over respectievelijk -£ T, j T, en ^ T vertraagd. De digitale representaties aan de uitgang van ingangsschakeling 67 en vertragingsschakelingen 69, 70 en 71 worden in het vervolg aangeduid met vk' vk+1' vk+2 en vk+3’ 20 Met behulp van rekenschakeling 72, 73 en 74 en een uitgangsregister 75 wordt uit de waarden van V^, Vj^, ν^+2 en Vk+3 de respectievelijk de bits b^, b2 en b3 van het informatiewoord teruggewonnen.
De waarden V, Vk+1, ν^·+2 en Vk+3 vertegenwoordigen 25 signaalwaarden ter plaatse van de middens van vier opeenvolgende bitcellen. In de gevallen dat deze vier opeenvolgende bitcellen tot hetzelfde codesignaal behoren, geeft het signaal op de uitgang van rekenschakeling 72 welke het teken van <Vk + vk+1 + ^k+2 + Vk+3^ bepaalt, het teken van correlatie 30 tussen het ontvangen codesignaal en het signaal h^ en dus de logische waarde van bit b^ van het informatie woord aan. Op soortgelijke wijze geeft dan de uitgang rekenschakeling 73 die het teken van (Vk + Vk+1 " ^_2 - Vjc_3) bepaalt de logische waarde van bit b2 aan en geeft de uitgang van rekenschakeling 74 die het teken van 35 <vk - vk+1 - vJc+2 + W bepaalt de logische'waarde van bit b3 aan.
De uitgangssignalen van rekenschakelingen 72, 73 en 74 4r-. » - .*>». - r; - ' PHN 12.020 17 worden in reactie op klokimpulsen C18 welke in fase zijn met de overgangen tussen de opeenvolgende codesignalen in het register 75 gelezen, zodat aan de uitgangen van register 75 achtereenvolgens de met behulp van de codesignalen overgedragen 3-bit informatiewoorden worden 5 afgegeven. De klokimpulsen C18 worden eveneens door de klokgenerator 68 op een gebruikelijke wijze uit het ingangsignaal van de ontvangstinrichting 64 afgeleid.
De aan de hand van figuur 6 tot 10 beschreven informatiesystemen gebruiken codesignalen welke bestaan uit reeksen van 10 vier tweewaardige bitcellen. Bij terugwinning van de informatiewoorden uit de overgedragen codesignalen wordt daarbij steeds het teken bepaald van de correlatie tussen het overgedragen codesignaal en één signaal uit de set van vier Walshfunkties. Het spreekt voor zich dat soortgelijke informatie kan worden verkregen met behulp van codesignalen 1 15 welke zijn samengeteld uit 4* bitcellen. Dergelijke codesignalen zijn namelijk alle samen te stellen uit lineaire combinaties van Walshfunkties uit een set van 41 orthogonale Walshfunkties.
Uit alle mogelijke codesignalen die samengesteld kunnen worden uit 4* bitcellen moeten dan voor de overdracht die codesignalen 20 gekozen worden waarvoor geldt dat bij correlaties met 2n Walshfunkties uit de set van 4* othogonale Walshfunkties 2n verschillende combinaties van tekens van de correlaties worden verkregen. In dat geval kunnen steeds eenduidig n verschillende bits door middel van correlatie met de Walshfunkties gedetecteerd worden.
25 Het zij opgemerkt dat ook andere sets van orthogonale funkties dan Walshfunkties gebruikt kunnen worden voor de detectie. Zo zijn bijvoorbeeld in figuur 11a vier verschillende 3-bits codesignalen P2(t), pgit), p4(t), p5(t) weergegeven waarmee 2-bits informatiewoorden kunnen worden overgedragen, welke na overdracht 30 teruggewonnen worden door bepaling van het teken van de correlaties C2 en C3 van de ontvangen -odesignalen met twee signalen e2(t) en e^it) uit een set v.m ' othogonale funkties e^t), e2(t) en 63ft) (Figuur 11b).
Het zal duiiei.’k zijn dat het frequentiespectrum van het 35 signaal e2(t} in hoofdzaak frequentiecomponenten in het laag frequente gebied vertoont, terwijl het frequentiespectrum in signaal e^(tl meer frequentiecomponenten m het hoog frequente gebied vertoont.
* ** «"! PHN 12.020 18
Bij alle van de hiervoor beschreven informatie-overdrachtsystemen worden de afzonderlijke bits uit de overgedragen codesignalen bepaald door middel van correlatie van de codesignalen met behulp van deelsignalen uit een set van orthogonale deelsignalen. Dit 5 heeft het voordeel dat de deelsignalen ongecorreleerd zijn, zodat er geen onderlinge beïnvloeding tussen de detecties van de verschillende bits bestaat. Het zij echter opgemerkt dat het niet noodzakelijk is dat voor detectie deelsignalen uit een set orthogonale deelsignalen wordt gebruikt. Zo is bijvoorbeeld in figuur 12b een set van drie niet-10 orthogonale funkties met frequentiecomponenten in verschillende gebieden van het frequentiespectrum weergegeven, welke bij correlatie met de acht mogelijke verschillende codesignalen bestaande uit drie bitcellen, acht verschillende combinaties van tekens van de correlaties C1, C2 en C3 opleveren.
15 Ook is het niet noodzakelijk dat de frequentiecomponenten in de codesignalen die de verschillende bits vertegenwoordigen met behulp van correlatietechnieken gedetecteerd worden. Het zal duidelijk dat een dergelijke detectie bijvoorbeeld ook door bepaling van het frequentiespectrum van het codesignaal en een analyse van het verkregen 20 frequentiespectrum kan worden uitgevoerd.
Het zal voor de vakman verder ook duidelijk zijn dat tal van codesignalen bruikbaar zijn. Essentieel is slechts dat bits met overeenkomstige bitposities steeds door frequentie componenten in eenzelfde frequentiegebied worden vertegenwoordigd en dat de bits met 25 verschillende bitposities worden vertegenwoordigd door frequentiecomponenten in verschillende frequentiegebieden. In dat geval kan steeds de relatie tussen de informatiewoorden en de codesignalen zo gekozen worden dat de kwaliteit van de informatie overdracht slechts geleidelijk afneemt bij bandbreedtevermindering.
r-- »'·· " t. -r' >*-
l: i ‘i ·’ H

Claims (16)

1. Werkwijze voor het door middel van codesignalen overdragen van n-bit informatiewoorden, met het kenmerk, dat voor verschillende inforaatiewoorden bits met overeenkomstige bitposities worden vertegenwoordigd door frequentiecomponenten welke in hoofdzaak 5 binnen eenzelfde frequentiegebied van de frequentiespectra van de bijbehorende codesignalen zijn gelegen, en waarbij bits met verschillende bitposities worden vertegenwoordigd door frequentiecomponenten welke in hoofdzaak in verschillende frequentiegebieden zijn gelegen.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat na de overdracht van de codesignalen de afzonderlijke bits van de inforaatiewoorden uit de codesignalen worden teruggewonnen door middel van detectie van de genoemde frequentiecomponenten die de bits vertegenwoordigen.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de detectie van de genoemde frequentiecomponenten wordt uitgevoerd door middel van bepaling van de correlatie van de ontvangen codesignalen met deelsignalen met frequentiespectra die in hoofdzaak die frequentiecomponenten bevatten die overeenkomen met de te detecteren 20 frequentiecomponenten.
4. Werkwijze volgens een der conclusies 1, 2 of 3 voor het overdragen van informatiewoorden samengesteld uit bits met ongelijke significantie, via een overdrachtskanaal of overdrachtsmedium met een overdrachtsband met ongelijke betrouwbaarheid in verschillende gedeelten 25 met het kenmerk dat bits met een hogere significantie dan andere bits worden vertegenwoordigd door frequentiecomponenten welke zijn gelegen in gedeelten van de overdrachtsband die meer betrouwbaar zijn dan de gedeelten van deze band waarin de frequentie componenten zijn gelegen die de genoemde andere bits vertegenwoordigen.
5. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, 3 of 4 waarbij de codesignalen zijn samengesteld uit reeksen van m opeenvolgende bitcellen van constante lengte waarbij elk codesignaal een n-bit informatie woord vertegenwoordigt, met m en n gehele getallen met m groter of gelijk aan n, met het kenmerk, dat voor de overdracht uit alle mogelijke 35 codesignalen een groep van 2n codesignalen is geselecteerd, waarvoor geldt dat bij correlatie van de codesignalen met n verschillende deelsignalen het aantal verschillende combinaties van tekens van de PHN 12.020 20 correlatie coëfficiënten gelijk is aan 2nf waarbij frequentiecomponenten van deelsignalen in verschillende frequentiegebieden zijn gelegen.
6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de n 5 deelsignalen worden gevormd door n signalen uit een set orthogonale signalen.
7. Werkwijze volgens conclusie 6 waarbij m gelijk is aan 41 met 1 een geheel getal, met het kenmerk, dat de n deelsignalen worden gevormd door Walshfunkties een set van m Walshfunkties.
8. Werkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de n decodeersignalen worden gevormd door drie Walshfunkties uit een set van vier Walshfunkties.
9. Informatie-overdrachtsysteem voor het uitvoeren van de werkwijze volgens een der voorgaande conclusies omvattende een 15 verzendinrichting voor het omzetten van n-bit informatiewoorden in codesignalen en voor het via een overdrachtskanaal of overdrachtsmedium overdragen van de codesignalen, en ontvangstinrichting voor het terugomzetten van de codesignalen in de informatiewoorden, met het kenmerk, dat de verzendinrichting middelen omvat voor het omzetten van 20 informatiewoorden in codesignalen waarin bits met gelijke bitpositie uit verschillende informatiewoorden door frequentiecomponenten in eenzelfde frequentiegebied binnen de frequentiespectra van de bijbehorende codesignalen worden vertegenwoordigd en waarin bits met ongelijke bitpositie door frequentiecomponenten in verschillende 25 frequentiegebieden binnen de frequentiespectra worden vertegenwoordigd.
10. Informatie-overdrachtsysteem volgens conclusie 8 met het kenmerk dat ontvangstinrichting is voorzien van detectiemiddelen voor het detecteren van de genoemde frequentiecomponenten in de codesignalen en middelen voor het samenstellen van de informatiewoorden uit de 30 resultaten van de detecties.
11. Qverdrachtsysteem volgens conclusie 9 met het kenmerk dat de detectiemiddelen middelen omvatten voor het bepalen van de correlatie tussen de ontvangen codesignalen met deelsignalen met frequentiespectra die in hoofdzaak frequentiecomponenten vertonen die overeenkomen met de 35 te detecteren frequentiecomponenten.
12. Overdrachtsysteem volgens conclusies 8, 9 of 10 waarbij de verzendinrichting voor het omzetten van n-bit formatie woorden in t f ' ? PHN 12.020 21 codesignalen welke zijn samengesteld uit reeksen van m opeenvolgende tweewaardige bitcellen met constante lengte met het kenmerk dat de verzendinrichting is ingericht voor het omzetten van de informatiewoorden in een codesignalen uit een groep codesignalen, 5 waarvoor geldt dat bij correlatie van de codesignalen met n verschillende deelsignalen het aantal verschillende combinaties van tekens van de correlaties gelijk is aan 2n, waarbij de frequentiecomponenten van de deelsignalen in hoofdzaak in verschillende frequentiegebieden zijn gelegen.
13. Overdrachtsysteem volgens conclusie 11 met het kenmerk dat de ontvangstinrichting voor de bepaling de logische waarde van elk bit van de informatiewoorden middelen omvat voor het bepalen van het teken de correlatie tussen de ontvangen codesignalen en een deelsignaal met een frequentiecomponenten die de betreffende bit vertegenwoordigen , 15 en voor het toekennen van een eerste of tweede logisch waarde aan het bit indien het bepaalde teken respectievelijk positief of negatief is en middelen voor het samenstellen van informatiewoorden uit de afzonderlijke bepaalde logische waarden van de bit.
14. Overdrachtsysteem volgens 9, 10, 11 of 12, 13 voor het 20 overdragen van informatiewoorden met bits met ongelijke significantie via een overdrachtskanaal of overdrachtsmedium met een frequentieband met frequentiegebieden met verschillende betrouwbaarheid met het kenmerk dat dat de verzendinrichting is ingericht voor het opwekken van codesignalen waarin bits van de .informatiewoorden met een hogere 25 significantie dan andere bits worden vertegenwoordigd door frequentiecomponenten in betrouwbaardere frequentiegebieden van de overdrachtbanden de genoemde andere bits.
15. Verzendinrichting voor toepassing in het informatie overdrachtsysteem volgens conclusie S, 11 of 14.
16. Ontvangstinrichting voor toepassing in het informatie overdrachtsysteem volgens conclusie 10, 11 of 12 of 14. fi -·
NL8700175A 1987-01-26 1987-01-26 Werkwijze voor het door middel van codesignalen overdragen van informatie, informatie-overdrachtsysteem voor het uitvoeren van de werkwijze, alsmede een verzend- en ontvangstinrichting voor toepassing in het overdrachtsysteem. NL8700175A (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8700175A NL8700175A (nl) 1987-01-26 1987-01-26 Werkwijze voor het door middel van codesignalen overdragen van informatie, informatie-overdrachtsysteem voor het uitvoeren van de werkwijze, alsmede een verzend- en ontvangstinrichting voor toepassing in het overdrachtsysteem.
US07/045,921 US4802190A (en) 1987-01-26 1987-06-15 Method of transmitting information by means of code signals, information transmission system for carrying out the method, and transmitting and receiving apparatus for use in the transmission system
EP87202656A EP0277395B1 (en) 1987-01-26 1987-12-30 Method of transmitting information by means of code signals, information transmission system for carrying out the method, and transmitting and receiving apparatus for use in the transmission system
DE8787202656T DE3782644T2 (de) 1987-01-26 1987-12-30 Verfahren zur informationsuebertragung mittels codesignalen, informationsuebertragungssystem zur durchfuehrung dieses verfahrens und uebertragungs- und empfangsgeraet zur verwendung in dem uebertragungssystem.
JP63009442A JP2568875B2 (ja) 1987-01-26 1988-01-19 コード信号による情報の転送方法及びその方法を実施する情報転送システム及び送受信装置
KR1019880000528A KR960008983B1 (ko) 1987-01-26 1988-01-25 정보 워드 전송 방법 및 시스템

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8700175 1987-01-26
NL8700175A NL8700175A (nl) 1987-01-26 1987-01-26 Werkwijze voor het door middel van codesignalen overdragen van informatie, informatie-overdrachtsysteem voor het uitvoeren van de werkwijze, alsmede een verzend- en ontvangstinrichting voor toepassing in het overdrachtsysteem.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8700175A true NL8700175A (nl) 1988-08-16

Family

ID=19849468

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8700175A NL8700175A (nl) 1987-01-26 1987-01-26 Werkwijze voor het door middel van codesignalen overdragen van informatie, informatie-overdrachtsysteem voor het uitvoeren van de werkwijze, alsmede een verzend- en ontvangstinrichting voor toepassing in het overdrachtsysteem.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US4802190A (nl)
EP (1) EP0277395B1 (nl)
JP (1) JP2568875B2 (nl)
KR (1) KR960008983B1 (nl)
DE (1) DE3782644T2 (nl)
NL (1) NL8700175A (nl)

Families Citing this family (18)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5285478A (en) * 1991-10-31 1994-02-08 Massachusetts Institute Of Technology Communication system utilizing self-similar signals
US5258995A (en) * 1991-11-08 1993-11-02 Teknekron Communications Systems, Inc. Wireless communication system
US5259003A (en) * 1991-11-08 1993-11-02 Teknekron Communications Systems, Inc. Method of encoding two digital data signals
AU3128893A (en) * 1991-11-08 1993-06-07 Teknekron Communications Systems, Inc. A wireless communication system
JPH06303282A (ja) * 1993-04-13 1994-10-28 Hitachi Ltd 情報伝送系における情報処理方式
US5517433A (en) * 1994-07-07 1996-05-14 Remote Intelligence, Inc. Parallel digital data communications
US6798735B1 (en) * 1996-06-12 2004-09-28 Aware, Inc. Adaptive allocation for variable bandwidth multicarrier communication
US5715280A (en) * 1996-06-20 1998-02-03 Aware, Inc. Method for partially modulating and demodulating data in a multi-carrier transmission system
ATE521152T1 (de) 1997-10-10 2011-09-15 Daphimo Co B V Llc Mehrträgermodem ohne splitter
US20030026282A1 (en) * 1998-01-16 2003-02-06 Aware, Inc. Splitterless multicarrier modem
KR20100121683A (ko) * 1998-06-26 2010-11-18 어웨어, 인크. 가변 오버헤드 속도를 가진 멀티캐리어 통신 시스템 및 방법
US20040044942A1 (en) * 1999-03-12 2004-03-04 Aware, Inc. Method for seamlessly changing power modes in an ADSL system
US6667991B1 (en) 1999-03-12 2003-12-23 Aware, Inc. Method for synchronizing seamless rate adaptation
US20060274840A1 (en) * 2005-06-06 2006-12-07 Marcos Tzannes Method for seamlessly changing power modes in an ADSL system
US6775320B1 (en) * 1999-03-12 2004-08-10 Aware, Inc. Method and a multi-carrier transceiver supporting dynamic switching between active application sets
US6748016B1 (en) 1999-07-16 2004-06-08 Aware, Inc. System and method for transmitting messages between transceivers using electromagnetically coupled signals
DE19956947A1 (de) * 1999-11-26 2001-05-31 Philips Corp Intellectual Pty Anordnung zur Feststellung der Phasenlage eines Datensignals
US20030147017A1 (en) * 2000-02-15 2003-08-07 Jean-Daniel Bonny Display device with multiple row addressing

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3701143A (en) * 1970-08-24 1972-10-24 Us Navy Walsh function generator
FR2251960B1 (nl) * 1973-11-16 1977-08-12 Thomson Csf
US4011511A (en) * 1974-07-24 1977-03-08 The Singer Company Frequency-shift digital data link and digital frequency detection system
JPS55125511A (en) * 1979-03-20 1980-09-27 Olympus Optical Co Ltd Method and device for channel division recording and reproduction
NL186790C (nl) * 1980-07-14 1991-02-18 Philips Nv Werkwijze voor het coderen van een reeks van blokken tweetallige databits in een reeks van blokken van tweetallige kanaalbits, alsmede modulator, demodulator en registratiedrager te gebruiken bij de werkwijze.
NZ203239A (en) * 1982-02-17 1986-04-11 Gen Electric Co Plc Multiplexing data onto line:phase and amplitude variations
US4601045A (en) * 1984-08-03 1986-07-15 Larse Corporation Modulator-demodulator method and apparatus with efficient bandwidth utilization

Also Published As

Publication number Publication date
JPS63200650A (ja) 1988-08-18
JP2568875B2 (ja) 1997-01-08
KR880009502A (ko) 1988-09-15
DE3782644D1 (de) 1992-12-17
KR960008983B1 (ko) 1996-07-10
DE3782644T2 (de) 1993-06-03
EP0277395A1 (en) 1988-08-10
US4802190A (en) 1989-01-31
EP0277395B1 (en) 1992-11-11

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8700175A (nl) Werkwijze voor het door middel van codesignalen overdragen van informatie, informatie-overdrachtsysteem voor het uitvoeren van de werkwijze, alsmede een verzend- en ontvangstinrichting voor toepassing in het overdrachtsysteem.
NL8802291A (nl) Inrichting voor het verzenden van datawoorden welke een gedigitaliseerde analoog signaal vertegenwoordigen en een inrichting voor het ontvangen van de verzonden datawoorden.
EP2461485B1 (en) A device and method for the transmission and reception of high-fidelity audio using a single wire
JP2500035B2 (ja) 変調符号化デ―タをデ―タ・クロックに同期させる方法、位相誤差推定装置及びディジタル位相誤差推定装置
DE69034132D1 (de) Digitale Signalübertragung durch einen Aufzeichnungträger
CZ287144B6 (cs) Optický nosič záznamu
FR2463996A1 (fr) Systeme de transmission de signaux numeriques
NL8002390A (nl) Werkwijze en inrichting voor modulatie en demodulatie van data.
GB2280556A (en) Method of processing an analog signal
EP0695065A3 (en) Decoding circuit for bi-phase BPSK signal
EP0206221B1 (en) Apparatus for recording and reproducing digital signal
EP0343670A2 (en) Data demodulation apparatus
US4881076A (en) Encoding for pit-per-transition optical data recording
EP0309250A3 (en) Correlation detecting circuit operable in a low frequency
US3713140A (en) Decoder for delay modulation signals
JPS62274948A (ja) フレーム同期装置
NL8102251A (nl) Systeem voor het overdragen van een audiosignaal via een transmissiekanaal.
JPH0528547B2 (nl)
SU594520A1 (ru) Способ воспроизведени амплитудномодулированных двоичным кодом сигналов
JPS6342986B2 (nl)
SU1140152A1 (ru) Устройство дл многоканальной цифровой магнитной записи и воспроизведени
JP2595028B2 (ja) デイジタル信号記録再生回路
SU1037336A1 (ru) Устройство дл записи и воспроизведени сигналов цифровой информации
Eldon Applications of the digital correlator
JPH0477994B2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed